Voedingsrichtlijnen bij diabetes mellitus. Met koolhydratentabel

Vergelijkbare documenten
VOEDING BIJ ZWANGERSCHAPSDIABETES

VOEDING BIJ ZWANGERSCHAPSDIABETES

Dieetadvies bij zwangerschapsdiabetes

Voedingsrichtlijnen bij diabetes mellitus Zonder koolhydraten tabel

UMC St Radboud. Voeding bij Diabetes Mellitus

Zwangerschapsdiabetes

Zwangerschapsdiabetes en voeding

Afdeling: Diëtetiek. Onderwerp: Voeding bij diabetes gravidarum

Voeding bij zwangerschaps diabetes. Diabetes Gravidarum

Refaja Ziekenhuis Stadskanaal. Koolhydraten en koolhydraten tellen

Voeding bij diabetes gravidarum

Een operatie? Let op uw voeding!

Voedingsadviezen bij zwangerschapsdiabetes

voedingsadvies bij dreigende ondervoeding

Koolhydraatvariatielijst. Afdeling Diëtetiek

Dieetadvies bij diabetes mellitus (voor insuline afhankelijke diabetespatiënten)

Rekenen met eiwitten. zorgorganisatie Norschoten Klaverweide 1, 3773 AW Barneveld. T

Afdeling Diëtetiek. Dieet bij een verhoogd cholesterolgehalte

Wie beter eet, wordt sneller beter! Energie en eiwit in de voeding

Natrium (mg) Bouillon 1 kop 250 2, Erwtensoep vers (+spek en worst) 1 kop 250 1,9 760

Risico op ondervoeding tijdens opname

Overzicht koolhydraten per voedingsmiddel

Energie en eiwitverrijkte. voor kinderen

Voedingsadviezen bij twee maal daags insulinegebruik

De glucose kan de cellen niet in waardoor het bloedglucosegehalte te hoog wordt.

Voedingsadvies bij verhoogde bloedsuikers tijdens de zwangerschap

Bijlage: Dieet zonder koolhydraten

Dieetadviezen bij wondgenezing

Dieetadviezen bij zwangerschapsdiabetes

Risico op ondervoeding tijdens uw behandeling

Diabetes Carrousel Martini Ziekenhuis

ZorgSaam. Zichtbaar beter voeding eten! bij diabetes. mellitus. Wie beter eet, wordt sneller beter

Voeding bij diabetes mellitus

Koolhydraatarm dieet en diabetes mellitus

Bijlage: Dieet zonder koolhydraten

Postprandiale hypotensie

Voedingsadvies bij hypoglykemie (te laag bloedglucose) Voedingsadvies

Voeding bij ziekte en herstel

Dieetadviezen bij zwangerschapsdiabetes

Energie en eiwitverrijkt dieet. Afdeling Diëtetiek

Voedingsadviezen bij twee maal daags insulinegebruik

Zwangerschapsdiabetes en voeding

Variatielijst algemene voeding

voedingsadvies bij hypoglykemie

Introductie van voeding na pancreatitis

Voedingsadvies bij verhoogd glucosegehalte in het bloed

Dieetadvies bij diabetes mellitus (voor insuline afhankelijke diabetespatiënten)

DIEET BIJ CF-GERELATEERDE DIABETES. In deze folder vindt u informatie over het Dieet bij CF-gerelateerde Diabetes

ZWANGERSCHAPSDIABETES

Voedingsadvies bij zwangerschapsdiabetes. diabetes gravidarum

PATIËNTENFOLDER Interne Geneeskunde Dieetadvies

Afdeling Diëtetiek ONDERVOEDING BIJ ZIEKTE

Eiwitbeperkt dieet Radboud universitair medisch centrum Radboud universitair medisch centrum

Voedingsadvies bij diabetes mellitus Informatie voor de poliklinische patiënt. Afdeling Diëtetiek IJsselland Ziekenhuis

Eiwit- en energieverrijkt dieet

Diëtetiek VOEDING EN ZWANGERSCHAPSDIABETES

Voedingsadviezen bij tablet-gereguleerde diabetes mellitus

Voedingsadviezen na een Whipple-operatie

Voedingsadviezen. Diëtetiek. Bij zwangerschapsdiabetes

Adviezen voor een optimale voeding. Energie- en eiwitrijke voeding bij ouderen

Afdeling Diëtetiek. Voedingsadviezen bij zwangerschapsdiabetes

Scheper Beter: 'SNAQ-en met zorg' Folder over ondervoeding op de polikliniek van het Scheper Ziekenhuis. SNAQ-score > 2. Diëtetiek

Algemene voedingsadviezen diabetes mellitus

Wat kunt u doen bij ondervoeding?

Wie beter eet, wordt sneller beter. Afdeling Diëtetiek

Let op! Om niets te vergeten vragen wij u het dagboek direct na elke maaltijd, of ander moment waarop uw kind iets eet of drinkt, in te vullen.

Zwangerschapsdiabetes

Dieet bij zwangerschapsdiabetes

Gewichtstoename bij behandeling van kanker

Inhoud. Voorwoord 3. Voeding 6. Slaap 22. Houding 30. Naar de dokter 37. Kleding 65. Mode 74. Kleding wassen 77

Energie en eiwitverrijkt dieet. Afdeling Diëtetiek

Welkom bij Forte kinderopvang

Dieet bij decubitus (doorliggen)

Adviezen voor een voedingsvezelverrijkt en vochtverrijkt dieet

Eet smakelijk René de Groot

Voedingsadviezen bij zwangerschapsdiabetes

Vakantie vitamines: hoe voorkom je vakantie kilo s? Jantine Blaauwbroek Diëtist

Wat is goede voeding? Aanbevelingen & tips voor kinderen 9 t/m 18 jaar

PATIËNTEN INFORMATIE. Ondervoeding. in het ziekenhuis Afdeling Diëtetiek

Eiwitbeperkt dieet. Over een eiwitbeperkt dieet. Almere, Dieetadvies voor: Eiwitbeperkt à gram eiwit per dag

Bij ongewenst afvallen is het belangrijk verder gewichtsverlies te voorkomen en liefst weer enkele kilo s aan te komen.

IJzerrijke voeding voor kinderen

Voedingsadviezen bij Diabetes Mellitus

Voedingsadviezen bij vier maal daags insulinegebruik

H Zwangerschapsdiabetes en voeding

Gewichtstoename bij behandeling van kanker

voedingsvezel verrijkt dieet

SNAQ AFDELING DIËTETIEK FRANCISCUS GASTHUIS

Variatielijst voor het eiwitbeperkt, diabetes dieet

Goede voeding vóór een operatie

Het bijhouden van een diabetes-eetdagboek tijdens de sensor. Diëtetiek

In deze vetlijst vindt u hoeveel grammen vet verschillende voedingsmiddelen bevatten. De producten zijn als volgt gerangschikt in groepen:

dit eetdagboek is van:... hij of zij is jarig op:...

Diabetes mellitus (suikerziekte)

Zwangerschapsdiabetes

Hoe kan uw kind zwaarder worden en groeien?

Voedingsvezelverrijkt dieet

Voedingsadviezen bij verhoogde bloedglucose in de zwangerschap

Eten en Drinken. Informatiebrochure Eten en Drinken. Items: Voedingsadviezen Koolhydraten Tussendoortjes Kleine tussendoor Diabetes daglijst

Voedingsadviezen Samenstelling van de voeding. 6-7 sneetjes g. 4-5 aardappelen/ opscheplepels

Transcriptie:

Voedingsrichtlijnen bij diabetes mellitus Met koolhydratentabel

Voedingsrichtlijnen bij diabetes mellitus Wat is diabetes mellitus? Diabetes mellitus is een stofwisselingsziekte. De alvleesklier maakt te weinig insuline aan of het lichaam is ongevoelig voor insuline. Insuline is nodig om het glucosegehalte (ook wel suikergehalte genoemd) in het bloed op peil te houden. Als er te weinig insuline wordt aangemaakt, komt er te veel glucose in het bloed. Hierdoor komt glucose niet in de cellen waar het nodig is als brandstof. De glucose in het bloed komt uit koolhydraten in de voeding. In deze folder vindt u voedingsrichtlijnen voor mensen met diabetes. Gezonde voeding De basis van de voeding voor iemand met diabetes is een gewone gezonde voeding met extra aandacht voor de koolhydraten en vetten. De diëtist houdt zoveel mogelijk rekening met uw persoonlijke wensen. Waarop u kunt letten: 1. Eet regelmatig over de dag verdeeld en sla geen maaltijden over. 2. Eet gevarieerd. 3. Wees matig met verzadigd vet. 4. Kies bij voorkeur vezelrijke voedingsmiddelen zoals volkorenbrood, zilvervliesrijst en rauwkost. 5. Vermijd teveel suiker. 6. Wees zuinig met zout. 7. Wees matig met alcohol. 8. Drink minstens 1½ - 2 liter vocht per dag. 9. Bereik en behoud een gezond gewicht. 10. Gebruik geen suikervrije producten (met uitzondering van light frisdranken). 11. Zorg voor voldoende lichaamsbeweging. 1

Waaruit bestaat onze voeding? Onze voeding bestaat uit verschillende voedingsstoffen. Iedere voedingsstof heeft zijn specifieke functie en is even belangrijk. Ons voedsel bestaat uit de volgende bestanddelen: Eiwitten Eiwitten zijn de bouwstoffen voor ons lichaam. Er zijn plantaardige en dierlijke eiwitten. Beide zijn belangrijk. Voedingsmiddelen waar dierlijke eiwitten in zitten zijn bijvoorbeeld: vlees, vis, kip, ei, kaas en melk. Plantaardige eiwitten zitten onder andere in granen, peulvruchten en brood. Koolhydraten Koolhydraten zijn de brandstof voor het lichaam. Zij geven de energie voor ons dagelijks leven, bijvoorbeeld om te kunnen wandelen, fietsen, werken of denken. Ook is brandstof belangrijk voor onder andere de ademhaling en de bloedsomloop. Koolhydraten is een verzamelnaam voor zetmeel, vruchtensuiker (fructose), melksuiker (lactose) en suiker (sacharose.) Koolhydraten komen voor in: Aardappelen, rijst, pasta. Groente en peulvruchten (zoals bruine en witte bonen en kapucijners). Brood, beschuit en andere graanproducten. Melkproducten. Fruit, vruchtensap en light sap. Zoet broodbeleg, zoals honing, jam (appel)stroop. Suiker. Producten waaraan suiker is toegevoegd zoals koek, snoep, frisdrank en gebak. Vetten Vetten leveren de (reserve) brandstof voor ons lichaam. Er bestaan verzadigde en onverzadigde vetten. Verzadigd vet in uw voeding verhoogt de kans op hart- en vaatziekten. Daarom kunt u beter zo min mogelijk verzadigd vet gebruiken. 2

Deze vetten zitten bijvoorbeeld in roomboter, kaas, kokos, cacao, vlees en volle melkproducten. Harde vetten zoals roomboter, pakjes margarine, pakjes bak&braadvet en blokken frituurvet kunt u beter niet gebruiken. Hier zitten veel verzadigde vetten in. Het is verstandig magere producten te kiezen, zoals magere en halfvolle melkproducten, 20+ of 30+ kaas, mager vlees en magere vleeswaren. Onverzadigd vet beschermt tegen het ontstaan van hart- en vaataandoeningen. Andere onverzadigde vetten zitten in olie, dieetmargarine en dieet-halvarine. U kunt het beste zachte vetten gebruiken, zoals (dieet)halvarine en (dieet)margarine uit een kuipje of vloeibare vetten zoals olie en vloeibare bak- en braadproducten. Deze vetten bevatten namelijk de goede onverzadigde vetten. Vis bevat, in tegenstelling tot vlees, veel onverzadigd vet. Probeer daarom één tot twee keer per week vis te eten in plaats van vlees. De onverzadigde vetten bevatten echter wel veel calorieën dus gebruik ze met mate. Vitaminen en mineralen Vitaminen en mineralen zijn beschermende stoffen. Zij zorgen er voor dat de processen van de opbouw en het herstel in uw lichaam goed verlopen. Als u gezond eet, krijgt u genoeg vitaminen en mineralen binnen. Water Water is een belangrijk transportmiddel in ons lichaam. We hebben het nodig om de vochtreserve op peil te houden en uitdroging te voorkomen. Het is belangrijk om 1½ - 2 liter per dag te drinken. Koffie, thee, melk en andere dranken worden ook hiertoe gerekend. 3

Voedingsvezels Voedingsvezels zijn onverteerbare stoffen die in plantaardig voedsel voorkomen. Zij zorgen voor een goede stoelgang en geven een vol gevoel. Voedingsvezels zorgen daarnaast ook voor een gelijkmatige opname van de glucose in de bloedbaan. Vezels vertragen ook de opname van vetten. Volkorenbrood, roggebrood, havermout, groente, fruit, zilvervliesrijst en volkoren producten zijn rijk aan voedingsvezels. Zoetstoffen Zoetstoffen zijn (kunstmatige) stoffen die zoet smaken, maar geen effect hebben op het glucosegehalte in uw bloed (behalve fructose, dat heeft een bloedglucose verhogend effect). We kunnen de zoetstoffen opdelen in twee groepen: 1. Zoetstoffen die energie leveren zoals sorbitol en fructose. Deze zoetstoffen kunt u beter niet gebruiken. 2. Zoetstoffen die geen energie leveren zoals sacharine, cyclamaten en aspartaam. Deze zoetstoffen zitten bijvoorbeeld in light frisdranken. Speciale suikervrije producten zijn niet nodig! Er zijn speciale suikervrije producten voor mensen met diabetes op de markt, zoals suikervrije koekjes, suikervrije chocolade en suikervrij gebak. In deze producten zit vaak veel (verzadigd) vet. Het zijn dure producten waarvan de smaak vaak tegenvalt. Wij raden u af om deze producten te gebruiken. Overleg met uw diëtist hoe u gewone producten in uw dieet kunt inpassen. Waarom krijgt u een voedingsadvies? Om de glucosegehaltes in het bloed in evenwicht te houden, moeten koolhydraten en medicatie (tabletten/insuline) op elkaar afgestemd zijn. Dit vermindert de kans op (late) complicaties zoals hart- en vaatziekten. In het voedingsadvies wordt gelet op de hoeveelheid koolhydraten en vet in de voeding. Wanneer de koolhydraten namelijk niet goed over de dag worden verdeeld, kunnen er grote schommelingen in het glucosegehalte ontstaan. 4

Afhankelijk van de therapievorm worden voeding en medicatie op elkaar afgestemd. Therapievormen Als u tabletten gebruikt of één/twee maal daags insuline spuit, is het belangrijk dat de maaltijden goed over de dag worden verdeeld: Niet zo: Maar zo: Bij vier maals daags insuline- of pompgebruik is het belangrijk een evenwicht te vinden in de hoeveelheid koolhydraten en de hoeveel-heid insuline die daarbijpast. Aan de hand van een voedseldagboek berekent de diëtist samen met u de verhouding tussen koolhydraten en insuline. Ook krijgt u handvatten om de bloedglucose zo goed mogelijk te krijgen. 5

Hypo-opvang Als de bloedglucose te laag is, kunt u last krijgen van bijvoorbeeld vermoeidheid, hoofdpijn, zweten, beven, wazig zien of bleekheid. We spreken over een hypo als de bloedglucose lager is dan 3,5 4 mmol/l. Het is belangrijk deze lage bloedglucose zo snel mogelijk te verhogen. Dit doet u door: 15 20 gram koolhydraten in te nemen: U neemt vijf-zes dextro tabletten Of één glas limonadesitroop (1/3 siroop, 2/3 water) Of één glas vruchtensap of frisdrank. En, als de eerstvolgende maaltijd pas over één uur of later is, neemt u één portie traag werkende koolhydraten extra. Bijvoorbeeld één plak ontbijtkoek of één snee brood. Diabetes en beweging De voordelen van meer beweging zijn: U gaat zich fitter en prettiger voelen. Uw conditie wordt beter, u wordt minder snel moe en u krijgt meer kracht in uw spieren. Als u regelmatig beweegt, merkt u dat uw bloedsuikergehalte verbetert. Een duurtraining zoals wandelen, fietsen of zwemmen, helpt beter dan een krachttraining zoals fitness. Gewichtsverlies. Uw gewicht neemt meestal af door meer te bewegen, ook als u dezelfde hoeveelheid blijft eten. Een gezond gewicht is belangrijk als u diabetes heeft. Uw diëtist kan u vertellen wat voor u een gezond gewicht is. Het vetgehalte in het bloed verbetert. Aandachtspunten bij beweging Als u meer gaat bewegen, houdt dan met het volgende rekening: Kies een activiteit die u leuk vindt en die bij u past. Veel mensen vinden het leuker om samen met anderen te bewegen. Bovendien kunt u elkaar stimuleren. 6

U kunt beter dagelijks een half uur bewegen, dan één keer per week een lange periode. Bouw de duur, de zwaarte en het aantal keren per week dat u gaat sporten geleidelijk op. Draag goede schoenen om beschadigingen aan uw voeten te voorkomen. De podotherapeut kan u vertellen welke schoenen geschikt zijn bij sport. Overleg met uw arts, diëtist of diabetesverpleegkundige als u van plan bent heel intensief (meer dan 3 keer per week, langer dan 1½ uur) te gaan sporten. Meer bewegen kan uw bloedglucose beïnvloeden. Soms moet u dan uw medicatie of uw dieet aanpassen. Controleer vooraf uw bloedsuikers, zeker bij zware lichaamsbeweging. Pas op basis van uw bloedsuikercontrole uw voeding en insuline of tabletten aan. U heeft gemiddeld 15-30 gram extra koolhydraten nodig per uur dat u sport of intensief beweegt. U kunt ook overleggen met uw arts of diabetesverpleegkundige hoeveel insuline u minder kunt spuiten. Injecteer geen insuline in lichaamsdelen die sterk doorbloed zijn tijdens het sporten. De diabetesverpleegkundige kan u vertellen waar u het beste kunt prikken. Ga niet sporten als u een te lage (<3,5 mmol) of een (veel) te hoge (>16 mmol) bloedsuiker hebt. Afhankelijk van de medicijnen die u gebruikt, kan uw bloedsuiker dalen tijdens het sporten. Dit effect kan 12 tot 16 uur na het sporten optreden. Dan is het volgende belangrijk: 1. Neem druivensuiker mee om een eventuele hypo op te vangen. 2. Vertel uw begeleider(s) en medesporter(s) dat u diabetes heeft in verband met de kans op hypo s. 3. Controleer uw bloedglucose na het sporten regelmatig. 7

Wat kunt u doen als u te zwaar bent? Mensen die te zwaar zijn, hebben meer kans op een te hoog bloedglucosegehalte doordat cellen minder gevoelig zijn voor insuline. Daarom is het belangrijk dat u een gezond gewicht heeft. De diëtist stelt samen met u vast, wat voor u een gezond gewicht is. Vijf tot tien procent gewichtsverlies in één jaar en dit gewicht behouden, is al heel goed voor uw gezondheid. U wordt te zwaar als u langere tijd meer energie opneemt dan dat u verbruikt. Uw lichaam slaat het teveel aan energie uit de voeding op in de vorm van vetweefsel. Dit is de energiereserve va uw lichaam. Als u meer beweegt en tegelijkertijd gezonder eet, valt u op een goede manier af. De diëtist kan u hierbij begeleiden. 8

De koolhydraten variatielijst Het gebruik van de variatielijst Het is belangrijk dat u de koolhydraten die u eet, regelmatig over de dag zijn verdeeld, of dat u uw insuline erop aanpast. De diëtist stelt samen met u vast hoeveel koolhydraten elke maaltijd mag bevatten. Natuurlijk hoeft u niet elke dag hetzelfde te eten. U kunt per maaltijd afwisselen. Hieronder vindt u een rijtje voedingsmiddelen, die ongeveer dezelfde hoeveelheid koolhydraten bevatten. De broodmaaltijd Brood In brood zitten eiwitten, voedingsvezels, vitaminen, mineralen en zetmeel. U kunt het beste volkoren broodsoorten eten omdat ze meer voedingsvezels, vitaminen en mineralen bevatten dan witbrood. 1 boterham (16 gram koolhydraten) kunt u afwisselen met één van de onderstaande mogelijkheden: 1 snee donker roggebrood 1 snee rozijnen of krentenbrood zonder spijs 2 volkoren beschuiten 2 crackers of knäckebröd 1 bord pap (200 ml) zonder suiker 1 plakje ontbijtkoek 1 portie fruit 1 liga of evergreen 1 schaaltje magere yoghurt met 2 eetlepels muesli (gezoet). 1 krentenbol 26 gram koolhydraten 1 broodje/kadetje 23 gram koolhydraten Broodsmeersel Besmeer uw brood bij voorkeur met een zachte halvarine of margarine uit een kuipje. Dit levert geen koolhydraten. 9

Het broodbeleg U kunt uw brood beleggen met hartig beleg, zoals kaas en vleeswaren of met zoet beleg. In hartig beleg zitten geen koolhydraten, maar wel veel vet. Kies daarom voor 20+ of 30+ (smeer)kaas en/of magere vleeswaren zoals (licht gezouten) rookvlees, rosbief, fricandeau, ham, kipfilet. Beleg het brood niet te dik! In zoet beleg zit per snee weinig of geen vet, maar wel koolhydraten. Hieronder staan enkele variatiemogelijkheden: Jam, hagelslag, appelstroop, honing 9 gram koolhydraten Halva (light) jam 5 gram koolhydraten Hier zitten minder koolhydraten in, maar meer (onverzadigd) vet: Pindakaas 2 gram koolhydraten Sandwichspread 2 gram koolhydraten Denk ook eens aan een rauwkost (tomaat, komkommer, radijsjes e.d.) op brood. Hierin zitten geen koolhydraten en vetten. Fruit Fruit en ongezoete vruchtensappen bevatten natuurlijke suikers (fructose). Dit zijn ook koolhydraten. 1 portie fruit (15 gram koolhydraten) bestaat uit één van onderstaande mogelijkheden. 1 appel 1 sinaasappel 1 kleine banaan 2 kiwi's 2 mandarijnen 4 verse pruimen 1 peer 2 kleine perziken of nectarines 10 á 15 druiven 1 glas sinaasappelsap van 150 ml 1 glas druivensap van 150 ml = 23 gram koolhydraten 10

Melkproducten Melk bevat koolhydraten, eiwitten en verzadigd vet. Het is verstandig om magere en halfvolle melkproducten te kiezen. 1 beker halfvolle melk 11 gram koolhydraten 1 beker karnemelk 8 gram koolhydraten 1 beker magere chocolademelk 26 gram koolhydraten 1 schaaltje magere yoghurt 6 gram koolhydraten 1 schaaltje vruchtenyoghurt light (zonder toegevoegde suiker) 8 gram koolhydraten 1 schaaltje magere kwark 6 gram koolhydraten 1 schaaltje magere vla 14 gram koolhydraten 1 schaaltje vla 22 gram koolhydraten * 1 beker = 225 ml * 1 glas = 150 ml * 1 schaaltje = 150 ml De warme maaltijd Soep In bouillon zonder vermicelli of andere bindmiddelen zitten geen koolhydraten, zodat u de bouillon vrij kunt drinken. Groenten in de bouillon mogen altijd. Heldere soep (waar vermicelli, rijst of macaroni in zit) of een gebonden crèmesoep bevatten beide 7 gram koolhydraten per 250 ml soep. Een maaltijdsoep bijv. erwtensoep bevat 16 gram koolhydraten per 250 ml soep. Vlees, vis, gevogelte en ei In vlees, vis en gevogelte zitten geen koolhydraten, maar wel eiwitten en vetten. In vlees en gevogelte zit verzadigd vet. Kies daarom bij voorkeur voor magere soorten, zoals mager rundvlees, rundergehakt, mager varkensvlees, kip (zonder vel) of kalkoen. Als het vlees gepaneerd is, bevat het wel koolhydraten. Bovendien trekt er bij het bereiden van het vlees veel vet in. Houd hier dus rekening mee. 11

In vis zit onverzadigd vet (omega 3 vetzuren). Probeer daarom 1 á 2 keer per week vette vis in plaats van vlees te eten. In eieren zitten ook geen koolhydraten, maar wel eiwit en vet. Eet daarom niet meer dan 2 à 3 eieren per week. Jus Gebruik bij het bakken van vlees of vis een vloeibare dieetmargarine, olie of een vloeibaar bak- en braadproduct met zo weinig mogelijk verzadigd vet. Doe altijd ruim water bij de jus. Groente In groente zitten koolhydraten, vezels, vitaminen en mineralen. Probeer iedere dag 200 gram groente te gebruiken. Hiermee krijgt u 8 gram koolhydraten binnen. Eventueel kunt u een klein scheutje vloeibare margarine aan de groente toevoegen. Let op met sausjes, omdat deze vaak koolhydraten en vet bevatten. Bladgroente zoals andijvie kunt u licht binden. Peulvruchten (bijvoorbeeld bruine bonen, witte bonen en kapucijners) bevatten erg veel koolhydraten. Eet peulvruchten niet in plaats van groente, maar liever in plaats van aardappelen/rijst/pasta. Appelmoes, stoofperen en tuttifrutti (ook zonder suiker) bevatten veel koolhydraten (vruchtensuikers). U kunt dit daarom niet in plaats van groente eten. U kunt ze af en toe wel in plaats van een nagerecht nemen. In een stamppot zit ongeveer 6 gram koolhydraten per 50 gram (= 1 opscheplepel). Aardappelen, rijst en pasta In aardappelen, rijst en pasta zitten de meeste koolhydraten. Daarnaast zitten er ook eiwitten, vezels, vitaminen en mineralen in. Twee kleine aardappelen (100 gram gekookt) leveren 16 gram koolhydraten. Hou er rekening mee dat het gehalte aan koolhydraten in vervangers van aardappelen erg wisselend is. 12

Hieronder vindt u een aantal suggesties: 2 opscheplepels aardappelpuree (=100 gr)16 gram koolhydraten 1 opscheplepel pasta (= 50 gr) 10 gram koolhydraten 1 opscheplepel zilvervliesrijst (= 55 gr) 13 gram koolhydraten 1 opscheplepel lepel witte rijst (= 55 gr) 18 gram koolhydraten 1 opscheplepel frites (= 50 gr) 19 gram koolhydraten 3 stukjes stokbrood (= 30 gr) 15 gram koolhydraten 1 opscheplepel peulvruchten (= 60 gr) 10 gram koolhydraten 1 opscheplepel nasi (= 60 gr) 12 gram koolhydraten 1 opscheplepel bami (= 60 gr) 16 gram koolhydraten Nagerechten Met nagerechten kunt u veel afwisselen. Kies voor magere of halfvolle soorten. De hoeveelheid koolhydraten per nagerecht kan nogal wisselend zijn. Dit hangt af of er suiker in zit. Kijk daarom goed op de verpakking. Hieronder vindt u een aantal nagerechten: 1 schaaltje magere yoghurt 6 gram koolhydraten 1 schaaltje vruchtenyoghurt light (zonder toegevoegde suiker) 8 gram koolhydraten 1 schaaltje magere yoghurt met 15 gram koolhydraten 3 eetlepels cornflakes 1 schaaltje magere vla 14 gram koolhydraten 1 schaaltje vla 20 gram koolhydraten fruit 15 gram koolhydraten ½ schaaltje (100 gram) appelmoes 17 gram koolhydraten 1 bolletje room- of yoghurtijs 13 gram koolhydraten Tussendoortjes Verantwoorde tussendoortjes van ongeveer 15 gram koolhydraten: 1 plak ontbijtkoek of kruidkoek 1 evergreen 2 volkoren biscuitjes 2 speculaasjes 1 portie fruit 1 glas ongezoete vruchtensap (150 ml) 1 eierkoek (bevat 18 gram koolhydraten) 13

1 klein biscuittje (bevat 4 gram koolhydraten; een grote biscuit bevat 8 gram koolhydraten). 1 sultana (10 gram koolhydraten) 1 snee brood met halvarine en mager hartig beleg (16 gram koolhydraten) Tussendoortjes met 15 gram koolhydraten, maar met meer verzadigd vet: 1 plak cake 1 mini marsje, mini snickers, mini milky way 1 klein zakje chips 5 bitterballen Kaas en worst zijn voorbeelden van tussendoortjes waar geen koolhydraten in zitten, maar wel veel verzadigd vet. Houd hier rekening mee. Rauwkost kunt u altijd eten. Hierin zitten geen vetten en geen koolhydraten. Slechte eetlust Het kan zijn dat u door ziekte (koorts of infectie) een slechte eetlust heeft. Het is dan moeilijk om genoeg koolhydraten binnen te krijgen. Vervang de maaltijden dan eens door een schaaltje vla, pap of een glas vruchtensap. Dit gaat vaak makkelijker. Het is belangrijk dat u uw medicijnen (tabletten en/of insuline) blijft gebruiken, omdat door ziekte het glucosegehalte in uw bloed kan stijgen. Bij hoge koorts, diarree of braken, moet u direct uw arts bellen. Iets lekkers eten? Bij een verjaardag, feestdagen of vakantie hoort iets lekkers. Hieronder staan een paar variatiemogelijkheden voor tussendoortjes. Gebruik geen suikervrije producten. Hierin zitten vaak veel koolhydraten en vet, soms zelfs bijna evenveel als in een gewoon product. Ook kunt u in de eettabel voor veel voedingsmiddelen het aantal koolhydraten opzoeken. 14

Gebak en koek Kcal gram koolhydraten 1 punt slagroomtaart 300 29 1 punt vruchtenvlaai 190 32 1 punt vruchtentaart 260 25 1 punt appeltaart 280 41 1 punt kwarktaart 260 31 1 punt rijstevlaai 200 26 1 tompouce 290 37 1 hazelnootgebak (Brokking) 169 14 1 appelflap 400 38 1 appelflap, zelfgemaakt 255 20 (bladerdeeglapje,1/4 appel en kaneel) 1 moorkop 200 12 1 Bossche bol 250 17 1 slagroomsoesje 45 2 1 plak cake 130 13 1 blokje boterkoek 110 11 1 gevulde koek 260 37 1 stroopwafel 170 27 Snoep Kcal gram koolhydraten bonbon 65 10 kersenbonbon 60 6 chocolaatje 25 3 Hartige snacks Kcal gram koolhydraten bitterbal 60 3 kroket 150 11 saucijzenbroodje 270 23 worstenbroodje 290 26 50 gram huzarensalade 75 7 1 handje chips 55 5 1 handje Japanse mix 40 8 1 eetlepel pinda's 130 2 1 eetlepel borrelnootjes 55 5 15

1 eetlepel studentenhaver 95 7 1 blokje kaas 40 0 1 plakje worst 50 0 1 zout koekje 30 2 10 zoute stokjes 35 7 kaaswafel 25 2 toastje 15 3 Dranken Kcal gram koolhydraten 50 ml advocaat 120 12 200 ml alcoholvrij bier 45 11 200 ml bier, pils 85 6 35 ml bessenjenever 65 6 35 ml citroenjenever 65 1 35 ml whisky, cognac 85 0 35 ml likeur 15-25vol% alcohol 85-110 10 35 ml jägermeister 100 5 50 ml port 80 7 50 ml sherry 55 2 50 ml vermouth 75 8 100 ml rode wijn 120 5 100 ml zoete witte wijn 95 6 100 ml witte wijn 100 1 100 ml rosé 120 5 Vragen Heeft u na het lezen van deze folder nog vragen, neem dan contact op met de afdeling Diëtetiek, tel. (078) 652 33 97. Als u verhinderd bent voor uw afspraak, wilt u dit dan zo spoedig mogelijk laten weten? De vrijgekomen plaats kan dan voor een andere patiënt gebruikt worden. Uitsluitend voor het wijzigen van een afspraak bij de afdeling Diëtetiek, belt u ook voor alle locaties naar tel. (078) 652 33 97. 16

Albert Schweitzer ziekenhuis afdeling Diëtetiek Januari 2012 Pavo 0016