ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING Wellant College locatie Den Haag Madestein Den Haag VMBO Madestein Plaats : 's-gravenhage BRIN nummer : 01OE C16 BRIN nummer : 01OE 06 Onderzoeksnummer : 282949 Datum onderzoek : 15 januari 2015 Datum vaststelling : 13 april 2015
Pagina 2 van 15
1, INLEIDING De Inspectie van het Onderwijs heeft op 10 december 2014 en 15 januari 2015 een onderzoek uitgevoerd op Wellant College, Madestein, afdelingen vmbo-g en vmbo-k, om een oordeel te kunnen uitspreken over de kwaliteit van het onderwijs op deze afdelingen en over de naleving van wet- en regelgeving. Het vmbo-k heeft ongeveer 120 Leerlingen, het leerlingenaantal van het vmbo-g bedraagt circa 25. In het eerste leerjaar zijn geen leerlingen ingeschreven voor de gemengde leerweg. Aanleiding De aanleiding voor dit onderzoek is drieledig. Op 6 februari 2012 voerde de inspectie een kwaliteitsonderzoek uit bij de afdeling vmbo-g van de vestiging Madestein op 6 februari 2012. Daarbij stelde de inspectie tekortkomingen vast in de opbrengsten. Deze zijn beschreven in het inspectierapport dat is vastgesteld op 10 mei 2012. De kwaliteit van het onderwijs is toen als zwak beoordeeld en wij hebben ons toezicht geïntensiveerd. Om na te gaan of de eerder vastgestelde tekortkomingen zijn opgeheven en of de kwaliteit van het onderwijs weer voldoende is, voeren we nu een onderzoek naar de kwaliteitsverbetering uit. Daarnaast deden wij onderzoek naar de afdeling vmbo-k. Tijdens het kwaliteitsonderzoek dat is uitgevoerd bij het vmbo-k van Wellant College, vestiging Madestein op 11 november 2013 stelde de inspectie tekortkomingen vast in de opbrengsten en in het onderwijsleerproces. Deze zijn beschreven in het inspectierapport dat is vastgesteld op 27 februari 2014. De kwaliteit van het onderwijs is toen als zeer zwak beoordeeld en wij hebben ons toezicht geïntensiveerd. Intensief toezicht betekent dat wij met het bevoegd gezag afspraken hebben gemaakt over het verbetertraject. Deze afspraken staan beschreven in een zogenaamd toezichtplan. Voor 2014 was een tussentijds onderzoek gepland om na te gaan in hoeverre de in het toezichtplan opgenomen tekortkomingen zouden zijn opgeheven en aan de afspraken zou zijn voldaan. Inmiddels blijkt zowel de kwaliteit van het onderwijsproces als die van de opbrengsten zodanig verbeterd dat eerder dan voorzien een onderzoek naar de kwaliteitsverbetering uitgevoerd kan worden. Pagina 3 van 15
Tenslotte is de afdeling vmbo-g betrokken in het jaarlijkse steekproefonderzoek voor het onderwijsverslag 2015. In dit onderzoek verzamelen wij informatie over een aantal aspecten. Deze aspecten hebben naast de kernindicatoren betrekking op aspecten van het schoolklimaat, de Loopbaanoriëntatie en begeleiding (LOB) en de maatschappelijke stage. De verzamelde informatie gebruiken wij voor rapportage over de kwaliteit van het stelsel in het Onderwijsverslag 2015. Ook gebruiken we dit onderzoek om informatie te verzamelen over een aantal thema s waarover we in het Onderwijsverslag 2015 zullen rapporteren, te weten de loopbaanoriëntatie en loopbaanbegeleiding (LOB) en de positie van de maatschappelijke stage in het voortgezet onderwijs (onderdeel van burgerschapsvorming). Onderzoeksopzet Het tussentijds kwaliteitsonderzoek op het vmbo-k is gebaseerd op de afspraken die in het toezichtplan zijn opgenomen. In dat toezichtplan staat dat de kwaliteit op de volgende indicatoren van voldoende kwaliteit zal zijn: 1.2, 1.3, 1.4. De opbrengsten van de afdeling vmbo-k zijn voldoende. 1.2, 1.3. De resultaten van de vier opbrengstindicatoren van de afdeling vmbo-k zijn, vergeleken met die van het jaar ervoor gelijk of gestegen. Het streven is dat het jaarrendement van de indicatoren 1.2 en 1.3 voldoende is. 6.2, 6.3, 8.2, 8.3, 9.5. De afdeling vmbo-gt toont tevens aan dat actief is gewerkt aan het opheffen van de tekortkomingen die zijn geconstateerd tijdens het vorig onderzoek. Deze indicatoren zijn afkomstig uit het toezichtkader 2012. In overleg met de instelling is besloten om het heronderzoek op de beide afdelingen tezamen uit te voeren en daarbij gebruik te maken van het toezichtkader 2013, dat eerder ook al was gehanteerd voor het onderzoek op het vmbo-k. 7.1, 7.3, 7.4, 9.3, 9.4, 12.2, 13.1, 13.2, 13.3. Het onderwijsproces van de afdeling vmbo-k is voldoende. Dit betekent dat de tekortkomingen op de hiernaast genoemde indicatoren uit het kernkader, die het onderwijsproces betreffen, voor het merendeel zijn opgeheven (didactisch handelen en ondersteuning). De genomen maatregelen hebben tevens een positief effect op de overige tekortkomingen. Verder waren de onvoldoende opbrengsten op het vmbo-g aanleiding om de kwaliteit van het onderwijs opnieuw te beoordelen. Tenslotte is op het vmbo-g onderzoek gedaan in het kader van het Onderwijsverslag. Omdat het onderwijs aan het vmbo-g wordt gegeven door hetzelfde team van docenten dat lesgeeft Pagina 4 van 15
aan het vmbo-k, is in overleg met de directie ervoor gekozen om de drie onderzoeken bij Madestein tegelijkertijd uit te voeren volgens het Toezichtkader 2013. Het onderzoek bestond uit de volgende activiteiten: - Wij hebben relevante documenten van en over de school geanalyseerd. - Het leerlingvolgsysteem is ingezien. In aansluiting daarop is een aantal groepshandelingsplannen van leerlingen bestudeerd. - Onder de leerlingen is een digitale vragenlijst uitgezet waarin leerlingen bevraagd zijn naar hun oordeel over het schoolklimaat en de schoolveiligheid. - Schoolbezoek, waarbij wij in een aantal lessen de onderwijspraktijk hebben geobserveerd. - Wij hebben gesprekken gevoerd met het management, het decanaat, leraren, zorgcoördinatoren, mentoren en leerlingen. - Aan het eind van het schoolbezoek heeft de inspectie de bevindingen van het onderzoek besproken met de directie. - Een terugkoppeling aan het college van bestuur is gepland. Opbouw rapport In hoofdstuk 2 staat de conclusie van het onderzoek waaronder het vervolgtoezicht. In hoofdstuk 3 beschrijven we de bevindingen uit het onderzoek in de vorm van een kwaliteitsprofiel. Dit wordt gevolgd door een paragraaf waarin het oordeel van de inspectie wordt toegelicht en waar mogelijk de schoolontwikkeling in samenhang wordt beschreven. Pagina 5 van 15
2. CONCLUSIE EN TOEZICHTARRANGEMENT Onze conclusies voor Wellant College Madestein, afdelingen vmbo-k en vmbo-g zijn als volgt: Kwaliteit De kwaliteit van het onderwijs van de afdeling vmbo-k is voldoende verbeterd. Zowel de kwaliteit van het onderwijsproces als de opbrengsten voldoen aan de normen. De kwaliteit van het onderwijs is niet meer zeer zwak. Daarom wijzigen wij het eerder toegekende arrangement van zeer zwak naar basisarrangement. De school staat daarom niet meer onder intensief toezicht van de inspectie. De kwaliteit van het onderwijs van de afdeling vmbo-g vertoont echter nog steeds belangrijke tekortkomingen op het gebied van de opbrengsten en is opnieuw als zwak beoordeeld. Op grond van de ingezette koers is er echter vertrouwen dat de onderwijskwaliteit binnen het komend jaar wel voldoende zal kunnen zijn. Daarom verlengen wij het traject van geïntensiveerd toezicht nog met maximaal één jaar. Met het bestuur is afgesproken dat de onderwijskwaliteit in mei 2016 weer van voldoende niveau is. Hieraan voorafgaand voeren wij opnieuw een afsluitend onderzoek naar de kwaliteitsverbetering (okv) uit om na te gaan of de tekortkomingen zijn opgeheven. Pagina 6 van 15
3. BEVINDINGEN In dit hoofdstuk leest u de bevindingen uit ons onderzoek op basis waarvan we tot onze conclusie over de kwaliteit van de onderzochte aspecten zijn gekomen. Eerst ziet u het kwaliteitsprofiel waarin de oordelen op de indicatoren staan. Vervolgens lichten we die oordelen in onderlinge samenhang toe. 3.1. Algemeen Beeld Het onderwijsproces op de afdelingen vmbo-g en vmbo-k van Wellant College Madestein is sinds november 2013 aanzienlijk verbeterd en voldoet nu aan de normen. Er heerst meer orde in de lessen dan voorheen, het onderwijskundig beleid is op nagenoeg alle onderdelen aangescherpt en er is een cultuur gecreëerd, waarin docenten beter aanspreekbaar zijn op hun verantwoordelijkheden. De school kent verder een rijk aanbod aan vakken en activiteiten. De opbrengsten vertonen, vooral op het vmbo-k, duidelijk verbetering. Wel zijn er nog enkele aandachtspunten. De kwaliteit van de lessen verschilt nog sterk per docent en de ondersteuning van leerlingen met bijzondere ondewijsbehoeften is onvoldoende planmatig. Expliciete onderwijsundige aansturing blijft daarom van essentieel belang. De gemengde leerweg wordt momenteel alleen aangeboden in leerjaar 2 t/m 4. De komende jaren zullen er geen nieuwe leerlingen worden ingeschreven. 3.2 Kwaliteits- en nalevingsprofiel In onderstaande tabel staan de indicatoren die in dit onderzoek zijn betrokken en tot welke bevindingen het onderzoek heeft geleid. De nummering in de tabellen verwijst naar het volledige waarderingskader voortgezet onderwijs. De bevindingen zijn weergegeven in de vorm van een score. De score geeft aan in welke mate de betreffende indicator gerealiseerd is. Legenda: 1. slecht 2. onvoldoende 3. voldoende 4. goed 5. niet te beoordelen (alleen bij opbrengsten) Pagina 7 van 15
Wij hebben daarnaast onderzocht of de school voldoet aan de naleving van enkele wettelijke voorschriften. Dit wordt tot uitdrukking gebracht met de score ja of nee. 01OE 06 VMBOGT - VMBOGT De opbrengsten liggen op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie verwacht mag worden 1 2 3 4 5 1.1 De leerlingen behalen in de onderbouw het opleidingsniveau dat mag worden verwacht. 1.2.3 De leerlingen lopen weinig vertraging op in de bovenbouw van de opleiding vmbo-gt. 1.3.3 De leerlingen van de opleiding vmbo-gt behalen voor het centraal examen de cijfers die mogen worden verwacht. 1.4.3 Bij de opleiding vmbo-gt zijn de verschillen tussen het cijfer voor het schoolexamen en het cijfer voor het centraal examen van een aanvaardbaar niveau. De sociale opbrengsten zijn van voldoende niveau 1 2 3 4 5 2.1 De sociale opbrengsten zijn van voldoende niveau. De aangeboden leerstofinhouden bereiden de leerlingen voor op vervolgonderwijs en samenleving 1 2 3 4 3.3 Het aanbod voor de vakken vertoont een samenhangende opbouw. 3.4 De school heeft een aanbod voor de referentieniveaus taal dat past bij alle leerlingen. 3.5 De school heeft een aanbod voor de referentieniveaus rekenen dat past bij alle leerlingen. De leerlingen krijgen voldoende tijd om zich het leerstofaanbod eigen te maken 1 2 3 4 4.3 De leerlingen maken efficiënt gebruik van de onderwijstijd. Het schoolklimaat is ondersteunend en gericht op een brede vorming 1 2 3 4 5.1 De leraren bevorderen door hun handelen de verwerving van sociale en maatschappelijke competenties van leerlingen. 5.2 De school en haar omgeving vormen een gezamenlijke pedagogische gemeenschap. 5.3 De school vormt een sociaal veilige gemeenschap. Pagina 8 van 15
Het schoolklimaat is ondersteunend en gericht op een brede vorming 1 2 3 4 5.4 De school ondersteunt de leerlingen en de ouders/verzorgers bij de keuzes tijdens de schoolloopbaan. 5.5 De school kent een op ondersteuning en begeleiding gerichte cultuur. Het (vak)didactisch handelen van leraren stelt leerlingen in staat tot leren en ontwikkeling 1 2 3 4 7.1 De onderwijsactiviteit heeft een doelgerichte opbouw. 7.2 De leraar geeft een begrijpelijke uitleg. 7.3 De leerlingen zijn actief betrokken. 7.4 De leerlingen krijgen effectieve feedback op hun leerproces. De leraren stemmen hun didactisch handelen af op verschillen tussen leerlingen 1 2 3 4 8.2 De leraar stemt de instructie af op verschillen tussen leerlingen. 8.3 De leraar stemt de verwerking af op verschillen tussen leerlingen. De school biedt effectief aanvullend onderwijs en ondersteuning aan leerlingen die dat nodig hebben. (basisondersteuning) (De school bestrijdt effectief achterstanden.) 1 2 3 4 9.1 De school volgt systematisch de vorderingen van de leerlingen aan de hand van genormeerde toetsen. 9.2 De school bepaalt wat de onderwijs- en ondersteuningsbehoefte is van individuele of groepen leerlingen. 9.3 De school heeft doelen gesteld die erop gericht zijn om achterstanden te bestrijden. De school bewaakt de kwaliteit van haar opbrengsten 1 2 3 4 12.1 De school evalueert systematisch de opbrengsten. 12.2 De school werkt doelgericht aan de kwaliteit van de opbrengsten. De school bewaakt de kwaliteit van het onderwijsproces 1 2 3 4 13.1 De school evalueert systematisch het onderwijsproces. 13.2 De school werkt doelgericht aan de verbetering van het onderwijsproces. Pagina 9 van 15
De school bewaakt de kwaliteit van het onderwijsproces 1 2 3 4 13.3 De school borgt de kwaliteit van het onderwijsproces. Nalevingsindicatoren 2013 ja nee N1 N2 N4 Door of namens het bestuur is de vastgestelde schoolgids naar de inspectie gestuurd en deze schoolgids bevat de onderzochte onderdelen (WVO, art. 24c en 24a). Door of namens het bestuur is het vastgestelde schoolplan naar de inspectie gestuurd en dit schoolplan bevat de onderzochte onderdelen (art. 24c en 24 WVO). Door of namens het bestuur zijn het Examenreglement en het PTA naar de inspectie gestuurd en deze documenten bevatten de onderzochte onderdelen (Eindexamenbesluit art. 31). 01OE 06 VMBOK - VMBOK De opbrengsten liggen op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie verwacht mag worden 1 2 3 4 5 1.1 De leerlingen behalen in de onderbouw het opleidingsniveau dat mag worden verwacht. 1.2.2 De leerlingen lopen weinig vertraging op in de bovenbouw van de opleiding vmbo-k. 1.3.2 De leerlingen van de opleiding vmbo-k behalen voor het centraal examen de cijfers die mogen worden verwacht. 1.4.2 Bij de opleiding vmbo-k zijn de verschillen tussen het cijfer voor het schoolexamen en het cijfer voor het centraal examen van een aanvaardbaar niveau. De sociale opbrengsten zijn van voldoende niveau 1 2 3 4 5 2.1 De sociale opbrengsten zijn van voldoende niveau. De aangeboden leerstofinhouden bereiden de leerlingen voor op vervolgonderwijs en samenleving 1 2 3 4 3.3 Het aanbod voor de vakken vertoont een samenhangende opbouw. 3.4 De school heeft een aanbod voor de referentieniveaus taal dat past bij alle leerlingen. 3.5 De school heeft een aanbod voor de referentieniveaus rekenen dat past bij alle leerlingen. De leerlingen krijgen voldoende tijd om zich het leerstofaanbod eigen te maken 1 2 3 4 4.3 De leerlingen maken efficiënt gebruik van de onderwijstijd. Pagina 10 van 15
Het schoolklimaat is ondersteunend en gericht op een brede vorming 1 2 3 4 5.1 De leraren bevorderen door hun handelen de verwerving van sociale en maatschappelijke competenties van leerlingen. 5.2 De school en haar omgeving vormen een gezamenlijke pedagogische gemeenschap. 5.3 De school vormt een sociaal veilige gemeenschap. 5.4 De school ondersteunt de leerlingen en de ouders/verzorgers bij de keuzes tijdens de schoolloopbaan. 5.5 De school kent een op ondersteuning en begeleiding gerichte cultuur. Het (vak)didactisch handelen van leraren stelt leerlingen in staat tot leren en ontwikkeling 1 2 3 4 7.1 De onderwijsactiviteit heeft een doelgerichte opbouw. 7.2 De leraar geeft een begrijpelijke uitleg. 7.3 De leerlingen zijn actief betrokken. 7.4 De leerlingen krijgen effectieve feedback op hun leerproces. De leraren stemmen hun didactisch handelen af op verschillen tussen leerlingen 1 2 3 4 8.2 De leraar stemt de instructie af op verschillen tussen leerlingen. 8.3 De leraar stemt de verwerking af op verschillen tussen leerlingen. De school biedt effectief aanvullend onderwijs en ondersteuning aan leerlingen die dat nodig hebben. (basisondersteuning) (De school bestrijdt effectief achterstanden.) 1 2 3 4 9.1 De school volgt systematisch de vorderingen van de leerlingen aan de hand van genormeerde toetsen. 9.2 De school bepaalt wat de onderwijs- en ondersteuningsbehoefte is van individuele of groepen leerlingen. 9.3 De school heeft doelen gesteld die erop gericht zijn om achterstanden te bestrijden. De school bewaakt de kwaliteit van haar opbrengsten 1 2 3 4 12.1 De school evalueert systematisch de opbrengsten. 12.2 De school werkt doelgericht aan de kwaliteit van de opbrengsten. Pagina 11 van 15
De school bewaakt de kwaliteit van het onderwijsproces 1 2 3 4 13.1 De school evalueert systematisch het onderwijsproces. 13.2 De school werkt doelgericht aan de verbetering van het onderwijsproces. 13.3 De school borgt de kwaliteit van het onderwijsproces. Nalevingsindicatoren 2013 ja nee N1 N2 N4 Door of namens het bestuur is de vastgestelde schoolgids naar de inspectie gestuurd en deze schoolgids bevat de onderzochte onderdelen (WVO, art. 24c en 24a). Door of namens het bestuur is het vastgestelde schoolplan naar de inspectie gestuurd en dit schoolplan bevat de onderzochte onderdelen (art. 24c en 24 WVO). Door of namens het bestuur zijn het Examenreglement en het PTA naar de inspectie gestuurd en deze documenten bevatten de onderzochte onderdelen (Eindexamenbesluit art. 31). 3.3 Toelichting bij kwaliteitsprofiel Het kwaliteitsprofiel lichten we hieronder toe. Daarbij komen achtereenvolgens de volgende aspecten aan bod: opbrengsten, onderwijsproces, kwaliteitszorg en wettelijke vereisten. Opbrengsten Op het vmbo-g zijn de examenresultaten verbeterd. Zo vertoont het gemiddelde cijfer voor het centrale examen een positieve trend, maar dit is gemeten over drie jaar in 2015 nog niet voldoende. Verder is de discrepantie tussen het gemiddelde cijfer voor het schoolexamen en dat van het centrale examen nog te groot. In 2012 ligt de discrepantie echter wel binnen de norm. Over het percentage leerlingen dat in de bovenbouw vertraging oploopt op het vmbo-g zijn geen gegevens beschikbaar. Voor beide leerwegen voldoet het onderbouwrendement. De opbrengsten van het vmbo-k zijn sterk verbeterd, en voldoen gemeten over de jaren 2012, 2013 en 2014 aan de normen. Dit is eerder dan was voorzien. De opbrengsten voldoen op alle vier onderdelen en de cijfers voor het centrale examen behoren in 2014 zelfs tot de beste 10 procent van Nederland. De verbeteringen zijn het gevolg van onder meer een duidelijke onderwijsvisie, een betere waarborg voor de kwaliteit van toetsen en schoolexamens, pedagogische ondersteuning voor de docenten en een actieve monitoring van de opbrengsten en de kwaliteit van de lessen. Pagina 12 van 15
Onderwijsproces Het onderwijsproces wordt als voldoende beoordeeld. Het aanbod is rijk, vanwege het vak Spaans, een maatschappelijke- en een beroepsstage, internationaliseringsprojecten, projecten over bijvoorbeeld seksuele diversiteit, leerlingbemiddeling en het vak Baas in eigen soap, waarin de eigen ontwikkeling van de leerling centraal staat. De school heeft een heldere visie op burgerschap. Het taal- en rekenbeleid daarentegen is nog onvoldoende uitgewerkt en nog niet geïntegreerd in de verschillende vakken. Verder is het team van Madestein nog bezig met het inventariseren van overlap in het leerstofaanbod, ten einde een logisch en consistent geheel van vakken te kunnen aanbieden, waarin dezelfde terminologie en aanpak zichtbaar is. De doorlopende leerlijn voor de vakken biologie en natuur- en scheikunde, die voor de kaderberoepsgerichte leerweg in 2013 nog als onvoldoende werd beoordeeld, is inmiddels voldoende gewaarborgd. Het onderwijsaanbod sluit onvoldoende aan bij de individuele onderwijsbehoeften van de leerling. Differentiatie in het aanbod komt tijdens de lessen weinig voor, waardoor sterke leerlingen onvoldoende worden uitgedaagd en zwakke leerlingen onvoldoende ondersteund. De leraren hebben tijdens de lessen bovendien niet helder voor ogen welke leerlingen bijzondere onderwijsbehoeften hebben. Zij kunnen aan die onderwijsbehoeften dan ook nauwelijks voldoen. Dit gegeven, gecombineerd met het feit dat het taal- en rekenbeleid nog onvoldoende opbrengstgericht is en zich niet manifesteert bij alle vakken, betekent dat de school niet kan waarborgen dat het leerstofaanbod is afgestemd op de onderwijsbehoeften van alle leerlingen. Ook de differentiatie tussen het leerstofaanbod van de gemengde leerweg en dat van de kaderberoepsgerichte leerweg is onvoldoende wanneer de leerlingen in combinatieklassen les krijgen. Hierdoor is onvoldoende gewaarborgd dat alle lessen van de gemengde leerweg op het juiste niveau gegeven worden. Het schoolklimaat is sinds het vorige onderzoek in 2013 verbeterd. Er deden zich volgens de directie redelijk veel incidenten voor vanwege conflicten tussen leerlingen. Een incidentenregistratie wordt echter pas bijgehouden sinds enkele maanden. Relatief veel leerlingen geven aan zich niet altijd veilig te voelen op school. De nieuwe directie heeft dit onderkend en heeft daarom het systeem van conflictbemiddeling door leerlingen ingesteld. Daarnaast wordt in de lessen BIES extra aandacht besteed aan pestgedrag en conflicten. Het gegeven dat er vergeleken met het vorig schooljaar meer rust en orde heerst in en rond de klaslokalen, lijkt het gevoel van veiligheid onder leerlingen positief te beïnvloeden. Ondanks dat het geen deel uitmaakt van het reguliere Pagina 13 van 15
waarderingskader wil de inspectie het college erop wijzen dat de inhoud van het veiligheidsplan onvoldoende ingaat op de vereisten die de wet stelt. Dit betreft de periodieke evaluatie en actualisering van het veiligheidsplan. De belangrijkste componenten van veiligheidsbeleid zijn op de school voorhanden. Van een samenhangend veiligheidsplan, waarin de veiligheid systematisch wordt getoetst is vooralsnog geen sprake. Het didactisch handelen verschilt nog sterk per docent. Over het algemeen kennen de lessen echter voldoende rust en structuur en de leerlingen zijn voldoende betrokken bij de onderwijsactiviteiten. Ook ontvangen zij mondeling feedback op hun activiteiten. Die feedback ontbreekt echter regelmatig naar aanleiding van toetsen en (oefen)examens. Niet alle toetsen worden namelijk nabesproken, conform de geldende afspraken. Hierdoor krijgen de leerlingen onvoldoende kans om van hun fouten te leren. De school brengt de vorderingen van de leerling en ook alle andere bijzonderheden nauwgezet in beeld en gebruikt deze gegevens bij de leerlingbespreking. Ook de ontwikkeling van de vaardigheden in de verschillende domeinen wordt hierbij gevolgd. De ondersteuning die hierop volgt is echter onvoldoende gericht. Voor met name de leerlingen met een beschikking voor leerwegondersteuning zijn er ondersteuningsuren voor Nederlands en rekenen. Tijdens deze uren is er sprake van pre- of reteaching volgens een klassikaal programma. Van een aanbod op maat, dat is gebaseerd op analyse van de belangrijkste individuele lacunes bij de leerlingen, is geen sprake. Voor de overige leerlingen is geen structurele voorziening voor ondersteuning. De vigerende groepshandelingsplannen resulteren zoals reeds vermeld, tijdens de lessen niet in een gerichte ondersteuning. Wel bieden de leraren regelmatig ad hoc ondersteuning aan buiten het lesrooster. Kwaliteitszorg De kwaliteitszorg is voldoende. Het vernieuwde management heeft een heldere analyse gemaakt van de tekortkomingen van het onderwijsproces en vastgesteld dat die talrijk en ernstig waren. Positief is dat het management in staat is geweest door middel van goede aansturing de cultuur in het team te veranderen. De leraren voelden zich voorheen onvoldoende eigenaar van de kwaliteit van hun lessen en van het onderwijs van Madestein. Het is zich ervan bewust dat de cultuuromslag nog niet geheel is voltooid en dat het onderwijskundig beleid nog niet door alle docenten volgens de afspraken wordt uitgevoerd. De school waarborgt daardoor de kwaliteit van het onderwijs onvoldoende. Het verbeterplan van Madestein gaat in op de gesignaleerde Pagina 14 van 15
tekortkomingen, maar de doelstellingen zijn onvoldoende concreet en toetsbaar geformuleerd om goed geëvalueerd te kunnen worden. Er is dan ook maar beperkt sprake van kwalitatieve evaluatie van de verbeteringen. Het management evalueert de opbrengsten intensief met de betrokken vakgroepen en maakt naar aanleiding daarvan afspraken met de docenten. De docenten worden frequent bezocht en beoordeeld tijdens de lessen. Het nabespreken hiervan heeft een sterk sturend effect gehad op de docenten. Wettelijke vereisten De school leeft de onderzochte wet- en regelgeving na. Pagina 15 van 15