Meerjaren uitvoeringsprogramma bruggen

Vergelijkbare documenten
Titel : Visuele inspectie en onderhoudsplanning civiele kunstwerken INHOUDSOPGAVE 1 INLEIDING... 3

Tijdsgebonden: Wanneer zijn we klaar? Nummer coalitieprogramma: Programmanaam: 07 Beheer Z / INT Wegbeheer

Voorstel raad. Onderhoud en vervanging van bruggen 25 april 2013

Raadsvoorstel. Agendanummer: Datum raadsvergadering: Onderwerp: beleids- en beheerplan kleine civiele kunstwerken. Gevraagde Beslissing:

Meerjarenprogramma Kunstwerken. Noordhollandsch Kanaal

opzet quick scan civiele kunstwerken Lansingerland

2. Overall scope Bouwkundig Versterken 250 Schadegevallen

Notitie: Evaluatie bruggenbeheersplan fase 1 en varianten brug Ommerweg

Vervangen bruggen Elsenhove

Beheerplan Civieltechnische kunstwerken

Gemeente Papendrecht Constructief advies Gemeente Papendrecht Urgentierapport verkeersbrug Jan Steenlaan (KW-nr. 1056)

*ZE9C48C23CC* Raadsvergadering d.d. 16 december 2014

f. OW BIJ beleidsplan Onderhoud Groen 2014-O.docx Grip op groen.veilig en heel

Gebouwen beheerplan

Collegevoorstel. Inleiding. Feitelijke informatie. Zaaknummer: OORES01. Tuinmuren vesting Heusden

: kredietaanvraag restauratie Wetsingerzijl

Portefeuillehouder: J. Hoekzema Behandelend ambtenaar J. Koomans van den Dries ( ) (t.a.v. J. Koomans van den Dries)

3. Beoogd effect Voldoende financiële middelen om het werk 'Oud Blaricumerweg' uit te kunnen voeren.

Rekenkameronderzoek Bruggen en viaducten

Groningen Oktober Programmering bruggen

Meerjarenonderhoudsplan

*ZEA3E9FBA15* Raadsvergadering d.d. 22 maart 2016

Raadsstuk. Onderwerp: Herstellen Buitenrustbruggen BBV nummer: 2013/ Inleiding

Onderzoek gemeentelijke bruggen. Augustus 2015 (update februari 2016)

Meerjarenplan onderhoud Civieltechnische kunstwerken

Inspecties van kunstwerken Rob van Bekkum

Beantwoording vragen raadscommissie d.d inzake beheerplan civiele objecten

Huiseigenaren Vereniging Meerzicht Bergwijk

Grip op beheer en MEER

GEMEENTE TEXEL. Beleidsplan 25 kunstwerken. Ingenieursbureau Westenberg B.V.

Versie: 24 mei Beheerplan Wegen Waterland

Raadsvoorstel Onderwerp: Wegenbeleidsplan Datum voorstel: 8 augustus 2017 Vergaderdatum: 19 september 2017 Registratienr.

Beheerplan Civiele Kunstwerken


Collegevoorstel. Zaaknummer: Onderwerp: beleidsplannen onderhoud wegen, groen en gebouwen 2014

Beleidsplan 2014 t/m Bruggen

Gecertificeerd onderhoud en reparatie van uw parkeergarages

Gemeentelijk Riolerings Plan. Toelichting op GRP Kaag en Braassem periode 2014 t/m 2018

RAADSVOORSTEL EN ONTWERPBESLUIT

Bijlage 3. Spoorboekje Planmatig Beheer en Onderhoud Verhardingen

Methodiek conditiemeting van gebouwen én infrastructuur. conditiemeting gebouwde omgeving. Nieuwe NEN brengt twee werelden samen:

Raadsvergadering, 27 oktober Voorstel aan de Raad. Onderwerp: Reconstructie Brug Singel.

AAN: de raad van de gemeente Ferwerderadiel. Sector : lll Nr. : 10/27.14 Onderwerp : Vaststellen wegenbeheerplan Ferwert, 22 mei 2014

Raadsvoorstel. 1 Samenvatting van het voorstel. 2 Aanleiding. Openbaar. : Instellen voorziening Meerjaren Onderhoudsprogramma Gebouwen

Beheerplan Civieltechnische Kunstwerken november 2014

Onderwerp: Vaststellen keuze kwaliteitsniveau Integraal beheerplan

Notitie kosten en aanpak kastanjebloedingsziekte gemeente Hilversum

Meer jaren onderhoudsplanning sportparken

8 april 2014 Corr.nr , BO Nummer 14/2014 Zaaknr

Meerjarenprogramma Kunstwerken (MJPK-2) Beheer in balans

INHOUDSOPGAVE 1 INLEIDING MOGELIJKE OPLOSSINGEN. GEN...4 Drie opties Draagvlak voor keuze 3 UITWERKING VOORKEUROPTIE

Het betreft noodzakelijke reparaties aan en rondom het gebouw, ontstaan door verzakkingen en achterstallig onderhoud.

Gemeente Katwijk. Quickscan functionele en kwalitatieve staat onderwijsgebouw. De Duinroos (gymzaal)

VOORSTEL AAN DE RAAD. Onderwerp Meerjarenbeleidsplan gemeentelijke gebouwen Volgnr Portefeuillehouder wethouder R.

M.O.B. Consultancy bv

B en W Adviesnota ADVIES. capaciteit voor het jaar 2018 om te voldoen aan de extra capaciteitsvraag vanuit diverse projecten en opdrachten.

Concept-Raadsvoorstel, gewijzigd.

*ZAAE2BF3F76* Adviesnota. Raad van : 2 juli 2015 Agendapunt : 7 Reg. nr. : Z / INT Onderwerp Vaststellen beheerplan wegen

Gemeente Langedijk. Voorstel aan de raad

Onderhoud en vervanging

Beoordelingskader RgdBOEI Inspecteur Vastgoed, versie 2.0

Meerjarenonderhoudsplan

Gemeente Katwijk. Quickscan functionele en kwalitatieve staat onderwijsgebouw. De Leidse Buitenschool (gymzaal)

UW OPSTAL IS ONZE ZORG

Van take off tot landing. BOUWSTAD Projectmanagement B.V.

Aan de Raad. 2.1 Geeft meer veiligheid voor burgers en weggebruikers.

Peter Roest raad december 2012

lllililllllllllilllllilllllll

SAMENVATTING KWALITEITSHANDBOEK WERVEN AAN DE GRACHT

NEN 2767 Goede kapstok en basis voor prestatiecontracten met inzet van automatiseringsconcepten

een non-destructieve standzekerheidstest Voor een betrouwbaar en zeker inzicht in uw mastenbestand.

Uitvoeringsnotitie Meerjaren Onderhoudsprogramma Verhardingen (MJOP )

Meerjarenonderhoudsplan

URL Erkende monumenten inspecties. Leo Bredie 21 mei 2019 Fort Altena

P. Roest raad00777

In de programmabegroting 2015 is het beheerplan voor het wegonderhoud aangekondigd.

Beleidskaders ten behoeve van het onderhoud aan bestaande en nieuw te bouwen kunstwerken.

Bij de prioritering hebben de volgende overwegingen een belangrijke rol gespeeld:

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

Nieuwegein. Datum 23 oktober 2014 Portefeuillehouder P.W.M. Snoeren

Onderwerp: Meerjaren Investerings- en Onderhoudsplanning (MIOP) sport

Opdrachtgever: Erica Mosch. Voldoen aan de afnameverplichting.

Reg.nr: FLO/2011/2725 Pagina 2 van 6

3.3 ONDERHOUD KAPITAALGOEDEREN

Kwaliteitsbeoordeling

Gemeente Delft. : Beheerplannen Wegen en Civiele constructies

Info aan de raad. Raad: Beslissing:

Voorbeeld Meerjarenonderhoudsplan Rapport

BIJLAGE PROJECTPLAN DAMWAND PLUUTHAVEN

Gemeente Renswoude District: Heuvelrug Uitrukpost: Renswoude

Voorzienings- en reserveringsbeleid Coöperatieve Vereniging Meerewijck II u.a.

Handleiding. Model ter ondersteuning van investeringsbeslissingen in de bouw

Collegevoorstel onder verantwoordelijkheid van : Onderwerp. : onderbouwing voorziening gemeentelijke accommodaties. Programma.

Gemeente Katwijk. Quickscan functionele en kwalitatieve staat onderwijsgebouw. Willem van Veenschool (noodgebouw)

Reactienota. Uitvoeringsprogramma Groot Onderhoud Wegen 2017

Ambtelijke bijstand: Ing. R.H. Gaveel 1

VOORSTEL AAN DE RAAD: Raadsvergadering d.d. 06 november 2018 NR.: RI

1. Openbare ruimte en de kapitaalsgoederen in de openbare ruimte.

MEMO Mogelijkheden bermverharding. 14 januari 2013 Arthur Ernste

Transcriptie:

Meerjaren uitvoeringsprogramma bruggen 2014-2018

Meerjaren uitvoeringsprogramma Bruggen 2014-2018 Inhoudsopgave 1 Inleiding...3 2 Algemeen kader...4 2.1 Wat is onderhoud?...4 2.2 Onderhoudsvormen...4 2.3 Onderhoudsdoelstellingen...5 3 Strategie...6 3.1 Budgettering en uitvoering van onderhoudsmaatregelen...6 3.2 Budgettering op korte termijn en uitvoering van onderhoudsmaatregelen...6 3.3 Budgettering op lange termijn...6 3.4 Besteding budgetten en einde levensduur...7 3.5 Verwijderen van bruggen...7 3.6 Ontwerp en uitvoering bij vervanging...8 3.7 Afstoten van kunstwerken...8 4 Areaal...9 4.1 Inspectie van het areaal...9 4.2 Aantal en functie...9 4.3 Materiaal...9 4.4 Jaar van aanleg...9 4.5 Algemene staat van onderhoud...11 4.6 Bruggen van derden...12 5 Uitvoeringsplan...13 5.1 Dagelijks onderhoud en jaarlijkse inspectie...13 5.2 Grootonderhoud...13 5.3 Vervangingen en verwijdering...14 5.4 Inzet extern deskundig advies...14 6 Financiën...15 6.1 Gemiddelde onderhoudslasten 2013-2017...15 6.2 Gemiddelde onderhoudslasten 2018-2038...15 Bijlagen : 1) Samenvatting status inspectie bruggen 2) Voorbeeld paspoort brug 2

1 Inleiding In de naamgeving van dit rapport wordt gesproken over bruggen. De civieltechnische term hiervoor is kunstwerk. Hier vallen echter ook duikers en keerwanden onder. Een civieltechnisch kunstwerk is een constructie of bouwwerk om (water)wegen met elkaar te verbinden, daar waar waterlopen, wegen spoorlijnen etc. moeten worden gekruist. In dit uitvoeringsprogramma worden voornamelijk ingegaan op het beheer en onderhoud van bruggen en enkele duikers. De gemeente Lopik beschikt vanouds over een groot aantal kunstwerken. In de jaren 2004/2005 is het besef ontstaan dat het onderhoud van de kunstwerken planmatiger zou moeten worden aangepakt. Destijds is een inspectie uitgevoerd om een beeld te krijgen van de benodigde onderhoudskosten. Uit dit onderzoek bleek dat het onderhoudsniveau erg hoog was ingestoken daarbij waren ook een kunstwerken onderzocht die niet in eigendom, beheer of onderhoud van de gemeente zijn. Ook is destijds de BTW meegenomen, met bijbehorende kostenverhoging. Deze nieuwe inventarisatie geeft de mogelijkheid om op basis van uitgangspunten en de strategie het onderhoudsniveau (herstellen, vervangen of verwijderen) per object te bepalen. Ook geeft deze nieuwe inventarisatie de mogelijkheid om per object gedetailleerd te bepalen welke onderhoudswerkzaamheden uitgevoerd moeten worden. Dit op basis van een paspoort (onderhoudslogboek) dat per object is opgesteld. Tevens wordt in dit paspoort de uitgevoerde werkzaamheden aangevuld zodat op ieder moment de (theoretische) staat van onderhoud inzichtelijk is. In het uitvoeringsprogramma is beeld gebracht welke onderhoudswerkzaamheden op lage termijn uitgevoerd moeten worden en welke direct uitgevoerd moeten worden. Dit om (vervolg) schade te voorkomen en onnodige risico s uit te sluiten. Na besluitvorming wordt er nog in 2013 opdracht gegeven om de meest prioritaire kunstwerken conform dit plan uit te voeren. Parallel daaraan start het dagelijks onderhoud. 3

2 Algemeen kader In dit hoofdstuk wordt ingegaan op een aantal definities die van belang zijn in dit rapport. Er wordt kort ingegaan op onderhoudsvormen en doelstellingen van het onderhoud. 2.1 Wat is onderhoud? Een kunstwerk heeft altijd een specifiek doel. Zo moet een duiker water transporteren, een brug dient het verkeer en een kademuur keert grond. Op het moment dat dit niet meer of slechts gedeeltelijk plaatsvindt, is er sprake van functieverlies. Wanneer de toestand verslechtert of er schades of gebreken zijn opgetreden, kan de veiligheid in gedrang komen door bijvoorbeeld het gevaar van instorting. Ook kunnen er gevolgschades ontstaan omdat bijvoorbeeld een lekkage kan leiden tot wegspoelen van omliggende grond. Afhankelijk van omvang en ernst is er dan sprake van hinder of onveiligheid (calamiteit). Een eigenaar is wettelijk verplicht zijn eigendommen zodanig te onderhouden dat er geen hinder ontstaat voor een ander of een ander in onveilige situaties brengt. De gemeente heeft aldus een wettelijke plicht om haar kunstwerken in een goede conditie te houden. Alle onderhoudsactiviteiten zijn daarop gericht. 2.2 Onderhoudsvormen Ten aanzien van het onderhoud van kunstwerken kan onderscheid gemaakt worden in preventief en correctief onderhoud. Preventief onderhoud is in principe van te voren gepland onderhoud en is erop gericht om schades te voorkomen. Voor een groot deel is dit van te voren planbaar, zoals bijvoorbeeld het inspecteren en reinigen van bruggen en het schilderen van de leuningen. Van correctief onderhoud is sprake als er functieverlies dreigt te ontstaan of deze al ontstaan is. Als de draagkracht of de veiligheid van een brug is afgenomen. In dat geval zal de schade gerepareerd moeten worden. Dit onderhoud is in de regel niet planbaar, maar blijkt uit het monitoren (inspectie) van de werkelijke toestand. In de praktijk wordt de onderverdeling gemaakt in dagelijks onderhoud en inspecties enerzijds, en groot onderhoud en vervanging anderzijds. Het dagelijks onderhoud is in de regel preventief en planbaar, evenals de inspecties. Het groot onderhoud en de vervanging valt onder het correctief onderhoud en wordt uitgevoerd naar behoefte. 4

2.3 Onderhoudsdoelstellingen De uitvoering van het onderhoud dient een aantal (voor de hand liggende) doelstellingen, namelijk: Voorkomen functieverlies Een kunstwerk is ooit met een bepaald doel gebouwd, en zo lang de omgeving niet veranderd is zal het kunstwerk de functie moeten blijven vervullen. Veiligheid (wettelijke verplichting/aansprakelijkheid) Veiligheid wordt steeds belangrijker in de samenleving, en de bevolking accepteert geen ongelukken door falend onderhoud aan gemeentelijke eigendommen. Daarnaast is er de laatste jaren een tendens zichtbaar dat het voor gebruikers makkelijker en normaler wordt om opgelopen schade te claimen bij de wegbeheerder. Minimaliseren van de kosten Uiteraard is het voor een beheerder van belang om bij het onderhoud een maximaal rendement te halen door de kosten te minimaliseren. Het houden van overzicht Bovengenoemde doelen kunnen alleen bereikt worden als de beheerder voldoende overzicht heeft in het te beheren areaal, de staat van onderhoud en de budgetten. Anderzijds kunnen de budgetten alleen op een juist niveau gebracht worden als er voldoende overzicht is op het areaal en de onderhoudsbehoefte. 5

3 Strategie Het beheren en onderhouden van een areaal aan kunstwerken zal succesvoller zijn wanneer er een goede strategie gevolgd wordt. In dit hoofdstuk wordt aangegeven waaruit deze strategie bestaat. 3.1 Budgettering en uitvoering van onderhoudsmaatregelen Er wordt onderscheid gemaakt tussen de budgettering op de korte termijn, die gekoppeld is aan de actuele onderhoudsbehoefte en de budgettering op lange termijn die uitgaat van een standaard levensduur en een standaard onderhoudsschema per type kunstwerk. 3.2 Budgettering op korte termijn en uitvoering van onderhoudsmaatregelen Op hoofdlijnen is de strategie gebaseerd op levensduurverlenging. Dit wordt inzichtelijk door alle kunstwerken eens per vijf jaar uitgebreid te inspecteren. Aan de hand hiervan wordt in kaart gebracht wat reparatie behoeft om van daaruit maatregelen te treffen. Dit om te voorkomen dat een object zodanig verslechtert dat het voortijdig moet worden vervangen. Met behulp van een regelmatige inspectiecyclus (in combinatie met de leeftijd van het object), kan ruim op tijd worden gesignaleerd wanneer een object voor totale vervanging in aanmerking gaat komen, zodat hier tijdig budget voor gereserveerd kan worden. De theoretische levensduur is hierbij slechts een indicatie van het te verwachten tijdstip van ingrijpen. Anderzijds geven de inspecties ook input bij het vaststellen van de budgetten voor het onderhoud op de kortere termijn. Voor de begroting is uitgegaan van een jaarlijkse globale inspectie en een vijfjaarlijkse technische inspectie van elke kunstwerk. 3.3 Budgettering op lange termijn De budgettering op lange termijn vindt plaats op basis van een theoretische grondslag. Voor elk type brug is een onderhoudsschema en een standaard levensduur opgesteld. Voor de levensduur wordt aangehouden: Betonnen bruggen 80 jaar Houten bruggen 40 jaar Metselwerk bruggen 60 jaar Duikers 80 jaar Gedurende deze levensduur wordt uitgegaan van een aantal onderhoudsmaatregelen en reparaties die nodig zullen zijn om die levensduur te halen. Op grond van deze gegevens is een meerjarenbegroting opgesteld voor een periode van 25 jaar. 6

3.4 Besteding budgetten en einde levensduur De feitelijke besteding van deze budgetten gebeurt gedeeltelijk planmatig, bijvoorbeeld reinigen en schilderen. Bij het correctief onderhoud gebeurt de besteding van het budget aan de hand van schades die geconstateerd zijn bij de inspecties. De theoretische levensduur is daarbij niet van belang. Er wordt gekeken naar de actuele toestand en de noodzakelijk maatregelen om eventuele schades te herstellen. Het werkelijke einde van de levensduur doet zich voor in de volgende gevallen: het repareren van een brug is technisch niet mogelijk, bijvoorbeeld a.g.v. aantasting van de fundering (einde technische levensduur). de verhouding tussen reparatiekosten en de te verwachten restlevensduur is dermate ongunstig dat vervanging financieel gunstiger is (einde economische levensduur). de brug dient een andere functie te krijgen, of de functie is volledig vervallen (einde functionele levensduur). 3.5 Verwijderen van bruggen Ieder kunstwerk heeft een bepaalde levensduur. Soms kan die levensduur opgerekt worden met extra onderhoud, maar altijd komt er een moment dat de investeringen niet meer in verhouding staan en dat vervangende nieuwbouw aan de orde is. Op zo n moment dient altijd de vraag gesteld te worden aan welke eisen de vervangende nieuwbouw dient te voldoen. In een gemeente als Lopik zijn in de loop der jaren veel bruggen gebouwd, en in sommige gevallen hebben bruggen overlappende functies, of is de noodzaak voor een functie gewijzigd of komen te vervallen. Bij het bouwen of verwijderen van een brug spelen zoveel factoren mee dat per geval altijd weer maatwerk nodig is om het programma van eisen vast te stellen. Er zijn echter wel enkele richtlijnen te geven voor gevallen waarin overwogen wordt om een brug te verwijderen: wanneer door het verwijderen van een brug de omrij-afstand voor autoverkeer vergroot wordt met ca. 1.000 m dient de brug gehandhaafd/vervangen te worden. Deze afstand is gebaseerd op het gegeven dat autoverkeer hinder, onveiligheid en milieuschade met zich meebrengt, en vanuit die optiek zoveel mogelijk beperkt moet worden. Wanneer door het verwijderen van een (voetgangers-) brug de omrij-afstand (-loopafstand) voor langzaam verkeer vergroot wordt met 500 m dient de brug gehandhaafd/vervangen te worden. Deze afstand is gebaseerd op de extra reistijd die zou ontstaan. Voor voetgangers betekent 500 m lopen ca. 6 minuten, hetgeen acceptabel geacht wordt als extra reistijd. Wanneer een brug speciale functies met elkaar verbindt dient nauwkeurig gekeken te worden of verwijderen van de brug acceptabel is. Te denken valt aan bushaltes, maatschappelijke centra, scholen etc. Bruggen in doorgaande wegen of bij kruisingen van wegen zullen in de regel niet verwijderd kunnen worden vanwege de logica van het wegennet. 7

3.6 Ontwerp en uitvoering bij vervanging Wanneer een brug vervangen wordt dient een programma van eisen te worden vastgesteld. Voor de functionele eisen geldt dat die in principe identiek zijn aan de bestaande functie, tenzij uit bovengenoemde richtlijnen blijkt dat er een aanpassing nodig is. Wijzigen van de functie hoeft niet altijd het verwijderen van een brug in te houden, het is ook mogelijk een verkeersbrug te vervangen door een (veel goedkopere) langzaam verkeersbrug. Tevens dient beslist te worden hoe de nieuwe brug er uit komt te zien. Gegeven de noodzakelijkheid van soberheid en doelmatigheid in het gemeentelijk handelen hebben bruggen in principe een functioneel bepaald uiterlijk. Het is normaliter niet logisch om extra geld te besteden aan verfraaiing. Standaardisatie kan een manier zijn om de kosten zoveel mogelijk te beperken. In de gemeente Lopik is er weliswaar een aantal bruggen met een monumentaal of karakteristiek uiterlijk, maar er zijn geen bruggen met een status als rijks- of gemeentelijk monument. Ook vanuit die optiek is er dus geen noodzaak om extra geld aan het uiterlijk te besteden. Er zijn wel enkele overwegingen die maken dat bij sommige bruggen toch esthetische eisen gesteld mogen worden: Het kunstwerk ligt naast een monument (gebouw). Het kunstwerk maakt deel uit van een monumentale omgeving (bijvoorbeeld een dorpskern). Het kunstwerk is qua uiterlijk dusdanig uniek dat besloten wordt deze te behouden of in de originele staat weer op te bouwen. Financieel wordt er vanuit gegaan dat bij vervanging ook de verwijderingskosten meegnomen worden in de raming. Alternatief Het is niet altijd noodzakelijk om een brug die vervangen dient te worden wederom door een brug te vervangen. Er zijn alternatieven denkbaar zoals het vervangen van een brug door een (kist)dam of een duiker. Deze constructies zijn in aanleg, maar zeker in beheer en onderhoud aanzienlijk goedkoper. Dit alternatief is niet overal toepasbaar en/of wenselijk. Het alternatief kan wel toegepast worden bij o.a.: Voetgangersbruggen in de verschillende parken (Bosplan Benschop, Zuiderparklaan Lopik etc). Fiets en voetgangersbruggen binnen de kernen. Kunstwerken in (recreatieve) routes. 3.7 Afstoten van kunstwerken In de inventarisatie is ook gekeken of bepaalde objecten afgestoten kunnen worden aan bedrijven of particulieren. Hieruit bleek dat dit niet zonder (juridische) afspraken te realiseren is omdat alle objecten in dit uitvoeringsprogramma een openbaarkarakter hebben. Deze gedachtelijn is niet verder uitgewerkt omdat dit slecht een zeer beperkte kostenreductie in de scope van dit uitvoeringsprogramma met zich mee zal brengen. 8

4 Areaal In dit hoofdstuk wordt kort weergegeven wat de functie, materiaal en staat van onderhoud van de verschillende kunstwerken is. 4.1 Inspectie van het areaal Aan de basis van dit uitvoeringsprogramma liggen inspectiegegevens die zijn uitgevoerd conform de NEN 2767-4. Dit houdt in dat er een conditiemeting is gedaan van de onderdelen die onder handbereik zijn. Er is geen destructief, ultrasoon of dergelijk onderzoek uitgevoerd. 4.2 Aantal en functie Het gemeentelijk areaal telt in totaal 129 bruggen. Bruggen zijn functioneel onder te verdelen in verkeersbruggen (bruggen voor alle verkeer) en langzaam verkeer bruggen. In principe zijn langzaam verkeer bruggen onder te verdelen in fiets/voetbruggen en voetgangersbruggen. In de praktijk is het onderscheid niet altijd even helder te maken. Bij twijfelgevallen is uitgegaan van een fiets/voetbrug. Soort brug aantal Verkeersbrug 66 Fiets/voet brug 60 Voetgangersbrug 3 Totaal 129 4.3 Materiaal Een andere indeling is te maken naar het materiaal waarmee het kunstwerk gebouwd is. Materiaal brug aantal Betonnen brug 59 Houten brug 60 Metselwerk brug 6 Duiker (beton) 4 Totaal 129 De betonnen bruggen zijn op één uitzondering na allemaal verkeersbruggen, terwijl de houten bruggen uitsluitend langzaam verkeer bruggen zijn. Metselwerk bruggen en duikers kunnen zowel een volledige verkeersfunctie hebben als alleen een langzaam verkeersfunctie. Duikers zijn geen normale bruggen maar grote buizen onder de weg door waar het water doorheen stroomt. De 4 duikers die in het areaal meegenomen betreffen grote duikers, met een diameter van minimaal 1,00 m. In de gemeente bevindt zicht nog een groot aantal kleinere duikers, deze zijn niet meegenomen. Het onderhoud daarvan valt onder baggerwerkzaamheden. 4.4 Jaar van aanleg 9

Het jaar waarin een brug is aangelegd is soms bekend, maar lang niet altijd. Wanneer een stichtingsdatum niet duidelijk is bij de inspectie een inschatting gemaakt. Daarbij is gekeken naar bijvoorbeeld bouwstijl en materiaal. In sommige gevallen is ook op grond van de actuele toestand een vervangingsjaar gesteld, en van daaruit teruggerekend. Bij het onderhoud van kunstwerken kan gesteld worden dat de kosten tussen aanleg en vervanging relatief gering zijn ten opzichte van de vervangingskosten. Om de totale kosten te beperken is het daarom interessant om de levensduur zoveel mogelijk op te rekken Voor het onderhoudsbeleid is het interessant om te onderzoeken hoe de ouderdom van het areaal gemiddeld is. Daarmee wordt duidelijk of er pieken in de kosten te verwachten zijn op een moment dat er veel bruggen tegelijkertijd aan het eind van hun levensduur komen. Vanwege de verschillen in levensduur is dit per soort brug bekeken. Daarbij is weer uitgegaan van de levensduur zoals die zijn aangegeven in paragraaf 3.3. Betonnen bruggen De gemiddelde leeftijd van de bruggen bedraagt gemiddeld 37 jaar. Bij een levensduur van 80 jaar betekent dit dat het areaal gemiddeld ongeveer halverwege de levensduur is. Om dit verder in beeld te brengen kunnen de bruggen onderverdeeld worden in leeftijdsgroepen. Dit resulteert in onderstaande tabel. ouderdom aantal > 70 jr 2 60-70 jr 1 50-60 jr 10 40-50 jr 6 30-40 jr 10 20-30 jr 21 10-20 jr 3 < 10 jr 6 Totaal 59 Uit deze verdeling blijkt dat de leeftijdsopbouw niet helemaal gelijkmatig is: er zijn relatief weinig hele oude en hele nieuwe bruggen, en er zijn veel bruggen die rond het gemiddelde zitten. De eerstkomende 20 jaar zijn er weinig vervangingskosten te verwachten. In de periode tussen 20 en 40 jaar vanaf heden neemt het aantal vervangingen toe, en in de periode van 40 tot 60 jaar vanaf heden zitten de meeste vervangingen. 10

Houten bruggen De gemiddelde leeftijd van de houten bruggen is 18 jaar. Ook hier geldt dat het areaal gemiddeld rond de helft van de levensduur is. De leeftijden zijn als volgt verdeeld: ouderdom aantal > 30 jr 10 20-30 jr 12 10-20 jr 15 < 10 jr 23 Totaal 60 Uit de verdeling blijkt er de eerstkomende 10 jaar relatief weinig vervangingen te verwachten zijn, en dat het aantal vervangingen gestaag toeneemt tot de periode 30 tot 40 jaar vanaf heden. Metselwerk en duikers Het aantal metselwerk bruggen en duikers is zoveel geringer dan de houten en betonnen bruggen dat er geen uitgebreide analyse van gemaakt is. In het algemeen geldt dat van deze typen bruggen weinig documentatie voorhanden is. Voor alle bruggen en duikers is het jaar van aanleg gesteld op ongeveer 1960. Dit houdt in dat in de jaren 2020 en 2025 een kleine piek in de vervangingsinvesteringen te zien is als gevolg van het vervangen van metselwerk bruggen. Deze piek is vanwege de relatief lage kosten van het vervangen van de metselwerk bruggen beperkt ten opzichte van het totaal. Dat de kosten niet zo heel hoog zijn komt doordat de metselwerk bruggen over het algemeen niet zo heel groot zijn: smal en met een geringe overspanning. Het zwaartepunt van deze onderhoudswerkzaamheden en kosten vallen grotendeels in de volgende onderhoudsperiode van 5 jaar. De vier duikers worden volgens dit schema alle in 2040 vervangen. De kosten daarvan liggen voorbij de periode van 25 jaar waarin de kosten berekend zijn. 4.5 Algemene staat van onderhoud In de verwerking van de inspecties zijn de bruggen onderverdeeld in de categorieën Goed, Voldoende, Matig en Slecht. De toedeling volgt uit de beoordeling van de afzonderlijke onderdelen. Er is per onderdeel gekeken naar constructieve functie, omvang schade, aantal schades en de conditie. In principe volgt hieruit via een rekenmethodiek de indeling in klassen. In enkele gevallen is dit door de inspecteur handmatig bijgesteld, vooral op het aspect veiligheid, wanneer bijvoorbeeld door een gebrek aan de leuning een brug niet 100% veilig is moet zo n brug al snel als Matig of Slecht gekwalificeerd worden. 11

Het resultaat hiervan is aangegeven in onderstaande tabel. Categorie aantal Goed 39 Voldoende 65 Matig 18 Slecht 7 Totaal 129 In bijlage 1 is een lijst opgenomen waarin per brug is aangegeven in welke categorie deze valt. Van de bruggen die als Goed en Voldoende gekwalificeerd zijn kan worden gezegd dat er vooralsnog geen grote reparaties uitgevoerd worden. Het normale preventief onderhoud zal hier de eerste jaren volstaan om de bruggen te houden zoals ze zijn. Van de Matige en Slechte bruggen kan worden opgemerkt dat er een aantal echt slechte bruggen bij zijn waar grootschalig onderhoud of vervanging aan de orde is. Daarnaast is er een aantal bruggen dat met een relatief beperkte maatregel vanuit de categorie Matig weer naar Voldoende te brengen zijn. Bijvoorbeeld door het herstellen of aanbrengen van een goede leuning. 4.6 Bruggen van derden Een bijzonderheid in de gemeente Lopik is dat er een groot aantal bruggen in het openbaar gebied zijn die niet in eigendom of beheer van de gemeente zijn. Deze bruggen kunnen eigendom zijn van een andere overheid (provincie, waterschap) of van een particulier. In het veld is soms wel, maar vaak ook niet zichtbaar of een brug wel of niet van de gemeente is. Bij de inventarisatie is bijzondere aandacht besteed aan het zo goed mogelijk uitzoeken van de eigendomssituatie. Er mag van uit gegaan worden dat de 129 bruggen die in het overzicht zijn opgenomen alle van de gemeente zijn. 12

5 Uitvoeringsplan In het voorgaande hoofdstuk is aangegeven wat de kwaliteit van het areaal is: het merendeel van de bruggen valt in de categorie Goed of Voldoende, 18 in de categorie Matig en 7 in de categorie Slecht. Aan de objecten met een aanduiding Voldoende en Goed zijn op korte termijn geen grote reparaties te verwachten, het beleid voor deze kunstwerken is gericht worden op instandhouding. Voor de Matige en Slechte bruggen is wel actie nodig, zodat ze weer naar minimaal de categorie Voldoende gebracht worden. Daarnaast is per brug aan de hand van de criteria uit paragraaf 3.5 beoordeeld of het noodzakelijk is om een bepaalde brug in de huidige vorm te handhaven. De onderhoudswerkzaamheden zijn in te delen in drie categorieën: Dagelijks onderhoud en jaarlijkse inspectie. Grootonderhoud. Vervanging en verwijdering. 5.1 Dagelijks onderhoud en jaarlijkse inspectie Deze werkzaamheden zijn erop gericht om het object in een goede staat van onderhoud te houden. Denk hierbij aan het reinigen van het object en het schilderen van leuningen. Ook kleine reparaties van bijvoorbeeld de verharding vallen onder deze werkzaamheden. Hiervoor dient budget in de begroting opgenomen te worden welke deels al aanwezig is. Om goed inzicht te behouden in de staat van onderhoud en het inventariseren van mogelijke nieuwe schades wordt jaarlijks een globale inspectie uitgevoerd. Indien nodig wordt hier de onderhoudswerkzaamheden op aangepast. De raming voor dagelijks onderhoud en jaarlijkse inspectie bedraagt 57.000. 5.2 Grootonderhoud Zoals eerder is aangegeven is veiligheid bij bruggen een belangrijk aspect. Bij bezwijken van een brug of een leuning is het potentiële risico groot, en kan de vervolgschade aanzienlijk zijn. In het algemeen loopt de gemeente slechts bij enkele bruggen een veiligheidsrisico. Deze risico's zijn afgedekt door een beperking in gebruik op te leggen, bijvoorbeeld een aslastbeperking of in vergaande verslechterde staat afsluiten van het kunstwerk voor gemotoriseerd of alle verkeer. Bij de inspecties is gekeken naar correctieve maatregelen die nodig zijn om de bruggen weer up-to date te krijgen. In totaal is hiervoor een bedrag van 383.500 nodig. In de berekeningen is dit bedrag meegenomen als te besteden in 2013 tot en met 2017. 13

De raming is als volgt opgebouwd: Onderhoudstoestand Aantal (stuks) Raming Gem. raming per brug Bruggen goed 39 33.800 850 Bruggen voldoende 65 144.850 2.200 Bruggen matig 18 153.750 8.500 Bruggen slecht 5 51.100 10.220 Totaal 127 383.500 5.3 Vervangingen en verwijdering Na het verstrijken van de technische levensduur moet een kunstwerk worden vervangen of verwijderd. Aan de hand van de uitgangspunten uit paragraaf 3.5 kan worden bepaald of het object vervangen moet worden. Paragraaf 3.6 geeft de uitgangspunten of een object verwijderd moet worden. Voor het vervangen van kunstwerken dient meerjarig een voorziening opgebouwd te worden. Uitgaande van een looptijd tot en met 2038 bedraagt dit 85.000 per jaar. (deels) vervangen In de looptijd van dit uitvoeringsprogramma wordt in ieder geval één object (deels) vervangen. Het gaat hier om object 35 (Prinses Margrietbrug te Lopikerkapel). Het benodigde budget om deze brug (deels) te vervangen 20.500. Verwijderen Binnen de looptijd van dit uitvoeringsprogramma is slechts één object aan het einde van de technische levensduur en op basis van paragraaf 3.5 wordt deze verwijderd en niet vervangen. Het gaat hier om object 86 (Noordzijdsewegbrug te Polsbroek). Het benodigde budget om deze brug te verwijderen is 7.500. 5.4 Inzet extern deskundig advies Om uitvoering te geven aan het beheer, onderhoud en vervanging van de objecten is specialistische kennis noodzakelijk. Deze kennis heeft de gemeente Lopik niet in huis. Het is niet rendabel om deze kennis structureel aan te trekken middels het werven van personeel. De programmatische aanpak leent zich goed om op gewenste momenten externe specialistische kennis toe te voegen aan het programma. De werkzaamheden bestaan ondermeer uit het uitvoeren van nadere inspecties, het voorbereiden van vervanging of het verwijderen van objecten. Ook het toetsen van de aanbesteding en het voeren van toezicht op (grootschalige) werkzaamheden vallen onder deze expertise. 14

6 Financiën In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de gemiddelde onderhoudslasten voor de korte en lange termijn. Er wordt uitgegaan van een gemiddelde om de uitvoering van meerjarig onderhoud te kunnen programmeren en beheersen, zonder hierbij last te hebben van begrotingsjaren. Alle bedragen in dit hoofdstuk zijn excl. BTW zijn en op prijspeil 2012. 6.1 Gemiddelde onderhoudslasten 2013-2017 Op basis van het uitvoeringsplan, hoofdstuk 5 wordt hier een overzicht gegeven van de investeringen om het areaal kunstwerken op een goede en adequate manier te beheren. Voor de komende 5 jaar ziet de raming er als volgt uit: raming Dagelijks onderhoud en jaarlijkse inspectie 57.000 Groot onderhoud korte termijn gemiddeld 76.700 Vervanging en verwijderering 73.600 Inhuur van deskundig advies 22.500 totaal 172.800 Na deze periode wordt de beheersstrategie geëvalueerd. Indien nodig wordt de beheersstrategie bijgesteld. Ook onstaat er (mogelijk) ruimte voor de toepassing van nieuwe technologische ontwikkelingen en innovatieve oplossingen die de kosten van aanleg, beheer en onderhoud terug brengen. Te denken valt aan composiet oplossingen voor (delen van) een kunstwerk. 6.2 Gemiddelde onderhoudslasten 2018-2038 In de komend vijf jaar wordt ervaring opgedaan met het de beheersstrategie zoals als uitgangspunt is geweest voor dit uitvoeringsprogramma. Uit de berekeningen blijkt dat de gemeente Lopik in de periode 2018-2038 met een gemiddelde jaarlijkse onderhoudslast te maken krijgt van ca. 280.000. Dit bedrag is als volgt opgebouwd: raming Dagelijks onderhoud en jaarlijkse inspectie 57.000 Groot onderhoud 2018 t/m 2038 113.000 Vervanging en verwijderering 85.000 Inhuur van deskundig advies 25.000, totaal 280.000 15