Wijzigingen inzake de invoering Wet Werk & Zekerheid (versie 25 juni 2014)



Vergelijkbare documenten
Analyse maatregelen in Wet werk en zekerheid 5 december 2013

Analyse Wet werk en zekerheid door ABU

Analyse maatregelen in Wet werk en zekerheid 24 maart 2014

Analyse maatregelen in Wet werk en zekerheid 25 juni 2014

Analyse maatregelen in Wet werk en zekerheid 16 december 2014

Analyse maatregelen in Wet werk en zekerheid 16 december 2014

Wet Werk en Zekerheid

Wet Werk en Zekerheid Ontslagrecht

Actualiteitenseminar Loonheffingen & Arbeidsrecht 2014

Wijzigingen Flexibel werken. Wat verandert er voor u?

Wijzigingen Flexibel werken. Wat verandert er voor u?

Wet werk en zekerheid

Nieuwsbrief, december 2014

Wet Werk en Zekerheid

Arbeidsrecht, invoeringsdatum 1 januari 2015:

Wet werk en zekerheid een overzicht 1

Wetsvoorstel werk en zekerheid

Wet Werk en Zekerheid

Wijzigingen flexibel werken Wat verandert er voor u?

Avondje Legal. 3 Advocaten

Wet Werk en Zekerheid. wijzigingen voor eigen personeel en uitzendkrachten

Wijzigingen Flexibel werken. Wat verandert er voor u?

RSW Special wet werk en zekerheid Special wet werk en zekerheid INFORMATIE VOOR WERKGEVERS

Wet Werk en Zekerheid

>WIJZIGINGEN FLEXIBEL WERKEN WAT VERANDERT ER VOOR U?

Toelichting op de wet Werk en Zekerheid

ONTSLAGRECHT VERNIEUWD. 5 februari 2014 Richard Geurts Annemarie van Woudenberg

Wetsvoorstel Werk en Zekerheid

Nieuwsbrief januari 2015

Ketenbepaling 4. Onderbrekingstermijnen 5. Aanzegtermijn 6. Proeftijd 6. Concurrentiebeding 7. Oproepcontracten 7. Regatlieregel 8.

Wet Werk en Zekerheid Wijzigingen per 1 juli 2015

Werk en Zekerheid. Presentatie Kring Nijmegen. 10 maart Arno Nagelkerke

DE WET WERK EN ZEKERHEID. Ron Andriessen, Joris Engelsma en Saskia Boonstra

Wet Werk en Zekerheid

Nieuwsbrief juli 2014 Wet Werk en Zekerheid

Nieuwsbrief Wet Werk en Zekerheid

Wetsvoorstel Werk en Zekerheid. Kunstconnectie, VOB, VSCD, VNPF, NAPK 28 januari 2014 P.S. Fluit, Stadhouders Advocaten

Inleiding Wet Werk en Zekerheid. 8 mei 2015 mr. D. Hogenboom Taurus Advocaten

Inhoud. Doelstellingen van de WWZ. Workshop Wet Wet Werk en Zekerheid. Doelstellingen van de WWZ. Wat is er al veranderd per 1 januari 2015

Wijzigingen arbeidsrecht: de nieuwe Wet Werk & Zekerheid

Voorlichting Wet Werk en Zekerheid

3 WIJZIGINGEN PER 1 JULI

Het nieuwe ontslagrecht / WWZ

Wet Werk en Zekerheid

Ontslag en flexibiliteit in UWV werkgeverscongressen 2014 Esther Dik/Alfons Kouwenhoven 19 november 2014

Arbeidsrechtseminar 2014

Arbeidsrecht Actueel. In deze uitgave: Ontslagrecht. Jaargang 19 (2014) november. WW-uitkering

Whitepaper: wijzigingen rondom Wet werk en zekerheid

Wet werk en zekerheid

Wet werk en zekerheid

Wetsvoorstel Werk en Zekerheid. mei 2014

Nieuw Arbeidsrecht Hoe zit het nu en hoe gaat het worden?

Please Payroll Postbus 11, 5700 AA Helmond T (gratis) T E info@please.nl

Wet werk en zekerheid Prof. dr. mr. Willem Bouwens

Het Nieuwe Ontslagrecht De negen belangrijkste wijzigingen en gevolgen voor de werkgever. Jeroen van Engelen TRS Transportkoeling BV.

Wet werk en zekerheid een overzicht 1

ONTBIJTLEZING VERANDERINGEN IN HET ARBEIDSRECHT WEET HOE HET ZIT

Twee jaar Wet Werk en Zekerheid

Wet werk en zekerheid Hoofdlijnen

MKB-Arbeidsvoorwaarden. Jenny van Poortvliet 12 juni 2014

Wet Werk en Zekerheid. de belangrijkste wijzigingen

Wet Werk en Zekerheid

Nieuwsbrief Arbeidsrecht

Data inwerkingtreding. Proeftijd. Overzicht wijzigingen Wijzigingen arbeidsrecht

WeteWerk en Zekerheid WWZ)

DOSSIER WET WERK EN ZEKERHEID versie 1.0, februari 2015

Wijzigingen per 1 juli 2015: van ketenregeling, ontslagrecht, WW en overige

HEADLINE FEATURES: WET WERK EN ZEKERHEID

0) Gaat het om het opzeggen, ontbinden of niet voortzetten** (na een einde van rechtswege)

HR ontwikkelingen Veranderingen in beeld Bijgewerkt met informatie zoals bekend op 1 januari 2016

Wet werk en zekerheid: wat gaat er wijzigen?

Voorlichting Wet Werk en Zekerheid

HR update Arbeidsrecht nu en straks

Wet Werk en Zekerheid. Nathalie van Goor

Lerende netwerken: Arbeidssituaties en wijzigende wetgeving rondom de buurtsportcoach. mr. Jolande Janssen

Actualiteiten arbeidsrecht

Wet Werk en Zekerheid: / wijzigingen en praktische tips

Wet werk en zekerheid

Allergrootste wijziging in 68 jaar Symposium Nieuw Arbeidsrecht d.d. 12 juni 2014

Arbeidsrecht. wijziging door Wet werk en zekerheid Flex Ontslagrecht Werkloosheidswet DE BELANGRIJKSTE WIJZIGINGEN VOOR U OP EEN RIJ

Wet Werk en Zekerheid I: wijzigingen ontslagrecht

HEADLINE FEATURES: WET WERK EN ZEKERHEID

Wet Werk en Zekerheid (WWZ)

Whitepaper Wet werk en zekerheid

Introductie. Programma. - Introductie Wet Werk en Zekerheid. - Oplossen praktijksituaties in groepsverband. - Plenaire bespreking.

Kennis-event. Wet Werk en Zekerheid in relatie tot inhuur en CAO voor flexkrachten. 3 februari 2015

Het ontslagrecht per 1 juli 2015

Wet werk en zekerheid de belangrijkste wijzigingen in flexcontracten, ontslagrecht en WW

Het zwaarwegend belang moet overigens aanwezig zijn bij aangaan van het concurrentiebeding of relatiebeding, maar ook bij einde van het contract.

WIJZIGING ARBEIDSRECHT/ ONTSLAGRECHT. H.F.A. Bronneberg R.C. Breuls

Wet Werk en Zekerheid Wijzigingen in het arbeidsrecht. mr. D.J. (Douwe) de Haan mr. R.G. (Ruben) van Mourik

Wet Werk en Zekerheid. Mr.J.L.J. (Joris) Nelissen

Whitepaper. Wet Werk en Zekerheid

HET NIEUWE ARBEIDS- EN ONTSLAGRECHT De 7 belangrijkste wijzigingen

SEMINAR ONDERWIJS EN WWZ. Maastricht/Eindhoven, april 2015 Erik Jansen

NIEUWSBRIEF. Ouwersloot Kerkhoven Witte Paal 320 a, 1742 LE Schagen. T F

Den Haag, 1 december

DE WET WERK EN ZEKERHEID IN EEN NOTENDOP

Arbeids- en ontslagrecht 9 december 2014 Chris van Wijngaarden

WHITEPAPER. Wet werk en zekerheid: wijzigingen in het arbeidsrecht. Specialist arbeidsrecht, juridisch partner MKB. Laat u vrijblijvend informeren.

Transcriptie:

Wijzigingen inzake de invoering Wet Werk & Zekerheid (versie 25 juni 2014) Per 1 juli 2015; Aanscherping ketenbepaling van artikel 7:668a BW en beperking afwijking bij CAO De 3x3 regel wordt aangepast. In de nieuwe wet zijn nog slechts 3 contracten voor bepaalde tijd toegestaan, voor de duur van maximaal 2 jaar. Hiervan kan nog wel bij CAO worden afgeweken. Maar slechts in het geval er sprake is van een uitzendovereenkomst óf wanneer de noodzaak i.v.m. de intrinsieke aard van de bedrijfsvoering uit de CAO blijkt. De afwijking bij CAO wordt gemaximeerd tot maximaal 6 contracten in maximaal 4 jaar. Fase B van de ABU-CAO is gebaseerd op deze bepaling. Opm: Deze nieuwe regeling is niet van toepassing op jongeren onder de 18 met een gemiddelde omvang van de arbeid van ten hoogste twaalf uur per week. Per 1 juli 2015: Opvolgend werkgeverschap In de wijziging is de definitie van opvolgend werkgeverschap aangepast, zodat ook sprake kan zijn van opvolgend werkgeverschap ongeacht of inzicht bestaat in de hoedanigheid en geschiktheid van de werknemer. Van deze bepaling kan wel bij CAO worden afgeweken. Per 1 januari 2015: Overgangsrecht Voor arbeidsovereenkomsten die reeds gelden op het moment van in werking treden van de wet (1 januari 2015) geldt dat de oude regels van toepassing blijven tot het moment dat die arbeidsovereenkomst eindigt. Voor de CAO die reeds geldt op het moment van inwerkingtreding van de wet (1 januari 2015) én waarin de oude regels toegepast werden, geldt dat de oude regels gelden voor de duur van die CAO, maar hoogstens tot 18 maanden na inwerkingtreding (uitgaande van 1 januari 2015, zou dat dus tot 1 juli 2016 zijn). Gedurende die periode mag de CAO ook worden toegepast op nieuwe arbeidsovereenkomsten. Per 1 juli 2015: Proeftijd Bij arbeidscontracten met een duur tot 6 maanden, mag géén proeftijd meer gegeven worden. Per 1 jan 2015: Aanzegtermijnen contracten voor bepaalde tijd (n.v.t. uitzendbeding) De werkgever moet de werknemer minstens een maand voor het einde van een overeenkomst voor bepaalde tijd schriftelijk informeren over het al dan niet voortzetten van de overeenkomst, en bij voortzetting onder welke voorwaarden hij dat wil doen. Deze verplichting geldt niet: * Als schriftelijk is overeengekomen dat de arbeidsovereenkomst zal eindigen op een tijdstip dat niet op een kalenderdatum is gesteld. Bijvoorbeeld bij een projectencontract. * bij een overeenkomst voor bepaalde tijd van minder dan zes maanden. * bij een uitzendovereenkomst met uitzendbeding. Wanneer de werkgever deze verplichting niet is nagekomen, is hij een vergoeding verschuldigd ter hoogte van één maandloon (of wanneer hij de verplichting te laat is nagekomen, naar rato) De werknemer zal een vordering voor dit bedrag binnen 2 maanden moeten instellen, daarna vervalt de vordering. Let op: voor arbeidsovereenkomsten die reeds voor de inwerkingtreding van de wet tot stand zijn gekomen, maar pas na één maand eindigen (dus na 1 februari 2015) geldt dus wel de bepaling met betrekking tot de aanzegtermijn. Payrolling: De ontslagregels voor payrolling zullen worden aangepast (invulling nog onbekend). 1/5

Per 1 januari 2015: Concurrentiebeding Alleen bij contracten voor onbepaalde duur en bij een meerderjarige mag een concurrentiebeding afgesloten worden. Bij een contract voor bepaalde tijd bestaat deze mogelijkheid dadelijk enkel nog wanneer uit de schriftelijke motivering bij dat beding blijkt dat het beding noodzakelijk is in verband met zwaarwegende bedrijfs- of dienstbelangen. Per 1 juli 2015 (naar verwachting); Scholing faciliteren Er komt een nieuw artikel BW 7:611a (=uitbreiding op goed werkgeverschap). Via dit artikel worden werkgevers verplicht werknemers in staat te stellen scholing te volgen die noodzakelijk is voor de uitvoering van zijn functie of voor het voortzetten van de arbeidsovereenkomst als de functie komt te vervallen of de werknemer die niet meer kan vervullen. Dit laatste enkel voor zover dit redelijkerwijs kan worden verlangd. Per 1 jan 2015; Arbeidsgehandicapten Werkgevers zorgen ervoor dat zij in 2014 5000 banen voor arbeidsgehandicapten hebben gecreëerd. Toets eind 2015. Lukt dit niet, dan volgt een verplicht te behalen quotum. Per 1 januari 2014; Subisidie bij aanname jongeren; Betreft het een jongere met WW of bijstandsuitkering? Tussen 18 tot en met 26 jaar & minimaal 32 uur In dienst na 1-1-2014 & vòòr 31-12-2015? Met een contract van 6 mnd of langer? Dan is tot en met 31-12-2017 premiekorting start na 6 mnd en bedraagt 3500 per jaar. Maximale uitkering is 1750 + 3500 over maximaal 2 jaar. Per 1 januari 2015; VAR Aanvragen via website belastingdienst. U ziet dan direct hoe de Belastingdienst de arbeidsrelatie beoordeelt. Per 1 januari 2014; Langlopende verantwoordelijkheid Alle werkgevers worden verantwoordelijk gesteld, in de hoogte van de door het UWV vastgestelde premie en voor zover niet al privaat verzekerd, voor de Ziektewet en ook voor de WGA. De premie wordt bepaald op wat er is gebeurd in het huidige jaar min 2. (T-2) Voor de WGA geldt daarbij dat als een werkgever genoeg schade heeft veroorzaakt hij daarvoor maximaal 10 jaar lang een verhoogde premie mag gaan betalen. Schijnconstructies tegengaan via Ketenaansprakelijkheid (ingangsdatum jan 2015?): Ook de opdrachtgever (Inlener) wordt aansprakelijk voor het opvolgen van het loonverhoudingsvoorschrift (of inlenersbeloning). De werknemer die te weinig betaald heeft gekregen, kan straks eenvoudiger naar de Rechter stappen om het (volledige)cao-loon te eisen. Hij doet dat via een verzoekschrift. Dus niet langer via een dagvaarding. Verlofregelingen (ingangsdatum onbekend): Onderstaande verlofregelingen worden ten gunste van de werknemer uitgebreid: Aanpassing arbeidsduur / Ouderschapsverlof / Vaderverlof / Zorgverlof / Bevallingsverlof / Calamiteiten- en ander kort zorgverlof 2/5

Per 1 juli 2015; Ontslag Route UWV of kantonrechter - De preventieve toets voor ontslag blijft bestaan. - Route via UWV zal gaan gelden bij een ontslag in verband met bedrijfseconomische redenen of langdurig ziekteverzuim. - Route via de kantonrechter zal gaan gelden voor de overige ontslagsituaties die limitatief in de wet zijn benoemd. Wat een redelijke grond voor ontslag is wordt vastgelegd in (nieuw) art. 7:669 van het Burgerlijk Wetboek. De regels van het UWV (Ontslagbesluit en Beleidsregels UWV) zijn in het nieuwe ontslagrecht opgenomen in het Burgerlijk Wetboek. Voor de nadere regels over opzegging in verband met de ontslagvolgorde bij het vervallen van arbeidsplaatsen (de bedrijfseconomische reden) zal een ministeriële regeling worden opgesteld. Uitgangspunt voor de volgorde van opzegging is het afspiegelingsbeginsel, evenredige spreiding over leeftijdscategorieën. De rechter ontbindt in de toekomst op een termijn gelijk aan de opzegtermijn. De proceduretijd bij het UWV en de kantonrechter komen in mindering op de termijn, mits een maand resteert. Toets rechter na ontslag via UWV: De werknemer kan aan de rechter een toets vragen aan de hand van dezelfde criteria als waar het UWV aan heeft getoetst en aan de rechter verzoeken om de arbeidsovereenkomst te herstellen of een billijke vergoeding toe te wijzen. Als het UWV het ontslag weigert, dan kan de werkgever ontbinding bij de kantonrechter vragen. De rechter moet toetsen aan de hand van dezelfde criteria als waar het UWV aan heeft getoetst. Hoger Beroep en Cassatie: Tegen de uitspraak van de rechter (na de ontbindingsprocedure of na de toets van het ontslag via UWV) is hoger beroep en cassatie mogelijk. Hoger beroep heeft geen schorsende werking Bedenktijd bij vaststellingsovereenkomst De vaststellingsovereenkomst (ook wel ontslag met wederzijds goedvinden genoemd) blijft mogelijk. Maar een werknemer heeft het recht om deze overeenkomst door middel van een schriftelijke melding aan de werkgever binnen veertien dagen na totstandkoming te ontbinden (herroepen). Hij hoeft daarbij geen reden te vermelden. De werkgever dient die termijn wel op te nemen in de overeenkomst, doet hij dat niet dan bedraagt de termijn drie weken. Aanpassing van de ragetlieregel voor AOW-gerechtigden Wanneer een overeenkomst voor onbepaalde tijd op dit moment niet eindigt d.m.v. toestemming van UWV of ontbinding door de kantonrechter, zal een opvolgende overeenkomst voor bepaalde tijd niet van rechtswege eindigen (die moet dan dus alsnog opgezegd worden). Dit wordt de ragetlieregel genoemd. Aan deze bepaling zal worden toegevoegd dat wanneer een overeenkomst voor onbepaalde tijd is geëindigd in verband met het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd op grond van een daartoe strekkend beding, is de ragetlieregel niet van toepassing. Dit kan mogelijk betrokken worden in de CAO-onderhandelingen. Wederindiensttredingsvoorwaarde Net zoals op dit moment in de UWV-beleidsregels zal aan een regulier werkgever een wederindiensttredingsvoorwaarde worden opgelegd. Dit wil zeggen dat wanneer de arbeidsovereenkomst wegens bedrijfseconomische reden is geëindigd en er ontstaat binnen 26 weken een vacature voor dezelfde werkzaamheden, dan is hij verplicht de ontslagen werknemer weer voor die functie aan te nemen, onder de oude voorwaarden. Transitievergoeding Aan het einde van een arbeidsovereenkomst is een transitievergoeding verschuldigd, indien de arbeidsovereenkomst ten minste 24 maanden heeft geduurd. Deze verplichting bestaat voor situaties dat de werkgever de arbeidsovereenkomst heeft opgezegd, of op zijn verzoek is ontbonden of op zijn initiatief niet is voortgezet (dat wil zeggen aan het einde van een overeenkomst voor bepaalde tijd en geldt dus ook voor de uitzendovereenkomst) of wanneer de werknemer dit heeft gedaan door een ernstig verwijtbaar handelen of nalaten van de werkgever. De transitievergoeding bedraagt - voor de eerste 120 maanden van de arbeidsovereenkomst, 1/6e maandloon per halfjaar 3/5

- voor de periode daarna, ¼ maandloon per halfjaar - maar maximaal 75.000 euro of het salaris over 12 maanden wanneer dat hoger is. Berekening arbeidsverleden - maanden waarin de werknemer nog geen 18 jaar oud is én de gemiddelde omvang niet meer dan 12 uur per week was, worden buiten beschouwing gelaten. - elkaar opvolgende arbeidsovereenkomsten met een tussenpoos van ten hoogste zes maanden, worden samengeteld. Wanneer de vorige werkgever echter reeds een transitievergoeding over die periode heeft betaald, dan wordt dat bedrag in mindering gebracht. Uitzondering kleine werkgever Naar aanleiding van een amendement wordt tot 2020 voor kleine werkgevers (gemiddeld minder dan 25 werknemers) een uitzondering gemaakt in de opbouw van de transitievergoeding. In die zin dat het arbeidsverleden in specifieke gevallen slechts beperkt hoeft te worden meegeteld. In artikel 7:673d BW (nieuwe toevoeging) komt te staan dat voor de berekening van de transitievergoeding de arbeidsovereenkomsten gelegen voor 1 mei 2013 buiten beschouwing kunnen worden gelaten indien: - de werknemer werkte voor een bedrijf dat gemiddeld minder dan 25 werknemers in dienst had. De ijkperiode is daarbij de tweede helft van het kalenderjaar voorafgaand aan het einde van de overeenkomst. - Én de arbeidsovereenkomst is geëindigd wegens bedrijfseconomische omstandigheden, vanwege de slechte financiële positie van de werkgever. Deze beperktere opbouwperiode geldt tot 1 januari 2020, daarna moet ook voor deze groepen het gehele arbeidsverleden worden meegeteld (dus ook de periode voor 1 mei 2013). Verrekeningsmogelijkheid Bij Algemene Maatregel van bestuur kan worden bepaald dat onder voorwaarden kosten, gemaakt in verband met het voorkomen van werkloosheid of verkorten van de periode van werkloosheid of andere kosten in verband met het bevorderen van de bredere inzetbaarheid van de werknemer, van de vergoeding kunnen worden afgetrokken. Geen vergoeding is verschuldigd bij een beëindiging van een arbeidsovereenkomst - met een jongere op de dag voordat hij de leeftijd van 18 jaar bereikt en de gemiddelde omvang van de arbeid ten hoogste 12 uur per week heeft bedragen. - in verband met of na het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd, of pensioenleeftijd als dat een andere leeftijd is. Verwijtbaar handelen Wanneer na een einde van rechtswege het niet voortzetten van de arbeidsovereenkomst het gevolg is van ernstig verwijtbaar handelen of nalaten van de werkgever: - kan de kantonrechter naast de transitievergoeding een billijke vergoeding extra toekennen. - kan de kantonrechter een billijke vergoeding toekennen als de werknemer korter dan 24 maanden in dienst is geweest of geen recht heeft op een transitievergoeding. Verhoging bij ernstig verwijtbaar handelen als het ontslag het gevolg is van ernstig verwijtbaar handelen of nalaten door de werkgever, dan kan de rechter aanvullend op de transitievergoeding een billijke vergoeding toekennen. Als de werknemer ernstig verwijtbaar heeft gehandeld of nagelaten, dan kan de situatie aldus zijn dat er geen (of een lagere) vergoeding aan de werknemer wordt toegekend. Overgangsrecht 50+ ers Voor werknemers die bij het eindigen of niet voortzetten van de arbeidsovereenkomst 50 jaar of ouder waren, geldt een overgangsregeling tot 1 januari 2020: de transitievergoeding bedraagt voor deze werknemers een half maandsalaris per zes maanden dat zij na het bereiken van de 50-jarige leeftijd in dienst waren bij de werkgever. Dit geldt niet voor een werkgever met gemiddeld minder dan 25 mensen in dienst. Van de regels met betrekking tot de transitievergoeding kan bij CAO worden afgeweken, wanneer in de CAO een gelijkwaardige voorziening is opgenomen, gericht op het voorkomen van werkloosheid of het bekorten van de periode van werkloosheid. 4/5

Per 1 januari 2016; WW De overheid wil de WW een activerender karakter geven. Zo moet voorkomen worden dat werkzoekenden langer gebruikmaken van een uitkering dan noodzakelijk is. De maatregelen die genomen worden zijn hieronder beschreven. Beperking maximale publieke WW-duur De duur van het publieke deel van de WW wordt verkort van 38 maanden naar 24 maanden. Sociale partners kunnen via CAO-afspraken een aanvullend privaat WW-deel financieren, dit maakt het mogelijk om de duur en opbouw gelijk te houden. De WW-duur wordt met ingang van 2016 geleidelijk per kwartaal met één maand teruggebracht. Arbeidsverleden De duur van het recht op de WW is afhankelijk van het arbeidsverleden, dat zal zo blijven, maar de opbouw zal veranderen. In de eerste tien jaar blijft de manier van opbouw gehandhaafd, dat leidt tot één maand WW-recht voor elk gewerkt jaar. De gewerkte jaren daarna geven recht op een halve maand WW. De overheid wil hiermee de verschillen tussen werknemers met een kort arbeidsverleden en werknemers met een lang arbeidsverleden beperken. Kortdurende WW De kortdurende WW blijft overigens gehandhaafd. Als de werknemer 26 kalenderweken heeft gewerkt uit de laatste 36 kalenderweken dan ontstaat er een recht op drie maanden WW-uitkering. Overgangsrecht ww-rechtenopbouw gaat op 1 juli 2014 Het arbeidsverleden dat is opgebouwd voor 1 januari 2016 wordt gerespecteerd. Indien het arbeidsverleden op 1 januari 2016 meer dan 24 jaar bedraagt, is sprake van een geleidelijke afbouw van de WW-duur tot het nieuwe maximum van 24 maanden. Per 1 juli 2015; aanpassing definitie passende arbeid Op dit moment geldt na één jaar werkloosheid alle werk als passend, deze termijn wordt verkort naar een halfjaar. De werkzoekende kan dus in de eerste 6 maanden zoeken naar werk op zijn of haar niveau, daarna wordt al het werk als passend aangemerkt. Om te voorkomen dat het accepteren van lager betaalde arbeid minder loont dan het hebben van een uitkering wordt er een inkomensverrekening toegepast, waarbij het verdiende loon wordt verrekend met de uitkering. Bij deze aanpassingen aan de uitkeringskant van de WW dient te worden opgemerkt dat het kabinet een aanvraag heeft gedaan bij de SER voor een verkenning van de mogelijkheid van premiedifferentiatie in de WW. Dit betreft dus de financieringskant. NB: dit document is een verkorte analyse van wet- en regelgeving. Hieraan zijn geen rechten te ontlenen. 5/5