Jadoenath, A. ing. L.W. Vreugdenhil Verzonden: vrijdag 6 juli :33 Aan: Van: CC:

Vergelijkbare documenten
Gemeente Rotterdam 2 3 FEB College van Burgemeester en Wethouders. Aan de Commissie voor Fysieke Infrastructuur en Buitenruimte (FIB)

Aan: de raad van de gemeente Rotterdam, Coolsingel 40, 3011 AD Rotterdam. Van: ing. L.W. Vreugdenhil, Nieuw-Oranjekanaal 20, 3151 XL Hoek van Holland.

Aan: de raad van de gemeente Rotterdam, Coolsingel 40, 3011 AD Rotterdam. Van: ing. L.W. Vreugdenhil, Nieuw-Oranjekanaal 20, 3151 XL Hoek van Holland.

de Verenigde Vergadering van het Hoogheemraadschap van Delfland, Phoenixstraat 32, 2611 AL Delft.

de raad van de gemeente Rotterdam, Coolsingel 40, 3011 AD Rotterdam. ing. L.W. Vreugdenhil, Nieuw-Oranjekanaal 20, 3151 XL Hoek van Holland.

Provinciale Staten van Zuid-Holland, Postbus 90602, 2509 LP Den Haag. ing. L.W. Vreugdenhil, Nieuw-Oranjekanaal 20, 3151 XL Hoek van Holland.

Hierin staat het volgende vermeld over de realisatiestrategie:

Aan: de raad van de gemeente Rotterdam, Coolsingel 40, 3011 AD Rotterdam. Van: ing. L.W. Vreugdenhil, Nieuw-Oranjekanaal 20, 3151 XL Hoek van Holland.

Aan: de raad van de gemeente Rotterdam, Coolsingel 40, 3011 AD Rotterdam. Van: ing. L.W. Vreugdenhil, Nieuw-Oranjekanaal 20, 3151 XL Hoek van Holland.

de raad van de gemeente Rotterdam, Coolsingel 40, 3011 AD Rotterdam ing. L.W. Vreugdenhil, Nieuw-Oranjekanaal 20, 3151 XL Hoek van Holland.

de raad van de gemeente Rotterdam, Coolsingel 40, 3011 AD Rotterdam ing. L.W. Vreugdenhil, Nieuw-Oranjekanaal 20, 3151 XL Hoek van Holland.

ing. L.W. Vreugdenhil Verzonden: dinsdag 9 juli :37 Aan: Statengriffie Onderwerp: Re: Oranjebonnen & manipuleren besluitvorming

Het door de Stichting de Bonnen voorgestelde scenario werd toen unaniem verworpen:

Aan: de raad van de gemeente Rotterdam, Coolsingel 40, 3011 AD Rotterdam. Van: ing. L.W. Vreugdenhil, Nieuw-Oranjekanaal 20, 3151 XL Hoek van Holland.

de leden van Provinciale Staten van de provincie Zuid-Holland, Postbus 90602, 2509LP Den Haag.

Het is wellicht nuttig u (nogmaals) te wijzen op de bestuurlijke besluitvorming van de deelgemeente Hoek van Holland inzake de Bonnenpolders.

Aan: de raad van de gemeente Rotterdam, Coolsingel 40, 3011 AD Rotterdam. Van: ing. L.W. Vreugdenhil, Nieuw-Oranjekanaal 20, 3151 XL Hoek van Holland.

Antwoord. van Gedeputeerde Staten op vragen van. J.A.R.M. van Egmond (GROENLINKS) (d.d. 2 maart 2015) Nummer 3022

de raad van de gemeente Rotterdam, Coolsingel 40, 3011 AD Rotterdam. ing. L.W. Vreugdenhil, Nieuw-Oranjekanaal 20, 3151 XL Hoek van Holland.

Aan: de raad van de gemeente Rotterdam, Coolsingel 40, 3011 AD Rotterdam. Van: ing. L.W. Vreugdenhil, Nieuw-Oranjekanaal 20, 3151 XL Hoek van Holland.

Aan: Provinciale Staten van Zuid-Holland, Postbus 90602, 2509 LP Den Haag. Van: ing. L.W. Vreugdenhil, Haakweg 33, 3151 XD Hoek van Holland.

Geachte leden van de commissie Duurzame Ontwikkeling,

WIJZIGINGSOVEREENKOMST REALISATIE NIEUWE DRIEMANSPOLDER

1. Beleidsmatige context: Regionaal Groenstructuurplan

Onderwerp: Beantwoording van de schriftelijke vragen van het raadslid J. Bokhove (GroenLinks) over de Groene Maasmond.

de raad van de deelgemeente Hoek van Holland, Postbus 10, 3150 AA Hoek van Holland.

onderzoeksopzet Bonnenpolder en Oranjebuitenpolder

de raad van de deelgemeente Hoek van Holland, Postbus 10, 3150 AA Hoek van Holland.

Provinciale Staten van Zuid-Holland, Postbus 90602, 2509 LP Den Haag. ing. L.W. Vreugdenhil, Nieuw-Oranjekanaal 20, 3151 XL Hoek van Holland.

Ambitieverklaring. Tussen Kagerplassen en Oude Rijn

het Dagelijks Bestuur van De deelgemeente Hoek van Holland, Postbus 10, 3150 AA Hoek van Holland.

ECLI:NL:RVS:2009:BK0125

Aan: Provinciale Staten van Zuid-Holland, Postbus 90602, 2509 LP Den Haag. Van: ing. L.W. Vreugdenhil, Haakweg 33, 3151 XD Hoek van Holland.

Betreft: Bonnenpolder is Blunderpolder en wordt Bottenpolder?

Aan de raad AGENDAPUNT NR. 4. Doetinchem, 14 februari 2018 ALDUS VASTGESTELD 22 FEBRUARI 2018

Geachte raden, staten, colleges, burgemeesters en commissaris, 1. Het Evaluatierapport Grondbank en ROZ

HOLLAND ZUID - 7 FEB. 20U. Gedeputeerde Staten

Motivatie wijzigingsplan

Vereniging t is Over zonder Schie

Betreft: Kendoe, Oranjebonnen & het morele niks van ambtelijk Rotterdam

Öl J. Franssen 5EK0MEN 2 6 M. ÏWB. provincie H o L L A N D ZUID. Gedeputeerde Staten. Aan de leden van de statencommissie Ruimte en Wonen

het college van B&W van de gemeente Rotterdam, Coolsingel 40, 3011 AD Rotterdam.

Provinciale Staten van Noord-Holland. Voordracht 64

Aan: de raad van de gemeente Rotterdam, Coolsingel 40, 3011 AD Rotterdam. Van: ing. L.W. Vreugdenhil, Nieuw-Oranjekanaal 20, 3151 XL Hoek van Holland.

jkopi&qrif^ Gemeente Emmen No, 17 MRT 2009 Gemeenteraad van Emmen Postbus RA EMMEN Nieuw-Amsterdam, 15 maart 2009, Geachte raad,

2015-WB-36 Burgemeesterbrief

Vragen van mevrouw W. Koning-Hoeve (CDA) over maatregelen calamiteitenberging De Ronde Hoep

Weth. Schreurs, E. van den Elshout, B. Visser, E. van Andel, J. Zwaneveld

Commissie Bestuurlijk Domein. Commissie Ruimtelijk Domein. Commissie Sociaal en Economisch. Informerende Commissie. Bespreken.

Volgens afspraak treft u bijgaand de Twaalfde Voortgangsrapportage PMR/750ha aan over de verslagperiode van 1 juli 2012 tot en met 30 juni 2013.

Datum: 02 juli 2013 Portefeuillehouder: De heer R. Windhouwer

Raadsvoorstel agendapunt

agendapunt 04.B.11 Aan Commissie Waterveiligheid AANVRAAG INVESTERINGSPLAN EN KREDIET GEMAAL KERSTANJEWETERING (GEMEENTE DELFT)

het college van Gedeputeerde Staten van de provincie Zuid-Holland, Postbus 90602, 2509 LP Den Haag.

MEMO AAN DE GEMEENTERAAD

Haarlem, 15 april 2014

Gemeenteraad van Delft Postbus ME Delft. Delft, 8 april Geachte dames en heren,

Vragen van de heer A.E. van Liere MA, MSc. (Partij voor de Dieren) en de heer A. Hietbrink (GroenLinks) over verlaging storting reserve groen

Bestemmingsplannen in de Binckhorst (zie plattegrond in bijlage 1)

Rekenkamercommissie Almelo

Geachte mevrouw Dekker,

Inventarisatie WOB verzoek. Documenten

Gedeputeerde Staten HR Haarlem. Betreft: Samenwerkingsovereenkomsten Afsluitdijk. Geachte leden,

Page 1 of 1. Geachte griffier,

Aan: de raad van de gemeente Rotterdam, Coolsingel 40, 3011 AD Rotterdam. Van: ing. L.W. Vreugdenhil, Nieuw-Oranjekanaal 20, 3151 XL Hoek van Holland.

Onderwerp: Bestemmingsplan "Buitengebied Montferland"; heroverweging Dijksestraat 53a Didam

Nota van B&W. OnderwerpOntwikkelingskader De Liede

Leden van Provinciale Staten. Stand van zaken en proces besluitvorming Planstudie N207 Zuid. Geachte Statenleden,

Onderwerp: RKC adviesbrief over tweede afdoening aanbevelingen Openbaar Groen

Informatie Regionaal Bedrijventerrein Twente

RAADSVOORSTEL. Raadsvergadering. Onderwerp gewijzigd vaststellen ontwerpbestemmingsplan Vinkenburg. Aan de raad,

Procesafspraken. tussen de. gemeenten Ridderkerk, Rotterdam en Barendrecht, de stadsregio Rotterdam en de provincie Zuid-Holland

RAADSVOORSTEL Agendanummer 9.1. Onderwerp: keuze tussen twee locaties voor een brandstofverkooppunt te Fijnaart.

RAAD VAN TOEZICHT VOOR DE OCTROOIGEMACHTIGDEN Postbus 3219, 2280 GE Rijswijk telefoon fax

Registratienummer: Besluit omgevingsvergunning Elswoutshoek

Qii BA R organisatie LN GEKOMEN. "2 FEB gem. r3y^ Convenant windenergit stadsregio Rotterdam

Voorgestelde beslissing Samenvatting van de beslissing(en) Griffie Eig/afd.

Onderwerp: Lokale Ontwikkelingsstrategie voor de regio Holland Rijnland Besluitvormend

- 1 PS2010RGW09. Datum : Nummer PS : PS2010RGW09 Afdeling : ILG Commissie : RGW Registratienummer : 2010INT Portefeuillehouder : Krol

Wij hebben uw verzoek beoordeeld en besloten de gevraagde ontheffing te verlenen. Bijgaand treft u een afschrift aan van ons besluit.

1 Natuur in de Krimpenerwaard

Nota beantwoording zienswijzen

NIEUWSBRIEF. Nieuwe aanpak Noordrand Krimpenerwaard: Ruimte voor ondernemen. Oktober Partijen in de Krimpenerwaard en de provincie

Betreft: Beantwoording vragen begeleidingscommissie Buijtenland 22 december 2016

: kredietaanvraag restauratie Wetsingerzijl

Grondverwerving gebiedsontwikkeling Perkpolder

Sociaal Economisch Masterplan: Uitvoeringsagenda Netwerk Noordoost

Wij hebben uw verzoek beoordeeld en besloten de gevraagde ontheffing te verlenen. Bijgaand treft u een afschrift aan van ons besluit.

Burgemeester van de gemeente Bergen Postbus AD Bergen. Betreft: Reactie prealabele vraag fusielocatie voetbalvelden Egmond aan den Hoef

Gevraagd besluit Verenigde Vergadering Het nakomen van gemaakte afspraken met de gemeente Westland onderschrijven.

: Aankopen Middelwaard Vianen/Bestemmingsreserve inrichting Middelwaard. Inhoudsopgave. Ontwerpbesluit pag. 3. Toelichting pag. 5.

bijlage(n) Commissie-informatiebrief inzalce brief Provincie aanpassing Limburgs Kwaliteitsmenu

Team MOM. gfedc OR. Besluitenlijst d.d. d.d. gfedc gem.secr. (paraaf adjunct-secretaris) Bijlagen Overeenkomsten met IJssellandschap en de Bannink

GEMEENTE BOEKEL. Onderwerp : Compensatie N605 en LOG en uitbreiding Peellandschapspark Voskuilenheuvel

Onderwerp: Te volgen procedure voor gewijzigd bouwplan voor Nieuwkuijksestraat 72

Voorstel/alternatieven

1. Onderwerp van d e klacht Onjuiste interpretatie van ondeugdelijke meetgegevens. 2. Advies van de voorzitter van de commissie.

Vestiging voorkeursrecht plangebied "Ten noorden van de Nieuwe Maasdijk" in Heusden

B en W nummer ; besluit d.d

Transcriptie:

Jadoenath, A. Van: ing. L.W. Vreugdenhil [vreug124@planet.nl] Verzonden: vrijdag 6 juli 2012 0:33 Aan: groenagenda@pzh.nl CC: info@debonnen.nl; secretariaat@middendelflandvereniging.nl; info@veelzijdigboerenland.nl; info@ltonoord.nl; Informatie Registratuur; Michiel Houtzagers; hofvandelfland@pzh.nl Onderwerp: zienswijze ontwerp-groenagenda Bijlagen: 12-07-06 zienswijze ontwerp-groenagenda.pdf; 12-04-09 Aan G.S. inzake RGSP-3 en de Groenzone Maasmond.pdf; 12-04-09 Bijlage 1 (brief wethouder).pdf; 12-04-09 Bijlage 2 (reactie op brief wethouder).pdf L.S., Bijgevoegd treft u aan mijn zienswijze op de ontwerp-groenagenda + bijlagen. met vriendelijke groet, ing. L.W. Vreugdenhil 1

Aan: Van: het College van Gedeputeerde Staten van de provincie Zuid-Holland, Postbus 90602, 2509 LP Den Haag. ing. L.W. Vreugdenhil, Nieuw-Oranjekanaal 20, 3151 XL Hoek van Holland. Betreft: RGSP-3 en de Groenzone Maasmond Hoek van Holland, 9 april 2012 Geacht college, Op 10 april 1995 heb ik het College van Gedeputeerde Staten van de provincie Zuid-Holland een brief geschreven met het verzoek een einde te maken aan het gedogen van een illegaal bedrijf op het perceel Maasdijk 53 in de toenmalige gemeente s-gravenzande. Ik kreeg toen in een schrijven d.d. 31 juli 1995 (kenmerk WEB/267639A) het advies om bij deze gemeente in een bestuursrechtelijke procedure handhaving af te dwingen. Dit advies heb ik opgevolgd. Uiteindelijk heeft op 27 april 2001 de afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State geoordeeld dat de gemeente s-gravenzande diende te handhaven. Er werd toen door dit gemeentebestuur nog steeds naar argumenten gezocht om deze handhavingsplicht te ontlopen. Het heeft moeten duren tot deze gemeente opging in de grotere gemeente Westland voordat er daadwerkelijk van handhaving sprake was en er op 28 april 2005 een vooraankondiging werd gedaan van een last onder dwangsom aan iemand die toen al 15 jaar ongestraft zich had kunnen verrijken met illegale praktijken. Op mijn persoonlijke Facebookaccount zijn bij de fotorubriek Ellende hiervan de documenten in te zien. Dit dossier laat ook zien dat mensen in het openbaar bestuur het verschil kunnen maken. De toenmalige Westlandse wethouder Ewald van Vliet had dezelfde bestuurlijke instrumenten ter beschikking als de voormalige s-gravenzandse wethouder Wim Oostenbrink. Het laat ook zien dat bij een negatieve en destructieve bestuur- en organisatiecultuur in een lokaal bestuur lieden die zich niet storen aan wetten, regels, voorschriften en bepalingen vrij spel kunnen krijgen. Ik had toen een landbouwbedrijf in een vorm die men nu in het RGSP-3 betiteld als stadslandbouw. Doordat er naar argumenten werd gezocht door de lokale overheid om haar bestuurlijke verantwoordelijkheid te ontlopen, werd er ernstige schade toegebracht aan mijn bedrijfsvoering. Men mag het een ondernemer niet aandoen om verzeild te raken in een jarenlange bestuursrechtelijke procedure om zijn recht te krijgen. Het was in april 1995 al een aantal jaren duidelijk dat het lokale bestuur van de gemeente s-gravenzande een oogje dichtkneep inzake een illegale ontwikkeling. Juist van de provincie zou dan meer toezicht mogen worden verwacht. Het was daarbij ook bekend dat ik in die periode niet alleen agrarisch ondernemer was, maar ook bestuurder was van de deelgemeente Hoek van Holland. Er werden pogingen werden verricht mij zakelijk en publicitair te schaden in de hoop dat ik de lokale politiek de rug toe zou keren. Ik had het ideaal om niet alleen met mijn bedrijf, maar ook in de lokale politiek een maatschappelijke bijdrage te kunnen leveren.

In die periode had ik als bestuurder van de deelgemeente Hoek van Holland ook kennis van het landelijke en provinciale beleid m.b.t. de gewenste natuurontwikkeling in de Groenzone Maasmond. In mijn bedrijfsvoering werd door mij hier nadrukkelijk op geanticipeerd omdat het ook paste in de visie die ik had op deze groene schakel tussen de kust en het open gebied van Midden-Delfland. Er werd door mij het directe contact gezocht met de consument voor de afzet van mijn producten, er werden lessen natuur- en milieueducatie gegeven, er werden stageplaatsen aangeboden en er was een kleinschalige (en anonieme) zorgfunctie voor mensen die een probleem hadden. In mijn bedrijfsvoering was duidelijk het aspect herkenbaar dat men tegenwoordig maatschappelijk verantwoord ondernemen noemt. Allerlei documenten en foto s op mijn persoonlijke Facebookaccount getuigen hiervan. Met mijn bedrijf dacht ik een rol te kunnen spelen in de door de overheid gewenste transformatie van het gebied en zou ik van betekenis kunnen zijn voor mijn medemens. In het voorjaar van 2001 besloot ik definitief om te schaken naar biologisch gecertificeerde landbouw en na een onderzoek werd in het najaar van 2001 het omschakelingstraject gestart. Dit werd uiteindelijk succesvol afgerond in februari 2004 v.w.b. de geteelde gewassen en in vanaf april 2005 was ook de geproduceerde melk biologisch gecertificeerd. Parallel aan deze ontwikkeling werd door mij ook het bedrijf verbreed met een tweetal recreatieve neventakken. Er werd een kleinschalige natuurcamping gerealiseerd en er werd ingespeeld op de behoefte aan een paardenpension. Ik was duidelijk klaar voor de bestuurlijke gewenste toekomst van de Groenzone Maasmond. In het voorjaar van 2006 werden er in opdracht van de deelgemeente Hoek van Holland door een onafhankelijk adviesbureau een tweetal bedrijfsplannen opgesteld voor de agrarische bedrijven die zouden overblijven in de Bonnenpolders. In april 2006 werd het bedrijfsplan dat voor mij was gemaakt aangeboden aan het dagelijks bestuur van deze deelgemeente. Het bleek dat ik met mijn bedrijfsstrategie op koers lag. Spoedig daarna bleek er echter ook sprake te zijn van een verborgen agenda bij de Erven van Rijckevorsel, één van de vastgoedeigenaren in de Bonnenpolders. Met een bedrieglijk spel van misleiding en bedrog had men partijen op het verkeerde been gezet en zand in de ogen gestrooid bij het integrale gebiedsontwikkelingsproces in de Bonnenpolders. Men probeerde de partijen tegen elkaar uit te spelen en uiteindelijk deed men apart zaken met de lokale overheid over de verwerving van gronden welke noodzakelijk waren voor de aanleg van de zogeheten tweede ontsluitingsweg naar Hoek van Holland. De andere onderdelen van het integrale gebiedsontwikkelingsplan (verbetering waterhuishouding, aanleg Ecologische Hoofdstructuur & Provinciale Ecologische Verbindingszone, verbetering recreatieve ontsluiting, uitvoering gemaakte bedrijfsplannen t.b.v. revitalisering landbouw, etc.) liet men vallen. Het bestuurlijk vastgestelde Gebiedsontwikkelingsplan De Bonnen is tot op heden niet tot uitvoering gebracht. Ook mijn bedrijf werd opgeofferd om een snelle(re) deal mogelijk te maken met de vastgoedmaffia in onze polder. Er is veel maatschappelijke -, zakelijke - en persoonlijke schade veroorzaakt door dit bestuurlijke handelen. Dit dossier is een voorbeeld geworden van waartoe vertrouwen in de overheid kan leiden en wat hiervan de ultieme consequenties kunnen zijn. Het dossier laat de praktijk zien van gebiedsgericht werken en burgerparticipatie in het buitengebied van de deelgemeente Hoek van Holland. Ook hiervan zijn documenten te vinden op mijn persoonlijke Facebookaccount.

Dit dossier kent niet alleen een bestuursrechtelijke kant, maar heeft ook strafrechtelijke - en civielrechtelijke aspecten. Er is immers niet alleen sprake van een forse schending van de algemene beginselen van behoorlijk bestuur, maar ook van misleiding en bedrog en er zal dan ook uiteindelijk een schadeclaim worden ingediend omdat de lokale overheid fors in gebreke is gebleven. Het meegaan in een spel van vastgoedcriminelen kan ook worden gekwalificeerd als bestuurlijk vandalisme. Een overheid mag zich nooit tot dit niveau verlagen. Inmiddels zijn meer dan 5 jaar verstreken sinds de fatale gebeurtenissen in de Bonnenpolders. Het is duidelijk dat hiermee ook de landelijke en provinciale ambities voor dit deel van het landelijk gebied van de gemeente Rotterdam flink zijn gefrustreerd. Cynische en calculerende lieden is geen strobreed in de weg gelegd en de partijen die de illusie hadden een partner te zijn bij een integraal gebiedsontwikkelingsproces heeft men halverwege het traject met lege handen achtergelaten. Met het Gebiedsontwikkelingsplan De Bonnen werd beoogd een versnelling te bereiken t.o.v. de ambities welke waren geformuleerd in het in februari 2005 vastgestelde RGSP-2. Overigens was toen reeds gebleken dat ambities van het in 1996 vastgestelde Regionaal Groen Structuur Plan van de regio Rotterdam (RGSP-1) niet waren gerealiseerd in dit deel van Rotterdam. De toen geformuleerde ambities worden nu - met een ander woordgebruik - weer herhaald in het RGSP-3. Ondertussen zijn de te bereiken publieke doeleinden steeds verder weg komen te liggen. Dit dossier laat dan ook zien wat het kan betekenen als mensen waarde toekennen aan bestuurlijke besluiten, bestuurlijke intenties, bestuurlijke ambities, bestuurlijke afspraken, bestuurlijke verwachtingen en bestuurlijke toezeggingen. Het dossier Bonnenpolders is in het landelijk gebied een voorbeeld geworden van een onbetrouwbare en falende overheid bij een integraal gebiedsontwikkelingsproces. De combinatie met het dossier Oranjebuitenpolder leert dat er feitelijk sprake is van een geleverde wanprestatie door Willem Rietveld c.s. van de Stadsregio Rotterdam in dit buitengebied van de deelgemeente Hoek van Holland. Men behoeft niet de illusie te hebben dat de ambtenaren die verantwoordelijk zijn voor de veroorzaakte problemen nu alsnog met oplossingen zullen komen. De actuele situatie in de Groenzone Maasmond laat zien wat er sinds 1996 daadwerkelijk is gepresteerd in dit deel van Rotterdam. Een forensisch onderzoek zou veel duidelijk maken inzake het ontstaan van de actuele problemen en verschaft ook de mogelijkheid om lering te trekken uit dit falen. Het laat ook het verschil zien tussen de informatie die aan de volksvertegenwoordigers werd verschaft en de daadwerkelijke feiten. Recent heeft de huidige Rotterdamse wethouder Buitenruimte de leden van de commissie Fysieke Infrastructuur en Buitenruimte in een schrijven d.d. 20 februari 2012 geïnformeerd over de situatie in de Oranjebuitenpolder en de Bonnenpolders (bijlage 1). De verstrekte informatie kan als misleidend worden gekwalificeerd en is weerlegd in een schrijven mijnerzijds d.d. 26 maart 2012 (bijlage 2). Op mijn persoonlijke Facebookaccount zijn bij de fotorubriek Betrouwbaar? foto s te zien die de door de wethouder verstrekte gegeven logenstraffen. Overigens maken ook andere fotorubrieken op mijn Facebookaccount voor een ieder inzichtelijk wat de daadwerkelijke gebeurtenissen zijn in dit deel van Rotterdam. Ook bij het hoofdstuk Gebiedsvisie op de website (http://www.debonnen.nl/) van de Stichting de Bonnen zijn deze gebeurtenissen chronologisch beschreven.

Deze wethoudersbrief laat ook een uiterst bedenkelijk niveau zien. Een ambtenaar schrijft dat aardappelen in Groenland aan een boom groeien, een wethouder ondertekent dit en haar partij- en coalitiegenoten ondersteunen het standpunt van de wethouder. Een dergelijk standpunt staat echter los van de feiten; de echte aardappeldeskundige heeft men niet gehoord en men heeft ook geen interesse in de opvattingen van de bewoners van Groenland. De feiten kan echter een ieder met gezond verstand met eigen ogen waarnemen. Er zijn helaas politici die meer in fictie dan in feiten zijn geïnteresseerd. Op dit moment probeert men een beeld neer te zetten over de situatie in de Groenzone Maasmond die geen recht doet aan de feiten. Een werkbezoek en contact met de (oorspronkelijke) bewoners en ondernemers kan veel duidelijk maken en toont een contrast tussen een papieren werkelijkheid en de werkelijkheid waarmee de mensen in dit gebied worden geconfronteerd. Overigens laat het geheel aan bestuurlijke besluiten, correspondentie, gespreksverslagen, e-mails, notulen, etc. ook een andere werkelijkheid zien dan het beeld dat in de wethoudersbrief wordt geschetst. Bij deze verzoek ik u als hogere overheid een forensisch onderzoek in te stellen naar de oorzaak van het uitblijven van maatschappelijke resultaten in de Groenzone Maasmond in de afgelopen 15 jaar. Het zal u veel duidelijk maken over de rol die de diverse overheden hebben gespeeld bij de regievoering in de Groenzone Maasmond, hoe men gewenste ontwikkelingen in deze belangrijke schakel tussen Midden-Delfland en de Kapittelduinen heeft gestimuleerd en gefaciliteerd en hoe men ongewenste ontwikkelingen heeft geblokkeerd. Het zal u ook duidelijk maken welke bestuurlijke instrumenten en beschikbare budgetten men onbenut heeft gelaten, hoe met het handelen van de ene overheid het handelen van de andere overheid wordt gefrustreerd en het geeft u lessen voor de toekomst v.w.b. de rol van de provinciale overheid bij een integraal gebiedsontwikkelingsproces in het landelijk gebied. Er is één advies welke me op voorhand al duidelijk lijkt. De Stadsregio Rotterdam heeft als bestuurslaag compleet gefaald bij het realiseren van de publieke doelen t.a.v. groen in de Groenzone Maasmond. Dit besef is belangrijk bij de totstandkoming van de Metropoolregio Rotterdam Den Haag en de uitvoering van het RGSP-3. met vriendelijke groet, ing. L.W. Vreugdenhil Bijlagen: 1. Brief van de wethouder Duurzaamheid, Binnenstad en Buitenruimte aan de leden van de Commissie voor Fysieke Infrastructuur en Buitenruimte inzake de Bonnenpolders en Oranjebuitenpolder (BS11/950 / 894824) d.d. 20 februari 2012; 2. Brief van ing. L.W. Vreugdenhil aan de gemeenteraad van Rotterdam inzake de Bonnenpolders en de Oranjebuitenpolder d.d. 26 maart 2012. c.c.: - Provinciale Staten van Zuid-Holland, - Dijkgraaf en Hoogheemraden van het Hoogheemraadschap van Delfland, - directeur Zuid-Hollands Landschap,

Aan: Van: het college van Gedeputeerde Staten van de provincie Zuid-Holland, Postbus 90602, 2509 LP Den Haag. ing. L.W. Vreugdenhil, Nieuw-Oranjekanaal 20, 3151 XL Hoek van Holland. Betreft: zienswijze ontwerp-groenagenda Hoek van Holland, 6 juli 2012 Geacht college, Bij deze bericht ik u te hebben kennisgenomen van uw ontwerp-groenagenda. Met betrekking tot de Bonnenpolders wens ik u op het volgende te attenderen: 1. De raad van de deelgemeente Hoek van Holland heeft op 20 november 2003 unaniem een motie aanvaard waarin het dagelijks bestuur van deze deelgemeente de opdracht werd gegeven om in het tweede kwartaal van 2004 een integrale gebiedsvisie voor de Bonnenpolders te presenteren en vast te stellen. 2. In het derde kwartaal van 2004 werd gestart met de Projectgroep de Bonnen. Diverse partijen werden daarbij uitgenodigd deel te nemen. Namens de provincie Zuid-Holland nam ondermeer de heer David van Megen hierin deel. 3. Op 1 februari 2005 werd door u het RGSP-2 vastgesteld. Tot de categorie 1 e prioriteit behoort ondermeer de Korte Bonnen en het wordt gekwalificeerd als een project waarvan de financiering - na vaststelling afspraken - op hoofdlijnen rond is. Het betreft hier projecten waarvoor reeds ambtelijk afspraken zijn gemaakt m.b.t. het toekennen van beschikbare middelen uit de toenmalige groenprogramma s. Na vaststelling van deze afspraken in de daartoe geëigende overlegstructuren, kon een deel van deze projecten gerealiseerd worden. De ervaring leert dat het financiele tekort van 10-20 % van het benodigde bedrag op projectniveau oplosbaar is (versobering inrichting, aanvullende middelen overige partijen, etc.). Deze projecten konden dan ook op korte termijn uitvoeringsgereed worden. 4. Op 21 december 2005 werd door de raad van de deelgemeente Hoek van Holland vastgesteld dat de integrale ontwikkeling van de Bonnenpolders mogelijk zou worden gemaakt door landgoedontwikkeling. Hiermee kon ook een versnelling worden bereikt t.o.v. de in het RGSP-2 vermelde ambities. Tevens werd hiermee het verzoek van de vastgoedeigenaren in dit gebied positief beantwoord. De Stichting de Bonnen had ernstige twijfels of dit de juiste oplossingsrichting was, maar stelde dat er sprake was van een situatie van accepteren van in plaats van kiezen voor bij dit democratische besluit. 1

5. Op 21 september 2006 wordt door de raad van de deelgemeente Hoek van Holland het integrale en uitvoeringsgerichte Gebiedsontwikkelingsplan De Bonnen vastgesteld. Helaas stagneert de uitvoering door een gebrekkige regievoering waarbij er door de (deel)gemeente als gebiedsregisseur apart zaken wordt gedaan met de vastgoedeigenaren in deze polder om een snelle(re) verwerving van gronden voor de aanleg van een ontsluitingsweg mogelijk te maken. Door dit handelen kwam de haalbaarheidsparagraaf onder druk te staan. Er ontstond slechts een fragmentarische oplossing in het voordeel van de (deel)gemeente zelf, maar het realiseren van de overige onderdelen van het integrale gebiedsontwikkelingsplan werd hierdoor moeilijker. 6. In een schrijven d.d. 10 oktober 2007 (uit/2007/1640) stemt het dagelijks bestuur van de deelgemeente Hoek van Holland in met de overdracht van de regievoering naar de stadsregio Rotterdam. Men vraagt om vaart te houden in het proces. De volgende alinea s staan dan ook expliciet in dit schrijven: Voorkomen moet worden dat de deelgemeentelijke doelstellingen die aan het begin van het traject werden geformuleerd nu niet worden gerealiseerd. De boeren en ondernemers in dit gebied dreigen hier immers het slachtoffer van te worden. Wij kunnen niet genoeg benadrukken dat snelheid in dit proces belangrijk is en verwachten van u de nodige inzet om in samenwerking met de deelgemeente deze overdracht zo snel mogelijk te realiseren. Vanzelfsprekend blijft de bestuurlijke verantwoordelijkheid over de genomen besluiten bij de deelgemeente Hoek van Holland liggen. 7. Op 25 september 2008 wordt tussen diverse partijen een samenwerkingsovereenkomst getekend t.a.v. De Hof van Delfland. Daarbij wordt de Bonnenpolders als een van de versnellingsprojecten gekenmerkt. 8. In het najaar van 2008 start het adviesbureau APPM in opdracht van de stadsregio Rotterdam met een poging alsnog tot uitvoering te komen van het Gebiedsontwikkelingsplan De Bonnen. Op 15 januari 2009 is er een presentatie van een nieuw plan van aanpak tijdens een commissievergadering van de raad van de deelgemeente Hoek van Holland. Opnieuw werd de urgentie om snel te komen tot een oplossing van de problemen benadrukt in een stappenplan met ambitieuze termijnen. Helaas worden ook deze termijnen niet gehaald. 9. Op 28 maart 2011 wordt door het Hoogheemraadschap van Delfland een brief verstuurd aan mr. Drs. B.J. Bruins, de informateur voor een nieuw college van Gedeputeerde Staten van de provincie Zuid-Holland, waarin aandacht wordt gevraagd voor ondermeer de Bonnenpolders als een van de versnellingsprojecten van De Hof van Delfland: In het programma Randstad Urgent is het Versnellingsproject Bonnenpolders opgevoerd. Wij adviseren u hier middelen voor vrij te maken om dit versnellingsproject in De Hof van Delfland mogelijk te maken, gezien de prioriteit die de provincie zelf aan dit project heeft gegeven. 2

10. Recent is er een herstart gemaakt met de uitvoering van de plannen voor de Groenzone Maasmond, ditmaal onder de naam Oranjebonnen. Tot projectleider wordt benoemd een zekere Maarten de Gaaij, iemand die reeds eerder heeft gefaald bij de uitvoering van het Masterplan Oranjebuitenpolder. Natuurlijk schept deze aanstelling geen vertrouwen voor de toekomst. Bovenstaande punten vormen een onderdeel van een omvangrijk dossier inzake het gebiedsontwikkelingsproces in de Bonnenpolders in de afgelopen jaren. Een overeenkomst hierbij is dat men bestuurlijk iedere keer te kennen heeft gegeven dat er prioriteit gegeven zou worden aan de noodzakelijke revitalisering van dit onderdeel van de gemeente Rotterdam. Op 21 september 2006 heeft de raad van de deelgemeente Hoek van Holland met een vertraging van meer dan 2 jaar het Gebiedsontwikkelingsplan De Bonnen vastgesteld. Dit beleidskader is nimmer gewijzigd en/of ingetrokken door het nemen van een nieuw besluit door het bestuursorgaan dat dit bestuurlijke besluit heeft genomen en het is derhalve nog steeds van kracht. Het geeft daarbij geen pas om tijdens een gebiedsontwikkelingstraject op een dergelijke manier van rol te wijzigen dat men ineens van gebiedsregisseur zichzelf tot toeschouwer verklaart. Voorts geeft het geen pas om tijdens een gebiedsontwikkelingstraject de spelregels te veranderen, een aantal deelnemers te elimineren en de doelen te wijzigen. Het is in deze dan ook opvallend dat nu kennelijk in de ontwerp-groenagenda de urgentie is vervallen om snel tot een integrale oplossing te komen. In bijlage 3 staat de EHS in de Korte Bonnen nu ineens verklaard tot de categorie ontwikkelopgave fase 2. Dit lijkt me niet correct jegens de partijen die in de afgelopen jaren betrokken zijn geweest bij dit integrale gebiedsontwikkelingsproces. Speciale aandacht dient er daarbij te zijn voor de positie van de oorspronkelijke bewoners en ondernemers in dit gebied. Zij hebben immers vertrouwen gesteld in de bestuurlijke besluiten die de overheid heeft genomen en zij hebben hun zakelijke en persoonlijke beslissingen hierop afgestemd. Zij zijn niet verantwoordelijk voor de keuzes die gemaakt zijn en de vertragingen welke zijn ontstaan. Zij zijn evenmin verantwoordelijk voor de wijze waarop de (lokale) overheid haar regierol heeft vervuld. Zij hebben waarde toegekend aan het geheel van bestuurlijke besluiten, bestuurlijke toezeggingen, bestuurlijke afspraken, bestuurlijke intenties en bestuurlijk gewekte verwachtingen. Zij zijn meegenomen in een traject dat zou moeten leiden tot oplossingen en het kan als onbehoorlijk bestuur worden gekwalificeerd hen nu met extra problemen achter te laten. Een mensenleven kan door fysiek geweld in een fractie van een seconde een dramatische wending krijgen; men kan echter ook door een mensenleven verzieken door hem of haar zijn perspectief ontnemen in een jarenlang proces van vertragen, frustreren, schofferen en uiteindelijk negeren. Het betreft dan geen fysiek geweld, maar bureaucratisch geweld waarbij iemand financieel en psychisch uitgeput raakt. Het lijkt me dat de overheid zich niet aan dit gedrag mag bezondigen. Hiermee wordt niet alleen maatschappelijke -, zakelijke - en persoonlijke schade veroorzaakt, maar men brengt ook schade toe aan het vertrouwen dat mensen in de overheid behoren te hebben. Ik verzoek u dan ook de EHS in de Korte Bonnen nog steeds prioriteit te geven en deze in te delen in de categorie ontwikkelopgave fase 1. Voorts verzoek ik u de Bonnenpolders nog steeds in te delen bij de versnellingsprojecten welke in bijlage 4 vermeld staan. 3

Een belangrijk onderdeel van het uitvoeringsgerichte en integrale gebiedsontwikkelingsplan dat op 21 september 2006 werd vastgesteld vormt de ontwikkeling van landgoederen, geheel overeenkomstig de wens van de grootgrondbezitters in deze polder. Hiermee hebben deze gronden een warme bestemming gekregen. Het intrekken van dit gebiedsontwikkelingsplan zal dan ook op ernstige bezwaren stuiten van deze vastgoedeigenaren. Het lijkt me belangrijk om zich te realiseren dat er aan deze partijen toezeggingen zijn gedaan - ondermeer bij de realisatie van de verwerving van de gronden voor de Hoekse Baan - en dat men het uitvoeren van deze toezeggingen zal kunnen afdwingen. Bij dit alles is het voorts belangrijk te beseffen dat er in de Bonnenpolders reeds sprake was van biologisch gecertificeerde landbouw, een recreatieve ontwikkeling met een natuurcamping en een paardenpension, kleinschalige recreatieve evenementen, natuur- en milieueducatie, een kleinschalige (en anonieme) zorgfunctie, aanbod van stageplaatsen en een directe verkoop aan de consument van op het eigen bedrijf voortgebrachte producten. Deze activiteiten worden tegenwoordig benoemd als stadslandbouw of multifunctionele landbouw, maar van deze ontwikkeling was reeds vanaf het einde van de jaren 70 van de vorige eeuw sprake op mijn bedrijf. Door de wijze waarop men de Erven van Rijckevorsel heeft laten ontsnappen aan het afsprakenkader dat behoort tot het Gebiedsontwikkelingsplan De Bonnen is er aan deze ontwikkeling een einde gekomen. De casus Bonnenpolders is daarmee in het landelijk gebied van Nederland een voorbeeld geworden van wat de ultieme consequenties kunnen zijn als men vertrouwen stelt in de overheid, kiest voor een positieve -, constructieve - en coöperatieve opstelling bij een integraal gebiedsontwikkelingsproces en anticipeert op het door de overheid gewenste beleid in het landelijk gebied. De reguliere pachtboeren in de Bonnenpolders zijn als prooi uitgeleverd aan de vastgoedspeculanten in het gebied en de destructieve -, cynische - en calculerende krachten hebben vrij spel gekregen. Lieden die geen boodschap hebben aan wetten, regels, bepalingen en voorschriften wordt geen strobreed in de weg gelegd en ondernemers die binnen de wettelijke marges wensen te opereren laat men in de steek en ziet men niet staan. De casus Bonnenpolders laat zien dat opleiding, vakmanschap, ondernemerschap en maatschappelijke betrokkenheid geen relevante succesfactoren behoeven te zijn als de lokale overheid haar plichten verzaakt, het beschikbare bestuurlijke instrumentarium niet benut, haar besluiten niet tijdig uitvoert, haar afspraken niet tijdig nakomt, haar toezeggingen niet tijdig realiseert, haar gewekte verwachtingen weer snel vergeet en haar uitgesproken intenties weer snel inwisselt voor nieuwe intenties. Juist van een hogere overheid als de provincie mag toezicht worden verwacht op het gedrag van een lagere overheid; het behoort tot het bestuurlijke vak om elkaar aan te spreken op het uitblijven van maatschappelijke resultaten en het niet bereiken van de gestelde publieke doelen. Ik verwijs u voor het overige naar de inhoud van mijn brief d.d. 9 april 2012 (zie bijlage). Deze brief is slechts ambtelijk beantwoord. Als ik een brief richt aan het politiek verantwoordelijke bestuur verwacht ik ook een antwoord van het politiek verantwoordelijk bestuur. Ik verzoek u dit alsnog te doen. Het heeft dan pas zin om nieuw beleid te formuleren als men bereid is lering te trekken uit de wijze waarop men in gebreke is gebleven bij het uitvoeren van het staande beleid. De provincie vervult hierin een belangrijke toezichthoudende rol. 4

Bij de casus Bonnenpolders komt het niet aan op grote politieke ideologische verschillen, maar is het een kwestie van competentie en integriteit. De raad van de deelgemeente Hoek van Holland heeft op 21 december 2005 unaniem gekozen voor een multifunctioneel scenario met de ontwikkeling van 5 landgoederen en men heeft op 6 juni 2006 unaniem besloten er hier 2 aan toe te voegen. Dit alles is bekrachtigd in het Gebiedsontwikkelingsplan De Bonnen dat op 21 september 2006 is vastgesteld. Het is dus gewoon een kwestie van uitvoeren. Er mag immers worden veronderstelt dat deze besluitvorming niet heeft plaatsgevonden om andere partijen op het verkeerde been te zetten. Het spel van misleiding en bedrog door de Erven van Rijckevorsel had natuurlijk nooit door de overheid getolereerd mogen worden. Deze partij is aantoonbaar onbetrouwbaar gebleken. Door mee te gaan in dit verwerpelijke spel heeft de lokale overheid zich ook onbetrouwbaar getoond jegens de andere partners bij het gebiedsontwikkelingsproces. Hiermee heeft men niet alleen mensen beschadigd, maar ook schade toegebracht aan het vertrouwen dat mensen in de overheid behoren te hebben. Op een cruciaal moment in het gebiedsontwikkelingsproces kwam het aan op normbesef van de verantwoordelijke ambtenaren en bestuurders. Helaas bleek het hieraan toen te ontbreken. Dat mensen het verschil kunnen maken is niet alleen in het openbaar bestuur een feit, maar ook in het landelijk gebied. Het dossier Bonnenpolders laat zien hoe de diverse actoren hebben gehandeld bij de gebeurtenissen in dit deel van het landelijk gebied van de gemeente Rotterdam. In september van het jaar 2000 werd de Stichting de Bonnen opgericht en er werd direct ingezet op het realiseren van een gemeenschappelijke en integrale gebiedsvisie. Het bleek een moeizaam proces andere partijen te overtuigen van het nut en de noodzaak om gebiedsgericht te werken ten einde de agrarische ondernemers in het gebied zich te kunnen laten herstellen van de klappen die men kreeg te verwerken bij overvloedige neerslag in september 1998 en oktober 1999. Op de website 1 van deze stichting is dit te lezen bij het hoofdstuk gebiedsvisie. De klap van 19/20 september 2001 2 moest toen nog komen. Naast deze gemeenschappelijke inzet was er op de afzonderlijke bedrijven in de Bonnenpolders ook nog inzet om een antwoord te vinden op de gewijzigde omstandigheden. Het moge daarbij duidelijk zijn dat de overheid hierbij een stimulerende en faciliterende functie kan vervullen. Zo kreeg ik van de landelijke overheid bijv. een subsidie in het omschakelingstraject naar gecertificeerde biologische landbouw met mijn reeds natuur- en milieuvriendelijke bedrijf. Het dossier laat zien welke partijen in deze polder een positieve en constructieve bijdrage hebben willen leveren aan de noodzakelijke revitalisering en welke partijen een negatieve en destructieve rol hebben gespeeld. Daarmee is de casus Bonnenpolders in het landelijk gebied van Nederland een voorbeeld geworden van hoe lonend cynisch en calculerend gedrag kan zijn en hoe naïef het is om vertrouwen in de lokale overheid te hebben bij een integraal gebiedsontwikkelingsproces. De verantwoordelijke ambtenaren en bestuurders hebben ongestoord hun loopbaan kunnen voortzetten, maar de oorspronkelijke agrarische ondernemers in de Bonnenpolders zijn met lege handen komen te staan. 1 http://www.debonnen.nl/ 2 http://www.knmi.nl/klimatologie/maand_en_seizoensoverzichten/maand/sep01.html 5

Reeds vanaf de eerste stappen om te komen tot een Ecologische Hoofdstructuur in Nederland is het belang duidelijk geweest van de kwetsbare schakel die de Bonnenpolders samen met de Oranjebuitenpolder vormt tussen de Kapittelduinen en het open gebied van Midden-Delfland. De huidige ontwikkelingen in de Oranjebuitenpolder en de Bonnenpolders laten het belang zien om snel in te grijpen om een verdere achteruitgang te voorkomen. Het vereist een daadkrachtig, doortastend en slagvaardig bestuurlijk handelen. In het door u opgestelde Handelingskader openbaar bestuur Zuid-Holland 3 is de toezichthoudende rol van de provincie duidelijk omschreven als een gemeente in gebreke blijft, bijv. in het ruimtelijkfysiek domein. In de Groenzone Maasmond is hier duidelijk sprake van. De actuele situatie laat zien dat ook de stadsregio Rotterdam hier geen enkel positief resultaat heeft geboekt. Een interventie van de provincie is m.i. onvermijdelijk om te waarborgen dat er alsnog recht wordt gedaan aan de ambities en uitgangspunten die ooit zijn geformuleerd voor dit deel van de provincie. Daarmee wordt ook geïnvesteerd in een herstel van het noodzakelijk vertrouwen in de rol van de overheid. Het dossier Bonnenpolders laat zien dat indertijd de bestuurlijke besluitvorming in een bepaalde richting is gemanouvreerd c.q. gemanipuleerd. Het was immers ook in andere plaatsen van Nederland mogelijk nieuwe natuur te ontwikkelen, de waterhuishouding te verbeteren, de recreatieve ontsluiting aan te pakken en de landbouw te revitaliseren zonder dat landgoedontwikkeling daarvoor de financiele drager moest zijn. Er is nu een juridische fuik ontstaan waarbij de negatieve gevolgen vooralsnog op ons zijn afgewenteld. Daarbij heeft men onze positie bewust willen marginaliseren. De menselijke maat lijkt vergeten en er wordt nu gedaan alsof het om een vrijblijvend ruimtelijk plan ging. Het tegendeel is echter waar. Het zal op prijs worden gesteld als u als provinciebestuur beseft dat u deze functie vervult om van betekenis te zijn voor de samenleving en dat deze samenleving uit mensen bestaat. Van een bestuurder mag worden verwacht dat deze stuurt en dit betrokken en gewetensvol doet. Ik verzoek u uw oordeel op de juiste feiten te baseren en betrokkenheid te tonen. Het is dus verstandig als u zich niet eenzijdig laat informeren en zich probeert in te voelen wat de gevoelens zijn van de mensen die nu al jarenlang wachten op een oplossing voor de onder regie van de overheid ontstane problemen. met vriendelijke groet, ing. L.W. Vreugdenhil Bijlage: - brief d.d. 9 april 2012 aan het College van Gedeputeerde Staten van Zuid- Holland inzake het RGSP-3 en de Groenzone Maasmond (inclusief bijlagen). c.c.: - Veelzijdig Boerenland, Richard Holkade 22, 2033 PZ Haarlem; - Stichting de Bonnen, De Jonghlaan 14, 2614NM s-gravenzande; - LTO-Nederland, Postbus 29773, 2502 LT Den Haag; - Midden-Delfland Vereniging, Burg. Musquetiersingel 40, 2636 Schipluiden; - Hoogheemraadschap van Delfland, Phoenixstraat 32, 2611 AL Delft; - Zuid-Hollands Landschap, Nesserdijk 368, 3063 NE Rotterdam. 3 http://www.zuid-holland.nl/contentpagina.htm?id=95857 6

Gemeente Rotterdam College van Burgemeester en Wethouders Drs. Alexandra C. van Huffelen Wethouder Duurzaamheid, Binnenstad en Buitenruimte Aan de Commissie voor Fysieke Infrastructuur en Buitenruimte (FIB) Bezoekadres: Stadhuis Coolsingel 40 Rotterdam Postadres: Postbus 70012 3000 KP Rotterdam Website: www.rotterdam.nl E-mail: dimbsd@rotterdam.nl Fax: 010-267 3560 Inlichtingen: J. van de Ree Telefoon: 010-489 7303 Uw brief van: - Ons kenmerk: BS11/950 / 894824 Aantal bijlagen: 3 Betreft: Bonnenpolder en Oranjebuitenpolder Datum: 20 februari 2012 Geachte leden van de commissie, 2 3 FEB 2012 Tijdens uw vergadering van 14 december 2011 heb ik toegezegd u middels een brief een evaluatieve terugblik te bieden op de ontwikkelingen in de afgelopen jaren m.b.t. de Bonnenpolder en de Oranjebuitenpolder (FIB 11079). Daarbij heeft u mij (evens verzocht om t.a.v. de Bonnenpolder in te gaan op de zorglandgoederen die daar waren voorzien, op de waterhuishoudkundige situatie en op juridisch-planologische kwesties. Tot slot heb ik u toegezegd het Regionaal Groen Structuur Plan 3 (RGSP3) van de Stadsregio te zullen toezenden. Met deze brief vul ik deze toezeggingen in. Voor de volledigheid refereer ik aan de presentatie die op 14 december jl. in uw commissievergadering door de heer Vreugdenhil is gehouden over zijn visie op de planvorming m.b.t. de Bonnenpolder en (in mindere mate) de Oranjebuitenpolder. Tevens heeft hij uw commissie hierover een brief gestuurd, dd. 13 december 2011. Diverse elementen uit die brief en de presentatie - zoals het gebiedsontwikkelingsplan, waterproblematiek en het bestemmingsplan - komen hieronder aan de orde. 1. Beleidsmatige context: Regionaal Groenstructuurplan In de opeenvolgende regionale groenstructuurplannen van de Stadsregio Rotterdam zijn de Bonnenpolder en Oranjebuitenpolder aangeduid als belangrijke gebieden voor recreatie en natuur. In het regionaal groenstructuurplan 2 (RGSP2) uit 2005 zijn beide polders aangewezen als groenproject. De Oranjebuitenpolder als project van de 1 e prioriteit met als uitgangspunt dat de financiering rond was. De Bonnenpolder deels als 1 e prioriteitsproject (noordwestelijke deel, financieel nog niet gedekt) en deels als 2 e prioriteitsproject (financieel nog niet gedekt). Op de kaarten van het RGSP2 is de gewenste ecologische verbinding tussen Midden-Delfland en de kust apart aangegeven. Eind 2011 heeft de Stadsregio Rotterdam een nieuwe visie op de regionale groenstructuur vastgesteld, het RGSP3. Hierin zijn de polders niet meer als aparte groenprojecten benoemd, maar is nog wel de ambitie opgenomen om de ecologische verbinding te realiseren. Verder staat aangegeven dat er kansen zijn voor stadslandbouw. Het structuurplan is als bijlagen 1 en 2 bij deze brief gevoegd.

2. Bonnenpolder Gebiedsontwikkelingsplan Tijdens de vergadering van uwcommissieop 14-12-2011 is meerdere Keren gerefereerd aan het Gebiedsontwikkelingsplan De Bonnen als kader voor de ontwikkeling van de Bonnenpolder. Het plan is opgesteld door de deelgemeente Hoek van Holland, in nauwe samenwerking met het Hoogheemraadschap Delfland (HHD), Stichting Zuid-Hollands Landschap (ZHL), Provincie Zuid-Holland en Stichting de Bonnen. In September 2006 is het plan vastgesteld door de deelraad van Hoek van Holland. Het plan voorziet in de realisatie van natuur, een ecologische verbindingszone, waterberging, agrarische functies en landgoederen. Bij de landgoederen ging het om commerciele woonlandgoederen, waarbij uitgangspunt was dat 90% van het grondoppervlak uit natuur zou moeten bestaan. Rollen van de gemeente en overige partijen Een beoogde intentieovereenkomst tussen alle betrokkenen, waarin nadere afspraken zouden worden vastgelegd ten behoeve van de uitvoering van het plan, is uiteindelijk niet van de grond gekomen. Dit betekent echter niet dat er onduidelijkheid is over de rol van de gemeente. Toenmalig wethouder Bolsius heeft de samenwerkende partijen in een brief van juli 2008 aangeven dat hij de ambities van het gebiedsontwikkelingsplan steunt. Omdat het ontwerp uitgaat van uitvoering van beleid van provincie {natuur} en HHD {waterberging) zal Rotterdam geen financiele bijdrage leveren, behalve mogelijk een bijdrage vanuit de zorgportefeuille t.b.v. de zorglandgoederen. Het geconstateerde tekort op de grondexploitatie moet door de andere partijen {provincie, stadsregio, HHD, ZHL) worden gedicht. Uitgangspunt voor de gemeente is altijd geweest dat zij een faciliterende rol speelt. Dat is in diverse stuurgroepen aan de orde gesteld en wordt bevestigd in de bovengenoemde brief van wethouder Bolsius (zie bijlage 3). De faciliterende rol zou met name bestaan uit het opstellen en in procedure brengen van het bestemmingsplan en eventueel de inzet van het onteigeningsinstrumentarium. De gemeente heeft echter nadrukkelijk gesteld dat zij pas medewerking zal verlenen aan wijziging van het bestemmingsplan als het plan financieel uitvoerbaar is. En daar is tot op heden nog geen sprake van (zie onder het kopje 'financien'). De rol van trekker van het planvormingsproces ligt sinds 2008 bij de Stadsregio. Gedurende 2008 en 2009 heeft APPM Management Consultants in opdracht van de Stadsregio het procesmanagement voor de gebiedsontwikkeling Bonnenpolder gevoerd. Doel was, zoals APPM dat zelf verwoorde, 'te komen tot een uitvoeringsgereed plan waarvoor een bestemmingsplan in procedure kan worden gebracht'. Daarbij werd het ontwikkelen van zorglandgoederen aan de plannen toegevoegd; een ontwikkeling waar de GGD Rotterdam voorstander van is. De zorglandgoederen vervingen de commerciele woonlandgoederen die (mede op basis van een makelaarsconsultatie) financieel als onhaalbaar werden geacht. Het Zuid-Hollands Landschap was beoogd beheerder van de nieuwe natuurgebieden en het Hoogheemraadschap Delfland was betrokken vanwege de geconstateerde wateroverlast bij hevige regenval en de ecologische doelstellingen voor een natte ecologische verbinding waardoor de waterkwaliteit kan verbeteren. De provincie was op afstand betrokken vanwege de natuurdoelen (Ecologische Hoofdstructuur (EHS)) en de ecologische verbindingszone. Het plan In 2009 zijn door het bureau Bosch en Slabbers, als eerste stap in opdracht van de Stadsregio Rotterdam verschillende ontwerpen gernaakt ter concretisering van het gebiedsontwikkelingsplan. Hierbij is uitgegaan van 2 fases. Het eerste deelplan bestaat uit graslandreservaat, nieuwe en bestaande waterlopen worden voorzien van natuurlijke oevers. De Bonnenweg wordt volledig openbaar en er worden een voetpad en een fietspad gerealiseerd. Deelplan 2 bestaat uit 7 landgoederen. Daarnaast worden enkele kassen

gesloopt, wordt er een laan aangelegd ter plaatse van de Dwarshaak en wordt er een bos/struweel aangelegd aan de oostkant van het plangebied. Zorglandgoederen In de Bonnen ten zuiden van de EHS is in de plannen de realisatie van zorglandgoederen opgenomen. Er leek markt voor de ontwikkeling van zorglandgoederen. De GGD was hier voorstander van en er zijn diverse partijen benaderd om hier invulling aan te geven. Eind 2007 toonde zorginstelling Parnassia BAVO Groep interesse in het ontwikkelen van zorglandgoederen. In maart 2008 hebben de deelgemeente, Pranassia Bavo en de GGD geconstateerd dat partijen positief staan tegenover de ontwikkeling van de zorglandgoederen. Parnassia BAVO heeft vervolgens de haalbaarheid onderzocht en concludeerde in december 2008 dat er teveel financiele onzekerheden waren. Vervolgens is corporatie MaasDeltaGroep benaderd. Ook zij concludeerden, eind 2009, dat zij geen haalbare business case hadden. Tot slot is de Woningbouwvereniging Hoek van Holland (WVH) gevraagd welke mogelijkheden zij zag. WVH liet in februari 2010 weten: "Gezien de onduidelijkheid over prijs van de van de erven Van Rijckevorsel te verwerven gronden, de grote bedragen die de ontwikkeling van de vijf landgoederen vraagt en de smalle marges van de ontwikkeling is dit geen ontwikkeling waar WVH het voortouw in gaat nemen." Helaas blijkt er dus geen serieuze partij voor de realisatie van zorglandgoederen. Erven van Rijckevorsel De grond in de Bonnenpolder is in handen van ongeveer 10 eigenaren. De gemeente heeft alleen het uiterste noordwest puntje van de polder in eigendom. Het overgrote deel van de polder is in handen van 3 particulieren, waarvan de erven van Rijckevorsel er een zijn. Zij zijn tevens de grootste eigenaar en vanwege hun verspreide eigendommen is medewerking van de Erven essentieel om tot uitvoering van het gebiedsontwikkelingsplan te kunnen komen. Zij zijn destijds ingestapt in het planvormingsproces in de veronderstelling dat er ruimte zou zijn voor (woningbouw-)ontwikkeling van hun grondgebied. Toen die mogelijkheden er niet bleken te zijn, hebben ze in het najaar van 2006 verdere medewerking aan het gebiedsontwikkelingsplan opgezegd. Overigens zaten de Erven onderling niet altijd op een lijn over eventuele toekomstige ontwikkelingen. Sinds 2006 is onderhandeld met de Erven in verband met de aankoop van grond aan de oostrand van de Bonnenpolder ten behoeve van de aanleg van de 2 e Ontsluitingsweg / Hoekse Baan. De grand is geruild tegen gronden aan de westzijde van de Bonnenpolder, die in bezit waren van de gemeente. Dit is gebeurd op basis van taxatierapporten van externe taxateurs. De grondruil is pas in 2008 afgerond; onder andere door het tussentijds overlijden van een van de eigenaren heeft de overdracht veel vertraging opgelopen. Met instemming van de Erven zijn destijds de werkzaamheden aan de 2 e Ontsluitingsweg echter al wel opgestart vooruitlopend op de ondertekening van de ruilovereenkomst. Waterproblematiek Onderdeel van het Gebiedsontwikkelingsplan was het realiseren van extra waterberging in de Bonnenpolder, vanwege regelmatige wateroverlast, m.n. na hevige regenval. Hierbij is van belang dat het gebied waar de waterberging voor nodig is een veel groter gebied beslaat dan alleen het agrarische deel van de Bonnenpolder. Het gebied wordt aan de westzijde globaal begrensd door de Krimsloot, aan de oostzijde door het Oranjekanaal, aan de noordzijde door het Bonnenpad en aan de zuidzijde door de Hoeksebaan. Dit gebied vormt min of meer een waterhuishoudkundige eenheid, bestaande uit verschillende peilgebieden die middels stuwen uiteindelijk afwateren in het Oranjekanaal. In dit gebied bevindt zich ook een kassengebied langs de Dwarshaak en gedeeltelijk het kassengebied tussen de Haakweg en het Haakpad. Water uit het glastuinbouwgebied stroomt in de huidige situatie deels af naar het deel van de Bonnenpolder waarop de planvorming zich richtte. Bij het HHD zijn de afgelopen jaren (vanaf 2004) enkele meldingen binnengekomen over een te hoge waterstand in het glastuinbouwgebied; geen ervan in het agrarische deel van de

Bonnenpolder. Er waren wel meldingen over een te lage waterstand (droogte) vanuit het glastuinbouwgebied en de Bonnenpolder. Al deze meldingen zijn afgehandeld. HMD heeft de nodige maatregelen genomen. Zo is de Krimsloot verbreed en het gemaal Krimsloot vergroot. Daarnaast zijn veel stuwen 'automatisch' gemaakt, waardoor de berging voor en na de stuwen optimaal kan worden gebruikt zodat de wateroverlast (zowel in het glastuinbouwgebied als in de rest van de Bonnenpolder) zo veel mogelijk voorkomen kan worden. In het deelgemeentelijk Waterplan is een aanzienlijke waterbergingsopgave in de meeste peilgebieden van de Bonnenpolder berekend. Er is van uitgegaan dat de benodigde waterberging ten behoeve van het kassengebied zou worden gecombineerd met beoogde omvorming van het kassengebied in de polder Krimsloot tot een nieuwe woonwijk, en dat het waterschap de aanleg van water in de Bonnenpolder zou financieren. De ontwikkeling van woningbouw in de polder Krimsloot is echter in 2010 op de lange baan geschoven. In november 2011 is een gedetailleerde modelberekening van de waterbergingsopgave van de (gehele) Bonnenpolder opgeleverd. Op basis van dit onderzoek is er nog steeds een opgave, maar deze is veel kleiner en gemakkelijker oplosbaar geworden. Wateroverlast treedt met name op direct ten noorden van het glastuinbouwgebied aan de zuidzijde {ten zuiden van de Polderhaakweg. Ook in het gebied tussen de Krimsloot en het Haakpad treedt in de noordwesthoek wateroverlast op. Benodigde maatregelen zullen worden vertaald in een actualisatie van het deelgemeentelijk waterplan Hoek van Holland. Financier! De gemeente heeft reeds in een vroeg stadium aangegeven alleen een faciliterende rol te zullen spelen. Deze was gericht op het opstellen van het bestemmingsplan (noodzakelijk omdat het gebiedsontwikkelingsplan uitgaat van diverse functiewijzigingen t.o.v. de huidige situatie) en het eventueel inzetten van onteigeningsinstrumentarium. Daarbij heeft zij aangegeven het bestemmingsplan pas te zullen opstellen als er sprake is van een financieel haalbaar plan. En zover is het nooit gekomen. Er waren weliswaar enkele financieringsbronnen beschikbaar, maar ook APPM concludeerde in mei 2009 dat diverse, essentiele onderdelen van het plan nog een fors tekort kenden: de Provinciale Ecologische Verbindingszone; het verbeteren en openbaar maken van de Bonnenweg als recreatieve fietsverbinding; het herstel van de dijk in de Lange Bonnen; de aankoop van grond t.b.v. waterberging. De provincie Zuid-Holland liet begin 2010 weten bijna 2,5 miljoen beschikbaar te zullen stellen voor de aanleg van nieuwe natuur en de ecologische verbinding. In 2011 werd echter duidelijk dat de provincie door de rijksbezuinigingen op het Investeringsbudget Landelijk Gebied (ILG), deze toezeggingen niet rneer gestand wil doen. Omdat de natuur bovendien geen onderdeel uitmaakt van Natura-2000 wil de provincie de EHS-aanduiding laten vervallen. Hierin volgt de provincie de opstelling van het Rijk. 3. Oranjebuitenpolder Uitgangspunt voor de planvorming voor de Oranjebuitenpolder zijn het Masterplan Oranjebuitenpolder en de daarbij behorende Uitvoeringsovereenkomst. Het Masterplan is vastgesteld door het College van B&W op 24 november 2009. De Uitvoeringsovereenkomst is op 7 december 2009 ondertekend door de Provincie Zuid Holland, Stadsregio Rotterdam, gemeente Rotterdam, ZHL en HHD. De Uitvoeringsovereenkomst voorzag in uitvoering van het masterplan in 2 fases. De eerste fase bestaat uit de realisatie van 88 hectare EHS en 32 hectare recreatief/groen. De tweede fase bestaat uit een golfbaan, 30 woningen en de resterende circa 55 hectare recreatief/groen. De financiering van de eerste fase is met de afspraken uit de Uitvoeringsovereenkomst gedekt. Voor de tweede fase is afgesproken dat partijen zich zullen inspannen om dekking te zoeken. Hoewel de planvorming voor de Oranjebuitenpolder dus veel verder was dan voor de Bonnenpolder en de gemeente hier bovendien veel grond in eigendom heeft, blijken ook hier

de huidige plannen niet uitvoerbaar als gevolg van de rijksbezuinigingen op de ILG. De provincie heeft reeds in 2010 laten doorschemeren vermoedelijk niet aan naar toezeggingen in de uitvoeringsovereenkomst te kunnen voldoen. Vanwege de grote onzekerheid over de middelen die de provincie (conform de uitvoeringsovereenkomst) beschikbaar zou stellen, is de planvorming in de loop van 2010 grotendeels stil komen te vallen. Zonder provinciale bijdrage is realisatie van het Masterplan onhaalbaar aangezien de door de provincie te realiseren EHS grofweg de helft van het plangebied beslaat. Op dit moment kan er dus niet anders dan geconcludeerd worden dat er geen haalbaar plan is. In 2011 is de planvorming voor de tweede fase we! doorgegaan. Er zijn orienterende gesprekken gevoerd met een samenwerkingsverband van grondeigenaren en ontwikkelaars over (financiele en inhoudelijke) haalbaarheid van een golfbaan, 30 woningen in het groen en een paardentrainingscentrum. In het voorjaar 2012 moet blijken of nun plannen financieel haalbaar zijn. 4. Naar een nieuw plan voor beide polders Op 27 januari jl. heb ik met de bestuurders van de provincie en de stadsregio afspraken gemaakt over een nieuwe koers voor beide polders. De gemeente Rotterdam, de Stadsregio Rotterdam en de provincie hebben, ondanks de veranderde context, nog steeds de ambitie om een ecologische verbinding tussen de kust en Midden-Delfland te realiseren via de Oranjebuitenpolder en Bonnenpolder. Dit sluit ook aan op de wensen van de deelgemeente. Aan het begin van deze brief meldde ik reeds dat de Stadsregio in het RGSP3 de ecologische en recreatieve verbinding tussen Midden Delfland en de kust heeft opgenomen. Deze zal echter beperkter van omvang zijn dan oorspronkelijk gedacht. Ook is de aanleg van een aantrekkelijke recreatieve verbinding via de polders nog steeds gewenst. De gemeente en de stadsregio zijn met de provincie in gesprek over de mogelijkheden voor een bijdrage uit het uitvoeringsprogramma van de nieuwe provinciale Groenagenda, waarvoor 100 miljoen aan investeringsmiddelen beschikbaar is. Hierbij zullen ook de deelgemeente, het Zuid-Hollands Landschap, het Hoogheemraadschap Delfland en de overige belanghebbenden in de polder worden betrokken. Ik laat ook de mogelijkheden onderzoeken naar commerciele exploitatie van delen van het gebied en alternatieve financieringsvormen. Over het laatste ben ik in gesprek met het Nationaal Groenfonds. Met een combinatieplan voor beide polders waarbij de omvang van de publieke investeringen drastisch wordt verminderd en er gezocht wordt naar een innovatieve uitvoeringsstrategie met inzet van private middelen en een alternatieve financieringsstrategie en nieuwe financieringsconstructies zoals een gebiedsfonds, een gezamenlijke ontwikkelmaatschappij, of een gezamenlijke beheersmaatschappij. Hierbij wordt expliciet gekeken naar de betrokkenheid van de bedrijven en de burgers. Een voorstel van de Initiatiefgroep OBP voor een golfbaan, woningbouw en een hippisch centrum kan hierbij betrokken worden. In deze pilot zijn de gewijzigde rollen en posities van belang de provincie ziet haar rol volgens de Groenagenda in principe niet langer als opdrachtgevende partij, maar meer als regisseur naar de gebiedspartijen onder de noemer 'sturen zonder geld'. De provincie wil samen met andere partijen (burger, bedrijven} betrekken bij de uitvoering van de Groenagenda en niet meer alleen de overheden. De SRR wenst haar opdrachtgevende rol af te bouwen, gezien het rijksbesluit dat de SRR in 2013 wordt opgeheven. De gemeente wil bij gebiedsontwikkeling een groter rol neerleggen bij marktpartijen en bestaande grondeigenaren en bewoners. De beheertaak van de gronden worden in de huidige situatie uitgevoerd door de grondeigenaren of nun pachters. In het kader van de nieuwe aanpak gaan we naast de klassieke en bekende vormen van beheer juist op zoek naar nieuwe