Zaaknummer : 2013/207 Rechter(s) : mr. Borman Datum uitspraak : 18 juli 2014 Partijen : Appellant tegen CBE Hogeschool van Amsterdam Trefwoorden :
|
|
- Karel Smeets
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Zaaknummer : 2013/207 Rechter(s) : mr. Borman Datum uitspraak : 18 juli 2014 Partijen : Appellant tegen CBE Hogeschool van Amsterdam Trefwoorden : NBSA, causaal verband, herkansing, persoonlijke omstandigheden, [tijdig] melden Artikelen : WHW art. 7.8b, lid 1, 2, 3 en 6. OER van de opleiding HBO-Rechten artt.6.3 en 6.6 lid 2. Uitspraak : Ongegrond Hoofdoverwegingen : Het College acht de gestelde persoonlijke omstandigheden aannemelijk. De examencommissie kan bij het nemen van een beslissing tot het uitbrengen van een negatief bindend studieadvies slechts rekening houden met persoonlijke omstandigheden, indien deze tijdig zijn gemeld. Van appellant mocht redelijkerwijs worden verwacht dat hij bedoelde persoonlijke omstandigheden bij het inleveren van zijn individuele opdracht op 21 mei 2013, dan wel zo spoedig mogelijk hierna, had gemeld. Het CBE heeft het door appellant gestelde dat hij de omstandigheden op 21 mei 2013, direct na het inleveren van zijn opdracht, aan zijn studieloopbaanbegeleider heeft gemeld en ook kort voor de zomervakantie met zijn studiebegeleiderbegeleider en daarna met de voorzitter van de examencommissie hierover heeft gesproken, niet aannemelijk geacht. Daarbij heeft het CBE zich gebaseerd op s van de studieloopbaanbegeleider van 17 maart 2014, 17 juni 2014 en 1 juli 2014 en een van de voorzitter van de examencommissie van 1 juli In de van 17 maart 2014 heeft de studieloopbaanbegeleider verklaard dat appellant bij haar geen bijzondere omstandigheden heeft gemeld. In de van 17 juni 2014 heeft zij verklaard dat het mogelijk is dat zij op of omstreeks 21 mei 2013 een gesprek met appellant heeft gevoerd, maar dat appellant bij haar nooit melding heeft gemaakt van zijn arrestatie en voorlopige hechtenis. In de van 1 juli 2014 heeft zij verklaard dat appellant na de zomervakantie, op of omstreeks 28 augustus 2013, op de opleiding is geweest en dat zij blijft bij haar verklaring dat appellant gedurende het studiejaar niet over zijn problemen heeft gesproken. In de van 1 juli 2014 heeft de voorzitter van de examencommissie verklaard dat hij gedurende het gehele semester 2 van het studiejaar niet met appellant heeft gesproken, en derhalve ook niet kort voor de zomervakantie van dat studiejaar. Appellant is wel eind augustus 2013, dus na de zomervakantie, bij hem geweest. Hij heeft toen kort met hem op de gang gesproken. Hij heeft appellant aangegeven dat de examencommissie al zorgvuldig naar zijn zaak heeft gekeken en hem gewezen op de beroepsmogelijkheid bij het CBE. Het College ziet geen reden om aan te nemen dat niet op deze verklaringen van de studieloopbaanbegeleider en de voorzitter van de examencommissie kan worden afgegaan. Dat appellant bij brief, verzonden in de eerste week van juni 2013, om een herkansing van de individuele opdracht zou hebben gevraagd, heeft het CBE eveneens niet aannemelijk geacht. Volgens het CBE was de brief niet bij de examencommissie bekend. In dit verband heeft het CBE ook
2 Uitspraak in de zaak tussen: [naam], wonende te [woonplaats], appellant, en gewezen op een van de voorzitter van de examencommissie van 27 mei 2014, waarin hij heeft verklaard dat de persoonlijke omstandigheden al speelden in mei 2013 en het studiejaar tot 31 augustus liep, maar dat appellant in deze periode van ruim drie maanden geen enkele actie heeft ondernomen om een extra herkansing aan te vragen. Het College overweegt dat de door appellant bedoelde brief, waarvan hij een afschrift in beroep bij het CBE heeft overgelegd, ongedateerd is en dat verder niet kan worden vastgesteld aan wie deze is gericht en wanneer deze is verzonden. Wat verder ook zij van de stelling van appellant dat hij de brief begin juni 2013 aan de examencommissie heeft verzonden, het College acht in dit verband van belang, en dit is ook niet weersproken, dat appellant bij de examencommissie nimmer op de brief is teruggekomen dan wel heeft aangedrongen op besluitvorming op het gestelde herkansingsverzoek. Gelet op het vorenstaande, en mede nu appellant zijn persoonlijke omstandigheden in loop van het studiejaar evenmin bij de studentendecaan heeft gemeld, komt het College tot het oordeel dat het CBE terecht het standpunt heeft ingenomen dat appellant de persoonlijke omstandigheden niet tijdig heeft gemeld, zodat thans geen causaal verband kan worden vastgesteld tussen de omstandigheden en het niet behalen van de studiepunten voor de individuele opdracht. het CBE van de Hogeschool van Amsterdam (hierna: het CBE), verweerder. 1. Procesverloop Bij beslissing van 19 juli 2013 heeft de examencommissie van de opleiding HBO-Rechten appellant een negatief bindend studieadvies gegeven. Bij beslissing van 6 december 2013 heeft het CBE het daartegen door appellant ingestelde beroep ongegrond verklaard. Tegen deze beslissing heeft appellant beroep ingesteld. Het CBE heeft een verweerschrift en nadere stukken ingediend. Het College heeft de zaak verwezen van een meervoudige naar een enkelvoudige kamer. Het College heeft de zaak ter zitting behandeld op 23 mei 2014, waar appellant, bijgestaan door mr. J.M. Stevers, advocaat te Leiden, en het CBE, vertegenwoordigd door mr. O. Jungst, werkzaam bij de Hogeschool van Amsterdam, zijn verschenen. Het College heeft het onderzoek ter zitting geschorst om het CBE in de gelegenheid te stellen nader overleg te voeren naar aanleiding van door het College ter zitting gestelde vragen.
3 Het CBE en appellant hebben vervolgens nadere stukken ingediend. Met toestemming van partijen is een nadere behandeling ter zitting achterwege gelaten en heeft het College het onderzoek gesloten. 2. Overwegingen 2.1 Ingevolge artikel 7.8b, eerste lid, van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek brengt het instellingsbestuur van een bekostigde universiteit of hogeschool iedere student uiterlijk aan het einde van diens eerste jaar van inschrijving voor de propedeutische fase van een voltijdse of duale bacheloropleiding advies uit over de voortzetting van zijn studie binnen of buiten de bacheloropleiding. Ingevolge het tweede lid kan het instellingsbestuur onverminderd het eerste lid het advies aan de student uitbrengen zolang deze het propedeutisch examen niet met goed gevolg heeft afgelegd. Ingevolge het derde lid kan het instellingsbestuur aan een advies, als bedoeld in het eerste of tweede lid, ten aanzien van opleidingen die daartoe door het instellingsbestuur zijn aangewezen, binnen het in het tweede lid bedoelde tijdvak, doch niet eerder dan tegen het einde van het eerste jaar van inschrijving, een afwijzing verbinden. Deze afwijzing kan slechts worden gegeven, indien de student naar het oordeel van het instellingsbestuur, met inachtneming van zijn persoonlijke omstandigheden, niet geschikt moet worden geacht voor de opleiding doordat zijn studieresultaten niet voldoen aan de vereisten die het bestuur daaromtrent heeft vastgesteld. Ingevolge het zesde lid stelt het instellingsbestuur ter uitvoering van de voorgaande leden nadere regels vast. Ingevolge artikel 6.3 van de Onderwijs- en Examenregeling van de opleiding HBO- Rechten, voor zover thans van belang, brengt de examencommissie een negatief bindend studieadvies uit indien de student aan het einde van het tweede jaar van inschrijving het propedeutisch examen niet heeft behaald. Ingevolge artikel 6.4, tweede lid, besluit de examencommissie pas over het uitbrengen van een negatief bindend studieadvies nadat de betrokken studentendecaan om schriftelijk advies is gevraagd ten aanzien van mogelijke persoonlijke omstandigheden die kunnen rechtvaardigen dat wordt afgezien van het uitbrengen van een negatief bindend studieadvies aan de betrokken student. Ingevolge het derde lid, voor zover thans van belang, brengt de studentendecaan het advies als bedoeld in het tweede lid alleen uit indien de student de persoonlijke omstandigheden heeft gemeld bij de studentendecaan. 2.2 Appellant is in het studiejaar gestart met de opleiding HBO-Rechten. Aan het einde van het tweede studiejaar heeft hij in totaal 56 van de benodigde 60 studiepunten van de propedeutische fase behaald. Hij heeft de studiepunten voor het propedeusevak project Privaatrecht, dat bestaat uit een groepsopdracht en een individuele opdracht, niet behaald. Derhalve staat vast dat appellant aan het einde van het tweede jaar van inschrijving het propedeutisch examen niet heeft behaald. 2.3 Appellant betoogt dat het CBE ten onrechte heeft overwogen dat de examencommissie hem in redelijkheid een negatief bindend studieadvies heeft gegeven. Volgens hem heeft het CBE de examencommissie ten onrechte gevolgd in het standpunt dat onvoldoende causaal verband bestaat tussen de door hem aangevoerde persoonlijke omstandigheden en het niet behalen van de studiepunten voor de individuele opdracht van het project Privaatrecht. Hij had de groepsopdracht reeds met succes afgerond. De individuele opdracht diende hij op uiterlijk 21 mei 2013 om 9.00 uur in te leveren. Door
4 de volgende omstandigheden was hij hiertoe echter niet in staat. Drie personen hebben gepoogd zijn scooter te stelen op 17 mei Twee personen werden door de politie aangehouden en een derde persoon wist te ontsnappen. Deze persoon kwam hij in de loop van de dag tegen, hetgeen leidde tot een aanvaring. De politie hield de betrokkenen aan en hij is in verzekering gesteld tot en met 20 mei Volgens appellant heeft het CBE niet onderkend dat deze situatie een enorme impact op hem heeft gehad en van invloed is geweest op zijn concentratievermogen in de tijd die nog resteerde om de opdracht af te ronden. Door deze omstandigheden heeft hij de individuele opdracht niet naar behoren kunnen afronden en een onvoldoende behaald. Hij betoogt verder dat hij, anders dan het CBE stelt, deze omstandigheden tijdig bij de hogeschool heeft gemeld. Ter zitting van het College en in zijn brieven van 17 juni 2014 en 1 juli 2014 heeft hij toegelicht dat hij op 21 mei 2013 een exemplaar van zijn opdracht bij de balie op de tweede verdieping van de hogeschool heeft ingeleverd en een exemplaar via het digitale systeem. Nadat hij het exemplaar bij de balie had ingeleverd, is hij direct langsgelopen bij zijn studieloopbaanbegeleider en heeft hij met haar over het voorval gesproken. Zij heeft hem geadviseerd om de examencommissie hiervan in kennis te stellen. Ook heeft hij kort voor de zomervakantie, de exacte datum kan hij thans niet achterhalen, met zijn studieloopbaanbegeleider en daarna met de voorzitter van de examencommissie over het voorval gesproken. Verder heeft hij de examencommissie in de eerste week van juni 2013 een brief verstuurd, waarin hij zijn situatie heeft uitgelegd en heeft verzocht om een herkansing van de individuele opdracht. Appellant voert voorts aan dat hem ten onrechte is tegengeworpen dat hij geen studiepunten voor vakken in de hoofdfase heeft behaald, nu een student pas vakken van de hoofdfase mag volgen indien de propedeutische fase is behaald. Verder wijst appellant erop dat hij zeer gemotiveerd en geschikt is om de opleiding te vervolgen Het College acht de gestelde persoonlijke omstandigheden aannemelijk. De examencommissie kan bij het nemen van een beslissing tot het uitbrengen van een negatief bindend studieadvies slechts rekening houden met persoonlijke omstandigheden, indien deze tijdig zijn gemeld. Van appellant mocht redelijkerwijs worden verwacht dat hij bedoelde persoonlijke omstandigheden bij het inleveren van zijn individuele opdracht op 21 mei 2013, dan wel zo spoedig mogelijk hierna, had gemeld. Het CBE heeft het door appellant gestelde dat hij de omstandigheden op 21 mei 2013, direct na het inleveren van zijn opdracht, aan zijn studieloopbaanbegeleider heeft gemeld en ook kort voor de zomervakantie met zijn studiebegeleiderbegeleider en daarna met de voorzitter van de examencommissie hierover heeft gesproken, niet aannemelijk geacht. Daarbij heeft het CBE zich gebaseerd op s van de studieloopbaanbegeleider van 17 maart 2014, 17 juni 2014 en 1 juli 2014 en een van de voorzitter van de examencommissie van 1 juli In de van 17 maart 2014 heeft de studieloopbaanbegeleider verklaard dat appellant bij haar geen bijzondere omstandigheden heeft gemeld. In de van 17 juni 2014 heeft zij verklaard dat het mogelijk is dat zij op of omstreeks 21 mei 2013 een gesprek met appellant heeft gevoerd, maar dat appellant bij haar nooit melding heeft gemaakt van zijn arrestatie en voorlopige hechtenis. In de van 1 juli 2014 heeft zij verklaard dat appellant na de zomervakantie, op of omstreeks 28 augustus 2013, op de opleiding is geweest en dat zij blijft bij haar verklaring dat appellant gedurende het studiejaar niet over zijn problemen heeft gesproken. In de van 1 juli 2014 heeft de voorzitter van de examencommissie verklaard dat hij gedurende het gehele semester 2 van het studiejaar niet met appellant heeft gesproken, en derhalve ook niet kort voor de zomervakantie van dat studiejaar. Appellant is wel eind augustus 2013, dus na de zomervakantie, bij hem geweest. Hij heeft toen kort met hem op de gang gesproken. Hij heeft appellant aangegeven dat de examencommissie al zorgvuldig naar zijn zaak heeft gekeken en hem gewezen op de beroepsmogelijkheid bij het CBE. Het College ziet geen reden om aan te nemen dat niet op deze verklaringen van de studieloopbaanbegeleider en de voorzitter van de examencommissie kan worden afgegaan. Dat appellant bij brief, verzonden in de eerste week van juni 2013, om een
5 herkansing van de individuele opdracht zou hebben gevraagd, heeft het CBE eveneens niet aannemelijk geacht. Volgens het CBE was de brief niet bij de examencommissie bekend. In dit verband heeft het CBE ook gewezen op een van de voorzitter van de examencommissie van 27 mei 2014, waarin hij heeft verklaard dat de persoonlijke omstandigheden al speelden in mei 2013 en het studiejaar tot 31 augustus liep, maar dat appellant in deze periode van ruim drie maanden geen enkele actie heeft ondernomen om een extra herkansing aan te vragen. Het College overweegt dat de door appellant bedoelde brief, waarvan hij een afschrift in beroep bij het CBE heeft overgelegd, ongedateerd is en dat verder niet kan worden vastgesteld aan wie deze is gericht en wanneer deze is verzonden. Wat verder ook zij van de stelling van appellant dat hij de brief begin juni 2013 aan de examencommissie heeft verzonden, het College acht in dit verband van belang, en dit is ook niet weersproken, dat appellant bij de examencommissie nimmer op de brief is teruggekomen dan wel heeft aangedrongen op besluitvorming op het gestelde herkansingsverzoek. Gelet op het vorenstaande, en mede nu appellant zijn persoonlijke omstandigheden in loop van het studiejaar evenmin bij de studentendecaan heeft gemeld, komt het College tot het oordeel dat het CBE terecht het standpunt heeft ingenomen dat appellant de persoonlijke omstandigheden niet tijdig heeft gemeld, zodat thans geen causaal verband kan worden vastgesteld tussen de omstandigheden en het niet behalen van de studiepunten voor de individuele opdracht. Vaststaat verder dat appellant het propedeutisch examen niet binnen de daarvoor gestelde termijn heeft behaald. Dat hij zeer gemotiveerd en geschikt is om de opleiding af te ronden, maakt dit op zichzelf niet anders. Zijn betoog dat het niet aan hem te wijten is dat hij nog geen studiepunten voor vakken van de hoofdfase heeft behaald omdat hij deze vakken nog niet mocht volgen, volgt het College niet. Zoals het CBE ter zitting van het College heeft toegelicht en uit de door het CBE overgelegde van de voorzitter van de examencommissie van 3 april 2014 volgt, worden studenten die aan het einde van het eerste jaar het propedeutisch examen nog niet volledig hebben afgerond, geplaatst in een tweedejaarsklas en kunnen zij alle toetsen uit leerjaar 2 maken, zo ook appellant, die voor het studiejaar in de tweedejaarsklas 2D is geplaatst. Uit het digitale systeem (SIS) volgt dat appellant in dat studiejaar ook heeft deelgenomen aan tentamens van drie studieonderdelen van leerjaar 2, maar deze niet heeft behaald. Alles overziende, komt het College tot de conclusie dat het CBE terecht heeft overwogen dat de examencommissie haar beslissing om appellant een negatief bindend studieadvies te geven in redelijkheid heeft genomen. Het betoog faalt. 2.4 Het beroep is ongegrond. 2.5 Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding. 3. Beslissing Het College: Rechtdoende: verklaart het beroep ongegrond.
Zaaknummer : CBHO 2014/060 Rechter(s) : mr. Borman Datum uitspraak : 18 juni 2014 Partijen : Appellant tegen CBE Hogeschool van Amsterdam Trefwoorden
Zaaknummer : CBHO 2014/060 Rechter(s) : mr. Borman Datum uitspraak : 18 juni 2014 Partijen : Appellant tegen CBE Hogeschool van Amsterdam Trefwoorden : NBSA, causaal verband, persoonlijke omstandigheden,
Nadere informatieZaaknummer : 2013/261
Zaaknummer : 2013/261 Rechter[s] : mr. Troostwijk Datum uitspraak : 27 maart 2014 Partijen : Appellante tegen CBE De Haagse Hogeschool Trefwoorden : Begeleiding, BNSA, gelijkheidsbeginsel, [extra]herkansing,
Nadere informatieBij beslissing van 28 augustus 2013 heeft de examencommissie van de opleiding Informatica appellant een negatief bindend studieadvies gegeven.
Zaaknummer : CBHO 2014/045 Rechter(s) : mr. Borman Datum uitspraak : 23 juni 2014 Partijen : Appellant tegen Hogeschool Leiden Trefwoorden : Bijzondere omstandigheden, duale opleiding NBSA, negatief bindend
Nadere informatieBij beslissing van 9 juli 2014 heeft het CBE het door appellante daartegen ingestelde beroep ongegrond verklaard.
Zaaknummer : 2014/125.5 Rechter(s) : mrs. Olivier, Lubberdink en Kleijn Datum uitspraak : 8 oktober 2014 Partijen : Appellante tegen CBE Hogeschool van Amsterdam Trefwoorden : Bindend studieadvies, BNSA,
Nadere informatiehet college van beroep voor de examens van De Haagse Hogeschool (hierna: het CBE), verweerder.
Zaaknummer : 2013/268 Rechter(s) : mr. Troostwijk Datum uitspraak : 17 april 2014 Partijen : Appellante tegen het CBE van De Haagse Hogeschool Trefwoorden : NBSA, negatief bindend studieadvies, Osiris,
Nadere informatieZaaknummer : 2013/129
Zaaknummer : 2013/129 Rechter(s) : mr. Olivier Datum uitspraak : 13 november 2013 Partijen : Appellante tegen CBE Hogeschool van Amsterdam Trefwoorden : Bindend negatief studieadvies, finale geschillenbeslechting,
Nadere informatiehet College van Beroep voor de Examens van de Haagse Hogeschool (hierna: het CBE), verweerder.
Zaaknummer : CBHO 2015/293 en 2015/293.1 Rechter(s) : mr. Olivier Datum uitspraak : 12 januari 2016 Partijen : Appellant en Haagse Hogeschool Trefwoorden : bindend negatief studieadvies BNSA duidelijkheid
Nadere informatieZaaknummer : CBHO 2013/233 Rechter(s) : mr. Lubberdink Datum uitspraak : 13 juni 2014 Partijen : Appellant tegen de Hogeschool Inholland Trefwoorden
Zaaknummer : CBHO 2013/233 Rechter(s) : mr. Lubberdink Datum uitspraak : 13 juni 2014 Partijen : Appellant tegen de Hogeschool Inholland Trefwoorden : Afwijzing, bindend negatief studieadvies, BNSA, herkansing
Nadere informatieZaaknummer : CBHO 2015/254 Rechter(s) : mr. B.K. Olivier Datum uitspraak : 13 januari 2016 Partijen : appellante en CBE Hogeschool Inholland
Zaaknummer : CBHO 2015/254 Rechter(s) : mr. B.K. Olivier Datum uitspraak : 13 januari 2016 Partijen : appellante en CBE Hogeschool Inholland Trefwoorden : bewijsmiddelen bindend negatief studieadvies BNSA
Nadere informatieZaaknummer : 2014/001/CBE en 2014/001.1
Zaaknummer : 2014/001/CBE en 2014/001.1 Rechter(s) : mr. Nijenhof Datum uitspraak : 27 februari 2014 Partijen : Verzoeker tegen CBE Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Trefwoorden : [duur] Bindend negatief
Nadere informatiehet College van Beroep voor de Examens van de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen (hierna: het CBE), verweerder.
Zaaknummer : CBHO 2014/272 Rechter(s) : mr. Borman Datum uitspraak : 17 juli 2015 Partijen : Appellante en CBE Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Trefwoorden : afwijzing bezwaarprocedure bindend negatief
Nadere informatieZaaknummer : CBHO 2016/180.5 Rechter(s) : mr. Streefkerk Datum uitspraak : 2 november 2016 Partijen : appellant en CBE Hogeschool Inholland
Zaaknummer : CBHO 2016/180.5 Rechter(s) : mr. Streefkerk Datum uitspraak : 2 november 2016 Partijen : appellant en CBE Hogeschool Inholland Trefwoorden : Ad-programma bijzondere omstandigheden bindend
Nadere informatieZaaknummer : 2014/145
Zaaknummer : 2014/145 Rechter(s) : mr. Olivier Datum uitspraak : 10 december 2014 Partijen : Appellant en CBE Hogeschool van Amsterdam Trefwoorden : (schriftelijk) advies studentendecaan, bindend negatief
Nadere informatieZaaknummer : CBHO 2015/089 Rechter(s) : mr. Olivier Datum uitspraak : 18 augustus 2015 Partijen : Appellante en CBE Erasmus Universiteit Rotterdam
Zaaknummer : CBHO 2015/089 Rechter(s) : mr. Olivier Datum uitspraak : 18 augustus 2015 Partijen : Appellante en CBE Erasmus Universiteit Rotterdam Trefwoorden : bindend negatief studieadvies compensatieregeling
Nadere informatiehet College van Beroep voor de Examens van de HZ University of Applied Sciences, gevestigd te Vlissingen, verweerder.
Zaaknummer : 2014/232A en 232B Rechter[s] : mrs. Nijenhof, Van der Spoel, Hoogvliet Datum uitspraak : 25 maart 2015 Partijen : Appellant en CBE Hogeschool Zeeland Trefwoorden : Bindend negatief studieadvies
Nadere informatieZaaknummer : 2013/235
Zaaknummer : 2013/235 Rechter(s) : mr. Nijenhof Datum uitspraak : 13 mei 2014 Partijen : Appellante tegen CBE Erasmus Universiteit Rotterdam Trefwoorden : Begeleidingscontract, BNSA, [melden] bijzondere
Nadere informatiehet College van Beroep voor de Examens van de Vrije Universiteit Amsterdam (hierna: het CBE), verweerder.
Zaaknummer : CBHO 2016/029 Rechter(s) : mr. Streefkerk Datum uitspraak : 3 augustus 2016 Partijen : appellante en CBE Vrije Universiteit Amsterdam Trefwoorden : advies bindend negatief studieadvies BSA-commissie
Nadere informatiehet college van beroep voor de examens van Fontys Hogescholen (hierna: CBE), verweerder.
Zaaknummer : 2013/041 Rechter(s) : mrs. Olivier, Troostwijk, Scholten-Hinloopen Datum uitspraak : 12 juni 2013 Partijen : Appellante tegen CBE Fontys Hogescholen Trefwoorden : Beoordeling, bindend negatief
Nadere informatieUitspraak in de zaak tussen: [naam], wonende te [woonplaats], appellant, het CBE van de Hanzehogeschool Groningen (hierna: CBE), verweerder.
Zaaknummer : 2014/047 Rechter(s) : mr. Lubberdink Datum uitspraak : 2 juli 2014 Partijen : Appellant tegen het CBE van de Hanzehogeschool Trefwoorden : Besluit van gelijke strekking, bindend negatief studieadvies,
Nadere informatieZaaknummer : 2012/220 en 220.1
Zaaknummer : 2012/220 en 220.1 Rechter(s) : mr. Olivier Datum uitspraak : 3 december 2012 Partijen : Appellant tegen NHTV internationale hogeschool Breda Trefwoorden : Begeleiding student, bindend negatief
Nadere informatieUitspraak in de zaak tussen: [naam], wonende te [woonplaats], appellante,
Zaaknummer : CBHO 2015/262 Rechter(s) : mr. Olivier Datum uitspraak : 19 januari 2016 Partijen : appellante en CBE Hogeschool Inholland Trefwoorden : Ad-programma advies bijzondere omstandigheden bindend
Nadere informatieCollege van Beroep voor het Hoger Onderwijs
College van Beroep voor het Hoger Onderwijs Zaaknummer: CBHO 2015/288 Datum uitspraak: 28 april 2016 Uitspraak in de zaak tussen: [naam], appellant, en het college van beroep voor de examens van de Universiteit
Nadere informatiehet College van Beroep voor de Examens van de Hogeschool Utrecht (hierna: het CBE), verweerder.
Zaaknummer : 2013/068 Rechter(s) : mrs. Nijenhof, Olivier, Borman Datum uitspraak : 6 november 2013 Partijen : Appellante tegen CBE Hogeschool Utrecht Trefwoorden : Beleidsvrijheid, in stand laten rechtsgevolgen,
Nadere informatieU I T S P R A A K 1 4 1 6 3
U I T S P R A A K 1 4 1 6 3 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen het Bestuur van de Faculteit Geesteswetenschappen, verweerder
Nadere informatieZaaknummer : 2014/069 Rechter(s) : mr. Nijenhof. Datum uitspraak : 23 juli 2014 Partijen : Appellante tegen het CBE van de Hogeschool Rotterdam
Zaaknummer : 2014/069 Rechter(s) : mr. Nijenhof. Datum uitspraak : 23 juli 2014 Partijen : Appellante tegen het CBE van de Hogeschool Rotterdam Trefwoorden : Assessment, kennen en kunnen, stage Artikelen
Nadere informatieU I T S P R A A K
U I T S P R A A K 1 8-2 2 5 Rapenburg 70 Postbus 9500 2300 RA Leiden T 071 527 81 18 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam] te Leiden, appellant tegen het Bestuur van de Faculteit
Nadere informatieU I T S P R A A K
U I T S P R A A K 1 4 2 3 5 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen het Bestuur van de Faculteit Geesteswetenschappen, verweerder
Nadere informatieUitspraak in de zaak tussen: [naam], wonende te [woonplaats], appellant, het College van Beroep voor de Examens van Hogeschool Inholland, verweerder.
Zaaknummer : CBHO 2016/098 Rechter(s) : mr. Streefkerk Datum uitspraak : 19 augustus 2016 Partijen : appellante en CBE Hogeschool Inholland Trefwoorden : advies bindend negatief studieadvies causaal verband
Nadere informatieU I T S P R A A K
U I T S P R A A K 1 8-2 5 3 Rapenburg 70 Postbus 9500 2300 RA Leiden T 071 527 81 18 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam] te Leiden, appellante tegen de examencommissie Chinastudies,
Nadere informatieZaaknummer : CBHO 2015/059 Rechter(s) : mr. Borman Datum uitspraak : 2 maart 2016 Partijen : appellant en CBE Hogeschool Inholland Trefwoorden :
Zaaknummer : CBHO 2015/059 Rechter(s) : mr. Borman Datum uitspraak : 2 maart 2016 Partijen : appellant en CBE Hogeschool Inholland Trefwoorden : bindend negatief studieadvies causaal verband deeltijdstudent
Nadere informatieU I T S P R A A K
U I T S P R A A K 1 5-2 2 0 Rapenburg 70 Postbus 9500 2300 RA Leiden T 071 527 81 18 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellante tegen het Bestuur van de Faculteit der Wiskunde
Nadere informatieU I T S P R A A K
U I T S P R A A K 1 5-2 3 0 Rapenburg 70 Postbus 9500 2300 RA Leiden T 071 527 81 18 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen het Bestuur van de Faculteit der Geesteswetenschappen,
Nadere informatieU I T S P R A A K
U I T S P R A A K 1 5 1 5 9 van het College van beroep van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellante tegen het Bestuur van de Faculteit der Geesteswetenschappen, verweerder 1. Ontstaan
Nadere informatieU I T S P R A A K
U I T S P R A A K 1 4 1 8 8 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellante tegen het bestuur van de Faculteit der Rechtsgeleerdheid, verweerder 1. Ontstaan en loop van het
Nadere informatieU I T S P R A A K
U I T S P R A A K 1 4 1 5 8 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen het Bestuur van de Faculteit der Sociale Wetenschappen, verweerder 1. Ontstaan en loop van het
Nadere informatieU I T S P R A A K
U I T S P R A A K 1 4 1 8 2 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen het Bestuur van de Faculteit der Wiskunde en Natuurwetenschappen, verweerder 1. Ontstaan en
Nadere informatiehet College van Beroep voor de Examens van de Universiteit van Amsterdam (hierna: CBE), verweerder.
Zaaknummer : 2013/085 Rechter(s) : mrs. Nijenhof, Olivier, Borman Datum uitspraak : 5 november 2013 Partijen : Appellant tegen CBE Universiteit van Amsterdam Trefwoorden : Bevoegdheid examencommissie,
Nadere informatieU I T S P R A A K
U I T S P R A A K 1 4 2 3 7 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen het Bestuur van de Faculteit Geesteswetenschappen, verweerder 1. Ontstaan en loop van het geding
Nadere informatieU I T S P R A A K
U I T S P R A A K 1 7-3 1 1 Rapenburg 70 Postbus 9500 2300 RA Leiden T 071 527 81 18 van het College van beroep van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam] te Leiden, appellant tegen het Bestuur
Nadere informatieU I T S P R A A K
U I T S P R A A K 1 7-3 0 0 Rapenburg 70 Postbus 9500 2300 RA Leiden T 071 527 81 18 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen het Bestuur van de Faculteit der Sociale
Nadere informatieU I T S P R A A K
U I T S P R A A K 1 7-3 3 7 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellante tegen het bestuur van de Faculteit der Governance and Global Affairs,
Nadere informatieU I T S P R A A K
U I T S P R A A K 1 7-2 7 5 Rapenburg 70 Postbus 9500 2300 RA Leiden T 071 527 81 18 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellante tegen de Raad van Bestuur van het LUMC,
Nadere informatieU I T S P R A A K
U I T S P R A A K 1 7-2 8 4 Rapenburg 70 Postbus 9500 2300 RA Leiden T 071 527 81 18 van het College van beroep van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellante tegen het Bestuur van
Nadere informatieZaaknummer : CBHO 2016/074 Rechter(s) : mr. Streefkerk Datum uitspraak : 10 oktober 2016 Partijen : appellante en CBE Hogeschool Inholland
Zaaknummer : CBHO 2016/074 Rechter(s) : mr. Streefkerk Datum uitspraak : 10 oktober 2016 Partijen : appellante en CBE Hogeschool Inholland Trefwoorden : bindend negatief studieadvies causaal verband eerstejaarsprogramma
Nadere informatieZaaknummer : 2014/159 en Rechter(s) : mr. Borman Datum uitspraak : 17 oktober 2014 Partijen : Verzoekster tegen Hogeschool voor de Kunsten
Zaaknummer : 2014/159 en 159.1 Rechter(s) : mr. Borman Datum uitspraak : 17 oktober 2014 Partijen : Verzoekster tegen Hogeschool voor de Kunsten Utrecht Trefwoorden : Beoordeling, kennen en kunnen, onverwijlde
Nadere informatiehet college van bestuur van de Vrije Universiteit van Amsterdam, verweerder.
Zaaknummer : 2013/010 Rechter(s) : mrs. Loeb, Olivier, Van der Spoel, Datum uitspraak : 25 juni 2013 Partijen : Appellant tegen Vrije Universiteit van Amsterdam Trefwoorden : [instellings-]collegegeld,
Nadere informatie3 oktober 2012 heeft plaatsgevonden, leidt niet tot een ander oordeel.
Zaaknummer : 2013/073 Rechter(s) : mrs. Loeb, Troostwijk, Van der Spoel Datum uitspraak : 7 oktober 2013 Partijen : Appellante tegen Rijksuniversiteit Groningen Trefwoorden : Aanmelding, afstudeertijdstip,
Nadere informatieU I T S P R A A K
U I T S P R A A K 1 4 2 3 1 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen het Bestuur van de Faculteit der Geesteswetenschappen, verweerder 1. Ontstaan en loop van het
Nadere informatieU I T S P R A A K
U I T S P R A A K 1 3 1 7 5 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellant tegen het Bestuur van de Faculteit der Geneeskunde, verweerder 1. Ontstaan en loop van het geding Bij
Nadere informatiehet college van bestuur van de Universiteit van Amsterdam (hierna: het college van bestuur), verweerder.
Zaaknummer : 2012/016 Rechter(s) : mrs. Olivier, Mollee, Kleijn Datum uitspraak : 12 juni 2012 Partijen : Appellant tegen Universiteit van Amsterdam Trefwoorden : Bijzondere omstandigheden, gelijkheidsbeginsel,
Nadere informatieZaaknummer : 2014/204 en 204.1
Zaaknummer : 2014/204 en 204.1 Rechter(s) : mr. Nijenhof Datum uitspraak : 28 december 2014 Partijen : Appellant en Radboud Universiteit Nijmegen Trefwoorden : Aanmaning ter voldoening Betalingsverplichting
Nadere informatieVoor zover appellant aldus beoogt te betogen dat de bachelor- en masteropleiding Geneeskunde als één opleiding
Zaaknummer : 2013/216 Rechter[s] : mrs. Loeb, Nijenhof, Van der Spoel Datum uitspraak : 20 maart 2014 Partijen : Naam en Universiteit van Amsterdam Trefwoorden : BaMa-structuur, [instellings-] collegegeld,
Nadere informatieU I T S P R A A K
U I T S P R A A K 1 4 1 7 2 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen het Bestuur van de Faculteit Geesteswetenschappen, verweerder 1. Ontstaan en loop van het geding
Nadere informatieZaaknummer : 2013/136
Zaaknummer : 2013/136 Rechter[s] : mr. van der Spoel Datum : 28 november 2013 Partijen : Appellant tegen Universiteit van Tilburg Trefwoorden : Afdoening buiten zitting, begeleiding, [instellings] collegegeld,
Nadere informatieZaaknummer : 2014/150 : mrs. Olivier, Borman, Hoogvliet Datum uitspraak : 16 december 2014 : Appellante en Vrije Universiteit Amsterdam
Zaaknummer : 2014/150 Rechter(s) : mrs. Olivier, Borman, Hoogvliet Datum uitspraak : 16 december 2014 Partijen : Appellante en Vrije Universiteit Amsterdam Trefwoorden : Bevoegdheid College Bekostiging
Nadere informatieZaaknummer : 2013/020 en 020.1
Zaaknummer : 2013/020 en 020.1 Rechter(s) : mr. Troostwijk Datum uitspraak : 23 april 2013 Partijen : Verzoekster tegen Vrije Universiteit Amsterdam Trefwoorden : Bijzondere omstandigheden, [instellings]collegegeld,
Nadere informatiehet college van beroep voor de examens van de Saxion Hogeschool (hierna: CBE), verweerder.
Zaaknummer : 2013/079 Rechter(s) : mrs. Loeb, De Rijke-Maas, Borman Datum uitspraak : 21 augustus 2013 Partijen : Appellante tegen CBE Saxion Hogeschool Trefwoorden : [tijdig]aanvoeren gronden, deficiëntie,
Nadere informatieU I T S P R A A K
U I T S P R A A K 1 4 0 3 9 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen het Bestuur van de Faculteit Campus Den Haag, verweerder 1. Ontstaan en loop van het geding
Nadere informatieU I T S P R A A K 1 3 1 5 4
U I T S P R A A K 1 3 1 5 4 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellant tegen het Bestuur van de Faculteit der Rechtsgeleerdheid, verweerder
Nadere informatieBij beslissing van 14 april 2013 heeft het college van bestuur het daartegen door appellant gemaakte bezwaar ongegrond verklaard.
Zaaknummer : 2013/091 Rechter(s) : mrs. Nijenhof, Olivier, Borman Datum uitspraak : 9 oktober 2013 Partijen : Appellant tegen Universiteit van Amsterdam Trefwoorden : Bestuursakkoord collegegeld tweede
Nadere informatieU I T S P R A A K
U I T S P R A A K 1 3 2 0 7 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellante tegen het Bestuur van de Faculteit der Rechtsgeleerdheid, verweerder
Nadere informatieU I T S P R A A K
U I T S P R A A K 1 4 2 3 4 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen het Bestuur van de Faculteit Wiskunde & Natuurwetenschappen, verweerder 1. Ontstaan en loop
Nadere informatieU I T S P R A A K
U I T S P R A A K 1 4 1 1 1 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen het Bestuur van de Faculteit der Rechtsgeleerdheid, verweerder 1. Ontstaan en loop van het geding
Nadere informatieU I T S P R A A K
U I T S P R A A K 1 7-3 3 9 Rapenburg 70 Postbus 9500 2300 RA Leiden T 071 527 81 18 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen het bestuur van de Faculteit der Wiskunde
Nadere informatiehet college van beroep voor de examens van de Hogeschool Utrecht, verweerder.
Zaaknummer : CBHO 2016/131 Rechter(s) : mrs. Scholten Hinloopen, Van der Spoel en Hoogvliet. Datum uitspraak : 21 december 2016 Partijen : appellante en CBE Hogeschool Utrecht Trefwoorden : advies studentendecaan
Nadere informatieU I T S P R A A K
U I T S P R A A K 1 2 1 2 2 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellante tegen het Bestuur van de Faculteit Sociale Wetenschappen, verweerder
Nadere informatieU I T S P R A A K
U I T S P R A A K 1 3 2 0 5 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellante tegen de Raad van Bestuur LUMC, verweerder 1. Ontstaan en loop van het geding Bij besluit van 27 augustus
Nadere informatieUitspraak in de zaak tussen: [naam], wonende te [woonplaats], appellant,
Zaaknummer : 2014/005 Rechter(s) : mrs. Nijenhof, Lubberdink en Van der Spoel Datum uitspraak : 11 juni 2014 Partijen : Appellant tegen Universiteit van Amsterdam Trefwoorden : Beoordeling tentamen, deskundigheid,
Nadere informatieU I T S P R A A K
U I T S P R A A K 1 4 2 0 3 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellante tegen het Bestuur van de Faculteit der Sociale Wetenschappen,
Nadere informatie: negatief bindend studieadvies, persoonlijke omstandigheden Datum uitspraak : 23 september 2005
Trefwoorden : negatief bindend studieadvies, persoonlijke omstandigheden Datum uitspraak : 23 september 2005 Hoofdoverwegingen : Het College is van oordeel dat, mede gezien het in het studiejaar behaalde
Nadere informatieU I T S P R A A K
U I T S P R A A K 1 5 1 6 7 van het College van beroep van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen het Bestuur van de Faculteit der Geesteswetenschappen, verweerder 1. Ontstaan
Nadere informatieZaaknummer : 2014/153
Zaaknummer : 2014/153 Rechter(s) : mr. Olivier Datum uitspraak : 10 december 2014 Partijen : Appellant en CBE Erasmus Universiteit Rotterdam Trefwoorden : Begeleiding, (tussentijdse) beoordeling, evenredigheidsbeginsel,
Nadere informatieU I T S P R A A K
U I T S P R A A K 0 7 5 8 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van de heer XXX, appellant tegen het College van Bestuur, verweerder 1. Ontstaan en loop
Nadere informatieU I T S P R A A K
U I T S P R A A K 1 3 1 3 3 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellant tegen het Bestuur van de Faculteit Sociale Wetenschappen, verweerder
Nadere informatieU I T S P R A A K
U I T S P R A A K 1 2 1 1 3 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellant tegen het Bestuur van de Faculteit Wiskunde & Natuurwetenschappen
Nadere informatieU I T S P R A A K
U I T S P R A A K 0 9 1 0 6 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellante tegen de Examencommissie propedeuse Rechtsgeleerdheid, verweerster
Nadere informatieZaaknummer : CBHO 2014/165 Rechter(s) : mrs. Olivier, Scholten-Hinloopen en Verheij Datum uitspraak : 14 januari 2015 Partijen : appellant en CBE
Zaaknummer : CBHO 2014/165 Rechter(s) : mrs. Olivier, Scholten-Hinloopen en Verheij Datum uitspraak : 14 januari 2015 Partijen : appellant en CBE Hogeschool Utrecht Trefwoorden : aanvullend tentamen accreditatie
Nadere informatieZaaknummer : CBHO 2015/247.5 Rechter(s) : mrs. Borman, Lubberdink en Streefkerk Datum uitspraak : 6 juni 2016 Partijen : appellante en CBE Hogeschool
Zaaknummer : CBHO 2015/247.5 Rechter(s) : mrs. Borman, Lubberdink en Streefkerk Datum uitspraak : 6 juni 2016 Partijen : appellante en CBE Hogeschool Utrecht Trefwoorden : beroepspraktijk bijzondere omstandigheden
Nadere informatieU I T S P R A A K
U I T S P R A A K 1 4 1 7 0 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen het Bestuur van de Faculteit der Geesteswetenschappen, verweerder 1. Ontstaan en loop van het
Nadere informatie25 oktober 2016 Beroep [appellant] negatief bindend studieadvies
CBE, Postbus 80125, 3508 TC Utrecht College van Beroep voor de Examens ex artikel 7.60 van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek Bezoekadres Heidelberglaan 8, Utrecht UITSPRAAK Ons
Nadere informatieCOLLEGE VAN BEROEP VOOR DE EXAMENS. Uitspraak van het College van Beroep voor de Examens van Tilburg University
COLLEGE VAN BEROEP VOOR DE EXAMENS Uitspraak van het College van Beroep voor de Examens van Tilburg University in de zaak tussen mevrouw X, appellante en de decaan van de Tilburg Law School, verweerder
Nadere informatieZaaknummer : CBHO 2014/302 Rechter(s) : mrs. Borman, Troostwijk en Kleijn Datum uitspraak : 23 september 2015 Partijen : Appellant en Hogeschool van
Zaaknummer : CBHO 2014/302 Rechter(s) : mrs. Borman, Troostwijk en Kleijn Datum uitspraak : 23 september 2015 Partijen : Appellant en Hogeschool van Amsterdam Trefwoorden : aanmelden bekostiging belangenafweging
Nadere informatieDe Examencommissie van de Academie voor Marketing en Business Management
Uitspraak van het College van Beroep voor de Examens Avans Hogeschool in het geschil tussen: XXX, wonende te XXX, nader toe noemen: appellante, en De Examencommissie van de Academie voor Marketing en Business
Nadere informatieU I T S P R A A K
U I T S P R A A K 0 9-1 2 6 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van mevrouw XXX te Den Haag, appellante tegen het bestuur van de Faculteit der Sociale
Nadere informatieU I T S P R A A K
U I T S P R A A K 1 2 0 9 7 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellante tegen het bestuur van de Faculteit der Geesteswetenschappen 1. Ontstaan
Nadere informatieU I T S P R A A K
U I T S P R A A K 1 2 1 0 2 van het van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellant tegen het Bestuur van de faculteit Wiskunde & Natuurwetenschappen, verweerder 1. Ontstaan en loop van
Nadere informatiehet college van bestuur van de Hogeschool van Amsterdam (hierna: de hogeschool), verweerder.
Zaaknummer : 2013/249 Rechter(s) : mrs. Troostwijk, Lubberdink, Borman Datum uitspraak : 9 mei 2014 Partijen : Appellant tegen CvB Hogeschool van Amsterdam Trefwoorden : Bedreigingsgevaar, belangenafweging,
Nadere informatieZaaknummer: 2000/026 en 2000/026.1 Rechter(s): mr. Olivier Datum uitspraak: 22 mei 2000 X tegen het college van bestuur van de Universiteit Leiden
Zaaknummer: 2000/026 en 2000/026.1 Rechter(s): mr. Olivier Datum uitspraak: 22 mei 2000 Partijen: X tegen het college van bestuur van de Universiteit Leiden Trefwoorden: Algemeen verbindend voorschrift,
Nadere informatieZaaknummer : CBHO 2015/083 Rechter(s) : mr. Olivier Datum uitspraak : 26 januari 2016 Partijen : appellant en Hogeschool van Amsterdam Trefwoorden :
Zaaknummer : CBHO 2015/083 Rechter(s) : mr. Olivier Datum uitspraak : 26 januari 2016 Partijen : appellant en Hogeschool van Amsterdam Trefwoorden : collegegeld gegrond inschrijven ingetrokken inschrijving
Nadere informatiewel kunnen volgen, maar alleen de tentamens worden dan nog aangeboden. Tijdens dat overleg is verder de optie aan bod gekomen om te bezien welke
Zaaknummer : CBHO 2016/141 Rechter(s) : mrs. Borman, Drop en Van Diepenbeek Datum uitspraak : 16 februari 2017 Partijen : appellante en CBE Hogeschool van Amsterdam Trefwoorden : Arbeidsmarkt bindend negatief
Nadere informatieZaaknummer : 2014/038 Rechter(s) : mr. Kleijn Datum uitspraak : 28 juli 2014 Partijen : Appellant tegen het CvB van Hogeschool van Amsterdam
Zaaknummer : 2014/038 Rechter(s) : mr. Kleijn Datum uitspraak : 28 juli 2014 Partijen : Appellant tegen het CvB van Hogeschool van Amsterdam Trefwoorden : Afstuderen, beëindiging inschrijving, bericht
Nadere informatieU I T S P R A A K
U I T S P R A A K 0 9 69 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellante tegen de Examencommissie Pedagogische Wetenschappen, verweerster 1.
Nadere informatieU I T S P R A A K 1 3 2 1 2
U I T S P R A A K 1 3 2 1 2 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellant tegen de Examencommissie Propedeuse van de Faculteit der Rechtsgeleerdheid,
Nadere informatieZaaknummer : CBHO 2016/087 Rechter(s) : mrs. Van der Spoel, Verheij en Streefkerk Datum uitspraak : 4 januari 2017 Partijen : Appellante en CBE
Zaaknummer : CBHO 2016/087 Rechter(s) : mrs. Van der Spoel, Verheij en Streefkerk Datum uitspraak : 4 januari 2017 Partijen : Appellante en CBE Universiteit van Amsterdam Trefwoorden : actuele kennis geldigheidsduur
Nadere informatieZaaknummers : 2011/019 en 019.1
Zaaknummers : 2011/019 en 019.1 Rechter : mr. Nijenhof Datum uitspraak : 14 februari 2011 Partijen : Appellante tegen Rijksuniversiteit Groningen Trefwoorden : CRIHO, differentiatie instellingscollegegeld,
Nadere informatieHet College van beroep voor de examens aan de Universiteit Utrecht (hierna: het College) heeft de volgende uitspraak gedaan op het beroep van:
CBE, Postbus 80125, 3508 TC Utrecht College van Beroep voor de Examens ex artikel 7.60 van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek Bezoekadres Heidelberglaan 8, Utrecht UITSPRAAK Ons
Nadere informatieZaaknummer : CBHO 2015/033 Rechter(s) : mrs. Olivier, Lubberdink en Troostwijk Datum uitspraak : 7 augustus 2015 Partijen : Appellant en
Zaaknummer : CBHO 2015/033 Rechter(s) : mrs. Olivier, Lubberdink en Troostwijk Datum uitspraak : 7 augustus 2015 Partijen : Appellant en Rijksuniversiteit Groningen Trefwoorden : EU/EER nationaliteit gelijkheidsbeginsel
Nadere informatieECLI:NL:RVS:2004:AR4275
ECLI:NL:RVS:2004:AR4275 Instantie Raad van State Datum uitspraak 13-10-2004 Datum publicatie 20-10-2004 Zaaknummer 200407821/1 en 200407821/2 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht
Nadere informatieU I T S P R A A K
U I T S P R A A K 0 9-0 9 1 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellante tegen Examencommissie Talen en Culturen Japan, verweerster 1. Ontstaan
Nadere informatieU I T S P R A A K
U I T S P R A A K 1 1 1 0 5 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellante tegen het Bestuur van de Faculteit der Geesteswetenschappen, verweerder
Nadere informatie