Afstuderen. AOD Handleiding. Collegejaar 2013-2014. Semester 1



Vergelijkbare documenten
HBO-RECHTEN COMPETENTIES APRIL 2012

1. Formuleren en oplossen van rechtsvragen op basis van analyse van juridisch relevante feiten en juridische bronnen. (Juridisch analyseren)

Afstuderen AOD Handleiding Collegejaar Semester 1

Faculteit Economie en Management Opleiding HBO-Rechten AFSTUDEEROPDRACHT (AOD) BEOORDELINGSFORMULIER VERDEDIGINGSWAARDIGHEID. studiejaar

AOD Handleiding Studiejaar , semester 2

B. Toelatingseis voor de opleiding en competentieontwikkeling gedurende de opleiding

HANDLEIDING PRAKTIJKVAARDIGHEDEN VERSLAG PROPEDEUSE - PKV I

Uitvoeringsregelingen bij de Onderwijs- en Examenregeling bacheloropleiding HBO-Rechten

JUVE JUVE1AR (Juridische Vaardigheden) JUVE1AP (Praktijkvaardigheden) JUVE1AM (Mediatheektraining)

HANDLEIDING PRAKTIJKVERSLAG HOOFDFASE HBO-RECHTEN - PKVII

BEOORDELINGSFORMULIER STAGES BACHELOR NIVEAU 3

Inleiding Recht Publiekrecht. Rechtsvinding Publiekrecht. Het toepassen van basiskennis op het recht (schriftelijk tentamen)

OVR-SZRE Mevrouw mr. M. le Fèbre

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Faculteit Educatie Instituut voor Leraar en School

ONDERWIJS- EN EXAMENREGLEMENT DEFINITIES

Examenreglement

FACULTEIT DER GEESTESWETENSCHAPPEN

De CBP: Competentie Beoordeling Praktijk

Dit reglement is een extract uit de Onderwijs- en Examenregeling van NOVI Hogeschool.

Reglement Bachelorscriptie Geschiedenis Vastgesteld op , verbeterd en goedgekeurd door de examencommissie op

SORE-1AA (Arbeidsrecht) SORE-1AS (Sociaal Zekerheidsrecht) SORE-1AA: de heer mr. C.S. Lo Manto (MNTC) SORE-1AS: mevrouw mr. M.

Inleiding Recht Privaatrecht. Rechtsvinding Burgerlijk Recht. Het toepassen van basiskennis op het recht (schriftelijk tentamen)

Zaaknummer : 2014/153

Open Juridische Hogeschool 1 van 7

Statistieken voor vraag 1 : Wat voor organisatie is het?

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Faculteit Educatie Instituut voor Leraar en School

Vermenigvuldigen Uitkomst. Competenties Toetsonderdeel Cijfer. Analyseren (1) Onderzoeken (7) 1 Onderzoeksverslag Beslissen (4) 1

Faculteit der Geesteswetenschappen Cluster Filosofie. Bachelor scriptiereglement voor de opleiding: Wijsbegeerte

REGELING EXTERNE TOEZICHTHOUDERS BIJ EXAMENS Instituut voor Toegepaste Biowetenschappen en Chemie. studiejaar

Zaaknummer : CBHO 2015/047 Rechter(s) : mrs. Olivier, Scholten-Hinloopen en Verheij Datum uitspraak : 7 augustus 2015 Partijen : Appellant en

Taakomschrijvingen en procedures omtrent inleveren, beoordelen en archiveren afstudeeronderzoek

Opleidingsstatuut Bacheloropleiding Automotive Studiejaar Regeling Externe toezichthouders bij examens

Beschrijving en doel van dit beroepsproduct

De casuïstiek is relatief eenvoudig. Het betreft grotendeels enkelvoudige strafzaken. Met één verdachte en één strafbaar feit

Onderwijs- en examenreglement ONDERWIJS- EN EXAMENREGLEMENT DEFINITIES

Opleidingsgebied ICT. Niveau Beginnend *zie omschrijving beoordelingscriteria Gevorderd* Bekwaam* Werkproces(sen) Beoordeling* 1 e 2 e eind

Reglement Onderzoekscollege en Bachelorscriptie Europese Studies

Bestuursrecht en bestuursprocesrecht. mevrouw mr. dr. A. Bouhlali-Azimi (AZMA) Bestuursrecht en bestuursprocesrecht

ASSESSMENTS VAN DE BACHELOR LGL en GPW

Persoonlijk Actieplan (PAP)

Reglement bachelorwerkstuk

IORE-1AR (Inleiding Ondernemingsrecht) IORE-1AE (Economie voor Juristen) IORE-1AR: de heer mr. S. Boelens IORE-1AE: de heer R.

Keuzedeel mbo. Voorbereiding hbo. behorend bij één of meerdere kwalificatiedossiers mbo. Geldig vanaf 1 augustus Crebonr.

Minoren van HBO-Rechten

Statistieken voor vraag 2 : Wat is de omvang van uw organisatie?

Studiehadleiding. Opleiding: hbo-masteropleiding Islamitische Geestelijke Verzorging

Rolverdeling bij afstudeertraject Institute for Business Economics (IBE)

1.4 Bij een bezwaarschriftprocedure is het niet mogelijk om kosten voor een eventueel nieuw geboekt examen vergoed te krijgen.

1 Inleiding Examencommissie Toelating Toelatingseisen Vrijstellingen De inrichting van toetsen...

Stagereglement Togamaster

Onderwijsregeling VI Keuzeonderwijs Bacheloropleiding Geneeskunde Curius+

Aansprakelijkheids- en verzekeringsrecht (onderdeel van de minor Consument en Recht) COR-AVRE. mevrouw mr. I.C.E. Draisma ( DRSMI)

Beoordelingsformulieren BPV

U I T S P R A A K

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Faculteit Educatie Instituut voor Leraar en School

mevrouw drs. D. van der Wagen Rechtsvinding van straf- en procesrecht Beschrijving en doel van dit beroepsproduct

Voorwoord Bieden van zorg en ondersteuning op basis van een werkplanning

de heer mr. D.W. de Jong (JNGDD) Rechtsvinding straf- en strafprocesrecht

Keuzedeel mbo. Voorbereiding hbo. behorend bij één of meerdere kwalificatiedossiers mbo. Geldig vanaf 1 augustus 2013.

Student : Lex Krijgsman maakt voortgangsverslag zoals omschreven in het voorwoord

Procedureoverzicht Promotietraject Faculteit der Geesteswetenschappen (Promotiereglement 2015)

Praktijkleerovereenkomst opleidingen in deeltijdse inrichtingsvorm die deelnemen aan de pilot flexibilisering

Overzicht kerntaken, werkprocessen, prestatie-indicatoren gekoppeld aan examenproducten

Handleiding notariële bachelorscriptie

Scriptiereglement Faculteit Rechtsgeleerdheid

Rechtsvinding staats- en bestuursrecht. Beschrijving en doel van dit beroepsproduct

Stagereglement Togamaster

Opleidingsgebied ICT. 2 e beoordeling: Eindbeoordeling:

Voorwoord 7. 1 De vaardigheden van de jurist Ongeveer zoals een kip een ei legt Instrumenten voor het oplossen van casusposities 10

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Faculteit Educatie Instituut voor Leraar en School

TOEGEPASTE PSYCHOLOGIE PRAKTIJKGIDS JAAR 3

Beoordelingseenheid A Proeve van Bekwaamheid. Leg het fundament. Crebonummer Opleiding Sociaal Cultureel Werker Kwalificatieniveau 4 BOL/BBL

Eindbeoordeling Stage 1 Code: ST1

Proeve van Bekwaamheid. kerntaak 2. Uitvoeren van taken ten behoeve van het jongerenwerk, de organisatie en het beroep

Reglement van Toelating

Artikel 1 Toepassingsbereik

Koudum. Schooljaar 2014 / 2015 VMBO 3T. Programma van Toetsing en Afsluiting

Scriptiereglement Faculteit Rechtsgeleerdheid

SW-B-K1-W2 (C) Maakt een plan van aanpak. Oefenopdracht C Niveau 4 Crebo: Cohort: Geldig vanaf

de Examencommissie PABO van de Academie voor Pedagogisch Onderwijs van Avans Hogeschool, locatie Breda, hierna te noemen: verweerster

Minoren van HBO-Rechten e-learning

Praktijkleerovereenkomst opleidingen in duale inrichtingsvorm die deelnemen aan de pilot flexibilisering

De Haagse Hogeschool Faculteit voor gezondheid, voeding en sport. HBO-Verpleegkunde Voltijd/Deeltijd/Duaal Studiejaar: Jaar: 4

Faculteit Geesteswetenschappen BASISGEGEVENS STAGE. onvoldoende voldoende. goed. goed. Eindoordeel (cijfer): Toelichting: ONDERTEKENING STAGEDOCENT

Informatie over het Afstuderen

Faculteit Rechten. Universiteit Hasselt. Reglement betreffende de bachelorscriptie (derde bachelor rechten)

Handleiding bij de AFSTUDEEROPDRACHT

Bachelor of Business Administration (MER opleiding)

ALGEMENE INSTRUCTIE EXAMINERING BEROEPSOPDRACHT A (BOL)

Informatie voor aanbieders van werkplekken voor bachelor- en Associate degreestudenten

Beoordelingseenheid A Proeve van Bekwaamheid. Leg het fundament. Crebonummer Opleiding Sociaal Cultureel Werker Kwalificatieniveau 4 BOL/BBL

Handleiding Assessment Startbekwaamheid

Beoordeling Stage 2 Code: ST2

Beoordelingsformulieren: Uitleg Beoordeling. A: Is in ontwikkeling, maar nog niet op het reproductieve niveau

NBPO Klachtenreglement

Zaaknummer : 2013/207 Rechter(s) : mr. Borman Datum uitspraak : 18 juli 2014 Partijen : Appellant tegen CBE Hogeschool van Amsterdam Trefwoorden :

U I T S P R A A K

Communicatie voor juristen. mevrouw drs. D. van der Wagen. Communicatie voor juristen. Beschrijving en doel van dit beroepsproduct

Competentieprofiel. Instituut voor Interactieve Media. Competentieprofiel studenten Instituut voor Interactieve Media vastgesteld juni 2006

COLLEGE VAN BEROEP VOOR DE EXAMENS. Uitspraak van het College van Beroep voor de Examens van Tilburg University

Transcriptie:

Afstuderen AOD Handleiding Collegejaar 2013-2014 Semester 1 Belangrijke informatie voor studenten die een afstudeeropdracht (gaan) uitvoeren, docentbegeleiders, tweede lezers, en praktijkbegeleiders HBO-RECHTEN

Inhoudsopgave Contactpersonen en gegevens praktijkbureau HBO-Rechten 3 1. Inleiding 4 2. Het kader van de afstudeeropdracht 5 2.1 Plaats&periode 5 2.2 Afstudeernorm 5 2.3 Doel 5 2.4 Vaardigheden en competenties 6 2.5 Eindresultaat 6 2.6 Toetsing 7 2.7 Kenniseigendom en geheimhouding 7 3. Betrokken partijen 8 3.1 De student 8 3.2 De afstudeercommissie 8 3.3 De docentbegeleider 9 3.4 De praktijkbegeleider 9 3.5 De tweede lezer 10 4. De procedure 11 BIJLAGEN 14-2 -

Contactpersonen en gegevens praktijkbureau HBO-Rechten De praktijkcoördinatoren zijn: Mevrouw. mr. M. Ooijman Telefoon : 026-3691279 / 06-10293965 Email : praktijkcoordinatie.hr@han.nl De heer. mr. M. Hendriks Telefoon: 026-3698813 / 06-06-83996031 Email : praktijkcoordinatie.hr@han.nl Secretaresse is: Mevrouw W. Straatsma Telefoon: 026-36998854 Email: praktijkcoordinatie.hr@han.nl Bezoekadres Ruitenberglaan 29, 6826 CC Arnhem, kamer AU 3.17 Laan van Scheut 10, 6525 EM Nijmegen, docentenwerkplek Postadres Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Praktijkcoördinatie HBO-Rechten / kamer AU 3.17 Postbus 5171 6802 ED Arnhem - 3 -

1. Inleiding De afstudeeropdracht (AOD) is de afsluiting van de opleiding HBO-Rechten, een beroepsopleiding die studenten opleidt tot praktijkgerichte HBO-juristen. Het is een gedegen opleiding, waarbij veel nadruk ligt op de juridische theorie, maar waarbij ook veel aandacht is voor de praktijk en praktijkvaardigheden. Na het voltooien van de opleiding bezit de student de landelijke HBO-Rechten competenties op niveau 3 en dat betekent dat deze beginnende professional juridische werkzaamheden op het terrein van het privaatrecht, staats- en bestuursrecht en het strafrecht op HBO-niveau kan verrichten. Deze handleiding is geschreven voor zowel de student in de laatste fase van zijn studie als voor de begeleidende partijen die betrokken zijn bij de AOD. In de handleiding wordt het hele proces van de AOD beschreven alsmede dat de afzonderlijke onderdelen uit dat proces worden toegelicht daar waar nodig. Tevens wordt ingegaan op de taken en de verantwoordelijkheden van de student, de docentbegeleider, tweede lezer en de praktijkbegeleider. In deze handleiding wordt regelmatig verwezen naar de elektronische leeromgeving Scholar. De student kan op Scholar alle informatie over en formulieren voor de AOD vinden. Mochten naar aanleiding van het bestuderen van deze handleiding nog vragen en/of opmerkingen bestaan die betrekking hebben op de AOD en deze handleiding, dan horen wij die graag. Wellicht een overbodige opmerking maar waar in deze handleiding wordt gesproken over de student, wordt zowel de vrouwelijke als de mannelijke student bedoeld. Wij wensen een ieder die start met de laatste fase van zijn studie veel succes en de begeleiders veel plezier bij het begeleiden van de student! Namens het prakijkbureau HBO Rechten Mevrouw mr. Marian Ooijman - 4 -

2. Het kader van de afstudeeropdracht 2.1 Periode&Plaats De AOD vindt veelal plaats in het laatste semester van de opleiding. De duur van de AOD beslaat (veelal) het hele semester en is gebaseerd op 30 European Credits (ec). Dit betekent dat de student voor het schrijven van zijn AOD een belasting van 840 studie-uren kent. Uitgangspunt is dat de student gedurende zijn AODtraject fulltime bij de organisatie (op de werkvloer) aanwezig is. De insteek is dat de student fulltime met zijn AOD bezig is. Uitzondering kan gemaakt worden voor het bezoeken van bibliotheken, het houden van interviews en andere zaken die de student niet bij de opdrachtgever op de werkplek kan uitvoeren. De deeltijdstudent maakt met de opdrachtgever afspraken over de tijdstippen waarop de student aan de AOD kan werken. Indien er omstandigheden bij de student en/of organisatie zijn waardoor afwijking van bovengenoemde uitgangspunten gewenst is, dient hierover contact te worden opgenomen met een praktijkcoördinator voor nader overleg. Bij aanvang van ieder semester kan de student starten met de AOD, mits er is voldaan aan de AOD-norm (zie 2.2). In overleg met de studieloopbaanbegeleider (SLB er) en het praktijkbureau kan hiervan onder bepaalde omstandigheden worden afgeweken. Het afstuderen ligt dus binnen de volgende tijdsblokken: - Februari tot en met juni - September tot en met januari 2.2 Afstudeernorm Indien de student wil afstuderen dient hij zich tijdig bij zijn SLB-er te melden met het verzoek te worden toegelaten tot de afstudeerfase. De student dient zich uiterlijk 1 maart respectievelijk 1 oktober bij de SLB-er te melden indien hij in het daaropvolgende semester wil afstuderen. De SLB-er hanteert de volgende norm voor toelating: - propedeuse behaald; - stage afgerond; - minimaal 121 ec in de hoofdfase behaald (inclusief stage); - niet meer dan twee tentamens openstaan; Slechts in bijzondere gevallen heeft de SLB-er de mogelijkheid, in overleg met het praktijkbureau, van bovenstaande norm af te wijken. 2.3 Doel De AOD is bij uitstek een integrale toetsing. Met het schrijven van de AOD toont de student dat hij beschikt over het HBO-niveau. De AOD: - stelt de student in de gelegenheid een onderzoek te verrichten naar een relevant juridisch onderwerp; - 5 -

- stimuleert de student een aanbeveling over het desbetreffende juridische onderwerp te schrijven; - stelt de student in de gelegenheid zijn persoonlijke advieskwaliteiten te laten zien. Door middel van de AOD toont de student aan dat hij in staat is tot: - het verbreden, verdiepen en toepassen van de op school opgedane kennis; - het verbinden van de verschillende op school onderwezen kennisgebieden onderling; - het toepassen van sociale en communicatieve vaardigheden onder meer door de communicatie over het afstudeeronderwerp; - het publiek- en doelgericht mondeling en schriftelijk rapporteren in vaardig Nederlands - het reflecteren op eigen gedrag en geven en ontvangen van feedback. 2.4 Vaardigheden en competenties Voor het met succes kunnen uitvoeren van de AOD dient de student competent te zijn op HBO-niveau. Door middel van de AOD wordt getoetst of de student de HBO-rechten competenties op niveau 3 bezit. (bijlagen 1 en 2). De student moet gebruik maken van diverse vaardigheden, zoals bijvoorbeeld het zelfstandig organiseren en uitvoeren van het onderzoek en het kunnen communiceren met verschillende mensen in de organisatie. 2.5 Eindresultaat De AOD dient uit te monden in: - een onderzoeksverslag van minimaal 16.000 woorden (dit zijn ongeveer 35 pagina s) en maximaal 20.000 woorden (dit zijn ongeveer 45 pagina s) (exclusief bijlagen, samenvatting, voorwoord en inhoudsopgave) - een beroepsproduct - een presentatie en verdediging van onderzoeksverslag en beroepsproduct alsmede zelfreflectie Vereisten lay-out onderzoeksverslag: - geschreven in lettertype Arial, tekengrootte 11 - regelafstand 1,25 - structuur, zoals beschreven in bijlage 3 - bronvermelding zoals beschreven in de Leidraad voor juridische auteurs Plagiaat en Ephorus Om plagiaat te voorkomen moet de student bij het schrijven van het onderzoeksverslag letten op een zorgvuldige bronvermelding. Binnen de opleiding HBO-Rechten dient de bronvermelding te geschieden volgens een in de Leidraad voor juridische auteurs voorgeschreven wijze. Indien dit niet op de juiste wijze geschiedt, kan dit plagiaat opleveren. Plagiaat wordt altijd gemeld bij de examencommissie. Een controle op plagiaat wordt uitgevoerd door de docentbegeleider. - 6 -

De student ontvangt van de docentgebeleider een code, die hij kan gebruiken voor het uploaden van het onderzoeksverslag en het beroepsproduct in Ephorus. Meer hierover is te vinden op Scholar. 2.6 Toetsing De beoordeling van de afstudeeropdracht is in handen van de tweede lezer en de docentbegeleider. De praktijkbegeleider heeft een adviserende stem. De beoordelingscriteria staan opgenomen in het AOD beoordelingsformulier. De toetsing wordt uitgevoerd op drie onderdelen: 1. het beroepsproduct; 2. het onderzoeksverslag; 3. de presentatie en verdediging op de afstudeerzitting. Alle onderdelen worden afzonderlijk getoetst. De onderdelen het beroepsproduct en het onderzoeksverslag tellen voor 25% respectievelijk 50% mee. De afstudeerzitting telt voor 25% mee in het eindcijfer. Alle onderdelen moeten minimaal met een 5,5 worden beoordeeld voor een voldoende voor de AOD 2.7 Kenniseigendom en geheimhouding De opdrachtgever is rechthebbende op het auteursrecht van de geproduceerde werken. Deze werken worden derhalve alleen met instemming van de opdrachtgever ter inzage gelegd in de HAN Studiecentra of gepubliceerd op www.hbo-kennisbank.nl (bijlage 4). - 7 -

3. Betrokken partijen 3.1 De student De taken van de student vóór aanvang van de AOD: - aanvraag indienen bij de SLB er om te mogen starten met de AOD; - het bijwonen van de voorlichtingsbijeenkomst over de AOD; - het actief op zoek gaan naar een afstudeeropdracht; - het registreren van de gevonden afstudeeropdracht (=praktijkvoorstel) op www.hanpraktijkweb.nl. Eisen praktijkvoorstel De afstudeeropdracht moet in ieder geval voldoen aan de volgende eisen: - alle HBO-Rechten competenties kunnen op niveau 3 getoetst worden; - de opdracht moet worden afgeleid van een relevante doelstelling; - de opdracht moet binnen een semester kunnen worden afgerond; - de opdracht moet leiden tot een in de praktijk bruikbaar beroepsproduct; een toegepast juridisch onderzoek moet aan het beroepsproduct ten grondslag kunnen liggen. De taken van de student tijdens de AOD: - zelf de regie over de uitvoering van de opdracht in handen houden; - in principe fulltime aanwezig zijn bij de opdrachtgever om de AOD uit te voeren; - zorg dragen voor tussentijdse terugkoppeling aan de docentbegeleider en praktijkbegeleider; - respecteren van de in het AOD tijdpad genoemde deadlines; - zich houden aan de regels en aanwijzingen van de opdrachtgever/praktijkbegeleider; - zich houden aan de regels en aanwijzingen van de docentbegeleider; - bijwonen van de AOD-terugkombijeenkomst. AOD-terugkombijeenkomst Tijdens de AOD komt de student eenmaal terug op de HAN voor een terugkombijeenkomst. Exacte datum, tijdstip en locatie zullen worden bekend gemaakt op de Scholar. Tijdens deze terugkombijeenkomst zal er aandacht besteed worden aan diverse onderwerpen, waarbij ook ruimte is voor inbreng van de AOD ers. 3.2 De afstudeercommissie Tot de taken van de afstudeercommissie behoren: - het beoordelen van het door de student ingediende praktijkvoorstel; - het beoordelen van het plan van aanpak indien de docentbegeleider en tweede lezer een van elkaar afwijkende mening hebben; - het beoordelen van de aod-stukken indien de docentbegeleider en tweede lezer een van elkaar afwijkende mening hebben; - 8 -

- het beoordelen van het plan van aanpak en/of aodstukken indien er sprake is van een twijfelgeval. 3.3 De docentbegeleider De docentbegeleider is begeleider van de student gedurende de gehele afstudeerperiode. De docentbegeleider is sparringpartner van de praktijkbegeleider en de student. Bij vragen over ondermeer de uitvoering van de opdracht en het proces kan de student de docentbegeleider raadplegen. Om deze begeleidende rol goed uit te voeren is het van belang dat er regelmatig contact plaatsvindt tussen de student, de docent- en de praktijkbegeleider. De student moet zelf de regie over zijn onderzoek in handen hebben en daarom ligt het initiatief hiertoe bij de student. De taken van de docentbegeleider zijn: - het begeleiden van de student bij het opstellen van het plan van aanpak; - het bezoeken van student en praktijkbegeleider in de eerste zes weken van de afstudeerfase; - het beoordelen van het plan van aanpak; - het begeleiden van de student bij de uitvoering van het onderzoek; - het geven van minimaal eenmaal feedback op door de student ingeleverde (delen van het) onderzoeksverslag en beroepsproduct; - het beoordelen van de verdedigingswaardigheid van het beroepsproduct en onderzoeksverslag; - definitieve aodstukken controleren op plagiaat; - het bepalen van de cijfers voor het beroepsproduct en onderzoeksverslag - het bepalen van het cijfer voor de afstudeerzitting - het mailen van het plan van aanpak en al zijn beoordelingen naar praktijkcoordinatie.hr@han.nl; - het inleveren van het aod eindbeoordelingsformulier bij de cijferadministratie. 3.4 De praktijkbegeleider De praktijkbegeleider heeft een belangrijke taak bij de begeleiding van de student bij het uitvoeren van de opdracht. De praktijkbegeleider zal voor de student het eerste aanspreekpunt zijn en de student vakinhoudelijk begeleiden. Verwacht wordt van de praktijkbegeleider dat deze de student de faciliteiten verschaft om het onderzoek uit te kunnen voeren. Aan de praktijkbegeleider worden de volgende eisen gesteld: - HBO- of WO-jurist of door ervaring een vergelijkbaar kennis- en vaardighedenniveau op het terrein waarop de opdracht wordt uitgevoerd; - brede kennis van en toegang tot alle organisatieonderdelen, teneinde de student te kunnen introduceren bij de, voor het uitvoeren van de opdracht, noodzakelijke personen en; - voldoende tijd beschikbaar om de student tijdens de afstudeerperiode vakinhoudelijk te kunnen begeleiden. - 9 -

De taken van de praktijkbegeleider zijn: - hulp bij het opstellen van het plan van aanpak; - bespreken van de voortgang van de aod op periodieke basis met de student en indien noodzakelijk met de docentbegeleider; - het op periodieke basis controleren van de feitelijke juistheid van het beroepsproduct en het hieraan ten grondslag liggende onderzoeksverslag; - adviseren van de docentbegeleider bij de eindbeoordeling van de aod en; - indien mogelijk, bijwonen van de verdediging van de aod. 3.5 De tweede lezer De tweede lezer is de examinator, die samen met de docentbegeleider en op advies van praktijkbegeleider, de AOD beoordeelt. De tweede lezer beoordeelt onafhankelijk of het plan van aanpak, beroepsproduct en onderzoeksverslag voldoende zijn. De tweede lezer bepaalt vervolgens samen met de docentbegeleider de cijfers voor het beroepsproduct en het onderzoeksverslag. De tweede lezer bepaalt ook samen met de docentbegeleider het resultaat van de afstudeerzitting. De beoordelingsformulieren wordt door de tweede lezer gemaild naar praktijkcoordinatie.hr@han.nl en ingeleverd bij de cijferadministratie in Arnhem (Wilma Hekkers) of Nijmegen (Hilde Leerentveld). De taken van de tweede lezer zijn: - het beoordelen van het plan van aanpak; - het beoordelen van de verdedigingswaardigheid van het beroepsproduct en onderzoeksverslag; - het bepalen van de cijfers voor het beroepsproduct en onderzoeksverslag - het bepalen van het cijfer voor de afstudeerzitting - het mailen van al zijn beoordelingen naar praktijkcoordinatie.hr@han.nl; - het inleveren van het aod eindbeoordelingsformulier bij de cijferadministratie. - 10 -

4. De procedure De weergegeven procedure is de standaardprocedure. De tijdsrichtlijn is een voorbeeld/voorstel hoe de student binnen twee en maximaal drie lesperiodes zijn aodtraject kan afronden. Naar het oordeel van de aod-cie kan er een verlenging plaats vinden. Voortraject 1. GO / NO GO: De aod-cie beoordeelt de afstudeerorganisatie en afstudeeropdracht/onderwerp. Na goedkeuring koppelt het praktijkbureau een docentbegeleider en tweede lezer aan de student. Op 2 september 2013 is de officiële start van het aodtraject. Indien een student later dan 2 september maar vóór 1 november 2013 start met zijn aod blijft de tijdsrichtlijn gewoon van toepassing. Start de student zijn aod op of na 1 november 2013 dan is de tijdsrichtlijn van het volgende semester van toepassing. 2. Na de koppeling leggen de student en docentbegeleider zo snel mogelijk contact om werkafspraken en een planning voor het plan van aanpak te maken Fase opstellen plan van aanpak 3. Gedurende de fase van totstandkoming van het plan van aanpak geeft de docentbegeleider feedback en doet dit zo nodig meerdere malen. 4. Gedurende de fase van totstandkoming van het plan van aanpak bezoekt de docentbegeleider de afstudeerorganisatie voor afstemming over de onderzoeksopdracht van de opdrachtgever en informeert de praktijkbegeleider over de aodprocedure en - beoordeling van de HAN. 5. GO / NO GO: De docentbegeleider en tweede lezer beoordelen afzonderlijk het plan van aanpak dmv het beoordelingsformulier plan van aanpak. Indien er een verschil van mening of twijfel is over GO of NO GO, dient het plan van aanpak ter beoordeling aan de aod-cie te worden voorgelegd. 6. De docentbegeleider mailt het goedgekeurde plan van aanpak en het beoordelingsformulier naar de student en het praktijkbureau. De tweede lezer mailt zijn beoordelingsformulier eveneens naar de student en naar praktijkbureau. Het praktijkbureau archiveert deze stukken. Fase opstellen onderzoeksverslag en beroepsproduct 7. Gedurende de fase van totstandkoming van het onderzoeksverslag en beroepsproduct (aod-stukken) geeft de docentbegeleider hierop minimaal eenmaal feedback. 8. De docentbegeleider overlegt met student en tweede lezer wanneer de aod-stukken ingeleverd worden. 9. Indien het de verwachting is dat de student aan het einde van de tweede (les) periode kan verdedigen dan wordt alvast een concept verdedigingsdatum bepaald. De student mailt de conceptdatum aan het praktijkbureau zodat de beroepenveld- en alumnicommissie hierover kunnen worden geïnformeerd. - 11 -

10. Nadat de student de aod-stukken heeft ingeleverd, neemt de docentbegeleider contact op met de praktijkbegeleider voor afstemming over de aod-stukken mbv invullen adviesformulier praktijkbegeleider. Let op: de praktijkbegeleider heeft adviserende stem! 11. GO / NO GO: De docentbegeleider en tweede lezer beoordelen ieder afzonderlijk de aod-stukken dmv het beoordelingsformulier verdedigingswaardig. Er zijn de volgende mogelijkheden: De docentbegeleider en tweede lezer vinden allebei de aod-stukken voldoende: dat betekent GO en de student mag door naar de verdediging. (evt. nog kleine aanpassingen) Betrokkenen bepalen een datum waarop de definitieve aod-stukken worden ingeleverd en de verdedigingsdatum wordt vastgezet. De docentbegeleider en tweede lezer vinden allebei de aod-stukken onvoldoende: dat betekent NO GO en de student komt in verlengde fase. De docentbegeleider en tweede lezer verschillen van mening of twijfelen over GO of NO GO: de aod-stukken dienen ter beoordeling aan de aod-cie te worden voorgelegd. Indien de student een GO krijgt, zijn kleine wijzigingen nog toegestaan. Betrokkenen bepalen ook nu een datum waarop de definitieve aod-stukken worden ingeleverd en de verdedigingsdatum wordt vastgezet. Indien de student een NO GO krijgt, komt hij in de verlengde fase. 12. Cijferbepaling: docentbegeleider en tweede lezer bepalen gezamenlijk een cijfer voor de twee schriftelijke onderdelen dmv het eindbeoordelingsformulier aod. Het cijfer voor de twee aparte onderdelen wordt voorafgaand aan de verdediging vastgesteld. Aan de student worden geen mededelingen gedaan omtrent het vastgestelde cijfer. Eventueel verlengde fase 13. De verlengde fase vangt (formeel) aan indien het aodtraject na 28 januari 2014 niet met een voldoende is afgerond. 14. Met behulp van de feedback van de docentbegeleider en tweede lezer past de student zijn aod-stukken aan. 15. Bovengenoemde informatie onder punt 7 t/m 12 zijn van toepassing. Presentatie en verdediging 16. De student presenteert en verdedigt zijn aod-stukken en proces in aanwezigheid van docentbegeleider, tweede lezer,praktijkbegeleider en mogelijk een lid van de beroepenveld- en/of alumnicommissie. 17. Cijferbepaling: docentbegeleider en tweede lezer bepalen gezamenlijk een cijfer voor de presentatie en verdediging dmv het eindbeoordelingsformulier aod. Indien de student op één/meerdere criteria een onvoldoende scoort, dient de afstudeerbijeenkomst te worden herkanst. Betrokkenen maken hiertoe een nieuwe afspraak. 18. Ingeval de herkansing van de afstudeerbijeenkomst voldoende is, slaagt de student alsnog. Scoort de student wederom een onvoldoende dan is het aodtraject daarmee afgerond. De student dient een nieuw aodtraject te starten. Indien er bij de eerste presentatie en verdediging een meningsverschil (met onvoldoende) was tussen - 12 -

de docenten, dan schuift een lid van de aod-cie aan bij de herkansing. Indien er wederom een meningsverschil is, dan heeft het lid van de aod-cie een doorslaggevende stem. 19. De student mailt zijn aod-stukken naar praktijkbureau om te archiveren. De docentbegeleider levert digitaal de eindbeoordelingsformulieren in bij het praktijkbureau alsmede in hardcopy bij de cijferadministratie. De deadline voor het inleveren van cijfers bij cijferadministratie is 28 januari 2014. Ingeval van verlengde fase is de uiterste inleverdatum 14 april 2014. Hardheidsclausule: Afwijken van bovenstaande procedure is enkel mogelijk door de aod-cie. De studieloopbaanbegeleider én het praktijkbureau kunnen - al dan niet op verzoek daartoe een schriftelijk gemotiveerd verzoek bij de aod-cie indienen. Digitale archivering De student dient de digitale versie van de AOD in PDF of Word bestand te mailen naar het praktijkbureau HR: praktijkcoordinatie.hr@han.nl. De documentnaam moet als volgt worden opgebouwd; HR/naam student / studentnummer / aod / datum verdediging. Het getuigschrift wordt alleen uitgereikt als de digitale versie door de praktijkcoördinatie is ontvangen. - 13 -

BIJLAGEN 1. Competenties HAN HBO-Rechten 15 2. Niveau 3 HBO-Rechtencompetenties 20 3. Structuur onderzoeksverslag 22 4. Toestemmingsformulier 23-14 -

BIJLAGE 1 Competenties van de opleiding HBO-Rechten van de HAN 1. Juridisch analyseren: Formuleren en oplossen van rechtsvragen op basis van analyse van juridisch relevante feiten en juridische bronnen Toelichting Voordat een hbo-jurist een beroepsproduct maakt, formuleert hij de juridisch relevante vragen bij een casuspositie. Hij gaat daarbij methodisch en gestructureerd te werk, omdat hij beschikt over onderzoeksvaardigheden. Voor het op systematische wijze oplossen van deze vragen verzamelt en selecteert hij de van toepassing zijnde juridische bronnen zoals wetgeving en jurisprudentie. Juridisch analyseren omvat het proces van verzamelen, selecteren, kwalificeren en analyseren van feiten en juridische bronnen. Een jurist doorloopt het volledige proces om te komen tot goed een beroepsproduct. Voorbeelden De hbo-jurist werkt als: a. parketsecretaris bij het openbaar ministerie en verzamelt en selecteert het door onderzoek verkregen feitenmateriaal ter voorbereiding van het opstellen van een tenlastelegging; b. juridisch medewerker op een advocatenkantoor en maakt een juridische analyse van de situatie die de cliënt aandraagt, waarin de nieuwste jurisprudentie verwerkt wordt; c. juridisch medewerker bij de gemeente en controleert of het dossier compleet is om namens het gemeentebestuur te besluiten op een vergunningaanvraag; d. juridisch medewerker bij de gemeente en onderzoekt het verzoek van een journalist om openbaarmaking van declaratiegegevens van wethouders; e. juridisch medewerker bij een rechtsbijstandverzekeraar en controleert de gegevens van een bepaald schadegeval op de juridische relevantie; f. juridisch medewerker bij een bank en beoordeelt of de verkoop van een bepaald financieel product in overeenstemming geschiedt met de eisen die worden gesteld in de Wet op het financieel toezicht en eventueel andere toepasselijke wetten; g. bedrijfsjurist bij een multinational en inventariseert en onderzoekt gegevens en feiten alvorens een contract op te stellen. 2. Adviseren Geven van advies op basis van een juridische analyse Toelichting Een hbo-jurist geeft mondelinge en schriftelijke adviezen. Deze adviezen worden gegeven na een juridische kwalificatie en analyse. Hiermee wordt bedoeld dat de hbo-jurist alle juridische en feitelijke gegevens verzamelt, de standpunten van partijen weegt en de van toepassing zijnde rechtsbronnen gebruikt. Voorbeelden De hbo-jurist werkt als: a. gerechtssecretaris bij de rechtbank en bereidt een zaak (inhoudelijk) voor, waarbij gecontroleerd wordt of aan de formele juridische vereisten is voldaan en/of werkt ter zitting als griffier en na afloop wordt de uitspraak vastgelegd in een schriftelijk vonnis; b. secretaris van een commissie bezwaar en beroep bij een provincie en schrijft een conceptadvies naar aanleiding van een ingediend bezwaarschrift; - 15 -

c. juridisch medewerker op een gerechtsdeurwaarderskantoor en geeft een crediteur schriftelijk advies; d. octrooigemachtigde op een octrooibureau en schrijft een klant een adviesbrief over hoe zijn uitvinding zoveel mogelijk bescherming kan genieten, waarbij de nieuwste jurisprudentie wordt verwerkt; e. juridisch medewerker bij een belangenorganisatie van eigenaren van een eigen huis en adviseert de leden over koopaktes en hypotheekvoorwaarden; f. bedrijfsjurist bij een regionaal aannemersbedrijf en adviseert de afdeling inkoop op basis van regelgeving met betrekking tot de aanbesteding van een groot bouwproject; g. zelfstandige in een eigen juridisch adviesbureau en geeft samen met compagnons juridisch advies aan cliënten op basis van gesprekken, nadat een risicoanalyse van de juridische situatie is opgesteld, waarbij niet alleen juridische, maar ook ethische, maatschappelijke en sociale aspecten worden betrokken. 3. Vertegenwoordigen: Behartigen van juridische belangen van anderen door rechtsbijstand te verlenen, te onderhandelen en te bemiddelen Toelichting Een hbo-jurist treedt als belangenbehartiger op voor personen en organisaties. Het behartigen van deze belangen kan bestaan uit procesvertegenwoordiging, onderhandelen, bemiddelen en conflictbeheersing. De belangenbehartiging kan mondeling of schriftelijke gebeuren en daarbij maakt de jurist eventueel gebruik van technieken uit mediation. Voorbeelden De hbo-jurist werkt als: a. professional support lawyer bij een advocatenkantoor en treedt als procesgemachtigde op voor een cliënt bij de kantonrechter of de bestuursrechter; b. juridisch medewerker bij de provincie en handelt een geschil tussen een bedrijf en de provincie zonder tussenkomst van een rechter af; c. juridisch medewerker op een gerechtsdeurwaarderskantoor en stelt (proces)stukken op zoals een ingebrekestelling, aanmaning of dagvaarding en procedeert; d. juridisch medewerker bij een rechtsbijstandverzekeraar en treedt op namens een verzekerde door een ingebrekestelling te versturen naar een verkoper; e. juridisch medewerker bij een stafafdeling van een winkelketen en is namens dit bedrijf in gesprek met overheidsinstellingen over het verkrijgen van vergunningen; f. bedrijfsjurist in een due diligenceteam en behartigt de belangen van een fastfoodconcern bij het gezamenlijk voorbereiden van de onderhandelingen tot een overname; g. juridisch medewerker van een groot ziekenhuis en bemiddelt in een arbeidsconflict tussen een medewerker en een leidinggevende, waarbij niet alleen juridische maar ook ethische, maatschappelijke en sociale aspecten worden betrokken. 4. Beslissen: Vaststellen van de rechtsverhouding van een of enkele personen binnen juridische kaders met meeweging van juridische argumenten en maatschappelijke factoren Toelichting Een hbo-jurist werkt aan de totstandkoming van besluiten namens cliënten of namens de organisatie voor wie hij werkt. Bij dit beroepshandelen betrekt de hbo-jurist naast juridische argumenten ook de belangen van de personen of de instelling voor wie hij werkt en waar nodig ook maatschappelijke factoren en belangen van anderen. Bij het vastleggen van de - 16 -

rechtsverhouding gaat het bijvoorbeeld om besluiten in de publiekrechtelijke sfeer (vergunningen) en om besluiten in de privaatrechtelijke sfeer (contracten). Voorbeelden De hbo-jurist werkt als: a. juridisch medewerker bij een financiële instelling en stelt contracten op. b. juridisch medewerker op een verzekeringskantoor en beslist over de toe- of afwijzing van een claim van een verzekerde; c. juridisch medewerker bij een zorgverzekeraar en neemt een beslissing op een bezwaarschrift van een verzekerde, waarin vervolgens in een besluit gemotiveerd wordt, waarom een bepaalde geneeskundige behandeling in een kliniek voor plastische chirurgie niet door de zorgverzekeraar wordt vergoed, waarbij niet alleen juridische, maar ook ethische, maatschappelijke en sociale aspecten worden betrokken; d. bedrijfsjurist bij een scheepvaartonderneming en is bevoegd om het contract te tekenen over de brandstofleveranties voor de komende twee jaar; e. bedrijfsjuridisch medewerker voor een startende onderneming en gaat voor hen na welke vergunningen zijn vereist, waarbij hij algemene voorwaarden en ook de arbeids- en samenwerkingsovereenkomsten opstelt; f. lid van de geschillencommissie in de reisbranche en neemt samen met de overige commissieleden een beslissing over een geschil tussen een reisorganisatie en een aantal particulieren die bij deze organisatie een reis hebben geboekt. 5. Reguleren: Opstellen en wijzigen van regelgeving Toelichting Een hbo-jurist stelt generieke regelingen op. Ook het wijzigen van bestaande regelingen behoort tot deze competentie. Voorbeelden De hbo-jurist werkt als: a. juridisch medewerker op een notariskantoor en stelt de statuten op voor een studievereniging; b. juridisch medewerker bij de gemeente en is betrokken bij het opstellen van gemeentelijke verordeningen; c. juridisch beleidsmedewerker bij de afdeling ruimtelijke ordening van de gemeente en is betrokken bij het opstellen van beleidsregels inzake permanente bewoning van recreatiewoningen; d. juridisch medewerker bij een onderwijsinstelling en levert een bijdrage aan het opstellen van huishoudelijke reglementen en onderwijs- en examenregelingen; e. juridisch adviseur bij een opleidingsinstituut en legt de procedure tot het voeren van functionerings- en beoordelingsgesprekken vast in overeenstemming met de Wet op de beroepen in het onderwijs; f. juridisch medewerker bij een vakbond en is betrokken bij de onderhandelingen over een nieuwe CAO, waarbij na de onderhandelingen een nieuwe tekst opgesteld wordt met de cao-partners; g. juridisch adviseur bij een internationaal opererende telecom organisatie en stelt reglementen en algemene voorwaarden op of past de bestaande documenten aan. - 17 -

6. Dossier managen: Aanleggen en beheren van juridische dossiers, bewaken van de doorloop en de samenhang, afsluiten en overdragen ervan Toelichting Een hbo-jurist draagt zorg voor het aanleggen, beheren, ontsluiten en overdragen van juridische dossiers. Ook de bewaking van termijn maakt onderdeel van deze competentie uit. Voorbeelden De hbo-jurist werkt als: a. gerechtssecretaris bij de rechtbank en controleert de processtukken op formele en materiële aspecten, waarbij ook aanvullende en relevante informatie voor het dossier verzameld wordt; b. griffiemedewerker en bewaakt de termijnen waarbinnen beslist moet worden; c. juridisch medewerker bij de belastingdienst en ziet erop toe dat ten behoeve van een goede communicatie de juridische dossiers zodanig zijn ingericht, dat de behandeling ervan op elk moment door een collega kan worden overgenomen; d. ambtenaar bij een gemeentelijke bestuursdienst en maakt een flowchart teneinde ervoor te zorgen, dat ingekomen zaken bij alle betrokken afdelingen op het juiste moment passeren; e. juridisch medewerker bij een ingenieursbureau en draagt zorg voor de completering van de dossiers teneinde een spoedige start van de bouwprojecten te bewerkstellingen; f. contractmanager bij een groothandelsonderneming en is verantwoordelijk voor de juridische uitvoering en het beheer van contracten; g. projectmedewerker bij een financiële instelling en draagt na een overname zorg voor een uniform dossiermanagement van alle contracten. 7. Onderzoek: Het doen van juridisch onderzoek ten behoeve van het oplossen van een juridisch probleem vanuit de rechtspraktijk Toelichting Een hbo-jurist doorloopt diverse onderzoeksfasen, waarbij het juridisch onderzoek uitmondt in het opleveren van een beroepsproduct geschikt voor de organisatie. Concreet zal hij onder meer de verschillende juridische bronnen verzamelen, analyseren en relevante informatie bewerken om zijn argumentatie te kunnen opbouwen ter beantwoording van de onderzoeksvraag. Voorbeelden De hbo-jurist werkt als: a. bedrijfsjurist bij een onderneming en is verantwoordelijk voor het opstellen van nieuwe contracten; b. gerechtssecretaris en doet dossier- en jurisprudentieonderzoek in een betreffende zaak en schrijft een concept uitspraak voor de rechter; c. juridisch medewerker bij een juridisch adviesbureau en adviseert met behulp van meerdere interpretatiemethoden of redeneervormen een cliënt over een juridisch probleem; d. juridisch medewerker bij een vakbeweging brengt een advies uit aan het bestuur over de gevolgen van de aanpassingen van het pensioenstelsel voor jonge werknemers; e. juridisch medewerker bij een bureau jeugdzorg en stelt een rapport op over de gedragsproblemen van jongeren in een bepaalde woonwijk; - 18 -

f. juridisch beleidsmedewerker bij de afdeling ruimtelijke ordening van de gemeente en maakt een handhavingprotocol op basis van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht voor het onderdeel bouwen. 8. Communicatie: Lezen, interpreteren en samenvatten van juridische teksten, (strategisch) mondeling en schriftelijk betogen en beschouwen van een juridisch/sociaal maatschappelijk/ethisch onderwerp/vraagstuk Toelichting Een hbo-jurist kan tekst en presentatie aanpassen aan de beoogde lezer/toehoorder en aan de situatie, waarbij hij zich bewust is van de gelaagdheid (inhoud, beroep/appel, relatie, expressie) van de boodschap die hij brengt. De tekst of presentatie bevat een duidelijke opbouw en rode draad, is goed onderbouwd en afgestemd op actuele situaties en ontwikkelingen. Voorbeelden De hbo-jurist werkt als: a. beleidsmedewerker kwaliteitszorg bij de provincie en stelt een uniform model op voor de beantwoording van alle soorten uitgaande brieven; b. projectmedewerker bij een gemeente om het digitale dienstenloket in te richten, zodat alle procedures bij online producten en diensten toegankelijk en juridisch correct zijn beschreven; c. juridisch medewerker bij de gemeente en schrijft een notitie met voorstellen tot het versnellen van de doorlooptijd en verbetering van de efficiency en klantvriendelijkheid ten aanzien van de behandeling van bezwaarschriften; d. office manager op een notariskantoor en adviseert over de cliëntfolders, zodat deze aansluiten bij de laatste regelgeving en de doelgroep; e. juridisch medewerker bij een bank en vertaalt een nieuwe regeling op het terrein van toezicht van financiële instellingen ten behoeve van de implementatie naar producten en diensten; f. juridisch medewerker bij een rechtsbijstandverzekeraar en dient een beroepschrift in bij de rechtbank tegen een genomen besluit van het gemeentebestuur; g. secretaris bij een bezwaarschriftencommissie en stelt notities op voor de door de commissie te nemen adviezen; h. juridisch medewerker bij de politie en creëert draagvlak voor de in te voeren maatregelen met betrekking tot geluidsoverlast van jongeren in een bepaalde woonwijk. - 19 -

BIJLAGE 2 Niveau 3 van de HBO-Rechtencompetenties 1. Algemeen De opleiding HBO-Rechten van de HAN kent drie niveaus. De student dient de AOD te verrichten op niveau 3. Om dit niveau enigszins nader te concretiseren treft u hieronder achtereenvolgens aan: een vereenvoudigde schematische weergave van de niveaus, een nadere toelichting op de niveaus en, ten slotte, een voorbeeldcasus met bijbehorende vragen en antwoorden op niveau 3. 2. Vereenvoudigde schematische weergave van de niveaus Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Simpele casus Meer complexe casus Complexe casus Eenvoudige, oppervlakkige oplossingen Veel begeleiding en sturing van de docent Moeilijkere, globale oplossing Meer zelfsturing van de student Oplossing met nuancering, dwarsverbanden en samenhang tussen diverse onderwerpen. Diepgaand en gedetailleerd Zelfstandig 3. Nadere toelichting op de niveaus Niveau 1 Tijdens de propedeuse van de opleiding leert de student de rechtsgebieden Burgerlijk recht, Staats-en bestuursrecht en Straf(proces)recht kennen binnen inleidende onderwijseenheden. De student verkrijgt kennis en inzicht, waardoor hij in staat is een (deel van een) rechtsgebied in grote lijnen te beschrijven. De student maakt opdrachten over eenvoudige juridische casus en verkrijgt regelmatig ondersteuning en bijsturing van de docent. De student leert welke bronnen hij kan gebruiken bij het zoeken naar informatie voor de opdrachten. Niveau 2 In het tweede leerjaar, aan het begin van het derde leerjaar en tijdens enkele minoren (bijvoorbeeld de minor Jeugd en gezin ) komt de student steeds meer in aanraking met de wat meer omvangrijke en gecompliceerde juridische problemen uit de beroepspraktijk die opgelost moeten worden. De zelfstandigheid van de student moet groeien en dat vindt onder meer plaats tijdens de stage en tijdens het maken van de opdrachten. Voorbeelden van die opdrachten zijn de opdrachten in de onderwijseenheid Juridisch argumenteren en in de onderwijseenheid Procedeercollege. - 20 -

Niveau 3 In enkele minoren zoals Overheid en recht, Criminologie, Secretaris strafrecht, Consument en recht, de Doorstroomminor OU en tijdens de afstudeeropdracht functioneert de student op niveau 3. De eerder opgedane kennis en vaardigheden worden in praktijk gebracht en de student is in staat zelfstandig de juiste keuzes te maken. Er is minder begeleiding bij het volgen van de minoren en de student moet zelfstandig onder andere de onderzoeksopdrachten kunnen afronden en/of de aangeboden stof zich eigen maken. - 21 -

BIJLAGE 3 Structuur onderzoeksverslag Het verslag moet minimaal uit de volgende onderdelen bestaan: o Geheimhoudingsverklaring o Omslag/Titelpagina o Titel o Naam en studentnummer o Naam en adres opdrachtgever o Naam (inclusief titel) praktijkbegeleider o Naam (inclusief titel) docentbegeleider o Naam (inclusief titel) tweede lezer o Plaats en datum verdediging - Voorwoord - Inhoudsopgave - Samenvatting - Inleiding o Aanleiding en doelstelling onderzoek o Afbakening onderzoek o Onderzoeksvraag en deelvragen o Opzet onderzoek o Gebruikte onderzoeksmethoden o Vooruitblik op de tekst - Middenstuk o Uitwerking deelvragen - Conclusies en Aanbevelingen o Let op: geen nieuwe informatie of argumenten - Literatuurlijst - Relevante bijlagen - 22 -

BIJLAGE 4 Toestemmingsformulier Naam student Studentnummer Toestemmingsformulier Afstudeeropdracht Betreft opname van de digitale versie t.b.v. de HBO-Kennisbank Titel Afstudeeropdracht Opleiding Naam Assessor Instelling/Bedrijf: Adres: Vertegenwoordigd door: Bovenstaanden geven hierbij WEL / GEEN toestemming aan de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen om de bovengenoemde afstudeeropdracht digitaal op te nemen in de repository (databank) van de HAN, waardoor de afstudeeropdracht gratis, volledig full text en online geraadpleegd kan worden via www.hbo-kennisbank.nl Het auteursrecht op de afstudeeropdracht blijft rusten bij de student De student levert dit formulier in bij zijn/haar opleiding tegelijk met een digitale versie van zijn/haar afstudeeropdracht die aan de volgende eisen voldoet: - De afstudeeropdracht is 1.pdf bestand. Enige uitzondering zijn bijlagen. - De volgende zaken staan duidelijk vermeld: De naam en het studentnummer van de studenten De opleiding waar de student is afgestudeerd en de datum van afstuderen De titel van de afstudeeropdracht 3 trefwoorden die de afstudeeropdracht karakteriseren Aldus verklaard op/te: Handtekening Instelling/Bedrijf: Datum: Handtekening Student: Datum: Plaats: Plaats: In te vullen door de assessor: Datum Naam Paraaf Cijfer - 23 -