Evaluatie opleiding Industrieel Ontwerpen Vak Applicatiebouw Vakcode 280111 Verantwoordelijke docent Mw. dr. A.H.M.E. Reinders Aantal studiepunten 2,9 EC Programma B1 Periode 2 e semester 2006-2007 Rapportage datum 16 juli 2007 Rapporteur EVAcom, Marieke Brouwer Gemiddeld eindcijfer 4.9 Inleiding Aan het einde van het vak applicatiebouw is er een enquête onder de studenten gehouden over dit vak. Dit zijn de meest opvallende conclusies die uit de evaluatie getrokken kunnen worden. Voor de interpretatie van de feiten is gebruik gemaakt van het commentaar dat studenten bij de vragen gaven. De in dit rapport verwerkte commentaren komen in de resultaten van de enquête meerdere keren voor en het betreft dan ook niet de mening van één enkele student. Deze enquête is afgenomen onder studenten die het vak applicatiebouw gevolgd hebben. Van de verstuurde enquêtes zijn er 61 ingevuld, wat neerkomt op een respons van 55,0%. Bij dit resultaat moet opgemerkt worden dat er vanuit is gegaan dat alle studenten die zich op Teletop aangemeld hebben, het vak tevens gevolgd hebben. De rapportcijfers vermeld in dit verslag zijn op een schaal van 1 tot 10. Resultaten Van alle respondenten heeft 82,0% 80 tot 100 procenten van de colleges gevolgd. 6,5% van de respondenten heeft 60-80% van de colleges gevolgd, 8,2% heeft 40-60% gevolgd en 3,3% heeft 0-20% van de colleges gevolgd. 9,8% Van de respondenten geeft aan de hoorcolleges niet nuttig en onduidelijk te vinden en geeft dat als reden niet alle colleges gevolgd te hebben. Citaat: De hoorcolleges waren onbegrijpelijk, dus kwam ik alleen voor het werkcollege. De uitleg bij de colleges waren niet nuttig. De opdrachten van de werkcolleges zijn door 65.6% van de respondenten voor 80 tot 100 procent gemaakt. 16.4% van de respondenten heeft 60-80% van de opdrachten gemaakt, 13.1% heeft 40-60% gemaakt, 3.3% heeft 20-40% gemaakt en 1.6% heeft 0-20% van de opdracht gemaakt. De colleges hebben bijna voldoende bijgedragen tot begrip van dit vakgebied. De opdrachten hebben daarentegen ruim voldoende bijgedragen tot begrip van dit vakgebied. Ook de eindopdracht wordt door de respondenten als ruim voldoende beoordeeld. De opdracht wordt als representatief voor de inhoud en het niveau van het vak ervaren. Het tentamen wordt bijna voldoende representatief ervaren voor de inhoud en het niveau van het vak. De respondenten geven aan dat er een bepaalde voorkennis nodig is om dit vak goed te kunnen volgen. Voornamelijk de ervaring met Java of informatica van de middelbare school wordt essentieel gevonden bij de eerste colleges. De respondenten die deze ervaring niet hebben geven aan de eerste colleges niet begrepen te hebben. De termen die in het eerste college gebruikt worden, werden pas in de loop van de colleges begrepen. Citaten: Zonder informatica op het vwo had ik het veel moeilijker gehad.
Ik had geen enkele voorkennis, en daardoor kreeg ik pas heel ver in de cursus door hoe programmeren eigenlijk werkte. Je werd heel snel in het diepe gegooid met nieuwe begrippen en het niveau was ook erg hoog in het begin. De volgorde waarin de stof wordt toegediend wordt door de respondenten als voldoende beoordeeld. De tentamenvragen zijn niet gekopieerd van oude tentamens. De opzet van de tentamens was wel hetzelfde. Sommige vragen leken op de vragen van de oude tentamens, maar waren inhoudelijk dan net iets anders. Het aantal aan applicatiebouw bestede uren wordt door de respondenten iets hoger gevonden dan het aantal toegekende studiepunten. Het tijdsbestek waarin het vak gegeven werd wordt iets te kort gevonden, in verhouding met de snelheid waarin de stof opgenomen en beheerst kon worden. De kennis van het vak applicatiebouw komt bijna voldoende van pas bij het project Smart Products. Bij dat project wordt gebruik gemaakt van het programmeren in RCX. Volgens de respondenten konden door actieve deelname aan het vak applicatiebouw alle leerdoelen voldoende bereikt worden. Het vak levert bijna voldoende bijdrage aan de opleiding industrieel ontwerpen. De directe studiebegeleiding door de docent wordt door de respondenten als onvoldoende beoordeeld. De directe studiebegeleiding door de student-assistenten wordt daarentegen als ruim voldoende beoordeeld. Wel wordt er aangegeven dat er te weinig student-assistenten waren. Er waren te veel vragen en de student-assistenten konden niet iedereen tegelijk helpen. Citaten: De studentenassistenten gaven wel goede uitleg, je moest alleen te lang wachten voordat er een beschikbaar was. De hoorcolleges waren niet heel erg leerzaam, ze waren niet helemaal goed te volgen. Er waren veel te weinig student-assistenten, terwijl je steeds heel veel moest vragen, hierdoor zat je langer te wachten dan te werken en als er dan een student-assistent kwam, deed hij vlug even wat veranderen aan je code, zodat hij weer verder kon om anderen te helpen ipv uit te leggen. De docent kwam over alsof ze het zelf niet goed snapte en lastig vond. Uitleg was daardoor vaak niet duidelijk en niet altijd goed of volledig. De respondenten geven aan dat er ruim voldoende informatie betreffende het vak beschikbaar is op de Teletop-site. De op Teletop beschikbare sheets gaven een voldoende weergave van de vakinhoud. De sheets worden door de respondenten wel onduidelijk en onsamenhangend gevonden. Citaten: De sheets waren wel handig om de theorie te leren, maar voor het begrip van programmeren hadden ze weinig nut. Goede sheets. De sheets waren bijna letterlijk gekopieerd van de website van het boek. Ze gaven ook geen extra toelichting over de stof. Het schriftelijk studiemateriaal voor het vak heeft volgens de respondenten in ruim voldoende mate bijgedragen tot het begrip van het vakgebied. De informatie over applicatiebouw die vóór het vak begon door de opleiding werd verstrekt, gaf een correct en ruim voldoende beeld van het vak. Als overige opmerking wordt er door een aantal respondenten gezegd dat een tutorial een betere manier is om het programmeren in Java te leren.
Het vak Applicatiebouw krijgt van de respondenten gemiddeld het cijfer: 4.9 Conclusie De colleges van het vak applicatiebouw worden goed bezocht. De opdrachten van de werkcolleges worden door ruim voldoende studenten gemaakt. De colleges dragen bijna voldoende bij tot het begrip van het vakgebied. De opdrachten en eindopdracht worden daarentegen als ruim voldoende beoordeeld. Het tentamen is bijna voldoende representatief voor de inhoud en het niveau van het vak. Voor studenten die geen ervaring hebben met programmeren is het begin van het vak moeilijk te volgen. Het tentamen is niet gekopieerd van oude tentamens. Het aantal aan applicatiebouw bestede uren is iets hoger dan het aantal toegekende studiepunten. Het tijdsbestek waarin het vak gegeven wordt is iets te kort. De kennis van het vak komt bijna voldoende van pas bij het project Smart Products, daarbij wordt gebruik gemaakt van het programmeren in RCX. Door actieve deelname aan het vak kunnen alle leerdoelen voldoende bereikt worden. Applicatiebouw levert bijna voldoende bijdrage aan de opleiding Industrieel Ontwerpen. De directe studiebegeleiding door de docent is onvoldoende en de studiebegeleiding door de student-assistenten is ruim voldoende. Er waren wel te weinig student-assistenten. De informatie op de Teletop-site is ruim voldoende. De beschikbare sheets zijn voldoende, maar wel onduidelijk en onsamenhangend. Het schriftelijk studiemateriaal is voldoende en de informatie over het vak is ruim voldoende. Aanbevelingen Het vak applicatiebouw is dit jaar voor het eerst apart gegeven voor de opleiding Industrieel Ontwerpen. Hiervoor werd het vak samen met de opleiding Werktuigbouwkunde gegeven. Daarnaast is de opbouw van het vak voor de industrieel ontwerpers veranderd. Ondanks de veranderingen scoort dit vak nog steeds een onvoldoende. Om goed overzicht te geven van de aanbevelingen voor dit vak zullen deze in verschillende onderwerpen worden verdeelt. De colleges De colleges dragen bijna voldoende bij aan het begrip van het vak. Misschien kunnen de hoorcolleges nog iets worden aangepast om het begrip van het vak te verhogen. De opdrachten scoren ruim voldoende, dus deze kunnen hetzelfde blijven. Door de respondenten wordt aangegeven dat het niveau van het vak in het begin erg hoog ligt. Vooral voor de studenten zonder voorkennis van programmeren is het vak in het begin lastig te volgen, daar kan rekening mee gehouden worden. Tijdens de werkcolleges zijn er te weinig student-assistenten om alle vragen te kunnen beantwoorden. Om dit probleem op te lossen kunnen er meer student-assistenten worden aangenomen. De studiebegeleiding van de docent is onvoldoende. Een aantal van de respondenten gaf aan het idee te hebben dat de docent de stof zelf niet goed snapte en lastig vond. De docent kan proberen minder onzeker over te komen en de vragen goed te beantwoorden. Het tentamen Het tentamen is bijna voldoende representatief voor de inhoud en het niveau van applicatiebouw. Het tentamen moet dus beter gaan aansluiten aan het vak. Het nut voor de opleiding Industrieel Ontwerpen Voor veel studenten is het moeilijk te zien wat het nut is van het vak applicatiebouw bij de opleiding Industrieel Ontwerpen. Ook de aansluiting op het project Smart Products is nog niet voldoende. Er kan gezocht worden naar een aansluiting tussen dat project en het vak applicatiebouw. Op die manier zal het vak een betere bijdrage leveren aan de opleiding Industrieel Ontwerpen. Tutorial Een aantal respondenten geeft aan dat ze een tutorial over Java handig zouden vinden bij dit vak. Er kan gekeken worden of dit mogelijk is.
Overzichtsgrafiek De meeste cijfers zijn gegeven op een schaal van 1-5 en vervolgens omgerekend naar een 1-10 schaal. De probleemgrens ligt dus bij 5.5. De staven geven het cijfer aan, de dunne lijntjes geven de afstand van één maal de standaarddeviatie als maat voor de spreiding. Bij de blauwe staven kon men als antwoord lager/hoger, meer of minder of te kort/te lang worden gegeven. Hier is 5.5 dus precies goed. 10 9 8 7 6 5 5.5 4 3 2 1 0 colleges nuttig opdrachten nuttig eindopdracht respresentatief tentamen representatief voorkennis nodig goede volgende stof tentamenvragen gekopieerd studiepunten tijdbestek lang genoeg vak van pas bij smart products bereiken leerdoelen nuttig en relevant voor IO studiebegeleiding docent toegankelijk studiebegeleiding student-assistenten toegank... informatie Teletop sheets schriftelijk studiemateriaal informatie vooraf cijfer
Reactie van de docent Goed om te horen dat de waardering voor applicatiebouw weer gestegen is; van een 4.2 in 2005, naar een 4.5 in 2006 en een 4.9 nu in 2007. Ik probeer aan de hand van de evaluatie te verklaren waarop de lage waardering gebaseerd is. Bij mijn reactie verwijs ik naar de conclusies en aanbevelingen uit het evaluatierapport van het vak applicatiebouw voor industrieel ontwerpen. 1. De colleges van het vak applicatiebouw worden goed bezocht en de colleges dragen bijna voldoende bij tot het begrip van het vakgebied. Meer dan 90 % van de respondenten vindt de colleges voldoende duidelijk. De opbouw van de stof is in 2007 beter gestructureerd dan in 2006 en aangepast aan de opdrachten van het werkcollege. Ook was er meer aandacht voor de relatie tussen de stof in het boek en de opdrachten door regelmatige verwijzingen naar hoofdstukken in het boek. Degenen die ontevreden zijn (9 % van de respondenten) neem ik in principe serieus maar er zijn personen die onzorgvuldig zijn in hun kritiek. Als een respondent aangeeft dat De sheets waren bijna letterlijk gekopieerd van de website van het boek. Ze gaven ook geen extra toelichting over de stof. Zou ik willen melden dat er slechts 1 figuur direct uit het boek overgenomen was en al de andere sheets zelf-in-huis ontwikkeld waren. De toelichting op de stof volgt door een leercyclus waarbij na de uitvoering van de opdrachten tijdens het werkcollege bij het daaropvolgende college de stof herhaald wordt met voorbeelden zoals kleine stukjes software. 2. De opdrachten van de werkcolleges worden door ruim voldoende studenten gemaakt. De opdrachten en eindopdracht worden daarentegen als ruim voldoende beoordeeld. In 2007 hebben meer studenten met voldoende resultaat de opdrachten van het werkcollege uitgevoerd dan in 2006. Met name de opdrachten 5 en 6 zijn met meer succes uitgevoerd, zie figuur. De eindopdracht is door 95 % van de deelnemers met een voldoende tot goed resultaat uitgevoerd. Ik vermoed dat dit enerzijds te maken had met het feit dat de deelname aan de werkcolleges voldoende was en anderzijds dat het onderwerp van de eindopdracht gekoppeld was aan het project Smart Products (zie punt 5)
3. Voor studenten die geen ervaring hebben met programmeren is het begin van het vak moeilijk te volgen. Door de respondenten wordt aangegeven dat het niveau van het vak in het begin erg hoog ligt. Vooral voor de studenten zonder voorkennis van programmeren is het vak in het begin lastig te volgen, daar kan rekening mee gehouden worden. Deze opmerking is in 2006 ook gemaakt waardoor het ingangsniveau van het vak applicatiebouw in 2007 significant is verlaagd. Dit is de reden waarom eerste drie opdrachten van het werkcollege aangepast zijn zodat het leren programmeren op een niveau begint dat iedereen die met Matlab gewerkt heeft kan volgen. En met succes, meer studenten dan in 2006 hebben de laatste opdrachten met voldoende resultaat kunnen uitvoeren. Overigens is het eindniveau van het vak applicatiebouw niet verlaagd dwz gelijkwaardig gebleven aan het vak zoals het bij werktuigbouwkunde wordt gegeven. Omdat het ingangsniveau al verlaagd is, zit er nog weinig rek in voor verdere aanpassingen op dit punt. 4. Het tentamen is bijna voldoende representatief voor de inhoud en het niveau van het vak. Het tentamen is niet gekopieerd van oude tentamens. Wij maken ieder jaar een nieuw tentamen dat de inhoud van het boek en het niveau van de laatste opdrachten van het werkcollege weergeeft. Het tentamen is in 2007 door 70 % van de studenten met een 5 of hoger afgerond; het gemiddelde cijfer was een 5,6. Waarbij veel mensen een cijfer tussen de 6,5 en 7,5 gehaald hebben, zie figuur. Dat is een positieve uitkomst tov 2006 toen het tentamen minder goed gemaakt was. Het gemiddelde eindcijfer voor het vak applicatiebouw (inclusief eindopdracht en bonuspunt) was een 6,4 voor leergang 2006/2007. Prima dus. Ter vergelijking bij werktuigbouwkunde is hetzelfde tentamen in 2007 door 73 % van de studenten met een 5 of hoger afgerond. Het gemiddelde cijfer was een 6,1, een verschil van slechts 0,5 punt met industrieel ontwerpen. In 2006 was dit verschil veel groter, namelijk 1,5 punt. 5. De kennis van het vak komt bijna voldoende van pas bij het project Smart Products, daarbij wordt gebruik gemaakt van het programmeren in RCX. Voor veel studenten is het moeilijk te zien wat het nut is van het vak applicatiebouw bij de opleiding Industrieel Ontwerpen. Ook de aansluiting op het project Smart Products is nog niet voldoende. Er kan gezocht worden naar een aansluiting tussen dat project en het vak applicatiebouw.
Het niveau van de eindopdracht in Java is relevanter dan de eenvoudige programmeertaal NQC waarmee de LegoMindStorms robots in project Smart Products bediend worden. Daarom zou ik willen suggereren dat door het programmeren van een User Interface voor project Smart Products (zoals als gebeurt in de eindopdracht van 2007) de zingeving van programmeren voor industrieel ontwerpers duidelijker zou kunnen worden. 6. Tijdens de werkcolleges zijn er te weinig student-assistenten om alle vragen te kunnen beantwoorden. Om dit probleem op te lossen kunnen er meer studentassistenten worden aangenomen. Ieder jaar ontvangen we het verzoek of er meer assistenten aangenomen kunnen worden. De begeleidingscapaciteit in 2005 was 25 begeleiders/student (IO+WB), in 2006 17 begeleiders/student (IO+WB), nu in 2007 18 begeleiders/student (alleen IO). Applicatiebouw is een vak dat door de praktische werkcolleges om begeleiding vraagt, echter de begeleiding die we nu kunnen aanbieden is maximaal. Begeleiders merken dat vragen verschillen qua inhoud. Als de student verder geholpen kan worden met een advies is de begeleidingstijd korter dan als de student van de begeleider verlangt dat programmeerproblemen gedebugd worden. Dit laatst is haast ondoenlijk voor een begeleider vanwege de tijd die hierin gaat zitten. Een balans vinden tussen een zelfwerkzame houding en een passieve attitude is een kwestie bij het vak applicatiebouw. 7. De studiebegeleiding van de docent is onvoldoende. Een aantal van de respondenten gaf aan het idee te hebben dat de docent de stof zelf niet goed snapte en lastig vond. De docent kan proberen minder onzeker over te komen en de vragen goed te beantwoorden. Misschien dat een aantal van de studenten beter gespecificeerd kan worden? Zie ook punt 6.