Vluchtelingen en de Nederlandse samenleving: een Arendtiaanse benadering

Vergelijkbare documenten
Praktische opdracht Maatschappijleer Asielbeleid

Bovenstaande video over de asielprocedure is naast alle talen op deze website ook beschikbaar in het Armeens, Chinees en Russisch.

ANGSTSTOORNISSEN EN HYPOCHONDRIE: DIAGNOSTIEK EN BEHANDELING (DUTCH EDITION) FROM BOHN STAFLEU VAN LOGHUM

Borstkanker: Stichting tegen Kanker (Dutch Edition)

S e v e n P h o t o s f o r O A S E. K r i j n d e K o n i n g

Understanding and being understood begins with speaking Dutch

Externalisering van het migratiebeleid en de schaduwzijde van de EU-Turkije Deal.

Aantal asielaanvragen

MyDHL+ Van Non-Corporate naar Corporate

Keuzetwijfels in de Emerging Adulthood rondom Studie- en Partnerkeuze. in Relatie tot Depressie

4. Wat zijn de rechten en plichten van een asielzoeker in België?

(1) De hoofdfunctie van ons gezelschap is het aanbieden van onderwijs. (2) Ons gezelschap is er om kunsteducatie te verbeteren

Jaarthema Samen bloeien. Flourish together

Het onderzoek van de IND richt zich op de vraag of de asielzoeker inderdaad gegronde(serieuze) redenen heeft.

Chapter 4 Understanding Families. In this chapter, you will learn

Puzzle. Fais ft. Afrojack Niveau 3a Song 6 Lesson A Worksheet. a Lees de omschrijvingen. Zet de Engelse woorden in de puzzel.

Evaluatieverslag / Evaluation Report Human Library Bergen

Beïnvloedt Gentle Teaching Vaardigheden van Begeleiders en Companionship en Angst bij Verstandelijk Beperkte Cliënten?

Academisch schrijven Inleiding

Het OCMW en de vluchtelingencrisis

Summary 124

U vraagt asiel aan in Nederland. Waarom is het belangrijk dat u de brochure goed doorleest?

Communication about Animal Welfare in Danish Agricultural Education

Spreekbeurt door een scholier 1994 woorden 24 november keer beoordeeld. Nederlands. Waarom heb ik voor dit onderwerp gekozen?

Inge Bremmer, juridisch adviseur Nederland ICT

Lijnenspel. Remco van Groesen ( ) & Ellen Houbiers ( )

The first line of the input contains an integer $t \in \mathbb{n}$. This is followed by $t$ lines of text. This text consists of:

6,1. Wetten: Werkstuk door een scholier 1662 woorden 29 december keer beoordeeld. Maatschappijleer. In-uitstroom van asielzoekers:

Hannah Arendt. Wereldvervreemding. Wat is het probleem? De menselijke conditie. Arbeid, werk en handelen

DE BETROKKEN BURGER II

Invloed van het aantal kinderen op de seksdrive en relatievoorkeur

AN URBAN PLAYGROUND AFSTUDEERPROJECT

De Levende Gevel. Een richting voor innovatie en de ontwikkeling van de toekomst

Teksten van de liederen die gospelkoor Inspiration tijdens deze Openluchtdienst zingt.

Engels op Niveau A2 Workshops Woordkennis 1

STICHTING HUIS VAN LIEFDE BELEIDSPLAN

Maagdenhuisbezetting 2015

Opbouw Inclusief onderwijs; wat is het? Inclusief onderwijs; waarom? Inclusief onderwijs; waarom niet? De nationale context De internationale vergelij

Meetkunde en Lineaire Algebra

Zo werkt het in de apotheek (Basiswerk AG) (Dutch Edition)

Eindexamen vwo filosofie II

Centrum voor Migratierecht. De asielprocedure in Nederland

Capabilities Approach; Betekenis voor sociale inclusie. Janny Beernink Annica Brummel

Wat is het verschil tussen een vreemdeling, vluchteling, asielzoeker en statushouder?

NUCHTER, EEN HELDERE KIJK EN NO-NONSENSE

Basisvorming. Wat is een vluchteling?

Introductie in flowcharts

Evaluatieverslag / Evaluation Report Human Library Castricum

T IS AGILE VOOR DE VERANDERING

Duurzaam projectmanagement - De nieuwe realiteit van de projectmanager (Dutch Edition)

Positionering en idee ontwikkeling. zondag 2 december 12

OPEN TRAINING. Onderhandelingen met leveranciers voor aankopers. Zeker stellen dat je goed voorbereid aan de onderhandelingstafel komt.

PERSONAL DIVERSITY BOB MAN DERS

150 ECG-problemen (Dutch Edition)

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus EA DEN HAAG

Framing Turkey: Identities, public opinion and Turkey s potential accession into the EU

Reading comprehension: The Tropical Rainforest

Onderwerp: Voortgangsnotitie opvang vluchtelingen en huisvesting. Datum b&w-vergadering: 9 februari 2016

It-servicemanagement op basis van Itil 2011 Editie (Dutch Edition)

creativiteit bevorderen Dick van der Wateren

Vertaling Engels Gedicht / songteksten

Voor een Europa dat de vrijheid van mensen respecteert

THE LANGUAGE SURVIVAL GUIDE

Je bent niet van ons - Ga toch naar je eigen land terug. Opzet

Disclosure belofte. Ik stel het belang van de patiënt voorop en eerbiedig zijn opvattingen. Doel van de patient staat centraal

Welkom. Digitale programma: #cmdag18. Dagvoorzitter Prof. dr. Arjan van Weele NEVI hoogleraar inkoopmanagement.

Citation for published version (APA): Bullens, L. (2013). Having second thoughts: Consequences of decision reversibility

De Rol van Sense of Coherence bij de Glucoseregulatie bij Mensen met Diabetes Type 1

Grenzen aan seksuele zelfbeschikking?

De relatie tussen Stress Negatief Affect en Opvoedstijl. The relationship between Stress Negative Affect and Parenting Style

Welkom en mededelingen door de ouderling van dienst. Aansteken van de twee kaarsen bij de opengeslagen Bijbel

Overzicht. 1. Kritisch burgerschap 2. Wat is kritisch denken? 3. Botsing van waardensystemen 4. Spanningen en dilemma s in de klas.

RECEPTEERKUNDE: PRODUCTZORG EN BEREIDING VAN GENEESMIDDELEN (DUTCH EDITION) FROM BOHN STAFLEU VAN LOGHUM

Meetkunde en Lineaire Algebra

2010 Integrated reporting

Read this story in English. My personal story

Mut a huwelijken ofwel contracthuwelijken binnen de islamitische wereld. Famke Kalkman

Het disciplinaire future self als bron van motivatie en activatie

Grammatica overzicht Theme 5+6

Impact en disseminatie. Saskia Verhagen Franka vd Wijdeven

Datum 22 januari 2019 Onderwerp Antwoorden Kamervragen over het bericht Asielzoeker uit Bahrein na gedwongen vertrek meteen gearresteerd

Add the standing fingers to get the tens and multiply the closed fingers to get the units.

Pesten onder Leerlingen met Autisme Spectrum Stoornissen op de Middelbare School: de Participantrollen en het Verband met de Theory of Mind.

Kritisch Denken van Informatie

Differences in stress and stress reactivity between highly educated stay-at-home and working. mothers with spouse and young children

Published in: Onderwijs Research Dagen 2013 (ORD2013), mei 2013, Brussel, Belgie

Luister alsjeblieft naar een opname als je de vragen beantwoordt of speel de stukken zelf!

Amsterdam University of Applied Sciences. Leren redeneren en experimenteren met concept cartoons Kruit, P.M. Link to publication

Overtuigend (om)praten VVJ Jan De Boeck

Vluchtelingencrisis: gisteren, vandaag, morgen VLUCHTELINGENWERK VLAANDEREN

Geslacht, Emotionele Ontrouw en Seksdrive. Gender, Emotional Infidelity and Sex Drive

FOR DUTCH STUDENTS! ENGLISH VERSION NEXT PAGE. Toets Inleiding Kansrekening 1 8 februari 2010

Tilburg University. Huishoudelijk gedrag en stookgasverbruik van Raaij, Fred; Verhallen, T.M.M. Published in: Economisch Statistische Berichten

SAMPLE 11 = + 11 = + + Exploring Combinations of Ten + + = = + + = + = = + = = 11. Step Up. Step Ahead

Ik heb zo n angst. De laatste 12 uren heb ik met een koevoet geslapen, een fles naast mijn bed en de telefoon binnen handbereik.

L.Net s88sd16-n aansluitingen en programmering.

Samen leren leven: Wereldbeelden in perspectief

De grondbeginselen der Nederlandsche spelling / Regeling der spelling voor het woordenboek der Nederlandsche taal (Dutch Edition)

Hoe kom je geloofwaardig over en speel je in op emotie?

Transcriptie:

Vluchtelingen en de Nederlandse samenleving: een Arendtiaanse benadering Masterthesis wijsbegeerte Sarah Rotteveel Student: Sarah Rotteveel Studentnummer: 3497356 Emailadres: s.rotteveel@students.uu.nl Begeleider: dr. J.P.M. Philips Datum: 3 mei 2017 Departement Filosofie en Religiewetenschap

Samenvatting Politiek filosoof Hannah Arendt schreef na de Tweede Wereldoorlog onder andere over mensenrechten en hoe het is om als vluchteling buiten de samenleving te leven. In dit paper ga ik aan de hand van de gedachten van Arendt in op de situatie van asielzoekers en ongedocumenteerde vluchtelingen in Nederland, en stel ik de vraag: wat voor inzichten geeft de benadering van Hannah Arendt van de mens, politiek en mensenrechten in de discussie over de opvang van en omgang met vluchtelingen in de Nederlandse samenleving? In drie hoofdstukken laat ik zien dat een reflectie op Arendts ideeën een belangrijke bijdrage kan leveren aan de huidige discussie over vluchtelingen en de manier waarop we onze samenleving en ons vluchtelingenbeleid vormgeven. In het eerste hoofdstuk ga ik in op Arendts omschrijving van de menselijke conditie met in het bijzonder de activiteit handelen. In het tweede hoofdstuk staat het recht om rechten te hebben centraal, en laat ik zien dat Arendt uitnodigt tot een verschuiving in ons denken waardoor de mens als handelend wezen meer centraal komt te staan. In het derde hoofdstuk ga ik in op Arendts aporetische denkwijze, die zich kenmerkt door gangbare opvattingen van begrippen in twijfel te trekken en daarmee mogelijkheden te bieden om opnieuw over zulke begrippen na te denken. Arendts opvattingen vormen in dit paper een leidraad die ik waar nodig bekritiseer of bijschaaf, om vervolgens toe te kunnen passen op onze huidige omgang met en opvang van vluchtelingen in Nederland. 1

Inhoudsopgave Introductie... 3 Hoofdstuk 1 De activiteit handelen... 8 1.1 De menselijke conditie... 8 1.2 Handelen in de aanwezigheid van anderen... 13 1.3 Ruimte voor handelen binnen het vluchtelingenbeleid... 16 Hoofdstuk 2 Niet mensenrechten maar de mens centraal... 23 2.1 Het recht om rechten te hebben... 23 2.2 Van normatieve theorie naar de politieke praktijk... 27 2.3 De behoeften van de mens centraal... 34 Hoofdstuk 3 De aporia s in Arendts denken... 38 3.1 Een ontologische val en Arendts aporetische denken... 38 3.2 Aporetisch denken in de huidige discussie... 44 Conclusie... 49 Literatuur... 52 2

Introductie Nooit eerder waren er zo veel mensen op de vlucht voor oorlog en geweld als de afgelopen jaren: in 2013 lag het aantal vluchtelingen voor het eerst sinds de Tweede Wereldoorlog boven de 50 miljoen. Eind 2015 waren er volgens de UNHCR 65,3 miljoen mensen op de vlucht, waarvan er in de laatste zes maanden van 2015 37.268 asiel aanvroegen in Nederland. 1 Hoewel Nederland een relatief gastvrij land is voor vluchtelingen, leven grote groepen mensen maanden-, soms zelfs jarenlang buiten de samenleving in asielzoekerscentra (AZC s), decentiecentra of in de illegaliteit op straat. Deze mensen leven zonder zekerheid en in veel gevallen zonder garantie van hun meest basale mensenrechten binnen de grenzen van de Nederlandse staat. Politiek filosoof Hannah Arendt schreef na de Tweede Wereldoorlog onder andere over mensenrechten en hoe het is om als vluchteling buiten de samenleving te leven. Ze richt zich in haar werk daarbij op de mens en hoe hij functioneert in een samenleving, waarbij zij het belang om te kunnen handelen onderstreept. Het werk van Arendt is met oog op de huidige vluchtelingencrisis nog zeer actueel en biedt een waardevolle kijk op hoe wij met deze crisis en ons vluchtelingenbeleid om kunnen gaan. In dit paper ga ik aan de hand van de gedachten van Arendt in op de situatie van asielzoekers en ongedocumenteerde vluchtelingen in Nederland, en stel ik de vraag: wat voor inzichten geeft de benadering van Hannah Arendt van de mens, politiek en mensenrechten in de discussie over de opvang van en omgang met vluchtelingen in de Nederlandse samenleving? Langs interpretaties van en kritiek op Arendts ideeën over de menselijke conditie, mensenrechten en politiek wil ik aantonen dat er een andere benadering nodig is voor een humaner vluchtelingenbeleid. In drie hoofdstukken laat ik zien dat een reflectie op Arendts ideeën een belangrijke bijdrage kan leveren aan de huidige discussie over vluchtelingen en de manier waarop we onze samenleving en ons vluchtelingenbeleid vormgeven. Ik pas de opbrengst van zo n reflectie daarbij steeds toe op de huidige situatie in Nederland met een nadruk op asielzoekers en ongedocumenteerde vluchtelingen. De reden dat ik me op die groepen richt is omdat dit de mensen zijn die ondanks alle bestaande rechten en wetten nog steeds buiten de samenleving vallen en hierdoor in veel gevallen weinig tot 1 VluchtelingenWerk Nederland, Vluchtelingen in getallen, https://www.vluchtelingenwerk.nl/sites/public/u895/vluchtelingeningetallen2016_nieuw. pdf (geraadpleegd 3 mei 2017). 3

geen aanspraak op rechten kunnen maken. Ik ga daarbij niet in op de vraag of deze mensen moeten worden toegelaten, maar op hoe vluchtelingen tijdens hun procedure of wanneer zij zijn uitgeprocedeerd door politiek en de samenleving moeten worden benaderd. Met mijn reflectie op het werk van Arendt laat ik zien dat de situatie van asielzoekers en ongedocumenteerden verre van optimaal is en dat er meer nodig is dan zorg voor de meest basale mensenrechten zoals onderdak en eten, maar dat we eerder moeten kijken naar wat de mens nodig heeft voor een volwaardig en kenmerkend menselijk leven. De inzichten die Arendt geeft laten zien dat dit vraagt om een ander beleid waarin de mens als handelend wezen centraal staat. Als uit Duitsland gevluchte Jodin leefde Arendt zelf jarenlang als stateloze in Amerika en publiceerde zij onder andere over politiek, de mens, mensenrechten en stateloosheid. Arendt is een interessante denker omdat zij deze onderwerpen op een fenomenologische, soms haast antropologische wijze benadert. Ze analyseerde de mens en politieke structuren door te bestuderen hoe zij in de praktijk functioneren en hoe ze worden beïnvloed door de condities waaronder ze bestaan. Arendt vormt in dit paper een leidraad om na te denken over vluchtelingen en de Nederlandse samenleving omdat haar denkwijze en daaruit voortkomende ideeën over deze onderwerpen handvatten bieden om de discussie op een andere manier te voeren. Arendt formuleert niet een concrete theorie van politiek of mensenrechten maar heeft eerder een conceptie die is ingebed in een grotere politieke filosofie en die oriëntatie geeft in het nadenken over mensenrechten, de samenleving en de huidige vluchtelingencrisis. Arendt legt paradoxen en problemen aangaande mensenrechten en stateloosheid bloot en maakt daarmee ruimte om opnieuw over dit soort politieke begrippen na te denken. Daarbij benadert Arendt de mens niet vanuit een menselijke natuur maar steeds vanuit de menselijke conditie, waarmee ze laat zien dat de mens een dynamisch wezen is dat onlosmakelijk verbonden is met condities waaronder hij op aarde leeft. De nadruk die zij daarbij legt op het belang van de activiteit handelen speelt een grote rol in mijn argument om vluchtelingen als gelijkwaardige en handelende mensen centraal te stellen. Ik ga in dit paper in drie hoofdstukken in op drie aspecten van Arendts denken, respectievelijk handelen, mensenrechten en haar aporetische denkwijze. Deze drie onderwerpen liggen in elkaars verlengde en zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Ze laten ieder via een andere lijn zien dat een andere benadering nodig is voor een humanere omgang met vluchtelingen in Nederland, maar bieden daarin steeds een 4

andere kijkrichting. In het eerste hoofdstuk staat het begrip handelen centraal, een begrip dat bij Arendt een grote rol speelt en als een rode draad door haar oeuvre heen loopt. Arendt beschrijft de mens in The Human Condition vanuit drie activiteiten: arbeid, werk en handelen. Zij benoemt deze drie activiteiten als fundamenteel menselijk omdat ze zijn gekoppeld aan de condities waaronder de mens op aarde leeft, respectievelijk het biologische leven zelf, de wereld van artificiële dingen en de pluraliteit van mensen. Hoewel de activiteit handelen niet kan bestaan zonder arbeid en werk, kent Arendt met name aan deze activiteit een groot belang toe. Te kunnen handelen betekent dat de mens zich in zijn acties en spreken kan onderscheiden van anderen en dat hij zichzelf als individu in de wereld kan manifesteren. Handelen is daarmee de activiteit die het leven van de mens kenmerkend menselijk en waardevol maakt. Wat ik in het eerste hoofdstuk door middel van een uiteenzetting van Arendts werk over de activiteit handelen wil laten zien, is dat het van fundamenteel belang is dat de mens in een situatie leeft waarin deze activiteit tot uiting kan komen door onderdeel te zijn van een gemeenschap waarin hij zich van anderen kan onderscheiden. Asielzoekers en ongedocumenteerde vluchtelingen verkeren veelal in situaties waarin dit niet het geval is, omdat zij buiten de samenleving in AZC s of op straat leven. In hoofdstuk één laat ik zien wat het oplevert voor de samenleving en een vluchtelingenbeleid wanneer wij een prominentere rol toekennen aan het belang van de activiteit handelen. In het tweede hoofdstuk staat het recht om rechten te hebben centraal. In The Origins of Totalitarianism gaat Arendt in op het begrip mensenrechten en hoe dit in de politieke praktijk functioneert. Ze laat zien dat mensenrechten, die als natuurrechten zouden gelden voor ieder mens, juist in een situatie waarin mensen op niets anders dan hun menselijkheid terug kunnen vallen weinig opleveren. Arendt legt een paradox van mensenrechten bloot door aan te tonen dat mensenrechten in feite burgerrechten zijn; zolang je geen onderdeel bent van een staat kan je geen aanspraak maken op je mensenrechten. Arendt komt tot de conclusie dat het voor de mens van groot belang is om onderdeel te zijn van een gemeenschap, niet alleen vanwege juridische rechten, maar ook omdat de mens zich pas in een gemeenschap in een situatie bevindt waarin hij ertoe doet en waarin hij zich als handelend wezen kan onderscheiden. Zij formuleert dit als het recht om rechten te hebben. In hoofdstuk twee ga ik dieper in op het recht om rechten te hebben om aan te kunnen tonen dat de paradox die Arendt aankaart nog steeds van toepassing is. Daarnaast laat ik door een reflectie op Arendts opvatting van het recht om rechten te hebben zien dat zij uitnodigt tot een verschuiving in ons denken 5

waardoor de mens als handelend wezen meer centraal komt te staan, en dat dit bij kan dragen aan een humanere benadering van asielzoekers en ongedocumenteerde vluchtelingen in de Nederlandse samenleving. Hoofdstuk twee ligt daarmee in het verlengde van het eerste hoofdstuk door te laten zien dat het voor de mens van belang is om onderdeel te zijn van een gemeenschap, maar voegt daaraan toe dat we in het vormgeven van een beleid en in het maken van (inter)nationale afspraken moeten kijken naar wat de mens nodig heeft en hoe we daar invulling aan kunnen geven, in plaats van naar wat mensenrechten zijn en voor wie ze gelden. In het eerste hoofdstuk laat ik aan de hand van Arendts opvattingen over de menselijke conditie zien wat het ten diepste betekent om mens te zijn, en in het tweede hoofdstuk ga ik daarop verder door te laten zien hoe we hier in politiek en beleid invulling aan kunnen geven. In plaats van de vraag naar wat mensenrechten zijn en daar een beleid op te baseren, kunnen we ons in het vormgeven van een vluchtelingenbeleid beter richten op hoe we mensenrechten kunnen garanderen, wat het betekent om vluchteling te zijn en wat mensen nodig hebben voor een waardevol leven. Zowel de mens als mensenrechten benadert Arendt op een onconventionele manier. Deze manier komt voort uit haar denkwijze die niet onbekritiseerd is gebleven, maar die ons desondanks handvatten geeft om opnieuw over begrippen zoals mensenrechten na te denken. In het derde hoofdstuk ga ik dan ook in op Arendts aporetische denkwijze, een denkwijze waarin Arendt vaststaande politieke begrippen kritisch onderzoekt en benadert vanuit de politieke praktijk. Haar aporetische denkwijze kenmerkt zich door gangbare opvattingen van begrippen in twijfel te trekken en daarmee mogelijkheden te bieden om opnieuw over zulke begrippen na te denken. Het is dankzij deze benadering dat zij de paradox van mensenrechten kon formuleren. Het derde hoofdstuk onderscheidt zich dan ook van de eerdere twee hoofdstukken door niet inhoudelijk in te gaan op de mens, mensenrechten en politiek, maar eerder te kijken naar de manier waarop we deze onderwerpen benaderen. In het derde hoofdstuk laat ik daarmee zien dat Arendt een nieuwe kijkrichting geeft in de manier waarop we discussies voeren en hoe we politiek en politieke begrippen benaderen. In het tweede deel van dit hoofdstuk trek ik Arendts denkwijze door naar de huidige discussie over de omgang met en opvang van asielzoekers en vluchtelingen in Nederland. Ik laat zien dat het belangrijk is om met een kritische houding te kijken naar alledaagse begrippen waarmee wij de discussie voeren en de connotaties die bij die begrippen horen, zoals vluchteling en illegale. Arendt leert ons dat de mens en politieke structuren altijd 6

onderhevig zijn aan de condities waaronder ze bestaan, en het loont om ons daar als samenleving van bewust te zijn wanneer wij ons bezighouden met het opstellen van een (inter)nationaal vluchtelingenbeleid. Arendt vormt in dit paper steeds het vertrekpunt voor de discussie. Het is daarmee niet gezegd dat ik haar werk als zekerheid aanneem. Het is dan ook niet in de eerste plaats mijn ambitie om Arendts gelijk te bewijzen, maar eerder om door middel van kritische reflectie op en interpretaties van haar werk tot inzichten te komen die kunnen leiden tot een andere kijk op de omgang met vluchtelingen, politiek en de samenleving. Haar opvattingen vormen daarbij een leidraad die ik waar nodig bekritiseer of bijschaaf om vervolgens toe te kunnen passen op onze huidige omgang met en opvang van vluchtelingen in Nederland. Dit paper draagt daarmee bij aan het wetenschappelijk debat omdat mijn reflectie op Arendt leidt tot inzichten in en kanttekeningen bij haar werk over de mens, mensenrechten en politiek. Daarnaast ga ik in dit paper met name in mijn toepassing op de actuele situatie van vluchtelingen steeds een stap verder dan het werk van Arendt. In het bijzonder in het laatste hoofdstuk laat ik Arendts werk los en kijk ik wat het opbrengt om langs haar lijnen verder te denken over de discussie over vluchtelingen in Nederland. Arendt is een auteur die in het wetenschappelijke debat nog steeds als relevant wordt gezien, en die dan ook veelvuldig aan kritisch onderzoek is onderworpen. In navolging van auteurs zoals Ayten Gündoğdu ga ik in dit paper een stap verder door niet alleen te reflecteren op Arendts werk, maar de opbrengsten daarvan ook in te zetten in de huidige discussie over mensenrechten, stateloosheid en politiek beleid. Daarnaast breng ik ook het maatschappelijke debat verder doordat ik inzichten en kanttekeningen toepas op de huidige praktijk, en daarmee tot andere conclusies kom over de manier waarop wij vluchtelingen en de samenleving zouden moeten benaderen. Dit paper kan daarmee dienen ter filosofische ondersteuning voor een advies voor een humaner vluchtelingenbeleid. Arendt is niet bezig met het formuleren van een normatieve of morele theorie, al is er weldegelijk een normatieve lading aanwezig in haar werk. Het is dan ook lastig om haar denken in het kader van dit onderwerp in te zetten zonder dat het uitloopt op een maatschappijkritiek of moreel advies. Wel stuurt Arendt aan op een kijkrichting die kritisch is op hoe wij als mensen met elkaar omgaan, en die zet ik in dit paper in om te reflecteren op onze benadering in de omgang met en opvang van vluchtelingen. 7

Hoofdstuk 1 De activiteit handelen 1.1 De menselijke conditie Asielzoekers en ongedocumenteerden hebben in Nederland weinig tot geen bescherming van hun rechten en hebben weinig toekomstperspectief; deze mensen leven buiten de samenleving. Over het belang van het onderdeel zijn van een gemeenschap schreef Hannah Arendt onder andere in The Human Condition, waarin zij laat zien dat dit een belangrijke rol speelt voor de menselijke activiteit handelen. In dit eerste hoofdstuk ga ik in op deze activiteit, welke centraal staat in het denken van Arendt. In wat volgt zet ik eerst kort uiteen wat de huidige staat is van het vluchtelingenbeleid in Nederland. Vervolgens ga ik middels kernbegrippen zoals handelen en de gemeenschap in op het denken van Arendt en het belang daarvan voor de discussie over de opvang van en omgang met vluchtelingen in Nederland. In Nederland worden asielzoekers opgevangen in AZC s waar zij de uitslag van hun aanvraag af kunnen wachten. Tijdens het verblijf in een AZC gelden verschillende regels, zo is er minimale mogelijkheid om te werken en hebben asielzoekers wekelijkse meldplicht. De lengte van verblijf in een AZC varieert, maar kan uiteenlopen van enkele maanden tot meerdere jaren. Gedurende het verblijf in een AZC is een asielzoeker onzeker van zijn toekomst en staat zijn leven als het ware op pauze. Pas wanneer een asielzoeker een verblijfsvergunning krijgt, krijgt hij ook een woning, de mogelijkheid om te gaan werken en pas als Nederlands staatsburger ook de mogelijkheid om deel te nemen aan de politiek. Asiel wordt verleend wanneer de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) bepaalt dat een asielzoeker ook een vluchteling is. Volgens het Vluchtelingenverdrag van 1951 wordt een vluchteling gedefinieerd als iemand die vanwege een gegronde vrees voor vervolging wegens zijn ras, godsdienst, nationaliteit, het behoren tot een bepaalde sociale groep of zijn politieke overtuiging zich buiten het land bevindt waarvan hij de nationaliteit bezit en niet in staat is of, vanwege deze vrees, niet bereid is een beroep te doen op de bescherming van dat land. Dit betekent dat eenieder die niet aan deze omschrijving voldoet geen recht heeft op asiel en naar zijn land van herkomst dient terug te keren. 8

Wanneer een asielaanvraag wordt afgewezen krijgt de asielzoeker inmiddels bestempeld als vreemdeling 2 vier weken de tijd om het land te verlaten. Doet diegene dit niet dan kan hij in een detentiecentrum worden geplaatst of gedwongen het land worden uitgezet. Zij die geen asiel hebben gekregen maar wel in Nederland blijven, verblijven hier dan ook illegaal als ongedocumenteerde. Een groot deel van het aantal illegale vreemdelingen in Nederland is vluchteling; hoewel de IND hen niet als zodanig heeft bestempeld kunnen of willen zij om uiteenlopende redenen niet terug naar hun land van herkomst. 3 Voor veel mensen geldt dat zij weldegelijk gevaar lopen in hun land van herkomst, maar toch niet onder de definitie van vluchteling vallen doordat zij bijvoorbeeld niet de juiste papieren hebben of geen geldige reden hebben voor hun vlucht. Mensen die vluchten voor hongersnood of burgeroorlog vallen bijvoorbeeld niet direct onder de definitie vluchteling hoewel deze mensen weldegelijk in nood zijn en niet terug kunnen keren naar hun land van herkomst. De definitie in de Vluchtelingenverklaring lijkt dan ook te beperkt. Tijdens de vier weken die een uitgeprocedeerde asielzoeker krijgt om Nederland te verlaten heeft hij recht op bed, bad en brood, een regeling die gemeenten aanbieden en waarvan de invulling verschilt van sobere voorzieningen tot 24- uursopvanglocaties met begeleid wonen. Na deze periode hebben de mensen die het land niet verlaten geen vangnet meer en vallen ze in wat ook wel het asielgat wordt genoemd: ze komen zonder sociaaleconomische grondrechten zoals arbeid, sociale zekerheid, huisvesting en onderwijs op straat te staan en verblijven illegaal in Nederland. Hoewel veel asielzoekers en vluchtelingen in Nederland wel aanspraak kunnen maken op enige vorm van opvang zoals een bed-, bad- en broodregeling, zou dit vanuit een Arendtiaanse benadering niet voldoende zijn. Doordat zij buiten de samenleving worden geplaatst kunnen deze mensen namelijk geen uiting geven aan de 2 Een vreemdeling is iemand in Nederland die niet de Nederlandse nationaliteit bezit. Een asielzoeker is een vreemdeling die zijn land heeft verlaten en bij de Nederlandse overheid een asielaanvraag indient. Een vluchteling is een asielzoeker die volgens de IND voldoet aan de definitie vluchteling en daarom terecht bang is voor vervolging. Hij krijgt een asielvergunning. 3 Aan een vluchteling zonder de juiste documenten wordt in veel gevallen geen asiel verleend omdat de IND niet kan controleren of hun vluchtverhaal klopt. Voor deze mensen is dit tegelijkertijd een belangrijke belemmering voor terugkeer naar het land van herkomst, omdat hun land in oorlog is of geen functionerende overheid heeft, en hierdoor geen documenten voor terugkeer kan of wil verlenen. En dan zijn er nog de vluchtelingen die niet als zodanig gekenmerkt worden volgens de definitie van het Vluchtelingenverdrag, maar uit angst voor de situatie in hun land niet terug willen keren. Meer informatie: http://wijzijnhier.org/over-het-asielgat/waarom-vluchtelingen-onuitzetbaar-zijn/ (geraadpleegd 3 mei 2017). 9

belangrijke menselijke activiteit handelen. In wat volgt ga ik verder in op deze activiteit en het belang daarbij van een gemeenschap. In The Human Condition benadert Arendt de mens vanuit drie activiteiten waar hij toe in staat is: arbeid, werk en handelen. Samen noemt zij dit de vita activa en stelt dat deze drie activiteiten fundamentele eigenschappen van de mens zijn omdat ze ieder corresponderen met een basisconditie waaronder de mens op aarde leeft. 4 Arbeid correspondeert met het leven zelf, werk met worldliness, handelen met pluraliteit en al deze activiteiten en hun condities zijn verbonden met de twee basiscondities van het menselijke bestaan: nataliteit en mortaliteit. Arendt noemt dit de menselijke conditie, iets dat niet verward moet worden met de menselijke natuur. De menselijke natuur is iets statisch terwijl de menselijke conditie iets dynamisch is. Ayten Gündoğdu omschrijft dit als a dynamic interaction between what is given and what human beings create with their own activities; if that which is given shapes these activities to some extent, it cannot completely determine them and continuously changes as a result of them. 5 De mens wordt gevormd door de condities waaronder hij op de wereld leeft en geeft deze door de verschillende activiteiten tegelijkertijd vorm. Dit is een kenmerkend aspect van Arendts werk waarmee zij zichzelf onderscheidt van andere denkers. Arendt bekijkt de mens binnen de context waarin hij leeft, niet als een statisch rationeel wezen, maar als een wezen dat in beweging is en wordt geconditioneerd door de omstandigheden waarin hij leeft. Deze benadering van de mens is een belangrijk aspect dat in dit paper een grote leidraad vormt. In onderstaande ga ik kort in op de verschillende activiteiten van de mens, met de nadruk op handelen. Dit doe ik om duidelijk te maken onder welke condities de mens leeft en handelt om in wat volgt te kunnen laten zien hoe deze benadering van de mens kan leiden tot een andere benadering van vluchtelingen. De drie activiteiten van de menselijke conditie kenmerken zich als volgt. Arbeid is de activiteit die gaat over the vital necessities 6 van het leven zoals de biologische processen van het lichaam als groei en metabolisme. Deze processen hebben onderhoud nodig dat vervuld wordt door activiteiten van arbeid die zolang de mens leeft niet eindigen. Kortom: arbeid is het voorzien in het dagelijks onderhoud. Om die reden is de conditie van arbeid het leven zelf. Werk is een activiteit om goederen te produceren, en gaat over de artificiële wereld die de mens creëert om in te leven. De 4 Hannah Arendt, The Human Condition, 2e dr. (Chicago: The University of Chicago Press, 1998), 7. 5 Ayten Gündoğdu, Rightlessness in an Age of Rights. Hannah Arendt and the Contemporary Struggles of Migrants (New York: Oxford University Press, 2015), 129. 6 Arendt, The Human Condition, 7. 10

dingen die de mens produceert hebben de functie dat ze het leven van de mens stabiliseren en brengen een objectiviteit in de wereld. 7 De conditie van werk is daarom worldliness. Handelen is de enige activiteit die direct plaatsvindt tussen mensen. Om te kunnen handelen is, anders dan bij arbeid en werk, de aanwezigheid van anderen noodzakelijk. Pluraliteit is daarom de conditie van handelen, omdat handelen plaatsvindt tussen mensen die van elkaar verschillen en zich daarom van elkaar kunnen onderscheiden: Human plurality, the basic condition of both action and speech, has the twofold character of equality and distinction. If men were not equal, they could neither understand each other and those who came before them nor plan for the future and foresee the needs of those who will come after them. If men were not distinct, each human being distinguished from any other who is, was, or will ever be, they would need neither speech nor action to make themselves understood. Signs and sounds to communicate immediate, identical needs and wants would be enough. 8 Het is dus dankzij pluraliteit dat mensen kunnen handelen. Op het belang van pluraliteit en de aanwezigheid van anderen kom ik later nog terug. Daarnaast speelt het begrip nataliteit bij handelen een belangrijke rol. Volgens Arendt is nataliteit inherent aan de geboorte van de mens, een pasgeborene can make itself felt in the world, 9 waardoor de mens vanaf het begin de capaciteit heeft iets nieuws te beginnen wat zich vertaalt in handelen. Te kunnen handelen betekent iets nieuws te kunnen beginnen waarmee je jezelf aanwezig maakt in de wereld. Handelen is dan ook niet alleen een puur menselijke activiteit, maar ook de politieke activiteit bij uitstek omdat de mens zich door te handelen onderscheidt en met elkaar in gesprek kan gaan. In de meeste interpretaties van Arendt geldt dat handelen wordt gezien als de belangrijkste activiteit van de vita activa. Volgens Gündoğdu worden arbeid en werk in deze hiërarchische ordening echter vaak onderschat, zij stelt dat elke activiteit even belangrijk en onvervangbaar is voor een leven dat kenmerkend menselijk is. Het menselijk leven draait niet simpelweg om handelen, maar alle drie de activiteiten spelen een even cruciale rol in een volwaardig menselijk leven. Daarnaast staan alle drie de 7 Arendt, The Human Condition, 7, 137. 8 Ibidem, 175. 9 Ibidem, 9. 11

activiteiten ook met elkaar in verband, en staan ze niet op zichzelf maar hebben ze elkaar nodig. 10 Met betrekking tot vluchtelingen schrijft Gündoğdu dat zij niet alleen zijn beroofd van de mogelijkheid om te handelen wanneer zij zich in een situatie buiten de samenleving bevinden, maar ook van de activiteiten arbeid en werk. Ze zijn niet alleen uitgesloten van een gemeenschap waarbinnen zij in de aanwezigheid van anderen kunnen handelen, maar zijn daarbij afhankelijk van liefdadigheid en zijn de regelmaat van alledaagse routine in hun leven verloren. 11 Zowel handelen als werk en arbeid zijn belangrijk voor een menswaardig bestaan en verdienen volgens Gündoğdu even veel aandacht. Toch richt ik me in dit paper voornamelijk op de activiteit handelen. Daarmee is niet gezegd dat de activiteiten arbeid en werk onbelangrijk zijn, maar het argument van Gündoğdu vereist enige nuance: De activiteit handelen kan niet bestaan zonder arbeid en werk, de mens moet zichzelf immers voorzien van levensbehoeften en geeft alvorens te handelen vorm aan de wereld. Andersom kunnen arbeid en werk weldegelijk bestaan zonder handelen. Het verschil is echter dat handelen een waarde toevoegt aan het leven van een mens dat op een andere manier geldt dan voor arbeid en werk. Een leven dat bijvoorbeeld enkel draait om gezondheid is niet herkenbaar menselijk, maar door te handelen en zich te kunnen onderscheiden krijgt een leven bepaalde waarde die kenmerkend is voor een menselijk bestaan. Arbeid, werk en handelen zijn alle drie belangrijke activiteiten voor de mens, maar handelen is bij uitstek de activiteit die het leven kenmerkend menselijk en waardevol maakt. Asielzoekers en uitgeprocedeerde vluchtelingen worden in het Nederlandse beleid in veel gevallen wel tegemoetgekomen in hun basisbehoeften dankzij AZC s en een bed-, bad- broodregeling, maar worden door het Nederlandse beleid actief buiten de gemeenschap gehouden. Het belang van handelen en de conditie pluraliteit kennen weinig noodzaak in het beleid, de focus ligt vooral op het hoognodige in de vorm van onderdak, eten en de meest basale rechten. Om die reden richt ik mij in dit paper nadrukkelijk op de activiteit handelen. Meer aandacht voor het belang van handelen en pluraliteit zou leiden tot een humaner vluchtelingenbeleid omdat de asielzoeker en ongedocumenteerde centraal komen te staan als handelende mensen, en daar komen andere behoeften uit naar voren dan enkel wat het meest noodzakelijk is. In onderstaande ga ik verder in op het belang van handelen en pluraliteit en hoe het onderdeel zijn van een gemeenschap hier een cruciale rol in speelt. 10 Gündoğdu, Rightlessness in an Age of Rights, 130-132. 11 Ibidem, 20. 12

1.2 Handelen in de aanwezigheid van anderen Zoals hierboven beschreven is handelen een activiteit die per definitie plaatsvindt in de aanwezigheid van anderen, en betekent te kunnen handelen iets nieuws te kunnen beginnen of in gang te kunnen zetten; een manier voor mensen om zichzelf in de wereld te manifesteren en van anderen te onderscheiden. Een belangrijk onderdeel van handelen is taal 12. Volgens Arendt is taal datgene wat de mens een politiek wezen maakt: het is door middel van taal dat mensen met elkaar kunnen praten, hun mening kunnen geven, van gedachten kunnen wisselen en elkaar en zichzelf kunnen begrijpen. Men in the plural, that is, men in so far as they live and move and act in this world, can experience meaningfulness only because they can talk with and make sense to each other and to themselves. 13 Taal is een vorm van handelen en dient als deliberatie of discussie als onderdeel van een proces van de publieke sfeer. 14 Taal en handelen zijn daarbij onlosmakelijk met elkaar verbonden; bij andere activiteiten speelt taal als communicatiemiddel een ondergeschikte rol, maar bij handelen is taal gelijk een doel op zich. Door te handelen en te spreken laten mensen zien wie ze zijn en onderscheiden ze zich van elkaar. Zoals hierboven beschreven blijkt hieruit de relevantie van pluraliteit als de conditie voor handelen. Alleen de mens heeft de capaciteiten om zichzelf op een manier te onderscheiden door meer te kunnen communiceren dan enkel gevoelens van bijvoorbeeld honger of dorst, affectie of angst. Arendt omschrijft dat de mens zichzelf kan openbaren als who in tegenstelling tot what hij is door uiting te geven aan zijn kwaliteiten, talenten en tekortkomingen. 15 Ze noemt dit the disclosure of the agent in speech and action 16 en stelt daarbij dat een leven zonder handelen onmenselijk is. A life without speech and without action ( ) is literally dead to the world; it has ceased to be human life because it is no longer lived among men; 17 uit deze uitspraak blijkt het belang van de conditie pluraliteit en dat de capaciteit om te handelen onlosmakelijk verbonden is aan de aanwezigheid van anderen. Enkel in de aanwezigheid van gelijken kan de mens zich onderscheiden in handelen en taal, want de unieke identiteit van een 12 Ik gebruik taal als vertaling van het door Arendt gebruikte woord speech. Het gaat hier dus zowel om taal als middel van communicatie als de mogelijkheid om jezelf duidelijk te kunnen maken. 13 Arendt, The Human Condition, 4. 14 George Kateb, Political Action: Its Nature and Advantages, in The Cambridge Companion to Hannah Arendt, ed. Dana Villa (Cambridge/New York: Cambidge University Press, 2000), 133. 15 Arendt, The Human Condition, 175 177. 16 Ibidem, 175. 17 Ibidem, 176. 13

mens bestaat pas als hij wordt gezien en erkend door anderen die anders zijn dan hij. Om die reden is pluraliteit de conditie van handelen: het handelen van de mens bestaat bij de gratie van de aanwezigheid van anderen. De aanwezigheid van anderen vertaalt zich in Arendts werk naar het belang van het onderdeel zijn van een gemeenschap, waar zij in verschillende werken aandacht aan besteedt. In The Origins of Totalitarianism zet zij het belang van het behoren tot een gemeenschap uiteen voor het hebben van rechten, waar ik in hoofdstuk twee verder op inga. Hier wil ik de nadruk leggen op het belang van een gemeenschap voor mensen om te kunnen handelen. In The Human Condition schrijft Arendt: All human activities are conditioned by the fact that men live together, but it is only action that cannot even be imagined outside the society of men. 18 Enkel als onderdeel van een gemeenschap wordt de taal en het handelen van mensen gezien en gehoord en kan de mens zich als uniek en individu kenbaar maken. Arendt maakt daarbij een onderscheid tussen de publieke en de privésfeer, waarbij de privésfeer het privéleven zoals bijvoorbeeld het huishouden is en de publieke sfeer een politiek gebied, een sfeer van vrijheid en gelijkheid. De publieke sfeer is dan ook waar handelen en taal tot stand komen. Arendt quote daarbij de Griekse gedachte: wherever you will go you will be a polis, 19 de gedachte dat waar mensen gaan hun taal en handelen op bijna iedere locatie in bijna iedere tijd een publieke sfeer creëren. Ze schrijft: Action not only has the most intimate relationship to the public part of the world common to us all, but is the one activity which constitutes it. 20 De publieke sfeer is daarbij niet hetzelfde als een politieke organisatie of een bepaalde plek; het is de ruimte in een samenleving die mensen met elkaar creëren door de vrijheid om hun woorden en handelingen met elkaar te delen. Handelen is niet alleen de activiteit die het dichtst in relatie staat tot de publieke sfeer, maar is gelijk ook de activiteit die de publieke sfeer vormt. 21 Hieruit blijkt opnieuw het belang van het onderdeel zijn van een gemeenschap: om te kunnen handelen is het noodzakelijk dat de mens in de aanwezigheid is van anderen in een publieke sfeer waar zijn woorden en handelingen er toe doen en waar hij als gelijke wordt erkend door anderen. In zo n situatie kan de mens zichzelf als individu onderscheiden en komt zijn capaciteit om iets nieuws te beginnen volledig tot uiting. 18 Arendt, The Human Condition, 22. 19 Ibidem, 198. 20 Ibidem, 198. 21 Ibidem, 198-199. 14

Seyla Benhabib omschrijft Arendts gedachten over het belang van de aanwezigheid van anderen als iets ontologisch, iets dat inherent is aan de mens: to be human is to appear in the world to others, to be present to them, to be perceived by them, to be in communication with them. For humans, being and appearance are one; there is no human essence hidden behind or beyond the appearances. 22 Benhabib onderstreept hiermee Arendts gedachte dat een leven zonder handelen en taal geen menselijk leven meer is. Een leven zonder de mogelijkheid om aan anderen in de wereld te verschijnen is niet menselijk want zijn en verschijnen zijn volgens haar één. Dit roept echter de vraag op wat er gebeurt wanneer de mens zijn leven leeft in de afwezigheid van anderen. Is een kluizenaarsbestaan een onmenselijk bestaan? Volgens Arendt is dit wel het geval omdat no human life ( ) is possible without a world which directly or indirectly testifies to the presence of other human beings. 23 Benhabib zegt hierover dat bepaalde eigenschappen van de mens zoals de mogelijkheid om moedig of laf, aardig of onaardig te zijn niet bestaan in de afwezigheid van anderen, omdat deze eigenschappen bestaan omdat ze door mensen worden geïnterpreteerd. 24 De vraag of een leven zonder deze eigenschappen onmenselijk is, en dat zijn en verschijnen dus gelijk zijn aan elkaar valt echter te betwisten. Er zijn ook andere kenmerkend menselijk eigenschappen denkbaar die ook zonder de aanwezigheid van anderen kunnen bestaan zoals twijfel, verdriet, boosheid en blijheid. En daartegenover kan je stellen dat ook wanneer de mens wél in de aanwezigheid is van anderen, zijn taal en handelen nog steeds niet optimaal tot uiting kunnen komen wanneer hij zich in een situatie bevindt waarin dit er niet toe doet zoals in de situatie van een uitgeprocedeerde vluchteling die ongedocumenteerd in de illegaliteit leeft en zich niet in de publieke sfeer kan uiten. Uitgaand van Arendts analyse van de mens waarbij handelen een cruciale activiteit is van een menselijk leven, betekent dit dat het leven van een mens pas menselijk is wanneer hij in de mogelijkheid verkeert zichzelf in handelen en taal te onderscheiden en hij in de aanwezigheid van anderen uiting kan geven aan zijn individualiteit. Wanneer we dit betrekken op asielzoekers en ongedocumenteerden in Nederland is het de moeite waard je af te vragen of een leven minder menselijk kan zijn, of handelen enkel wel of niet mogelijk is, of dat daar ook gradaties in bestaan. Over de mogelijkheid en onmogelijkheid om te handelen en of daar een duidelijke scheidslijn in is, is Arendt niet specifiek. Wat we van 22 Seyla Benhabib, The Reluctant Modernism of Hannah Arendt. Part of Modernity and Policital Thought, ed. Morton Schoolman (Thousand Oaks: Sage Publications, Inc., 1996), 110. 23 Arendt, The Human Condition, 22. 24 Benhabib, The Reluctant Modernism of Hannah Arendt, 111. 15

haar mee kunnen nemen is het belang voor de mens om zich te kunnen onderscheiden in taal en handelen. Betrokken op het lot van asielzoekers en ongedocumenteerden is het daarbij een belangrijke vraag of zij in de mogelijkheid verkeren dit te kunnen doen. Een volgende stap is dan ook om de situatie van deze mensen te bekijken en te onderzoeken of omstandigheden waarin zij verkeren bevorderlijk zijn om te kunnen handelen. In de volgende paragraaf ga ik hier dan ook verder op in. Ik kom daar ook terug op het creëren van de mogelijkheden om te kunnen handelen en of dit ook kan in verschillende gradaties. 1.3 Ruimte voor handelen binnen het vluchtelingenbeleid In bovenstaande heb ik het belang van handelen en het onderdeel zijn van een gemeenschap uiteengezet. In wat volgt wil ik ingaan op de situatie van vluchtelingen in de Nederlandse samenleving. Zoals eerder beschreven worden asielzoekers in Nederland opgevangen in AZC s waar zij recht hebben op onderdak, leefgeld en aanspraak op basisvoorzieningen zoals gezondheidszorg. Dit geldt alleen voor diegenen die in de asielprocedure zitten, uitgeprocedeerde vluchtelingen hebben recht op vier weken bed, bad, brood waarna hun recht op opvang vervalt. Hoewel het lot van asielzoekers in AZC s aanzienlijk beter is vanwege de beschikbare voorzieningen, hebben asielzoekers en uitgeprocedeerde vluchtelingen een belangrijk aspect met elkaar gemeen. Ze hebben niet dezelfde rechten als burgers van de Nederlandse staat en kunnen geen onderdeel zijn van publieke en politieke processen. Kortom: wat deze mensen met elkaar gemeen hebben is dat ze buiten de samenleving staan: ze zijn stateloos en daarmee ook niet erkend als onderdeel van een gemeenschap, en worden niet beoordeeld op hun taal en handelen. Arendt beschrijft een leven buiten de publieke sfeer als volgt: To live an entirely private life means above all to be deprived of things essential to a truly human life: to be deprived of the reality that comes from being seen and heard by others, to be deprived of an objective relationship with them that comes from being related to and separated from them through the intermediary of a common world of things, to be deprived of the possibility of achieving something more permanent than life itself. The privation of privacy lies in the absence of others; as far as they are concerned, private man does not appear, and therefore it is as though he 16

did not exist. Whatever he does remains without significance and consequence to others, and what matters to him is without interest to other people. 25 Arendt beschrijft dat een leven dat zich afspeelt in de privésfeer er weinig toe doet omdat er niemand is die jouw handelingen waarneemt en op waarde schat of tot wie jij je kan verhouden. Zonder gemeenschap kan een mens zichzelf niet onderscheiden, hij wordt als het ware vervangbaar ; en individualiteit wordt betekenisloos zodra iemand vervangen kan worden voor een ander. 26 Wanneer je je als individu niet kan onderscheiden van anderen doet je unieke individualiteit er niet toe en ben je enkel nog mens, je talenten en kwaliteiten doen er dan niet toe. Pas in de aanwezigheid van gelijken die tegelijkertijd anders zijn dan jij kan je je als individu onderscheiden. Arendt noemt dit the twofold character of equality and distinction van pluraliteit: mensen zijn gelijk in hun ongelijkheid. Voor asielzoekers en vluchtelingen in Nederland betekent het feit dat ze gevlucht zijn niet alleen een verlies van een vaderland, een thuis en een gemeenschap, maar gelijk ook het verlies van een plek in de wereld waar ze er toe doen als individu. Asielzoekers en ongedocumenteerden leven in Nederland buiten de publieke sfeer die Arendt omschrijft door ze (letterlijk) buiten de samenleving te plaatsen. In AZC s, opvanglocaties of op straat hebben deze mensen niet de mogelijkheid actief deel te nemen aan de samenleving door bijvoorbeeld te werken of zich te mengen in de publieke sfeer. Voor een ongedocumenteerde in de illegaliteit is het bijvoorbeeld alsof hij niet bestaat. Niet alleen heeft hij het recht niet om te bestaan in de Nederlandse samenleving omdat hij geen vergunningen heeft, maar daarnaast is het voor zo iemand moeilijk ervoor te zorgen dat wat hij doet en zegt betekenis of consequenties heeft voor anderen omdat hij zich niet in een situatie bevindt waarin hij als gelijkwaardige mee kan doen in de publieke sfeer en waar zijn handelen en spreken op waarde worden geschat. In We Refugees, een paper dat Arendt schreef in 1943 waarin zij aan de hand van haar eigen ervaringen als vluchteling vertelt wat het betekent om stateloos te zijn en afhankelijk van de liefdadigheid van anderen, beschrijft Arendt hoe het is om je beroep, taal, vrienden en routine van het dagelijks leven kwijt te raken. Aangekomen in een nieuw land is het van cruciaal belang om een eigen identiteit op te kunnen bouwen 25 Arendt, The Human Condition, 58. 26 Jerome Kohn, Freedom: The Priority of the Political, in The Cambridge Companion to Hannah Arendt, ed. Dana Villa (Cambridge/New York: Cambidge University Press, 2000), 118. 17

door ertoe te kunnen doen, en niet door afhankelijk te zijn van de liefdadigheid van anderen. 27 Dit is precies waar het aan ontbreekt in het huidige Nederlandse vluchtelingenbeleid; vluchtelingen krijgen niet de mogelijkheid zichzelf als individu in een gemeenschap te onderscheiden van anderen die gelijk zijn aan hem, maar leven buiten de samenleving als anonieme en homogene groep. Ze leven niet in de publieke sfeer waar ze de kans krijgen aan anderen te verschijnen en waarin zoals Arendt omschrijft I appear to others as other appear to me, where men exist not merely like other living or inanimate things but make their appearance explicitly. 28 De manier waarop asielzoekers en ongedocumenteerden leven in AZC s of in de illegaliteit staat hen niet toe om in de aanwezigheid van anderen te handelen op een manier waarin hun unieke individualiteit onthuld wordt. Zij worden niet gerekend tot de Nederlandse samenleving maar vallen erbuiten, en zijn slechts een persoon, één van velen. Arendt omschrijft dat wanneer de identiteit van een persoon er niet toe doet wanneer hij handelt, zijn handeling aan waarde verliest. Dit verlies gebeurt when human togetherness is lost. Ze schrijft: In these instances ( ) speech becomes indeed mere talk, simply one more means toward the end. 29 Wanneer de mens zich in een situatie bevindt waar zijn identiteit er niet toe doet verliest handelen de kwaliteit waarmee het meer wordt dan slechts een productief middel tot een doel. Dit is het geval voor de mensen die als asielzoeker in AZC s wachten op de uitslag van hun procedure en wiens leven tijdelijk stilstaat, en voor uitgeprocedeerden die een onzichtbaar leven leiden zonder actief deel te kunnen nemen aan de gemeenschap. Meer focus op een situatie waarin de mens er als individu met talenten en kwaliteiten toe doet, waar het belang van erkenning in een gemeenschap en de mogelijkheid te kunnen handelen centraal staat, zou daarom leiden tot een kenmerkend menselijker vluchtelingenbeleid. In het huidige beleid ligt de nadruk op de opvang van vluchtelingen door middel van enkel het noodzakelijke: een dak boven het hoofd en eten en drinken. Door het belang van handelen in een gemeenschap een prominentere rol te laten spelen in het beleid zou dit er heel anders uit zou gaan zien. Om dit standpunt helder te maken en te verdedigen is het belangrijk om in te gaan op een aantal vragen die dit oproept. Zoals ik in de voorgaande paragraaf al noemde is een belangrijke kanttekening bij Arendts benadering van de activiteit 27 Hannah Arendt, We Refugees, in Altogether Elsewhere. Writers in Exile, ed. Marc Robinson (London: Faber and Faber, 1943). 28 Arendt, The Human Condition, 198. 29 Ibidem, 180. 18

handelen dat het moeilijk is om te bepalen wanneer iemand wel of niet in staat is om te handelen. Arendt benadrukt dat een leven in de afwezigheid van anderen onmenselijk is omdat er niemand is die jouw handelen op waarde schat en van wie je je kan onderscheiden. Als handelen daarnaast als activiteit vanzelfsprekend is aan menszijn, dan zou de mens in elke situatie waarin hij in de aanwezigheid van anderen is in staat moeten zijn om te handelen. Het is dan geen taak voor de overheid om daar in hun beleid in tegemoet te komen omdat mensen hoe dan ook samenkomen, ook in AZC s of detentiecentra, en dus hoe dan ook handelen. Tegelijkertijd benadrukt Arendt het belang van pluraliteit en de mogelijkheid je in een publieke sfeer als individu te kunnen onderscheiden. Daarvoor is niet alleen de aanwezigheid van anderen noodzakelijk, maar ook de mogelijkheid om onderdeel te zijn van de publieke sfeer. Zo bekeken betekent het verkeren in de aanwezigheid van anderen niet per definitie dat je kunt handelen als je je in een situatie bevindt waarin jouw individualiteit er niet toe doet, zoals in het geval van asielzoekers en ongedocumenteerden. Dit leidt tot de vraag of er gradaties zijn in wel of niet kunnen handelen, en of dit afhankelijk is van de omstandigheden waarin je als mens verkeert. Op de grenzen van te kunnen handelen gaat Arendt in The Human Condition niet concreet in. Ze stelt heel duidelijk dat handelen niet mogelijk is in de totale afwezigheid van andere mensen en maakt daarnaast een onderscheid tussen de privé en de publieke sfeer, waarbij de publieke sfeer het domein is waar handelen tot stand komt. Waar ze echter niet op ingaat is op de vraag waar de precieze scheidslijn ligt tussen de privé en de publieke sfeer, wat de vereisten zijn om te kunnen handelen en in welke omstandigheden dit het beste tot zijn recht komt. Zeker met oog op het vluchtelingenbeleid in de Nederlandse samenleving loont het om erover na te denken in welke situaties een Arendtiaanse benadering van handelen tot uiting kan komen, en of er ook situaties denkbaar zijn die meer bevorderend zijn om te kunnen handelen dan andere. Wanneer het al dan niet kunnen handelen wordt gezien als zwart-wit wordt het lastig om daar een vluchtelingenbeleid op te baseren dat er niet vanuit gaat om iedereen in Nederland toe te laten. Wanneer je handelen ziet als een activiteit die alleen mogelijk is wanneer je burger bent van een gemeenschap, dan kan je in een beleid waarin handelen centraal staat niet anders dan alle vluchtelingen toe te laten. Dit is om uiteenlopende redenen echter niet per definitie realistisch of gewenst. Wanneer we handelen echter zien als een activiteit die in bepaalde situaties beter tot uiting kan 19

komen dan in andere, dan kunnen we na gaan denken over een realistischer beleid waarin het creëren van zulke omstandigheden zo veel mogelijk centraal staat. De meest vruchtbare situatie om het handelen tot uiting te laten komen is in de aanwezigheid van anderen waarbij jouw mening en handelingen er daadwerkelijk toe doen. In een AZC of als illegale vluchteling op straat is deze situatie beduidend minder aanwezig dan voor normale burgers die onderdeel zijn van de Nederlandse samenleving. De capaciteit om te handelen wordt beperkt door afgezonderd te zijn van anderen en te leven in een milieu waarin onderscheid van ondergeschikt belang is, waarin handelen en taal eerder een middel dan een doel op zich zijn. Hoewel de mens in staat is om te handelen, is hij dus ook in staat situaties te creëren waarin dit niet goed uit de verf komt. Een startpunt om te denken over de opvang van asielzoekers en uitgeprocedeerde vluchtelingen zou zijn om na te denken over of er een tussengebied kan zijn tussen wel en niet kunnen handelen, en hoe een situatie kan worden gecreëerd die meer bevorderend en stimulerend is voor de mens als handelend wezen. Daar kunnen concrete beleidsmaatregelen uit naar voren komen die verder strekken dan de noodzakelijke richtlijnen om iemand in leven te houden zoals bed, bad en brood, en die tegemoetkomen aan het creëren van situaties waarin mensen uiting kunnen geven aan hun individualiteit en handelen. Of Arendt het eens zou zijn met bovenstaande benadering van handelen valt te betwijfelen. Ten eerste ligt er in dit standpunt een bepaalde normativiteit besloten over hoe politiek beleid met mensen om zou moeten gaan. Dit is een gebied waar Arendt zich niet op begeeft; Arendt houdt zich in haar werk niet bezig met normatieve of morele theorie en schrijft niet over hoe politiek de samenleving vorm zou moeten geven, maar eerder over hoe mensen functioneren in zo n samenleving. Arendts uiteenzetting van de drie activiteiten van de mens en de condities die daaraan verbonden zijn leidt niet tot een concreet beeld van wat een overheid zou moeten doen. In haar werk lijkt weldegelijk een bepaalde normatieve toon aanwezig te zijn, maar haar primaire interesse gaat niet over de invulling van rechten of plichten of over hoe een samenleving en de politiek eruit zouden moeten zien. Arendt is eerder bezig een schets te maken van de mens als actief wezen dat arbeidt, werkt en handelt en de situaties waarin hij dit doet. Dat er twijfel kan zijn over de morele inslag in het werk van Arendt is een belangrijk punt om aan te stippen en roept de vraag op of je haar wel op deze manier in zou mogen zetten. Toch gebruik ik Arendts analyse van de vita activa hier als normatieve leidraad om na te denken over hoe een rechtvaardig vluchtelingenbeleid eruit zou zien. 20