LADIS SPECS 2011 LANDELIJK ALCOHOL EN DRUGS INFORMATIESYSTEEM Houten, oktober 2011 Stichting Informatievoorziening Zorg
Inhoud 1 Inleiding... 3 2 Wijzigingen... 4 2.1 Wijzigingen ten opzichte van de 2010 versie...4 3 Berichtenstructuur voor het aanleveren aan LADIS... 5 4 Definities... 8 4.1 Recordsoort 20 Cliënt...8 4.2 Recordsoort 30 Inschrijving... 10 4.3 Recordsoort 40 Contacten... 21 4.4 Recordsoort 41 Vervangende middelen... 23 4.5 Recordsoort 43 Verblijfsdagen... 25 Colofon 27 LADIS Specs 2011 GGZ 2
1 Inleiding In deze publicatie vindt u informatie over de specificatie van gegevens binnen het Landelijke Alcohol en Drugs Informatie Systeem (LADIS). Het LADIS bevat alle relevante gegevens over de hulpvraag van en het hulpaanbod aan problematische alcohol en drugsgebruikers en gokkers. Deze specs zijn bedoeld voor iedereen die wil weten welke gegevens er precies in Ladis zitten. Deze specs kent een aantal bijlages waarin de meer technische aanlevering beschreven wordt. Per software leverancier een bijlage. De specs bevatten achtereenvolgens een overzicht van de belangrijkste veranderingen t.o.v. de Ladis specs 2010, de berichtenstructuur, de codelijsten en de controles op een aangeleverd bestand. Tenslotte een beschrijving van de aanleverprocedure. Het Landelijk Alcohol en Drugs Informatie Systeem bestaat sinds 1986 en levert onderzoeks- en beleidsinformatie over de hulpvraag en de hulpvrager in de (ambulante) verslavingszorg. De Stichting Informatievoorziening Zorg (IVZ) is aangewezen als uitvoerder van het systeem namens de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (Staatscourant Registratieregeling verslavingsbeleid, 30 december 1998). De leveringsplicht is in deze regeling vastgelegd en is ook opgenomen in de Regeling Maatschappelijke Ondersteuning van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (14 december 2006). De verplichtingen van Nederland in het kader van de Treatment Demand Indicator (TDI) van het European Monitoring Centre for Drugs en Drug Addiction (EMCDDA) zijn daarin meegenomen. IVZ publiceert naast kerncijfers onderzoeksrapporten naar specifieke cliëntprofielen in de zorg. Ook worden gegevens onder strikte voorwaarden (Reglement Gegevensverstrekking LADIS) verstrekt aan onderzoekers, zorgaanbieders, overheden en media. Daarnaast krijgen alle aanleverende zorgaanbieders gestandaardiseerde output retour over hun eigen instelling gespiegeld aan landelijke cijfers (benchmarking). Alleen vanuit de door IVZ geteste software kan een LADIS-aanlevering gedaan worden. Na een succesvolle test verkrijgt men het door IVZ ontwikkeld programma (de Privacy Verzend Module, de PVM) om de benodigde unieke geanonimiseerde cliëntsleutels te genereren. Dit programma zet bepaalde persoonsgegevens om in een niet te herleiden versleutelde code. Deze zogenaamde LADIScode speelt een cruciale rol in de privacybescherming binnen het Ladis. De Ladis-code maakt het mogelijk om (groepen) cliënten geanonimiseerd te volgen op hun gang door de verslavingszorg. LADIS Specs 2011 GGZ 3
2 Wijzigingen 2.1 Wijzigingen ten opzichte van de 2010 versie Vanwege de vrijheidsgraden die de huidige moderne registratie-software aan de gebruikers biedt, wordt soms de voor Ladis belangrijke gegevens op een niet voor de hand liggende plaats vastgelegd. Vandaar dat het voor Ladis noodzakelijk is om een bredere uitvraag te doen dan alleen de items die in deze specs worden beschreven. Deze extra uitvraag moet worden beschouwd als verrijkingsmateriaal. Het stelt ons in staat om ontbrekende gegevens in de Ladis aanlevering oude stijl alsnog te vullen. Een goed voorbeeld is het missen van de primaire problematiek, welke vaak wel geregistreerd wordt bij de DBC diagnose. De technische details betreffende de Ladis aanlevering worden beschreven in de bijlage per software leverancier. De veranderingen in vogelvlucht. De wijzigingen zijn geel gemarkeerd in de tekst. De codetabel Verblijfslocatie is aangepast. Het element Speellocatie Gokken is toegevoegd om de kennis over de gokproblematiek te vergroten. De codelijst van primaire en secundaire problematiek is aangepast. De meer technische aangelegenheden zijn zoveel mogelijk verplaatst naar een bijlage. LADIS Specs 2011 GGZ 4
3 Berichtenstructuur voor het aanleveren aan LADIS De volgende 5 recordsoorten komen voor: 20 = cliënt 30 = inschrijving 40 = contactrecord 41 = vervangende middelen 43 = verblijfsdagen Datamodel Ladis aanlevering Cliënt (20) Inschrijving (30) Contactrecord (40) Vervangende middelen (41) Verblijfsdagen (43) Record -soort Recordnaam Soort Begin Lengte Opmerking 20 Cliënt recordsoort A 1 2 waarde = 20 20 Cliënt zorgaanbieder R 3 4 Uit rs 10 20 Cliënt registratiepunt R 7 1 Uit rs 10 20 Cliënt cliëntnummer A 8 32 20 Cliënt achternaam A 40 32 Links uitlijnen 20 Cliënt geboortedatum D 72 8 20 Cliënt geslacht C 80 1 20 Cliënt burger service nummer C 81 32 20 Cliënt geboorteland C 113 4 20 Cliënt geboorteland moeder C 117 4 20 Cliënt geboorteland vader C 121 4 30 inschrijving recordsoort A 1 2 waarde = 30 30 inschrijving zorgaanbieder R 3 4 Uit rs 10 30 inschrijving registratiepunt R 7 1 Uit rs 10 30 inschrijving cliëntnummer R 8 32 Uit rs 20 LADIS Specs 2011 GGZ 5
Record -soort Recordnaam Soort Begin Lengte Opmerking 30 inschrijving inschrijfnummer A 40 32 30 inschrijving datum inschrijving D 72 8 30 inschrijving verwezen door C 80 3 30 inschrijving woongemeente C 83 4 30 inschrijving nationaliteit C 87 4 30 inschrijving burgerlijke staat C 91 1 30 inschrijving opleidingsniveau C 92 1 30 inschrijving bron van inkomsten C 93 1 30 inschrijving verblijfslocatie C 94 2 Codetabel aangepast 30 inschrijving leefsituatie C 96 2 30 inschrijving werkervaring C 98 1 30 inschrijving soort cliënt C 99 1 30 inschrijving primaire problematiek C 100 2 Codetabel aangepast 30 inschrijving secundaire problematiek C 102 2 Codetabel aangepast 1e 30 inschrijving secundaire problematiek C 104 2 Codetabel aangepast 2e 30 inschrijving bestaansduur C 106 1 problematiek 30 inschrijving leeftijd eerste gebruik N 107 2 98 en 99 zijn codes. 30 inschrijving frequentie gebruik C 109 1 30 inschrijving wijze van gebruik C 110 1 hoofdmiddel 30 inschrijving wijze van gebruik eerste bijmiddel C 111 1 30 inschrijving spuiten C 112 1 30 Inschrijving speellocatie gokken C 113 1 Nieuw element 30 inschrijving ernst van de verslaving, drugs C 114 1 30 inschrijving ernst van de verslaving, C 115 1 alcohol 30 inschrijving psychiatrische behandeling C 116 1 30 inschrijving eerdere behandeling C 117 1 30 inschrijving aanraking met justitie C 118 1 30 inschrijving datum uitschrijving D 119 8 30 inschrijving verwezen naar C 127 3 30 inschrijving reden beëindiging C 130 2 30 inschrijving datum evaluatie D 132 8 30 inschrijving algemene toestand cliënt C 140 1 30 Inschrijving gebruik middelen C 141 1 30 Inschrijving prognose C 142 1 30 Inschrijving tevredenheid cliënt C 143 1 30 Inschrijving doel bereikt C 144 1 30 Inschrijving datum eerste contact D 145 8 30 Inschrijving datum laatste contact D 153 8 LADIS Specs 2011 GGZ 6
Record -soort Recordnaam Soort Begin Lengte Opmerking 40 Contactrecord recordsoort A 1 2 waarde = 40 40 Contactrecord zorgaanbieder R 3 4 Uit rs 10 40 Contactrecord registratiepunt R 7 1 Uit rs 10 40 Contactrecord cliëntnummer R 8 32 Uit rs 20 40 Contactrecord inschrijfnummer R 40 32 Uit rs 30 40 Contactrecord datum contact D 72 8 40 Contactrecord setting C 80 1 40 Contactrecord activiteit C 81 2 40 Contactrecord duur N 83 4 9999 is een code. 40 Contactrecord soort C 87 1 40 Contactrecord samenstelling C 88 1 40 Contactrecord discipline zorgverlener C 89 1 41 vervangende middelen 41 vervangende middelen 41 vervangende middelen 41 vervangende middelen 41 vervangende middelen recordsoort A 1 2 waarde = 41 zorgaanbieder R 3 4 Uit rs 10 registratiepunt R 7 1 Uit rs 10 cliëntnummer R 8 32 Uit rs 20 inschrijfnummer R 40 32 Uit rs 30 41 vervangende middelen datum contact D 72 8 41 vervangende middelen datum inname D 80 8 41 vervangende middelen middel C 88 1 41 vervangende middelen vorm C 89 1 41 Vervangende middelen doel C 90 1 41 vervangende middelen hoeveelheid N 91 6 43 Verblijfsdagen recordsoort A 1 2 Waarde = 43 43 verblijfsdagen zorgaanbieder R 3 4 Uit rs 10 43 Verblijfsdagen registratiepunt R 7 1 Uit rs 10 43 verblijfsdagen cliëntnummer R 8 32 Uit rs 20 43 Verblijfsdagen inschrijfnummer R 40 32 Uit rs 30 43 Verblijfsdagen datum verblijf D 72 8 43 Verblijfsdagen type C 80 1 LADIS Specs 2011 GGZ 7
4 Definities 4.1 Recordsoort 20 Cliënt Definitie: Persoon die hulp ontvangt van een zorgaanbieder vanwege problemen met het gebruik van alcohol, drugs en andere middelen en/of vanwege een verslaving aan niet-middelen. Aanlevercriterium: De cliënt heeft minstens één inschrijving die overlapt met de registratieperiode. Toelichting: De persoon die kampt met de verslavingsproblematiek van een ander (partner, ouder of kind) valt ook onder de definitie. Voorbeelden van een verslaving aan niet-middelen zijn: gokken, internet, anorexia nervosa. en: Recordsoort Zorgaanbieder Registratiepunt Cliëntnummer Achternaam Geboortedatum Geslacht Burger Service Nummer Geboorteland Geboorteland moeder Geboorteland vader Geleiderecord 20 Definitie Toelichting Opmerking/Codelijst Achternaam Burger Service nummer Cliëntnummer De achternaam van de cliënt zoals die bij geboorte is opgegeven aan de burgerlijke stand (meisjesnaam). Het BSN of sofinummer van de cliënt. Uniek identificatienummer voor de cliënt (persoon) zoals dit wordt gebruikt binnen het registratiepunt van de De achternaam mag geen voorletters en voorvoegsels bevatten. Dit gegeven gaat in combinatie met geboortedatum en geslacht geanonimiseerd naar Ladis Dit gegeven wordt versleuteld, voordat het naar Ladis gaat. Het BSN is vooralsnog niet verplicht. In de Ladis dataset is er alvast ruimte voor gemaakt in de verwachting, dat het verplicht gaat worden. Dit gegeven wordt geanonimiseerd, zodat er geen relatie bestaat tussen het cliëntnummer in Ladis en het cliëntnummer bij de zorgverlener. Het nummer is 9 posities lang. De PVM doet een 11-proef over het nummer. zorgaanbieder. LADIS Specs 2011 GGZ 8
Geleiderecord 20 Definitie Toelichting Opmerking/Codelijst Geboortedatum De datum waarop de cliënt geboren is. Dit gegeven wordt meegenomen in de Ladiskey. Het versleutel programma verandert (na gebruik voor de Ladis-key) de geboortedag in de waarde 15. NB. Voor de ladis-key wordt de feitelijke geboortedatum gebruikt. Geboorteland Het land waar de cliënt geboren is. De gegevens geboorteland cliënt, geboorteland vader en moeder worden vastgelegd ten behoeve van de registratie van etnische herkomst. Etnische herkomst wordt vastgelegd omdat de zorgaanbieders en de branche zich ten doel hebben gesteld voor alle bevolkingsgroepen een toegankelijk aanbod te bieden. Landencodering volgens de GBA-landentabel. (zie www.bprbz.nl) Let op: het GBA kent voor geboortelanden en nationaliteiten verschillende tabellen! Geboorteland moeder Het land waar de moeder van de cliënt geboren is. Bedoeld is het geboorteland van de biologische moeder. Landencodering volgens de GBA-landentabel. (zie www.bprbz.nl) Let op: het GBA kent voor geboortelanden en nationaliteiten verschillende tabellen! Geboorteland vader Het land waar de vader van de cliënt geboren is. Bedoeld is het geboorteland van de biologische vader. Landencodering volgens de GBA-landentabel. (zie www.bprbz.nl) Let op: het GBA kent voor geboortelanden en nationaliteiten verschillende tabellen! Geslacht De sekse van de cliënt. De sekse aanduiding zoals dit bekend is bij het bevolkingsregister. 1. man 2. vrouw LADIS Specs 2011 GGZ 9
4.2 Recordsoort 30 Inschrijving Definitie: Inschrijving van een cliënt bij een zorgaanbieder. Aanlevercriterium: De inschrijving heeft een inschrijfperiode (in- en uitschrijfdatum) die overlapt met de registratieperiode. Toelichting: De term inschrijving verwijst naar het administratieve proces waarbij een persoon wordt opgenomen in de administratie, vervolgens behandelcontacten heeft en na verloop van tijd administratief wordt uitgeschreven. Een cliënt kan meerdere inschrijvingen hebben, doordat hij of zij in één verslagperiode één of meer keren is in - en uitgeschreven. Uitgangspunt bij het registreren van de demografische elementen, de cliëntkenmerken en de problematiek is de situatie ten tijde van de inschrijving. Toelatingcriteria voor Ladis: De cliënt heeft een primaire problematiek. De cliënt is een gebruiker of een naaste van een gebruiker (soort cliënt). Er is sprake van minstens één hulpverleningscontact, vervangend middel of verblijfsdag. Cliëntinschrijvingen die niet voldoen aan bovenstaande criteria tellen niet mee in Ladis, maar dienen wel aangeleverd te worden, aangezien het een beeld schetst van de omvang van de potentiële hulpvraag. en: Recordsoort Zorgaanbieder Cliëntnummer Inschrijfnummer Datum inschrijving Verwezen door Woongemeente Nationaliteit Burgerlijke staat Opleidingsniveau Bron van inkomsten Verblijfslocatie Leefsituatie Werkervaring Soort cliënt Primaire problematiek Secundaire problematiek 1 Secundaire problematiek 2 Bestaansduur problematiek Leeftijd eerste gebruik Frequentie gebruik Wijze van gebruik hoofdmiddel Wijze van gebruik bijmiddel Speellocatie gokken Spuiten Ernst van de verslaving, drugs Ernst van de verslaving, alcohol Psychiatrische behandeling Eerdere behandeling Aanraking met justitie Datum uitschrijving Verwezen naar Reden uitschrijving Datum evaluatie Algemene toestand Gebruik middelen Prognose Tevredenheid Doel bereikt Datum eerste contact Datum laatste contact LADIS Specs 2011 GGZ 10
Geleiderecord 30 Definitie Toelichting Opmerking/Codelijst Aanraking met justitie Algemene toestand Bestaansduur problematiek Bron van inkomsten Burgerlijke staat Datum inschrijving Datum eerste contact Datum evaluatie Aanduiding of de cliënt contact heeft gehad met justitie. De visie op de algemene toestand van de cliënt bij uitschrijving ten opzichte van de toestand bij inschrijving. Aanduiding van de tijd dat de cliënt kampt met de primaire problematiek op het moment van het eerste hulpverleningscontact. De belangrijkste legale bron van inkomsten op het moment van het eerste hulpverleningscontact. De wettelijke burgerlijke staat op het moment van het eerste hulpverleningscontact. De dag waarop de cliënt is inschreven in de administratie van de instelling. De datum van het eerste hulpverleningscontact in het kader van deze inschrijving. De datum waarop is geëvalueerd. Het betreft Voor zover het contact met justitie verband houdt met de verslavingsproblematiek van de cliënt. De opvatting van cliënt en zorgverlener samen. Indien geen overeenstemming dan de mening van de zorgverlener. Onbekend mag worden ingevuld als de cliënt niet heeft meegedaan aan de eindevaluatie. In het geval dat de cliënt een naaste is betreft het de tijd dat hij of zij kampt met de problematiek van de (ex-)gebruiker. Prostitutie is legaal in Nederland, maar telt desondanks niet mee. Onder gehuwd kan eveneens geregistreerd partnerschap worden verstaan. De startdatum van de betreffende inschrijfperiode. Definitie hulpverleningscontact: Een contact tussen cliënt(en) en hulpverlener(s), in het kader van het verlenen van verslavingszorg. Na het beëindigen van de behandeling vindt in 1 ooit 2 recent (afgelopen jaar) 3 actueel (afgelopen maand) 4 nooit 1 Verslechterd 2 Enigszins verslechterd 3 Onveranderd 4 Enigszins verbeterd 5 Verbeterd 6 Klachtenvrij 9 Onbekend 1 tot 3 maanden 2 3 tot 6 maanden 3 6 tot 12 maanden 4 1 tot 2 jaar 5 2 tot 5 jaar 6 5 tot 10 jaar 7 meer dan 10 jaar 1 loon/zelfstandige/eigen bedrijf 2 uitkering 3 aow/pensioen/vut 4 geen eigen inkomsten 5 studiefinanciering 8 anders 1 Ongehuwd en nooit gehuwd geweest 2 Gehuwd 3 Gescheiden 4 Weduwe/weduwenaar 9 Onbekend Het eerste hulpverleningscontact valt binnen de inschrijfperiode. Intake- en onderzoekscontacten behoren tot de hulpverleningscontacten. Een verstrekking van vervangende middelen telt ook mee. Het gaat dan om de contactdatum. de evaluatie bij het de regel een LADIS Specs 2011 GGZ 11
Geleiderecord 30 Definitie Toelichting Opmerking/Codelijst Datum laatste contact Datum uitschrijving Doel bereikt Eerdere behandeling Ernst van de verslaving, alcohol beëindigen van de behandeling. De items algemene toestand, doel bereikt, gebruik middelen, prognose en tevredenheid dienen dan te worden ingevuld. De datum waarop voor de laatste maal zorg is verleend. De datum waarop de inschrijving (behandeling) van de cliënt (administratief) wordt afgesloten. De mate waarin het doel van de behandeling is bereikt. Aanduiding of de cliënt eerder in behandeling is geweest (ambulant en/of intramuraal) voor verslavingsproblematiek. De ernst van de verslaving aan alcohol op meerdere dimensies, eindevaluatie plaats. De evaluatie is deels de weergave van de mening van de cliënt en deels die van de zorgverlener. De cliënt dient hoe dan ook betrokken te zijn bij de eindevaluatie. Dit element moet ook worden vastgelegd voor lopende cliënten. In de betekenis van het Engelse latest. Het meest recente contact. De datum kan en mag buiten de registratieperiode liggen. De cliënt wordt uitgeschreven bij het registratiepunt van de zorgaanbieder. De behandeling kan elders worden voortgezet, al dan niet bij dezelfde zorgaanbieder. De opvatting van cliënt en zorgverlener samen. Indien geen overeenstemming dan de mening van de zorgverlener. De vraag wordt aan het eind van de behandeling gesteld in het kader van de eindevaluatie. Onbekend mag worden ingevuld als de cliënt niet heeft meegedaan aan de eindevaluatie. Dit element moet volgens de instructie van het Europese TDI expliciet gevraagd worden aan de cliënt. Het element mag niet gegenereerd worden uit het lokale informatiesysteem. Indien de cliënt een naaste is of de cliënt heeft geen problemen De laatste datum (contactdatum) waarop vervangende middelen zijn verstrekt telt ook mee. 1 Niet bereikt 2 Vrijwel niet bereikt 3 Vrijwel bereikt 4 Geheel bereikt 9 Onbekend 1 Ooit 2 Recent (afgelopen jaar) 3 Actueel (afgelopen maand) 4 Nooit 9 Onbekend 0 niet van toepassing 1 niet werkelijk een probleem 3 klein probleem LADIS Specs 2011 GGZ 12
Geleiderecord 30 Definitie Toelichting Opmerking/Codelijst Ernst van de verslaving, drugs Frequentie gebruik Gebruik middelen Inschrijfnummer gebaseerd op de schalen van de Addiction Severity Index (ASI), op het moment van het eerste hulpverleningscontact. De ernst van de verslaving aan drugs op meerdere dimensies, gebaseerd op de schalen van de Addiction Severity Index (ASI), op het moment van het eerste hulpverleningscontact. De frequentie van gebruik van het meest problematische middel op het moment van het eerste hulpverleningscontact zoals aangegeven door de cliënt. Het gebruik van de middelen en/of het verslavingsgedrag bij uitschrijving ten opzichte van het gedrag bij inschrijving Uniek identificatienummer voor de inschrijving met alcohol dan moet code 0 niet van toepassing worden ingevuld. In het geval dat de cliënt problemen heeft met een niet-middel of de cliënt is een naaste of de cliënt heeft geen problemen met drugs dan moet code 0 niet van toepassing worden ingevuld. Met drugs worden bedoeld alle middelen behalve alcohol en medicijnen. Bedoeld wordt het middel zoals dat bij primaire problematiek wordt vastgelegd. In geval van een nietmiddel wordt bedoeld de frequentie van het verslavingsgedrag. De waarde n.v.t. is gereserveerd voor de cliënt die zich aanmeldt als naaste. De opvatting van cliënt en zorgverlener samen. Indien geen overeenstemming dan de mening van de zorgverlener. De vraag wordt aan het eind van de behandeling gesteld in het kader van de eindevaluatie. Indien de cliënt een naaste is dan moet hier code 8 niet van toepassing worden geregistreerd. Onbekend mag worden ingevuld als de cliënt niet heeft meegedaan aan de eindevaluatie. In veel gevallen is het inschrijfnummer een nummer dat de 5 redelijk ernstig probleem 7 behoorlijk ernstig probleem 9 extreem ernstig probleem 0 niet van toepassing 1 niet werkelijk een probleem 3 klein probleem 5 redelijk ernstig probleem 7 behoorlijk ernstig probleem 9 extreem ernstig probleem 1 meermalen daags 2 dagelijks 3 meermalen per week 4 wekelijks 5 onregelmatig 8 niet van toepassing 1 verhoogd 2 enigszins verhoogd 3 onveranderd 4 enigszins verminderd 5 verminderd 6 geen middelen 8 niet van toepassing Het inschrijfnummer ondergaat evenals het cliëntnummer een versleuteling voordat het wordt opgenomen in Ladis. LADIS Specs 2011 GGZ 13
Geleiderecord 30 Definitie Toelichting Opmerking/Codelijst Leefsituatie Leeftijd eerste gebruik toegekend door zorgaanbieder. De wijze waarop in het dagelijkse leven met anderen wordt samengeleefd op het moment van het eerste hulpverleningscontact. De leeftijd waarop de cliënt het hoofdmiddel is gaan gebruiken. sequentie van de inschrijving van de cliënt aangeeft, m.a.w. een herinschrijfnummer. Dit is op zich geen probleem zolang de combinatie cliëntnummer en inschrijfnummer uniek is voor het registratiepunt van de zorgaanbieder. Het inschrijfnummer is samen met het cliëntnummer, de zorgaanbieder en het registratiepunt uniek voor Ladis. Het gaat om de samenstelling van de leefgroep. Indien de cliënt tijdens de inschrijving verblijft in een instituut gaat het om de leefsituatie voorafgaand aan het verblijf in het instituut. Zorgis kent de codes 70 t/m 90. Voor de verslavingszorg gelden deze codes niet. Daarvoor in de plaats vult de verslavingszorg het element verblijfslocatie in. De leeftijd eerste gebruik zal voor de leeftijd van het problematische gebruik liggen. De bestaansduur van de problematiek heeft betrekking op problematisch gebruik. Hier wordt gevraagd naar eerste gebruik en dat hoeft nog niet meteen problematisch te zijn. Indien de cliënt een naaste is moet code 98 n.v.t. worden ingevuld. 10 alleenstaand 20 met kind(eren), zonder partner 30 met partner, zonder kinderen 40 met partner en kind(eren) 50 als kind in een eenoudergezin 60 als kind in een meeroudergezin 97 anders 9 1 t/m 97 zijn overeenkomstig de leeftijd 98 niet van toepassing 9 Nationaliteit Het land waartoe de In geval van dubbel Zie voor codelijst: www.bprbzk.nl cliënt als staatsburger staatsburgerschap de NB. De nationaliteitentabel is anders LADIS Specs 2011 GGZ 14
Geleiderecord 30 Definitie Toelichting Opmerking/Codelijst Opleidingsniveau Primaire problematiek behoort op het moment van het eerste hulpverleningscontact. De hoogst genoten afgeronde opleiding van de cliënt op het moment van het eerste hulpverleningscontact. De verslavingsproblematiek waar de cliënt het meest mee kampt op het moment van het eerste hulpverleningscontact. cliënt een keuze laten maken. In het geval dat de cliënt een naaste is van een (ex-)gebruiker, wordt hier de problematiek van de betreffende (ex- )gebruiker bedoeld. Er is in principe altijd sprake van een primaire problematiek. NB. Cannabis heeft als code 63 gekregen. Dit was 53! dan de landentabel! 1 geen 2 SBO, BUO (speciaal basisonderwijs, buitengewoon onderwijs) 3 BO, LO/LVO, LBO, VMBO-p (basisonderwijs, lager beroepsonderwijs, lager voortgezet onderwijs, speciaal voortgezet onderwijs 4 MVO + MBO, VMBO-t (middelbaar voortgezet onderwijs, middelbaar beroepsonderwijs) 5 HVO (hoger voortgezet onderwijs) 6 HBO (hogere beroepsopleiding) 7 VWO (voorbereidend wetenschappelijk onderwijs) 8 WO (wetenschappelijk onderwijs) 19 alcohol 21 heroine 22 morfine 23 methadon 24 buprenorfine 29 overige opiaten 31 cocaine 32 amfetamine 33 methamfetamine 38 crack 39 overige opwekkende middelen 41 benzodiazepinen 42 barbituraten 43 psychopharmaca 49 overige medicijnen 51 ecstasy(-achtigen) 52 lsd 54 GHB 55 paddo s 56 nicotine 57 ketamine 59 overige drugs 63 Cannabis (voorkeur onbekend) 64 Cannabis (meestal wiet/marihuana) 65 Cannabis (meestal hash) 66 Cannabis (geen voorkeur LADIS Specs 2011 GGZ 15
Geleiderecord 30 Definitie Toelichting Opmerking/Codelijst Prognose Psychiatrische behandeling De voorspelling van de zorgverlener t.a.v. de problematiek. Aanduiding of er sprake is geweest van een klinische psychiatrische behandeling. De vraag wordt aan het eind van de behandeling gesteld in het kader van de eindevaluatie. Het element hoeft niet expliciet gevraagd te worden, maar kan ook gegenereerd worden uit het instellingssysteem. wiet of hash) 69 vluchtige middelen 71 Kansspelautomaten 72 Casinospelen 73 Pokeren 79 gokken overig 81 internet gamen 82 eetverslaving (anorexia, boulimia) 89 overige (internet) verslavingen (niet middel) 1 slecht 2 vrij slecht 3 vrij goed 4 goed 1 ooit 2 recent (afgelopen jaar) 3 actueel (afgelopen maand) 4 nooit Reden beëindiging De reden waarom de hulp aan de cliënt wordt beëindigd. Alleen van toepassing bij cliënten die bij de instelling worden uitgeschreven. Interne doorverwijzingen worden hier niet bedoeld. 1 in wederzijds overleg 2 eenzijdige beëindiging door hulpverlener 3 eenzijdige beëindiging door cliënt / wegblijven zonder bericht 5 oplegging of beëindiging juridische maatregel 6 proefverlof TBS 10 overlijden (suïcide) 11 overlijden (anders dan suïcide, doodsoorzaak onbekend) 20 verhuizing 30 ontbreken toestemming verzekeraar/verbindingskantoor. 98 anders 9 Zie primaire problematiek Hieraan toegevoegd: 90 Geen 97 niet van toepassing Secundaire problematiek 1 De op één na belangrijkste verslavingsproblematiek waar de cliënt mee kampt op het moment van het eerste hulpverleningscontact. Code 90 geen wordt gebruikt indien er sprake is van een (ex- )gebruiker die geen secundaire problematiek heeft. Code 97 niet van toepassing wordt altijd gebruikt indien de cliënt een naaste van een (ex- )gebruiker is. Bij een naaste wordt de secundaire problematiek niet van LADIS Specs 2011 GGZ 16
Geleiderecord 30 Definitie Toelichting Opmerking/Codelijst Secundaire problematiek 2 Soort cliënt De op twee na belangrijkste verslavingsproblematiek waar de cliënt mee kampt op het moment van het eerste hulpverleningscontact. Aanduiding of de cliënt op het moment van het eerste hulpverleningscontact kampt met de eigen verslavingsproblematiek of met die van een naaste. belang geacht. Het begrip naaste betreft partners, ouders of kinderen van (ex) gebruikers. Bij aanmeldklacht wordt 100 of 900 gescoord. Met code 8 overige worden de cliënten bedoeld die: niet verslaafd zijn en ook geen naaste zijn van een verslaafde. (bijvoorbeeld professionals en andere personen met een consultatie- of preventievraag ). verslaafd zijn en die na een éénmalig of incidenteel contact verder afzien van behandeling. (bijvoorbeeld als er sprake is een methadon in het kader van vakantieverstrekkin g) behoren tot een risicogroep en die niet per definitie problematisch hoeven te gebruiken (bijvoorbeeld een persoon waarmee in het kader van straathoekwerk en andere, soortgelijke activiteiten contact is). NB. Cliënten met code 8 Zie secundaire problematiek 1 1 gebruiker (ex-) 2 naaste van (ex-)gebruiker 8 overige LADIS Specs 2011 GGZ 17
Geleiderecord 30 Definitie Toelichting Opmerking/Codelijst Speellocatie gokken Spuiten Tevredenheid De locatie waar de cliënt de meeste tijd/geld besteed. Aanduiding of de cliënt drugs intraveneus heeft toegediend. De mate van tevredenheid van de cliënt naar zijn/haar oordeel, over het geheel van de hulpverlening door de instelling. of 9 worden uiteindelijk niet meegenomen in de kerncijfers en andere rapportages! Leeg laten indien niet van toepassing. Ook invullen als gokken de secundaire problematiek is. Als men het liefst thuis op internet gokt dan moet men hier code 3 internet invullen. Als men het liefst thuis pokert met vrienden is het code 4. Deze vraag kan in principe aan iedereen gesteld worden, ook aan naasten. De vraag wordt aan het eind van de behandeling gesteld in het kader van de eindevaluatie. 1 Holland Casino 2 Amusementshal 3 Internet 4 Thuis en bij vrienden, werk, school 5 Horeca gelegenheid 8 Anders 9 Onbekend 1 ooit 2 recent (afgelopen jaar) 3 actueel (afgelopen maand) 4 nooit 1 ontevreden 2 vrij ontevreden 3 vrij tevreden 4 tevreden Verblijfslocatie Aanduiding van de locatie waar de cliënt verblijft op het moment van het eerste hulpverleningscontact. 10 eigen huis (huur/koop) 11 pension/kosthuis 12 ouderlijk huis 13 op kamers 14 familie/kennissen/relatie 15 penitentiaire inrichting 16 klinische voorziening 17 instituut, anders dan 15, 16 en 18 en 19 18 beschermd wonen 19 tehuis v. dak- en thuisl/soc.pen 97 op straat/zwervend 98 anderszins 9 Verwezen door De soort instantie/persoon die de cliënt aanmeldt c.q. via wie de cliënt aangemeld wordt. Het begrip verwijzing is alleen van toepassing op verwijzingen van buitenaf naar de instelling. Interne doorverwijzingen binnen één instelling vallen niet onder dit 100 geïntegreerd werkende GGZinstellingen, samenwerkingsverbanden, MFE s 101 APZ 102 RIAGG 103 RIBW 104 Kinder- en jeugdpsychiatrische instelling, residentieel 105 Kinder- en jeugdpsychiatrische instelling, LADIS Specs 2011 GGZ 18
Geleiderecord 30 Definitie Toelichting Opmerking/Codelijst Verwezen naar Werkervaring Zorgaanbieder, waarnaar de cliënt is verwezen ter voortzetting van de hulpverlening. Het aantal jaren dat de cliënt betaalde arbeid heeft verricht in de afgelopen vijf jaar op het moment van het eerste hulpverleningscontact. begrip verwijzing. Indien een persoon zelf contact opneemt, maar daartoe is geadviseerd door een professionele verwijzer (wat vooral veel voorkomt bij huisartsverwijzinge n), dan dient hier de adviseur te worden aangegeven (i.c. de huisarts). De codes 100 t/m 198 betreffen de geestelijke gezondheidszorg; De 200-categorie betreft de somatische gezondheidszorg; De 300-categorie beslaat maatschappelijke zorg; De 900-categorie is een overigcategorie. Het begrip verwijzing is alleen van toepassing op verwijzingen naar buiten de instelling. Interne doorverwijzingen binnen één instelling vallen niet onder dit begrip verwijzing. Afronden naar het aantal fulltime equivalenten. Afronden volgens de gebruikelijke regels. Vijf jaar halftime gewerkt wordt dus 3 jaar gewerkt. Vrijwilligerswerk niet meetellen. Zwart werk wel meetellen. ambulant of deeltijd 106 Verslavingszorg ambulant 107 Verslavingszorg deeltijd en residentieel 108 PAAZ, GAAZ, PUK 109 TBS-instelling, forensische psychiatrie 110 Kinder- en jeugdinstelling, vallend onder de Wet Jeugdhulpverlening (MKD/MKT/Boddaert, etc.) 111 Vrijgevestigde psychiater /psychotherapeut 112 Regionaal Indicatie Orgaan 198 Overige GGZ 201 Huisarts 202 Ziekenhuizen 203 Verpleeghuis 204 Bedrijfsarts 297 Overige somatische gezondheidszorg 301 AMW/BMW 302 Justitie / politie / rechtelijke macht / reclassering / Raad voor de Kinderbescherming 303 Schooladviesdienst 304 Bureau Jeugdzorg 397 Overige maatschappelijke zorg / opvang 901 Eigen initiatief van de cliënt 902 Directe omgeving van de cliënt (familie e.d.) 997 Anders 999 Onbekend Codelijst gelijk aan verwezen door minus code 901 en 902. Toegevoegd wordt: 000 niet verwezen 1 1 jaar gewerkt 2 2 jaar gewerkt 3 3 jaar gewerkt 4 4 jaar gewerkt 5 steeds gewerkt 6 niet gewerkt LADIS Specs 2011 GGZ 19
Geleiderecord 30 Definitie Toelichting Opmerking/Codelijst Woongemeente Wijze van gebruik bijmiddel Wijze van gebruik hoofdmiddel De gemeente waar de cliënt ten tijde van de inschrijving staat ingeschreven in het bevolkingsregister. De belangrijkste manier van gebruik van het belangrijkste secundaire middel op het moment van het eerste hulpverleningscontact zoals aangegeven door de cliënt. De belangrijkste manier van gebruik van het meest problematische middel op het moment van het eerste hulpverleningscontact zoals aangegeven door de cliënt. Criminele activiteiten niet meetellen. Prostitutie is legaal in Nederland, maar telt desondanks niet mee. Indien men geen vaste woon - of verblijfplaats heeft dan moet de gemeente worden ingevuld waar men gewoonlijk verblijft. In het geval dat de cliënt problemen heeft met een niet-middel of de cliënt is een naaste of de cliënt heeft geen secundaire problematiek moet code 8 niet van toepassing worden ingevuld. In het geval dat de cliënt problemen heeft met een niet-middel of de cliënt is een naaste moet code 8 niet van toepassing worden ingevuld. Zie voor codelijst: www.bprbzk.nl De door het GBA (gemeentelijke Basis Administratie) uitgegeven codelijst. 1 spuiten 2 roken / basen / chinezen 3 snuiven 4 slikken / eten 5 drinken 8 niet van toepassing Gelijk aan wijze van gebruik bijmiddel. LADIS Specs 2011 GGZ 20
4.3 Recordsoort 40 Contacten Definitie: Contacten met cliënten in het kader van de hulpverlening aan de cliënt Aanlevercriterium: De contactdatum valt binnen de registratieperiode. Toelichting: Contacten in alle organisatorische settings waarin hulp verleend wordt. Zowel ambulant als deeltijd en (poli-)klinisch. Het betreft contacten in het kader van een behandeling of begeleiding. De setting internetbehandeling is nieuw. In Ladis willen we inzicht krijgen in de groep cliënten die via internet hun behandeling krijgen. en: Recordsoort Zorgaanbieder Registratiepunt Cliëntnummer Inschrijfnummer Activiteit Datum contact Discipline zorgverlener Duur Samenstelling Setting Soort Geleiderecord 40 Activiteit Datum contact Definitie Toelichting Codelijst Aanduiding van het soort hulpverlening tijdens het contact De datum waarop het contact heeft plaatsgevonden. Het element zegt iets over de inhoud van het contact. 1 crisisinterventie 2 intake 3 verwijzing 4 behandeling psychosociaal 5 begeleiding psychosociaal 6 behandeling medisch 7 begeleiding medisch 8 maatschappelijke begeleiding 9 nazorg 10 psychologisch onderzoek 11 medische intake 49 overige contacten Discipline De beroepsgroep van Indien er meer zorgverleners bij 1 maatschappelijk werker LADIS Specs 2011 GGZ 21
Geleiderecord 40 Definitie Toelichting Codelijst zorgverlener de zorgverlener. het contact aanwezig zijn met verschillende disciplines wordt de discipline van de belangrijkste zorgverlener ingevuld. Duur Duur van het contact in minuten. De duur van het hulpverleningscontact, exclusief reistijd en administratietijd, dient te worden genoteerd in minuten. 2 psycholoog 3 psychiater 4 arts 5 verpleegkundige 6 soc. psychiatr. verpl. 8 andere Er is een maximum van 1440 minuten. 999 Samenstelling De typering van de gespreksdeelnemers aan het contact. Het element zegt iets over de relatie tussen de gespreksdeelnemers. 1 individueel 2 systeem 3 groep 8 overig Setting Het organisatorische verband waarbinnen het contact plaatsvindt. 1 ambulant / poliklinisch 2 deeltijd/ dagopvang 3 klinisch / nachtopvang 5 internetbehandeling 8 overig Soort De manier waarop het contact plaatsvond. Geen onderscheid tussen face to face contacten intern en extern. Geplande contacten die niet zijn doorgegaan mogen niet worden aangeleverd. Contacten met cliënten via internet (e-mail, chatten e.d.) kunnen worden ingevuld met code 3. 1 face-to-face 2 telefonisch 3 internet (email, chatten) 8 overig LADIS Specs 2011 GGZ 22
4.4 Recordsoort 41 Vervangende middelen Definitie: Het vervangende middel voor één dag voor één cliënt. Het betreft methadon of een andere opioïde dat wordt uitgereikt als medicatie aan een cliënt met een verslaving aan opiaten. Aanlevercriterium: De contactdatum valt binnen de registratieperiode. Toelichting: Aan elk portie kleven 2 datums; de datum waarop het aan de cliënt is uitgereikt en de datum waarop de cliënt het ingenomen heeft. Of in het geval van meegeven: de datum waarop de cliënt het vervangende middel volgens voorschrift dient in te nemen. Als een cliënt 2 of meer porties van hetzelfde middel voor dezelfde innamedatum heeft gekregen moet de hoeveelheid voor de Ladis aanlevering opgeteld worden. Er mag maar één dagportie zijn van een middel. Indien in dit geval doel en vorm verschillen, vul dan 3 anders respectievelijk 8 mix in. Deze codes komen alleen voor in de Ladis-aanlevering. Daarbuiten zijn ze verwarrend. Vandaar dat ze tussen haakjes staan. en: Recordsoort Zorgaanbieder Registratiepunt Cliëntnummer Inschrijfnummer Datum contact Datum Inname Doel Hoeveelheid Middel Vorm Geleiderecord 41 Datum contact Datum inname Doel Definitie Toelichting Codelijst De datum waarop het vervangende middel is uitgereikt aan de cliënt. De datum waarop het vervangende middel is ingenomen door de cliënt. Omschrijving van het behandelkader van de verstrekking. In het geval van meegeven: de datum waarop de cliënt het vervangende middel volgens voorschrift dient in te nemen. In een aantal gevallen heeft de verstrekking een ad-hoc karakter en is het doel van de verstrekking niet altijd duidelijk. Kies dan voor code 9 onbekend. Voorbeelden: Politiearts, vakantieganger. Anders alleen gebruik bij 1 onderhoud 2 afbouw (3 anders) LADIS Specs 2011 GGZ 23
Geleiderecord 41 Hoeveelheid Middel Vorm Definitie Toelichting Codelijst De hoeveelheid werkzame stof in milligrammen. Het vervangende middel of opioïde. De vorm van het uitgereikte middel en hoe het genuttigd moet worden. optellen van de dagportie tbv de Ladis-aanlevering. De totale hoeveelheid die op één dag door de cliënt wordt ingenomen of indien meegegeven is voorgeschreven voor inname op één dag. Receptverstrekkingen (code 3) zijn afgiftes van recepten door de methadonpost. De daadwerkelijke verstrekking vindt plaats bij de apotheek. Indien deze apotheek eveneens Ladis aanlevert dan moet de methadonpost voorkomen dat de receptverstrekking wordt aangeleverd. Mix alleen gebruik bij optellen van de dagportie tbv de Ladis-aanlevering. 1 methadon (symaron) 2 heroïne 3 buprenorfine 4 palfium 9 anders 1 vloeibaar (drinkbaar) 2 vast (eetbaar) 3 recept 4 injecteerbaar 5 vast (rookbaar) 6 rectaal (8 mix) LADIS Specs 2011 GGZ 24
4.5 Recordsoort 43 Verblijfsdagen Definitie: Verblijf in een kliniek, dagopvang of in detentie Aanlevercriterium: De datum valt binnen de registratieperiode. Toelichting: Per dag een record. Het element setting van het contactrecord kan in principe worden afgeleid van het verblijfsrecord. Als dit recordsoort aangeleverd wordt mag setting leeg gelaten worden, behalve wanneer er sprake is van een internetbehandeling. en: Recordsoort Zorgaanbieder Registratiepunt Cliëntnummer Inschrijfnummer Datum verblijf Type verblijf Geleiderecord 43 Datum verblijf Type verblijf Definitie Toelichting Codelijst De datum van het verblijf. Aanduiding van het type verblijf. In het geval van nachtopvang is het de dag waarop de opvang is begonnen. De codelijst is gelijkgeschakeld met het element setting van het contactrecord. 2 Deeltijd / Dagopvang 3 Kliniek / Nachtopvang 8 overig LADIS Specs 2011 GGZ 25
Colofon Samengesteld door: drs. A. Mol Aan deze publicatie werkte tevens mee: mevrouw V.A.M. van der Hoop Terwindt Nadere informatie en meerdere exemplaren zijn aan te vragen bij: Stichting Informatievoorziening Zorg (IVZ) Randhoeve 231 Postbus 504 3990 GH Houten Tel.: 030 6358220 Fax: 030 6358230 Internet: www.sivz.nl E-mail: info@sivz.nl oktober 2011 Stichting Informatievoorziening Zorg, Houten. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of op enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de rechthebbende(n). Alle voorgaande publicaties rond LADIS-specificaties en procedures zijn hiermee vervallen. Hoewel dit boek met zeer veel zorg is samengesteld, aanvaarden auteur(s) noch uitgever enige aansprakelijkheid voor schade ontstaan door eventuele fouten en/of onvolkomenheden in dit boek. LADIS Specs 2011 GGZ 26