Viseon voor kleuters. Analyse doelen Jonge kind

Vergelijkbare documenten
Observatielijst peuters. Analyse doelen Jonge kind

SCOL Sociale Competentie Observatielijst. Analyse doelen Jonge kind

Rotterdamse Observatielijst Peuter Kleuter. Analyse doelen Jonge kind

Observatielijst VISEON voor kleuters

Bliksem. Kerndoelanalyse SLO

ABCDE Twee. Kerndoelanalyse SLO

Leesparade Nieuw. Kerndoelanalyse SLO

VISEON 2.0. Groep 3 tot en met 8

Cito Volgsysteem jonge kind en Cito Volgsysteem primair en speciaal onderwijs

Cito Volgsysteem jonge kind

SOCIAAL-EMOTIONELE ONTWIKKELING

Lezen = weten. Kerndoelanalyse SLO

Begrijpend lezen met de Roode kikker. Kerndoelanalyse SLO

Grip op lezen Externe analyses. Externe analyses Grip op Lezen. Dat is duidelijk! Malmberg, s-hertogenbosch blz. 1 van 10

ABCDE ik begrijp het! Kerndoelanalyse SLO

Nieuwsbegrip. Kerndoelanalyse SLO

Toetsen voor peuters

2011 SLO (nationaal expertisecentrum leerplanontwikkeling), Enschede

Doen, praten & bewegen. Analyse doelen Jonge kind

Looqin PO (groep 1-2) Analyse doelen Jonge kind

Rekenwonders. Kerndoelanalyse SLO

DATplus. Kerndoelanalyse SLO

team De gelukkige groep

Werkdocument resultaatafspraken vroegscholen (basisschool groep 1-2)

Maatwerk rekenen. Kerndoelanalyse SLO

Het Grote Rekenboek. Kerndoelanalyse SLO

Taal in beeld/ Spelling in beeld (tweede versie) Kerndoelanalyse SLO

Alles telt tweede editie. Kerndoelanalyse SLO

Tussendoelen domein SOCIAAL EMOTIONELE ontwikkeling. Zelfbeeld. *bron: SLO ;6 4 4;6 5 5;6 6 6,6 7

Tussendoelen sociaal - emotionele ontwikkeling - Relatie met andere kinderen

Kind in beeld? Een overzicht van kindvolgsystemen voor de voorschoolse periode

Cito Taal voor peuters. Analyse doelen Jonge kind

Staal. Kerndoelanalyse SLO

Peuters Groep 1 Groep 2 Groep 3 BP MP EP M1 E1 M2 E2 M3

Computerprogramma LOVS

3. Handleiding bij de peuter-estafette

RAPPORT VAN BEVINDINGEN VERIFICATIEONDERZOEK SPECIAAL BASISONDERWIJS. SBO Rehoboth

Toelichting zeven dimensies

2011 SLO (nationaal expertisecentrum leerplanontwikkeling), Enschede

Binnen deze driehoek geldt een aantal randvoorwaarden:

Taal in beeld Spelling in beeld

Wis en reken. Kerndoelanalyse SLO

Zin in taal/ Zin in spelling tweede editie

RAPPORT VAN BEVINDINGEN KORT ONDERZOEK SPECIAAL BASISONDERWIJS. Pastoor Van Arsschool

Opbrengstgericht werken in de onderbouw = benutten van talenten in de onderbouw

Inspectie van het Onderwijs en ZIEN!

Computerprogramma LOVS

Leer- en ontwikkelingslijnen jonge kind (ZONDER extra doelen) - versie aug Naam leerling. Sociaal-emotionele ontwikkeling Betrokkenheid

HANDREIKING. Overzichten van toetsresultaten: LOVS Cito. Dwarsdoorsnede. Opbrengstgericht werken

Bekijk het maar! met Suus & Luuk

RAPPORT VAN BEVINDINGEN KORT ONDERZOEK SPECIAAL BASISONDERWIJS

DORR Digi groep 1 en 2. Analyse doelen Jonge kind

Ik & Ko Observatielijst. Analyse doelen Jonge kind

BOSOS. Analyse doelen Jonge kind

Enkele weken voor de eindtoets, maken de leerlingen de eindtoets van het voorgaande jaar in dezelfde setting als bij de officiële eindtoets.

Vlaamse versie Cito leerlingvolgsysteem voor taal

Protocol overgang groep 2 naar groep 3

Protocol Methode-onafhankelijke toetsen

PROTOCOLLEN. Stappenplan t.a.v. doubleren Bij de besluitvorming over een doublure worden de volgende stappen genomen:

Plaats BRIN-nummer Onderzoeksnummer Datum schoolbezoek Rapport vastgesteld te Utrecht op

ZORG OP MAAT OMDAT IEDER KIND TELT

DESSA. Vragenlijst over sociaal-emotionele competenties. HTS Report. Liesbeth Bakker ID Datum

Kennismaken met het instrument Sociaal-emotionele ontwikkeling voor zml

Toetsen Begrijpend lezen Cito Volgsysteem primair onderwijs (LOVS)

Leerling volgen in hun ontwikkeling vanaf groep 1

Jaarplan BS de Ester. Zelf denken, samen doen

Handleiding ouderportaal ParnasSys

Nieuwe toetsen Taalverzorging

RAPPORT VAN BEVINDINGEN VIERJAARLIJKS BEZOEK. School met de Bijbel ''t Kompas'

Thema kijken en observeren

Protocol leesproblemen en dyslexie Groep 1 en 2. Analyse doelen Jonge kind

RAPPORT VAN BEVINDINGEN VERIFICATIEONDERZOEK SPECIAAL BASISONDERWIJS. s.s.b.o. De Kameleon

EINDRAPPORTAGE OUDERTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2017

RAPPORT ONDERZOEK REKENEN-WISKUNDE BASISSCHOOL ALBERT SCHWEITZER

ENQUÊTE: toetsing op maat

RAPPORT VAN BEVINDINGEN VERIFICATIEONDERZOEK SPECIAAL BASISONDERWIJS. Het Kompas

Pravoo Peutervolg- en hulpsysteem. Analyse doelen Jonge kind

RAPPORT VAN BEVINDINGEN VIERJAARLIJKS BEZOEK. Montessorischool Wassenaar

Protocol Kleuterverlenging

Richtlijnen voor de overgang naar de volgende groep. Doubleren of Versnellen; te nemen stappen

ZIEN! en inspectie. Handreiking voor de directie e.a. Expertsysteem ZIEN! voor het primair onderwijs. 8 maart 2013

Protocol doubleren en versnellen (def. versie 5/1/2015)

ONDERZOEK IN HET KADER VAN HET VIERJAARLIJKS BEZOEK OP BASISSCHOOL ROALD DAHL

Bekwaamheidseisen leraar primair onderwijs

Janneke van Druenen, MSc Adviseur Jonge Kind -

Schatkist 3 e editie Kleutervolgsysteem Digiregie. Analyse doelen Jonge kind

Observatiekladblok ZIEN!

Rekenen-Wiskunde 3.0. Groep 3

Tabellen tussenopbrengsten CITO LOVS versie: augustus 2015

Cito Taal voor kleuters. Analyse doelen Jonge kind

HTS Report. Positiviteitstest. Jeroen de Vries ID Datum Zelfrapportage. Hogrefe Uitgevers BV, Amsterdam

De wet op het Primair Onderwijs regelt onder meer dat leerlingen in acht aaneengesloten jaren het basisonderwijs moeten kunnen voltooien.

RAPPORT VAN BEVINDINGEN VERIFICATIEONDERZOEK SPECIAAL BASISONDERWIJS. 't Sterrenbos

Entreetoets Compact, compleet en overzichtelijk

Toetsen Begrijpend lezen Cito Volgsysteem primair onderwijs (LOVS)

Protocol doorstromen naar een volgende groep op De Wegwijzer / De Schoof

RAPPORT Onderzoek in het kader van het vierjaarlijks bezoek bij Geref.b.s. De Wierde

Protocol. overgang groep 1 2 groep 2 3 en verlengde kleuterperiode

IKC Het Balkon. Kwaliteitsonderzoek. voorschoolse educatie

Opdracht 2: Data analyseren en interpreteren op groepsniveau (technisch lezen voor leerkrachten van groep 3 (Opdracht 2a) en groep 4 (Opdracht 2b))

Transcriptie:

Viseon voor kleuters Analyse doelen Jonge kind Mei 2016

Verantwoording 2016 SLO (nationaal expertisecentrum leerplanontwikkeling), Enschede Mits de bron wordt vermeld, is het toegestaan zonder voorafgaande toestemming van de uitgever deze uitgave geheel of gedeeltelijk te kopiëren en/of verspreiden en om afgeleid materiaal te maken dat op deze uitgave is gebaseerd. Informatie SLO Afdeling: Primair Onderwijs & Kenniscentrum Leermiddelen Postbus 2041, 7500 CA Enschede Telefoon (053) 4840 664 Internet: www.slo.nl & www.wikiwijsleermiddelenplein.nl E-mail: primaironderwijs@slo.nl & leermiddelenplein@slo.nl Bron: www.wikiwijsleermiddelenplein.nl 2

Viseon voor kleuters DEEL 1: ACHTERGRONDGEGEVENS OBSERVATIELIJST Titel Auteurs Uitgever Viseon voor kleuters Cito Cito Jaar van uitgave 2012 Doelgroep Samenstelling van het instrument Doorgaande lijn Geanalyseerde onderdelen Uitgangspunten en doelstellingen van het instrument Korte beschrijving van visie op het jonge kind zoals aangegeven in het instrument/ de methode Inhoud Leerlingen van groep 1 en groep 2 in het reguliere basisonderwijs. Viseon voor kleuters bestaat uit een handleiding met een observatielijst voor de leerkracht met de daarbij behorende software. Viseon voor kleuters is naast de Observatielijst (voor) peuters en de Observatielijst (voor) baby s en dreumesen één van de drie observatielijsten ontwikkelt door Cito die het sociaal-emotioneel functioneren van jonge kinderen in kaart brengen. Het instrument sluit aan bij VISEON voor groep 3 tot en met 8 en is ondergebracht in het Cito Volgsysteem primair onderwijs. De observatielijst Viseon voor kleuters. "De gebruiker krijgt met Viseon voor kleuters zicht op het functioneren en de ontwikkeling van kleuters langs drie hoofddimensies (sociaal gedrag, welbevinden en speelwerkhouding) en wel door middel van het observeren van concreet waarneembaar gedrag." De lijst verhoogt het inzicht in de sociaal-emotionele ontwikkeling van leerlingen en stelt u in staat om de samenhang met het verloop van onderwijs- en leerprocessen in kaart te brengen. De resultaten van de leerkrachtlijst kunt u vergelijken met de uitkomsten van toetsten die een indruk geven van de cognitieve mogelijkheden en leerprestaties van de leerlingen. Bij de ontwikkeling van de leerkrachtlijst is uitgegaan van normaal gedrag en niet van probleemgedrag. Er is sprake van een duidelijke wisselwerking tussen de sociaalemotionele ontwikkeling van een leerling en zijn of haar ontwikkeling op andere terreinen. Problemen op sociaal-emotioneel vlak kunnen het onderwijsleerproces negatief beïnvloeden. Ook kunnen leerproblemen een storende invloed hebben op de ontwikkeling van een leerling op het sociaal-emotioneel vlak. Viseon voor kleuters is een methode-onafhankelijke, digitale observatielijst. Met deze gestandaardiseerde en genormeerde observatielijst kan de leerkracht het sociaal-emotioneel functioneren van leerlingen systematisch in kaart brengen en volgen. De leerkrachtlijst bevat 32 uitspraken of stellingen waarvan de leerkracht aan kan geven in welke mate deze van toepassing zijn op de leerling. De observatiepunten zijn geordend in drie dimensies (sociaal gedrag, welbevinden en speelwerkhouding) en staan op een vierpuntsschaal. De handleiding Viseon voor kleuters bestaat uit een inleiding en twee hoofdstukken: installatie en het programma Viseon voor kleuters in hoofdlijnen. In de bijlagen staat onder andere de leerkrachtlijst. Het hoofdstuk Viseon voor kleuters in hoofdlijnen gaat verder over het gebruik van VISEON na de installatie en bestaat uit de onderdelen: doel Bron: www.wikiwijsleermiddelenplein.nl 3

Aspecten taalontwikkeling Aspecten rekenontwikkeling Aspecten sociaalemotionele ontwikkeling Werkwijze Aanwijzingen voor normering en inhoud, ontwikkeling en opzet, afname, opvragen rapportage, interpretatie scores en analyseren, interpretatie en gebruik op leerling- en groepsniveau en hulp bij het werken met Viseon voor kleuters. Niet van toepassing. Niet van toepassing. De leerkrachtlijst bestaat uit 32 tegengestelde stellingen. De observatiepunten zijn geordend in drie dimensies die gedrag representeren dat in de ontwikkeling en voor het functioneren op school als belangrijk wordt ervaren: Sociaal gedrag (betreft gedrag waarin leerlingen hun sociale vaardigheid (sociale competentie) tot uitdrukking brengen); Welbevinden (heeft betrekking op de vraag hoe goed een leerling in zijn vel zit en heeft veel te maken met veiligheid en emotionele stabiliteit); Speelwerkhouding (taak- en werkhouding die de leerlingen laten zien in allerlei situaties waaronder spelsituaties, waarin zij concentratie en (volgehouden) aandacht moeten kunnen opbrengen; de wijze waarop de leerlingen aangestuurd kunnen worden). De observatielijst wordt één keer per jaar afgenomen, in de periode van november tot en met maart. Voordat de lijst wordt afgenomen, moeten het computerprogramma LOVS en de digitale toetsen Viseon voor kleuters worden geïnstalleerd. Daarna plant de leerkracht in voor welke leerlingen de leerkrachtenlijst wordt ingevuld. Vervolgens wordt met de lijst van één van de leerlingen gestart. Elk observatiepunt bestaat uit twee tegengestelde stellingen en vier antwoordmogelijkheden. De leerkracht bepaald welk van de twee stellingen het meest van toepassing is en daarna of deze stelling helemaal of gedeeltelijk van toepassing is. Het invullen van een leerkrachtlijst vraagt ongeveer 5-8 minuten per leerling. Voor leerkrachten die werken in een duobaan wordt geadviseerd allebei een papierenversie van de leerkrachtlijst in te vullen en na overleg de definitieve digitale leerkrachtlijst. Verder wordt geadviseerd om de lijst niet eerder dan drie maanden na instroom in te vullen, om niet meer dan vijf leerlingen achter elkaar te beoordelen en om geen specifieke volgorde te hanteren. Na de afname van Viseon voor kleuters kunnen de resultaten met behulp van (de basisversie van) het Computerprogramma LOVS omgezet worden in een rapportage op leerling- en groepsniveau. De leerkracht bepaalt per observatiepunt allereerst welke stelling het meest van toepassing is. Vervolgens bepaalt de leerkracht of deze stelling helemaal (rondje 1 of 4) of slechts gedeeltelijk (rondje 2 of 3) van toepassing is. De leerkrachtlijst is genormeerd door gegevens te verzamelen bij een grote en representatieve referentiegroep van leerjaargenoten. Met het Computerprogramma LOVS kan de rapportage van de leerlingen worden opgevraagd. De normering heeft plaatsgevonden in de voor het Cito Bron: www.wikiwijsleermiddelenplein.nl 4

Aanwijzingen voor hulp bij gesignaleerde problemen Volgsysteem gebruikelijke niveaus A tot en met E. In de categorieënanalyse leerling wordt voor elke afzonderlijke dimensie gerapporteerd over de positie die een leerling inneemt binnen de normgroep. Bij de niveaugroepen D en E geeft het programma een extra toelichting met daarbij uitspraken die het meest kenmerkend zijn voor de score. De categorieënanalyse groep biedt een overzicht van de resultaten van alle leerlingen van een bepaalde groep op de drie dimensies van de leerkrachtlijst. Wanneer vastgesteld is dat nadere analyse nodig is (door de scores van de leerling te vergelijken met de scores in de normgroep of met de scores op eerdere afnamemomenten) is het volgens de ontwikkelaars van belang om aanvullende informatie te verzamelen. Vervolgens kan een handelingsplan worden opgesteld. Komt het gedrag van de leerling voort uit de omgeving (leerkrachtgedrag, onderwijsleersituatie, sociaal-emotioneel klimaat), dan kan een plan van aanpak worden gemaakt waarbij collega s en ouders betrokken worden. Wordt vermoed dat de oorzaak in het kind zelf ligt, dan is het volgens de ontwikkelaars mogelijk verstandig hulp in te roepen van deskundigen.. Voor nadere informatie over het uitvoeren van analyses en het opstellen van een hulpplan wordt verwezen naar http://sociaalemotioneel.slo.nl/. Bron: www.wikiwijsleermiddelenplein.nl 5

DEEL 2A: ANALYSE-RESULTATEN SLO-DOELEN beschrijvend) Sociaal-emotionele ontwikkeling Domein Zelfbeeld/ Ontwikkeling van identiteit Domein Ontwikkeling van zelfstandigheid Domein Sociaal gedrag/ ontwikkeling van sociale vaardigheid Domein Werkhouding en concentratie Doelen van het domein Zelfbeeld en ontwikkeling van eigen identiteit komen in beperkte mate aan de orde in de toets. Het beheersen van gevoelens komt wel voor, het kennen en onder woorden brengen van eigen gevoelens niet. Kennis van de ander komt aan bod bij de toetsitems rond het aanvoelen van en het kunnen aanpassen aan andere kinderen. Niet aangetroffen zijn: het vragen om hulp, het stilstaan bij wat het kind allemaal kan en niet kan en het zelfstandig opruimen van materialen. Kan zich zelf redden' komt gedeeltelijk aan de orde bij het weinig of veel nodig hebben van emotionele steun van de leidster en het zelf oplossen van conflicten. Zelfredzaam gedrag bij zaken als aankleden, naar toilet gaan e.d. komen niet aan de orde. Overige doelen zijn wel aangetroffen. De meeste doelen rond sociaal gedrag komen aan de orde in de toets. Een aantal doelen rond het omgaan met andere kinderen zijn niet aangetroffen: het vertrouwen hebben in de ander, het werken aan een gezamenlijke opdracht, bewondering hebben voor vaardigheden van de ander en het aan bieden van hulp. Het troosten van een ander komt wel voor. Het begrip regels komt niet expliciet in de toetsitems voor maar er worden concrete voorbeelden van het houden aan regels benoemd: luistert aandachtig, let goed op in de groep. Bijna alle doelen van het domein Werkhouding en concentratie komen aan bod in de toets. Alleen het gericht vragen stellen is niet aangetroffen. Bron: www.wikiwijsleermiddelenplein.nl 6

DEEL 2B: ANALYSE-RESULTATEN SLO-DOELEN (tabel) Legenda: = aanwezig = gedeeltelijk aanwezig = niet aanwezig n.v.t. = niet van toepassing Sociaal-emotionele ontwikkeling Het kind Domein Zelfbeeld/ Ontwikkeling van identiteit heeft kennis van zichzelf heeft kennis van de ander ervaart de verschillen en overeenkomsten tussen zichzelf en de andere kinderen in de groep Domein Ontwikkeling van zelfstandigheid Domein Sociaal gedrag/ ontwikkeling van sociale vaardigheid kan gevoelens onder woorden brengen kent zijn/haar eigen emoties kan zijn/haar emoties beheersen kan zich handhaven binnen de eigen groep heeft vertrouwen in zijn/ haar eigen kunnen kan zijn mening geven vraagt iemand anders om hulp kan zelfstandig taken uitvoeren staat stil bij wat hij/zij al kan kan zich zelf redden ruimt zelfstandig (spel)materialen op zoekt contact met anderen heeft vertrouwen in de ander kan met andere kinderen spelen Bron: www.wikiwijsleermiddelenplein.nl 7

Het kind werkt samen met andere kinderen aan een gezamenlijke opdracht merkt of en wanneer een ander kind hulp nodig heeft biedt hulp aan/ kan anderen helpen leert wat afspraken en regels zijn leert welke regels er zijn en hoe zich daaraan te houden past zich aan bij nieuwe situaties houdt rekening met gevoelens en wensen van anderen kent de emoties en gevoelens van andere kinderen en kan die interpreteren toont bewondering voor elkaars vaardigheden en mogelijkheden kent de sterke en zwakke punten van een ander ervaart dat er door tegenstrijdige belangen conflicten kunnen ontstaan die je samen kunt oplossen Domein Werkhouding en concentratie kan gericht vragen stellen heeft plezier in de taak is in staat om iets af te maken zet door wanneer iets niet direct lukt voert zelfstandig opdrachten uit Reactie uitgever Bij de analyse van de inhoud van Viseon voor kleuters in termen van de SLO doelen en leerlijnen kan men concluderen dat er zowel in termen van hoofdrubrieken of dimensies als op het niveau van afzonderlijke doelen en observatiepunten sprake is van een flinke overlap. Daarnaast lijkt de analyse tot de conclusie te leiden dat een aantal specifieke doelen niet gedekt worden door de meetpretentie en de inhoud van het instrument. Dat lijkt ons deels onterecht en we hebben er dan ook behoefte aan om enkele kanttekeningen te plaatsen bij de werkwijze. Op de eerste plaats zijn de SLO doelen en leerlijnen zoals deze op de SLO-site destijds werden beschreven meegenomen bij de voorbereidingen op de constructie van Viseon voor kleuters, dit naast de analyse van een aantal andere documenten en instrumenten. Hierbij Bron: www.wikiwijsleermiddelenplein.nl 8

zijn keuzes gemaakt. Een groot aantal specifieke doelen binnen het domein van de redzaamheid zijn niet meegenomen omdat ze ons inziens niet pasten binnen de algemene meetpretentie van de sociaalemotionele ontwikkeling. Een ander aspect dat bewust buiten beschouwing is gelaten bij de constructie van Viseon voor kleuters betreft aspecten van autonomie en zelfstandigheid die door de SLO lijken te worden benoemd met termen als identiteit en zelfbeeld. De reden hiervoor is gelegen in het feit dat het hier gaat om niet of nauwelijks door een buitenstaander waarneembare zaken (en dat is toch wel een eerste voorwaarde voor een observatielijst). Aspecten van autonomie en zelfstandigheid die Cito wel nadrukkelijk heeft willen inbouwen (omdat ze essentieel zijn voor de ontwikkeling van peuter en kleuter) betreffen impulscontrole, het kunnen uitstellen van behoeften, frustratietolerantie, kortom emotieregulatie en emotionele stabiliteit. In het constructie-onderzoek is gebleken dat deze aspecten in de praktijk van de gedragsobservatie door professionals in hoge mate samen lijken te gaan met aspecten van welbevinden, lekker in je vel zitten. Uiteindelijk zijn aspecten van emotieregulatie, emotionele stabiliteit en welbevinden op empirische gronden samengebracht in één dimensie en schaal die we in overleg met educatief adviseurs hebben benoemd met het label welbevinden. Bepaalde specifieke aspecten van emotieregulatie bleken hoog te laden op andere dimensies (sociaal gedrag, speelwerkhouding) en zijn in tweede instantie bij deze dimensies opgenomen. Bovenstaande overwegingen raken aan een aantal meer fundamentele overwegingen die gelden voor observatielijsten zoals Viseon voor kleuters in het algemeen. Wezenlijk is dat de bedoeling van dit soort instrumenten niet is het evalueren van een aantal afzonderlijke ontwikkelingsdoelen als op zichzelf staande entiteiten. Psychometrisch gezien gaat het om het bouwen van een instrument op een beperkt aantal hoofddimensies, hoofddimensies die het mogelijk maken om functioneren en ontwikkeling te beschrijven en te volgen in termen van enkele verzamelscores. Deze somscores maken het tevens mogelijk om het instrument adequaat te normeren waardoor vergelijking met andere, qua leeftijd en groep vergelijkbare, kinderen mogelijk wordt. Daarbij verschuiven de afzonderlijke ontwikkelingsdoelen en observatiepunten naar de achtergrond (alhoewel de rapportagemodule van Viseon voor kleuters wel mogelijkheden biedt om hieraan aandacht te schenken). Het bovenstaande heeft gevolgen. Op de eerste plaats vallen er in de constructiefase observatiepunten af. Wil het instrument praktisch bruikbaar zijn, dan is er slechts plaats voor een beperkt aantal observatiepunten: slechts circa een derde van de in het constructieonderzoek uitgeteste items kon in het instrument worden meegenomen. De beste items die de dimensies en schalen het beste representeren (waarbij het construct zo breed mogelijk wordt gedekt en oneigenlijke overlap vermeden) blijven behouden. Dat betekent dat veel observatiepunten (ook items die zijn bedoeld geweest om specifieke SLO-doelen te dekken) op empirische gronden afvallen omdat ze minder geschikt zijn om de bedoelde dimensies zo zuiver mogelijk (dus valide) te meten. Dat betekent echter niet dat ze daarmee ook buiten de meetpretentie van het instrument vallen. Vrijwel alle uitgeteste items Bron: www.wikiwijsleermiddelenplein.nl 9

vertonen betekenisvolle samenhang met andere items en met de gevormde schaalscores. De implicatie hiervan is dat uit het feit dat bepaalde (SLO)-doelen niet rechtstreeks gerepresenteerd zijn in de vorm van concrete observatiepunten, niet de conclusie mag worden getrokken dat deze doelen niet (meer) gerepresenteerd worden door de testscores. Het gevaar dreigt dat door de wijze waarop de SLO nu analyseert en de resultaten van die analyses presenteert aan de gebruiker het kind met het badwater wordt weggegooid. De insteek zou positief moeten zijn: hoe belangrijk zijn de hoofddimensies in Viseon voor kleuters (en ook in andere instrumenten) en hoe groot is de kans dat daarmee een zo volledig mogelijke dekking wordt bereikt van wat in het functioneren en de ontwikkeling van het kind centraal staat. Bron: www.wikiwijsleermiddelenplein.nl 10