Van OGS naar IBGS versie 1: 2017

Vergelijkbare documenten
OGS ontsmetting. (benaming wordt decontaminatie kortweg DECO)

VAKMANSCHAP. Nieuwsbrief SPECIAL VAN OGS NAAR IBGS. Implementatie visie

Resultaten Workshop IBGS

Reader Eenvoudige deco(ntaminatie) Onderwijscontent

1. Kenmerken van een inzet bij OGS. 2. Belangrijkste Risico's bij OGS. 3. Specifieke zaken voor Beeldvorming bij OGS

Decontaminatie. Irene van der Woude

Inzetprocedure O.G.S.

2e druk, 6e oplage, februari Instituut Fysieke Veiligheid ISBN

2e druk, 5e oplage, juni Instituut Fysieke Veiligheid ISBN

Specialisten van de VRU. Ongevalsbestrijding Gevaarlijke Stoffen (OGS)

Manschap a Persoonlijke bescherming

Optreden bij NBC-incidenten. informatie voor de brandweer

Asbestincidenten Zijn brandweermensen asbestwerkers?

Protocol Decontaminatie. Irene van der Woude

Wijzigingsbijlage Manschap a

BRANDWEERTAKEN & SAMENWERKING BIJ

1. Inleiding. 2. Huidige organisatie IBGS Groningen

Vesta. Inzetprocedure gevaarlijke stoffen. Vesta. basisregels. niveau sergeant module gevaarlijke stoffen

Bijlage A, behorende bij artikel 2 lid 1 Besluit personeel veiligheidsregio s

KWALIFICATIEPROFIEL VOOR MANSCHAP A

# Overwegingen Aantekeningen 1 Alarm

Beperkt OGS Manschappen en bevelvoerder (ploeg) Frequentie: minimaal 1 keer per oefencyclus

Leidraad Kernongevallenbestrijding

Bijlage 11. Voertuigspecificaties

Klasse xxx Manschappen / Ploeg: Brandweer ABWC

Incidentbestrijding Gevaarlijke Stoffen door de brandweer

Beeldcasus OGS-1 Lekkage tankwagen

Branchestandaarden blijvende vakbekwaamheid Totaaloverzicht functies manschap a, bevelvoerder en officier van dienst

GEVAARLIJKE STOFFEN: BESCHERMING EN ONTSMETTING. Jacco Veldhuyzen AIOS-SEH MCA CLO 21 februari 2013

Inzet met accent op brandbestrijding. Oefening

Inzet met accent op brandbestrijding. Oefening

stroomschema Inzet brand Gedragsregels inzet rook Situatie 2: Bevuild door rook en/of roetdelen na 1 e fase zonder ademlucht Vervolg inzet

Protocol decontaminatie eerste uur Noord-Nederland

Visie Persoonlijke Beschermingsmiddelen bij Incidentbestrijding gevaarlijke stoffen

Aard der bijzondere gevaren toegeschreven aan gevaarlijke stoffen en preparaten: R-zinnen

VGWM A WAY OF LIVING BENZEEN. Standaards voor professionals, wees alert!

Wijzigingsbijlagen leergang Bevelvoerder

Bijlage A, behorende bij artikel 2 lid 1 Besluit personeel veiligheidsregio s

Bijlage IX AARD DER BIJZONDERE GEVAREN TOEGESCHREVEN AAN GEVAARLIJKE STOFFEN EN PREPARATEN :

Visie herziening deco units

Beperkt OGS Manschappen en bevelvoerder (ploeg) Frequentie: minimaal 1 keer per oefencyclus. waarbij een gevaarlijke stof vrijkomt.

Bijlage A, behorende bij artikel 2 lid 1 Besluit personeel veiligheidsregio s

Branchestandaard blijvende vakbekwaamheid

Aard der bijzondere gevaren toegeschreven aan gevaarlijke stoffen en preparaten (R-zinnen)

Wettelijk verplichte gevaarsetikettering

Specialistengroep WTS 806

Procedure Ongevalsbestrijding Gevaarlijke stoffen

Procedure afzetlint Versie 3.1 d.d. 08 april 2013

Opleiding Gaspakdragers

KWALIFICATIEPROFIEL VOOR BEVELVOERDER

Toolbox-meeting Gevaarlijke stoffen

NB: Dit voorstel is op 28 augustus 2008 besproken in het overleg van de pilotregio s. De uitkomsten van dit overleg zijn in de notitie verwerkt.

Brandbestrijding bedrijfsgebouwen. Oefening

Gevaren van rookgassen brandweerpersoneel

HSE guidelines. april 2017 BENZEEN

Erratum Verkenner Gevaarlijke Stoffen. Versie: 2 februari 2015

R-zinnen en S-zinnen. R-zinnen... 2 Gecombineerde R-zinnen... 4 S-zinnen... 7 Gecombineerde S-zinnen... 9

Verkenner gevaarlijke stoffen TB

Branchestandaard blijvende vakbekwaamheid

BESLISBOMEN. HSL-Zuid en Betuweroute

1. RISK & SAFETY ZINNEN

Protocol Decontaminatie. Operationele uitvoering van kleinschalige chemische besmettingen

Decontaminatie en opvang slachtoffers van gevaarlijke stoffen. Jeanne de Vetter Crisiscoördinator Erasmus MC WES symposium 12 maart 2009

Erratum Manschap a Levensreddend handelen. Versie: 1.0, 31 december 2015

Manschap A. BB-A- Brandweerorganisatie BB-B- Verzorgingsgebied. THV-A- Hulpverleningsincidenten in de eigen werkomgeving

Enkelvoudige R-zinnen 1 In droge toestand ontplofbaar 2 Ontploffingsgevaar door schok, wrijving, vuur of andere ontstekingsoorzaken.

Veiligheidsinformatieblad (MSDS)

Veiligheidsbewustzijn bij de Brandweer

Bijlagen Van trappen op de rem naar fluitend richting de inzet!

Verbindingsschema kleine brand

Risico en Veiligheidszinnen op etiketten en veiligheidsbladen

Inrichting piket Incidentbestrijding gevaarlijke stoffen. Versie 1.10

Vliegtuigbrandbestrijding. Oefening

5. De oefenkaart De oefenkaarten zijn belangrijke hulpmiddelen bij het plannen en organiseren van oefeningen.

GBO/SO. Een toekomstbeeld landelijke specialistische taken. Anton Slofstra Voorzitter stuurgroep GBO/SO

Directe acties: do s and don t s

Plan van aanpak Verbetermaatregelen betreffende eis Arbeidsinspectie n.a.v. incident Chemiepack

Veilig ruimen van pluimvee bij vogelgriep

Protocol Schuilen of ontruimen/evacueren

Transitietabel Leidraad Oefenen naar branchestandaarden blijvende vakbekwaamheid

HSE guidelines. januari 2012 BENZEEN HSE LIFE THE INTERNATIONAL OIL&GAS INDUSTRY STANDARD FOR PROFESSIONALS

grootschalige tankbranden.

Brandweerzone Vlaams-Brabant West Dienst Logistiek. nota l Aan: CPBW. Procedure decontaminatie interventiekledij CC:

WERKEN MET DE HOGEDRUKREINIGER (< 250 BAR)

HSE guidelines december 2012 KWIK HSE LIFE THE NATIONAL OIL&GAS INDUSTRY STANDARD FOR PROFESSIONALS

Grootschalig Watertransport

Optreden bij buisleiding incidenten. Drs. B.M.G. Janssen MCDM Directeur Gezamenlijke Brandweer Voorzitter NVBR Netwerk OGS

Grootmoeder zorgt veilig voor roodkapje. Een presentatie van Gastouderbureau Roodkapje en Frans van Tilborg (HVK) Hartelijk dank voor uw komst!

Branchestandaard blijvende vakbekwaamheid

Branchestandaard blijvende vakbekwaamheid

Brandweer Sliedrecht Draaiboek brand- en ontruimingsoefening ASZ Sliedrecht

Teams algemeen Voortgang aanbevelingen/acties komend uit de Memo Leermomenten Moerdijk VRZ

Daarnaast zijn er ook S-zinnen; deze geven aanbevelingen voor het veilig werken met bepaalde stoffen. S staat hier voor Safety.

Slachtoffers bevrijden met hydraulisch gereedschap

Elementaire oefening. Oefenkaart 102B 202C 302C. Verkenning met adembeschermende. Opdracht A

BRANDWEER Lesstof voor OPPERVLAKTEREDDER.

Arbeidshygiëne binnen Brandweer Kennemerland. Zullen wij samen oud worden?

HSE guidelines december 2012 KWIK HSE LIFE THE NATIONAL OIL&GAS INDUSTRY STANDARD FOR PROFESSIONALS

WAT TE DOEN BIJ CALAMITEITEN OF NOODSITUATIES?

HORENDE BIJ DE ALGEMENE BEPALINGEN

Transcriptie:

Van OGS naar IBGS: de verschillen en gevolgen op een rij Implementeren van de visie IBGS vraagt om het maken van keuzes. Onderstaande tabel laat zien hoe namen, termen, procedures, functies, etc. worden gebruikt in de nieuwe landelijke les- en leerstof. OGS (huidig) Ongeval Chemiepak/ chemicaliënpak: een spatdicht pak dat helemaal gesloten is zodat je afgesloten bent van de buitenlucht door middel van rits over je helm en vizier voor het gelaatstuk, qua model vergelijkbaar met een gaspak IBGS (nieuw) Incident Vuilwerkpak: een spatdicht pak dat je over je bluskleding aantrekt. Het dekt het gebied af tussen de standaard bluskleding en het gaspak (zie toelichting onder deze tabel). Het primaire doel van het vuilwerkpak is het beschermen van de bluskleding tegen vervuiling bij allerlei vuile klussen anders dan brand. Het standaard vuilwerkpak kan een capuchon hebben maar is nooit helemaal dicht. Het is geen pak waarmee je helemaal van de buitenlucht bent afgesloten door middel van een rits en een vizier voor het gelaatstuk. Een vuilwerkpak kan simpel zonder aanvullende instructie aangetrokken worden, zoals je dat ook doet met bluskleding, een zaagbroek of waadpak. In de standaardbepakking van de TS komt het chemiepak te vervallen. Daarvoor in de plaats komt het zogenaamde vuilwerkpak (zie onder). In de opleiding tot Manschap A is het basis vuilwerkpak het uitgangspunt. Chemie/gaspak: Afhankelijk van het risicoprofiel in een regio, kan besloten worden om een pak met een hogere beschermingsgraad dan het basis vuilwerkpak toe te passen. Dit is dan een chemiepak of gaspak. Het werken met chemiepak of gaspak is meer specialistisch. Om hiermee te kunnen werken zijn aanvullende instructie en procedures nodig. Dit is een verantwoordelijkheid van de betreffende regio. Deze instructie zal niet in de opleiding Manschap A terugkomen. In de toekomst kan hiervoor een opleiding Chemie/Gaspakdrager ontwikkeld worden. Procedure OGS 6A-regel: De 6A-regel vervangt de Procedure OGS en is een vertaling van de volgende uitgangspunten: > Bovenwinds aanrijden (met de wind in de rug) > Op veilige afstand blijven en een opstellijn plaatsen (minimaal 25 meter) > Met de juiste persoonlijke beschermingsmiddelen in warm/hot zone > Geschikte meetapparatuur gebruiken > Zo mogelijk contact met de gevaarlijke stof voorkomen > Blootstellingsduur beperken en tijdig aflossen. IBGS wordt minder procedureel aangeleerd. In de leergang Manschap A is dit vertaald naar de 6A-regel (zie toelichting). Opschaling OGS Opschaling IBGS: > Klein IBGS = 1 TS (met 6 personen) > Middel IBGS = 2 TS + 1 HV + OvD 1/8

> Groot IBGS = 3 TS + 1 HV + 1 OvD + AGS > Zeer groot IBGS = 4 TS + 1 HV + 1 OvD + AGS + BOE (= IBGS-peloton) BOE staat voor basisontsmettingseenheid (bij OGS: ontsmettingscontainer of deco) > Specialistische IBGS-eenheid: meestal een eenheid die optreedt in chemie/gaspak; de samenstelling is regionaal bepaald. De opschaling is dus vergelijkbaar met brand. De bevelvoerder of OvD kan altijd de AGS om advies of ter plaatse vragen. Gebiedsindeling Hot zone (rood) Warm zone (oranje) Cold zone (groen) De gebiedsindeling voor IBGS is minder gedetailleerd dan bij OGS. Zo verdwijnt de inrichting van het ontsmettingsveld. De bevelvoerder kan de warm zone inrichten in logische gebieden afhankelijk van de situatie en uit te voeren taken. De toegekende kleuren komen overeen met die van een verkeerslicht en de betekenis is hetzelfde (zie toelichting). Deze gebiedsindeling kan in de toekomst ook bij Schoon werken bij brand toegepast worden. Zo komen Schoon werken bij brand en IBGS bij elkaar. Hot zone: Het gebied dat vervuild is met gevaarlijke stoffen als gevolg van het incident. Hier ligt de bron. Dit is ook wel het brongebied. In de hot zone zijn schadelijke effecten voor de gezondheid te verwachten. In de hot zone worden altijd geschikte persoonlijke beschermingsmiddelen gebruikt. De hot zone ligt aan de benedenwindse kant van de voorlopige opstellijn en wordt zo mogelijk afgezet. Warm zone: Het gebied tussen de hot zone en de cold zone. De warm zone ligt tussen de voorlopige en de definitieve opstellijn. Hier zijn passende beschermingsmaatregelen nodig. Deze worden bepaald door de (H)OVD (op advies van de AGS). De warm zone is (aan de bovenwindse zijde van het incident) bij aankomst van de brandweer nog schoon. De warm zone raakt vervuild door de inzet van de brandweer. Bijvoorbeeld omdat er een slachtoffer of manschap die in contact is geweest met gevaarlijke stoffen terugkomt of wordt gebracht naar deze zone. In de warm zone mag ambulancepersoneel eerste levensreddende handelingen verrichten. In de warm zone worden vervuilde slachtoffers en manschappen schoongemaakt, trekken manschappen op een veilige manier het vuilwerkpak, de chemicaliënhandschoenen en laarzen uit. In de warm zone blijven alle vervuilde materialen en middelen achter. Denk aan gebruikte (meet)apparatuur, zaklampen, vuilwerkpakken en adembeschermingsapparatuur als deze buiten het vuilwerkpak wordt gedragen. De bevelvoerder bepaalt de locatie voor het schoonmaken, de slachtofferbehandeling, het verzamelen van de vervuilde spullen en het afval (o.a. vuile pakken) in de warm zone omdat dit afhankelijk is van de omstandigheden. Hij wijst bijvoorbeeld een plek aan waar afgespoeld wordt. Dit kan vlak bij een rioolput zijn zodat het water makkelijk wegloopt, maar hij kan er ook voor kiezen om het spoelwater op te vangen als er ernstige vervuiling is. Cold zone: De cold zone is en blijft het veilige gebied. Dit gebied mag niet vervuild raken. In de cold zone zijn geen beschermingsmaatregelen nodig. Het ligt aan de bovenwindse kant van de definitieve opstellijn. De opstelplaats ligt in de cold zone. Bij voorkeur koppelen ingezette manschappen hun adembescherming pas af in de cold zone. Dit kan niet als de adembescherming buiten het vuilwerkpak wordt gedragen. Dan vindt het afkoppelen, afhangen en drukloos maken plaats in de warm zone zo dicht mogelijk 2/8

bij de definitieve opstellijn. De adembeschermingsapparatuur blijft dan achter in de warm zone. De werkwijze is hetzelfde als bij Schoon werken bij brand, dus mondkapje en nitrilhandschoenen gebruiken. Opstellijn Ontsmettingsveld/ decoveld Ontsmetting/ decontaminatie Slachtofferontsmetting Nood-deco Deco-container Ontsmet Besmet / besmetting Standby-ploeg Geen pitstop Voorlopige en definitieve opstellijn: De voorlopige opstellijn is de scheidslijn tussen de hot en warm zone. De definitieve opstellijn is de scheidslijn tussen de warm en cold zone. Deze worden gemarkeerd met het oranje lint met opschrift STOP. Het ontsmettingsveld verdwijnt, en daarmee dus ook de wachtplaats, ontsmettingsplaats, uitkleedplaats en aankleedplaats. Dit blijft waarschijnlijk wel bestaan voor het optreden in chemie/gaspak. Dat wat op de ontsmettingsplaats en de uitkleedplaats gebeurde, gebeurt nu in de warm zone. Schoonmaken: Het schoonmaken kan bestaan uit verschillende stappen: afspoelen, wassen/afborstelen/afvegen met een schoonmaakmiddel, weer afspoelen. Schoon worden kan ook droog plaatsvinden bijvoorbeeld door kleding uit te trekken, door uit te laten dampen (evt. met behulp van een ventilator) of voorzichtig af te borstelen of vegen. Droog kan evt. gevolgd worden door nat. Als manschappen een vuilwerkpak hebben gedragen tijdens de inzet is het afspoelen van bluskleding in principe niet nodig, tenzij de AGS anders adviseert. Slachtofferbehandeling: Deze is altijd afhankelijk van het type incident en de aard van de verwondingen en de mate van vervuiling. Bij IBGS kan (in ernstige gevallen) de kleding van een slachtoffer doordrenkt zijn met een gevaarlijke stof zodat de kleding verwijderd moet worden. Ook kunnen de huid of andere lichaamsdelen in contact zijn gekomen, zodat aanvullende schoonmaak nodig is. Hiervoor krijgt de manschap opdracht van de bevelvoerder en de bevelvoerder advies van de AGS. Schoonmaken bij noodsituaties Basisontsmettingseenheid (BOE): Manschappen moeten de BOE kunnen gebruiken voor het schoonmaken. Helaas is de naam vastgesteld voordat de naam schoonmaken werd gekozen. Schoon Vuil of vervuild / vervuiling De term besmetting wordt alleen gebruikt als de mate van vervuiling zo groot is dat een vooraf bepaalde grenswaarde wordt overschreden. Daarnaast wordt de term besmetting gebruikt bij direct contact met biologische agentia waar je daadwerkelijk ziek van kunt worden. Standby-ploeg niet bij basis IBGS maar alleen bij specialisme chemie/gaspak. Voor basisbrandweerzorg IBGS aansluiten bij noodprocedure eigen personeel. En de opmerking dat de bevelvoerder kan besluiten om extra veiligheidsmaatregelen te treffen, zoals het dragen van vuilwerkpak en/of chemiehandschoenen. Pitstop: 3/8

Bij langdurige inzetten kan de bevelvoerder besluiten een soort pitstop toe te passen. Een pitstop is een korte pauze om water te drinken of van ademluchtfles te wisselen. Dit vindt plaats in de warm zone, zo dicht mogelijk bij de definitieve opstellijn. Bij een pitstop voert de manschap een snelle schoonmaakactie uit. Dat kan als volgt: verwisselen van chemiehandschoenen voor nitrilhandschoenen, schoonmaken van de randen van het gelaatsmasker met een vochtige doek voor het afhangen. Verder worden de procedures van Schoon werken bij brand gebruikt. Meetplanorganisatie / meetplanleider Van protocollen en procedures Van veel spullen Verkenningseenheid: De verkenningseenheid bestaat uit meerdere verkenningsploegen die voor een breder pakket aan verkenningstaken ingezet kunnen worden dan alleen bij incidenten met gevaarlijke stoffen. Zij kunnen ook ingezet worden bij ondersteunende veldtaken, zoals stroomuitval, overstromingen of natuurbrand. De verkenningseenheid wordt aangestuurd door de Coördinator verkenningseenheid, CVE (voorheen: MPL). Naar gevaren inschatten, bewustwording en handelen naar gevaren! Naar standaardbepakking TS en middelen van HV die gebruikt kunnen worden voor stabilisatie. Daarbij onderscheid in: > Snelle stabilisatie: snel iets rechtop zetten, dicht draaien (zonder middelen). > Stabilisatie: definitief met middelen TS dus keggen, rioolafsluiters. > Stabilisatiemiddelen die leiden tot grote kans op vervuiling van personeel zoals afdichtingskussen gaan naar specialisme chemie/gaspak. Te gebruiken (meet)apparatuur (en behandeld in manschap A): > Explosiegevaarmeter > CO-meter > Alarmdosistempometer > Warmtebeeldcamera ph-papier wordt kort toegelicht om te kunnen gebruiken als de AGS daarom vraagt. Toelichting en afbeeldingen Definitie vuilwerkpak Geen afgesloten dicht pak Chemiepak Vuilwerkpak 4/8

Chemie- en gaspak worden specialisme. De gebiedsindeling bij IBGS Er is dus geen ontstmettingsveld meer bij basis IBGS. De bevelvoerder deelt de warm zone in afhankelijk van de situatie en uit te voeren klussen. Bijvoorbeeld een plek voor slachtofferbehandeling, een plek voor de pitstop, een plek waar manschappen zich schoonmaken, een verzamelplaats voor vervuilde materialen, etc. Het gaat om een logische indeling gegeven de situatie. Het meest vuile werk gebeurt natuurlijk zo dicht mogelijk bij de voorlopige opstellijn. Het uittrekken van het VWP zo dicht mogelijk bij de definitieve opstellijn. Als adembescherming buiten het VWP gedragen wordt, moet de manschap de adembescherming al afhangen om het VWP uit te trekken. Afhangen gebeurt dus zo dicht mogelijk bij schoon gebied. Gebruikte middelen > Er is geen sprake van een procedure IBGS maar het veilig optreden is samengevat in zes stelregels, samen de 6A-regel > Verkenningskaart IBGS: op basis van goede voorbeelden van verkenningskaarten OGS die al gebruikt worden is een nieuwe kaart samengesteld. Bij deze kaart is ook een korte gebruiksinstructie opgesteld. 5/8

De 6A-regel Veilig optreden is samengevat in zes stelregels, samen de 6A-regel: 6/8

De IBGS-verkenningskaart (op A3 voor gebruik in de praktijk) NB: Er is een korte gebruikshandleiding beschikbaar 7/8

8/8