Routine Outcome Measurement (ROM) in de geestelijke gezondheidszorg (ggz) VIA symposium, 23 januari Argonaut Advies

Vergelijkbare documenten
Hij heeft 7(angst, depressie, sociale fobie, agorafobie, somatische klachten, vijandigheid, cognitieve klachten)+2 (vitaliteit en werk) subschalen

Symptom Questionnaire SQ-48. V. Kovács! M. de Wit! M. Lucas! LUMC Psychiatrie

Codeboek 48 Symptomen Vragenlijst (48 Symptom Questionnaire, SQ-48)

Kennissessie Meetinstrumenten Kennissessie meetinstrumenten. Overstappen van meetinstrument, naar welk en hoe?

Brief Symptom Inventory. Edwin de Beurs Klinische Psychologie, Leiden SBG

Brief Symptom Inventory. Edwin de Beurs Klinische Psychologie, Leiden SBG

Computer Adaptief Testen in de GGZ

Ursula Klumpers, Falco Jansen, Laura van Goor, Janwillem Renes

Behandeluitkomsten: bron voor kwaliteitsbeleid in de GGZ. Gebruikersraad 16 mei 2017 Lisanne Warmerdam en Astrid van Meeuwen

Stichting Benchmark GGZ

Depressies en angststoornissen - Net zo vaak samen als apart. Prof.dr. W.A. Nolen UMC Groningen

Zinnig gebruik van ROM data. NEDKAD congres 3 oktober 2014 Martin de Heer (Mentaal Beter) en Anouk Vorselman (Achmea)

STAPPENPLAN ANGST IN DE EERSTE LIJN

Versie SBG T-score Formules

Meten van lichaamsbeleving

Vaktherapie & Onderzoek

Gebruik van de OQ-45 in de behandeling, ook U? Katinka Franken Neuropsycholoog

De Kracht van Zingen

Ja, ouderen knappen op tijdens de GGZ-behandeling! Een onderzoek naar de uitkomsten op de HoNOS 65+

Toegankelijkheid en effectiviteit van de geestelijke gezondheidszorg voor ouderen. Samenvatting

Centrum Lichaam, Geest en Gezondheid

Patient-reported outcome measures (PROMs) in de cardiologie

ROM met de OQ-45. Kim la Croix, sheets: Kim de Jong. Discover the world at Leiden University

Wie behandelt in de basis ggz?

ROM in de ouderenpsychiatrie

ZELFINVULLIJST DEPRESSIEVE SYMPTOMEN (INVENTORY OF DEPRESSIVE SYMPTOMATOLOGY: IDS-SR) 1 (In te vullen door patiënt)

Centrum Lichaam, Geest en Gezondheid

Vroeginterventie via het internet voor depressie en angst

Testuitslag SCL-90-R

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

ROM vanuit cliëntperspectief. Beoordeling ROM-instrumentarium vanuit cliënten-/familieperspectief

Training Routine Outcome Monitoring en het bespreken van feedback

DIMENCE GROEP EN ROM

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 4 september 2018 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

ADHD bij volwassenen met een angststoornis

Herkennen van en omgaan met. Angst en Depressie. Na vanmiddag. bij ouderen met een verstandelijke beperking

Landelijke dag VMDB 18 maart Ontwikkelen en implementeren van Zorgstandaarden

BEOORDELINGSSCHAAL DEPRESSIEVE SYMPTOMEN 1 (INVENTORY OF DEPRESSIVE SYMPTOMATOLOGY: IDS-C) (in te vullen door behandelaar/onderzoeker)

Diagnostische instabiliteit van terugval bij angststoornissen en depressie

Bijeenkomst leveranciers

Congres kwaliteit en bekostiging langdurige zorg

V O LW A S S E N E N

Cure + Care Solutions

Expertisecentrum Het Rughuis is er voor uw patiënten waarvan u vermoedt dat zij, in DSM-5 termen, lijden aan een chronische, ernstige somatisch

Handycard Zorgmonitor 1 SDQ en KIDSCREEN-27

Chapter 8. Nederlandse samenvatting

De wkkgz, meer dan alleen een klachtwet. Drs. Fred Schüsler Onderzoeksbureau Soffos

DOORBRAAKPROJECT ROM. Het begin van het einde. Williams,

De gebruikerswaarde van de benchmarkgegevens. Conferentie ROM en benchmarken 21 april 2015

Welkom op de informatiebijeenkomst over ROM ggz

Verklarende woordenlijst

TSCYC Ouderversie. Vragenlijst over traumasymptomen bij jonge kinderen. Jeroen de Groot. ID Datum Informant:

Routine Outcome Monitoring (ROM) bij Shared Decision Making (SDM) Workshop Doorbraak ROM GGZ. Doel van vandaag

Yes We Can. Inzicht in de effecten van de behandeling

Datum: VRAGENLIJSTEN (1) Naam: Geboortedatum:

ROM bij Yulius Autisme Van dataverzameling naar praktijkgericht onderzoek

Improving Mental Health by Sharing Knowledge. Collaborative stepped. angststoornissen

ANGST. Dr. Miriam Lommen. Zit het in een klein hoekje? Assistant professor Klinische Psychologie en Experimentele Psychopathologie

Periodieke monitoring binnen behandelplangericht werken

psychologische hulp online

Veranderende (ouderen) zorg. 6 november 2018 Gabie Conradi

Bruikbaarheid van ROM voor de cliënt en hulpverlener! Welkom! Mini-symposium 11 november 2014

Bijlage bij hoofdstuk 7 Ervaren gezondheid, leefstijl en zorggebruik

6 SCL-90. WORKSHOP SCL-90 ROM-Vragenlijstbijeenkomst NVVP (24 juni 2013) Inhoud. Symptom Checklist PEARSON ASSESSMENT & INFORMATION BV

arbo :27:30

Informatie voor Familieleden omtrent Psychose. InFoP 2. Inhoud

SCHEMA S STOORNISSEN KINDERPSYCHIATRIE

Thuiszorgcafé. Depressie. Astrid Petiet, verpleegkundig specialist GGZ Heleen Steunenberg, Coördinator deskundigheidsbevordering

Behandeling informatie.

Positieve Psychologie Interventies

Angst. herkenning in de huisartsenpraktijk

Groepskenmerken Aantal cliënten 103 Gemiddelde leeftijd 52 (Dit is gebaseerd op 42 cliënten) 56 Mannen, 47 Vrouwen en 0 niet ingevuld

InFoP 2. Informatie voor Familieleden omtrent Psychose. Inhoud. Inleiding

Neuropsychologisch. Anne M. Buunk Neuropsycholoog UMCG Wetenschappelijk onderzoek gevolgen SAB

Workshop HoNOS en MANSA

TSCYC. Vragenlijst over traumasymptomen bij jonge kinderen. HTS Report. Julia de Vries ID Datum Ouderversie

Bijlage 4. Signaleringsvragenlijsten

Voorspellen van behandeluitkomsten bij volwassenen met een depressie. 11 november 2014 drs. B.J. van Pelt en dr. Sylvana Robbers Yulius Academie

Kwaliteit van Leven vragenlijst

HTS Report NEO-PI-3. Persoonlijkheidsvragenlijst. Jeroen de Vries ID Datum Basisrapport. Hogrefe Uitgevers BV, Amsterdam

Doelgroep VoZs. Vlaamse Ouderen Zorg Studie. Screening. 8 regio s. Cijfers niet veralgemenen naar alle ouderen! Studiedag SWVG Leuven, 2 december 2010

Factsheet Wachttijden

Is uw zorg state of the art? Wie wil er veranderen? Wie bepaalt of uw zorg state of the art is? Hoe wordt uw zorg state of the art?

Vier Dimensionale Klachtenlijst (4DKL)

Stemmingsstoornissen bij de ziekte van Parkinson

Terrorisme en dan verder

Toetsingskader WMO toezicht Gemeente Dalfsen. Juni 2017

Diagnostiek volgens het Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders

Leren van Routine Outcome Monitoring (ROM) Workshop Doorbraak ROM GGZ. Doel van vandaag

NVAB-richtlijn blijkt effectief

De ziektelastmeter COPD: de betrouwbaarheid en de ervaringen van huisartsen tot nu toe. Onno van Schayck. Cahag Conferentie

Deze vragenlijst meet sociaal welbevinden (functioneren in de maatschappij) op 8 verschillende gebieden. Aangemaakt op:

KWALITEITSONTWIKKELING GGZ

Depressieve Klachten? Herken de signalen!

Werkgroep Resultaatmeting 2016 regio Noord-Limburg:

Ik vermijd het Ik vermijd het Ik vermijd het Ik vermijd het Ik vermijd het nooit zelden soms meestal altijd

Angststoornissen. Verzekeringsgeneeskundig protocol

Juridisch kader aansprakelijkheid Integrale Geboortezorg Organisaties

Transcriptie:

Routine Outcome Measurement (ROM) in de geestelijke gezondheidszorg (ggz) VIA symposium, 23 januari 2017 Argonaut Advies

Spreker Huub Houben, arts, Medisch directeur, Argonaut Advies Adviseur kwaliteit en rechtmatigheid, Mentaal Beter, extramurale curatieve GGZ instelling Lid Stichting Benchmark GGZ (SBG) expertraad volwassenen cure, uitkomstmetingen bij relatief korte, curatieve interventies in extramurale ggz Directeur-eigenaar, Houben Consultancy B.V. (1 medewerker) 26-2-2017 VIA symposium 23-1-2017 @Argonaut Advies B.V. 2

Kernboodschappen 1. Routine Outcomes Measurement (ROM) betreft het meten van uitkomsten van de zorg ten behoeve van kwaliteit en transparantie. 2. Het gebruik van ROM (ROM-men) is sinds enkele jaren zeer gebruikelijk binnen de geestelijke gezondheidszorg 3. Het benchmarken van ROM gegevens heeft daarbij een positieve bijdrage geleverd aan het verhogen van de transparantie en kwaliteit in de zorg. 4. ROM-men kan ook meerwaarde opleveren voor de individuele cliënt en diens behandelaar. 5. ROM instrumenten kunnen ook meerwaarde hebben binnen de sociaalmedische advisering zelf. 26-2-2017 VIA symposium 23-1-2017 @Argonaut Advies B.V. 3 3

1. Kwaliteit Routine Outcomes Measurement/Monitoring (ROM) omvat het verzamelen van gegevens die een maat zijn voor een relevant geachte primaire uitkomst Uitkomsten zijn de belangrijkste maat voor kwaliteit 26-2-2017 VIA symposium 23-1-2017 @Argonaut Advies B.V. 4

1.1 Wat is kwaliteit niet? Ik vind dat ik goede kwaliteit bied, want.. ik heb veel diploma s... ik heb veel ervaring... ik stop veel tijd in deze cliënt... ik doe wat de cliënt wil... ik heb gehandeld zoals mijn manager wil... ik heb de cliënt niet naar de tweede lijn verwezen... ik heb de eigen kracht voorop gezet, en cliënt verteld wat deze zelf moet gaan doen... ik hoefde de cliënt maar 1 keer te zien. Bovenstaande factoren kunnen wel bijdragen aan goede kwaliteit, maar zeggen op zich (vrijwel) niets over de gerealiseerde kwaliteit 26-2-2017 VIA symposium 23-1-2017 @Argonaut Advies B.V. 5

1.2 Kwaliteit primair bepaald door outcomes Wat is kwaliteit NIET (op zich zelf)? Inputvariabelen: Kwalificatie van de professional Volgen van richtlijnen Tijdsbesteding aan cliënt Throughputvariabelen Wachttijden Doorloopsnelheid Outputvariabelen Afgeronde dienst Bovenstaande structuur- of procesvariabelen kunnen wel bijdragen aan goede kwaliteit, en/of getuigen van professionaliteit Wat is kwaliteit wel? Werkelijk betekenisvolle, meerwaarde biedende uitkomsten (outcomes) in het leven van de cliënt Het kan dus zijn dat je professioneel juist en zorgvuldig gehandeld hebt, maar helaas (achteraf gezien) geen positief effect op de echte relevante uitkomsten hebt gehad. 26-2-2017 VIA symposium 23-1-2017 @Argonaut Advies B.V. 6

1.3 Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg (Wkkgz) Hoofdstuk 2. Goede zorg Artikel 2 1. De zorgaanbieder biedt goede zorg aan. 2. Onder goede zorg wordt verstaan zorg van goede kwaliteit en van goed niveau: a. die in ieder geval veilig, doeltreffend, doelmatig en cliëntgericht is, tijdig wordt verleend, en is afgestemd op de reële behoefte van de cliënt, b. waarbij zorgverleners handelen in overeenstemming met de op hen rustende verantwoordelijkheid, voortvloeiende uit de professionele standaard, waaronder de kwaliteitsstandaard, bedoeld in artikel 1, onderdeel z, van de Zorgverzekeringswet, en c. waarbij de rechten van de cliënt zorgvuldig in acht worden genomen en de cliënt ook overigens met respect wordt behandeld. 26-2-2017 VIA symposium 23-1-2017 @Argonaut Advies B.V. 7

1.3.1 Kwaliteit in de Jeugdwet Artikel 4.1.1 1. De jeugdhulpaanbieder en de gecertificeerde instelling verlenen verantwoorde hulp, waaronder wordt verstaan hulp van goed niveau, die in ieder geval veilig, doeltreffend, doelmatig en cliëntgericht wordt verleend en die is afgestemd op de reële behoefte van de jeugdige of ouder. 2. De jeugdhulpaanbieder en de gecertificeerde instelling organiseren zich op zodanige wijze, voorzien zich kwalitatief en kwantitatief zodanig van personeel en materieel en dragen zorg voor een zodanige verantwoordelijkheidstoedeling, dat een en ander leidt of redelijkerwijs moet leiden tot verantwoorde hulp. ( ) 3. De hulpverlener neemt bij zijn werkzaamheden de zorg van een goede hulpverlener in acht en handelt daarbij in overeenstemming met de op hem rustende verantwoordelijkheid, voortvloeiende uit de voor die hulpverlener geldende professionele standaard. 26-2-2017 VIA symposium 23-1-2017 @Argonaut Advies B.V. 8

1.3.2 Kwaliteit in de Wmo Artikel 3.1 1. De aanbieder draagt er zorg voor dat de voorziening van goede kwaliteit is. 2. Een voorziening wordt in elk geval: a. veilig, doeltreffend, doelmatig en cliëntgericht verstrekt, b. afgestemd op de reële behoefte van de cliënt en op andere vormen van zorg of hulp die de cliënt ontvangt, c. verstrekt in overeenstemming met de op de beroepskracht rustende verantwoordelijkheid, voortvloeiende uit de professionele standaard; d. verstrekt met respect voor en inachtneming van de rechten van de cliënt. 26-2-2017 VIA symposium 23-1-2017 @Argonaut Advies B.V. 9

1.4 Transparantie ROM biedt inzicht in het effect van de interventie of aanpak Op individueel zorgniveau (individuele cliënt) - Voor de cliënt - Voor de professional(s) bij deze cliënt Hoger aggregatieniveau (benchmarking): - Tussen de professional(s) over meer cliënten - Tussen verschillende aanbieders - Tussen verschillende interventies 26-2-2017 VIA symposium 23-1-2017 @Argonaut Advies B.V. 10

1.5 Wat zijn relevante uitkomsten voor welke doelgroep? Maatschappelijk functioneren, o.a. participatie en zelfredzaamheid Reductie klachten en/of stoornis Welbevinden Psychisch functioneren, o.a. executieve functies, coping Ref. Tijdschrift voor Psychiatrie 57(2015)11, 815-822; Jaap van der Stel, 26-2-2017 VIA symposium 23-1-2017 @Argonaut Advies B.V. 11

2. ROM-men is de standaard in de ggz Huidige standaard in de geestelijk gezondheidszorg is dat GGZ aanbieders bij zo veel mogelijk cliënten ROM begin- en eindmetingen doen GGZ aanbieders worden geacht voor minimaal 60% van alle zorg die zij leveren geldige data aan te leveren bij Stichting Benchmark GGZ (SBG). Het niet voldoen aan die verplichting kan leiden tot kortingen in de tarieven en gecontracteerd volume. Steeds vaker doen professionals ook ROM tussenmetingen, om zo de voortgang van de behandeleffecten inzichtelijk te maken 26-2-2017 VIA symposium 23-1-2017 @Argonaut Advies B.V. 12

3. SBG en benchmarking SBG is opgericht in 2008 en vormt een onafhankelijk kenniscentrum bestuurd door vertegenwoordigers van patiënten, zorgaanbieders en zorgverzekeraars met als doel de kwaliteit van de zorg in de GGZ te verbeteren door transparantie te bieden over behandeluitkomsten. https://www.sbggz.nl 26-2-2017 VIA symposium 23-1-2017 @Argonaut Advies B.V. 13

3.1 SBG over domeinen en instrumenten Binnen de curatieve GGZ accepteert SBG t.b.v. benchmarken. voor verschillende groepen verschillende primaire domeinen (geel gearceerd) en instrumenten Domein Klachten en symptomen Functioneren Kwaliteit van leven Volwassenen kort SQ-48 BSI OQ-45-sd OQ-45 EQ5D SF36 RAND36 Volwassenen EPA PANNS BPRS HoNOS-12 CANSAS MANSA L-QOL Verslaving cure (Et cetera) Kind en jeugd 26-2-2017 VIA symposium 23-1-2017 @Argonaut Advies B.V. 14

3.2 Kenmerken van geldige ROM instrumenten 1. ROM vergt het werken met instrumenten die wetenschappelijk gevalideerd zijn, bijvoorbeeld of ze een beoogde, relevante uitkomst meten (validiteit), en of ze voldoende sensitief voor veranderingen zijn. 2. ROM maakt gebruik van: 1. Zelfrapportage vragenlijsten (dit heeft de voorkeur; bijv. Symptom Questionnaire-48 [SQ-48}), of 2. Beoordelingslijsten (bijv. als het niet anders kan; bijv. Health of the Nation Outcomes Scales [HoNOS]) 26-2-2017 VIA symposium 23-1-2017 @Argonaut Advies B.V. 15

3.3 ROM instrumenten voor zorg vanaf 2017 In 2017 worden voor het meten van psychische last bij volwassenen met een psychische stoornis als depressieve stoornis, angststoornis, of somatisch symptoomstoornis 1 van de volgende 3 instrumenten ingezet: Symptom questionnaire-48 (SQ-48), 37 van 48 items Brief Symptom Inventory (BSI), 53 items Outcomes questionnaire-45 (OQ-45), 25 van 45 items Voor ernstige psychische aandoeningen (EPA) wordt een nieuw instrument onderzocht, gericht op maatschappelijk en persoonlijk herstel Voor kinderen zijn andere instrumenten bruikbaar; jeugd-ggz valt nu onder Jeugdwet, en daar bepalen gemeenten het beleid t.a.v. Uitkomstmetingen. SBG is daar nu niet actief. 26-2-2017 VIA symposium 23-1-2017 @Argonaut Advies B.V. 16

3.4 SQ-48 SQ-48 bestaat uit 48 items, en kent 9 subschalen SQ-48 is in 2011 ontworpen door de afdeling psychiatrie van het LUMC om te meten (37 items) algemene psychopathologie in de vorm van: 1. Angst 2. Depressie 3. Somatische klachten 4. Sociale fobie 5. Agorafobie 6. Agressie 7. Cognitieve klachten Daarnaast desgewenst tevens functioneren: 8. Werk 9. Vitaliteit 26-2-2017 VIA symposium 23-1-2017 @Argonaut Advies B.V. 17

3.4.1 SQ-48: depressie In deze schaal zijn de verschillende symptomen van depressie opgenomen, zoals sui cidaliteit, negatief affect (hopeloos, somber) en anhedonie (interesseverlies). Een hoge score wijst op een negatieve stemming en mogelijk op een stemmingsstoornis. Items: Ik was ontevreden Ik kon nergens van genieten Ik dacht aan mijn dood of zelfmoord. Ik had geen zin in het leven. Ik voelde mij hopeloos Ik voelde mij somber of depressief 26-2-2017 VIA symposium 23-1-2017 @Argonaut Advies B.V. 18

3.4.2 SQ-48 - instructie De respondent wordt gevraagd aan te geven in hoeverre hij de afgelopen week last had van het probleem dat in het item beschreven wordt. Er word vertelt dat als respondent niet werkt hij de vragen over werk of studie (vragen 9, 15, 20, 30 en 35) over mag slaan. De antwoordmogelijkheden zijn; 0. Nooit 1. Zelden 2. Soms 3. Vaak 4. Zeer vaak 26-2-2017 VIA symposium 23-1-2017 @Argonaut Advies B.V. 19

3.5 Behandeleffect gemeten als delta T in ROM scores LASTDRUK T score 100 stoornis Geen stoornis T score 0 0 mnd 2 mnd 4 mnd 26-2-2017 VIA symposium 23-1-2017 @Argonaut Advies B.V. 20

3.6.1 SBG pilot depressiezorg volwassenen: effect bij 8 aanbieders ddiagnosegroep: depressie (eenmalig en recidiverend) en dysthymie 1 2 4 5 6 7 3 26-2-2017 VIA symposium 23-1-2017 @Argonaut Advies B.V. 21

Behandeling in minuten (zorgtrajecten) en doorloop Eenmalige Depressie 3.6.2 SBG pilot depressiezorg volwassenen: behandelduur Behandelduur in minuten eenmalige depressie lange behandeli in lang Doorlooptijd in weken 6 Rivierduinen 4 GGZ NHN 3 GGNet 8 PsyQ 1 Altrecht 7 Yulius 2 Dimence Groep 5 Mentaal Beter 1850 1627 1627 1614 1586 1556 1497 1216 0 500 1000 1500 2000 6 (N=138): 41 4 (N=147): 31 3 (N=82): 31 8 (N=31): 33 1 (N=53): 35 7 (N=81): 32 2 (N=128): 31 5 (N=500): 28 26-2-2017 VIA symposium 23-1-2017 @Argonaut Advies B.V. 22

Gecorrigeerde DeltaT eenmalige depre 3.6.3 SBG pilot depressiezorg 5 volwassenen: doelmatigheid onderscheidt zich door hoge Delta T met korte behandelduur 14 12 10 8 6 4 2 Aantal minuten en gecorrigeerde Delta T eenmalige depressie 0 1000 1500 2000 Aantal minuten (vanaf 1000) Altrecht 1 GGZ 4 NHN Rivierduinen 6 Yulius 7 Dimence 2 Groep GGNet 3 PsyQ 8 Mentaal 5 Beter Altrech GGZ NHN Rivierduinen Yulius Dimence Groep GGNe PsyQ Mentaal Bete m 1 4 6 7 2 3 8 5 26-2-2017 VIA symposium 23-1-2017 @Argonaut Advies B.V. 23

3.7 Beperkingen van ROM? Huidige ROM heeft uiteraard ook diverse beperkingen, zoals bijv. Subjectiviteit Momentopname Verstoring door andere factoren Betreft deel van de uitkomsten Casemix variabelen (verschillen in cliëntgroepen)? Maar de voordelen zijn groter Zegt iets over gemiddelde kwaliteit Verhoogt de aandacht voor kwaliteit Kan bijdragen aan kwaliteitsontwikkeling 26-2-2017 VIA symposium 23-1-2017 @Argonaut Advies B.V. 24

3.8 ROM en nog meer transparantie van de zorg SBG gebruikt de aangeleverde ROM data ten behoeve van benchmarking, dus het vergelijken van behandeleffecten tussen instellingen, stoornissen, verschillende echelons of duur van de behandeling. De individuele aanbieder kan voor eigen gebruik veel meer (digitale BRAM) analyses doen, bijvoorbeeld tussen vestigingen, individuele professionals, op vormen van behandeling. 26-2-2017 VIA symposium 23-1-2017 @Argonaut Advies B.V. 25

4. ROM en de individuele zorg ROM data dienen ook met de cliënt te worden besproken Ze bieden een aanknopingspunt om te praten over probleemdefinitie, doelen en aanpak (inclusief herstel- en participatiegedrag) om de voortgang te monitoren, en daarop in te spelen In dat individuele cliëntcontact kunnen ook andere, aanvullende vragenlijsten gebruikt worden Stoornis-specifiek instrument, bijv. BDI bij depressie Instrument uit ander meetdomein depositphotos 26-2-2017 VIA symposium 23-1-2017 @Argonaut Advies B.V. 26

4.1 2-D mentale gezondheid binnen positieve psychologie Hoog welbevinden Stoornis Geen stoornis Laag welbevinden Referentie: Mental illness and mental health: the two continua model across the lifespan, J Adult Dev (2010), by Gerben Westerhof & Corey Keyes 26-2-2017 VIA symposium 23-1-2017 @Argonaut Advies B.V. 27

4.2 Kwadranten in 2-D mentale gezondheidsmodel Hoog welbevinden Gelukkig leven met beperkingen Gelukkig leven zonder beperkingen Stoornis Ongelukkig leven met beperkingen Ongelukkig leven zonder beperkingen Geen stoornis Laag welbevinden 26-2-2017 VIA symposium 23-1-2017 @Argonaut Advies B.V. 28

4.3 Meetinstrument voor welbevinden: MHC-SF In onderzoek veel gebruikt meetinstrument, normgegevens Nederlandse bevolking bekend 14 items 1 hoofdschaal (positieve geestelijke gezondheid) 3 subschalen (aantal subdimensies van welbevinden): Emotioneel welbevinden Psychisch welbevinden Sociaal welbevinden 26-2-2017 VIA symposium 23-1-2017 @Argonaut Advies B.V. 29

5. ROM en het sociale domein De plicht voor de gemeente tot het bieden van, letten op, en sturen op goede kwaliteit (uitkomsten) is in diverse wetten vast gelegd Focus op kwaliteit biedt prima aanknopingspunten voor transformatie Eenzelfde kwaliteitsplicht én kans op bij te dragen aan transformatie ligt ook bij de sociaal-geneeskundige (zie Wkkgz) 26-2-2017 VIA symposium 23-1-2017 @Argonaut Advies B.V. 30

5.1 ROM en de sociaal-geneeskundige Meten van en praten over uitkomsten kan de sociaal-geneeskundige ook helpen om psychische belastbaarheid zorgvuldiger te onderzoeken om doelen (in relatie tot zelfredzaamheid of participatie), de aanpak, monitoring, bijstellen en evaluatie, te onderzoeken en bespreken om herstel- en participatiegedrag te onderzoeken en bespreken om de voortgang te onderzoeken en bespreken om effect van de inzet van van een interventie (bijv. begeleiding) te beoordelen om van betekenis te zijn in relatie tot een integrale, actieve benadering van gezondheid, zoals die weer sterk in de belangstelling staat (vanuit positieve gezondheid, en positieve psychologie) 26-2-2017 VIA symposium 23-1-2017 @Argonaut Advies B.V. 31

Tot slot 26-2-2017 VIA symposium 23-1-2017 @Argonaut Advies B.V. 32

SQ-48: sociale fobie Deze schaal meet de symptomen die meestal voorkomen bij patiënten met sociale angst, zoals erg verlegen zijn, het gevoel minderwaardig te zijn, te zeer bewust van eigen functioneren en falen en angst voor de beoordeling door anderen. Een hoge score op deze schaal duidt op sociale angst en mogelijk op een sociale fobie. Items: Ik kon moeilijk voor mijn mening uitkomen. Ik was bang om afgewezen te worden in een groep. Ik voelde mij de mindere van anderen. Ik voelde mij ongemakkelijk als anderen naar mij keken. Ik voelde mij onzeker in gezelschap 26-2-2017 33

SQ-48: somatische klachten Het gaat in de subschaal somatische klachten om lichamelijke symptomen zoals die kunnen optreden bij somatische aandoeningen, maar ook de lichamelijke verschijnselen die optreden wanneer men erg angstig is. Deze verschijnselen hebben mogelijk een psychogene oorsprong, maar een lichamelijke aandoening is ook niet uitgesloten. Een hoge score kan duiden op een somatisch-symptoomstoornis. De schaal meet ook de symptomen zoals die optreden bij paniekaanvallen. Een hoge score zou dus ook kunnen duiden op paniekstoornis Items: Ik was kortademig zonder dat ik mij inspande Ik had hartkloppingen Ik voelde pijn of druk op de borst Ik voelde mij duizelig of licht in het hoofd. Ik voelde tintelingen, bijvoorbeeld in mijn handen Ik trilde of beefde. Ik voelde mij rillerig 26-2-2017 34

SQ-48: depressie In deze schaal zijn de verschillende symptomen van depressie opgenomen, zoals sui cidaliteit, negatief affect (hopeloos, somber) en anhedonie (interesseverlies). Een hoge score wijst op een negatieve stemming en mogelijk op een stemmingsstoornis (depressie of dysthymie). Items: Ik was ontevreden Ik kon nergens van genieten Ik dacht aan mijn dood of zelfmoord. Ik had geen zin in het leven. Ik voelde mij hopeloos Ik voelde mij somber of depressief 26-2-2017 35

SQ-48: Cognitieve klachten De cognitieve problemen schaal meet de algemeen cognitieve verstoringen, zoals bijvoorbeeld moeite met onthouden, traagheid en moeite met concentreren. Items: Ik voelde mij vertraagd of langzaam Ik had moeite met het nemen van beslissingen Ik was vergeetachtig. Ik had moeite om op gang te komen. Ik kon mij niet goed concentreren. 26-2-2017 36

SQ-48: Angst De angstschaal omvat de symptomen van de gegeneraliseerde angststoornis (zenuwachtigheid, beverigheid, rusteloos, gespannen, opgefokt) Items: Ik was bang of angstig. Ik was schrikachtig. Ik was zenuwachtig en nerveus Ik voelde mij onrustig. Ik voelde mij gespannen. Ik piekerde 26-2-2017 37

SQ-48: Agorafobie In deze subschaal worden de symptomen gemeten die vallen on de agorafobie bij een hoge score kan er sprake zijn van een angststoornissen paniekstoornis met agorafobie en agorafobie zonder geschiedenis van paniek. Items: Ik werd angstig in een menigte van mensen Ik durfde open ruimtes, zoals een plein, niet over te steken. Ik durfde niet alleen met het openbaar vervoer te reizen. Ik durfde niet alleen naar een drukke winkel te gaan 26-2-2017 38

SQ-48: Vijandigheid In de schaal voor hostiliteit zijn opgenomen symptomen die duiden op boosheid of vijandigheid. Het gaat hierbij om zowel gedachten (je ergeren), als gevoelens (de aandrang te slaan) en gedragingen (woede-uitbarstingen en snel ruzie krijgen). Items: Ik had onenigheid met anderen. Ik was opvliegend zonder aanleiding. Ik had moeite om mijn woede te beheersen Ik wilde mensen het liefst slaan als dat werd uitgelokt. 26-2-2017 39

SQ-48: vitaliteit Vitaliteit en optimisme zijn niet eenvoudigweg de inverse van depressie, maar een deels onafhankelijke dimensie. Door deze schaal kan er ingang komen om specifiek ook aandacht te besteden aan het bekrachtigen van de positieve psychologische kenmerken van een patiënt. Items: Ik zag naar dingen uit Ik had zin om dingen te doen Ik was optimistisch over mijn toekomst. Ik had plannen of stelde mezelf doelen. Ik had interesse in dingen. Ik voelde me energiek en levenslustig 26-2-2017 40

SQ-48: Werk en/of studie Deze items gaan over werk- of studie-gerelateerde symptomen, die kunnen duiden op stress veroorzaakt door werk en studie. Deze symptomen zijn sterk gerelateerd aan vermoeidheid en burnout, maar ook aan sress-gerelateerde stoornissen als angst en depressieve stoornissen. Deelnemers die niet (kunnen) werken of studeren wordt gevraagd om deze vragen over te slaan. Voor deze vragenlijsten zijn nog geen normscores bepaald, juist omdat deze vragen niet altijd overgeslagen worden als ze niet van toepassing zijn. Deze totaal score kan een indicatie geven dat er een oorzakelijk verband is met te hoge werk- of studiedruk. Items: Ik voelde stress op mijn werk of studie. Mijn werk of studie gaf me geen voldoening. Ik had het gevoel dat ik te veel werkte of studeerde. Ik werkte of studeerde minder hard dan voorheen. Ik had het gevoel dat het niet goed ging met mijn werk/studie. 26-2-2017 41