omgevingsdienst HAAGLANDEN Beschikking Wet bodembesclierming - geval van bodemverontreiniging

Transcriptie

1 Zaaknummer Ons Kenmerk Datum ODH APR Bezoekadres Zuid-Hollandplein AW Den Haag Postadres Postbus GB Den Haag T (070) E vergunningen@odh.nl I Beschikking Wet bodembesclierming - geval van bodemverontreiniging Onderwerp Op 16 februari 2018 hebben wij een melding ontvangen als bedoeld in artikel 27 van de Wet bodembescherming voor de locatie Delftweg 79, 2289 BB te Rijswijk (locatiecode: AA ). Besluit Wij besluiten: I. vast te stellen dat er sprake is van een geval van ernstige bodemverontreiniging op de locatie Delftweg 79, 2289 BB te Rijswijk waarvoor een spoedige sanering noodzakelijk is; II. III. voor te schrijven dat wijzigingen in gebruik van de bodem of omstandigheden op de locatie die van invloed kunnen zijn op de humane, ecologische en/of verspreidingsrisico's, en daarmee op de spoedeisendheid van het geval van bodemverontreiniging, schriftelijk aan het bevoegd gezag Wbb ter kennis worden gebracht. Dit moet zo spoedig mogelijk, doch uiteriijk 4 weken voor de doorvoering van de wijziging worden gedaan; de voorschriften 1 tot en met 4 te verbinden aan dit besluit. Ondertekening Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland, voor dezen, ing. L. Hopman Hoofd Toetsing & Vergunningveriening Milieu van de Omgevingsdienst Haaglanden Rechtsmiddelen Voor de mogelijkheid rechtsmiddelen aan te wenden tegen deze beschikking wijzen wij op de desbetreffende tekst in het begeleidende schrijven.

2 VOORSCHRIFTEN 1 Met de sanering dient zo spoedig mogelijk, doch uiteriijk 1 juni 2022 te zijn begonnen. 2 Uiteriijk 1 januari 2022 dient een saneringsplan te zijn ingediend. 3 Indien niet is begonnen met de sanering binnen een jaar na dagtekening van deze beschikking dienen tijdelijke beveiligingsmaatregelen te worden genomen om humane risico's voldoende te beperken. 4 Van de te nemen tijdelijke beveiligingsmaatregelen dient een plan van aanpak ter goedkeuring aan ons te worden overiegd binnen 9 maanden na dagtekening van deze beschikking. Van de uitvoering van deze maatregelen dient schriftelijk verslag te worden gedaan binnen 15 maanden na dagtekening van deze beschikking. 2/6

3 OVERWEGINGEN Aanleiding Op 16 februari 2018 hebben wij een melding ontvangen als bedoeld in artikel 27 van de Wet bodembescherming (hierna: Wbb) voor de locatie Delftweg 79 te Rijswijk (locatiecode: AA ). Het geval van bodemverontreiniging ligt op het volgende grondperceel: kadastrale gemeente sectie grondperceel Rijswijk K 265 (gedeeltelijk) Dit besluit is gebaseerd op de volgende stukken: Verkennend bodemonderzoek Delftweg 79 te Rijswijk, BK Ingenieurs B.V. met kenmerk (versie 1) van 15 december Verkennend asbest in grond onderzoek Delftweg 79 te Rijswijk, BK Ingenieurs B.V. met kenmerk (versie 1) van 28 maart Aanvullend bodemonderzoek Delftweg 79 te Rijswijk, BK Ingenieurs B.V. met kenmerk (versie 2) van 16 februari Procedure Titel 4.1 van de Algemene wet bestuursrecht is toegepast op deze beschikking. Zienswijzen Ingevolge artikel 4:8 van de Algemene wet bestuursrecht hebben wij belanghebbenden in de gelegenheid gesteld hun zienswijze naar voren te brengen over een concept van dit besluit. Naar aanleiding van het concept-besluit hebben wij geen zienswijze ontvangen. Derhalve is de tekst in dit besluit ongewijzigd ten opzichte van het concept besluit. Toetsingskader en grondsiag beschikking De melding is getoetst aan de Wbb en de Circulaire bodemsanering per 1 juli 2013 (Stc. 27 juni 2013). Artikel 29 en artikel 37 van de Wbb vormen de grondsiag van deze beschikking. Beoordeling Algemeen De onderzoekslocatie heeft een oppervlakte van circa m^. De locatie is gedeeltelijk bebouwd met een boerderij bestaande uit een woonhuis met aangrenzende stal en een opslag met schuur. Aan de achterzijde van het woonhuis bestaat de verharding gedeeltelijk uit stelconplaten. De inrit naar het woonhuis is gedeeltelijk verhard met klinkers, asfalt en/of puin. Het overige gedeelte van het buitenterrein betreft onverhard gebied. Aan de noord-, oost-, en westzijde wordt de locatie begrensd door watergangen. De aftakking van de watergang aan de westzijde is gelegen binnen het kadastraal perceel nummer 265. De watergangen op en rondom het perceel maken geen onderdeel uit van de onderzoekslocatie. Langs de watergang aan de oostzijde is een spoorlijn gelegen. Aan de westzijde van het perceel is de Delftweg gelegen. De locatie ligt in een bebouwde omgeving. Aanleiding van de bodemonderzoeken is de voorgenomen verkoop van het terrein. 3/6

4 Beschrijving van de verontreinigingssituatie Op de onderzoekslocatie is sprake van een verontreiniging met zware metalen in de grond. Op twee locaties is sprake van een gemiddelde overschrijding van de interventiewaarden. Aan de zuidoostzijde van het perceel is over een oppervlakte van circa 140 m^ de grond vanaf 0,5 tot 2,0 meter minus maaiveld (m-mv) sterk verontreinigd. Koper, lood en zink overschrijden gemiddeld de interventiewaarden. Bij een gemiddelde laagdikte van 0,75 meter betreft de hoeveelheid sterk verontreinigde grond (omvang) 105 m^. Aan de westzijde van het perceel is over een oppervlakte van circa 75 m^ de grond vanaf 0,5 tot 1 m-mv sterk verontreinigd. Lood overschrijdt gemiddeld de interventiewaarde, koper en zink overschrijdt gemiddeld de achtergrondwaarden. De hoeveelheid grond dat gemiddeld verontreinigd is boven de interventiewaarde is 38 m3. De bovengrond vanaf maaiveld tot 0,5 m-mv is licht verontreinigd. Het grondwater is ten hoogste licht verontreinigd met barium en naftaleen. Ernst De ernst van de verontreiniging wordt vastgesteld op grond van artikel 29, eerste lid, van de Wbb. Het geval is beoordeeld aan de hand van de Circulaire bodemsanering per 1 juli Van een geval van ernstige verontreiniging is sprake indien de gemiddelde concentratie van een verontreinigende stof hoger is dan de 'interventiewaarde' in een bodemvolume van meer dan 25 m^ grond, of in een bodemvolume van meer dan 100 m^ grondwater. Vanwege de aangetroffen gehalten en het volume verontreinigde bodem wordt geconcludeerd dat de verontreiniging een geval van ernstige bodemverontreiniging in de zin van artikel 1 van de Wbb betreft. Risicobeoordeling en spoedeisendheid Indien in een beschikking wordt vastgesteld dat er sprake is van een geval van ernstige bodemverontreiniging, moet tevens worden vastgesteld of het huidige dan wel voorgenomen gebruik van de bodem leidt tot zodanige risico's voor mens, plant, dier of mogelijke verspreiding dat een spoedige sanering noodzakelijk is (ingevolge artikel 37, eerste lid, van de Wbb). Het toetsingskader voor de risicobeoordeling is vastgelegd in de Circulaire bodemsanering per 1 juli Het huidige en toekomstige gebruik van de locatie is wonen met erf - tuin. Uit de uitgevoerde risicobeoordeling blijkt het volgende. Humaan risico Er zijn onaanvaardbare risico's voor de mens aanwezig: Direct contact met de verontreiniging is mogelijk, omdat de sterke verontreiniging aanwezig is in de contactzone (bovenste meter). Opname via voedingsgewassen kan niet worden uitgesloten omdat op de locatie voedingsgewassen kunnen worden verbouwd. Opname via het drinkwater kan worden uitgesloten omdat permeatie van de aangetroffen verontreinigingen door het drinkwaterieidingmateriaal niet mogelijk is. Inhalatie van de verontreiniging is niet mogelijk omdat de aangetroffen verontreinigingen niet vluchtig zijn. Omdat direct contact met de verontreiniging of opname via voedingsgewassen mogelijk kan zijn, is met behulp van het computerprogramma Sanscrit berekend dat het Maximaal Toelaatbaar Risico wordt overschreden waardoor er wel onaanvaardbare humane risico's zijn. 4/6

5 Ecologisch risico Er zijn geen onaanvaardbare risico's voor het ecosysteem aanwezig: Of onaanvaardbare risico's voor het ecosysteem kunnen optreden, is afhankelijk van de concentraties aan verontreinigingen en het verontreinigde oppervlak. Het maatgevend oppervlak is afhankelijk van de mate waarin het betreffende gebied voor flora en fauna toegankelijk is. Voor deze locatie wordt het minimale verontreinigde oppervlak waarbij, bij de gemeten concentraties, onaanvaardbare risico's kunnen optreden voor het ecosysteem, niet overschreden. Vefspre/d/ngsr/s/co Er zijn geen onaanvaardbare risico's voor verspreiding aanwezig aangezien de verontreiniging niet mobiel is. Saneringstijdstip Indien in een beschikking wordt vastgesteld dat van onaanvaardbare risico's sprake is, moet er (ingevolge artikel 37, tweede lid, Wbb) een saneringstijdstip worden bepaald. Dit tijdstip is zo spoedig mogelijk na de inwerkingtreding van deze beschikking. Gelet op de hierboven vastgestelde risico's dient uiterlijk binnen 4 jaar na afgifte van de beschikking gestart te worden met de sanering. Het saneringsplan dient uiteriijk 6 maanden voor het verstrijken van deze termijn bij ons te worden ingediend. Conclusie Omdat sprake is van onaanvaardbare risico's voor de mens is een spoedige sanering noodzakelijk. Aangezien sprake is van onaanvaardbare humane risico's zijn tijdelijke beveiligingsmaatregelen noodzakelijk indien niet binnen een jaar na dagtekening is begonnen met de sanering. Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen Uit deze beschikking vloeit een publiekrechtelijke beperking als bedoeld in artikel 1, onderdeel a, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen onroerende zaken voort, voor het volgende grondperceel: kadastrale gemeente sectie grondperceel Rijswijk K 265 (gedeeltelijk) Het grondperceel waarop de publiekrechtelijke beperking van toepassing is, is aangegeven op de bij deze beschikking behorende kadastrale kaart. 5/6

6 Kadastrale kaart Uittreksel Kadastrale Kaan Uw referentie: Deze kaart isnoordgerichi F^coelnummor 25 Hutsnummer Vastgesielda kadastrale grsns Voorlopige kadastrale grens Administratieve kadastrale grens Bebouwing Schaal 1:1000 Kad ast r al e gem een t e Sectie Perceel RIJSV^/IJK K 265 Overlgetopografle Voor aen eensluidend uittreksel. Apeldoorn. Smaarl 2018 De bavvaarder van het kadasler on de openbare registers Aan dit uittreksel kunnen geen betrouwbare malen worden ontleend. DaOlenst voor het kadaster en da openbare registers behoudt zich detntetlectuele eigendom^ech'.cii voor. waaronder het auteursreclit en hel databankenrectit. 6/6