d.d. J. 9, Ob, owos- Aanvullend nader bodemonderzoek Wijk 8-12 te Urk

Vergelijkbare documenten
Projectnummer: D Opgesteld door: Ons kenmerk: Kopieën aan: Kernteam

14. Geohydrologie Zuidbuurt eemnes Tauw Kenmerk N BTM-V

ijmegen Datum besluit: Nummer besluit: Locatiecode: NM Adres: Waterstraat in NIJMEGEN Melder: Gemeente Nijmegen

Infiltratieonderzoek autobedrijf Van den Brink Rosendaalsestraat

Verkennend bodemonderzoek Jonasweg 6a/6 te Vaassen

ONTWERPBESLUIT VASTSTELLING ERNST EN SPOEDEISENDHEID VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

Bepaling Gemiddeld Hoogste Grondwaterstand Natuurbegraafplaats te Rooth (Maasbree)

Geohydrologisch onderzoek Centrumplan Oldebroek

omgevingsdienst HAAGLANDEN

Bijlage 1. Geohydrologische beschrijving zoekgebied RBT rond Bornerbroek

Ar<^l!ft'fe;'**rr;0l3.3.r BESCHIKKING GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

Bodemverontreiniging en grondwaterbeheerssysteem Chemours, Baanhoekweg Dordrecht.

Onderzoeksrapportage naar het functioneren van de IT-Duiker Waddenweg te Berkel en Rodenrijs

Hierbij doen wij u de resultaten toekomen van het nader bodemonderzoek op het sportpark De Koepel te Vught.

Verkennend bodemonderzoek plangebied t Spieghel, Grontmij, maart 2004

Beschrijving geohydrologische situatie Vondelpark en Willemsparkbuurt te Amsterdam

BESLUIT VASTSTELLING ERNST EN SPOEDEISENDHEID BIJ DEELONDERZOEK VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

Resultaten bodemonderzoek. Wederik Heerenveen. Creating with the power of nature. Subtitel. Marloes Luitwieler, Heerenveen, 26 nov.

omgevingsdienst HAAGLANDEN Wet bodembescherming - geval van bodemverontreiniging

verontreiniging Maarsbergseweg 21 Leersum\9_Rapportage\9.9_Bodemonderzoek_O&A\ NO01.definitief doc

BIJLAGE BIJ BRIEF (MET ALS KENMERK: ) Opdrachtgever: Project: Gemeente Nijkerk Historisch onderzoek aan de Stoutenburgerlaan Amersfoort/

Bureau Schmidt T.a.v. de heer R. Schmidt Westersingel CK LEEUWARDEN

Engelenweide - Cuneraweg te Rhenen

Aan: Bébouw Ontwikkelingsmaatschappij B.V. T.a.v. de heer O. Kamerbeek Postbus AH IJSSELSTEIN UT. Geachte heer Kamerbeek,

Historisch onderzoek Harderwijkerweg 134a te Ermelo

datum 16 oktober 2018 onderwerp Beschikking Ernst en spoedeisendheid Opslagplaats afgewerkte olie, Volkel projectnummer C16049

omgevingsdienst HAAGLANDEN Beschikking Wet bodembesclierming - geval van bodemverontreiniging

Bouwbedrijf Swart T.a.v. de heer T. Offringa Grote Hornstweg 19 D 9261 VW EASTERMAR

1 Inleiding. Ministerie van Defensie Dienst Vastgoed Defensie (vml. DGW&T) T.a.v. de heer J. van Heemskerk Postbus RA UTRECHT

Omgevingsdienst West-Holland

De projectlocatie ligt globaal op de coördinaten: X = en Y =

Inspectie van de bodem middels een vooronderzoek ter plaatse van de percelen C 2552 en C 2553 in Breda

VERZO NOEN 3 1 JUL 2002

In bijlage 2 is de ligging van de sterke verontreiniging met vinylchloride.

GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

De geomorfologie in het gebied wordt voor een belangrijk deel bepaald door de stuwwalvorming tijdens de Saale-ijstijd (afbeelding I.1).

vooronderzoek Eindhovensebaan 9c te Nederweert

BESLUIT VASTSTELLING ERNST EN SPOEDEISENDHEID VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

Eindhoven, Onderwerp: Briefrapportage grondwatermonitoring Uden-Centrum 2016/ 2017 Projectnummer: Referentienummer: SWNL

Rapportage Sanscrit.nl

omgevingsdienst HAAGLANDEN

kade Peil vaart -0.4 Gws binnen kuip -3.9 Waterdruk die lek veroorzaakt

1 Inleiding en projectinformatie

omgevingsdienst HAAGLANDEN

Rapportage Sanscrit.nl

beschikking vaststelling ernst en spoed bodemverontreiniging Breudijk 42 Harmelen (gemeente Woerden) UT0632/ Inleiding

BESLUIT VASTSTELLING ERNST EN SPOEDEISENDHEID VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT VASTSTELLING ERNST EN SPOEDEISENDHEID VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

omgevingsdienst HAAGLANDEN

Rapport. Venderstraat 5 te Haler B1416. Bergs Advies BV Leveroyseweg 9A 6093 NE Heythuysen dhr. N. Maes. Definitief

BESLUIT VASTSTELLING ERNST EN SPOEDEISENDHEID BIJ DEELONDERZOEK VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

de heer S.P. Schimmel Postbus HB Tiel Geachte heer Schimmel,

De projectlocatie ligt globaal op de coördinaten: X = en Y =

: M. Scheffers en mevr. G.P.M. Scheffers - de Jong Oliviersweg achter 9A 5061 PL Oisterwijk

BIJLAGE 1 - Onderzoekslocatie -

Geohydrologische situatie Burg. Slompweg

Watertoets De Cuyp, Enkhuizen

Geohydrologische adviezen De Wehme a/d Nieuwstad te Vorden

E Van. Hydrologisch onderzoek invloed bemaling tunnelbak op VOCL verontreiniging

Monitoringsplan Wederik Heerenveen, kenmerk /

Aan Hoeflaken Advies, bemiddeling & regie, T.a.v. de heer J.A. Hoeflaken, Maasdijk 10, 5308 LW Aalst. Geachte heer Hoeflaken,

GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

- beschikking - niet ernstige bodemverontreiniging Baanstraat te Woerden

Modelberekeningen. 1 Geohydrologische berekeningen

Het doel van het aanvullend onderzoek is het verkrijgen van aanvullende informatie over de verontreiniging.

BESLUIT VASTSTELLING ERNST EN SPOEDEISENDHEID VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

omgevingsdienst HAAGLANDEN

1 INLEIDING 2 2 LOCATIEGEGEVENS 3 3 OPZET ONDERZOEK 5 4 UITVOERING ONDERZOEK 6 5 TOETSING EN INTERPRETATIE 9 6 CONCLUSIE 10

BESLUIT VASTSTELLING ERNST EN SPOEDEISENDHEID BIJ DEELONDERZOEK VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT VASTSTELLING ERNST EN SPOEDEISENDHEID BIJ VOLLEDIG ONDERZOEK VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

Deze bodemsanering is uitgevoerd op de locatie kadastraal bekend als: Kadastrale gemeente Sectie Nummer De Bilt D 7723

omgevingsdienst HAAGLANDEN Beschikking Wet bodembescherming - geval van bodemverontreiniging

omgevingsdienst HAAGLANDEN

Ruimtelijke Ontwikkeling en Beheer

MEMO DHV B.V. Logo. : SAB Arnhem : Michiel Krutwagen. : St Elisabethgaarde Winterswijk : Watertoetsnotitie. Datum : 13 januari 2012

SKB-project 6416 Nieuwe processen achterna. Demonstratielocatie Venlo

omgevingsdienst HAAGLANDEN

omgevingsdienst HAAGLANDEN Beschikking Wet bodembescherming - geval van bodemverontreiniging

omgevingsdienst HAAGLANDEN

BESLUIT VASTSTELLING ERNST EN SPOEDEISENDHEID BIJ VOLLEDIG ONDERZOEK VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

DHV B.V. Woningstichting Barneveld/Apeldoornsestraat te Voorthuizen bijlage 1 MD-DE

omgevingsdienst HAAGLANDEN

Projectnummer: C /LB. Opgesteld door: Tristan Bergsma. Ons kenmerk: :0.2. Kopieën aan: Cees-Jan de Rooi (gd)

BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

provincie::utrecht

MONITORING GRONDWATERSTANDEN 3E OOSTERPARKSTRAAT EN VROLIKSTRAAT TE AMSTERDAM

EFFECTEN PEILVERHOGING watergang langs het voormalige DEK terrein nabij Oostersingel en Vlietsingel te MEDEMBLIK

BESLUIT VASTSTELLING ERNST EN SPOEDEISENDHEID VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

provincie:: Utrecht VERZO N D EN 0 1 APR 2003 Aan: Houtkamp, s Bouwbedrijf B. V. t.a.v. de heer ing. P. KeIler Boterdijk NA Uithoorn

Gemeente Losser T.a.v. de heer H. Plegt Raadhuisplein AG Losser. Geachte heer Plegt,

Aan: de heer D.W. Cazant Gieltjesdorp EK Kockengen. Geachte heer Cazant,

omgevingsdienst HAAGLANDEN

Ter plaatse van het hierboven genoemde perceel is sprake van een geval van ernstige verontreiniging als bedoeld in artikel 29 lid 1, van de Wbb.

BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

omgevingsdienst HAAGLANDEN Wet bodembescherming - geval van bodemverontreiniging

Stap1: Ernst van de verontreiniging: Er is sprake van een geval van ernstige verontreiniging als gevolg van: - Ernstige bodemverontreiniging

BESLUIT VASTSTELLING ERNST EN SPOEDEISENDHEID VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

- beschikking - ernst en niet-spoedeisendheid bodemverontreiniging Dorpsstraat 113 te Harmelen gemeente Woerden

- beschikking - vaststelling ernst en spoed Kanonsdijk nabij 7 Maartensdijk

Martens Aannemingsbedrijf bv t.a.v. de heer M. Martens Postbus AB Lekkerkerk.

Transcriptie:

d.d. J. 9, Ob, owos- Aanvullend nader bodemonderzoek Wijk 8-12 te Urk )

WINW.syncera-destraat.nl Aanvullend nader bodemonderzoek Wijk 8-12 te Urk Eindrapport In opdracht van Opgesteld door Projectnummer Documentnaam Datum Provincie Flevoland Syncera De Straat BV B04G0186 G:\Data\Project\bodem04\B04G0186\eindrapport 25 maart 2005 NO\b04g0186.r03.doc Syncera De Straat is onderdeel van Syncera. KvK 27184323 -ING Bank Delft 659374331. Syncera De Straat is IS09001 :2000 en VCA*' gecertificeerd.

2.2 Bodemopbouw en geohydrologie 3 3 Verontreinigingssituatie op basis van voorgaand bodemonderzoek 3.1 Referentiekader 3.2 Resultaten uitgevoerde bodemonderzoeken 3.3 Interpretatie uitgevoerde bodem- en luchtonderzoeken 7 7 7 9 4 Aanvullend onderzoek 11 4.1 De verontreinigingssituatie ter plaatse van de woning Wijk 8-12 11 4.2 De omvang van het freatisch verspreidingsgebied 14 4.3 De mate van doorslag naar het eerste watervoerend pakket 14 4.4 De mogelijke aanwezigheid van zinklagen en kerngebiedjes aan de voorzijde van de woningen 18 4.5 De omvang van de verspreiding in het eerste watervoerend pakket 21 4.6 Natuurlijke afbraak 22 4.7 Verspreidingsrisico's 22 5 Verontreinigingssituatie 5.1 Woningen en achterliggend gebied (vlek 1) 5.2 Voorzijde woningen (vlek 2) 5.3 Oorzaken van de verontreinigingen 5.4 Natuurlijke afbraak 6 Risico-beoordeling 6.1 Humane risico's 6.2 Verspreidingsrisico's Bronvermelding 23 23 24 26 27 29 29 29 31 Bijlage 1 Bijlage 2a1 Bijlage 2a2 Bijlage 2b Bijlage 3a1 Bijlage 3a2 Bijlage 3a3 Bijlage 3b1 Bijlage 3b2 Bijlage 3a3 Bijlage 4a Bijlage 4b Bijlage 5 Bijlage 6 Bijlage 7 Bijlage 8 Overzichtstekening (schaal 1:25.000) Situatietekening onderzoekslocatie met boorpunten NO (2003) en Aa Detailtekening (schaal 1: 100) Situering bodemluchtmetingen (schaal 1:250) Verontreinigingssituatie grond (tot 3,5 m-mv) Verontreinigingssituatie grond, veenlaag (3,5-5,0 m-mv) Verontreinigingssituatie grond, eerste wvp (vanaf 5,0 m-mv) Verontreinigingssituatie freatisch grondwater Verontreinigingssituatie grondwater veenlaag (3,5-5,0 m-mv) Verontreinigingssituatie grondwater, eerste wvp (vanaf 5,0 m-mv) Toetsing analyseresultaten grond conform Wbb Toetsing analyseresultaten grondwater conform Wbb Boorbeschrijvingen Analysecertificaten Rapportage ventlatiemetingen (Adviesburo Nieman, 25 februari 2005) Verklarende woordenlijst Opgesteld door Syncera De Straat B.v. 25 maart 2005, Eindrapport

voor het uitvoeren van een aanvullend nader bodemonderzoek en een saneringsonderzoek voor de locatie Wijk 8-12 te Urk (locatiecode: FL018400034). De ligging van de onderzoekslocatie is weergegeven in bijlage 1. In dit rapport wordt het aanvullend nader onderzoek en de resultaten ervan beschreven. Het saneringsonderzoek wordt apart gerapporteerd. Op de locatie is in grond en grondwater een verontreiniging met vluchtige gechloreerde koolwaterstoffen (VOCI) aangetoond. Het betreft een geval van ernstige bodemverontreiniging en urgente sanering. De verontreiniging bevindt zich deels onder de woonhuizen en de tuinen. Momenteel is de locatie in gebruik als wonen met tuin. De bestemming wordt in de nabije toekomst niet gewijzigd. Aanleiding voor het aanvullend nader onderzoek en saneringsonderzoek is het nader onderzoek, dat in juni 2003 door Grontmij op de onderzoekslocatie is uitgevoerd (bron 1). Door Gedeputeerde Staten van de provincie is op 20 juli 2004 vastgesteld in een beschikking dat sprake is van een ernstig geval van bodemverontreiniging en dat de sanering moet zijn aangevangen voor mei 2008. Vanwege het grote maatschappelijke belang (er heerst onvrede en onrust in de buurt) is de provincie echter voornemens om de sanering zo spoedig mogelijk te starten. Het doel van het uit te voeren aanvullend nader bodemonderzoek is om de gehele verontreinigingssituatie goed in kaart te brengen en alle actuele risico's vast te stellen. Aandachtspunten hierbij zijn: de verontreinigingssituatie ter plaatse van de woning Wijk 8-12; de omvang van het freatisch verspreidingsgebied; de mate van doorslag naar het eerste watervoerend pakket; de mogelijke aanwezigheid van zinklagen en kerngebiedjes aan de voorzijde van de woningen; de omvang van de verspreiding in het eerste watervoerend pakket; duurzame natuurlijke afbraak in: * het freatisch grondwater (ondiepe bodem tot ca. 1,5 m-mv); * het klei/veen pakket van 1,5 tot 5,0 m; * het eerste watervoerend pakket vanaf ca. 5,0 m-mv; verspreidingsrisico' s. In bijlage 8 is een verklarende woordenlijst opgenomen. Opgesteld door Syncera De Straat B.V. 25 maart 2005, Eindrapport pagina 1

1- De onderzoekslocatie bevindt zich aan de Wijk 8 (nummer 12) en omgeving (omliggende woonhuizen met tuin en de openbare weg) te Urk (zie bijlage 1 en 2). Het perceel Wijk 8-12 heeft een omvang van circa 120 m2 en staat kadastraal bekend als gemeente Urk, sectie B nummer 5664. De locatie is in gebruik als woonhuis met tuin en openbare weg. In de periode van 1976 tot 1982 was ter plaatse van Wijk 8-12 de chemische wasserij K.W. De Gans (voormalig Bor) gevestigd, waar kleding werd gereinigd (met perchloorethyleen) en geperst. De wasserij bevond zich in het achterste gedeelte van het pand. In 1976 is aan de noordwestzijde van het pand een aanbouw gerealiseerd, waar aan de buitenzijde een spuiput (lozingsput) met overloop naar de riolering aanwezig was (zie bijlage 2a1). Daarnaast is in datzelfde jaar de voormalige steeg aan de zijkant (grenzend aan perceel 12a) dichtgebouwd. In 1984 is het pand met de aanbouw verbouwd tot woonlocatie. In 1990 is aan de noordoostzijde een nieuwe aanbouw gerealiseerd, waardoor de aangebouwde delen zich sindsdien over de gehele breedte van de locatie uitstrekken. Volgens een bouwtekening van de locatie uit 1976 (informatie afkomstig van de gemeente Urk, bron 7) liep de riolering ten tijde van de wasserij vanuit zowel de wasserij als het woonhuis naar de achterzijde, waar deze was aangesloten op het gemeenteriool. Daarnaast bevindt zich ter plaatse van de voormalige steeg tussen Wijk 8-12 en 12a een huisaansluiting naar het gemeenteriool aan de voorzijde van het pand (onder de openbare weg). Uit gegevens van de gemeente Urk (bron 7) blijkt daarnaast dat aan de voorzijde van Wijk 8 12a (kapperszaak) op de hoek van de openbare weg een gemetselde zinkput van de riolering aanwezig is. De zinkput stamt volgens de verkregen informatie van voor W.O. 11. Verder is tijdens de aanvullende ventilatiemetingen in de kruipruimtes (zie hoofdstuk 4) ter plaatse van de ingang van de kapperszaak op nummer 12a een gemetselde put direct onder de kruipruimte aangetroffen. Verdere gegevens over deze put zijn niet bekend. De ligging van de beide putten is in bijlage 2a2 weergegeven. 2.2 Bodemopbouw en geohydrologie Onderstaand wordt een beschrijving gegeven van de bodemopbouw en geohydrologie op basis van het uitgevoerde nader bodemonderzoek (bron 1), het historisch onderzoek van de Provincie Flevoland (opgenomen in bron 1), gegevens uit de 'Grondwaterkaart van Nederland' (bron 3) en het onderhavige aanvullend nader onderzoek. Opgesteld door Syncera De Straat B.v. 25 maart 2005, Eindrapport pagina 3

Tabel 1: bodemopbouw (schematisch) n 6 Diepte Dikte (m) eenheid -4,5-35 (m+/- +2 +0,4 tot -2,5 (Geo)hydrologische 1,6 tot NAP) +0,4 - Watervoerende Ophooglaag 2,9 31,0 Deklaag 2" 265,0 1" 1,5-4,5 tot tot à watervoerend scheidende - tot --300-35 -3,0 3,4 2,0 Westlandformatie Ophooglaag: fijn tot matig Lokaal (veldgegevens) maaiveld Lithostratigrafische Formatie laag pakket grindbijmengingen Siltig Keileem, met Zandige Samenstelling Matig van grindige (Holoceen) op ca. zand grof Drenthe Urk Harderwijk NAP klei zand met eenheid (dikte lagen Enschede + plaatselijk fijnzand hoven Eind- 2,0 circa m 2,5 meter) en veen (dikte circa fijn 1,0 puinbijmengingen zand meter) klei met lichte 3" watervoerend pakket Diepte Het maaiveld ter plaatse van de onderzoekslocatie bevindt zich op circa 2,0 m + NAP. De regionale bodemopbouw wordt gedomineerd door gestuwde keileemafzettingen met daaroverheen de slecht doorlatende Holocene deklaag. Hierdoor vormen de deklaag en de 18 scheidende laag vaak één pakket, waartussen plaatselijk een min of meer watervoerende laag bevindt. Lokaal bestaat de bodem vanaf het maaiveld uit een zandlaag (tot circa 1,6 m-mv) met daaronder een zandige kleilaag (van 1,6 tot circa 3,5 m-mv). Hieronder bevindt zich een veenlaag (van circa 3,5 tot 4,5 à 5,0 m-mv), met daaronder een zand pakket met plaatselijk grindbijmengingen (tot minimaal 10,5 m-mv). De stroming van het freatisch grondwater wordt bepaald door lokale omstandigheden (o.a. het waterpeil in het zogenaamde "Urksysteem"). Hierdoor is de stromingsrichting van het freatische grondwater niet eenduidig. Op basis van de vorm van de pluim van verontreiniging kan een min of meer noordelijke stromingsrichting voor het freatisch grondwater worden afgeleid. De grondwaterstand varieert van 1,1 tot 1,7 m-mv. Regionaal is sprake van een infiltratiesituatie, die wordt veroorzaakt door stijghoogteverschillen tussen het freatische en het diepere grondwater uit het eerste watervoerend pakket. De stromingsriching in het eerste watervoerend pakket is globaal van west naar oost. Opgesteld door Syncera De Straat BV 25 maart 2005, Eindrapport pagina 4

ver. Ter plaatse van de voormalige wasserij (aan de noordzijde van de onderzoekslocatie, peilbuis 124) bedraagt de horizontale doorlaatfactor 0,03 tot 0,06 m/dag. Aan de zuidzijde van de onderzoekslocatie (peilbuis 122) bedraagt de horizontale doorlaatfactor van de kleilaag circa 0,06-0,1 m/dag. Van de onderliggende veenlaag (3,5-4,5 m-mv) kon de doorlaatfactor zowel aan de noord- als aan de zuidzijde niet worden bepaald, aangezien beide peilbuizen in het veen (121 en 123) te weinig water bevatten om een dergelijke meting te doen. Vanwege de geringe levering van de beide peilbuizen mag worden aangenomen dat de horizontale doorlaatfactor van de veenlaag zeer laag is (circa 0-0,01 m/dag). Opgesteld door Syncera De Straat B.v. 25 maart 2005, Eindrapport pagina 5

Op de onderzoekslocatie (Wijk 8-12) zijn in het verleden een oriënterend bodemonderzoek en een nader bodemonderzoek uitgevoerd. Het betreft de volgende onderzoeken: Oriënterend bodemonderzoek Wijk 8-12 te Urk; Grontmij (project FL025-0-034); juli 2001). Nader onderzoek Wijk 8-12 op Urk; Grontmij (projectcode FL02500034); juni 2003. Daarnaast is op de onderzoekslocatie een aantal malen een luchtonderzoek naar de kwaliteit van de lucht in de betrokken panden uitgevoerd. Op de resultaten van de luchtonderzoeken wordt in dit hoofdstuk beperkt ingegaan. 3.1 Referentiekader In de hoofdstukken 3 tot en met 6 worden de onderzoeksresultaten en de verontreinigingssituatie op de onderzoekslocatie besproken. Hierbij is gebruik gemaakt van de volgende terminologie: Concentratie beneden of gelijk aan de streefwaarde: niet verhoogd. Concentratie boven de streefwaarde en beneden of gelijk aan de tussenwaarde: licht verhoogd. Concentratie boven de tussenwaarde en beneden of gelijk aan de interventiewaarde: matig verhoogd. Concentratie boven de interventiewaarde: sterk verhoogd. 3.2 Resultaten uitgevoerde bodemonderzoeken 3.2.1 Aard van de verontreiniging Op de locatie is een verontreiniging met vluchtige gechloreerde koolwaterstoffen (VOCI) aanwezig. Het betreft een verontreininging van chloorethenen, namelijk tetrachlooretheen (PER), trichlooretheen (TRI, cis 1,2-dichlooretheen (CIS) en vinylchloride (VC). Door de voormalige chemische wasserij is in het verleden tetrachlooretheen (PER) gebruikt. De andere chloorethenen zijn producten die door natuurlijke afbraak in de bodem zijn gevormd. Deze afbraak kan uiteindelijk resulteren in de vorming van etheen en ethaan. De natuurlijk afbraak van PER volgt het mechanisme waarbij telkens een chlooratoom afplitst (dechlorering); zie figuur 1). Opgesteld door Syncera De Straat B.v. 25 maart 2005, Eindrapport pagina 7

Ct ft A H H Cl K H ~ H H 3.2.2 Resultaten voorgaand onderzoek Uit de resultaten van het oriënterend en nader bodemonderzoek blijkt het volgende: Op de onderzoekslocatie is sprake van een geval van ernstige bodemverontreiniging met vluchtige koolwaterstoffen (VOCI) in zowel de grond als het grondwater (met name CIS, PER en VC). Aan de achterzijde van de bron locatie (Wijk 8-12) en het naastgelegen perceel (Wijk 8-12a) zijn in de bovenste 2,0 meter van de grond (zand- en kleilaag) plaatselijk matig tot sterk verhoogde concentraties CIS, PER en VC aangetoond. Van de onderliggende veenlaag zijn geen grondmonsters geanalyseerd. De verontreiniging van de zand- en kleilaag is in horizontale richting uitgekarteerd. Aan de voorzijde van de onderzoekslocatie is in één boring een sterk verhoogde concentratie CIS in de bovenste 2,0 meter van de bodem aangetoond. Daarnaast zijn in enkele boringen licht verhoogde concentraties VOCI aangetoond. De verontreiniging in de grond is hier tijdens het NO (Grontmij) met name in verticale richting niet volledig uitgekarteerd. Het freatisch grondwater aan de achterzijde van de onderzoekslocatie is sterk verontreinigd met CIS, PER en/of VC. De sterke verontreiniging van het grondwater overschrijdt de grenzen van de locatie Wijk 8-12 en lijkt zich aan deze kant van de onderzoekslocatie via de tracés van riolering en/of waterleiding in noordelijke richting te verspreiden. Daarnaast heeft verspreiding naar de voorzijde van de onderzoekslocatie plaatsgevonden, vermoedelijk eveneens via het tracé van de (huisaansluiting van de) riolering. De verontreiniging van het freatisch grondwater is tijdens het NO (Grontmij) in noordelijke en westelijke richting nog niet volledig uitgekarteerd, maar uitgegaan wordt dat een bodemvolume met een omvang van circa 1.200 m3 groter dan de interventiewaarde is verontreinigd. Zowel aan de achterzijde (ter plaatse van de voormalige wasserij) als aan de voorzijde (voor de ingang van de kapperswinkel op nummer 12a) is daarnaast een sterke verontreiniging van het diepere grondwater (vanaf 5,0 m-mv) aangetoond. De omvang van de grondwaterverontreiniging op deze diepte is niet vastgesteld. Op basis van een uitgevoerde risico-beoordeling door Grontmij is geconcludeerd dat er geen actuele verspreidingsrisico's aanwezig zijn, maar dat er (mede op basis van de uitgevoerde luchtmetingen in de woningen) actuele humane risico's bestaan. De verontreiniging is derhalve als urgent aangemerkt. Opgesteld door Syncera De Straat B.V. 25 maart 2005, Eindrapport pagina 8

derzoek en saneringsonderzoek opnieuw geïnterpreteerd. Hieruit wordt, mede op basis van onze ervaring met vergelijkbare situaties, het volgende geconcludeerd: 1- Gezien de mate van uitdamping uit de bodem, kan zich ter plaatse van de woning Wijk 8-12 een bron van verontreiniging bevinden. In de kruipruimtes van de aangrenzende woningen is vrijwel geen VOGI aangetoond. Dit duidt er op dat onder deze aangrenzende woningen geen bron van VOGI-verontreiniging in de ondiepe bodem aanwezig is. In de buitenlucht wordt selectief TRI aangetoond. Dit wijst op een luchtemissie van TRI in de buurt van de locatie. In de openbare weg ten zuiden van de locatie Wijk 8-12a lijkt ook een kerngebied aanwezig te zijn. Dit kan betekenen dat er een huisaansluiting van het riool (waarschijnlijk in combinatie met een zinkput) van de wasserij op het riool van de Oranjebuurt uitkwam. In de zandige bovengrond vindt enige horizontale verspreiding plaats. Gezien de bodemopbouw en de grondwaterstand, die ligt rond het grensvlak van de zandige ophoog laag en de onderliggende klei/veen bodem, is het niet uit te sluiten dat de verspreiding vooral plaats vindt via voorkeurstromen (vergravingen van oude fundaties, rioleringssleuf e.d.). Op en in het onderliggende kleilveenpakket kan ter plaatse van de verontreinigingskern(en) PER in productvorm aanwezig zijn. Buiten de kerngebieden zal de VOGI-verontreiniging voornamelijk aanwezig zijn in de zandige bovengrond vanaf de grondwaterstand tot enkele decimeters in het kleipakket. Gezien het slecht doorlatende klei/veen pakket zal de doorslag naar het eerste watervoerend pakket gering zijn. Herbemonsteringen van het grondwater van de peilbuizen 40 en 41 (NO Grontmij), die in het watervoerend pakket staan, wijzen hier ook op. Bij de eerste bemonstering na plaatsing van deze peilbuizen worden relatief hoge gehalten aan VOGI gemeten, terwijl in de herbemonsteringen de gehaltes substantieel zijn afgenomen, met name die van PER. Dit wijst op een contaminatie, die is opgetreden bij plaatsing van de peilbuizen (versmering van verontreinigde bovengrond over het filtertraject). Door de geringe doorlatendheid van het kleilveenpakket is de verblijftijd van de VOGIverontreiniging in dit pakket relatief lang. Eventuele doorslag van PER naar het eerste watervoerend pakket als gevolg van dichtheidsstroming zal zich reeds geruime tijd geleden voltrokken hebben. De verontreiniging is immers relatief lang gelden ontstaan (minimaal 22 jaar geleden). Dit betekent dat door de natuurlijke afbraak in het klei/veen pakket alleen afbraakproducten van PER aangetroffen zullen worden in dit eerste watervoerend pakket. De uitgevoerde metingen in het kader van het nader onderzoek wijzen hier ook op (in de laatste herbemonsteringen zijn alleen GIS en VG in het grondwater aangetoond). De VOGI-verontreiniging breekt van nature af tot ten minste vinylchloride (VG). In kleilveenbodems breekt VG in vele gevallen ook verder af naar etheen. Echter over het algemeen is in dit type bodems de afbraak vanaf GIS vrij traag. De duurzaamheid van de natuurlijke afbraak van VOGI in het kleilveenpakket is afhankelijk van de samenstelling van het veen en de vracht aan VOGI in dit pakket. Het is over het algemeen lastig om de vracht aan VOGI in dit type pakket vast te stellen. De verspreiding als gevolg van dichtheidsstroming van PER is immers veelal grillig. Opgesteld door Syncera De Straat B.v. 25 maart 2005, Eindrapport pagina 9

gevoerd. Hierbij is aandacht besteed aan de volgende zaken: de verontreinigingssituatie ter plaatse van de woning Wijk 8-12; de omvang van het freatisch verspreidingsgebied; de mate van doorslag naar het eerste watervoerend pakket; de mogelijke aanwezigheid van zinklagen en kerngebiedjes aan de voorzijde van de woningen; de omvang van de verspreiding in het eerste watervoerend pakket; duurzame natuurlijke afbraak in: * het freatisch grondwater (ondiepe bodem tot ca. 1,5 m-mv); * het klei/veen pakket van 1,5 tot 5,0 m; * het eerste watervoerend pakket vanaf ca. 5,0 m-mv; verspreid ingsrisico' s. In dit hoofdstuk worden de resultaten van het aanvullend onderzoek beschreven. De boringen en peilbuizen van het aanvullend onderzoek zijn weergegeven in bijlage 2a1 en 2a2. 4.1 De verontreinigingssituatie ter plaatse van de woning Wijk 8-12 4.1.1 Bodemluchtmetingen (detectie van eventuele kerngebieden) 1- Om de eventuele aanwezige bronnen op te sporen die zorgen voor nalevering van verontreinigende stoffen naar het grondwater vanuit de grond en die zorgen voor uitdamping naar de bodemlucht en de kruipruimtes, zijn bodemluchtmetingen uitgevoerd. In totaal zijn op en direct rondom de onderzoekslocatie 21 bodemluchtmetingen uitgevoerd. Bij elk van de bodemluchtmetingen is bodemlucht onttrokken vanaf een diepte van circa 1,1 m-mv (lengte sondes circa 1,2 meter). Hierbij wordt opgemerkt dat de uitvoering van de bodemluchtmetingen onder de woningen werd bemoeilijkt door de geringe toegankelijkheid (hoogte) van de kruipruimtes en de aanwezigheid van een betegelde vloer in de woningen. De locaties van de bodemluchtmetingen zijn weergegeven in bijlage 2b. De resultaten van de bodemluchtmetingen zijn in tabel 2 weergegeven. 1- Opgesteld door Syncera De Straat SV. 25 maart 2005, Eindrapport pagina 11

*Referentie: lucht kelder = 11,1; lucht kruipruimte zelf = 11,2; de kelder was ten tijde van de metingen erg vochtig en bedompt, waarschijnlijk is de PlO-meter hierdoor beinvloed; de meting is derhalve niet geheel betrouwbaar. Opvallend in dit verband zijn de relatief lage waarden van de bodemluchtmetingen. Oe maximale waarde is 3,3 ppm uitgezonderd de waarde bij punt 18 (kruipruimte van de woning op nummer 8-10) die veroorzaakt is door een relatieve hoge luchtvochtigheid. Oe praktijk leert dat bij gevallen, waar duidelijk sprake is van een kerngebied van VOGI-verontreiniging in de bovengrond, de PlO-waarden veelal boven de 50 ppm liggen. In de meetserie langs de voorzijde van de locatie nemen de PlO-waarden toe van 0,9 ppm naar 3,3 ppm om vervolgens weer af te nemen. Aan de achterzijde variëren de PlO-waarden van 1,6 tot 2,4 ppm. Wanneer deze laatste waarden gecorreleerd worden aan de VOGI-gehaltes in de bodem dan blijken deze waarden op het niveau van 1,2 tot 1,4 m-mv toch relatief laag te zijn (2,5 mg/kg.ds aan PER, 0,28 mg/kg.ds aan TRI, 0,4 mg/kg.ds aan GIS en <0,03 mg/kg.ds aan VG), hoewel ze wel de I-waarden overschrijden. Aan de hand van de bodemluchtmetingen kan gesteld worden dat het concentratieniveau aan PER in de grond onder de woning van nummer 8-12 enkele mg/kg.ds zal bedragen. Oe bodemgasmetingen onder de kruipruimte van de woning van nummer 8-12 worden, gezien het verloop van de PlO-waarden en de verhouding met de PlO-waarden aan de buitenzijde van de woningen, als representatief voor de situatie onder de woning beschouwd. Bij de luchtmetingen, die in het verleden uitgevoerd zijn, is het opvallend dat alleen bij de woning van nummer 8-12 hoge gehaltes aan VOGI in de kruipruimte en in de woonruimte zijn aangetoond. In de aangrenzende woningen zijn in de kruipruimtes substantieel lagere danwel geen verhoogde waarden gemeten. In tabel 3 is het overzicht van de luchtmetingen weergegeven. Hierbij zijn alleen de PER-gehaltes genoteerd, omdat PER de belangrijkste component is. Opgesteld door Syncera De Straat B.V. 25 maart 2005, Eindrapport pagina 12

In de bodemlucht onder de woning van nummer 8-12 is op de PlO-meter 3,3 ppm gemeten. Ervan uitgaande dat in de bodemlucht grotendeels PER aanwezig is, komt deze waarde van 3,3 ppm, rekening houdend met de responsiefactoren op de PlO-meter, overeen met ca. 13 mg/m3 lucht (= 13.000 Ilg/m\ Wanneer de meetgegevens van de kruipruimtelucht worden vergeleken met de omgerekende gehaltes in de bodemlucht, dan blijkt dat de gehaltes aan PER voor de meting van 2002 bij de woning van nummer 8-12 slechts een factor 2 lager liggen. Dit betekent dat in de tijd van de kruipruimteluchtmeting vrijwel geen ventilatie van de kruipruimte optrad. 4.1.2 Ventilatiemetingenkruipruimte Om de mate van ventilatie vast te stellen, zijn op 17 februari 2005 ventilatie metingen in de kruipruimtes van perceel 10, 12 en 12a uitgevoerd. De metingen zijn uitgevoerd door Adviesburo Nieman uit Zwolle. In bijgevoegde rapportage (bijlage 7) zijn de resultaten van de kruipruimtemetingen weergegeven. Uit de metingen blijkt dat de kruipruimtes van de woningen op nummer 10 en 12a ventileren, maar niet via de voorzieningen in de kruipruimtes zelf maar via de woonruimte door openingen in de begane grondvloeren (thermisch drukverschil). Deze ventilatie treedt bij de woning op nummer 8-12 niet op omdat de openingen in de begane grondvloer waren afgedicht met PUR. In dit kader wordt opgemerkt dat in juni 2003 (naar aanleiding van de luchtmetingen van 2002) bouwtechnische modificaties ter plaatse van de woning Wijk 8-12 zijn aangebracht, bestaande uit een laag schelpen in de kruipruimte, de PUR-afdichtingen van de begane grondvloer en ventilatieopeningen aan de voorzijde en achterzijde. Aan de achterzijde is het aanbrengen van de ventilatieopeningen destijds mislukt. Wanneer deze gegevens in relatie worden gebracht met de resultaten uit tabel 3, kan geconcludeerd worden dat het aanbrengen van de laag schelpen in de kruipruimte van 8-12 enige dampremmende werking heeft. Het aanbrengen van de ventilatieopeningen aan de voorzijde van de woning heeft geen effect gehad op de ventilatie (luchtdoorstroming) van de kruipruimte. Door het aanbrengen van de PUR-afdichtingen van de begane grondvloer is de kruipruimteventilatie mogelijk verminderd. Wel is hierdoor waarschijnlijk minder verontreinigde lucht naar de woning doorgesijpeld. Opgesteld door Syncera De Straat BV. 25 maart 2005, Eindrapport pagina 13

richting) vast te stellen, zijn vijf peilbuizen geplaatst (101 t/m105, zie bijlage 2). Daarnaast zijn de peilbuizen 10 en 14 (NO Grontmij) herbemonsterd. In tabel 4 zijn de toetsingswaarden weergegeven. < - + 0 < ++1200 ++310 ++6,2 00,1-0,1 230 18+ 0,1 180 Tabel < 7,57 300 102-1-1 1085 4-1-2005 7,35 7,16 *14-1-1 *10-1-1 104-1-1 884 912 45 9-2-2005 250 1503 590 591 34 4,7 720 0,5 310 0,33 0,22 0,1 3,3 7,15 7,47 105-1-1 103-1-1 210 100 4: < 0 Aangetroffen 702 4-1-2005 7,45 0,12 270 101-1-1 0,2 170 gehaltes (IJgIl) in freatisch grondwater met toetsing conform de Wbb trans-1,2 dichlooretheen Monsternummer ++ = concentratie> I; + = concentratie >T; 0 = concentratie >S ; - = concentratie <S ; < = concentratie < detectielimiet * betreft peilbuis uit NO Grontmij De sterk verhoogde concentratie CIS in peilbuis 103 is lager dan de aangetoonde concentratie CIS in peilbuis 29 (NO Grontmij), hetgeen erop duidt dat de mate van verontreiniging in noordelijke richting afneemt. Aangezien in peilbuis 104 geen verhoogde concentraties zijn gemeten, is de verontreiniging hiermee in noordelijke richting uitgekarteerd. De licht verhoogde concentraties CIS en PER in peilbuis 101 zijn beduidend lager (rond streefwaarde) dan de licht verhoogde concentraties CIS en PER in peilbuis 25 (NO Grontmij). De verontreiniging kan hiermee in westelijke richting als uitgekarteerd worden beschouwd. In bijlage 3b1 zijn de 1- en S-contour van de verontreiniging met CIS, PER en/of VC in het freatisch grondwater weergegeven. 4.3 De mate van doorslag naar het eerste watervoerend pakket Om de neerwaartse gradiënt van de verontreiniging in kaart te brengen, zijn zowel ter plaatse van de bestaande boringen 14/31/41 (gebied met hoge gehaltes t.p.v. de voormalige wasserij) als ter plaatse van bestaande boringen 10/36/40 (aan de voorzijde van de locatie) twee peilbuizen geplaatst met een filter in de kleilaag (2,0-3,0 m-mv; peilbuis 122 en 124) en een filter in de veenlaag (3,5-4,0 en 4,2-4,7 m-mv; peilbuis 121 en 123). De peilbuizen zijn geplaatst met behulp van een verloren casing tot bovenzijde filter om contaminatie te voorkomen. Opgesteld door Syncera De Straat B.v. 25 maart 2005. Eindrapport pagina 14

Tabel 5: Aangetroffen gehaltes (mg/kg d.s.) in grond met beoordeling conform de Wbb Monsternummer 0 ++0,04 <400 <750 <5,0 < <390 <1,5 ++0,22 00,02 00,02 00,03 0,03 0,17 0,59 0,02 3,4 0,96 0,40 0,28 2,5 2,4 4,4 270 570 500 0,02 0,03 0,11 0,06 7,9 1,5 VeenZand 20,2 83,5 5,8 320 370 6,5 123-2 2,9 200 0,6 128-5 4,2 500 123-1 86,0 81,4 220 180 8,19,62 84,1 121-2 82,7 140 1,6 550 120 8,9 Klei 72,7 121-3 320 3115 300 46,1 22 400 420 410 57,8 121-4 440 390 123-4 25,2 82,3 128-3 1,7 Zand 0,03 4,8 1,8 18 300 320 121-1 123-3 82,8 0,02 75,8 0,13 1,3 0,08 160 140 Klei ncentratie <8 ; < detectielimiet = concentratie < detectielimiet Monsternummer Om een inschatting te maken van de natuurlijke afbraak is het grondwater in de peilbuizen 121, 122 en 124, naast VOCI, geanalyseerd op ijzer, mangaan, nitraat, sulfaat, DOC, ethaan, etheen en methaan. Op de interpretatie van de analyseresultaten met betrekking tot natuurlijke afbraak wordt in paragraaf 4.6 nader ingegaan. Peilbuis 123 bleek bij de monstername tot tweemaal toe volledig droog te staan. Aangezien uit het aanvullend onderzoek voldoende gegevens over de grondwaterverontreiniging in het veenpakket zijn verzameld, is geen nieuwe peilbuis geplaatst. Daarnaast duidt het feit dat de peilbuis een week na plaatsing (nog) volledig droog stond erop dat de doorlatendheid van het veen pakket zeer gering is, hetgeen een aanwijzing is dat de neerwaartse gradiënt van de verontreiniging eveneens gering is. Daarnaast is het grondwater in de peilbuizen 36 (filter van 4,5 tot 5,5 m-mv in het zand) en 41 (filter van 6,2 tot 7,2 m-mv in het zand) uit het NO van Grontmij opnieuw geanalyseerd. In tabel 6 zijn de analyseresultaten van het grondwater weergegeven. Opgesteld door Syncera De Straat B.v. 25 maart 2005, Eindrapport pagina 15

4.3.1 De mate van doorslag naar het eerste watervoerend pakket bij de woningen en aan de achterzijde van het woongebied Grond Ter plaatse van de aanbouw aan de achterzijde van de woning van nummer 8-12 (boring 123; voormalige wasserij) zijn tot circa 1,5 m-mv in de grond sterk verhoogde concentraties CIS en PER gemeten (vlek 1). Op een diepte van 3,0-3,2 m-mv is daarnaast een sterk verhoogde concentratie VC gemeten. Het veen op deze plaats (circa 4 m-mv) is hier niet meer verontreinigd. Grondwater In het (freatische) grondwater van peilbuis 124 (filter in de kleilaag) zijn sterk verhoogde concentraties CIS, Trans en VC gemeten. In peilbuis 41 (filter in het eerste watervoerend pakket) is alleen een licht verhoogde concentratie CIS gemeten. In het NO in 2003 zijn in peilbuis 41 weliswaar hogere gehaltes gemeten, maar heranalyses hebben uitgewezen dat destijds sprake moet zijn geweest van contaminatie bij de plaatsing van de peilbuizen (versmering van verontreiniging uit de bovenliggende bodem laag over het filtertraject). De analyseresultaten van de herbemonstering op 4 januari 2005 tonen aan dat de concentraties PER en CIS nog verder zijn afgenomen ten opzichte van de laatste heranalyse uit 2003 (0,19 tegenover 3,6 fjg/l in 2003 voor CIS; < 0,1 tegenover 0,3 in 2003 voor PER). Dit duidt erop dat er niet of nauwelijks nalevering van de verontreiniging vanuit de bovengrond en/of het grondwater plaatsvindt. Het vermoeden van verontreiniging van de bodem vanaf het maaiveld (wasserij) wordt hiermee bevestigd. Er zijn geen aanwijzingen dat de verontreiniging door dichtheidstransport zich hier in Opgesteld door Syncera De Straat B.V. 25 maart 2005, Eindrapport pagina 16

4.3.2 De mate van doorslag naar het eerste watervoerend pakket aan de voorzijde van de woningen Grond Uit de analyseresultaten van de grond blijkt dat aan de voorzijde van de onderzoekslocatie (boring 121 en 128) sprake is van een kerngebied (vlek 2) met (zeer) sterk verhoogde concentraties CIS, PER, Trans, TRI en VC (tot 130 maal interventiewaarde) in de veenlaag op circa 3,5 m-mv. De bovengrond ter plaatse is maximaal licht verontreinigd. Dit duidt op lekkage van de riolering aldaar. Hierop wordt in paragraaf 4.4 nader ingegaan. In de onderliggende silt-/zandlaag (boring 128) zijn op een diepte van 3,9 tot 4,4 m-mv nog sterk verhoogde concentraties CIS, PER en VC (tot 35 maal I) gemeten. Op een diepte van 5,0 tot 5,5 m-mv zijn concentraties tot 4 maal I voor CIS, PER en VC gemeten. Dit duidt erop dat hier enige doorslag naar het eerste watervoerend pakket heeft plaatsgevonden. Gezien de snelle afname van de concentraties met de diepte en de geringe doorlatendheid van het klei/veen pakket, wordt verondersteld dat de doorslag echter gering is geweest. De verontreiniging is in verticale richting niet geheel uitgekarteerd. Gezien de aanzienlijke afname van de concentraties tussen 4,4 en 5,5 m-mv wordt verwacht dat op een diepte van circa 6,0 m-mv geen concentraties boven de interventiewaarde meer aanwezig zijn. Daarnaast vormen de afnemende concentraties met de diepte geen aanleiding om verdere dichtheidsstroming te verwachten. Grondwater In het grondwater van peilbuis 121 (filter in de veenlaag) zijn zeer hoge concentraties CIS en VC (tot 1000 maal I) en PER en TRI (tot 50 maal I) gemeten. In het (freatische) grondwater van peilbuis 122 (filter in de bovenliggende kleilaag) zijn slechts licht verhoogde concentraties CIS en PER gemeten. In het grondwater van peilbuis 36 zijn sterk verhoogde concentraties CIS en VC gemeten. Ten opzichte van de monsternames tijdens het NO van Grontmij (2003) zijn de concentraties CIS en PER aanzienlijk afgenomen en is de concentratie VC iets toegenomen. Hierbij wordt opgemerkt dat naast de genoemde stoffen ook verhoogde concentraties TRANS zijn gemeten. Dit houdt verband met het feit dat bij de biologische afbraak tot CIS ook altijd TRANS als bijproduct wordt gevormd (in een verhouding van ongeveer 90% CIS - 10% TRANS). Gezien de snelle afname van de concentraties van het grondwater in het veen naar het eerste watervoerend pakket en de geringe doorlatendheid van het klei/veen pakket, wordt de doorslag van de verontreinigng als gering beschouwd. 1- Opgesteld door Syncera De Straat B.v. 25 maart 2005, Eindrapport pagina 17

van de woningen De resultaten van het nader onderzoek uit 2003 en de grond- en grondwateranalyses van boring 121, 122 en 128 (zie paragraaf 4.3) duiden op de aanwezigheid van een kerngebied aan de voorzijde van de onderzoekslocatie (ter hoogte van perceel 12a). Verspreiding van de verontreiniging naar de veenlaag en onderliggende zandlaag heeft waarschijnlijk plaatsgevonden als gevolg van lekkage van de riolering. Uit informatie van de gemeente Urk (zie bron 7) is gebleken dat op de hoek van de openbare weg ter hoogte van nummer 8-12a een zinkput van de riolering aanwezig is. Uit de verkregen informatie blijkt dat de rioleringsbuizen hier van beton zijn (afmeting 400 x 600 mm), de zinkput is gemetseld en stamt volgens informatie van de gemeente Urk van voor WO 11. De onderzijde van de zinkput bevindt zich op of nabij de overgang van zand naar klei in de bodem (circa 1,6 m-mv). Dergelijke zinkputten zijn over het algemeen voorzien van een gemetselde putbodem. Uit de verkregen informatie is niet duidelijk geworden of dit hier ook het geval is. De afmetingen van de zinkput (lengte en breedte) zijn eveneens niet bekend. De aangetoonde concentraties en de ligging van de zinkput wijzen erop dat de verontreiniging langs het metselwerk van de zinkput naar beneden is verplaatst. In figuur 2 is een schets (zijaanzicht) van de ligging en vermoedelijke constructie van de zinkput weergegeven. Figuur 2: Schets (zijaanzicht) van zinkput, riolering en ligging t.o.v. bodemlagen (-Y-rL r"(.\er "'"I) S b ""1 S W ~ Q (. I \, O,"t o,~ 'f 0 ','"1 " r.........,.....,...,,.... Om de omvang van de verontreiniging in en rond de veenlaag aan de voorzijde van de locatie vast te stellen, zijn in totaal zes aanvullende boringen (waarvan drie met peilbuis) rondom het kerngebied geplaatst. Van de kleilaag, de veenlaag en het onderliggende zand zijn in totaal 13 grondmonsters geanalyseerd. Daarnaast is het grondwater in de drie peilbuizen geanalyseerd. In onderstaande tabellen zijn de analyseresultaten weergegeven. Opgesteld door Syncera De Straat SV. 25 maart 2005, Eindrapport pagina 18

Opgesteld door Syncera De Straat B. V. 25 maart 2005, Eindrapport pagina 19

Monsternummer ++ << 0<0,1 00,12 +2,7 0270 +12 <4,3 <5,4 2430 126-1-1 127-1-1 9-2-2005 7,7 7,21 380 4690 0,1 9-2-2005 7,23 430 1514 4,4 0,5 4,3 0,26 0,1 125-1-1 380 ++ = concentratie> I; + = concentratie >T; 0 = concentratie >S ; - = concentratie <S ; < = concentratie < detectielimiet Uit de analyseresultaten blijkt dat in de uitkarteerboringen 125 en 127 in het veen waarden van circa 1,5 maal I voor CIS worden aangetroffen. Voor PER en VC worden gehalten boven de streefwaarde gemeten. In de bovenliggende kleilaag zijn geen verhoogde concentraties gemeten. In uitkarteerboring 126 (geplaatst in de richting van de straat t.o.v. kernboring) en boring 129 (geplaatst in de richting van de kapperszaak t.o.v. de kern) worden in de klei en het veen geen verhoogde concentraties meer gemeten. In boring 130 en 131 zijn nog licht verhoogde concentraties CIS in resp. de klei en het veen gemeten. In boring 129 zijn daarnaast sterk verhoogde concentraties CIS en VC (circa 8 maal I) in het onderliggende zand gemeten. In het grondwater van peilbuis 127 zijn sterk verhoogde concentraties CIS en VC gemeten. In peilbuis 125 en 126 zijn een matig verhoogde concentratie VC en licht verhoogde concentraties CIS en PER aangetroffen. Deze worden vermoedelijk veroorzaakt door de verontreiniging van de veenlaag, waarin de peilfilters geplaatst zijn. Op schaal van enkele meters in het horizontale vlak zien we dus een sterke afname van de gemeten gehalten in het veen (van circa 1000 maal interventiewaarde in boring 128 naar gehalten kleiner dan de streefwaarde). De verontreiniging is hiermee in horizontale richting uitgekarteerd (zie ook bijlage 3a2 en 3b2). De snelle afname van de concentraties buiten het kerngebied duidt erop dat het hier een afzonderlijke verontreinigde spot betreft, waarschijnlijk veroorzaakt door lekkage via de riolering en de aanwezige zinkput. Daarnaast is de horizontale verspreiding door het veenpakket gering, getuige de afname naar waarden kleiner dan de streefwaarde binnen enkele meters in het horizontale vlak. Opgesteld door Syncera De Straat BV. 25 maart 2005, Eindrapport pagina 20

een viertal peilbuizen (111 en 113-115) geplaatst met filters in de siltige zandlaag (vanaf circa 5,0 m-mv). In onderstaande tabellen zijn de analyseresultaten van de grondmonsters en het grondwater weergegeven. Tabel 9: 0,02 0,03 < 0 Aangetroffen 0,02 0,09 0,03 Veen 113-9 390550 360500 50,6180,3 33,182,9 5,41,8 0,03 115-10 380 330 440 22,8 41,7 14 7,4 Zand 114-13 Veen 114-9 0,03 0,02 490 gehaltes 0,8 3,1 460 0,02 420 83,5 0,03 113-11 Zand (mg/kg d.s.) in grond met beoordeling conform de Wbb centratie <S ; < = concentratie < detectielimiet Monsternummer Tabel 10: Aangetroffen gehaltes (ljg/l) in dieper grondwater met toetsing conform de Wbb (PER) heen I) en Monsternummer 017 + 520 620 0,1 7,03 1263 4-1-2005 115-1-1 1,1 0< 4-1-2005 7,42 10,30 0,1 111-1-1 1468 530 630- < De peilbuizen 113 en 114 bleken bij de monstername tot tweemaal toe droog te staan. Hieruit volgt dat de filters van de peilbuizen niet of niet geheel in het eerste watervoerend pakket zijn geplaatst. Blijkbaar maakt de siltige zandlaag direct onder het veen, waarin de filters geplaatst zijn, geen deel uit van het eerste watervoerend pakket. Uit het aanvullend onderzoek zijn echter voldoende gegevens over de grondwaterverontreiniging in het eerste watervoerend pakket verzameld. Derhalve zijn geen nieuwe peilbuizen geplaatst. Daarnaast duidt het feit dat de peilbuizen een week na plaatsing (nog) droog stonden erop dat de doorlatendheid van dit pakket gering is. Uit de analyseresultaten blijkt dat de verontreiniging in het eerste watervoerend pakket zich enigszins in westelijke richting verspreid heeft (in grondwater een T-waarde overschrijding voor CIS bij peibuis 115). Opgesteld door Syncera De Straat B.V. 25 maart 2005, Eindrapport pagina 21

Cl-verontreiniging. Uit de analyse resultaten blijkt dat deze omzetting tot ten minste vinylchloride optreedt. In het onderhavig onderzoek is tevens onderzoek gedaan naar de eventuele verdere afbraak naar etheen en ethaan in de verschillende bodemlagen. Hiertoe is het grondwater uit de peilbuizen 14 (filter in de klei), 121 (filter in het veen), 122 en 124 (beiden filter in de klei), 36 en 41 (beiden filter in het onderliggende zand) tevens onderzocht op etheen, ethaan en methaan, alsmede op ijzer, mangaan, nitraat, sulfaat en DOC. De analyseresultaten van genoemde analyses zijn weergegeven in de tabel 4 en bijlage 5. Freatisch grondwater Gelet op de verhouding VC en etheen valt op dat vooral in het freatisch grondwater in de klei (filters van circa 2,0-3,0 m-mv) hoge etheengehaltes gemeten worden ten opzichte van VC. In het ondiepe filter bij peilbuis 10 en in de filters die in het veen en het onderliggende zand staan, zijn de etheengehaltes daarentegen relatief laag ten opzichte van VC. Aan de hand van de macroparameters worden dan ook de volgende condities verwacht: Het freatisch grondwater bevat relatief weinig DOC. Ijzer komt niet voor, nitraat is aanwezig en het gehalte aan methaan is laag. Dit wijst op aerobe condities. Deze condities duiden op een relatief slechte natuurlijke afbraak voor PER en TRI, maar VC kan onder deze condities goed afbreken (aeroob afbraakmechanisme). Er wordt echter in de afbraak van VC onder deze condities geen etheen gevormd. Dit kan een reden zijn voor het geringe etheengehalte in het freatisch grondwater. Klei/veenpakket In de klei is nitraat afwezig en zijn relatief hoge ijzer-, mangaan-, sulfaat- en DOC-gehaltes aanwezig. Deze condities wijzen op redelijk anaerobe condities (ijzer- en nitraatreducerend) terwijl voldoende DOC aanwezig is voor voeding van de micro-organismen. Deze condities zijn goed voor de complete natuurlijke afbraak van PER en TRI (volledige omzetting naar etheen; anaeroob afbraakmechanisme; zie ook figuur 1)). In het veen zijn de condities waarschijnlijk meer anaeroob dan in de bovenliggende klei. Deze condities zijn mogelijk te anaeroob voor een goede VC-afbraak. Er vindt wel enige afbraak plaats maar deze verloopt niet snel. Eerste watervoerend pakket In het eerste watervoerend pakket zijn de condities vergelijkbaar met die in het veen. Hier is te zien dat de sulfaatgehaltes substantieel lager zijn dan in het ondiepere grondwater. Dit kan zelfs wijzen op sulfaatreducerende omstandigheden. Deze omstandigheden zijn minder gunstig voor de natuurlijke afbraak van VC. 4.7 Verspreidingsrisico's Op de verspreidingsrisico's van de verontreiniging wordt in hoofdstuk 6 (Risicobeoordeling) nader ingegaan. Opgesteld door Syncera De Straat B.V. 25 maart 2005, Eindrapport pagina 22

In dit hoofdstuk wordt de huidige verontreinigingssituatie per vlek en per bodem laag beschreven. Hiervoor zijn alle gegevens uit voorgaande bodemonderzoeken gebruikt. De verontreinigingscontouren zijn aangegeven in de bijlagen 3a1, 3a2 en 3a3 (grond ondiep, grond veenlaag en grond eerste watervoerend pakket) en 3b1 en 3b2 en 3b3 (grondwater freatisch, grondwater veenlaag en grondwater eerste watervoerend pakket). Voor de resultaten van de uitgevoerde risico-beoordelingen op de locatie wordt verwezen naar hoofdstuk 6 en de rapportage van het nader onderzoek van Grontmij (bron 1). 5.1 Woningen en achterliggend gebied (vlek 1) Zandige ophooglaag (0-1,6 m-mv) en kleilaag (1,6-circa 3,0 m-mv) Grond Tegen de achtergevel van perceel 12 en ter plaatse van de tuinen van de percelen 12 en 12a zijn in de zand- en kleilaag tot circa 3,5 m-mv sterk verhoogde concentraties (tot 6 maal 1 waarde) VOCI (met name CIS, PER en VC) aangetoond. Het volume van de sterk verontreinigde grond als gevolg van de wasserij bedraagt circa 200 m3 (oppervlakte circa 80 m2 bij een gemiddelde dikte van 2,5 meter). Daarnaast zijn in de zand- en kleilaag over een groter oppervlak (circa 250 m2) licht verhoogde concentraties VOCI aangetoond (geschatte omvang 625 m\ Voor de contouren van de 1- en S-waarden wordt verwezen naar bijlage 3a1. Grondwater Het freatisch grondwater in het woongebied is over een oppervlakte van ca. 170 m2 sterk ver 0ntreinigd met VOCI (met name CIS, PER en VC). Uitgaande van een gemiddelde grondwaterstand van circa 1,5 m-mv en een maximale diepte van het freatisch pakket van 3,5 m-mv (overgang klei-veenlaag) bedraagt de omvang van de grondwaterverontreiniging derhalve maximaal 340 m3 bodemvolume. Voor wat betreft de S-contour lopen de verontreinigingen van vlek 1 en vlek 2 in elkaar over. Het deel wat tot vlek 1 behoort bedraagt ca. 800 m2. Dit komt overeen met een omvang van circa 1.600 m3. Voor de contouren van de 1- en S-waarden wordt verwezen naar bijlage 3b1. Bodemlucht Op basis van de luchtmetingen (bodem lucht alsmede kruipruimtelucht) kan tevens geconcludeerd worden dat de VOCI-verontreiniging zich vrijwel niet onder de aangrenzende panden van 8-12 bevindt. Immers in de kruipruimtelucht van de panden 8-10, 8-11 en 8-12a worden geen tot slechts licht verhoogde VOCI-gehaltes in de lucht gemeten. Opgesteld door Syncera De Straat B.V. 25 maart 2005, Eindrapport pagina 23

Gezien de goede adsorberende eigenschappen van veen voor VOGI-verbindingen worden geen verhoogde gehaltes in het grondwater in het eerste watervoerend pakket verwacht (zie ook bespreking veenlaag vlek 2). Totale omvang verontreiniging vlek 1 In tabel 11 is een overzicht gegeven van de totale omvang van de verontreiniging van vlek 1 (woningen en achterliggend gebied). Tabel 11: Overzicht totale omvang verontreiniging vlek 1 (hoeveelheden in m3) - Bodemlaag Bodemvolume >S Volume >T> I Grond 625 - - 1.600 375 200 Volume 700 >T 340 Bodemvolume > I v.a. 0-3,0 Diepte 3,5-4,5 à 3,5 à Grondwater 5,0 625 Totale omvang vlek 1 (in m3) 5.2 Voorzijde woningen (vlek 2) Zandige ophooglaag (0-1,6 m-mv) en kleilaag (1,6-circa 3,0 m-mv) Grond Aan de voorzijde van de percelen is in de zand- en kleilaag ter plaatse van boring 10 een sterk verhoogde concentratie GIS (1,5 maal I-waarde) aangetoond. De omvang bedraagt naar verwachting ongeveer 8 m3 (oppervlakte maximaal 4 m2 over een dieptetraject van 1,5 tot 3,5 m mv). Daarnaast zijn in de kleilaag over een groter oppervlak (circa 75 m2) licht verhoogde concentraties VOGI aangetoond (geschatte omvang 150 m\ Voor de contouren van de 1- en S-waarden wordt verwezen naar bijlage 3a1. Grondwater Het freatisch grondwater aan de voorzijde van de onderzoekslocatie is over een oppervlakte van circa 60 m2 sterk verontreinigd met VOGI (met name GIS, PER en VG). Uitgaande van hetzelfde dieptebereik van het freatisch grondwater als aan de achterzijde (circa 2 meter) bedraagt de omvang van de grondwaterverontreiniging aan de voorzijde derhalve circa 120 m3 bodemvolume. Voor wat betreft de S-contour lopen de verontreinigingen van vlek 1 en vlek 2 in elkaar over. Het deel wat tot vlek 2 behoort bedraagt ca. 250 m2. Dit komt overeen met een omvang van circa 500 m3. Opgesteld door Syncera De Straat B.V. 25 maart 2005, Eindrapport pagina 24

Grond Aan de voorzijde van perceel12a zijn in de veenlaag (circa 3,5 tot maximaal 5,0 m-mv) sterk verhoogde concentraties (groter dan 100 maal I-waarde) VOCI (met name CIS en PER) aangetoond. De omvang van de verontreiniging in het veen bedraagt maximaal 45 m3 (oppervlakte circa 30 m2 bij een maximale dikte van 1,5 meter). Daarnaast zijn in de veenlaag over een groter oppervlak (circa 80 m2) licht verhoogde concentraties VOCI aangetoond (geschatte omvang maximaal 120 m\ Voor de contouren van de 1- en S-waarden wordt verwezen naar bijlage 3a2. Grondwater Het grondwater in de veenlaag is over een oppervlakte van maximaal 10 m2 sterk verontreinigd met VOCI (met name CIS, PER en VC). Uitgaande van een maximale dikte van de veenlaag van 1,5 m bedraagt de omvang van de sterke grondwaterverontreiniging in het veen derhalve maximaal 15 m3 bodemvolume. Dat dit bodemvolume kleiner is dan voor de grond wordt veroorzaakt door de goede adsorberende eigenschappen van veen voor VOCI-verbindingen. Daarnaast zijn in de veenlaag over een oppervlak (circa 60 m2) licht verhoogde concentraties VOCI aangetoond (geschatte omvang maximaal 90 m\ Voor de contouren van de 1- en S-waarden wordt verwezen naar bijlage 3b2. Eerste watervoerend pakket (zandlaag; vanaf circa 4,5 m-mv) Grond In de zandlaag onder het veen pakket (diepteligging vanaf 4,5 à 5,0 m-mv) is in twee boorpunten aan de voorzijde van de locatie (vlek 2) een sterk verhoogde concentratie (tot 35 maallwaarde) CIS en VC gemeten. De sterke verhoogde gehaltes in de zandlaag zijn beperkt tot het kerngebied ter plaatse van de zinkput, waar zich tevens de sterke verhoogde gehaltes in het bovenliggende veenpakket bevinden. Gezien de sterke afname van de concentraties met de diepte en in het horizontale vlak is de omvang van de verontreiniging beperkt tot het kerngebied van de zinkput (circa 5 m2, respectievelijk 5 m\ De omvang van de S-contour wordt geschat op 20 m2 respectievelijk 40 m3. Voor de contouren van de 1- en S-waarden wordt verwezen naar bijlage 3a3. Grondwater In het grondwater in het eerste watervoerend pakket is aan de voorzijde van de locatie (vlek 2) ter plaatse van de zinkput een sterk verhoogde VOCI-gehalte aangetoond (CIS en VC). Benedenstrooms is op één plaats een matig verhoogde concentratie CIS gemeten. De omvang van het sterk verhoogde bodemvolume wordt geschat op 140 m3 (70 m2 over een dieptetraject van 2 m). Opgesteld door Syncera De Straat B.V. 25 maart 2005, Eindrapport pagina 25

Voor de I-waarde contour wordt verwezen naar bijlage 3b3. Totale omvang verontreiniging vlek 2 In tabel 12 is een overzicht gegeven van de totale omvang van de verontreiniging van vlek 2 (voorzijde woningen). Tabel 12: Overzicht totale omvang verontreiniging vlek 2 (hoeveelheden in m3) Bodemlaag Niet 500 4590 Bodemvolume >8 > 58 Volume 5>T 128 20 68 590840 Ibepaald Grond 150 120 Volume Bodemvolume 275 > 600 200 >T 140 I v.a. Diepte 0-3,0 3,5-4,5 à 3,5 à Grondwater 5,0 310 Totale omvang vlek 2 (in m3) 5.3 Oorzaken van de verontreinigingen Vlek 1 De beschikbare onderzoeksgegevens wijzen erop dat in het woongebied geen kernen van verontreiniging aanwezig zijn. Immers bij een kerngebied worden hogere VOCI-gehaltes tot op een grotere diepte verwacht. De verontreiniging hier lijkt veroorzaakt te zijn door emissies naar de bodem, die beperkt van aard zijn geweest, waardoor zich geen productfase in de bodem heeft kunnen vormen. Gezien de omvang en vorm van de vlekken hebben deze emissies op meerdere plekken plaatsgevonden (riolering, spui put en ter plaatse van de wasserij zelf). De vorm van de vlek, die langgerekt en relatief smal is, wijst ook op voorkeursstroming (bijvoorbeeld via vergravingen en het rioleringstracé) in de bodem, waardoor de verontreiniging zich in noordelijke richting verplaatst heeft. Vlek 2 Aan de voorzijde is de verontreiniging waarschijnlijk veroorzaakt door lekkage van een zinkput in het straatriool op de hoek voor de kapperszaak op nummer 12a. Vervolgens heeft verspreiding plaats gevonden langs het tracé van het riool en in enige mate in verticale richting. Eerste watervoerend pakket Buiten de peilbuizen die in vlek 2 staan worden in vrijwel alle overige peilbuizen, ook bovenstrooms van de locatie, licht verhoogde VOCI-gehaltes aangetoond. Gezien het feit dat ook bovenstrooms van de bron licht verhoogde concentraties VOCI worden aangetroffen, is het mogelijk dat deze licht verhoogde gehaltes veroorzaakt worden door andere VOCI-verontreinigingen op Urk. Derhalve wordt aanbevolen om bij toekomstig bodemonderzoek op Urk aandacht aan deze mogelijkheid te besteden. Opgesteld door Syncera De Straat B.V. 25 maart 2005, Eindrapport pagina 26

plaats. In de veenlaag (circa 3,5-4,5 à 5,0 m-mv) en het onderliggende zand vindt natuurlijke afbraak plaats naar CIS en VC. Verdere afbraak (naar etheen, ethaan en methaan) vindt slechts in beperkte mate plaats. Opgesteld door Syncera De Straat B.V. 25 maart 2005, Eindrapport pagina 27

In het kader van het nader bodemonderzoek (Grontmij 2003) is een risico-beoordeling uitgevoerd. Hierbij is onder andere gebruik gemaakt van SUS (Sanerings Urgentie Systematiek, bron 8 Um 10). Uit deze SUS-berekening volgde dat sprake is van een actueel humaan risico. Van een actueel verspreidingsrisico zou geen sprake zijn. Nu er nieuwe bodemgegevens verkregen zijn, wordt nagegaan of deze nieuwe gegevens aanleiding geven tot een andere beoordeling van de risico's. 6.1 Humane risico's In de onderstaande tabel zijn de concentraties opgenomen waarvan uitgegaan is in de bereke,.. ning van de humane risico's. Tevens zijn in deze tabel de hoogste concentraties opgenomen, zoals deze recent gemeten zijn in de ondiepe bodem (freatisch grondwater). Tabel 13: Uitgangsconcentraties ondiepe bodem beoordeling humane risico's nader onderzoek en hoogste recent gemeten gehaltes Component cis-1,2-dichlooretheen (CIS) tetrachlooretheen (PER) Trichlooretheen (TRI) Vinylchloride (VC) Uitgangsconcentratie risicobeoordeling in ugli 1200 320 170 29 Recent gemeten in ugli 1200 310 230 45 Alleen voor TRI en VC zijn enigszins hogere gehaltes gemeten dan ten tijde van het nader onderzoek. Deze hogere gehaltes geven geen aanleiding om de beoordeling van de humane risico's te wijzigen. 6.2 Verspreidingsrisico's In het freatisch grondwater heeft verspreiding plaats gevonden via vergravingen, riooltracés e.d. In het eerste watervoerend pakket heeft verspreiding plaats gevonden in noordoostelijke richting. In de onderstaande tabel wordt de omvang van de verspreiding gegeven. in m2 Tabel 14: Omvang 340 15 120 140» 250 60 in 800 m3 m2 van in 500 90» de 1.600 Boven m3 verspreiding Boven S-waarde 60 170 10» I-waarde 615 Verspreidingsniveau Opgesteld door Syncera De Straat B.v. 25 maart 2005, Eindrapport pagina 29

betekent dat geen sprake is van een actueel verspreidingsrisico. Derhalve is er geen aanleiding om de beoordeling van het verspreidingsrisico te wijzigen. Opgesteld door Syncera De Straat S.v. 25 maart 2005, Eindrapport pagina 30

I - 1. Nader onderzoek Wijk 8-12 op Urk; Grontmij (projectcode FL02500034); juni 2003. 2. Grondwaterkaart van Nederland ('s-gravenhage 300, 30 oost en Utrecht 31 west); Dienst grondwaterverkenning TNO. 3. Van trechter naar zeef, afwegingsproces saneringsdoelstelling, UPR BEVER, 15 oktober 1999. 4. Handleiding afwegingsproces saneringsdoelstelling, ervaringen en aandachtspunten uit de saneringspraktijk voor de toepassing van 'Van trechter tot zeef, Ministerie van VROM/Sdu Uitgevers Den Haag, 2000. 5. Eindrapport project "Doorstart A-5": "Afwegingsproces voor de aanpak van mobiele verontreinigingen in de ondergrond", opgesteld door de projectgroep "Doorstart A-5", d.d. 16 mei 2001. 6. Kabinetsstandpunt beleidsvernieuwing bodemsanering, d.d. februari 2002. 7. Gemeente Urk, de heer R.T. Oost (Chef Bouwen, Wonen en Milieu). 8. Circulaire saneringsregeling Wet bodembescherming; beoordeling en afstemming, Ministerie van VROM, januari 1998. 9. Urgentie van bodemsanering, De handleiding, SOU Uitgeverij, Den Haag, 1995. 10. Sanerings Urgentie Systematiek (SUS), versie 2.2, Van Hall Instituut, december 2000. 1- Opgesteld door Syncera De Straat BV. 25 maart 2005, Eindrapport pagina 31

I - I1 -- ~ Bijlage 2a1 Bijlage 2a2 Bijlage 2b Bijlage 3a1 Bijlage 3a2 Bijlage 3a3 Bijlage 3b1 Bijlage 3b2 Bijlage 3a3 Bijlage 4a Bijlage 4b Bijlage 5 Bijlage 6 Bijlage 7 Bijlage 8 Situatietekening onderzoekslocatie met boorpunten NO (2003) en AO (schaal 1: 250) Detailtekening (schaal 1: 100) Situering bodemluchtmetingen (schaal 1:250) Verontreinigingssituatie grond (tot 3,5 m-mv) Verontreinigingssituatie grond, veenlaag (3,5-5,0 m-mv) Verontreinigingssituatie grond, eerste wvp (vanaf 5,0 m-mv) Verontreinigingssituatie freatisch grondwater Verontreinigingssituatie grondwater veenlaag (3,5-5,0 m-mv) Verontreinigingssituatie grondwater, eerste wvp (vanaf 5,0 m-mv) Toetsing analyseresultaten grond conform Wbb Toetsing analyseresultaten grondwater conform Wbb Boorbeschrijvingen Analysecertificaten Rapportage ventlatiemetingen (Adviesburo Nieman, 25 februari 2005) Verklarende woordenlijst I

1 :. I. ~.l -451,en bank _ r:dl, pad._.,,l[.. - E~~1S. _:S:i,_<'.!'~nk [ -L~---(tJ~..- Agricola -4.5 PI22 arm t Urk TBLAD: 19555 20F D.. 1 BIJLAGE 0 500 250 750 1000m Onderzoek slo caaanvullend tie 1 OVERZICHTSKAART Cf) 0co OPDRACH TGEVER PROVINCIE FLEVOLAND NADERWIJK BODEMONDERZOEK 8-12, URK <JO B04G0186 1 :25000 c:; I I PROJECTNR. I SCHAAL DATUM E0- PROJECT I BIJLAGENR.

7 I I! I ~ I OrQt)jeb : LJ LJ 'f I I I i

LEGENDA X - BORING - BORING + PEILBUIS 8 - BORING + PEILBUIS (NO Grontmij 2003) 31 02.5 5 7.5 1012.5 15m. BIJLAGE ~ J2 1iî êi PROJECT SITUATIETEKENING BIJLAGENR. 2a 1 I I I. ~a~-1 ~ OPDRACHTGEVER ~I PROVINCIE FLEVOLAND ocd AANVULLEND NADER BODEMONDERZOEK WIJK 8-12, URK CD (9 ;li DATUM 16-3-2005 SCHAAL 1:250 PROJECTNR. B04G0186

x LEGEN[ - BORING - BORING + o 2 3 4 5 6m. ~ - BORING + (NO Grontr,

zinkput aangetroffen bij ventilatiemetingen 120 zinkput 126 riolering '" ~'" ~ ca as OPDRACHTGEVER n. BIJLAGE PROJECT DATUM AANVULLEND DETAILTEKENING WIJK SCHAAL 24-3-2005 PROVINCIE 8-12, B04G0186 1:100 URK NADER FLEVOLAND oe ~ BODEMONDERZOEK I PROJECTNR. I BIJLAGENR. 2a2 -$yriçera '-OJ >: p.e:s't raa t L:,.,:~~,,~<:<.!.i,-:, ::t:~.':-;:'~;:,::.

79 <

LEGENDA X - BODEMLUCHTMETING de plaats van metingen is op deze tekening globaal aangegeven 5 7.5 1012.5 15m. SITUERING BODEMLUCHTMETINGEN AANVULLEND NADER BODEMONDERZOEK WIJK 8-12, URK BIJLAGENR. 2 b N I OPDRACHTGEVER Cl) a. Noco '" (; as DATUM 15-3-2005 PROVINCIE SCHAAL FLEVOLAND 1:250 PROJECTNR. B04G0186

< 0< 823 79

l.e.q1nda X - BORING - BORING + PEILBUIS 8 - BORING + PEILBUIS (NO Gronlmij 2003) ~ - Grondcontour S-waarde vlek 1 ~ - Grondcontour I-waarde vlek 1 ~ - Grondcontour S-waarde vlek 2 ~ - Grondcontour I-waarde vlek 2 «OPDRACHTGEVER 0.. 12.5 7.510 015m. VERONTREINIGINGSSITUATIE GROND 31 (ti PROJECT AANVULLEND WIJK 8-12, URK ê (tot 3,.5m-mv) NADER BODEMONDERZOEK UI co 0co '" DATUM 15-3-2005 PROVINCIE B04GO 1:250 FLEVOLAND 186.E i1i - 10 I I SCHAAL I PROJECTNR. I BIJLAGENR. 3a1

< 0,,1 79

LEGENDA X - BORING - BORING + PEILBUIS 8 - BORING + PEILBUIS (NO Grontmij 2003) ~ - Grondcontour S-woorde (veenlaag) ~ - Grondcontour [-waarde ( veenlaag) ~ - Grondcontour I-waarde (veen; > 100x I-waarde) BIJLAGE 02.5 C') «16.E Ë I PROJECT 5 7.5 10 12.5 15m. VERONTREINIGINGSSITUATIE VEENLAAG (3,5-5,Om-mv) GROND, BIJLAGENR. 3a2 AANVULLEND NADER BODEMONDERZOEK WIJK 8-12, URK '" I OPDRACHTGEVER Cl) 0- <Do<D a;> ~ Cli DATUM 16-3-2005 PROVINCIE SCHAAl FLEVOLAND 1:250 PROJECTNR. B04GO 186

1'- 1- - - < 823! 1-79

x LEGENDA - BORING - BORING + PEILBUIS 8 - BORING + PEILBUIS (NO Grontmij 2003) ~ - Grondcontour S-waarde (eerste wvp)...-... - Grondcontour I-waarde (eerste wvp) C') «02.5 5 7.5 10 12.5 15m. BIJLAGE ê5 I PROJECT oe VERONTREINIGINGSSITUATIE GROND EERSTE WVP (vanaf 5,Om-mv) AANVULLEND NADER BODEMONDERZOEK WIJK 8-12, URK BIJLAGENR. 3a3 ~ OPDRACHTGEVER ~I PROVINCIE FLEVOLAND o<d co DATUM SCHAAL ~ 16-3-2005 1:250 PROJECTNR. B04G0186

< 823 79

x LEGENDA - BORING - BORING + PEILBUIS 8 - BORING + PEILBUIS (NO Grontmij 2003) ~ - contour S-waarde (cis. vc) ~ - contour S-waarde (per; waar afwijkend van cis, vc) ~ - contour I-waarde (cis, vc) ~ - contour I-waarde (per) 5 7.5 10 12.5 15m. VERONTREINIGINGSSITUATIE FREATISCH GRONDWATER AANVULLEND NADER BODEMONDERZOEK WIJK 8-12, URK BIJl.AGENR. 3 b 1 N I OPDRACHTGEVER en D.. '"oco co c; à5 DATUM 15-3-2005 PROVINCIE SCHAAL FLEVOLAND 1:250 PROJECTNR. B04G0186

< 823 79

x LEGENDA - BORING - BORING + PEILBUIS 8 - BORING + PEILBUIS (NO Grontmij 2003) ~ - contour S-waarde (VOCI) ~ - contour I-waarde (VOCI) 02.5 5 7.5 10 12.5 15m. BIJLAGE ~ oe 1iî I PROJECT VERONTREINIGINGSSITUATIE GRONDWATER, VEENLAAG (3,5-5,Om-mv) AANVULLEND NADER BODEMONDERZOEK WIJK 8-12, URK BIJLAGENR. 3 b 2 è?i ~ I OPDRACHTGEVER PROVINCIE FLEVOLAND o'" co (ij C2i DATUM 15-3-2005 SCHAAL 1:250 PROJECTNR. B04G0186

< '05 103 823 79

x LEGENDA - BORING - BORING + PEILBUIS 8 - BORING + PEILBUIS (NO Grontmij 2003) ~ - contour I-waarde (cis. vc) BIJLAGE C") «02.5 ca ê I PROJECT.E! 5 7.5 10 12.5 15m. VERONTREINIGINGSSITUATIE GRONDWATER, EERSTE WVP (vanaf 5,Om-mv) AANVULLEND NADER BODEMONDERZOEK WIJK 8-12, URK BIJLAGENR. 3 b 3 N' OPDRACHTGEVER Cl) a. PROVINCIE coco co DATUM (9 ij!i 16-3-2005 SCHAAL FLEVOLAND 1:250 PROJECTNR. B04G0186

I - I I I

Humus (% op ds) 0,8 50,6 1 80,3 Lutum (% op ds) 3,1 5,4 1,8 14 Monsternummer Wet Bodembescherming cis-1,2-dichlooretheen 0 <0,03 <0,09 <0,03 <0,02 <0,08 220 200 82,9 121-2 0,03 82,7 8,1 22,8 Klei 33,1 9,6 121-1115-10 121-3115 72,7 4,8 8,9 Zand 1,3 320 82,8 300 140 160 Veen 36 7,4 41,7 440 490 83,5 0,03 0,02 Tabel 3: Aangetroffen gehaltes (mg/kg d.s.) in grond met beoordeling conform de Wet Bodembescherming Monsternummer 0,22 0,04 +0,02 0,28 <0,02 0,03 0,40 2,5 <0,17 ++ 0,13 ' 6,5 200 123-2 2,9 0,03 180 Klei 123-3121 123-1 75,8 Zand 300 1,8 1,6 120 86,0 320 140 81,462 390 410 15 4,4 270 570 2,4 25,2 121-4 500 Veen Toelichting bij de tabel: Toetsing: < = kleiner dan de detectielimiet = kleiner of gelijk aan de streefwaarde (S) o = groter dan S en kleiner of gelijk aan de tussenwaarde (T) + = groter dan T en kleiner of gelijk aan de interventiewaarde (I) ++ = groter dan I >S = groter dan de streefwaarde er is geen interventiewaarde (trigger) < = deze regel verwijderen < = deze regel verwijderen Zintuiglijke waarnemingen: PU= puin, BA= baksteen, GR= grind, GS= glas, HO= hout, RO= roest, Si= sintels, SL= slakken, VE= veen, WO= wortels Gradatie: 1=zwak, 2=matig, 3=sterk, 4=uiterst, 5=volledig, 6=sporen, 7=resten, 8=brokken, 9=laagjes

Tabel 6: Aangetroffen gehaltes (mg/kg d.s.) in grond met beoordeling conform de Wet Bodembescherming Monsternummer 0,04 ++ 0,03 0,59 3,4 0,96 <0,02 <0,32 270 Veen 83,1 250 25,9 0,03 129-6128 129-2 128-5 410 Zand Klei 4,2 3,7 0,6 0,9 71,6 84,1 390 500 550 5,4 82.3 7,9 440 30,11 1,5 0,06 128-3 390 1,7 Kleiig zand Toelichting bij de tabel: Toetsing: < = kleiner dan de detectielimiet = kleiner of gelijk aan de streefwaarde (S) o = groter dan S en kleiner of gelijk aan de tussenwaarde (T) + = groter dan T en kleiner of gelijk aan de interventiewaarde (I) ++ = groter dan I >S = groter dan de streefwaarde er is geen interventiewaarde (trigger) < = deze regel verwijderen < = deze regel verwijderen Zintuiglijke waarnemingen: PU= puin, BA= baksteen, GR= grind, GS= glas, HO= hout, RO= roest, Si= sintels, SL= slakken, VE= veen, WO= wortels Gradatie: 1=zwak, 2=matig, 3=sterk, 4=uiterst, 5=volledig, 6=sporen, 7=resten, 8=brokken, 9=laagjes

s) ) een de tabel: Tabel 8: Aangetroffen gehaltes (mg/kg d.s.) in grond met beoordeling conform de Wet Bodembescherming Monsternummer < 0,02 0,03 64,5 420 440 10,1 3,2 0,27 131-7 Veen Toetsing: < = kleiner dan de detectielimiet = kleiner of gelijk aan de streefwaarde (S) = groter dan S en kleiner of gelijk aan de tussenwaarde (T) + = groter dan T en kleiner of gelijk aan de interventiewaarde (I) ++ = groter dan I >S = groter dan de streefwaarde er is geen interventiewaarde (trigger) < = deze regel verwijderen < = deze regel verwijderen Zintuiglijke waarnemingen: PU= puin, BA= baksteen, GR= grind, GS= glas, HO= hout, RO= roest, Si= sintels, SL= slakken, VE= veen, WO= wortels 1- Gradatie: 1=zwak, 2=matig, 3=sterk, 4=uiterst, 5=volledig, 6=sporen, 7=resten, 8=brokken, 9=laagjes

Tabel 10: Voor humus en lutum gecorrigeerde normen voor grond van de Wet Bodembescherming (mg/kg d.s.) TI S humus (% TI 0,12 0,20,04 612 0,02 0,0004 0,002 op ds) 0,8 0,02 0,4 1,61,8 4,8 2,9 7,7 1,31 0,0004 0,04 0,02 0,002 0,4 Tabel 11: Voor humus en lutum gecorrigeerde normen voor grond van de Wet Bodembescherming (mg/kg d.s.) TI 16 S 318 25 humus (% TI 0,12 0,20,04 6120,02 0,20,11 0,32 0,53 0,053 0,0011 0,0004 0,00530,053 0,002 op ds) 0,8 0,02 2,1 0,4 1,1 1,8 5,31,7 0,02 0,002 0,0004 0,04 0,4 Tabel 12: Voor hnmus en lutnm gecorrigeerde normen voor grond van de Wet Bodembescherming (mg/kg d.s.) TI 24 29 30 20 S 31 3,20,13 humus TI (% 0,960,2 0,58 0,810,19 0,49 0,650,16 0,61 10,39 0,00810,081 0,00960,096 0,01 0,081 0,096 0,1 0,002 0,0019 0,0016 op ds) 3,2 0,1 0,065 3,8 2,61,9 1,6 9,6 8,9 8,1 10,12 6,5 0,0065 0,065 0,13 0,0013 1,3 Tabel 13: Voor humus en lutum gecorrigeerde normen voor grond van de Wet Bodembescherming (mg/kg d.s.) 49 TI 6120,006 47 90 S 36 30 22 humus TI 3612 1,60,6 0,98 (% 1800,3 1,60,33 0,94 1,8 0,16 0,006 0,016 0,0033 0,03 op ds) 6,5 0,16 6,2 0,3 3,3 7,4 46,130 16,3 15,6 0,16 0,016 0,0031 0,31 3,1

Tabel 15: Voor humus en lutum gecorrigeerde normen voor grond van de Wet Bodembescherming (mg/kg d.s.) 3 TI 612 S humus (% 90 1,8 1800,3 0,006 0,6 0,03 op ds) 0,3 414 72,6 80,35,1 5,4 71,63,8 0,006 0,6 0,03 ) Tabel 16: Voor humus en lutum gecorrigeerde normen voor grond van de Wet Bodembescherming (mg/kg d.s.) humus TI 3 (% 612 90 1,8 180 op ds) 0,3 83,5 5,8 0,006 0,6 0,3 0,03 S Toelichting bij de tabel: De toetsingsnormen zoals vermeld in de Wet Bodembescherming worden gecorrigeerd voor de geldende lutum- en humuswaarden. In bovenstaande tabel worden de normen gegeven bij de voorkomende lutum- en humuswaarden in dit onderzoek. S = Streefwaarde zoals vermeld in de Wet Bodembescherming T = Tussenwaarde zoals vermeld in de Wet Bodembescherming I = Interventiewaarde zoals vermeld in de Wet Bodembescherming

Tabel 2: Aangetroffen gehaltes (/-lg/l) in grondwater met beoordeling conform de Wet Bodembescherming Monsternummer Datum ph Ec (IJS/cm) Filternummer Van (cm-mv) Tot (cm-mv) ijzer mangaan nitraat sulfaat 104-1-1 105-1-1 111-1-1 310 630 591 7,15 9-2-2005 1210 115-1-1 620 1263 520 7,42 7,03 4-1-2005 1468 530 cis-1,2-dichlooretheen tetrachlooretheen (PER) trans-1,2 dichlooretheen trichlooretheen (TRI) vinylchloride 0,1 0<0,1 <0,22 +<0,3 <4,7 0,30 017 <1,1 0,1 ethaan etheen methaan Doe

Toetsing: < = kleiner dan de detectielimiet = kleiner of gelijk aan de streefwaarde (S) = groter dan S en kleiner of gelijk aan de tussenwaarde (T) + = groter dan T en kleiner of gelijk aan de interventiewaarde (I) ++ = groter dan I >S = groter dan de streefwaarde er is geen interventiewaarde (trigger) < = deze regel verwijderen < = deze regel verwijderen. Tabel 6: Grondwaternormen van de Wet Bodembescherming (l1g/l) 20 2,5 T5 500 262 40 10 0,01 24 S S = Streefwaarde zoals vermeld in de Wet Bodembescherming T = Tussenwaarde zoals vermeld in de Wet Bodembescherming I = Interventiewaarde zoals vermeld in de Wet Bodembescherming

1-

~ K-waar e. 1 k baksteen houdend, Opmerking: 0 braak 1 ak houthoudend, Z3, h3bs ks~:enhoudend, o.. :~~er~ruin. 0,,,",," '," ""~, 40 n."""'.,~., baksteen, bruin " ~' oo ;;~:;':;.~oo,~, ~,...... ~.,,., ~""ru,". 50... ~ 100 :-":::::. 120 n.. h1s1 sterk schelphoudend,.. :.:.::.:.:.: "ru,"..,oo~:.::.:.:.: "" "\ r,~~;"" '" :'"':.:.::.:,m, " 'OO~,m'~,.'""~~.., ~ '.':':':':':',m wak schelphoudend,,,~""oo,~,. K, z2, zwd nd donkerbruin ''''I'//.'l",m" ~"'~oo,"".m '"'. 'W/.>.... U ';""Oru," K,z1,zwa a ~,,',~_,m"~".,..,"',. 6.. 11 200 :. :- rr ~ 5. 200 sintel hou : b 'ksteenhoudend, grijs 250 11 250. '. 270 11. ~ Projectnaam: Projectcode: Aanvullend Provincie B04G0186 Flevoland nader onderzoek Wijk 8-12 te Urk getekend volgens NEN 5104 De Syncera Straat <-()J

... Opmerking:,~ 0 24,51, Qras., ~... resten baksteen, 50 zwak grijs schelp houdend,... beige 25, s1h1, matig.......... 100...... 150 150... ~"II~, 230 schelphoudend, grijsbruin Z4, k, matig schelphoudend, 300 310.. :. 6 \1 23,51, resten baksteen, matig I.:';';:::: Opmerking: 200 K, z2, sterk. schelphoudend, 310 11 K, grijss3h2, 250- blauwgrijs 11 11 [4 [1 -:.[7 [2 [5 [3.:[ o... J Projectcode: Aanvullend B04G0186 Provincie Flevoland nader onderzoek Wijk 8-12 te Urk getekend volgens NEN 5104 De Syncera Straat ~

........ 50 ~ 24, k, zwak schelp houdend, beige...... Opmerking: ~~JsS1h1, matig schelp houdend, 50... lichtgrijs-roodbruin 100-1' '::.'..::... :::,', ~4..., 5 Opmerking: teoel zwak schelphoudend, bruin ~ 650 0 450-1...... 600 ':::::::::,... geelbruin 1 Z2, 53k1, zwak grindhoudend, K, z3, s3, matig sterk 0 180 schelp houdend, grijs & donkergrijs bruin 460 Z3, brokken veen, 500-1... 50 23, Z3, K, z1, z3s1, laagjes s1h1, s1h1k1,..,.:::, sporen sporen veen, matig schelpen, baksteenhoudend, schelpen, donkergrijs schelphoudend, donkergrijs n 170 11 230... 11 ~.~:.:-:.:.:.:.:.:.:. ~1 [12 [11 ~3 ~2 ~13 ~1 120 650... 310 IJ 300 ~........... Projectcode: Aanvullend B04G0186 Provincie Flevoland nader onderzoek Wijk 8-12 te Urk De Straat Syncera t()j t naam: EN 5104

....... 0... Opmerking: teael teqel Z3, h2s1, zwak schelphoudend, zwak puin houdend, zwak 23,51, baksteenhoudend, Z3. h2s1, uiterst beigebruin sterk schelphoudend,...... 100 130 300 300 ~ donkergrijs...... "I> sporen. puin, grijsbruin s2h1, sporen baksteen, 0... [4 Opmerking: 150 420...... 490 460 Z2, 53, V, VK, I s2, s3, matig s2, laagjes sterk beigebruin zandhoudend, veen, 350 Z3, grijs......... S50...~ grijs s2, donkerbruin sporen zwak lichtgrijs schelphoudend, 500 puin, geelbruin baksteen, grijs K, 52, laagjes zand, sporen [3 & r ~. 450 550 [13 [12 I1 390 [15 22, s3k1, zwak ~ schelphoudend, ~ bruin, KEIEN 11 [ 10 ~ gestaakt op grind of keien [9 [1 [11 [14 350 [2 [5 [6 [7 Projectcode: Aanvullend Provincie B04G0186 Flevoland nader onderzoek Wijk 8-12 te Urk getekend volgens NEN 5104 De Straat. Syncera t()j

... 0 Opmerking: teoel klinker Z3, zwak51, puin uiterst houdend, 5 Z3, puin zwaks1h1, schelphoudend, beigebruin À. donkergrijs 100 baksteenhoudend, matig bruingrijs schelphoudend, À. 0 zwak 50-' :::::::.... Opmerking: 100 140... 51, uiterst 130... 19<J 250 -ri grijs.::":::::... zwartgrijs 410 soa 440 K, h3s1, K, s2h2, brokken. À. K, s1h2, [4 zwak 50 Z3, schelphoudend, 54, s1h1, zwak schelphoudend, 200 150zand, matig puin houdend, 250 K, V, s2h1, s1h2, donkergrijs zwak sporen houdend, hout, K, s1h3, 300 350 À. brokken veen, grijs-bruin... 53, sporen schelpen, 450geelbruin... 500 550 V, bruin 400 49<J...... Z2, sso 52, grijs... 550 700 sterk veenhoudend, bruin 11 600-'1':::::: 350 À..... resten baksteen, donkergrijs À. [3 ~ zwak grindhoudend, puinhoudend, matige...... [12 bruin 6504':-:':':':':':':':':':':'! [7 700 ~::::::::::::,"" [3 :: : : : : : : : : : : : :i [2 [4 [2 ---N--I[ 8 [12 [10 [9 [5 [6 [8 I" Projectcode: Aanvullend B04G0186 Provincie Flevoland nader onderzoek Wijk 8-12 te Urk getekend volgens NEN 5104 De Syncera Straat (,())

Opmerking: o J " I ~ Z3, s1h1, matig schelphoudend, zwak baksteenhoudend, grijsbruin Opmerking: o J., I ~ 23, s1h1, matig schelphoudend, zwak baksteenhoudend, geelbruin 50~. 50~'. 100-1'::::::::::: 150-{ : :....... 100-:1.............~:..::::::::...!!'!.!-""- 23,51, zwak schelphoudend, grijsbruin 00.!!!!! K, s3, grijs K, s1h1, grijs 50 11 11 250 I1 300 ~ Projectcode: Aanvullend B04G0186 Provincie Flevoland nader onderzoek Wijk 8-12 te Urk getekend volgens NEN 5104 De Syncera Straat t()j

Opmerking: ~ Z3, s1h1, matig schelphoudend, zwak baksteenhoudend, bruin, stukje plaatmat op 120 Opmerking: o J. 50~"""""" "CJ ~ 23, s1h1, zwak baksteenhoudend, matig schelphoudend, bruin 100-1'::::::::::: 100-1:: ::::..:: ::. 150-1.~:-:.:.:. :-:.:.:-:.... 00.!-'!'. K, s1h1, zwak schelphoudend, grijs 150-1'".:::::::: '200.!-'!'. K, z1, sporen schelpen, sporen baksteen, grijs 50 11 I1 250 I1 1300 300 """- 1350 400 ~ V I zwak rietrestenhoudend, zwak houthoudend, roodbruin 450... 500 """- drachtgever: Projectcode: Aanvullend B04G0186 Provincie Flevoland nader onderzoek Wijk 8-12 te Urk getekend volgens NEN 5104 De Syncera Straat t()j

Opmerking: o J " I ~ Z3, s1h1, zwak schelphoudend, matig baksteenhoudend, grijsbruin Opmerking: o l " I o :ili klinker Z3, s1h1, zwak schelp houdend, matig baksteenhoudend, grijsbruin 50~. 50---10 100-i'::::::::::: 100-i....... :....,150--j.~......... 150+~:::::::::: ~ K, s1h2, zwak schelphoudend, bruin 200 00 K, s1h1, sporen schelpen, bruingrijs 50 '200 1250 - ~ K, s1h2, zwak schelp houdend, bruin Kt s1h1, bruingrijs '300 1350.!!!!! ~ K, s1h3, sterk veenhoudend, bruin V, bruin 300 1350 ~ V, bruin 400 400 ~ Projectcode: Aanvullend B04G0186 Provincie Flevoland nader onderzoek Wijk 8-12 te Urk getekend volgens NEN 5104 De Syncera Straat ~

1 Opmerking: o J " I 50--'. ~ Z3, s1h1, zwak schelphoudend, matig baksteenhoudend, grijsbruin Opmerking: o 2 teoel zwak puinhoudend, zwak -~:-:-:-:-:-:.:-:.:-:.:.:~ 23, baksteenhoudend s1h1, matig schelp bruin houdend, 50-{-:':':':':-:':':':':' '... 100-"'::::::::::: 150-1.~'. '::::. ':.'. 00 ~ K, s1h1, bruingrijs 100~:::::::::::::::::::::::~ ~.......... 150-r~::::::::::.'H _'60 _ 200 ~~ K, s1h1, zwak schetphoudend, grijs '250 250 '300 300~ ~, s1h3, matig veen houdend, 320 bruingrijs 350 :!:!'!. V, bruin 350-:J I 1 [V, bruin 400 ~ [2 390 400-+, ~'f-"-j[3 Z3, s2h2, bruin... 4.... :.:.:.~.:.:.:.:.:.~.:-:.: [ Z3, s2, zwak grindhoudend, grijs ::::::::::::. 5 45011... 500-1:.:.:.:.:.:.:.:.:.:.:.:.: [ ~ 450... 550 I 550 Projectcode: Aanvullend Provincie B04G0186 Flevoland nader onderzoek Wijk 8-12 te Urk getekend volgens NEN 5104 De Syncera Straat ~

Opmerking: ~ 23, s1h1, matig schelphoudend, grijsbruin Opmerking: ~ 23, s1h1, zwak schelphoudend, zwak grindhoudend, grijsbruin 50-'1:': : : :':':':':':':': 50--1. 100 100 150-l!!"'.. -. 200... ~ K, s2h2, resten schelpen, grijs 150 l ;,o; : : : : : : : : I. 200 ~ ~ ~ 23, 51, zwak schelphoudend, grijs K, z1 Kt s2h1, zwak schelphoudend, grijs 250 250 300 350 ~ 350 K, s2h3, sterk veenhoudend, bruingrijs V, bruin 300 350 ~ ~ K, s2h2, laagjes veen, grijs V, k2, bruin 400 400 ~ V, bruin 450 ~ 22, s2h1, sporen schelpen, lichtbruin 450 ~ ~ Projectcode: Aanvullend Provincie B04G0186 Flevoland nader -. onderzoek Wijk 8-12 te Urk getekend volgens NEN 5104 De Syncera Straat ~

Opmerking: o, " ~ Z3, s1h1, matig schelphoudend, grijsbruin 50 100-\'::::::::::: =. 10 150 J.~'::::::::..:~ ~ ~ ~ Z3, s2h1, matig kleihoudend, grijs K, s2h1, zwak zandhoudend, resten schelpen, beigegrijs K, s2h1, grijs 2~~ 10 31~ 3!FFi 10 10 41 ~::=:======~I EQ... 390 V, matig kleihoudend, donkerbruin V, bruin ±!Q Projectcode: Aanvullend B04G0186 Provincie Flevoland nader onderzoek Wijk 8-12 te Urk getekend volgens NEN 5104 De Straat Syncera t().)

Grind, sterk zandig Grind, uiterst zandig zand... -. r: :.:.:.:.:.:.:.:.:.:.:.:.:.:.:Zand, -- ~ kleiig... r':':':':-:':':':':':':':':':':-:~... Zand, zwak siltig r :.:.:-:.:.:.:.:.:.:.:.:.:.:.:.: ~ Zand, matig sll1l9 I:::::::::::::::::::::::::::::~... r" ~ Zand, sterk slltig :.:.:.:.:.:.:.:.:.:.:.:.:.: Zand, uiterst slltlg veen I I i Veen,mlneraalaim ill Veen, zwak kleiig I ~ Veen, sterk kleiig I o Veen, zwak zandig I [J Veen, sterk zandig peilbuis blinde buis caslng monsters [."o"d mo",'" ~~ Klei, uiterst siltig ~ Klei,zwakzandlg ~] Kiel, matig zandig ~ Klel,sterkzandig leem ~ Leem, zwak zandig ~~ Leem,!iterkzandig overige toevoegingen L,~ zwak humeus I~ ~~ matig humeus I ~~ sterk humeus I~ ~ zwak grjndig I~ ~!:]matig grindlg I i:::j sterk grindig olie o geen olie-water reactie t) zwakke olie-water reaclje rit matige ollo-water reactie IJ sterke olie-water reactie uiterste olle water reactie il ~ grondwaterstand n ij Ib,"'oo',' '''''hllng [ ong"",d mo""" '11:1 (:;;jl :1'. "'/ :::1,"1 filter :llj ;,~~; "'1 i:::!!::iî ~

1 I I- r I I

Frank van der Poel Wibautstraat 3 1091 GH Amsterdam Hoogvliet,14-02-2005 ON1'iANGEN "\ b H.B. 2005 Geachte Frank van der Poel" Hierbij zenden wij u de analyse resultaten van het laboratoriumonderzoek van het door u aangeboden monstermateriaal met de bij de monsterspecificatie weergegeven beschrijving. Deze resultaten hebben betrekking op Uw projektnaam Uw projektnummer URK B04G0186 ALcontrol rapportnummer 050629P Dit analyserapport bestaat uit een begeleidende brief, 4 resultaatbijlagen en eventuele informatieve bijlagen. De bijlagen hebben betrekking op de analyseresultaten, toegepaste analysemethoden, aangeleverde verpakkingen, monsternamedatum, oliechromatogrammen en mogelijke geconstateerde afwijkingen. Alle bijlagen maken onlosmakelijk onderdeel uit van het rapport. Uitgebreide informatie over de toegepaste analysemethoden kunt u terugvinden in onze informatiegids, uitgave 2004. Indien u vragen en/of opmerkingen heeft naar aanleiding van deze resultaten, verzoeken wij u contact op te nemen met de afdeling Customer Services. Alleen vermenigvuldiging van het hele rapport is toegestaan. Hoogvliet, Vertrouwende u met deze informatie van dienst te zijn, verblijven wij Hoogachtend, drs. M.G.M. Groenewegen ::::":::,:'""" mijmj~~~1~ QnSilN ALCONTROL B.V. IS GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR RAAD VOOR ACCREDITATIE GESTELDE CRITERIA VOOR TESTLABORATOR!A CONFORM ISO/!EC 17025:1999 ONDER NR. L 028 RvAIG1B AL ONZE WERKZAAMHEDEN WORDEN UITGEVOERD ONDER DE ALGEMENE VOORWAARDEN GEDEPONEERD BIJ DE KAMER VAN KOOPHANDEL EN FABRIEKE~J TE ROTTERDAM INSCHRIJVING HANDELSREGISTER: KVK ROTTERDAM 24265286.

Startdatum 09-02-2005 Analyse Eenheid X01 X02 X03 X04 X05 X06 droge stof 63.8 0.08 71.61.7 0.23 7.7 30.7 83.0 <0.03 <0.02 25.9 5.4 5.1 80.9 83.9 <0.5 1.7 83.1 0.18 0.04 0.32 1.4 14 3.7 % mg/kgds gew. vd DS -% 0.9 cis lutum 1,2-dichlooretheen (bodem) - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - -- - - - - - - - - - - - - - - - -- Kode Monstersoort Monsterspecificatie ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- X01 grond 129-2 129-6 129-9 130-2 130-7 131-2 129 130 131 (390-410) (470-490) (420-440) (250-270) ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- ~ ~~ IISIlN RvAlm ALCONTROl B.V. IS GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR RAAD VOOR ACCREDITATIE GESTELDE CRITERIA VOOR TESTLABORATORIA CONFORM ISOI!EC 17025:1999 ONDER NR. L 028 AL ONZE WERKZAAMHEDEN WORDEt>J UITGEVOERD ONDER DE ALGEMENE VOORWAARDEN GEDEPONEERD SU DE KAMER VAN KOOPHANDEL EN FABRIEKEN TE ROTTERDAM. INSCHRIJVING HAt'JDELSREGI$TER: KVK ROTTERDAM 24265286.

Startdatum 09-02-2005 Ana lyse Eenheid X07 droge stof gew.-% 64.5 organische stof (gloeiverl % vd DS 10.1 KORRELGROOTTEVERDELING lutum (bodem) % vd DS 3.2 GEHALOGENEERDE KOOLWATERSTOFFEN cis 1,2-dichlooretheen mg/kgds trans 1,2-dichlooretheen mg/kgds tetrachlooretheen mg/kgds trichlooretheen mg/kgds vinylchloride mg/kgds 0.27 <0.02 <0.02 <0.02 <0.03 Kode Monstersoort Monsterspecificatie X07 grond 131-7 131 (420-440) ~ ~~ IISIIN RvA I n1h AlCONTROL B.V. IS GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR RAAD VOOR ACCREDITATIE GESTELDE CRITERIA VOOR TESTLABORATORIA CONFORM ISO/IEC 17025:1999 ONDER NR. l028 AL ONZE WERKZAAMHEDEN WORDEN UITGEVOERD ONDER DE ALGEMENE VOORWAARDEN GEDEPONEERD BIJ OE KAMER VAN KOOPHANDEL EN FABRIEKEN TE ROTTERDAM. INSCHRIJVING HANDELSREGISTER: KVK ROTTERDAM 24265286.

Startdatum 09-02-2005 # Opmerkingen Monster X002 129-6 Monster X005 Het resultaat van de analyse is indikatief als gevolg van een storende matrix. 130-7 Het resultaat van de analyse is indikatief als gevolg van een storende matrix. co 8 ~ RvAlm ~ QIIS11N AlCONTROl B.V. IS GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR RAAD VOOR ACCREDITATIE GESTELDE CRITERIA VOOR TESTLA80RATORIA CONFORM ISO/IEC 17025:1999 ONDER NR. l028 AL ONZE WERKZAAMHEDEN WORDEN UITGEVOERD or mer DE ALGEMENE VOORWAARDEN GEDEPONEERD BIJ DE KAMER VAN KOOPHANDEL EN FABRIEKEN TE ROTTERDAM. INSCHRIJVING HANDELSREGISTER: KVK ROTTERDAM 24265286

Analyse Monstersoort Relatie tot norm droge stof organische stof (gloeiverl lutum (bodem) cis 1,2-dichlooretheen trans 1,2-dichlooretheen tetrachlooretheen trichlooretheen vinylchloride grond grond grond grond grond grond grond grond Conform NEN 5747 / CMA/2/II/A.1 Conform NEN 5754 Eigen methode, pipetmethode met versnelde minera lisatie Eigen methode, headspace GCMS Idem Idem Idem Idem De met een * gemerkte analyses vallen niet onder de RvA erkenning. Mnstr Barcode Aanlevering Monstername Verpakking X01 a3773801 a3773802 a3773799 a3773803 a3773800 a3773805 a3773804 ALC201 09-02-05 c; o N Q11,lfII RvA I D1S AlCONTROL B.V. IS GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR RAAD VOOR ACCREDITATIE GESTELDE CRITERIA VOOR TESTLABORATORfA CONFORM ISO/lEe 17025:1999 ONDER NR. L 028 AL ONZE WERKZAAMHEDEN WORDEN UITGEVOERD ONDER DE ALGEMENE VOORWAARDEN GEDEPONEERD BIJ DE KAMER VAN KOOPHANDEL EN FABRIEKEN TE ROTTERDAM INSCHRIJVING HANDELSREGISTER: KVK ROTTERDAM 24265286

Frank van der Poel Wibautstraat 3 1091 GH Amsterdam ONTV ANGEN j feb, 2D05 Hoogvliet,14-02-2005 Geachte Frank van der Poel, Hierbij zenden wij u de analyse resultaten van het laboratoriumonderzoek van het door u aangeboden monstermateriaal met de bij de monsterspecificatie weergegeven beschrijving. Deze resultaten hebben betrekking op Uw projektnaam Uw projektnummer URK B04G0186 ALcontrol rapportnummer 050629N Dit analyserapport bestaat uit een begeleidende brief, 2 resultaatbijlagen en eventuele informatieve bijlagen. De bijlagen hebben betrekking op de analyseresultaten, toegepaste analysemethoden, aangeleverde verpakkingen, monsternamedatum, oliechromatogrammen en mogelijke geconstateerde afwijkingen. Alle bijlagen maken onlosmakelijk onderdeel uit van het rapport. Uitgebreide informatie over de toegepaste analysemethoden kunt u terugvinden in onze informatiegids, uitgave 2004. Indien u vragen en/of opmerkingen heeft naar aanleiding van deze resultaten, verzoeken wij u contact op te nemen met de afdeling Customer Services. Alleen vermenigvuldiging van het hele rapport is toegestaan. Hoogvl iet, Vertrouwende u met deze informatie van dienst te zijn, verblijven wij Hoogachtend, drs. M.G.M. Groenewegen ::::":::.:'""" mi~mj~~~1~ QliSlUI RvA I 013 ALCONTROL B.V. 15 GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR RAAD VOOR ACCREDITAT!E GESTELDE CRITERIA VOOR TESTLABORATORIA CONFORM ISO/IEC 17025: 1999 ONDER NR. l028 AL ONZE WERKZAAMHEDEN WORDEN UITGEVOERD ONDER DE ALGEMENE VOORWAARDEN GEDEPONEERD BIJ DE KAMER VAN KOOPHANDEL EN FABRIEKEN TE ROTTERDAM. INSCHRIJVING HANDELSREGISTER: KVK ROTTERDAM 24265236.

Startdatum 09-02-2005 Analyse Eenheid X01 X02 X03 X04 X05 GEHALOGENEERDE 0.12 <0.1 0.22 4.3 4.4 0.26 2.7 270 4.7 5.4 4.3 0.3 0.5 KOOLWATERSTOFFEN ug/l cis 1,2-dichlooretheen ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- Kode Monstersoort Monsterspecificatie ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- X01 grondwater 104-1-1 126-1-1 127-1-1 125-1-1 105-1-1 1 (380-430) (210-310) ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- "' 0 ~ QnS1I11 RvAlm AlCONTROl B.V. IS GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR RAAD VOOR ACCREDITATIE GESTELDE CRITERIA VOOR TESTLABORATORIA CONFORM ISO/IEC 17025:1999 ONDER NR. L 028 AL ONZE WERKZAAMHEDEN WORDEN UITGEVOERD ONDER DE ALGEMENE VOORWAARDEN GEDEPONEERD BIJ DE KAMER VAN KOOPHANDEL EN FABRIEKEN TE ROTTERDAM. INSCHRIJVING HANDELSREGISTER: KVK ROTTERDAM 24265286.

Startdatum 09-02-2005 Ana lyse Monstersoort Relatie tot norm cis 1,2-dichlooretheen trans 1,2-dichlooretheen tetrachlooretheen trichlooretheen vinylchloride grondwater grondwater grondwater grondwater grondwater Eigen methode, analyse met P&T- GCMS. Idem Idem Idem Idem De met een * gemerkte analyses vallen niet onder de RvA erkenning. Mnstr Barcode Aanlevering Monstername Verpakking X01 g5080229 g5080245 g5080262 g5080242 g5080250 ALC236 09-02-05 o o N Qnmll RvA I 01B ALCONTROL B.V. IS GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR RAAD VOOR ACCREDITATIE GESTELDE CRITERIA VOOR TESTLABORATORIA CONFORM ISO/IEC 17025;1999 ONDER NR. L 028 AL ONZE WERKZAAMHEDEN WORDEN UITGEVOERD ONDER DE ALGEMENE VOORWAARDEN GEDEPONEERD BIJ DE KAMER VAN KOOPHANDEL EN FABRIEKEN TE ROTTERDAM. INSCHRIJVING HANDELSREGISTER: KVK ROTTERDAM 24265286

Frank van der Poel Wibautstraat 3 1091 GH Amsterdam ON'T'I ANGEN 0, feb. 2005 Hoogvliet,28-01-2005 Geachte Frank van der Poel, Hierbij zenden wij u de analyse resultaten van het laboratoriumonderzoek van het door u aangeboden monstermateriaal met de bij de monsterspecificatie weergegeven beschrijving. Deze resultaten hebben betrekking op Uw projektnaam Uw projektnummer URK B04G0186 ALcontrol rapportnummer 0504220 Dit analyserapport bestaat uit een begeleidende brief, 4 resultaatbijlagen en eventuele informatieve bijlagen. De bijlagen hebben betrekking op de analyseresultaten, toegepaste analysemethoden, aangeleverde verpakkingen, monsternamedatum, oliechromatogrammen en mogelijke geconstateerde afwijkingen. Alle bijlagen maken onlosmakelijk onderdeel uit van het rapport. Uitgebreide informatie over de toegepaste analysemethoden kunt u terugvinden in onze informatiegids, uitgave 2004. lndien u vragen en/of opmerkingen heeft naar aanleiding van deze resultaten, verzoeken wij u contact op te nemen met de afdeling Customer Services. Alleen vermenigvuldiging van het hele rapport is toegestaan. Hoogvl iet, Vertrouwende u met deze informatie van dienst te zijn, verblijven wij Hoogachtend, drs. M.G.M. Groenewegen ::::":::,:'"""ffi'jm J {o ~ ~ 1" Qmlill RvA I 01B AlCONTROL B.V. IS GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR RAAD VOOR ACCREDITATIE GESTELDE CRITERIA VOOR TESTlABORATORIA CONFORM ISO/IEC 17025:1999 ONDER NR. L 028 AL OI~ZE WERKZAAMHEDEN WOROEN UITGEVOERO ONDER DE ALGEMENE VOORWAARDEN GEDEPONEERD BIJ DE KAMER VAN KOOPHANDEL EN FABRIEKEN TE ROTTERDAM. INSCHRIJVING HANDELSREGISTER: KVK ROTTERDAM 24265286.

Startdatum 26-01-2005 ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- Analyse Eenheid X01 X02 X03 X04 X05 X06 ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- droge stof <0.02 72.6 6.530 5.425 4.0 62.6 <0.02 60.4 31.4 29.4 53.1 <0.03 67.5 25.2 15.6 48.4 0.26 5.3 0.19 0.24 0.67 0.04 5.5 4.7 1.4 1.5 30 % mg/kgds gew.-% vd DS 16.3 cis lutum 1,2-dichlooretheen (bodem) ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- Kode Monstersoort Monsterspecificatie ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- X01 grond 127-4 127-1 125-2 126-4 126-2 125-4 127 126 125 (390-430) (250-300) (300-330) (400-430) (300-350) (380-430) ~ " Q ro RvA I 01R HSHN ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- ALCONTROL B.V.!S GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR RAAD VOOR ACCREDITATIE GESTELDE CRITERIA VOOR TESTlABORATORIA CONFORM ISO/IEC 17025:1999 ONDER NR. L 028 AL ONZE WERKZAAMHEDEN WORDEN UITGEVOERD ONDER DE ALGEMEt~E VOORWAARDEN GEDEPONEERD BIJ DE KAMER VAN KOOPHANDEL EN FABRIEKEN TE ROTTERDAM. INSCHRIJVING HANDELSREGISTER: KVK ROTTERDAM 2426S286.

Startdatum 26-01-2005 ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- Analyse Eenheid X07 X08 X09 X10 X11 ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- droge stof 0.59 0.11 3.4 80.3 1.8 <0.02 0.96 0.065.0 0.6 3.0 0.04 <0.03 0.09 82.3 22.8 84.1 82.9 4.2 7.9400 1.5390 11750 14 1.7 1.0 5.8 % mg/kgds gew.-% vd DS 83.5 20.2 cis lutum 1,2-dichlooretheen (bodem) 1- ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- Kode Monstersoort Monsterspecificatie ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- X07 X08 X09 X10 X11 grond grond grond grond grond 128-1 128 (320-370) 128-3 128 (390-440) 128-5 128 (500-550) 114-9 114 (330-380) 114-13 114 (500-550) ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- Q!!SIlIl ALCONTROL B.V. IS GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR RAAD VOOR ACCREDITATIE GESTELDE CRITERIA VOOR TESTLABORATORIA CONFORM ISOIIEC 17025:1999 ONDER NR. L 028 RvAlnzB AL ONZE WERKZAAMHEDEN WORDEN UITGEVOERD ONDER DE ALGEMENE VOORWAARDEN GEDEPONEERD BIJ DE KAMER VAN KOOPHANDEL EN FABRIEKEN TE ROTTERDAM. INSCHRIJVING HAI,DELSREGISTER: KVK ROTTERDAM 24265286.

Startdatum 26-01-2005 ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- # Opmerkingen ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- Monster X002 125-4 ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- Het resultaat van de analyse is indikatief als gevolg van een storende Monster X004 matrix. 126-4 ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- Het resultaat van de analyse is indikatief als gevolg van een storende Monster X006 matrix. 127-4 ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- Het resultaat van de analyse is indikatief als gevolg van een storende Monster X007 matrix. 128-1 ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- Het resultaat van de analyse is indikatief als gevolg van een storende Monster X010 matrix. 114-9 ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- Het resultaat van de analyse is indikatief als gevolg van een storende matrix. RvA l D1~ ~ Q1151111 ALCONTROL B.V. IS GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR RAAD VOOR ACCREDITATIE GESTELDE CRITERIA VOOR TESTLABORATORIA CONFORM ISO/IEC 17025:1999 ONDER NR. L 028 AL ONZE WERKZAAMHEDEN WORDEN U!TGEVOERD ONDER DE AlGEIv1ENE VOORWAARDEN GEDEPONEERD SU DE KAMER VAN KOOPHANDEl EN FABRIEKEN TE ROTTERDAM INSCHRIJVING HANDELSREGISTER: KVK ROTTERDAM 24265286.

Analyse Monstersoort Relatie tot norm droge stof organische stof (gloeiverl lutum (bodem) cis 1,2-dichlooretheen trans 1,2-dichlooretheen tetrachlooretheen trichlooretheen vinylchloride grond grond grond grond grond grond grond grond Conform NEN 5747 / CMA/2/II/A.l Conform NEN 5754 Eigen methode, pipetmethode met versnelde minera lisatie Eigen methode, headspace GCMS Idem Idem Idem Idem De met een * gemerkte analyses vallen niet onder de RvA erkenning. Mnstr Barcode Aanlevering Monstername Verpakking XOl a7865487 a7865094 a7865117 a7865110 a7865372 a7865481 a7865049 a7865098 a7865486 a7865478 a7865482 24-01-05 ALC201 26-01-05 ::; o QIlSIiN -; RvA I U16 AlCONTROl B.V. 15 GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR RAAD VOOR ACCREDITATIE GESTELDE CRITERIA VOOR TESTLABORATORIA CONFORM ISO/IEC 17025:1999 ONDER NR. L 028 Al ONZE WERKZAAMHEDEN WORDEN UITGEVOERD ONDER DE ALGEMENE VOORWAARDEN GEDEPONEERD BIJ DE KAMER VAN KOOPHANDEL EN FABRIEKEN TE ROTTERDAM. INSCHRIJVING HANDELSREGISTER: KVK ROTTERDAM 24265286

Frank van der Poel Wibautstraat 3 1091 GH Amsterdam Hoogvliet,11-01-2005 ON1\} ANGEN Geachte Frank van der Poel, Hierbij zenden wij u de analyse resultaten van het laboratoriumonderzoek van het door u aangeboden monstermateriaal met de bij de monsterspecificatie weergegeven beschrijving. Het onderzoek is uitgevoerd door ALcontrol Specials en/of het milieulaboratorium van ALcontrol. Zie voor nadere inlichtingen hieromtrent de bijlage bij het certificaat. Deze resultaten hebben betrekking op Uw projektnaam Uw projektnummer URK B04G0186 ALcontrol rapportnummer 05010X8 Dit analyserapport bestaat uit een begeleidende brief, 5 resultaatbijlagen en eventuele informatieve bijlagen. De bijlagen hebben betrekking op de analyseresultaten, toegepaste analysemethoden, aangeleverde verpakkingen, monsternamedatum, oliechromatogrammen en mogelijke geconstateerde afwijkingen. Alle bijlagen maken onlosmakelijk onderdeel uit van het rapport. Uitgebreide informatie over de toegepaste analysemethoden kunt u terugvinden in onze informatiegids, uitgave 2004. Indien u vragen en/of opmerkingen heeft naar aanleiding van deze resultaten, verzoeken wij u contact op te nemen met de afdeling Customer Services. Alleen vermenigvuldiging van het hele rapport is toegestaan. Hoogvliet, Vertrouwende u met deze informatie van dienst te zijn, verblijven wij Hoogachtend, Ir. J.W. Hutter Business Manager ALcontrol Specials voor deze: <D oo N QHSml RvA l 02a ALCONTROL B.V. IS GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR RAAD VAN ACCREDITATIE GESTELDE CRITERIA VOOR TESTLABORATORIA CONFORM NEN-EN-ISO/IEC 17025: 2000 ONDER NR. L 028 AL ONZE WERKZAAMHEDEN WORDEN UITGEVOERD ONDER DE ALGEMENE VOORWAARDEN GEDEPONEERD BIJ DE KAMER VAN KOOPHAI\jDEL EN FABRIEKEN TE ROTTERDAM. INSCHRIJVING HANDELSREGISTER: KVK ROTTERDAM 24265286.

Startdatum 05-01-2005 ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- Analyse Eenheid X01 X02 X03 X04 X05 X06 ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- D.O.C. 0.971.1 0.12 <0.1 21000720 10000180 8.530 5300 1.4 <0.2 5400 220045 860 <50 110 75 <0.1 840 23 0.30 660 130 150 17 310 7.5 38 490 81 17 36 68 14 mg/l ug/l methaan nitraat mangaan cis 1,2-dichlooretheen (als N03) ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- Kode Monstersoort Monsterspecificatie ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- X01 grondwater 36-1-1 10-1-1 101-1-1 121-1-1 115-1-1 111-1-1 1 1 (0-) (170-270) (340-400) (520-620) (-) ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- ~ ~~ ALCONTROL B.V. IS GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR RAAD VAN ACCREDITATIE GESTELDE CRITERIA VOOR TESTLABORATORIA CONFORM NEN EN-ISOIIEC 17025: 2000 ONDER NR. L 028 AL ONZE WERKZAAMHEDEN WOROEN UITGEVOERD Df<DER DE ALGEMENE VOORWAARDEN GEDEPONEERD BIJ DE KAMER VAN KOOPHANDEL EN FABRIEKEN TE ROTTERDAM. HSflN RvA INSCHRIJVING HANDELSREGISTER: KVK ROTTERDAM 24265286. l 01a

Startdatum 05-01-2005 Analyse Eenheid X07 X08 X09 X10 X11 X12 D.O.C. 0.9649 0.19 <0.1 2100 320 5900 0.33 15000 38 2300 8400 3.3 47 2000 3400 25 <0.1 1.3 2.9 0.5 <0.2 1800 1200 11000 9300 57 310 290 6300 56 6.2 6.7 # <0.25 18000 0.33 8.0 820 160 50 mg/l ug/l cis mangaan nitraat methaan 1,2-dichlooretheen (als N03) Kode Monstersoort Monsterspecificatie X07 grondwater 411-1-1 102-1-1 122-1-1 124-1-1 14-1-1 103-1-1 1 1 (-) (200-300) (210-310) "' o N ~~ ALCONTROL B,V. IS GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR RAAD VAN ACCREDITATIE GESTELDE CRITERIA VOOR TESTLABORATORIA CONFORM NEN-EN-ISO/IEC 17025: 2000 ONDER NR. l028 nsml AL ONZE WERKZAAMHEDEN WORD EI', UITGEVOERD OI'DER DE ALGEMENE VOORWAARDEN GEDEPONEERD BIJ DE KAMER VAN KOOPHANDEL EN FABRIEKEN TE ROTTERDAM. RvA INSCHRIJVING HANDELSREGISTER: KVK ROTTERDAM Z4Z6S286 l 018

Startdatum 05-01-2005 ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- # Opmerkingen ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- Monster X009 14-1-1 ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- etheen Het resultaat is indicatief wegens meting buiten het lineair bereik. Er is geen monstermateriaal voor heranalyse. ~ ~~ AlCONTROL B.V. IS GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR RAAD VAN ACCREDITATIE GESTELDE CRITERIA VOOR TESTLABORATORIA CONFORM NEN-EN-IS0/IEC 17025: 2000 ONDER NR. L 028 AL ONZE WERKZAAMHEDEN WORDEN UITGEVOERD ONDER DE ALGEMENE VOORWAARDEN GEDEPONEERD BIJ DE KAMER VAN KOOPHANDEL EN fabrieken TE ROTTERDAM JfSHN RvA INSCHRIJVING HANDELSREGISTER: KVK ROTTERDAM 24255286. I U18

Analyse Monstersoort Relatie tot norm D.O.C. mangaan ijzer cis 1,2-dichlooretheen trans 1,2-dichlooretheen tetrachlooretheen trichlooretheen vinylchloride nitraat (als N03) sulfaat methaan ethaan etheen grondwater grondwater grondwater grondwater grondwater grondwater grondwater grondwater grondwater grondwater grondwater grondwater grondwater Conform NEN 1484 NEN 6426 (ICP-AES) Idem Gelijkwaardig aan NEN 6407, online purge&trap GC- MS Idem Idem Idem Idem Conform NEN-EN-ISO 10304-1 en/of -2, Ionchromatografie Eigen methode, fotometrische methode Eigen methode (P&T-GC FID/ECD) * Idem Idem De met een * gemerkte analyses vallen niet onder de RvA erkenning. Mnstr Barcode Aanlevering Monstername Verpakking X01 a3419387 a4256238 a3419360 g4788997 g4788994 g4788995 g4888995 a3419368 a4256231 a4256235 ALC204 ALC236 ALC201 ALC237 ALC230 05-01-05, ~ '" o 'j ~ HSUi RvA l 018 AlCONTROL B.V. IS GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR RAAD VAN ACCREDITATIE GESTELDE CRITERIA VOOR TESTlABORATOR!A CONFORM NEN-EN-ISOI!EC 17025: 2000 ONDER NR. L 028 AL ONZE WERKZAAMHEDEN WORDEN UITGEVOERD ONDER DE ALGEMENE VOORWAARDEN GEDEPONEERD BIJ DE KAMER VAN KOOPHANDEL EN fabrieken TE ROTTERDAM. INSCHRIJVING HANDELSREGISTER: KVK ROTTERDAM Z4Z6S286.

Startdatum 05-01-2005 Mnstr Barcode Aanlevering Monstername Verpakking g4788970 s0271916 a4256243 ALC230 ALC237 ALC204 ALC201 ALC236 05-01-05 - ~~ AlCONTROL B.V. IS GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR RAAD VAN ACCRED!TATIE GESTELDE CRITERIA VOOR TESTLABORATORIA CONFORM NEN-EN-IS0/IEC 17025: 2000 ONDER NR. l028 HSlIIl AL ONZE WERKZAAMHEDEN WORDEN UITGEVOERD ONDER DE ALGEMENE VOORWAARDEI~ GEDEPONEERD BIJ DE KAMER VAN KOOPHANDEL EN FABRIEKEN TE ROTTERDAM RvA l fin INSCHRIJVING HANDELSREGISTER: KVK ROTTERDAM 242652B6.

Frank van der Poel Wibautstraat 3 1091 GH Amsterdam Hoogvliet,11-01-2005 Geachte Frank van der Poel" Hierbij zenden wij u de analyse resultaten van het laboratoriumonderzoek van het door u aangeboden monstermateriaal met de bij de monsterspecificatie weergegeven beschrijving. Deze resultaten hebben betrekking op Uw projektnaam Uw projektnummer URK B04G0186 ALcontrol rapportnummer 050123Y Dit analyserapport bestaat uit een begeleidende brief, 3 resultaatbijlagen en eventuele informatieve bijlagen. De bijlagen hebben betrekking op de analyseresultaten, toegepaste analysemethoden, aangeleverde verpakkingen, monsternamedatum, oliechromatogrammen en mogelijke geconstateerde afwijkingen. Alle bijlagen maken onlosmakelijk onderdeel uit van het rapport. Uitgebreide informatie over de toegepaste analysemethoden kunt u terugvinden in onze informatiegids, uitgave 2004. Indien u vragen en/of opmerkingen heeft naar aanleiding van deze resultaten, verzoeken wij u contact op te nemen met de afdeling Customer Services. Alleen vermenigvuldiging van het hele rapport is toegestaan. Hoogvliet, Vertrouwende u met deze informatie van dienst te zijn, verblijven wij Hoogachtend, QIISIIII R'Alm AL ONZE WERKZAAMHEDEN WORDEN UITGEVOERD ONDER DE ALGEMENE VOORWAARDE~J GEDEPONEERD BIJ DE KAMER VAN KOOPHANDEL EN FABR!EKEN TE ROTTERDAM. INSCHRIJVlhlG HAhIDELSREGISTER: KVK ROTTERDAM 24265286. AlCONTROl B.V. IS GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR RAAD VOOR ACCREDITATIE GES~ELDE CRITERIA VOOR TESTLABORATOR!A CONFORM 1501lE( 17025:1999 ONDER NR. L 028

Startdatum 06-01-2005 Analyse Eenheid X01 X02 X03 droge stof 36.0 41.7 <0.02 <0.03 3.1 83.5 7.4 33.1 0.8 5.4 % mg/kgds gew.-% vd DS 50.6 cis lutum 1,2-dichlooretheen (bodem) Kode Monstersoort Monsterspecificatie X01 X02 X03 grond grond grond 113-9 113 (360-390) 113-11 113 (420-460) 115-10 115 (440-490) 0 Q <i RvA I 0,6 IISIIII, AlCONTROl B.V. IS GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR RAAD VOOR ACCREDITATIE GESTELDE CRITERIA VOOR TESTLABORATORIA CONFORM ISO/JEC 17025:1999 ONDER NR. L 028 Al ONZE WERKZAAMHEDEt~ WORDEN UITGEVOERD ONDER DE ALGEMEr-JE VOORWAARDEN GEDEPONEERD BIJ DE KAMER VAN KOOPHANDEL EN FABRIEKEN TE ROTTERDAM. INSCHRIJVING HANDELSREGISTER: KVK ROTTERDAM 24265286.

Startdatum 06-01-2005 # Opmerkingen Monster X001 113-9 Monster X003 Het resultaat van de analyse is indikatief als gevolg van een storende matrix. 115-10 Het resultaat van de analyse is indikatief als gevolg van een storende matrix. QIISHII RvA I D18 ALCONTROL B.V. IS GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR RAAD VOOR ACCREDITATIE GESTELDE CRITERIA VOOR TESTLABORATORIA CONFORM ISO/IEC 17025:1999 ONDER NR. l028 AL ONZE WERKZAAMHEDEN WORDEN UITGEVOERD ONDER DE ALGEMENE VOORWAARDEN GEDEPONEERD BU DE KAMER VAN KOOPHANDEL EN FABRIEKEN TE ROTTERDAM. INSCHRUVING HANDELSREGISTER: KVK ROTTERDAM 24265286

Analyse Monstersoort Relatie tot norm droge stof organische stof (gloeiverl lutum (bodem) cis 1,2-dichlooretheen trans 1,2-dichlooretheen tetrachlooretheen trichlooretheen vinylchloride grond grond grond grond grond grond grond grond Conform NEN 5747 / CMA/2/II/A.1 Conform NEN 5754 Eigen methode, pipetmethode met versnelde minera lisatie Eigen methode, headspace GCMS Idem Idem Idem Idem De met een * gemerkte analyses vallen niet onder de RvA erkenning. Mnstr Barcode Aanlevering Monstername Verpakking X01 X02 X03 a5094166 a5094158 a4367465 17-12-04 17-12-04 17-12-04 06-01-05 06-01-05 06-01-05 ALC201 ALC201 ALC201 0 ~" Q\[SIIII RvA I 01H ALCONTROL B.V. IS GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR RAAD VOOR ACCREDITATIE GESTELDE CRITERIA VOOR TESTlABORATORIA CONFORM ISO/IEC 17025:1999 ONDER NR. L 028 AL ONZE WERKZAAMHEDEf\J WORDEN UITGEVOERD ONDER DE ALGEMENE VOORWAARDEN GEDEPONEERD BIJ DE KAMER VAN KOOPHANDEL Eh! FABRIEKEN TE ROTTERDAM. INSCHRIJVING HANDELSREGISTER: KVK ROTTERDAM 24265236

Frank van der Poel Wibautstraat 3 1091 GH Amsterdam Hoogvliet,28-12-2004 Geachte Frank van der Poel, Hierbij zenden wij u de analyse resultaten van het laboratoriumonderzoek van het door u aangeboden monstermateriaal met de bij de monsterspecificatie weergegeven beschrijving. Deze resultaten hebben betrekking op Uw Uw projektnaam projektnummer URK B04G0186 ALcontrol rapport nummer 0452364 Dit analyserapport bestaat uit een begeleidende brief, 4 resultaatbijlagen en eventuele informatieve bijlagen. De bijlagen hebben betrekking op de analyseresultaten, toegepaste analysemethoden, aangeleverde verpakkingen, monsternamedatum, oliechromatogrammen en mogelijke geconstateerde afwijkingen. Alle bijlagen maken onlosmakelijk onderdeel uit van het rapport. Uitgebreide informatie over de toegepaste analysemethoden kunt u terugvinden in onze informatiegids, uitgave 2004. Indien u vragen en/of opmerkingen heeft naar aanleiding van deze resultaten, verzoeken wij u contact op te nemen met de afdeling Customer Services. Alleen vermenigvuldiging van het hele rapport is toegestaan. Hoogvl iet, Vertrouwende u met deze informatie van dienst te zijn, verblijven wij Hoogachtend, drs. M.G.M. Groenewegen ::::":::,:''''''ffi'jf\\ J~~ '<AJ1'" ~ IIS1!N nva 1111fl ALCONTROL B.V. IS GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR RAAD VAN ACCREDITAT!E GESTELDE CRITERIA VOOR TESTLABORATORIA CONFORM [SOflEC 17025:1999 ONDER NR. L 028 AL OhlZE WERKZAAMHEDEI'J WORDEN UITGEIj(~ERD Of\IDER DE ALGEMEI\JE VOORWAARDEN GEDEPONEERD BIJ DE KAMER VAN KOOPHAI'JDEL EN FABRIEKEt ) TE ROTIERDAM. IhJSCHRIJVING HÄ.T\JDELSREGISTER.: KVK ROTTERDAM 24265286

Startdatum 23-12-2004 ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- Analyse Eenheid XOl X02 X03 X04 X05 X06 ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- droge stof <0.03 2.912 0.28 0.40 <0.02 62.0 0.04 8.1 72.7 86.0 6.5 9.6 81.4 82.7 8.94.8 0.22 2.5 <0.03 25.2 15 31 0.17 <0.02 1.6 2.4 4.4 0.08 270 570 500 % mg/kgds gew.-% vd OS 82.8 1.3 cis lutum l,2-dichlooretheen (bodem) ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- Kode Monstersoort Monsterspecificatie ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- XOl grond 121-3 121-2 121-1 123-2 123-1 121-4 123 121 (300-320) (200-220) (140-160) (180-200) (120-140) (390-410) ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- o on 00 ~ 1I::lIli flval1l1fl ALCONTROL B.V. \S GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR RAAD VAN ACCREDITATIE GESTELDE CRITERIA VOOR TESTLABORATORIA CONFORM ISOIIEC 17025:1999 ONDER NR. L 028 AL Ot~ZE WERKZAAJAHEDEN \i\'orden UITGE'/CERD ONDER DE ALGEr\~ENE VOORWAARDEN GEDEPONEERD BIJ DE KAMER VAr'] KOOPHANDEL EN FABRIEKEN TE ROTTERDAM I1 JSCHRIJVING HA.r'-IDELSREGISTER: KVK ROTT~;::f)AM 24265286.

Startdatum 23-12-2004 Analyse Eenheid X07 X08 droge stof 46.1 <0.03 22 <0.02 57.8 75.8 <0.03 0.13 18 % mg/kgds gew. vd DS -% 1.8 cis lutum 1,2-dichlooretheen (bodem) - Kode Monstersoort Monsterspecificatie X07 X08 grond grond 123-3 123 (300-320) 123-4 123 (400-420) o :;i ALCONTROl B.V. IS GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR RAAD VAN ACCREDITATIE GESTELDE CRITERIA VOOR TESTLABORATORIA CONFORM ISO/IEC 17025:1999 ONDER NR. L 028 AL OhJZE WERKZAM'AHEDEN WORDEN UITGEIJCERD ONDER DE ALGEMEI\!E VOORWAARDEN GEDEPONEERD BIJ DE KAMER VAN KOOPHAtJDEL EN FABRIEKEN TE ROTIERDAM. U..J5CHRIJVING I-JANOELSREGISTER: KVK ROTTEf)DAM 24265286

Startdatum 23-12-2004 ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- # Opmerkingen ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- Monster X004 121-4 ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- Het resultaat van de analyse is indikatief als gevolg van een storende matrix. Monster X008 123-4 ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- Het resultaat van de analyse is indikatief als gevolg van een storende matrix. "" ~e g Q ~;Wim ALCONTROL BV IS GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR RAAD VAN ACCREDITATIE GESTELDE CRITERIA VOOR TESTLABORATORIA CONFORM ISO/IEC 17025:1999 ONDER NR. L 028 AL or,jze WERKZAAJJ1HEDEN ','VORDEN UITGE'JCERD Ot'-!DER OE ALGEI'J1EI'JE VOORWAARDEN GEDEPONEERD BIJ DE KAMER VAN KOOPHAtJDEL EN FABRIEKEn TE ROTIERDAM. I~ECHRIJVING HANCElSREG:SïEP.: KVK ROTTErDAM 24265286

Analyse Monstersoort Relatie tot norm droge stof organische stof (gloeiverl lutum (bodem) cis 1,2-dichlooretheen trans 1,2-dichlooretheen tetrachlooretheen trichlooretheen vinylchloride grond grond grond grond grond grond grond grond Conform NEN 5747 Conform NEN 5754 Eigen methode, pipetmethode met versnelde minera lisatie Eigen methode, headspace GCMS Idem Idem Idem Idem De met een * gemerkte analyses vallen niet onder de RvA erkenning. Mnstr Barcode Aanlevering Monstername Verpakking X01 a0781391 a4546269 a0293956 a4546268 a0293815 a4546266 a4546267 a0737889 22-12-04 ALC201 23-12-04 1- o N co ~ ~~ ALCONTROL B.V. IS GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR RAAD VAN ACCREDITATIE GESTELDE CRITERIA VOOR TESTLABORATORIA CONFORM ISO/IEC 17025:1999 ONDER NR. l028 I[~IHI AL OJ,IZE WERKZAM-AHEDEN WORDEN UITGE'jCERD ONDER OE ALGEMHJE VOORWAARDEN GEDEPONEERD BIJ DE KAMER VAN KOQPHAhlDEl EN FABRIEKEN TE ROTTERDAM flvfil lila 1t'.ISCHRUVING HANDELSREGISiER: KVK ROTTUDAM 24265286.

-ç;:; E Onderzoek kruipruimte ventilatie 1 l -, i l Lo.v. Project: Kruipruimteventilatie woningen Wijk 8 te Urk Syncera De Straat Wibautstraat 3 1091 GH AMSTERDAM Adviesburo Nieman B.V. Curieweg 4a Postbus 40147 8004 DG ZWOLLE zwolle@nieman.nl www.nieman.nl Datum 25 februari 2005 Projectnummer,z050022aa Rapportnummer Wz050022aaAO.nvo

-, l F 020-7514 600 vertegenwoordigd door: de heer J. Jansman 1. Omschrijving project Onderzoek kruipruimteventilatie van drie Woningen Wijk 8 te Urk Projectnummers Nieman z050022aa 1 Datum Versie 25 februari 2005 Definitief Uitgevoerd door Adviesburo Vestiging Nieman B.V. Zwolle ir. N.J. Voogd ir. R.A.P. van Herpen 1

l l - pagina 5 - I

~ -~ t:::' T Het betreft de woningen op de volgende adressen: Wijk 8, nr.1 0 Wijk 8, nr.12 - Wijk 8, nr.12a De bodem onder de woningen is verontreinigd met VOC. Door verdamping vanuit de bodem treden de verontreinigingen de.kruipruimten binnen. Deze moeten door ventilatie worden afgevoerd naar buiten. Wanneer de afvoer onvoldoende tot stand komt kan dit in de kruipruimtelucht tot hoge verontreinigingsconcentraties leiden. In Hoofdstuk 2 worden de uitgangspunten en randvoorwaarden van het onderzoek toegelicht. Hoofdstuk 3 geeft de rekenresultaten van de metingen. Hoofdstuk 4 bevat een evaluatie van de bevindingen. Gebruikte tekeningen: Nummer Omschrijving FL 01 Verontreinigingssituatie freatisch grondwater met CIS Schets plattegrond kruipruimte Wijk 8 10 Schets plattegrond kruipruimte Wijk 8 12a Datum -, I - pagina 7 - I

De ventilatie van de kruipruimte kan bepaald worden met behulp van een meting waarbij eerst een hoeveelheid tracergas in de kruipruimte geïnjecteerd wordt. Een tracergas is een inert gas, dat niet in de lucht voorkomt. In dit geval Îs daarvoor helium gebruikt. Het tracergas wordt met behulp van ventilatoren met de in de ruimte aanwezige lucht homogeen gemengd. Vervolgens zal de concentratie van het gas in de tijd afnemen door de ventilatie van de kruipruimte, zie figuur 1. Afname concentratie -> t 60 50 40 100 ~ 30 20 4812 16 20 -I -L,~ t --- -\ -I -1 -L --I -\ --l Figuur 1: Afname van de concentratie tracergas in de tijd Uit de snelheid waarmee deze afname tot stand komt kan de kruipruimteventilatie worden bepaald. Een snelle afname van de tracergasconcentratie duidt op een goede afvoer van verontreinigingen en dus een groot ventilatievoud. Het ventilatievoud is een grootheid die aangeeft hoeveel maal per uur het volume van een ruimte ververst wordt. Dit wordt uit de tracergasconcentratieafname bepaald met formule [1]. ln(co)-ln(ct).3600 n = /1t [1] waarin: n het ventilatievoud, in h-1 Co de concentratie tracergas bij het begin van de meting, in ppm Cl de concentratie tracergas op tijdstip t (aan het einde van de meting), in ppm LH de tijd tussen het begin en het einde van de meting, in s Met behulp van het volume van de ruimte kan het ventilatievoud omgerekend worden naar een luchtvolumestroom, zie formule [2] - pagina 9 - I

2.2 Meetopstelling en apparatuur Figuur 2 geeft een schematische voorstelling van de toegepaste meetopstelling. woning helium gas analyzer ~ I kruipruimte ventilatoren Figuur 2: Meetopstelling Voor het meten van de concentratie van het tracergas is de Therma Conductivity Gas Analyzer, Model no. 20-172, van GOW-MAC Instrument Co. gebruikt. 2.3 Buitenluchtcondities De metingen zijn uitgevoerd op donderdag 17 februari 2005. De buitenluchtcondities gemeten op drie weerstations op deze datum zijn gegeven in tabel 1 (bron: KNMI). Op basis hiervan wordt vastgesteld dat de weersomstandigheden geen verstorende invloed op de metingen hebben. I - pagina 10-

De Bilt Den Helder Groningen 2.4 2.4.1 Gegevens kruipruimten Kruipruimte Wijk 8 10 De kenmerken van de kruipruimte van de woning op Wijk 8 10 zijn opgenomen in tabel 2. -1 - l Tabel 2: kenmerken kruipruimte Wijk 8 10 Omschrijving Kenmerk Beschrijving indeling kruipruimte 1 groot compartiment met opening naar klein compartiment ondergang bij voordeur gpeningen in kruipruimte 1 ventilatièrooster aan voorzijde (ZZW); diverse luchtopen leidingendoorvoeren door begane grond vloer Type begane grondvloer Hoogte kruipruimte Prefab betonvloer, ongeïsoleerd; kleine elementen (balken-broodjes) 1,20 m Volume kruipruimte 26,0 m3 (grote compartiment)* Overig - Kruipruimte is erg vochtig, 14 oe / 90% (druppels aan leidingen) - Oude bodemafdekking in kleine compartiment is ingezakt; grondwater is zichtbaar ca. 50 cm onder bodemafsluiting. * Het volume van de kruipruimte is berekend aan de hand van een globale schets van de kruipruimte (niet op schaal) en een plattegrond van de wijk. 2.4.2 Kruipruimte Wijk 8 12 De kenmerken van de kruipruimte van de woning op Wijk 8 12 zijn opgenomen in tabel 3. - pagina 11 -I

compartimenten gang/badkamer onder resp. keuken en Openingen in kruipruimte 3 renovatie-ventilatieroosters aan voorzijde (ZZW); onderkant begane grond vloer geheel geïsoleerd met een ca 10 cm dikke laag PUR, in-situ aangebracht. Type begane grondvloer Prefab betonvloer, type onbekend Hoogte kruipruimte 0,70 m Volume kruipruimte 12,4 m3 (grote compartiment)*. Overig - kruipruimte is erg vochtig, 11 C I 90% - ca. 50 cm dikke laag schelpen op bodem, grond is vochtig onder de schelpen * Er was geen tekening of schets van de kruipruimte aanwezig. Het volume van de kruipruimte is berekend aan de hand van een plattegrond van de wijk. 2.4.3 Kruipruimte Wijk 8 12a De kenmerken van de kruipruimte van de woning op Wijk 8 12a zijn opgenomen in tabel 4. Tabel 4: kenmerken kruipruimte Wijk 8 12a Omschrijving Kenmerk Beschrijving indeling kruipruimte 2 grote en 2 kleine compartimenten; gat tussen de 2 grote compartimenten; de 2 kleine compartimenten zijn onbereikbaar Openingen in kruipruimte Geen ventilatieroosters; diverse luchtopen leidingendoorvoeren door begane grond vloer Type begane grondvloer Holle baksteen vloer, ongeïsoleerd Hoogte kruipruimte 0,45 m Volume kruipruimte 5,7 m3(grote compartimenten* Overig Gemetselde put in hoek bij kruipruimteluik, op de scheiding tussen de twee grote kruipruimten * Het volume van de kruipruimte is berekend aan de hand van een globale schets van de kruipruimte (niet op schaal) en een plattegrond van de wijk.. I - pagina 12 -

een overzicht van de resultaten van de berekeningen. Tabel 5: Rekenresultaten -~ E Kruipruimte Ventilatievoud Luchtvolumestroom Wijk 810 0,88 22,9 Wijk 812 0,25 3,1 Wijk 8 12a 0,79 4,5 1 De ventilatie van de kruipruimten van de woningen met een niet-geïsoleerde begane grondvloer kan als normaal gekwalificeerd worden. De ventilatie van de woning met een geïsoleerde begane grondvloer is verwaarloosbaar. 1 T T I - pagina 13 -I

ontbreken van adequate voorzieningen t.b.v. de kruipruimteventilatie, een verwaarloosbare ventilatie van de kruipruimten verwacht. Dit beeld wordt alleen bevestigd in de woning met een geïsoleerde begane grondvloer. In de woningen met een niet-geïsoleerde begane grondvloer blijkt wel kruipruimteventilatie op te treden. Geconstateerd is dat deze ventilatie tot stand komt ten gevolge van luchtafvoer vanuit de kruipruimte via de begane grondvloer naar de woning. De begane grondvloer is relatief luchtopen; het thermisch drukverschil over de begane grondvloer vormt vervolgens de drijvende kracht voor het luchttransport door de vloer (via leidingdoorvoeren, naden, vloerluik e.d.). 1 Afvoer van verontreinigingen vanuit de kruipruimten treedt hier dus op via het woonmilieu. Dit is onwenselijk, de situatie van de woning met een luchtdicht geïsoleerde begane grondvloer is dus te preferen, ondanks dat de kruipruimteventilatie hierin vrijwel ontbreekt. Er zijn vanwege de kruipruimtecompartimentering vrijwel geen mogelijkheden voor een goede kruipruimteventilatie. Wij adviseren dan ook een damp- en luchtdichte bodemafsluiting aan te brengen in de kruipruimten. Indien deze tevens een isolerende werking bezit (zoals bij thermokussens het geval is) kan dit tevens als energiebesparende maatregel gezien worden. Zwolle, 25 februari 2005 Adviesburo Nieman B.v. irffi Ir..P. van Herpen I f=- - pagina 15 -I

I L.. T_ 1 1 l Î -, I ---, I

1 lr 1 ~ _I --J 1:1 ii~--- -----, 41 Meetresultaten en bewerkingen I n Ventilatie Sincera De Straat 4 Cii 2588,19592,0637 1582,00172,1!i60 ln(ci) 17-2-2005 = 2,372540437 kruipruimten 1n(C)=a+b*t woningen [min] te Urk 2 Tijd Concentratie i 2,3~37 5 44 n m~~,u I 1,7750 22 308 26 Bepaling 13 n*e 2,3795 Xj 2280 1020 2220 2160 2100 2040 300 ti 1500 1440 1140 1260 1380 1200 1320 1080 1680 1740 420176400 1620 1560 480230400 360129600 1860 1980 1800 1920 [sj 39 13720 11600 12660 15840 105409,4 14780 603600 89 435600 360000 518400 705600 291600 608400 1464,6743 1080,62012,2549 gem 2,3702 5 4 (ti*in 10,1 10,8 10,7 10,5 10,3 [ ln(ci) 90000 817,9653 142,2146 [-] [S2] X/ t/ 555,0085 282,1650 419,7859 949,9405 2,2925 687,7604 Xj 2,3125 2,3514 2,3321 ti*ln...] 9,5 2,2618 2,2407 2,2721 2,2513 [sj 0 [ 0,0000 Y, 9"Yj 1209,98322,2~02 1338,00862,2255 2,2192 15 I 35 31 33 17960 28 27 16900 2822400 2250000 2073600 1904400 1299600 1166400 1587600 1440000 1742400 5198400 1040400 4928400 3027600 4665600 921600 2624400 4410000 2433600 810000 4161600 3459600 3920400 3240000 3686400 3101,08401,9901 3565,47611,9166 3002,22002,0048 2920,53352,0195 2798,84462,0~42 2384,7250 2272,46492,1'178 2694,41082,0489 2495,32992,0784 1817,1913 1705,12002,1613 2,1861 2,1972 2,1633 2,2300 9,3 8,7 8,9 9,0 9,2 [n.] ventilatievoud (C.) IBewerkingen z050022... 2,37;25 1n(Ci)-b*gem ] Y, (Cd) 2,2696 2,2990 2,2~43 2,3578 2,3284 2,3431 -E (td Wijk *E1n (td 8 (Cd 2158,58062,1~25 3360,84731,94.60 3292,95921,9607 2054,46352, 3220,35641,9754 1936,58602,1519 3450,46071,9313 3623,17371,9019 2,1401 2,1518 7,4 7,6 8,1 7,8 8,2 8,3 7,3 8,6 6,9 6,8 2,0015 2,0281 2,0919 2,1041 2,0541 2,0412 2,0794 2,1163 1,9315 1,9879 1,9601 1,9169 1000! 2000 1500 2500 30002,3725-1,7401 = 0,88 2580 2520 2340 2460 2400 43 416656400 5475600 5760000 6350400 6051600 39 = 3930,78461,8$77 3849,62211,8?24 3736,39791,88n 6,6 1,8718 1,8871 1,84051 3975,58721,8*30 4490,40271,7401 4429,80201,7548 4231,39571,7~89 4366,38281,7695 4159,97241,8t36 4050,49941,8283 4259,8856 5,7 5,8 5,9 6,1 6,2 1,7405 1,7579 1,8083 1,7750 1,8245 10, kruipruimte Urk = -2,45E-04 Na regres~ie zie rechteri 2,0~31 2,2~07 2,1666 I 1~72 I 33 lit.3600 1,7~42 [h-1j 40 gedeelte I Projectgegevens I I I I

I i --I I _I r -' _I I,r 18 n 30 xj n*e(ti*ln(ci))-e(td*eln(c.> In 31 5299,21912,7603 1204,51752,8657 (Co)-In [sj[...] ln(cij (C.) : Ventilatie Sineera = 2,895225479 De kruipruimten Straat 7 ln(c)=a+b*t 03 woningen[min] te 2Urk Tijd 49 Concentratie 1 [h-'] 39 33 4I n ~t 2580 40 0Meetr 5 20 ti Meetresultaten en bewerkingen I1I1I, z. 23 128 Bepaling 16 2,9124 XJ 1320 1020 1500 1080 300 1380 ti 1260 1200 1560 1140 24057600 1440 420176400 480230400 360129600 [sj 780 540 720 660 603600 1816,7 360000 435600 810000 705600 2433600 2250000 291600 921600 2073600 518400.~ Cii 1166400 1742400 3700,43572,8025 1587600 3532,23412,8067 3371,28322,8109 2379,89922,8362 1299600 3209,56592,8151 1040400 2871,71692,8235 608400 2708,52372,8278 3040,64142,8193 2044,13652,8446 1904400 3860,24822,7983 1877,640 1710,42392,8531 2544,58232,8320 4334,95812,7856 1539,38152,8573 4177,51692,7898 gem 2209,90642,8404 1371,10572,8615 4019,27782,7940 01034,48332,8699 2,9014 18,1 17,9 917,8 617,7 718,2 218,41 18,0 17,6 [.u] ln(ci) 174,0853 14400 520,2669 692,3522 863,7595 347,5094 [-] t/ 2,8959 [5'] Xl"'YJ. 2,8904 2,8848 YJ 2,8792 ti*ln 16,5 17,2 16,9 17,3 16,6 17,0 16,7 16,2 17,1 16,8 16,4 16,3 I I1II 2,8449 2,8273 2,8214 2,8679 2,8736 2,8507 2,8332 2,8391 2,8565 0 [u.] 0,0000 2,8034 2,8094 2,8154 2,7850 2,7912 2,7973 2,8952 YJ ventilatievoud ln(cil-b*gem -~ 27 37 2880 2820 1740 2760 2700 2520 2640 2460 2580 2040 1980 2280 2160 2340 2400 1920 1860 1680 1800 2220 1620 2100 I 8294400 7952400 3686400 3027600 7617600 3459600 7290000 2822400 3240000 2624400 5198400 5475600 5760000 7793,41882,6928 5133,61852,7645 4410000 4928400 3920400 5452,24822,7561 4665600 4161600 4813,39532,7730 4657,94912,7772 4979,37442,7687 4501,687 6070,29592,7392 5769,26892,7477 5920,214 5617,46792,7519 15,8 16,0 15,5 15,7 15,9 16,1 15,6 2000 3500 2500 1500 3000 2,7473 2,3725-1,7401 7632,93912,6971 7311,73552,7055 6350400 7166,79412,7097 6969600 6656400 6051600 7472,37792,7013 6234,35792,7350 6398,42002,7308' 6857,66452,7181 6546,84682,7266 7003,91242,7139 6694,38682,7224 15,0 15,3 15,1 15,2 15,4 2,7147 2,7213 2,7408 2,7537 2,7060 2,7067 2,7600 2,7074 2,7726 2,7663 2,7788 '1:K'*-_ 2,8910 2,8868 2,8826 2,8784 (C'> 2,8741 2,8488 IBewerkingen, Wijk z050022 17-2-2005 (ti) 8 12, kruipruimte Urk zie rechter gedeelte '~~~LI 1 2,7081 2,7344 2,7279 I 2,7814 2,7434 5 I0,25.3600 = I Projectgegevens I I I

J ~.---J I --.J --.J r _I I -:/ r I _--1 Meetdatum 2580 36 41 42 43 38 35 Meetresultaten en bewerkingen H I I 18 n 8 34 z050022 Sincera 17-2-2005 De Straat Bepaling..~-:..~, 23 30 ""'~L 12 3,1946 X, ti 300 480230400 240 360129600 420176400 [sj 540 780 720 900 603600 660 810000 360000 Cii 705600 435600 291600 608400 518400 2495,14822,9818 1987,00983,0214 0gem 3,1739 22,0 422,3 623,9 24,4 122,7 23,5 23,1 [ 57600 90000 ln(ci) 190,4327 931,3760 t/ [S2] xl 749,3676 378,8401 565,1699 3,1046 Xj 3,1224 3,1570 3,1398 ti*ln... 3,0910 ][sj 0[ 0,0000 Y, *Yj ventilatievoud... [ 3,1665 1n(Ci)-b*gem... ] ln(ci) Y, ] : Wijk 8 12a, kruipruimte Urk 1n(C)=a+b*t [min] I i 1112,77533,0~74 2324,88252,9~50 1815,17463,0~46 1641,46453,0478 2156,9272 1468,17943,0610 820,9 21,3 921,6 19,2 19,5 20,3 20,6 19,7 20,0 3,0727 3,0106 2,9806 3,0253 2,9957 3,0397 3,0587 -'" 27 16 1560 1500 1200 1680 1080 1020 1860 1920 1740 1440 1140 1320 1380 1620 1800 1980 1260 I 25 31 3459600 2073600 3686400 3027600 2624400 2433600 2250000 1440000 1299600 2822400 1742400 1166400 1904400 3240000 3920400 921600 1587600 1040400 4401,35112,8235 4249,8200 2659,41932,9686 5311,33272,7~43 4856,62732,7839I 4096,66952,8499 3468,44612 5157,01502,7575 3785,62662,8,?63 3307,6206 4709,64542, 3941,92892,8631 5013,0202 5452,24822,7:311 2821,59542,9554 4560,96212,8i03 3151,19242,9290 3627,79012,8~94 2987,09402,9422 15,7 18,9 18,7 16,8 17,0 18,0 15,9 16,0 17,2 16,5 16,3 18,2 17,6 18,5 17,4 16,7 16,2 17,8 2,9549 2,9704 2,9392 I2,8214 2,8332 2,7663 2,7912 2,8449 2,8904 2,8679 2,9014 2,8034 2,8565 2,7850 2,7537 2,8154 2,9178 2,9285 2,7726 8792 1000 3,1~33 2000 3,1~01 3,1~69 (td 3,166514838 2 3,1~05 I2500 I! 1500 2,3725-1,7401 = 0,79 2,8~67 2,9t58 2,7707 3,OQ82,9q2 7~71 38 I 6 I I 33 I.3600[h-I] 39 lj.t = 40 9 zie rechter gedeelte I II I"~~. Projectgegevens I n*e(ti*ln(ci))-e(ti)*eln(ci) 1290,53123,0742 3,1~37 Ventilatie = kruipruimten -2 20-04 woningen te Urk Tijd Concentratie 4I 5 17 I

1-

Zuurstofarm Beschikking Formeel besluit van het bevoegd gezag (in dit geval de Provincie Flevoland). Bodemluchtmetingen Meting van de hoeveelheid deeltjes (in parts per million, ppm) in de lucht die in de bodem aanwezig is. Bodemvolume Volume (in kubieke meters) van de bodem waarin een grondwaterveroritreiniging is aangetroffen. Casing (verloren) Stalen buis die in een boorgat wordt geplaatst om versmering van verschillende bodemlagen en/of het grondwater tijdens het boren te voorkomen. Daarnaast wordt door middel van een casing voorkomen dat het filter van een peilbuis zich vult met grondwater uit ondiepere bodemlagen. Een verloren casing blijft na plaatsing van boring en/of peilbuis in de bodem achter. CIS Afkorting van cis-1,2-dichlooretheen, één van de vluchtige gechloreerde koolwaterstoffen. CIS is een afbraakproduct van tetrachlooretheen (PER), dat in het verleden vaak in wasserijen werd gebruikt. Contaminatie Vervuiling van bodemlagen als gevolg van boorwerkzaamheden. Dichtheidsstroming of dichtheidstransport Verplaatsing van de verontreiniging naar een diepere bodem laag als gevolg van de grotere dichtheid van vluchtige gechloreerde koolwaterstoffen dan water. Diver Instrument dat op de bodem van een peilbuis (dus onder het grondwater) wordt geplaatst om de doorlatendheid van het grondpakket en het zuurstofgehalte van het grondwater te meten. Doorlaatfactor Mate waarin een grond pakket het grondwater doorlaat (gemeten in meters per dag). Doorslag Verplaatsing van de verontreiniging vanuit het freatisch grondwater naar een diepere (vaak slecht doorlatende) bodem laag of dieper grondwater. Eerste scheidende laag Bodemlaag die het freatisch grondwater scheidt van het ondergelegen eerste watervoerend pakket. Eerste watervoerend pakket Eerste bodem pakket direct onder de eerste scheidende laag dat voldoende doorlatend is om grondwater te bevatten. Het grondwater in het eerste watervoerend pakket is van nature in de bodem aanwezig en wordt niet direct beïnvloed door regen, verdamping etc. Filtertraject Dieptetraject in de bodem (in meters minus maaiveld) waarop het filter van een peilbuis geplaatst is (in de meeste gevallen een lengte van een meter). Freatisch grondwater Ondiep grondwater (boven de eerste scheidende laag). De freatische grondwaterstand wordt direct beïnvloed door regen, verdamping, oppervlaktewater etc. 1- Freatisch verspreidingsgebied Gebied (in horizontale richting) waarbinnen de verontreiniging in het freatisch grondwater zich heeft verspreid.

Er is sprake van een 'geval van ernstige bodemverontreiniqing' op een locatie als meer dan 25 m3 van de grond en/of als een bodemvolume van meer dan 100 m van het grondwater op de locatie boven de interventiewaarde is verontreinigd met een bepaalde parameter. Infiltratiesituatie Neergaande grondwaterbeweging. Holocene deklaag Afzettingen uit de meest recente geologische periode (het Holoceen), bestaande uit veen- en kleilagen. Kernboring Boring in de (vermoedelijke) kern van een verontreiniging. Kerngebied Zone in de bodem waar de hoogste concentraties verontreinigende stoffen worden gemeten. Luchtemissie Ontwijken van lucht uit de bodem naar de buitenlucht. Maaiveld Niveau van de grond ter plaatse van een boorlocatie. Macroparameters Parameters of stoffen die iets zeggen over wat er op grote schaal (dus in algemene zin) in de bodem gebeurt of kan gebeuren. Micro-organismen Bacteriën en andere zeer kleine organismen die in de bodem leven. M-mv Meter minus maaiveld. Dit is een maat voor de diepte in de bodem waarop bepaalde bodemlagen of verontreinigingen worden aangetroffen. Nalevering Het doorsijpelen van verontreinigende stoffen naar diepere bodemlagen en/of het grondwater geruime tijd nadat de verontreiniging in de bodem is ontstaan. Natuurlijke afbraak (duurzame) Chemische omzetting van schadelijke stoffen in één of meerdere onschadelijke componenten, die onder natuurlijke omstandigheden in de bodem plaatsvindt. Met duurzaam wordt bedoeld dat de omzetting niet meer omkeerbaar is. NO Afkorting van Nader Onderzoek. Pakket Eén of meerdere bodemlagen die qua samenstelling en eigenschappen bij elkaar horen. Peilbuis PVC-buis in de bodem om grondwatermonsters te kunnen nemen of andere metingen aan het grondwater uit te voeren. PER Afkorting van tetrachlooretheen, één van de vluchtige gechloreerde koolwaterstoffen. PER werd in het verleden vaak in wasserijen gebruikt. PID-meter Photo lonisation Detector; apparaat waarmee bodemluchtmetingen worden uitgevoerd.

Saneringsonderzoek Onderzoek naar en uitwerking van de verschillende saneringsmogelijkheden (varianten) die kunnen worden toegepast bij de aanpak van een bepaald geval van ernstige bodemverontreiniging. Saneringsvariant Mogelijkheid om de bodem te saneren. Voorbeelden van saneringsvarianten zijn ontgraving, wegpompen, natuurlijke afbraak etc. Spuiput lozingsput van afvalstoffen, afvalwater etc. Dergelijke putten staan vaak in verbinding met de riolering of een andersoortige afvoermogelijkheid. Steekbus Stalen bus waarmee ongeroerde bodemmonsters kunnen worden genomen. Stijghoogteverschillen Verschillen in hoogte/diepte (ten opzichte van het maaiveld) van de grondwaterstand in een peilbuis. Toetsingskader Bij de interpretatie van de analyseresultaten wordt gebruik gemaakt van de toetsingstabel en het referentiekader uit de leidraad Bodembescherming alsmede diverse recente kamerstukken. In de toetsingstabel zijn toetsingswaarden (kwantitatief) met betrekking tot grond en grondwaterverontreinigingen vastgelegd. Deze waarden zijn bekend als de zogenaamde S-, T- en 1 waarden. De S-, T- en I-waarden zijn afhankelijk van het organische stof gehalte en/of de lutumfractie (fractie < 2/lm). lutum en organische stof worden geanalyseerd in het laboratorium. Streefwaarde (S-waarde) Als de streefwaarde wordt overschreden is er sprake van bodemverontreiniging. Voor de stoffen die van nature voorkomen, komt de streefwaarde overeen met de zogenaamde 'gemiddelde achtergrondgehaltes'. Voor stoffen die niet van nature in de bodem voorkomen is de streefwaarde gelijk gesteld aan de aantoonbaarheidsgrens van de huidige analysetechnieken, ook wel de 'detectiegrens' genoemd. Grond of grondwater waarin streefwaarde overschrijdingen worden gemeten, wordt licht verontreinigd genoemd. Tussenwaarde (T-waarde) De gemiddelde waarde van de streefwaarde en de interventiewaarde, (S+I)/2, hierna de 'tussenwaarde' genoemd, wordt gehanteerd om na te gaan of bij overschrijding de kans aanwezig is dat er sprake is van een ernstige bodemverontreiniging, ofwel dat er nader onderzoek noodzakelijk is. Grond of grondwater waarin tussenwaarde overschrijdingen worden gemeten, wordt matig verontreinigd. genoemd. fnterventiewaarde (f-waarde) De interventiewaarde is de 'toetsingswaarde ten behoeve van sanering'. Zodra de interventiewaarde wordt overschreden is er sprake van een ernstige of sterke bodemverontreiniging, en daarmee saneringsnoodzaak Bij bepaling van de verdere aanpak van de verontreinigingssituatie wordt naast de aard en de concentraties van stoffen ook de lokale verontreinigingssituatie alsmede het gebruik van de bodem ter plaatse beschouwd. Dit wordt ook wel het referentiekader genoemd. TRANS Afkorting van trans-1,2 dichlooretheen, één van de vluchtige gechloreerde koolwaterstoffen. TRANS is een bijproduct van tetrachlooretheen (PER), dat in het verleden vaak in wasserijen werd gebruikt. Trede 3 op de saneringsladder TRI Afkorting van trichlooretheen, één van de vluchtige gechloreerde koolwaterstoffen. TRI is een afbraakproduct van tetrachlooretheen (PER), dat in het verleden vaak in wasserijen werd gebruikt.

Boring om de omvang van een verontreiniging vast te stellen. ve Afkorting van vinylchloride, één van de vluchtige gechloreerde koolwaterstoffen. VC is een afbraakproduct van tetrachlooretheen (PER), dat in het verleden vaak in wasserijen werd gebruikt. Ventilatiemetingen Metingen naar de mate van ventilatie (aanvoer van frisse lucht en afvoer van 'vuile' lucht) van een afgesloten ruimte (bijvoorbeeld een kruipruimte). Vluchtige (gechloreerde) koolwaterstoffen (VOel) Vluchtige gechloreerde koolwaterstoffen (VOCI) zijn koolwaterstoffen met een halogene verbinding, met name chloor is in dit kader bekend. VOCI worden veel gebruikt als ontvettings- en schoonmaakmiddelen bij chemische wasserijen, metaalindustrie en drukkerijen. Met name verontreinigingen met TRI (trichlooretheen) en PER (tetrachlooretheen) komen veel voor. TRI en PER hebben een hoog soortelijk gewicht (zwaarder dan water) en zijn vrij vluchtig. Ook deze stoffen hebben een sterk oplossend vermogen voor een groot aantal kunststoffen. Van deze stoffen is bekend dat ze het zenuwstelsel aan kunnen tasten.