Het kwaliteitenspel: de inzet verhogen Aanpak en instrumenten om leerlingen te laten groeien

Vergelijkbare documenten
Dit artikel en onderzoek zijn onderdeel van mijn afstudeeropdracht bij de eerstegraadsopleiding wiskunde bij het IVLOS in Utrecht.

Kies jij Duits? Docentenhandleiding doorstromers havo en vwo. Differentiatie 3 havo/vwo. SLO nationaal expertisecentrum leerplanontwikkeling

Kies jij Frans? Docentenhandleiding afbuigers havo en vwo. Differentiatie 3 havo/vwo. SLO nationaal expertisecentrum leerplanontwikkeling

Kies jij Frans? Docentenhandleiding havo en vwo. Differentiatie 3 havo/vwo. SLO nationaal expertisecentrum leerplanontwikkeling

Criteria bij ERK methodes

Burgerschap in kaart gebracht

Kernleerplan actief burgerschap en sociale integratie

Burgerschap in kaart gebracht

Taal in beeld Beschrijvingsgegevens en toelichting bij het compacten

Talentmeting in korte trajecten

Taalfontein Beschrijvingsgegevens en toelichting bij het compacten

Rubrics vaardigheden

Rubrics vaardigheden

kansen voor betekenisvol zaakvakonderwijs

Stimulerend signaleren

Kernleerplan actief burgerschap en sociale integratie

Fiets van Jansen: didactisch model voor leerlingparticipatie

Zin in taal Beschrijvingsgegevens en toelichting bij het compacten

Test denkprofiel jongeren

Taal actief (derde versie) Beschrijvingsgegevens en toelichting bij het compacten

Competenties De Fontein

Begrippenkader Studieloopbaanbegeleiding en Reflectie

Doelen stellen voor persoonlijke ontwikkeling

Kies jij Duits? Lesmateriaal afbuigers havo. Differentiatie 3 havo/vwo. SLO nationaal expertisecentrum leerplanontwikkeling

VISIEWIJZER TALENTENKRACHT

Taalleesland (tweede editie) Beschrijvingsgegevens en toelichting bij het compacten

Breidt netwerk min of meer bij toeval uit. Verneemt bij bedrijven wensen voor nieuwe

Ondernemend gedrag (geschikt voor niveau 1 en 2)

L O O P B A A N L E R E N & C O M P E T E N T I E S

Doel van deze presentatie is

Leergebied Overstijgend Onderwijs in de VMBO stroom (versie juni 2018)

Stap 3 Leeractiviteiten begeleiden

Eindverslag Academische Opleidingsschool Sophianum, juni 2011

21ste-eeuwse vaardigheden:

Welke ruimte en skills hebben leerlingen nodig om bevlogen en gemotiveerd te werken. Astrid van den Hurk 22 januari 2015

Spinnenweb-model: leerlingparticipatie in samenhang

Taaljournaal (tweede editie) Beschrijvingsgegevens en toelichting bij het compacten

Leerling volgen in hun ontwikkeling vanaf groep 1

brede interesse specifieke, diepgaande interesses kennishonger leergierig ontwikkelingspotentieel hoogbewust zijn creërend (denk)vermogen

Het Ontwikkelteam Digitale geletterdheid geeft de volgende omschrijving aan het begrip digitale technologie:

Doelen stellen voor persoonlijke ontwikkeling

Inhoud. Inleiding 9. 5 Planning Leerdoelen en persoonlijke doelen Het ontwerpen van het leerproces Planning in de tijd 89

Onderwijskundige Visie

LOB: durf te verrassen SLO nationaal expertisecentrum leerplanontwikkeling

CONCEPT TOOL ONTWERPEN IN BEELD VOOR EIGEN GEBRUIK

Porfolio. Politie Vormingscentrum

Kies Actief Rapportage van Femke Peeters

Zelfreflectie meetinstrument Ondernemende houding studenten Z&W

Toekomstgericht onderwijs. Schoolrapport eerste jaar Algemeen deel Maart 2017

OVERZICHT VAN DE LEERLIJNEN KIEZEN DELEN MAKEN

Educatieve Hogeschool van Amsterdam, lerarenopleiding vo/bve Beoordelingsformulier voor het werkplekleren (definitieve versie, november 2007)

GROEIEN EN B(L)OEIEN VAN JONGE TALENTEN

ONDERWIJSONTWIKKELING - ACTIVERENDE DIDACTIEK

In 2020 op alle basisscholen wetenschap & technologie: Bent u er klaar voor?

Thermometer leerkrachthandelen

Rotterdamse Observatielijst Peuter Kleuter. Analyse doelen Jonge kind

21 e eeuwse vaardigheden inzetten in het voortgezet onderwijs. Maaike Rodenboog, SLO

Waarom Wetenschap en Techniek W&T2015

COMPETENTIEPROFIEL ONDERSTEUNER PASSEND ONDERWIJS. Resultaatgebieden 1. Ondersteuning en advisering aan IB en leraren

kempelscan P1-fase Kempelscan P1-fase 1/7

Zelfbeeld. Voortgezet onderwijs

Taal op maat Beschrijvingsgegevens en toelichting bij het compacten

MISSIE - VISIE - MOTTO

Curriculum in beweging

Inge Test

Krachtvelden 30 januari Daan Demo

Stichting Techniekpromotie

Uitwerking kerndoel 10 Nederlandse taal

competentieprofiel groepsleerkracht/ docent algemeen vormend onderwijs Het Driespan

Kies jij Duits? Lesmateriaal afbuigers vwo. Differentiatie 3 havo/vwo. SLO nationaal expertisecentrum leerplanontwikkeling

Criteria. Ervaren op school

BLAADJE #4. mei 2018

De mentor als coach. Piet BUYSE

Theoretisch kader De 21st century skills Onderverdeling in cognitieve en conatieve vaardigheden

Begeleiding van leerlingen

Interculturele CompetentieWijzer (ICW): mogelijkheden en beperkingen. Joke Simons & Yunsy Krols

In je element met wie je bent!

Kijkwijzer techniek. Kijkwijzer leerlingencompetenties, materiaal uit traject Talenten breed evalueren, dag 1 Pagina 1

Bron: Handleiding bij feedbackkader, Marjoleine Dobbelaer, Onderwijsinspectie 2013

DOCENTENSCAN TEST MARIEL 24 APRIL :58

Uitwerking kerndoel 3 Nederlandse taal

Klas in bedrijf. Werkbladen. Belang logistiek voor bedrijf. Peter Hantson. Opleiding secundair onderwijs Vakgroep Techniek (TE)

Educatieve Hogeschool van Amsterdam, lerarenopleiding vo/bve Beoordelingsformulier voor het werkplekleren (definitieve versie, november 2007)

Elementen van een professionele leergemeenschap

Stichting Openbaar Primair Onderwijs Steenwijkerland Zwartewaterland. Samen op kop

Medestudenten/collega s: Docenten/praktijkbegeleiders:

1. Wat is een controverse? Praktijk en theorie. 2. Vaardigheden: empathie, denken vanuit meerdere perspectieven en een kritische houding

Competentieprofiel. kaderlid LGB Beroepsinhoud Zorg

Ontwikkelingsgericht onderwijs

Introductie. De onderzoekscyclus; een gestructureerde aanpak die helpt bij het doen van onderzoek.

OBSERVATIELIJST van de MUZISCHE ONTWIKKELING Van kleuters IN 5 CATEGORIEËN

Kenniskring Vormend Onderwijs Thema: Onderzoekende Houding

Bedrijf en effecten - 3 Talenten en beroepen

Competentiescan Propedeuse Academie voor Beeldende Vorming Tilburg

Observatielijst peuters. Analyse doelen Jonge kind

Ons. Onderwijs. Kwaliteit in onderwijs

Leerplankader kunstzinnige oriëntatie

Doelgericht met vaardigheden aan de slag

Transcriptie:

Het kwaliteitenspel: de inzet verhogen Aanpak en instrumenten om leerlingen te laten groeien SLO nationaal expertisecentrum leerplanontwikkeling

Een instrumentarium UniC en!mpulse zijn vernieuwingsscholen waar het onderwijs anders ingericht wordt dan meestal gebruikelijk is. Leerlingen werken veel samen aan open opdrachten, plannen hun eigen werk, etc. Er is vooral veel ruimte voor persoonlijke ontwikkeling. Dan is het handig als leraren en begeleiders iets hebben om de groei van leerlingen te volgen en begeleiden. En bij voorkeur iets dat ook door leerlingen zelf gebruikt kan worden. Ook scholen die leerlingen willen begeleiden bij vaardigheden als zelfstandig leren, samenwerken en communiceren hebben daar baat bij. "Kwaliteiten" is een vaag begrip, maar het duidt aan waar het om gaat: eigenschappen of talenten die je vaker in cursussen persoonlijke effectiviteit tegenkomt (in je volwassen leven) dan op school. Ten onrechte. Scholen als UniC en!mpulse richten zich juist op een bredere ontwikkeling van leerlingen, die veel meer de 'hele leerling' aangaat. Het gaat om zaken die in het vissenkommodel van ICE onder water liggen. SLO heeft in de afgelopen jaren met en voor UniC en!mpulse gewerkt aan een instrumentarium dat de ontwikkeling van leerlingen (qua persoonlijke kwaliteiten) kan volgen. Dat begon met het kwaliteitenspel in 2006. In 2008 en 2009 is dat instrumentarium verder uitgebreid en getest. De kwaliteiten in het kwaliteitenspel zijn rechtstreeks afgeleid uit visiedocumenten van de scholen en in nauwe samenspraak met de scholen geformuleerd. Het gaat bij kwaliteiten om zaken die meer persoonlijke eigenschappen zijn dan aangeleerde of aan te leren vaardigheden of kennis. Boven water Direct waarneembaar Onder water Niet direct waarneembaar C o n t e x t Willen Motivatie Kunnen Kennis en vaardigheden Competentie Zijn Persoonlijke kenmerken Drie dimensies van competentie binnen de context (vissenkommode Bureau ICE) C o n t e x t Inhoud Instrumenten voor gesprek met leerling(en): 3. A. Het kwaliteitenspel 4. B. De groeimeter 5. C. Grafiekje voor in het portfolio 5. D. Schots A4 schema over waarom werken aan kwaliteiten Achtergrondinformatie voor de docent: 6. 1. Kernpunten per kwaliteit 7. 2. Matrix met groeipunten 7. 3. Leerlingportretjes passend bij de matrix Al deze instrumenten worden hierna verder toegelicht. 2

A. Het kwaliteitenspel UniC,!mpulse en SLO ontwikkelden gezamenlijk dit spel als een leerlingontwikkelingsinstrument, een instrument waarmee je in de grote lijn de vorderingen kunt laten zien van leerlingen door de jaren heen. Het gaat in dit kwaliteitenspel om aspecten van motivatie en persoonlijke kenmerken die onderliggend zijn aan het zichtbare handelen van de leerling. Het is belangrijk dat leerlingen in verschillende situaties met verschillende anderen over deze aspecten nadenken en dat bespreekbaar maken. Dat moet voor de leerling niet te zwaar worden en voor de begeleiders geen administratieve rompslomp. Daarom is gekozen voor een spelvorm en niet voor bijvoorbeeld zelfinschattingslijstjes of observatiematrixen. Het spel bestaat uit kaartjes met kwaliteiten erop, geordend naar categorieën samenwerken, communiceren, denken, zelfreflectie, zelfsturing en jezelf ontwikkelen. Daarnaast zijn er kaartjes met werkvormen die mogelijkheden aangeven om het spel te spelen. Dit zijn de kwaliteiten: Samenwerken - Kan met vrijwel iedereen samenwerken. - Zorgt dat zowel eigen als andermans doelen worden gehaald. - Staat open voor kritiek. - Kan op een goede manier kritiek geven. - Zorgt voor een goede sfeer in de groep. - Heeft zorg voor een ander. - Gaat handig met ruzies om. - Springt in waar nodig. - Kan anderen enthousiast maken. - Signaleert tijdig knelpunten. - Neemt verantwoordelijkheid. - Gedraagt zich passend en beschaafd. - Is bereid zich aan te passen. Communiceren - Stelt goede vragen aan een ander. - Brengt de boodschap duidelijk over. - Praat problemen uit. - Toont interesse voor ideeën van anderen. - Kan in verschillende situaties met uiteenlopende mensen een gesprek voeren. Zelfreflectie - Erkent dat hij fouten maakt. - Denkt na over eigen handelen. - Kan communiceren over eigen behoeftes en gedrag. - Heeft zelfkennis. Zelfsturing - Raakt niet in de stress bij het maken van een fout. - Weet wat het belangrijkste is (en doet dat eerst). - Verdeelt zijn energie goed. Denken - Kan argumenteren. - Is analytisch. - Denkt logisch. - Denkt creatief. - Kan kritisch denken. - Kan makkelijk van de ene gedachte naar de andere springen. Jezelf ontwikkelen - Neemt veel initiatief. - Kan improviseren. - Durft te experimenteren. - Wil zichzelf graag ontwikkelen. - Kan goede (leer)vragen stellen. - Is nieuwsgierig. 3

Het spel zal alleen werken wanneer het ingebed wordt in 'echte gesprekken': communicatie waarin naar elkaar wordt geluisterd en tot elkaar wordt gesproken. Spelvormen zijn: - Zelfinschatting: wat kan ik? - Spiegelen docentoordeel: eigen oordeel: wat kan ik, vinden wij? - Wat gaat goed, wat kan beter (2 kaartjes per categorie): wat kan ik beter? - Laten zien in een opdracht: hoe vond je het zelf gaan? - Voorafgaand aan opdracht of project bespreken: wie en wat hebben we nodig voor de klus? - Voor begeleiders onderling: beelden van een leerling bespreken. Voor UniC geven de sociale stages en de keuzeopdrachten in de vrije ruimte naast de dagelijkse leeractiviteiten aanknopingspunten daarvoor. Voor!mpulse kan dat analoog daaraan bij community-activiteiten, werken in settings en werken in leergebieden. B. De groeimeter De groeimeter Expert + Expert De spelvormen kunnen gebruikt worden voor, na of tijdens het uitvoeren van opdrachten. Denk daarbij zowel aan 'gewone' leeropdrachten, als aan groepsopdrachten, als aan maatschappelijke stages. De leerling kan in overleg met de docent kiezen om aan een bepaalde kwaliteit te werken (bijvoorbeeld: "ik ben best initiatiefrijk, maar het komt er nog niet zo uit" of "ik wil ook creatief kunnen zijn in moeilijker situaties"). De docent draagt eventueel oefeningen of aanwijzingen aan. Tijdens leerlingbegeleidingsgesprekken kan daarop teruggekomen worden. Gevorderde + Gevorderde Beginner + Beginner Samenwerken Communiceren Zelfreflectie Zelfsturing Denken Jezelf ontwikkelen Belangrijk bij gebruik is: - De leerling moet een actieve rol krijgen in het volgen van zijn ontwikkeling. - Bij het bespreken van de kwaliteiten moeten altijd concrete voorbeelden van situaties genoemd worden. - Vraag en benoem gedrag- en taalaspecten (wat zie je? wat hoor je? als iemand deze kwaliteit heeft). - Regelmatig wordt de vraag gesteld: wat versta jij onder? (de spelers moeten dus uitwisselen welk beeld ze hebben van een bepaalde kwaliteit). - Laat leerlingen hun bevindingen vastleggen, bijvoorbeeld in een portfolio of een gespreksverslag. Idealiter wordt tijdens een schooljaar op zo breed mogelijk terrein bekeken welke ontwikkeling de leerling doormaakt, vanuit het perspectief van de persoonlijke kwaliteiten. De groeimeter is een tabel met 6x6 vakjes, telkens 6 vakjes per kwaliteitensoort: - Samenwerken. - Communiceren. - Zelfreflectie. - Zelfsturing. - Denken - Jezelf ontwikkelen. De 6 vakjes verbeelden 6 stappen op een leerlijn van beginner, gevorderde naar expert. Je kunt dus beginnend beginner zijn, gevorderd beginner of al wat verder. Op de achterkant staat kernachtig omschreven wat die niveaus ongeveer inhouden. 4

Dat is ter inspiratie en niet als vaste, sluitende definitie bedoeld. De omschrijvingen zijn een samenvatting van de matrix met groeipunten. Met fiches kan eerst de leerling en dan de docent aangeven waar de leerling staat in zijn ontwikkeling van de kwaliteiten. Het is belangrijk dat daarover consensus wordt bereikt, dat draagt bij aan de zelfreflectie van de leerling. Daarom is gekozen voor een vorm van spelbord met fiches: er kan heen en weer geschoven worden, al argumenterend. De groeimeter is een hulpmiddel om in een begeleidingsgesprek met een leerling uit te wisselen hoe de leerling zich ontwikkelt qua kwaliteiten en het daarover eens te worden. In begeleidingsgesprekken met de leerling Het grafiekje is een hulpmiddel om de opbrengsten van het begeleidingsgesprek over kwaliteiten en de vooruitblik op het volgende gesprek vast te leggen. Dat kan door de leerling of de docent gebeuren. Bij een begeleidingsgesprek met een leerling. C. Grafiekje voor in het portfolio In Excel kun je heel makkelijk staafdiagrammen maken terwijl je gegevens in een tabel invoegt (en verandert). Op die manier kun je leerlingen (en/of docenten) laten bijhouden hoe ze scoren op de kwaliteiten. Belangrijk is de leerlingen te vragen een voorspelling te doen over wat ze bij het volgende begeleidingsgesprek denken te scoren. Op die manier leren ze ook zichzelf inschatten. D. Schots A4 schema over waarom werken aan kwaliteiten Ik Wij Leren Succesvolle leerders Productieve deelnemers Leven Zelfbewuste mensen Verantwoordelijke burgers De ordening van het Schots A4 is gebaseerd op het Schotse leerplan (Schots model, zie http://www.curriculumforexcellencescotland.gov.uk ) dat een indeling maakt in succesful learners, confident individuals, responsible citizens en effective contributors. Waar het Schotse model het hele curriculum beschrijft, gaat het in het ontwikkelinstrumentarium van!mpulse en UniC juist om eigenschappen, vaardigheden en attitudes die belangrijk zijn voor de school maar meestal niet of onvoldoende in het gewone curriculum Deze indeling loopt langs 2x2 lijnen die in de vorm van een matrix weer te geven zijn: ik-ontwikkeling, sociale ontwikkeling en leren en leven. 5

Succesvolle leerders die - Zichzelf kennen - Oorspronkelijk en helder denken - Nieuwsgierig zijn - Kunnen wikken en wegen Productieve deelnemers die - Open staan voor anderen - Samenwerken ondanks verschillen - Enthousiast hun aandeel leveren Zelfbewuste mensen die - Laten merken wat ze willen - Meedoen - Nieuwe dingen inbrengen Verantwoordelijke burgers die - Zorg hebben voor het geheel - Problemen helpen oplossen - Bij diversiteit blijven communiceren Het Schots A4 is een overzicht van de achterliggende doelen die er zijn om te werken aan de kwaliteiten. Het is een samenvatting van alle kwaliteiten uit het kwaliteitenspel. Het Schots A4 is een belangrijk instrument voor consensus in de school, tussen docenten, tussen school en ouders, docenten/leerlingen. Het geeft antwoord op de vraag waar gaat het eigenlijk om hier op school, bij leren. Het moet gaan fungeren als een soort referentiekader waarnaar in voorkomende gevallen verwezen wordt en wat bekend verondersteld kan worden bij alle betrokkenen. Het Schots A4 gebruik je om begeleiding en opdrachten en besprekingen (weer) in relatie te brengen met waar het wezenlijk om gaat. Daarnaast zal de leerling op enigerlei wijze op dit globale niveau ook zijn vorderingen moeten bijhouden en beschrijven in een portfolio, via bijvoorbeeld een balansverslag 1x per jaar. Op tweejaarlijkse ijkpunten (de punten in de ontwikkelingslijnen) kunnen dan via vaste grote opdrachten beoordelingen/assessments plaatsvinden, gekoppeld aan al bestaande elementen in het curriculum aan de orde komen. 1. Kernpunten per kwaliteit: wat zijn de kwaliteiten van het spel? De kernpunten per kwaliteit geven in termen van concreet gedrag of houdingen van leerlingen weer wat de essentie is van een bepaalde kwaliteit (uit het kwaliteitenspel). Docenten van UniC en!mpulse hebben met elkaar de kernpunten bepaald. Ze geven bruikbaar houvast voor de operationalisatie van de kwaliteit maar zijn niet uitputtend of op gedegen studie gebaseerd. De kernpunten geven in feite trainbare, leerbare onderdelen van een kwaliteit weer: om meer initiatiefrijker te worden, kan een leerling bijvoorbeeld oefenen om vaker met een voorstel te komen. De kernpunten kunnen helpen om in gesprek met leerlingen te verhelderen welke vaardigheden de leerlingen kunnen trainen om een kwaliteit beter uit de verf te laten komen. Regelmatig bij leerlingbegeleiding. 6

2. Matrix met groeipunten In een sessie met docenten, schoolleiding, ouders en leerlingen zijn elementen benoemd van de gewenste ontwikkeling van leerlingen, in drie stappen. Dat kan zijn jaar 2, 4 en 6 (voor havo kan dat 2, 3 en 5 zijn). Die elementen zijn uitgewerkt in een groeimatrix waarin van beginner via gevorderde tot expert voor elk van de zes groepen kwaliteiten wordt weergegeven hoe leerlingen kunnen groeien. Groei gaat op twee manieren: 1. (zie bovenste grijze kolom) De taken en opdrachten worden in de loop van de jaren moeilijker waardoor er meer gevraagd wordt van de kwaliteiten van de leerlingen - Dichtbij steeds verderaf - Veilig steeds onbekender - Met hulp van anderen hulp vragen waar nodig zelfstandig - Buitenaf gemotiveerd (omdat het moet) nut ontdekken willen (intrinsieke motivatie) - Kunnen toelichten waarom iets zo is desgevraagd gegronde redenen geven gefundeerd motiveren 2. Op een aantal groeipunten verdiepen leerlingen hun kwaliteiten, het gaat om de groeipunten: - Empathie betrokkenheid een bijdrage willen leveren - Reflectie zelfkennis en feedback het heft in eigen hand nemen - Een beeld van wat hier en nu is een beeld van hoe het beter of anders kan een gefundeerd toekomstbeeld - Weten wat je wilt richting kiezen / plan maken zonodig wijzigen van richting of afwijken van je plan - Anders durven zijn nieuwe of andere dingen willen iets nieuws doen of onderzoeken 3. Leerlingportretten passend bij de matrix Er zijn (fictieve) leerlingportretten gemaakt die een alternatieve weergave zijn van de ontwikkelingslijnen. Ze kunnen door docent en leerling gebruikt worden om te reflecteren op opdrachten of om activiteiten met de leerlingen te bekijken: op welk niveau functioneer je en welke groei zou je willen? Ter voorbereiding op een begeleidingsgesprek of leerlingbespreking. Eventueel in een gesprek met een leerling. Voor leerlingen en hun begeleiders geven de ontwikkelingslijnen richtpunten om groei waar te kunnen nemen en te stimuleren. Ter voorbereiding op een begeleidingsgesprek of leerlingbespreking. 7

SLO is het nationaal expertisecentrum leerplanontwikkeling. Al meer dan 30 jaar geven wij inhoud aan leren en innovatie in de driehoek beleid, wetenschap en onderwijspraktijk. De kern van onze expertise betreft het ontwikkelen van doelen en inhouden van leren, voor vele niveaus, van landelijk beleid tot het klaslokaal. We doen dat in interactie met vele uiteenlopende partners uit kringen van beleid, schoolbesturen en -leiders, leraren, onderzoekers en vertegenwoordigers van maatschappelijke organisaties (ouders, bedrijfsleven, e.d.). Zo zijn wij in staat leerplankaders te ontwerpen, die van voorbeelden te voorzien en te beproeven in de schoolpraktijk. Met onze producten en adviezen ondersteunen we zowel beleidsmakers als scholen en leraren bij het maken van inhoudelijke leerplankeuzes en het uitwerken daarvan in aansprekend en succesvol onderwijs. SLO Piet Heinstraat 12 7511 JE Enschede Postbus 2041 7500 CA Enschede T 053 484 08 40 F 053 430 76 92 E info@slo.nl www.slo.nl