Titel: Mijnbouw in Peru. Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen Locatie: Universiteit van Gent Datum en uur: 1 maart 2013, 11:30-12:45 Verslaggever: Inge Boudewijn Aantal aanwezigen, beschrijving doelpubliek: ca. 60 studenten Mirtha Vasquez Mirtha Vasquez uit Peru is advocaat in sociaal management, milieurecht, bestuur en mensenrechten. Verder is zij de uitvoerend secretaris en hoofd van de juridische afdeling van de NGO Grufides,die de rechten van boerengemeenschappen in Peru verdedigt, lid van de nationale Peruaanse mensenrechtencommissie,en hoogleraar milieurecht aan de nationale universiteit van Cajamarca,waar ze zelf ook gestudeerd heeft. Inhoud Inge Boudewijn geeft een introductie voor GOUD:EERLIJK? Ze vertelt over de drie verschillende vzw's die de goudcampagne organiseren en hun verschillende doelen en rollen in de campagne. Ze legt uit waarom goudmijnen zo'n groot probleem vormen voor ontwikkelingslanden, het gigantische verbruik van water, giftige stoffen en erts, en de effecten op de lokale bevolking. Dan introduceert ze Mirtha Vásquez, de gastspreker van de middag. Mijnbouw vindt steeds meer in Zuid-Amerika plaats in plaats van Zuid-Afrika/Europa en Australie, wat vroeger de belangrijkste mijnbouwplekken waren. Er zijn twee redenen aan te wijzen voor het groeiende belang van Zuid-Amerika als mijnbouw regio: - Er bevinden zich in Zuid-Amerika vele natuurlijke hulpbronnen; - De landen in Zuid-Amerika zijn veelal arm en hebben daarom nood aan prive investeringen uit het noorden. Maar in veel landen heeft dit als gevolg dar regeringen zeer laks zijn met regelgeving om zo zoveel mogelijk buitenlandse investeringen aan te trekken. Dit is een van de redenen dat Peru zo n aantrekkelijk land is geworden voor goudontginning. Dit goud wordt dan voornamelijk in het mondiale Noorden verkocht.
Cajamarca is de regio van Peru waar de meeste goudmijnbouw plaatsvindt, en een van de balngrijkste regio s voor goudmijnbouw in Zuid-Amerika. Veel verschillende bedrijven komen hier op af, voornamelijk uit het Noorden landen zoals de Verenigde Staten, Canada en Engeland, maar ook uit landen als Zuid-Afrika en China. Het grondgebied van Peru wordt onder deze bedrijven verdeeld. Dit betekent dus dat veel grondgebied nu concessie. Maar dit land is natuurlijk niet leeg. Hier wonen mensen: voornamelijk landbouwgemeenschappen. Waar moeten deze mensen naar toe, en hoe kunnen ze inkomen verwerven als ze niet meer aan landbouw kunnen doen? De Yanacocha mijn is de grootste mijn van Zuid-Amerika en ligt in de Cajamarca regio van Peru. De Yanacocha mijn is van het Amerikaanse bedrijf Newmont, het Peruviaanse bedrijf Buenaventura en voor vijf procent van de Wereldbank. Deze investerende bedrijven hebben zich enorm kunnen verrijken: een ons goud produceren kost 110 Amerikaanse dollar, maar het kan worden verkocht voor 1800 Amerikaanse dollar. Al dit geld stroomt rechtstreeks naar de bedrijven en niet naar de regio: Cajamarca is nog altijd de op een na armste regio van Peru. Waar nu de Yanacocha mijn ligt lag vroeger een meer met de naam Yanacocha. Onder dit meer lag een enorme hoeveelheid goud, met als gevolg dat er een mijn is gevestigd en het meer totaal is verdwenen en de omgeving verwoest. Dit toont aan hoe gigantsich de gevolgen zijn van open pit mining, de manier waarop mijnbouw in Peru vaak gebeurt. Hierbij worden explosieven gebruikt, die de bodem en stenen laten ontploffen. De opgeleverde hopen steen worden vervolgens met cyanide besproeid, een extreem giftige stof die goud van gesteente weet te scheiden. Als het goud word weggenomen blijft er in feite slechts toxische grond over. Daarom is deze praktijk in veel andere delen van de wereld verboden, bijvoorbeeld in sommige staten van de VS. Het is dus ironisch bedrijven uit landen waar dergelijke praktijken verboden zijn, ze wel toepassen in landen als Peru. Een groot probleem ligt ook in de watertoevoer naar de steden. Veel mijnen liggen in de bergen, waar ook veel bronnen van rivieren ontspruiten. De steden en dorpen liggen vaak juist meer in de dalen, waar de rivieren uit de bergen naar toe stromen. Op deze manier wordt de watervoorzining voor de steden dus zwaar vervuild. Op een zeker niveau zitten er voordelen aan de mijnbouw voornamelijk voor de regering, die belastingen int van de mijnbouwbedrijven. Daar staat echter wel tegenover dat de grondstoffen het land verlaten. Verder beweert de regering dat mijnbouw een voordeel voor de bevolking met zich meebrengt in de vorm van werkgelegenheid. Dit blijkt echter niet waar te zijn: praktisch geen leden van de lokale bevolking werkt in de mijnbouw. Van veraf lijkt het dus alsof Peru economische groei
doormaakt dankzij de mijnbouw, maar in feite lijden er mensen die in andere sectoren werken, zoals de landbouw. Mensen worden ontheemd en er is sprake van een gigantische vervuiling en restafval uit de mijnen dat gigantisch veel plek in beslag neemt. De voordelen wegen dus bij verre na niet op tegen de nadelen. Veel gronden die in gebruik zijn voor landbouw raken verloren en worden vernietigd. Bovendien heeft de regering een wet ingesteld die aan grote bedrijven toestaat mensen te onteigenen en hiervoor slechts een minimale boete te betalen. Mensen hebben dus geen andere keus dan te vertrekken. Ze krijgen voor hun land slechts een habbekrats: zeker niet genoeg om nieuw land te kopen. Ze gaan vaak bij gebrek aan een andere keuze in de stad wonen waar ze een arm bestaan leiden. De staat biedt deze mensen ook geen oplossing in de vorm van een mogelijke nieuwe woonplaats. Op sommmige plekken dichtbij mijnen wonen nog mensen die geen geld hebben en daarom geen kans zien om te verhuizen, of die niet afweten van de enorme vervuiling en de gevolgen daarvan op hun gezondheid die de nabije mijnen met zich meebrengen. Als uitbreiding van het Yanacocha project wordt nu de Conga mijn gepland. Ook hierbij zouden er weer lagunes verdwijnen: de bedrijven hebben beloofd artificiële reservoirs aan te leggen om boeren van water te voorzien. Hierbij wordt echter geen rekening gehouden met de unieke biodiversiteit die als gevolg van het opdrogen van de lagunes zal verdwijnen. Bovendien is de plaatselijke bevolking wijs geworden na zoveel jaar mijnbouw in hun regio: ze weten dat alles wat er achterblijft armoede en vervuiling is. Rond de Yanacocha mijn lekte in 2000 bijvoorbeeld nog 150 kilo kwik. De lokale bevolking wist niet dat dit een gevaarlijke stof is en raakte het aan. Veel mensen werden ziek, en nog steeds sterven er mensen als gevolg van deze ramp. De overheid en het Yanacocha bedrijf nemen geen verantwoordelijkheid. Rondom het komende Conga project daarom is een groot sociaal conflict ontstaan, in Cajamarca, maar ook in de rest van Peru. Het Conga project heeft op veel protest gestuit, dat echter met geweld wordt neergeslagen door de Peruviaanse overheid, met gewonden en doden als gevolg. De regio Cajamarca is volledig gemilitariseerd en de regering gooit het op een akkoordje met de grote bedrijven, die via deze weg in feite privé legers tot hun beschikking krijgen gesteld. Bovendien heeft de regering besloten dat protesteren nu een ernstig misdrijf is, en de bijbehorende celstraf kan langer zijn dan die voor doodslag. De politie wordt echter door de staat beschermd als zij tijdens de protesten mensen verwonden of vermoorden. Sociale leiders worden bespioneerd en bedreigd, vooral als zij actief actie willen ondernemen tegen de mijnbouwbedrijven.
Vandaag de dag beweren veel bedrijven dat Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO) een onderdeel is van hun filosofie. Dit is echter niet waar: de waarheid is dat ze gewoon veel geld in marketing stoppen om mensen dit te doen geloven. Ze bieden bijvoorbeeld de lokale bevolking kleine vergoedingen aan om weg te trekken uit het gebied, en vele mensen zijn zo arm dat ze dit aannemen. Dit is niet goed: bedrijven moeten een andere rol gaan opnemen in de globalisering. Ze moeten MVO niet meer zien als marketingtruc, filosofie of compromis, maar als een verantwoordelijkheid die ze daadwerkelijk op gaan moeten nemen. Het is niet meer genoeg dat bedrijven doen alsof ze hun verantwoording nemen terwijl ze verbergen dat er eigenlijk niets verandert. Ze moeten echt verantwoordelijkheid gaan nemen en inzien wat ze aanrichten, en plaatselijke bevolking en milieu met respect behandelen. Zoals het nu gaat, kan de globalisering niet doorgaan. Mevrouw Vásquez pleit voor sensibilisering van de consument in het Noorden. Hier moeten de mensen zich realiseren dat de spullen die wij gebruiken ergens vandaan komen; ze worden ergens ontgonnen en wat voor ons voordelen met zich meebrengt, brengt daar grote nadelen. In landen als Peru vechten de mensen nu voor hun omgeving, natuur en milieu. Op de presentatie van Mirtha Vásquez volgde nog een afsluiting door Catapa, waarin uitgelegd werd dat we in feite kunnen spreken van een tweede kolonisatiegolf: weer komen westerse, rijke landen naar het mondiale Zuiden en nemen hier kostbare grondstoffen weg, terwijl de lokale bevolking achterblijft met armoede, ziekte en problemen. De tweede kolonisatiegolf wordt echter niet geleid door natiestaten, maar door grote multinationals. Wat kunnen wij in het noorden doen aan deze problemen? Minder consumeren, meer recycleren (dus ook van oude Gsms en e-waste!) en niet investeren in mijnbouw of bedrijven die mijnbouw ondersteunen. Verder werd het Fair Trade & Fair Mined initiatief van FLO-ARM uitgelegd, wat kleinschalige artisanale goudmijnbouw ondersteunt. Dit label garandeert onder andere goede werkomstandigheden, maar kan niet beschouwd worden als oplossing voor de grootschalige open pit mijnbouw zoals de Yanachocha en Conga mijnen. Vragen/opmerkingen uit het publiek Gaat het Conga mijn project door? Antwoord Mirtha Vásquez: Dat is een goede en belangrijke vraag. Op dit moment is er in Peru veel debat over de Conga mijn. Er wordt over en weer druk gezet: sociale druk van de bevolking, die steeds meer georganiseerd raakt, op de overheid, die nog steeds wil dat het project doorgaat. De
situatie is extreem gespannen en als het Conga project goed gekeurd wordt (wat heel waarschijnlijk is) zal de situatie waarschijnlijk ontploffen Hoe kan er zo n gat zijn tussen bevolking en regering? Antwoord Mirtha Vásquez: De huidige president, Ollante, beweerde voordat hij verkozen werd dat hij tegen het Conga project was. Nu hij aan de macht is heeft hij echter zijn discours veranderd en laat zulke praktijken weer toe. Er zijn twee redenen waarom dit kan gebeuren: - Het zeer neoliberale economische systeem in Peru laat bedrijven zeer vrij om te doen wat ze willen; - Er is zeer veel corruptie in Peru: de overheid sjoemelt en verrijkt zich zelf. De regering vindt altijd een smoes of excuus om iets te doen. Voor het volk is het ongelofelijk dat de regering hen niet steunt en zelfs vermoord om dit project door te lagen gaan. Is het niet mogelijk om een Peruviaans bedrijf op te richten dat mijnbouw kan bedrijven, in plaats van alles overgeven aan multinationals? In de jaren 90 is er in Peru eenn zeer neoliberaal systeem ingevoegd met allerhande nieuwe wetten: staatsbedrijven werden onder andere verboden. Het is dus niet mogelijk dat een bedrijf in handen van de overheid is. Bovendien zou Peru zo n grote investering niet kunnen maken, terwijl de overheid zich nu wel kan verrijken met het geld van de multinationals. Is cyanide ook echt een probleem in kleinschalige mijnbouw in vergelijking met grootschalige mijnbouw? Antwoord Catapa: natuurlijk wordt er bij mijnbouw op kleinere schaal minder cyanide gebruikt dan bij grootschalige mijnbouw. Het is echter zo dat zelfs een extreem kleine hoeveelheid cyanide al dodelijk is voor de mens. Hoewel cyanide in principe vrij snel afbreekt in de natuur, is het zeer waarschijnlijk dat kleinschalige mijnbouw, waar iedere dag cyanide gebruikt wordt, ook zeer grote gevolgen heeft op het plaatselijke milieu. Antwoord Mirtha Vásquez: Het zijn in feite dezelfde problemen, maar op kleinere schaal. Daarom is het goed dat Catapa pleit voor kleinere mijnen waar in ieder geval cijfers bestaan over hoeveel van een bepaalde stof er gebruikt wordt. Zijn er in Peru geen sociale woonintitiatieven? Plekken voor ontheemde mensen om heen te gaan? Antwoord Mirtha Vásquez: De regering onderneemt niets voor deze mensen, er zijn geen plannen over wat ze zullen doen. Men moet zelf initiatief nemen. Veel mensen trekken naar de stad bij
gebrek aan andere mogelijkheden: ze hebben geen geld. Anderen blijven toch in het gebied rond de mijn wonen, omdat ze geen andere keus hebben: ze krijgen maar zeer weinig betaald voor hun grondgebied. Zijn er geen streken meer in Peru waar je gewoon kan gaan wonen zonder geld te hoeven betalen? Antwoord Mirtha Vásquez: De meeste mensen in Peru wonen aan de kust, waar een zeer hoge bevolkingsdichtheid is door veel eerdere migratiegolven, of in de bergen. Ze zouden eventueel naar het oerwoud kunnen trekken, maar dit is een moeilijk gebied om te wonen. Hier zijn ook veel tropische ziektes, zoals malaria, sterk aanwezig, en bovendien is de grond doorgaans moeilijk te bewerken en daarom zeer ongeschikt voor landbouw. Zijn er geen overheden van andere landen, of officiele instanties, die reageren op de Conga problematiek? Antwoord Mirtha Vásquez: Dit gebeurt steeds meer. We zien hoe er beetje bij beetje meer internationale intresse en solidariteit voor deze kwestie komt. De internationale liga voor mensenrechten van Zuid-Amerika probeert nu bijvoorbeeld druk te zetten op de bevolking. Het Conga project is nu tijdelijk stopgezet dankzij andere landen die vragen stellen en de regering onder druk zetten.