Banenplan voor Emmen D66
Voorwoord De wereld bevindt zich inmiddels zes jaar in een financiële crisis. De effecten daarvan zijn overal merkbaar. Vooral ook in Emmen. Mensen verliezen hun baan, maken schulden en komen steeds vaker in de bijstand. Dat heeft voor hen enorme consequenties. Daarom wil D66 Emmen de komende jaren vol inzetten op werk. Minder mensen de bijstand in, veel meer mensen de bijstand uit. Ondanks alle inspanningen van de afgelopen jaren zijn we daar nog onvoldoende in geslaagd. Een baan geeft mensen inkomen, onafhankelijkheid en eigenwaarde. En het spaart de gemeente kosten. Voldoende reden om hier samen met alle andere partijen in de raad en de gemeentekernen echt werk van te maken. Hieronder eerst een analyse van de bijstand in Emmen. Dat onderstreept de urgentie. Vervolgens doet D66 Emmen zes concrete voorstellen. Daar willen wij de komende jaren mee aan de slag. Steeds minder hens aan dek Emmen kent een zorgelijk hoog aantal mensen met een bijstandsuitkering. Meer dan 10% van de huishoudens tot 65 jaar. Dat aantal stijgt ook nog eens enorm. Van 3000 eind 2011 naar 3300 begin 2013. Een stijging van 300 uitkeringen in 2 jaar. Gelukkig wordt de gemeente gecompenseerd voor de landelijke trend. Maar als het bijstandsgebruik in Emmen harder stijgt dan landelijk, is er wel een echt financieel nadeel. Helaas blijkt dat laatste het geval te zijn. Emmen doet het slechter dan Nederland gemiddeld. Ook als je alleen naar de 38 grootste gemeenten van Nederland kijkt. De beste gemeente uit dat rijtje is Schiedam, die zelfs een daling weet te realiseren. Het werkloosheidscijfer is vaak een goede voorspeller voor de groei van het aantal bijstandsuitkeringen. Ook dat stemt voor Emmen pessimistisch. Het landelijk percentage werklozen binnen de beroepsbevolking is sinds het begin van de crisis in 2008 gestegen van 3,8% naar 6,4% in 2012. Voor Emmen gaan die cijfers van 7,2% naar 10,9%. Emmen staat qua bijstand dus bijna bovenaan in Nederland. En Emmen is ook nog eens een flinke stijger. Genoeg reden om het aan het werk helpen van mensen de komende jaren een centraal thema te laten zijn. 2
1. Naar de gemeente voor werk, niet voor een uitkering Het vinden van werk moet centraal staan. Onze gemeente zorgt dus niet voor uitkeringen, maar helpt bij het vinden van werk. Je komt dus niet bij de gemeente voor een uitkering, maar je komt voor hulp bij het zoeken naar werk. Dat moet de attitude zijn. En natuurlijk kan de gemeente iemand tijdens deze zoektocht van inkomen voorzien. Veel mensen zien de gemeente op dit moment als een uitkeringsfabriek. Als iemand nu bij de gemeente Emmen zoekt naar het woord uitkering, dan krijgt hij dit als eerste resultaat: Bij de balie zou er zo gereageerd moeten worden: Ik kom voor een uitkering. Dan mag u zich melden bij het werkloket. Of via de telefoon: Hoe kan ik een uitkering krijgen? Ik begrijp dat u op zoek bent naar werk? Schiedam (zie voor benadering de volgende pagina) heeft van alle grotere steden over de laatste jaren de kleinste groei van het percentage bijstandsuitkeringen laten zien. Voorbeeld Emmen: 3
Voorbeeld Schiedam: Voorstel 1: De gemeente spreekt consequent over het vinden van werk. Niet over het krijgen van een uitkering. Dat laatste is pas aan de orde als het zoeken naar werk langere tijd in beslag neemt. 4
2. Begeleiding dichtbij Iemand die niet kan werken, heeft ondersteuning nodig. Maar niet kunnen werken is in de meeste gevallen tijdelijk. Sollicitaties lukken niet, er zijn persoonlijke omstandigheden of er is omscholing nodig. Dat wil niet zeggen dat mensen duurzaam van de overheid afhankelijk zijn. Dat gevoel zouden we als overheid dan ook niet moeten geven. Iemand meldt zich bij de gemeente, omdat hij werk zoekt. Dat lukt niet meteen. Dan is het logisch dat deze inwoner een tijd strak begeleid wordt. Een persoonlijk plan van aanpak met keuzecomponenten, dat dient te leiden naar bv. binnen een half jaar werk. De scholing die daar voor nodig is, is afgestemd met het bedrijfsleven. D66 vindt dat er geen minderwaardig werk bestaat en dat je vanuit de bijstand al het beschikbare werk moet accepteren. Voorstel 2: De begeleiders staan heel dicht bij en werken samen met de gebruikers om hen op het goede spoor zetten. 5
3. Daag de arbeidsmarkt uit Elke bijstandsuitkering kost de gemeente ongeveer 13,5 duizend euro per jaar. Maar het omgekeerde is natuurlijk ook waar. Elke Emmenaar die we uit de bijstand krijgen, levert de gemeente 13,5 duizend op. Dat is voor de gemeente een financiële prikkel om zo veel mogelijk Emmenaren aan het werk te krijgen. D66 Emmen wil die prikkel ook bij het bedrijfsleven zelf neerleggen. Wij willen sectoren in de arbeidsmarkt uitdagen door met hen een prestatie af te spreken. Als die gehaald wordt, levert de gemeente een tegenprestatie. Iets waar de desbetreffende sector op zit te wachten. Die tegenprestatie mag de gemeente geld kosten, want de afname in de bijstand levert ook geld op. Een voorbeeld maakt dit duidelijk. We spreken met de ondernemers in de binnenstad (vertegenwoordigd door De Koepel en de Vlinderstad), VPB (Vereniging Parkmanagement Bedrijventerreinen Emmen), OKE (Ondernemingskring Emmen), CCE (Commerciële Club Emmen) en IKS (Industriekring Schoonebeek) af, dat zij de komende vier jaar ten minste tweehonderd Emmenaren uit de bijstand halen. Dat levert de gemeente dan bijna drie miljoen per jaar op. Maar als die tweehonderd gehaald wordt, levert de gemeente ook een tegenprestatie. Bijvoorbeeld door met een miljoeneninvestering Emmen te promoten. Daar hebben de ondernemers weer baat bij. Die afspraken leggen we vooraf vast in een convenant. Goed voor de sector, goed voor de gemeente en vooral goed voor de mensen zelf. Voor de VPB / OKE / CCE / IKS zou ook kunnen gelden, dat per aangenomen uitkeringsgerechtigde een bedrag wordt uitgekeerd, als er een contract van een jaar of langer wordt afgesloten. Voorstel 3: We maken convenanten met sectoren in de arbeidsmarkt. Als zij Emmenaren uit de bijstand weten te halen, levert de gemeente een tegenprestatie, bijvoorbeeld delen in de winst of het verstrekken van premies. 6
4. De arbeidsmarkt is regionaal Mensen vinden een baan vaak niet in de gemeente waar ze wonen. Voor werk is men tegenwoordig graag bereid enige afstand te reizen. Met het huidige aanbod aan vervoer is dat ook goed mogelijk. Tegelijkertijd blijven sociale diensten vaak vanuit de eigen gemeentelijke schaal opereren. Daardoor raakt de arbeidsbemiddeling versnipperd. Bijvoorbeeld in de regio Nijmegen heeft men enkele maanden geleden de keus gemaakt voor een regionaal werkbedrijf. Een regionale sociale dienst, waar mogelijk ook de sociale werkvoorziening bij aan gaat sluiten. Die keus zou Emmen samen met de regiogemeenten Coevorden en Borger-Odoorn ook moeten maken. Liever vandaag dan morgen. Voorstel 4: In en na overleg met de markt stellen we een deel van het participatiebudget ter beschikking van werkgevers, via een convenant met resultaatverplichtingen. We werken aan één bemiddelingsloket ZOD. 7
5. Stages als opstap naar een baan Het rapport van het bureau CAB Groningen van maart 2013 over de arbeidsmarkt in de regio Emmen gaf als aanbeveling: Om jongeren in het arbeidsproces te krijgen zijn voldoende stage- en leerwerkplaatsen onontbeerlijk; er kan ook gedacht worden aan de mogelijkheid van verlengde stages na afstuderen. De pensioneringsgolf is onafwendbaar. De komende jaren zullen vele ouderen de arbeidsmarkt verlaten. Op enig moment slaat de werkloosheid om in krapte op de arbeidsmarkt. Het is dus een investering in de toekomst om jongeren nu al werkervaring te geven. De gemeente is zelf ook werkgever. De afgelopen jaren is het aantal ambtenaren niet substantieel teruggebracht. Wat D66 Emmen betreft gaat de gemeentelijke stage- en jongerendeur de komende jaren open. Door nieuwe instroom direct te koppelen aan mensen die op termijn met pensioen gaan, investeert de gemeente ook in haar eigen toekomst. Voorstel 5: Zorg voor een flinke stijging van het aantal gemeentelijke stageplaatsen, zodat de jeugdwerkloosheid bestreden kan worden. Neem als gemeente weer jongeren aan. 8
6. Voorkom laaggeletterdheid Circa één op de acht Emmenaren kan niet goed lezen of schrijven. Wie niet goed kan lezen en schrijven heeft een forse achterstand op de arbeidsmarkt. Immers niet alleen zijn deze mensen minder aantrekkelijk voor veel werkgevers, ook is het moeilijk een sollicitatiebrief te schijven, vacatures te doorzoeken en zich te verdiepen in een bedrijf. D66 vindt de aanpak van laaggeletterdheid een belangrijk speerpunt, ook in de strijd tegen werkloosheid. Daarom moet de aanpak ervan zo mogelijk worden geïntensiveerd. Daar profiteren we uiteindelijk allemaal van. Voorstel 6: Laaggeletterde of ongeletterde werkzoekenden krijgen een aanbod om hun taalvaardigheid te verbeteren. Weigering heeft (financiële) consequenties. 9
De voorstellen van D66 op een rij 1. De gemeente spreekt consequent over het vinden van werk. Niet over het krijgen van een uitkering. Dat laatste is pas aan de orde als het zoeken naar werk langere tijd in beslag neemt. 2. De begeleiders staan heel dicht bij en werken samen met de gebruikers om hen op het goede spoor zetten. 3. We maken convenanten met sectoren in de arbeidsmarkt. Als zij Emmenaren uit de bijstand weten te halen, levert de gemeente een tegenprestatie bijvoorbeeld delen in de winst of het verstrekken van premies. 4. In en na overleg met de markt stellen we een deel van het participatiebudget ter beschikking aan werkgevers, via een convenant met resultaatverplichtingen. 5. Zorg voor een flinke stijging van het aantal gemeentelijke stageplaatsen, zodat de jeugdwerkloosheid bestreden kan worden. Neem als gemeente weer jongeren aan. 6. Laaggeletterde of ongeletterde werkzoekenden krijgen een aanbod om hun taalvaardigheid te verbeteren. Weigering heeft (financiële) consequenties. 10
Aangeboden op 18-3-2014 aan wethouder (Bouke) Arends van financiën, economische zaken, werkgelegenheid en sport door D66 afdeling Emmen. 11