Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. Zaaknummer 1705/Strukton - Colijn I. MELDING 1. Op 24 december 1999 heeft de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit een melding ontvangen van een voorgenomen concentratie in de zin van artikel 34 van de Mededingingswet. Hierin is medegedeeld dat Strukton Groep N.V. voornemens is zeggenschap te verkrijgen, in de zin van artikel 27, onder b, van de Mededingingswet, over Colijn Beheer B.V. Van de melding is mededeling gedaan in Staatscourant 253 van 30 december 1999. Naar aanleiding van de mededeling in de Staatscourant zijn geen zienswijzen van derden naar voren gebracht. II. PARTIJEN 2. Strukton Groep N.V. (hierna: Strukton) is een naamloze vennootschap naar Nederlands recht. De aandelen van Strukton worden gehouden door NS Groep N.V. Strukton is een autonoom opererende groep van ondernemingen met een eigen Raad van Commissarissen, aldus partijen.[1] 3. Strukton is houdstermaatschappij van verschillende dochterondernemingen die actief zijn op het gebied van spoorwegbouw (railinfra), beton- en waterbouw, utiliteits- en woningbouw en projectontwikkeling (voor woning- en industriebouw). 4. Colijn Beheer B.V. (hierna: Colijn) is een besloten vennootschap naar Nederlands recht. De aandelen van Colijn worden gehouden door Colijn Holding B.V. 5. Colijn is houdstermaatschappij van een aantal dochterondernemingen[2], waarvan de belangrijkste zich bezighouden met werken op het gebied van beton- en waterbouw en het leggen van funderingen (met name heiwerken). III. DE GEMELDE OPERATIE 6. De gemelde operatie berust op een Overeenkomst op hoofdlijnen d.d. 10 december 1999 en behelst de verkoop van alle aandelen Colijn door de huidige aandeelhouder, Colijn Holding B.V., aan Strukton Betonbouw B.V., een 100%-dochteronderneming van Strukton. IV. TOEPASSELIJKHEID VAN HET CONCENTRATIETOEZICHT
7. De gemelde operatie is een concentratie in de zin van artikel 27, onder b, van de Mededingingswet. De hierboven, onder punt 6, omschreven transactie leidt er toe dat Strukton uitsluitende zeggenschap verwerft over Colijn. 8. Betrokken ondernemingen, in de zin van het Besluit vaststelling formulieren Mededingingswet (Staatscourant 1 van 2 januari 1998), zijn NS Groep N.V.[3] en Colijn. 9. Uit de bij de melding ter beschikking gestelde omzetgegevens blijkt dat de gemelde concentratie binnen de werkingssfeer van het in hoofdstuk 5 van de Mededingingswet geregelde concentratietoezicht valt. V. BEOORDELING A. Relevante markten Relevante productmarkt(en) 10. Strukton en Colijn zijn actief in de bouwsector. In navolging van onder meer de besluiten in de zaken Heijmans Seignette, NV Bouwfonds Nederlandse Gemeenten Schilder Bouw B.V. en Heijmans Van Lee[4] kan worden aangenomen dat (i) woningbouw en utiliteitsbouw, (ii) grond- wegenen waterbouw (hierna: GWW) en (iii) projectontwikkeling tot verschillende markten behoren. 11. Met partijen kan worden aangenomen dat in de onderhavige zaak de relevante productmarkt de activiteiten terzake van GWW omvat, omdat er alleen op die markt sprake is van overlap tussen de activiteiten van partijen. In eerdere besluiten zijn binnen de GWW grondwerken, waterbouw, wegenbouw en milieu(werken) als mogelijke deelmarkten onderscheiden.[5] 12. In het onderhavige besluit kan in het midden blijven of de markt voor GWW nader moet worden onderverdeeld in de deelmarkten grondwerken, waterbouw, wegenbouw en milieu(werken), omdat de materile beoordeling hierdoor niet wordt benvloed (zie de punten 14 tot en met 16). Relevante geografische markt(en) 13. Strukton is in geheel Nederland actief. Het werkgebied van Colijn bevindt zich voornamelijk in de regio Rotterdam, Dordrecht en het noordwesten van Noord-Brabant. In het onderhavige geval kan het in het midden blijven of de markt voor GWW regionaal dan wel nationaal is, omdat de materile beoordeling hierdoor niet wordt benvloed (zie de punten 14 tot en met 16). B. Gevolgen van de concentratie 14. Partijen behalen als gevolg van de voorgenomen concentratie op de Nederlandse markt voor GWW een gezamenlijk marktaandeel van circa [0-10%]*. Op de regionale markt voor GWW, die de regio Rotterdam, Dordrecht en het noordwesten van Noord-Brabant omvat, behalen partijen als gevolg van de voorgenomen concentratie een gezamenlijk marktaandeel van circa [0-10%].
15. Wordt uitgegaan van separate markten voor grondbouw, wegenbouw, waterbouw en milieu(werken) dan resulteert als gevolg ven de voorgenomen concentratie het volgende beeld. Alleen op de (deel)markt voor waterbouw is sprake van overlappende activiteiten van partijen. Op die (deel)markt behalen partijen, landelijk gezien, een marktaandeel van circa [0-10%]. Wordt uitgegaan van een regionale (deel)markt voor waterbouw, die de regio Rotterdam, Dordrecht en het noordwesten van Noord-Brabant omvat, dan behalen partijen als gevolg van de voorgenomen concentratie een marktaandeel van circa [0-10%]. 16. Op grond van voorgaande overwegingen bestaat er geen reden om aan te nemen dat als gevolg van deze concentratie een economische machtspositie kan ontstaan of worden versterkt die tot gevolg heeft dat een daadwerkelijke mededinging op de Nederlandse markt of een deel daarvan op significante wijze wordt belemmerd. VI. NEVENRESTRICTIES 17. In de Overeenkomst op hoofdlijnen is in artikel 4.5 opgenomen dat de huidige directieleden, tevens de verkopers van Colijn, nog gedurende drie jaar werkzaam blijven in en voor Colijn. Na hun aftreden mogen zij gedurende drie jaar geen nieuw bedrijf oprichten met gelijkwaardige of vergelijkbare activiteiten als Colijn. Partijen hebben verzocht om dit non-concurrentiebeding aan te merken als nevenrestrictie. 18. De koper van een onderneming zal tot op zekere hoogte beschermd moeten worden tegen concurrerend handelen van de verkoper. De geografische reikwijdte van het non-concurrentiebeding kan echter niet verder gaan dan het gebied waar Colijn thans actief is, zijnde de regio Rotterdam, Dordrecht en het noordwesten van Noord-Brabant. Derhalve kan worden geconcludeerd dat het in punt 17 genoemde beding voorzover het zich in geografisch opzicht beperkt tot het gebied waar Colijn thans actief is, als noodzakelijk voor de verwezenlijking van de concentratie kan worden beschouwd. VII. CONCLUSIE 19. Na onderzoek van deze melding is de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit tot de conclusie gekomen dat de gemelde operatie binnen de werkingssfeer valt van het in hoofdstuk 5 van de Mededingingswet geregelde concentratietoezicht. Hij heeft geen reden om aan te nemen dat als gevolg van die concentratie een economische machtspositie kan ontstaan of worden versterkt die tot gevolg heeft dat een daadwerkelijke mededinging op de Nederlandse markt of een deel daarvan op significante wijze wordt belemmerd. 20. Gelet op het bovenstaande deelt de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit mede dat voor het tot stand brengen van de concentratie waarop de melding betrekking heeft geen vergunning is vereist.
21. Gelet op de overwegingen in de punten 17 en 18 is de directeur-generaal van oordeel dat, voorzover de in punt 17 omschreven clausule een overeenkomst vormt als bedoeld in artikel 6 van de Mededingingswet, dat artikel ingevolge artikel 10 van de Mededingingswet, niet geldt voor deze overeenkomst, voorzover het zich in geografisch opzicht beperkt tot het gebied waar Colijn thans actief is. Datum: 19-01-2000 w.g. A.W. Kist Directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit Tegen dit besluit kan degene, wiens belang rechtstreeks bij dit besluit is betrokken, binnen zes weken na bekendmaking van dit besluit een gemotiveerd beroepschrift indienen bij de arrondissementsrechtbank te Rotterdam, sector bestuursrecht, Postbus 50951, 3007 BM, Rotterdam. -------------------------------------------------------------------------------- [1] Volgens partijen heeft NS Groep N.V. in de praktijk geen enkele zeggenschap over de bedrijfsvoering van Strukton. Strukton, dat ook onafhankelijk van NS Groep N.V. haar eigen jaarverslag uitbrengt, is volgens partijen feitelijk te beschouwen als een afzonderlijke groep van ondernemingen en is aan te merken als de betrokken onderneming. Overigens wordt in het jaarverslag van NS Groep N.V. de deelneming in Strukton wel geconsolideerd. [2] Te weten: Colijn Aannemersbedrijf B.V., Terracon Funderingstechniek B.V., Terracon International B.V., Terracon Spezialtiefbau GmbH en Dengen B.V. Dengen B.V. wordt vr de gemelde operatie plaatsvindt overgedragen aan Colijn Holding B.V. Dengen B.V. maakt dus geen onderdeel uit van de onderhavige transactie. [3] Volgens het Formulier melding concentratie is, indien een onderneming deel uitmaakt van een groep (concern), de groep de betrokken onderneming. In de onderhavige zaak is de betrokken onderneming derhalve NS Groep N.V., in tegenstelling tot de opvatting van partijen en wat er verder zij van de argumenten van partijen hiervoor. Voor de materile beoordeling in deze zaak maakt dit geen verschil, nu NS Groep N.V. geen activiteiten verricht op markten waar Strukton en Colijn actief zijn. [4] Besluiten met zaaknr. 344/Heijmans Seignette, besluit van 12 mei 1998; zaaknr. 504/NV Bouwfonds Nederlandse Gemeenten Schilder Bouw B.V., besluit van 20 mei 1998, en zaaknr. 1188/Heijmans Van Lee, besluit van 11 januari 1999. [5] Zie bijvoorbeeld de besluiten met zaaknr. 1188/Heijmans Van Lee, reeds aangehaald, en met zaaknr. 1351/BAM Wegenbouwbedrijf Lintzen, besluit
van 30 juni 1999. * In deze openbare versie van het onderhavige besluit zijn delen van de tekst vervangen door een bandbreedte om redenen van vertrouwelijkheid. Dit wordt aangegeven door middel van vierkante haken. Aan de inhoud van deze pagina's kunt u geen rechten ontlenen.