Een nieuw initiatief voor het verbeteren van psychosociale hulp na verlies

Vergelijkbare documenten
S28 DIAGNOSTIEK EN BEHANDELING VAN TRAUMATISCHE ROUW IN VERSCHILLENDE POPULATIES

Heeft positieve affectregulatie invloed op emotionele problemen na ingrijpende gebeurtenissen?

DSM-5: Nieuw, maar ook beter?

Nieuwsbrief Rouw na Verkeersongeval

Rouw na een niet-natuurlijke dood

Individuele gevolgen van traumatisch verlies

Nederlandse samenvatting

Rouw na de Vliegramp MH17

Traumatische rouw Peta Schotanus juni 2017

INDIGO HET ANTWOORD OP DE BASIS GGZ

Bijlagen J. Wiersma et al., Neem de regie over je depressie, DOI / , 2015 Bohn Stafleu van Loghum, onderdeel van Springer Media

Behandeling van nabestaanden met traumatische rouw na een dodelijk verkeersongeval

uw antwoord op de Basis GGZ

"BEP-TG": Cognitieve Gedragstherapie en BEPP voor ernstige psychopathologie na traumatisch verlies

Kern van rouw. Overzicht. Rouw. Specificatie met traumatisch verlies. Diagnostiek van traumatische rouw en de Dagbehandeling Traumatische Rouw

Complexe rouw begrijpen en behandelen (en andere vraagstukken voor de psychotraumatologie)

De behandeling van complexe rouw. Jantien Piekstra GZ psycholoog / cognitief gedragstherapeut

VICTIMS IN MODERN SOCIETY

het antwoord op de Basis GGZ

Posttraumatische-stressstoornis en NET therapie. Sabina Brinkman, verpleegkundig specialist i.o Khady Sagna, sociaal psychiatrisch verpleegkundige

Dit proefschrift presenteert de resultaten van het ALASCA onderzoek wat staat voor Activity and Life After Survival of a Cardiac Arrest.

HANDBOEK TRAUMATISCHE ROUW ONDER REDACTIE VAN JOS DE KEIJSER, PAUL BOELEN & GEERT SMID

Terrorisme en dan verder Wat te doen na een aanslag?

Psychotrauma en verlies bij ouderen: epidemiologische aspecten, diagnostiek en behandeling. Dr. Geert Smid 9 februari 2018

Verlies en rouw: Diagnostiek, risicofactoren, en behandeling van gecompliceerde rouw

de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein CR Den Haag Voltooiing PTSS-onderzoeken

Samenvatting (summary in Dutch)

Positieve psychologie & Zingeving

Psychotraumatologie: eenheid en verscheidenheid in een veelstromenland. Prof. dr. Rolf Kleber Ede, 19 april 2012

het antwoord op de Basis GGZ

het antwoord op de Basis GGZ

Voorafgaand aan het NtVP Jaarcongres kunt u op woensdagmiddag deelnemen aan een preconference workshop. Alle informatie vindt u hieronder.

Nederlandse samenvatting

PersonaCura. Uw specialist in persoonlijkheid & gedrag bij senioren

Summary & Samenvatting. Samenvatting

Aardbevingen en psychische klachten

De gevolgen van trauma en stress in de volwassenheid en uitgestelde klachten

Diagnostiek bij kinderen op het gebied van complex trauma en dissociatie

DSM-5: Nieuw, maar ook beter? Arq Herfstsymposium vrijdag 25 november 2016

Ketenzorg voor suïcidaliteit

SAMENVATTING. Achtergrond en doelstellingen van dit proefschrift

Handreiking signalering en begeleiding GGZ-problematiek bij diabetes

EDITORIAL. OVErgANgEN EN OVEr BruggEN De ambitie van voorzitter Trudy Mooren

WELKOM. Depressieve klachten en hulpbehoefte bij diabetes. De komende 45 minuten

Traumatische rouw en culturele betekenisgeving. Dr. Geert Smid 15 maart 2018

Empowerment en digitale preventie

Kansrijke verbetersignalen uit de GGZ

EEN NETWERKBENADERING

Traumatische rouw. Als mensen blijven rouwen om een verloren. Casuïstiek

Vluchten als identificatieproces: hoe kunnen we dit vanuit de hulpverlening overstijgen?

De huisarts. De psycholoog. Published on 113Online zelfmoordpreventie (

Inleiding. Familiale kwetsbaarheid en geslacht. Samenvatting

Jan Dirk van der Ploeg publicaties (4)

Psychotherapeut en huisarts partners in gezondheidszorg 24 november 2014

De psychopathologische gevolgen van pijnklachten. Eric de Heer

Korte CV s en motivatie voor toetreding bestuur van de kandidaatbestuursleden

Psychosociale problemen bij kanker

Ongemerkt problematisch. Marieke Zwaanswijk (onderzoeker NIVEL) Marijke Lutjenhuis (huisarts)

Algemeen of specifiek

> Kennisagenda MIND _. Wensen voor aandoeningsoverstijgend onderzoek van GGz-cliënten en hun naasten

DEEL I DE GEVOLGEN VOOR SLACHTOFFERS VAN VERKEERSONGEVALLEN, DE REGELGEVING EN DE VOORZIENINGEN

Waarom onderzoek naar zorggebruik? Over- of onderbehandeling van jongeren in de GGZ? Inhoud. dr. F. Jörg

Psychometrische Eigenschappen van de Youth Anxiety Measure for DSM-5 (YAM-5) Psychometric Properties of the Youth Anxiety Measure for DSM-5 (YAM-5)

Publiekssamenvatting PRISMO. - De eerste resultaten-

E M D R een inleiding

Factsheet 2: De inzet van de POH-GGZ in de huisartspraktijk over de periode

SaMenvatting (SUMMARy IN DUTCH)

Disclosure belangen Dyllis van Dijk

Behandeling informatie.

Verstandelijke Beperking en Psychiatrie; praktijk richtlijnen

Instructies. Oefen Stelling. Stelling 1. Stelling 3. Stelling 2. Waar. Niet Waar. Niet verlegen zijn!

Angst Stemming Psychose Persoonlijkheid Gebruik middelen Rest

Behandeling & Diagnostiek

Wanneer de vlag de lading niet meer dekt: over het gebruik van labels voor stoornissen

de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein CR Den Haag Reactie op verzoek 2009D23668

Onbezorgdvliegen SVL- vragenlijst

Terrorisme en dan verder

CALM: MANAGING CANCER AND LIVING MEANINGFULLY FROUKJE DE VRIES EMMA HAFKAMP

Positieve, Negatieve en Depressieve Subklinische Psychotische Symptomen en het Effect van Stress en Sekse op deze Subklinische Psychotische Symptomen

GGz in de huisartsenpraktijk. Christina Van der Feltz-Cornelis Symposium: Huisarts en POH GGz: samen sterker! Nieuwegein 22 januari 2015

100% ONLINE CGT GOOI HET KIND NIET MET HET BADWATER WEG! DR. JEROEN RUWAARD

Samenvatting (Summary in Dutch)

Depressie tijdens de zwangerschap uit de taboesfeer

Verstandelijke Beperking en Psychiatrie; praktijk richtlijnen

Psychosomatiek Eikenboom

..en. rouwend. VOOK 6 oktober 2011 ( )Carine. Kappeyne van de Coppello

HOOFDSTUK 1: INLEIDING

Karen J. Rosier - Brattinga. Eerste begeleider: dr. Arjan Bos Tweede begeleider: dr. Ellin Simon

Top Referent TraumaCentrum

Training van pleegouders en jeugdzorgwerkers

Ontmedicalisering. Gezondheid voor iedereen

Vlaams Indicatoren Project VIP² GGZ: Vlaamse Patiënten Peiling psychiatrische afdeling

GGzE centrum psychotrauma

TSCYC Ouderversie. Vragenlijst over traumasymptomen bij jonge kinderen. Jeroen de Groot. ID Datum Informant:

Samenvatting. Samenvatting

Acceptance and Commitment Therapy bij kanker

Psychologische zorg voor kinderen en jongeren. De Golfbreker Preventie en psychologische zorg voor kinderen en jongeren. Samen werken aan jezelf

De ontwikkeling van depressie bij kinderen en adolescenten met ADHD

Richtlijn Aanpassingsstoornis bij patiënten met kanker. Tineke Vos, psychiater HMC Den Haag

Position paper Organisatie van zorg voor SOLK

Transcriptie:

6 cogiscope 0316 Een nieuw initiatief voor het verbeteren van psychosociale hulp na verlies Paul A. Boelen, Jos de Keijser, Mariken Spuij en Geert Smid Het Landelijk Centrum Traumatische Rouw Een nieuw initiatief voor het verbeteren van psychosociale hulp na verlies Berm-monument ter nagedachtenis aan een verkeersslachtoffer (Anjo de Haan/ HH).

Een nieuw initiatief voor het verbeteren van psychosociale hulp na verlies cogiscope 0316 7 Wat is goede psychosociale hulp na verlies? En hoe kunnen mensen die vastlopen in de verwerking van verlies het best geholpen worden? Het Landelijk Centrum Traumatische Rouw (LCTR) is erop gericht deze en andere vragen rondom rouw en verliesverwerking te beantwoorden. Het LCTR is een kennis- en informatiecentrum waarin Arq Psychotrauma Expert Groep, de Universiteit Utrecht en Rijksuniversiteit Groningen samenwerken. Deze bijdrage schetst inhoud en belang van dit initiatief. Gevolgen van verlies Jaarlijks wordt in Nederland ruim een half miljoen mensen (kinderen en volwassenen) geconfronteerd met de dood van een dierbare. De meeste mensen, zo n zestig procent, herstellen zonder problemen; zij zijn in de eerste weken of maanden na hun verlies weliswaar ontregeld en verdrietig maar blijven (redelijk) goed functioneren. Voor deze mensen is psychosociale hulp, anders dan steun van vrienden, familie, en collega s, niet nodig. Bij zo n veertig procent van de nabestaanden heeft het verlies een meer ontwrichtend effect. Zij ervaren emotionele pijn, moeite om te geloven dat het verlies onomkeerbaar is en problemen bij het doorgaan met sociale, recreatieve en werk gerelateerde activiteiten die vóór het verlies vervulling gaven. Het grootste deel van deze mensen herstelt in de loop van het eerste jaar na het verlies. Bij een kleine groep, naar schatting zo n vijf procent van de nabestaanden is dat niet het geval; bij hen loopt de verliesverwerking vast en ontwikkelt zich een mentale aandoening zoals persisterende complexe rouwstoornis (PCRS), posttraumatische stress-stoornis (PTSS) of depressie (zie o.a. Maccallum et al., 2015). Omstandigheden van het verlies spelen daarbij vaak een rol; zo is het risico op emotionele problemen groter wanneer het verlies een niet-natuurlijke of gewelddadige oorzaak heeft. De circa veertig procent voor wie verlies ontwrichtend is, kan baat hebben bij vroege interventies om herstel te bespoedigen en de ontwikkeling van psychopathologie te voorkomen. Voor de kleine groep voor wie verlies leidt tot psychische problemen is zorg vanuit de Geestelijke Gezondheidszorg (GGZ) aangewezen.

8 cogiscope 0316 Een nieuw initiatief voor het verbeteren van psychosociale hulp na verlies Missie van het Landelijk Centrum Traumatische Rouw (LCTR) Een belangrijke missie van het LCTR is het verbeteren van de kwaliteit, wetenschappelijke onderbouwing, verspreiding, en toegankelijkheid van psychosociale hulp na verlies. Psychosociale hulp voor nabestaanden is in Nederland tamelijk ruim voorhanden. Er is een aanbod van zorg vanuit onder meer Slachtofferhulp Nederland (eerste ondersteuning kort na bijvoorbeeld dodelijke verkeersongevallen en levensdelicten), allerlei vrijwilligers, professionele rouwbegeleiders, geestelijk verzorgenden en de reguliere GGZ (variërend van hulp van de praktijkondersteuner bij de huisarts tot hoog gespecialiseerde zorg in specialistische centra). Hoewel er veel hulp beschikbaar is, zijn er redenen om te veronderstellen dat hulp verbeterd kan worden. Voor hulpverleners is nog lang niet altijd duidelijk voor wie, welk type psychosociale hulp, op welk moment na het verlies, geïndiceerd is. Dit heeft ermee te maken dat pas betrekkelijk kort wordt onderkend dat rouw weliswaar vaak redelijk probleemloos is, maar niet altijd en dat verstoorde rouw weliswaar gelijkenis vertoont met bijvoorbeeld depressie en PTSS maar in de kern toch wezenlijk anders is; depressie gaat over aanhoudende somberheid, PTSS over aanhoudende gevoelens van angst en verstoorde rouw gaat over een kwellend gemis van een dierbare en een onvervulbaar verlangen naar hem/haar. In de vijfde editie van de DSM is voor het eerst een categorie opgenomen voor een rouwstoornis: de persisterende complexe rouwstoornis (PCRS). De PCRS staat nu nog in Bijlage 3 van de DSM waar stoornissen staan waar nog nader onderzoek naar gedaan moet worden maar kan reeds gecodeerd worden als overige trauma- en stressor gerelateerde stoornis. In de ICD-11 die in 2018 uitkomt zal Prolonged Grief Disorder (PGD) worden opgenomen. Een stoornis die nagenoeg gelijk is aan PCRS (Maciejewski et al., in druk). De opname van PCRS/PGD in DSM 5 respectievelijk ICD- 11 zal een stimulans geven aan onderzoek naar diagnostiek, onderliggende mechanismen, en behandeling van normale rouw en verstoorde rouw. Deze toenemende kennis over rouw noodzaakt inspanningen om psychosociale hulp voor nabestaanden van verlies te verbeteren. Doelstellingen LCTR Aansluitend bij de missie richt het LCTR zich op vijf doelstellingen. Bekendheid vergroten over kenmerken van normale rouw en verstoorde rouw Reacties op verlies kunnen worden uitgezet op een dimensie lopend van (i) normale, ongecompliceerde rouw, naar (ii) beginnende, zogenoemde subsyndromale PCRS (en andere psychische aandoeningen), via (iii) volwaardige psychische aandoeningen, naar (iv) ernstige comorbide psychopathologie, gekenmerkt door het samen voorkomen van ernstige PCRS en bijvoorbeeld PTSS of depressie. Bij dit perspectief zijn criteria van PCRS graadmeter om een uitspraak te doen over de aard en ernst van rouwreacties. Iemand kan helemaal niet, wezenlijk, maar niet volledig, of volledig voldoen aan criteria voor PCRS. Dat helpt om mensen die een probleemloos rouwproces doormaken niet op te zadelen met het label van een mentale aandoening, om mensen met enig risico op problemen tijdig in het vizier te hebben, en mensen met forse rouwproblemen zorg te bieden die zich daarop richt en niet op iets anders. Bekendheid geven aan en verder bestuderen van de dimensie van mogelijke rouwreacties, met PCRS als ijkpunt, is in feite de basis van de missie van het LCTR. Ontwikkeling van psychodiagnostische instrumenten In het Nederlandse taalgebied zijn de Rouw VragenLijst (RVL) en Rouw VragenLijst voor

Een nieuw initiatief voor het verbeteren van psychosociale hulp na verlies cogiscope 0316 9 Kinderen (RVL-K) beschikbaar (Boelen et al., 2003; Spuij et al., 2012). Daarmee kan een goede indruk worden verkregen van de aard en ernst van rouwreacties, inclusief symptomen van PCRS. Diagnostische instrumenten die specifiek zijn toegespitst op de meting van PCRS zijn nog niet voorhanden. Momenteel wordt gewerkt aan de validering van de zgn. Traumatic Grief Inventory (TGI) die voor deze doeleinden ontwikkeld is; de TGI zal beschikbaar komen in de vorm van een zelfrapportage vragenlijst en als klinisch interview. Met deze instrumenten kunnen zowel symptomen van PCRS (conform de DSM-5) als PGD (conform ICD-11) in de klinische praktijk en in wetenschappelijk onderzoek gemakkelijk worden gemeten. Er wordt ook gewerkt aan een kort screeningsinstrument van ongeveer 5 vragen waarmee snel een indruk kan worden gekregen van de kans dat mensen PCRS gaan ontwikkelen (en vervolgens baat kunnen hebben bij preventieve behandeling). Zo n screener is zinnig voor vroege zorg vanuit onder meer Slachtofferhulp en praktijkondersteuners bij huisartsen. Dit nieuwe instrumentarium wordt zowel voor volwassenen als voor kinderen ontwikkeld. Ontwikkeling van preventieve interventies voor risicogroepen De ontwikkeling van evidence based en kosteneffectieve preventieve interventies voor risicogroepen is eveneens een belangrijk doel van het LCTR. Het is bekend dat outreachende laagdrempelige hulp voor alle nabestaanden nauwelijks zinvol is; mensen kunnen daar weliswaar tevreden over zijn, maar dat zegt niet dat met deze hulp de ontwikkeling van verstoorde rouw voorkomen wordt (zie ook Wittouck et al., 2011). Er zijn aanwijzingen dat geïndiceerde preventie voor mensen die in het eerste half jaar na hun verlies al significante symptomen van PCRS hebben en gemotiveerd zijn voor hulp, wel zinvol zijn (Litz et al., 2014). Het LCTR wil zich ervoor inzetten mogelijkheden te verbeteren om mensen met een verhoogd risico op ontwikkeling van PCRS vroegtijdig te identificeren, en preventieve interventies te ontwikkelen en te verspreiden die dan kunnen worden ingezet. Hierin zullen vanzelfsprekend ook e-health interventies worden ingezet; er is toenemend bewijs dat betrekkelijk eenvoudige schrijftherapie effectief is (Kersting et al., 2013). Verfijning van curatieve interventies Een andere belangrijke doelstelling is verfijning van evidence based en kosteneffectieve curatieve interventies voor mensen met psychische problemen na verlies. Als het niet gelukt is ontwikkeling van PCRS, en eventuele comorbide problemen, te voorkomen, wat dan? Welke behandelingen kunnen dan het best worden ingezet? Sinds 2005 zijn er zo n tien gecontroleerde studies verschenen naar de effecten van specifiek op PCRS toegespitste psychotherapie. Hieruit stijgt het beeld op dat effectieve psychotherapie in ieder geval de volgende bestanddelen heeft: (i) stilstaan bij de onomkeerbaarheid van het verlies (feit dat dierbare echt niet terugkomt en de gevolgen daarvan) met onder meer exposure (blootstelling aan stimuli verbonden met het verlies), (ii) identificeren en veranderen van niethelpende negatieve cognities die de aanpassing in de weg staan, en (iii) voortzetten/oppakken van betekenisvolle activiteiten in overeenstemming met persoonlijke doelen en waarden. Van de ca. 30.000 mensen die in Nederland jaarlijkse PCBD krijgen krijgt lang niet iedereen goede psychotherapeutische zorg. En zij die die hulp wel krijgen, profiteren om uiteenlopende reden niet altijd voldoende (Boelen, 2016). Het LCTR wil zich inspannen dit te verbeteren. Verbeteren van toegankelijkheid van geestelijke gezondheidszorg voor nabestaanden met psychische problemen na verlies Geestelijke gezondheidszorg komt over het algemeen het minst terecht bij de mensen die deze zorg het meest nodig hebben. Voor mensen met emotionele problemen die in kwetsbare sociaalmaatschappelijke omstandigheden verkeren (weinig geld, scholing, werk en sociaal vangnet) is de weg naar de GGZ veel langer dan voor mensen in gunstiger omstandigheden. Een doelstelling van het LCTR is om de kwetsbaarste groepen voor wie psychosociale hulp na verlies nodig is beter te bereiken; ideaal gezien betekent dit onder meer dat praktijkondersteuners bij huisartsen en buurtteams in de jeugdzorg geholpen worden om problematische rouw beter/sneller te herkennen en aan te pakken. Bij kwetsbare groepen gaat het ook om migranten, vluchtelingen en asielzoekers. Wanneer zij zich tot de GGZ wenden is belangrijk dat daar wordt onderkend dat zij veelal een combinatie van veel trauma en verlies hebben meegemaakt, dat de hulp zich niet eenzijdig

10 cogiscope 0316 Een nieuw initiatief voor het verbeteren van psychosociale hulp na verlies richt op het trauma maar ook op verlies rekening houdend met culturele gebruiken rondom dood en rouw (Smid et al., 2015). Hoe gaat het LCTR te werk? Er zullen diverse initiatieven worden ondernomen op het gebied van wetenschappelijk onderzoek, onderwijs, en klinische zorg om deze doelstellingen te bereiken. In het kader van onderzoek zal geprobeerd worden de belangrijkste inzichten van de laatste jaren toegankelijk te maken voor een breed publiek. Daarnaast zal een onderzoeksagenda worden opgesteld. Daarin zal worden uitgewerkt welke onderzoeksvragen het LCTR de komende jaren hoopt te kunnen onderzoeken en beantwoorden en met welke samenwerkingspartners. Onderzoeksvragen met betrekking tot verbeteren van diagnostische methoden, kennis over risico en beschermende factoren voor verstoorde rouw, preventieve en curatieve interventies zullen centraal staan. Voor wat betreft onderwijs zal een scholingsaanbod worden ontwikkeld over diagnostiek en behandeling van (verstoorde) rouw, voor diverse doelgroepen (variërend van mensen betrokken bij eerste opvang tot hulpverleners in de gespecialiseerde GGZ). Daarnaast zal een plan van aanpak worden gemaakt voor het verbeteren van het zorgaanbod voor (verstoorde) rouw. Hierbij wordt uitgegaan van het beschikbare aanbod van psychosociale hulp na verlies, waaronder begeleiding door goedgeschoolde rouwbegeleiders, het Nazorg Contact Punt vanuit Kenniscentrum Impact, het hulpaanbod Slachtofferhulp Nederland, het Netwerk Traumatisch Verlies, en het specialistische zorgaanbod binnen Centrum 45 (Diemen), het Ambulatorium van de Faculteit Sociale Wetenschappen van de Universiteit Utrecht, en het Ambulatorium van de Rijksuniversiteit Groningen. Het Netwerk Traumatisch Verlies is een informeel netwerk van GZ-psychologen en psychotherapeuten die in het kader van onderzoeksprojecten getraind zijn in het behandelen van PCRS na verlies door traumatische oorzaken zoals moord en verkeersongevallen. Nagestreefd wordt dat de afstemming en samen werking tussen verschillende zorgaanbieders zo wordt dat, eventueel na eerste opvang door bijvoorbeeld Slachtofferhulp, mensen die vastlopen na dergelijke verliezen gemakkelijk hun weg vinden naar hulpverleners van het Netwerk Traumatisch Verlies en wanneer die onvoldoende kunnen bieden het specialistische zorgaanbod in Diemen, Utrecht en Groningen. Het LCTR richt zich vooral op de gevolgen van traumatische verliezen omdat die, meer dan verliezen door natuurlijke oorzaken, complexe juridische, sociale, en psychologische gevolgen hebben (Boelen, De Keijser, & Smid, 2014). Maar uiteindelijk is het LCTR er voor het verbeteren van zorg voor alle nabestaanden, omdat ook natuurlijke verliezen tot veel problemen kunnen leiden. Alle initiatieven zullen zoveel mogelijk gebeuren in samenspraak en samenwerking met partijen die reeds vele jaren betrokken zijn bij psychosociale hulp na verlies. In de loop van dit najaar zal een website worden gelanceerd waarop deze initiatieven te volgen zijn. Referenties Boelen, P. A. (2016). Complexe rouw beter begrijpen en behandelen (en andere vraagstukken voor de psychotraumatologie) (Inaugurele rede). Utrecht/ Diemen: Universiteit Utrecht/Arq Psychotrauma Expert Groep. Boelen, P. A., Bout, J. van den, Keijser, J. de, & Hoijtink, H. (2003). Reliability and validity of the Dutch version of the Inventory of Traumatic Grief. Death Studies, 27, 227-247. Boelen, P. A., Keijser, J. de., & Smid, G. (2014). Individuele gevolgen van Traumatisch Verlies: Rouw na de Vliegramp Oekraine. Cogiscope, 4, 19-25. Kersting, A., Dolemeyer, R., Steinig, J., Walter, F., Kroker, K., Baust, K., et al. (2013). Brief internetbased intervention reduces posttraumatic stress and prolonged grief in parents after the loss of a child during pregnancy: a randomized controlled trial. Psychotherapy and Psychosomatics, 82, 372-381. Maccallum, F., Galatzer-Levy, I. R., & Bonanno, G. A. (2015). Trajectories of depression following spousal and child bereavement: A comparison of the heterogeneity in outcomes. Journal of Psychiatric Research, 69,72-79. Maciejewski, P. K., Maercker, A., Boelen, P. A., & Prigerson, H. G. (2016). Prolonged grief disorder and persistent complex bereavement disorder, but not complicated grief, are one and the same diagnostic entity: an analysis of data from the Yale Bereavement Study. World Psychiatry, 15, 266-275.

Een nieuw initiatief voor het verbeteren van psychosociale hulp na verlies cogiscope 0316 11 - advertentie - Spuij, M., Prinzie, P., Zijderlaan, J., Stikkelbroek, S., Dillen, L., De Roos, C., & Boelen, P. A. (2012). Psychometric Properties of the Dutch Inventories of Prolonged Grief for Children and Adolescents (IPG-C and IPG-A). Clinical Psychology & Psychotherapy, 19, 540-551. Smid, G. E., Kleber, R. J., de la Rie, S. M., Bos, J. B. A., Gersons, B. P. R, & Boelen, P. A. (2015). Brief Eclectic Psychotherapy for Traumatic Grief (BEP- TG). European Journal of Psychotraumatology, 6: 27324 Wittouck, C., Van Autreve, S., De Jaegere, E., Portzky, G., & van Heeringen, K. (2011). The prevention and treatment of complicated grief: a meta-analysis. Clinical Psychology Review, 31, 69-78. Paul Boelen is hoogleraar klinische psychologie aan de Universiteit Utrecht en wetenschappelijk directeur van het Ambulatorium Polikliniek Faculteit Sociale Wetenschappen bij de Universiteit Utrecht. Hij is tevens hoogleraar bij Arq Psychotrauma Expert Groep. Jos de Keijser is bijzonder hoogleraar complexe rouw bij de Rijksuniversiteit Groningen. Mariken Spuij is universitair docent bij de afdeling pedagogische wetenschappen van de Universiteit Utrecht en verbonden aan het Ambulatorium Polikliniek Faculteit Sociale Wetenschappen van diezelfde universiteit Geert Smid is psychiater bij Stichting Centrum 45, onderdeel van Arq Psychotrauma Expert Groep. Steun dit najaar ons werk voor de Yezidi meisjes War Trauma Foundation helpt mensen en gemeenschappen die zijn getroffen door oorlog, geweld of andere humanitaire rampen. In 2014 viel de Islamitische Staat (IS) het leefgebied van de Iraakse Yezidi minderheid binnen. Veel vrouwen en meisjes zijn gevangen genomen, misbruikt en mishandeld. Voor degenen die hebben weten te ontsnappen of zijn bevrijd, is het moeilijk om hun leven op te pakken. In het najaar van 2016 starten wij een nieuw programma in Koerdistan, Iraq. WarTrauma en haar lokale partner EMMA helpen samen een groep van ongeveer 800 meisjes in twee centra in Erbil en Dohuk. Door middel van uw donatie steunt u ons werk en kunnen wij de lokale medewerkers trainen om deze jonge vrouwen zo optimaal mogelijk te kunnen begeleiden. Voor 7,50 kunt u ons helpen één Yezidi meisje de psychosociale begeleiding te geven die ze nodig heeft. Steun ons werk. Helpt u mee met uw donatie? Maak een gift over op ING Bank NL29INGB0000001050 t.n.v. War Trauma Foundation, Diemen. Meldt u aan als donateur, vrijwilliger of voor onze nieuwsbrief via www.wartrauma.nl www.wartrauma.nl