GLOBAAL RAPPORT EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE BIOLOGIE HEMATOLOGIE/IMMUNOHEMATOLOGIE/HEMOSTASE

Vergelijkbare documenten
GLOBAAL RAPPORT EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE BIOLOGIE HEMATOLOGIE/IMMUNOHEMATOLOGIE/HEMOSTASE

GLOBAAL RAPPORT EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE BIOLOGIE HEMATOLOGIE/IMMUNOHEMATOLOGIE/HEMOSTASE

GLOBAAL RAPPORT EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE BIOLOGIE HEMATOLOGIE/IMMUNOHEMATOLOGIE/HEMOSTASE

GLOBAAL RAPPORT EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE BIOLOGIE HEMATOLOGIE/IMMUNO-HEMATOLOGIE/HEMOSTASE

HEMATOLOGIE/IMMUNOHEMATOLOGIE/HEMOSTASE

GLOBAAL RAPPORT EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE BIOLOGIE HEMATOLOGIE/IMMUNOHEMATOLOGIE/HEMOSTASE

GLOBAAL RAPPORT EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE BIOLOGIE HEMATOLOGIE/IMMUNOHEMATOLOGIE/HEMOSTASE

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT HEMATOLOGIE/COAGULATIE/IMMUNOHEMATOLOGIE ENQUETE 2018/1

HEMATOLOGIE/IMMUNOHEMATOLOGIE/HEMOSTASE

GLOBAAL RAPPORT EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE BIOLOGIE HEMATOLOGIE/IMMUNOHEMATOLOGIE/HEMOSTASE

HEMATOLOGIE/IMMUNOHEMATOLOGIE/HEMOSTASE

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT HEMATOLOGIE/COAGULATIE/IMMUNOHEMATOLOGIE ENQUETE 2017/1

HEMATOLOGIE/IMMUNOHEMATOLOGIE/HEMOSTASE

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT HEMATOLOGIE/COAGULATIE/IMMUNOHEMATOLOGIE ENQUETE 2019/1

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT HEMATOLOGIE/COAGULATIE/IMMUNOHEMATOLOGIE 2014/3

HEMATOLOGIE/COAGULATIE/IMMUNOHEMATOLOGIE

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT HEMATOLOGIE/COAGULATIE/IMMUNOHEMATOLOGIE 2013/3

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT HEMATOLOGIE/COAGULATIE/IMMUNOHEMATOLOGIE 2014/1

HEMATOLOGIE/IMMUNOHEMATOLOGIE/HEMOSTASE

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT HEMATOLOGIE/COAGULATIE/IMMUNOHEMATOLOGIE ENQUETE 2016/3

COMITE ANALYSEN. Expertise,

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT HEMATOLOGIE/COAGULATIE/IMMUNOHEMATOLOGIE 2015/3

GLOBAAL RAPPORT EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE BIOLOGIE HEMATOLOGIE/IMMUNOHEMATOLOGIE/HEMOSTASE

GLOBAAL RAPPORT EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE BIOLOGIE HEMATOLOGIE/IMMUNOHEMATOLOGIE/HEMOSTASE

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT HEMATOLOGIE/COAGULATIE/IMMUNOHEMATOLOGIE ENQUETE 2016/2

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT HEMATOLOGIE/COAGULATIE/IMMUNOHEMATOLOGIE 2015/2

GLOBAAL RAPPORT EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE BIOLOGIE HEMATOLOGIE/IMMUNO-HEMATOLOGIE/HEMOSTASE

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT HEMATOLOGIE/COAGULATIE/IMMUNOHEMATOLOGIE ENQUETE 2017/3

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT HEMATOLOGIE/COAGULATIE/IMMUNOHEMATOLOGIE 2015/1

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT HEMATOLOGIE/COAGULATIE/IMMUNOHEMATOLOGIE ENQUETE 2018/2

HEMATOLOGIE/IMMUNOHEMATOLOGIE/HEMOSTASE

GLOBAAL RAPPORT EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE BIOLOGIE HEMATOLOGIE/IMMUNO-HEMATOLOGIE/HEMOSTASE

HEMATOLOGIE/IMMUNOHEMATOLOGIE/HEMOSTASE

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT HEMATOLOGIE/COAGULATIE/IMMUNOHEMATOLOGIE ENQUETE 2013/2

GLOBAAL RAPPORT EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE BIOLOGIE BEENMERGONDERZOEK

JAARRAPPORT 2006 EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE BIOLOGIE HEMATOLOGIE/IMMUNOHEMATOLOGIE/HEMOSTASE

HEMATOLOGIE/IMMUNOHEMATOLOGIE/HEMOSTASE

HEMATOLOGIE/IMMUNOHEMATOLOGIE/HEMOSTASE

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT HEMATOLOGIE/COAGULATIE/IMMUNOHEMATOLOGIE ENQUETE 2016/1

JAARRAPPORT 2003 EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE BIOLOGIE HEMATOLOGIE/IMMUNO-HEMATOLOGIE/HEMOSTASE

HEMATOLOGIE/IMMUNOHEMATOLOGIE/HEMOSTASE

FEDERALE OVERHEIDSDIENST, VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU COMMISSIE VOOR KLINISCHE BIOLOGIE

Deelname Volgende tabel geeft voor de verschillende parameters het aantal deelnemers weer :

COM KB 14/2007 JAARRAPPORT 2006 De evaluaties hebben enkel betrekking op de Belgische laboratoria, die erkend zijn in het kader van het RIZIV.

HEMATOLOGIE/IMMUNOHEMATOLOGIE/HEMOSTASE

GLOBAAL RAPPORT EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE BIOLOGIE HEMATOLOGIE/IMMUNOHEMATOLOGIE/HEMOSTASE

DEFINITIEF JAARRAPPORT HEMATOLOGIE/COAGULATIE/IMMUNOHEMATOLOGIE 2015

FEDERALE OVERHEIDSDIENST, VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU COMMISSIE VOOR KLINISCHE BIOLOGIE GLOBAAL RAPPORT

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT NOAC 2014

DEFINITIEF JAARRAPPORT HEMATOLOGIE/COAGULATIE/IMMUNOHEMATOLOGIE 2012

EXPERTISE, DIENSTVERLENING EN KLANTENRELATIES KWALITEIT VAN MEDISCHE LABORATORIA COMMISSIE VOOR KLINISCHE BIOLOGIE COMITE VAN EXPERTEN

DEFINITIEF JAARRAPPORT HEMATOLOGIE/COAGULATIE/IMMUNOHEMATOLOGIE 2014

Interpretatie labo-resultaten

JAARRAPPORT 2005 EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE BIOLOGIE HEMATOLOGIE/IMMUNO-HEMATOLOGIE/HEMOSTASE

EXPERTISE, DIENSTVERLENING EN KLANTENRELATIES KWALITEIT VAN MEDISCHE LABORATORIA COMMISSIE VOOR KLINISCHE BIOLOGIE COMITE VAN EXPERTEN

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT Allergie ENQUETE 2019/2

DEFINITIEF GLOBAAL JAARRAPPORT HEMATOLOGIE/COAGULATIE/IMMUNOHEMATOLOGIE 2017

TTP. Anke te Stroet Hemovigilantiemedewerker

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT Allergie ENQUETE 2017/4

Overzicht externe kwaliteitscontroles hematologie

ONBEHEERDE AFDRUK. Kwaliteitshandboek CKHL Bijlage 4-4: Referentiewaarden en Meetonzekerheid. Pagina 1 van 10. Alleen geldig op: vrijdag 17 april 2015

DEFINITIEF GLOBAAL JAARRAPPORT HEMATOLOGIE/COAGULATIE/IMMUNOHEMATOLOGIE 2018

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT Allergie ENQUETE 2018/2

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT BEENMERGONDERZOEK ENQUETE 2016/1

JAARRAPPORT 2004 EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE BIOLOGIE HEMATOLOGIE/IMMUNO-HEMATOLOGIE/HEMOSTASE

Bloedwaarden. Wat zeggen ze en wat kunnen we er mee? Landelijke contactdag Stichting Hematon 11 oktober door Joost Lips

Externe kwaliteitsevaluatie. Alcoholbepaling in bloed 2003/1. Mei

Practicum Laboratoriumgeneeskunde. Dr. Pieter Vermeersch Prof. Norbert Blanckaert

Trombocytose. Dr. Dimitri Breems, internist-hematoloog ZNA Stuivenberg ZNA Medisch Centrum Regatta 3 juni 2014

In het algemeen duidt een RPI < 2 op onvoldoende tijd of vermogen van het beenmerg om te reageren op de anemie.

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT Allergie ENQUETE 2019/1

Cases Stolling. BVMLT 17 november 2015

Sectie Stolling SKML. Jaaroverzicht 2014

Sectie Stolling SKML. Jaaroverzicht 2015

Lessenreeks hematologie

Casus Siemens Gebruikersdag Antwerpen, 22 september 2016

EXPERTISE, DIENSTVERLENING EN KLANTENRELATIES KWALITEIT VAN MEDISCHE LABORATORIA COMMISSIE VOOR KLINISCHE BIOLOGIE COMITE VAN EXPERTEN

FEDERALE OVERHEIDSDIENST, VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU COMMISSIE VOOR KLINISCHE BIOLOGIE GLOBAAL RAPPORT

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT BEENMERGONDERZOEK ENQUETE 2018/1

Sysmex Gebruikers Validatie van de Extended IPU Rule Set

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT Allergie ENQUETE 2018/1

EXPERTISE, DIENSTVERLENING EN KLANTENRELATIES KWALITEIT VAN MEDISCHE LABORATORIA COMMISSIE VOOR KLINISCHE BIOLOGIE COMITE VAN EXPERTEN

Externe kwaliteitsevaluatie voor ronde van de Sperma analyse: globaal rapport

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT Allergie ENQUETE 2018/3

WETENSCHAPPELIJK INSTITUUT VOLKSGEZONDHEID KWALITEIT VAN MEDISCHE LABORATORIA COMMISSIE VOOR KLINISCHE BIOLOGIE COMITE VAN EXPERTEN GLOBAAL RAPPORT

Toepassingsgebied Hematologie en Hemostase

MDO-praatje (Catastrofaal) antifosfolipen syndroom. Charlotte Schaap AIOS interne geneeskunde

EXPERTISE, DIENSTVERLENING EN KLANTENRELATIES KWALITEIT VAN MEDISCHE LABORATORIA COMMISSIE VOOR KLINISCHE BIOLOGIE COMITE VAN EXPERTEN

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT Allergie ENQUETE 2018/4 Verbeterde Versie

Maligne hematologie. Asia Ropela, internist-oncoloog St.Jansdal ziekenhuis 22 maart 2014

JAARRAPPORT 2006 EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE BIOLOGIE NIET INFECTIEUZE SEROLOGIE

Chronische myeloproliferatieve aandoeningen

Vitamine B 6 deficientie. Aandoeningen geassociëerd met dysplasie (1) Dysplasie bij niet-maligne aandoeningen

Casuïstiekbespreking IC Michelle van Peperstraten Anios PICU

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT Andrologie ENQUETE 2013/1

GLOBAAL RAPPORT EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSES KLINISCHE BIOLOGIE SPERMA ANALYSE

REFERENTIEWAARDEN AFDELING HEMATOLOGIE. Geslacht (M/V)

Externe kwaliteitsevaluatie voor ronde van de Sperma analyse: globaal rapport

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT BEENMERGONDERZOEK 2013

REFERENTIEWAARDEN BLOED AFDELING HEMATOLOGIE. Geslacht (M/V)

Transcriptie:

ISSN 0778-8363 WIV J. Wytsmanstraat, 14 B-1050 BRUSSEL FEDERALE OVERHEIDSDIENST, VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU COMMISSIE VOOR KLINISCHE BIOLOGIE DIENST VOOR LABORATORIA VAN KLINISCHE BIOLOGIE COMITE VAN DESKUNDIGEN GLOBAAL RAPPORT EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE BIOLOGIE HEMATOLOGIE/IMMUNOHEMATOLOGIE/HEMOSTASE ENQUETE nr 01/2008 WIV/08/01/Hemato. 67 Dit rapport mag uitsluitend worden gereproduceerd, gepubliceerd of gedistribueerd met toestemming van het WIV.

COMITE VAN EXPERTEN tel. fax WIV Secretariaat : 02/642.55.22 02/642.56.45 Dr. Van Blerk : Coördinator : 02/642.53.83 : e-mail : m.vanblerk@iph.fgov.be Dr. ARNOUT J. : 016/34.57.72 016/34.59.90 : e-mail : jef.arnout@med.kuleuven.ac.be Dr. BERNIER M. : 065/39.38.28 065/39.27.41 : e-mail : michel.bernier@skynet.be Dr. CHATELAIN B. : 081/42.32.43 083/65.58.95 : e-mail : bernard.chatelain@onco.ucl.ac.be Dr. DE CALUWE J-P. : 02/641.48.83 02/641.48.22 : e-mail : jdecaluwe@his-izz.be Dr. GOOSSENS W. : 016/34.70.14 016/34.70.42 : e-mail : willy.goossens@uz.kuleuven.ac.be Dr. JOCHMANS K. : 02/477.50.71 02/477.50.63 : e-mail : kristin.jochmans@uzbrussel.be Dr. MEEUS P. : 053/72.46.06 : e-mail : peter.meeus@olvz-aalst.be Dr. MERTENS G. : 03/821.39.46 : e-mail : Gerhard.Mertens@uza.be Dr. PRADIER O. : 02/555.36.51 02/555.44.99 : e-mail : opradier@ulb.ac.be Dr. RUMMENS J.L. : 011/30.97.40 011/30.97.50 : e-mail : jean-luc.rummens@virgajesse.be Dr. SCHEIFF J-M. : 02/764.17.39 02/764.52.25 : e-mail : jean-marie.scheiff@isto.ucl.ac.be Dr. TOUNGOUZ NEVESSIGNSKY L. : 02/555.39.25 02/555.44.99 : e-mail : toungouz@ulb.ac.be Dr. VANHONSEBROUCK A. : 03/829.00.00 03/829.01.61 : e-mail : anne.vanhonsebrouck@rodekruis.be

UITSTRIJKJE H/8218: Trombotische trombocytopenische purpura (TTP) Het uitstrijkje H/8218 werd rondgestuurd met de volgende klinische en biologische gegevens: Jonge stuporeuze vrouw van 18 jaar opgenomen op de dienst spoedgevallen met koorts, tandvlees- en neusbloedingen. Zij wordt behandeld met amoxicilline voor een otitis. RBC: 2.91 x 10 12 /l HB: 88 g/l HCT: 0.248 l/l MCV: 85.2 fl WBC: 34.6 x 10 9 /l Trombocyten: 9 x 10 9 /l Reticulocyten: 5.59 % RBC Absolute reticulocytose: 162.7 x 10 9 /l Bloeduitstrijkje Het bloeduitstrijkje toont naast een trombocytopenie en enkele myelocyten en metamyelocyten, vooral de aanwezigheid van talrijke schistocyten. Ziektegeschiedenis Jonge vrouw van 18 jaar met antecedenten van mentale achterstand en epilepsie wordt gehospitaliseerd in stuporeuze toestand met tandvlees- en neusbloedingen na een otitis waarvoor ze behandeld werd met amoxicilline. Het bloeduitstrijkje toont een anemie met aanwezigheid van schistocyten en een trombocytopenie wat samen met een verhoogde LDH concentratie pleit voor de diagnose van TTP. Deze diagnose wordt bevestigd door een sterk verlaagd haptoglobine, een negatieve rechtstreekse antiglobulinetest en vooral door een belangrijke functionele deficiëntie van ADAMTS13 te wijten aan de aanwezigheid van een inhibitor. Onmiddellijke behandeling met plasmaferese en corticoïden laat niet toe de TTP onder controle te krijgen. Hierop wordt de dosis cortison opgedreven en een behandeling met rituximab (4 dosissen) en Oncovin (2 dosissen) gestart. Nadat de trombocyten gestegen zijn tot > 50 x 10 9 /l, wordt de Oncovin stopgezet, de corticoïdenbehandeling voorzichtig afgebouwd en de plasmafereses gespreid over 1 dag op 2 met behoud van een trombocytenconcentratie van meer dan 100 x 10 9 /l. Op het ogenblik is de patiënte stabiel met een normale trombocytenconcentratie. Globaal rapport hematologie 2008/1. Datum: 23/05/2008 1/76

Resultaten van de deelnemers 201 laboratoria hebben aan deze ronde deelgenomen. Deze enquête was het moeilijk om de exacte diagnostische oriëntatie terug te vinden. 184 laboratoria (91.5%) hebben een diagnose gesuggereerd. Volgende tabel geeft een overzicht van hun antwoorden: Diagnose N TTP 1 74 TTP 1 /HUS 2 22 TTP 1 /DIC 3 9 TTP 1 /HUS 2 /DIC 3 7 TTP 1 /bijwerking behandeling met amoxicilline 3 TTP 1 /Henoch-Schönlein vasculitis 2 TTP 1 /HUS 2 /bijwerking behandeling met amoxicilline 1 TTP 1 /HUS 2 / DIC 3 /bijwerking behandeling met amoxicilline 1 TTP 1 /acute leukemie 2 TTP 1 /MAHA 4 /DIC 3 /sepsis 1 TTP 1 /Henoch-Schönlein vasculitis /syndroom van Evans 1 TTP 1 /ITP 5 1 TTP 1 /posthemorragische anemie 1 HUS 2 9 HUS 2 /bijwerking behandeling met amoxicilline 1 HUS 2 /AIHA 6 /ITP 5 /sepsis 1 MAHA 4 2 MAHA 4 met DIC 3 1 MAHA 4 /DIC 3 /bijwerking behandeling met amoxicilline 1 (Hemolytische) anemie + trombocytopenie tgv behandeling met 16 amoxicilline (Sepsis met) DIC 3 10 Sepsis/meningitis 3 Hemorragisch syndroom 2 Hemolytische anemie 2 Hemolytische anemie en trombocytopenie 2 AIHA 6 1 Hemolyse 1 Hemolyse/ITP 5 1 Hemolytische anemie + erytroblasten en reuzeplaatjes 1 ITP 5 1 Majeure trombocytopenie op amoxicilline/sepsis 1 Purpura? 1 Trombocytopenie, hoog aantal schistocyten en microsferocyten 1 Infectieus, inflammatoir of toxisch proces met acute hemolytische 1 anemie en trombocytopenie Chronische myeloïde leukemie 1 1 Trombotische trombocytopenische purpura, 2 Hemolytisch uremisch syndroom, 3 Diffuse intravasculaire coagulatie, 4 Microangiopathische hemolytische anemie, 5 Idiopathische trombocytopenische purpura, 6 Auto-immuun hemolytische anemie Globaal rapport hematologie 2008/1. Datum: 23/05/2008 2/76

Volgende tabel geeft de diagnostische oriëntatie(s) weer van de 17 laboratoria, die geen diagnose gesuggereerd hebben: Diagnostische oriëntatie N Infectieus, inflammatoir of toxisch proces 6 Pathologie van de bloedplaatjes 2 Infectieus, inflammatoir of toxisch proces 2 Pathologie van de rode reeks Infectieus, inflammatoir of toxisch proces 2 Pathologie van de rode reeks Pathologie van de bloedplaatjes Pathologie van de rode reeks 1 Infectieus, inflammatoir of toxisch proces 1 Pathologie van de bloedplaatjes Infectieus, inflammatoir of toxisch proces 1 Pathologie van de bloedplaatjes Myelodysplastisch syndroom Infectieus, inflammatoir of toxisch proces 1 Myelodysplastisch syndroom Chronisch myeloproliferatief syndroom Geen/problemen kleuring RBC 1 Negen deenemers hebben de aanwezigheid van schistocyten niet vermeld. Volgende tabel geeft de diagnostische oriëntatie(s) en gesuggereerde diagnose weer van deze laboratoria: Diagnostische oriëntatie Diagnose N Infectieus, inflammatoir of toxisch proces Geen 1 Infectieus, inflammatoir of toxisch proces Sepsis/meningitis 1 Infectieus, inflammatoir of toxisch proces Geen 1 Pathologie van de bloedplaatjes Infectieus, inflammatoir of toxisch proces Geen 1 Pathologie van de rode reeks Infectieus, inflammatoir of toxisch proces Geen 1 Pathologie van de rode reeks Pathologie van de bloedplaatjes Infectieus, inflammatoir of toxisch proces + anemie en trombocytopenie 1 Infectieus, inflammatoir of toxisch proces Pathologie van de rode reeks Pathologie van de bloedplaatjes tgv amoxicilline Hemolytische anemie, trombocytopenie, myeloïde reactie -> infectieuze etiologie opzoeken Pathologie van de rode reeks Hemolytische anemie + 1 erytroblasten en reuzeplaatjes Geen Problemen kleuring RBC 1 1 Globaal rapport hematologie 2008/1. Datum: 23/05/2008 3/76

Vermits de combinatie van hemolytische anemie met aanwezigheid van schistocyten, trombocytopenie en neurologische beeld sterk suggestief was voor de diagnose van trombotische trombocytopenische purpura en dit een levensbedreigende aandoening is, die een snelle reactie vereist, wordt enkel de diagnose van trombotische trombocytopenische purpura, hemolytisch uremisch syndroom of microangiopathische hemolytische anemie als aanvaardbaar beschouwd. 69.2% van de deelnemers hebben minstens 1 van deze 3 diagnoses vermeld. 92.5% van de laboratoria hebben de EKE-resultaten elektronisch doorgestuurd (toolkit). Trombotische trombocytopenische purpura (TTP) TTP is een zeldzame, levensbedreigende aandoening, die voor het eerst beschreven werd in 1924 door Moschcowitz. De ziekte treedt voornamelijk op tussen het tiende en veertigste levensjaar en komt vaker voor bij vrouwen. De ziekte wordt meestal veroorzaakt door een functioneel tekort (primair of te wijten aan de aanwezigheid van een antistof) van von Willebrand factor-cleaving protease, het zogenaamde A Disintegrin And Metalloprotease with ThromboSpondin type 1 repeats 13 (ADAMTS13). Dit tekort leidt tot een accumulatie van hoog moleculair gewicht multimeren van de vwf waardoor aggregaten van trombocyten ontstaan, die de microcirculatie verstoppen. In een derde van de gevallen is TTP idiopathisch en gaat dan gepaard met een abrupt optreden van de symptomen. In twee derde van de gevallen komt TTP voor in associatie met een bacteriële of virale infectie (HIV, ), met zwangerschap (vooral het derde trimester en de postpartum periode), gebruik van bepaalde medicatie (ticlopidine, clopidogrel, quinine, mitomycine-c, α- interferon, orale anticonceptie, tacrolimus, ), auto-immuun aandoeningen (vooral SLE en het antifosfolipiden syndroom), gemetastaseerde maligniteiten of beenmergtransplantatie. Er bestaat ook een familiale vorm (genetische deficiëntie van ADAMTS13, syndroom van Upshaw-Schulman), die zich in de helft van de gevallen reeds manifesteert vanaf de geboorte. Deze vorm evolueert met regelmatige acute opstoten, waartussen een complete remissie bereikt wordt of een chronische hemolyse en trombocytopenie blijft bestaan. Het ziektebeeld wordt gekenmerkt door de combinatie van microangiopathische hemolytische anemie, trombocytopenie, wisselende neurologische symptomen, nierfunctiestoornissen en koorts. Slechts bij 40% van de patiënten worden alle 5 symptomen aangetroffen. Anemie komt het vaakst voor. Het gaat om een normochrome normocytaire microangiopathische hemolytische anemie met een rijk beenmerg. De anemie is meestal sterk uitgesproken met polychromasie en reticulocytose. De daling van haptoglobine en de toename van LDH en ongeconjugeerd bilirubine wijzen op een intravasculaire hemolyse en de schistocyten in het bloeduitstrijkje bevestigen het mechanisch karakter van de Globaal rapport hematologie 2008/1. Datum: 23/05/2008 4/76

hemolyse. De rechtstreekse antiglobulinetest is negatief. De trombocytopenie is meestal sterk uitgesproken en kan aanleiding geven tot een hemorragisch syndroom met purpura, ecchymosen en viscerale bloedingen. De stollingsfactoren zijn normaal en de PT en de aptt zijn normaal of eventueel lichtjes verlengd. De neurologische verschijnselen treden bij 90% van de patiënten in de loop van de ziekte op en kunnen bestaan uit: hoofdpijn, hersenzenuwuitval, hemiparese, dysartrie, afasie, verwardheid, epilepsie en coma. De nierfunctie is meestal slechts licht gestoord (proteïnurie, microscopische hematurie of een lichte toename van creatinine). Macroscopische hematurie, oligurie en nierinsufficiëntie komen zeldzamer voor. Andere klinische manifestaties zijn minder frequent (digestieve klachten, hepatosplenomegalie, visusstoornissen, ARDS, cardiale problemen). De differentiaal diagnose moet gemaakt worden met andere microangiopathieën zoals het hemolytisch uremisch syndroom (komt meestal voor op kinderleeftijd, vaak in aansluiting met een gastroenteritis veroorzaakt door een verotoxine producerende E Coli O157:H7, nierfunctiestoornissen op de voorgrond, ADAMTS13 meestal normaal). TTP moet ook onderscheiden worden van het syndroom van Evans (gecombineerde auto-immuun hemolytische anemie en trombocytopenie) en van diffuse intravasculaire coagulatie (activatie van de stollingscascade). TTP is een levensbedreigende aandoening en onbehandeld bedraagt de mortaliteit 90%. De toediening van vers gevrozen plasma en vooral plasmawisselingen met vers plasma moeten zo vlug mogelijk gestart worden (suppletie van het ontbrekende ADAMTS13 en verwijderen van de hoog moleculair gewicht multimeren van de vwf en de eventueel aanwezige antistoffen). De plasmawisselingen moeten dagelijks gebeuren tot een volledige remissie is bereikt (normalisatie van de klinische en biologische parameters gedurende tenminste 48h). Gewoonlijk verbeteren de neurologische symptomen binnen de eerste 3 dagen, gevolgd door een toename van het aantal trombocyten. Pas later normaliseert de nierfunctie. In associatie met de plasmawisselingen of bij falen ervan worden ook andere behandelingen toegepast: corticoïden, vincristine, ciclosporine, rituximab. Trombocytentransfusies zijn gecontra-indiceerd vermits ze het trombotisch proces verergeren. Heparine zou het hemorragisch risico verhogen. De plasmawisselingen, alleen of in associatie, hebben de mortaliteit teruggebracht op 20%. Het risico op herval bedraagt ongeveer 30%. Voor patiënten, die regelmatig hervallen, wordt actueel aanbevolen een splenectomie uit te voeren wanneer zij in complete remissie zijn. Referenties Retornaz F, Durand JM, Poullin P, Lefèvre P, Soubeyrand J. Le purpura thrombotique thrombocytopénique idiopathique ou syndrome de Moschowitz : actualités physiopathologiques et perspectives thérapeutiques. Rev Méd Interne 2000; 21: 777-84. Veyradier A, Meyer D. Thrombotic thrombocytopenic purpura and its diagnosis. J Thromb Haemost 2005; 3: 2420-2427. Globaal rapport hematologie 2008/1. Datum: 23/05/2008 5/76

DIGITALE UITSTRIJKJES H/8218 DIGIT en H/8438 DIGIT H/8218 DIGIT: Trombotische trombocytopenische purpura Resultaten van de deelnemers Bloedformule 180 deelnemers (89.6%) hebben resultaten ingestuurd voor zowel het klassieke als het digitale uitstrijkje. Volgende tabel geeft een overzicht van de resultaten: H/8218 H/8218 DIGIT Mediaan CV,% N Mediaan CV,% N p* Neutrofiele 80 7.4 172 76 8.3 179 <0.0001 segmentkernigen Neutrofiele 7 63.5 143 9 65.9 161 <0.0001 staafkernigen Neutrofiele 85 4.4 180 84 2.6 180 <0.0001 segment- + staafkernigen Eosinofiele 1 37.1 55 1 37.1 170 <0.0001 segmentkernigen Basofiele 1 1 segmentkernigen Lymfocyten 6 24.7 171 6 1.2 171 0.07 Reactionele 1 0 10 1 37.1 11 0.88 lymfocyten Lymfocyten totaal 6 24.7 180 6 0.3 180 0.04 Monocyten 3 49.4 174 3 49.4 175 0.08 Promyelocyten 1 37.1 34 1 27.8 18 0.01 Neutrofiele 2 74.1 152 2 37.1 161 0.003 myelocyten Eosinofiele 3 2.5 33.4 4 myelocyten Neutrofiele 3 56.8 173 4 37.1 167 0.0004 metamyelocyten Eosinofiele 1 1 metamyelocyten Blasten 3 2 Andere cellen 3 1 37.1 5 Erytroblasten (per 100 WBC) 5 38.9 176 4 0 174 <0.0001 *Wilcoxon paired signed rank test Globaal rapport hematologie 2008/1. Datum: 23/05/2008 6/76

De schistocyten werden op beide uitstrijkjes even gemakkelijk teruggevonden: Geen + ++ +++ p* H/8218 9 (4.5%) 15 (7.5%) 63 (31.3%) 114 (56.7%) 0.34 H/8218 DIGIT 9 (4.9%) 7 (3.8%) 51 (27.9%) 116 (63.4%) *χ 2 test H/8438 DIGIT: Normaal bloedbeeld Klinische en biologische gegevens: Arbeidsgeneeskundig onderzoek bij man van 25 jaar. RBC: 5.57 x 10 12 /l HB: 163 g/l HCT: 0.474 l/l MCV: 85.1 fl WBC: 6.7 x 10 9 /l Trombocyten: 191 x 10 9 /l Reticulocyten: 1.00 % RBC Absolute reticulocytose: 55.7 x 10 9 /l Resultaten van de deelnemers Bloedformule Het mediane percentage neutrofiele segment- en staafkernigen bedraagt 69.0% met een CV van 0.5%, het mediane percentage eosinofiele segmentkernigen 3.0% met een CV van 0%, het mediane percentage lymfocyten 20.0% met een CV van 0% en het mediane percentage monocyten 8.0% met een CV van 3.7%. Vooropgestelde diagnoses 184 laboratoria (91.5%) hebben aan deze ronde deelgenomen en 178 deelnemers (96.7%) hebben een diagnose vooropgesteld. Op 1 deelnemer na (infectieus, inflammatoir of toxisch proces), beschouwen alle laboratoria dit uitstrijkje als normaal. Wij danken Dr. B. Chatelain (Cliniques universitaires UCL de Mont-Godinne) voor het bezorgen van het uitstrijkje H/8218, het verstrekken van de nodige klinische inlichtingen en voor het ontwikkelen van de CD-Rom met de virtuele uitstrijkjes. Globaal rapport hematologie 2008/1. Datum: 23/05/2008 7/76

H/8218 Andere Kleuring May-Grünwald-Giemsa Wright Giemsa Diff-Quick kleuring 181 7 2 3 8 Bloedformule Mediaan SD CV, % N Neutrofiele segmentkernigen 80.0 5.9 7.4 192 Neutrofiele staafkernigen 7.0 4.4 63.5 155 Neutrofiele segment- + staafkernigen 85.0 3.7 4.4 201 Eosinofiele segmentkernigen 1.0 0.4 37.1 64 Basofiele segmentkernigen 1 Lymfocyten 6.0 1.5 24.7 190 Reactionele lymfocyten 1.0 0.2 18.5 11 Lymfocyten totaal 6.0 1.5 24.7 201 Monocyten 3.0 1.5 49.4 194 Promyelocyten 1.0 0.4 37.1 42 Neutrofiele myelocyten 2.0 1.5 74.1 169 Eosinofiele myelocyten 3 Neutrofiele metamyelocyten 3.0 2.2 74.1 193 Eosinofiele metamyelocyten 2 Blasten 3 Andere cellen 3.0 3.5 117.4 4 Erytroblasten (per 100 WBC) 5.0 2.2 44.5 193 Globaal rapport hematologie 2008/1. Datum: 23/05/2008 8/76

Morfologisch significante afwijkingen van de rode bloedcellen Geen + ++ +++ Afwijkingen in grootte Anisocytose 5 5 66 125 Microcytose 153 24 16 8 Macrocytose 127 39 29 6 Vormafwijking Poikilocytose 40 16 65 80 Echinocyten 188 12 1 Acanthocyten 186 12 3 Annulocyten 191 7 3 Schistocyten ('fragmentocyten') 9 15 63 114 Traancellen ('teardrop-cells') 181 16 2 2 Drepanocyten ('sickle-cells') 200 1 Schietschijfcellen ('target-cells') 191 9 1 Sferocyten 146 43 10 2 Ovalocyten - elliptocyten 190 10 1 Stomatocyten 192 9 Kleurafwijkingen Hypochromie 191 7 2 1 Polychromasie 41 49 86 25 Inclusies Howell-Jolly lichaampjes 156 42 3 Basofiele stippeling/ Pappenheimer lichaampjes 131 61 9 Intra-erytrocytaire parasieten 201 Afwijkingen in verdeling Geldrolvorming (rouleaux) 199 1 1 Agglutinaten 201 Dubbele populatie (grootte) 195 4 2 Dubbele populatie (kleuring) 198 3 Globaal rapport hematologie 2008/1. Datum: 23/05/2008 9/76

Morfologisch significante afwijkingen van de leucocyten Geen + ++ +++ Hypersegmentatie van de neutrofielen 156 35 8 2 Toxische korreling 161 34 4 2 Döhle lichaampjes 200 1 Hypogranulatie van de neutrofiele segmentkernigen 189 7 3 2 Kernafwijkingen van de neutrofielen 194 6 1 Auerstaafjes 201 (pseudo)-pelger-huet 197 4 Gumprechtse cellen (kernschimmen) 196 5 Lymfocyten met 'geblokt chromatine' 200 1 (Lymfo-)plasmocytaire cellen 201 Haarcellen ('hairy cells') 201 Sézary cellen 201 'Large granular lymphocytes' 201 Andere lymfomateuze cellen 201 Reactionele lymfocyten 199 2 Andere leucocyten 200 1 Afwijkingen van de trombocyten Geen + ++ +++ Trombopenisch uitstrijkje 7 2 13 179 Trombocytemisch uitstrijkje 201 Trombocytenaggregaten 201 Macrotrombocyten 163 32 4 2 Dysplasie (korrelafwijkingen) 200 1 Andere afwijkingen Geen + ++ +++ Hyperproteïnemie (achtergrondkleuring) 199 2 Extra-erytrocytaire parasieten 201 Globaal rapport hematologie 2008/1. Datum: 23/05/2008 10/76

Diagnostische oriëntatie Diagnose (eerste keuze) N Infectieus, inflammatoir of toxisch proces 64 Andere 58 Pathologie van de rode reeks 36 Pathologie van de bloedplaatjes 34 Acute maligne hemopathie 4 Myelodysplastisch syndroom 1 Geen antwoord 4 Diagnose (tweede keuze) N Pathologie van de rode reeks 29 Infectieus, inflammatoir of toxisch proces 22 Pathologie van de bloedplaatjes 20 Andere 5 Myelodysplastisch syndroom 2 Chronisch myeloproliferatief syndroom 1 Chronisch lymfoproliferatief syndroom 1 Geen antwoord 121 Diagnose (derde keuze) N Pathologie van de bloedplaatjes 11 Infectieus, inflammatoir of toxisch proces 10 Pathologie van de rode reeks 8 Andere 3 Myelodysplastisch syndroom 1 Chronisch myeloproliferatief syndroom 1 Acute maligne hemopathie 1 Geen antwoord 166 Globaal rapport hematologie 2008/1. Datum: 23/05/2008 11/76

H/8218 DIGIT Bloedformule Mediaan SD CV, % N Neutrofiele segmentkernigen 76.0 6.4 8.4 182 Neutrofiele staafkernigen 9.0 5.9 65.9 164 Neutrofiele segment- + staafkernigen 84.0 2.1 2.6 183 Eosinofiele segmentkernigen 1.0 0.4 37.1 172 Basofiele segmentkernigen 1 Lymfocyten 6.0 0.1 1.2 173 Reactionele lymfocyten 1.0 0.4 37.1 11 Lymfocyten totaal 6.0 0.0 0.0 183 Monocyten 3.0 1.5 49.4 178 Promyelocyten 1.0 0.4 37.1 18 Neutrofiele myelocyten 2.0 0.7 37.1 164 Eosinofiele myelocyten 2.5 0.9 37.1 4 Neutrofiele metamyelocyten 4.0 1.5 37.1 170 Eosinofiele metamyelocyten 1 Blasten 2 Andere cellen 1.0 0.4 37.1 5 Erytroblasten (per 100 WBC) 4.0 0.0 0.0 178 Globaal rapport hematologie 2008/1. Datum: 23/05/2008 12/76

Morfologisch significante afwijkingen van de rode bloedcellen Geen + ++ +++ Afwijkingen in grootte Anisocytose 6 10 59 108 Microcytose 141 22 16 4 Macrocytose 119 34 25 5 Vormafwijking Poikilocytose 34 10 66 73 Echinocyten 169 12 2 Acanthocyten 161 17 5 Annulocyten 179 4 Schistocyten ('fragmentocyten') 9 7 51 116 Traancellen ('teardrop-cells') 164 16 2 1 Drepanocyten ('sickle-cells') 181 2 Schietschijfcellen ('target-cells') 176 7 Sferocyten 141 35 5 2 Ovalocyten - elliptocyten 170 11 2 Stomatocyten 173 10 Kleurafwijkingen Hypochromie 171 7 2 3 Polychromasie 38 41 78 26 Inclusies Howell-Jolly lichaampjes 155 27 1 Basofiele stippeling/ Pappenheimer lichaampjes 137 38 8 Intra-erytrocytaire parasieten 183 Afwijkingen in verdeling Geldrolvorming (rouleaux) 181 1 1 Agglutinaten 183 Dubbele populatie (grootte) 176 3 4 Dubbele populatie (kleuring) 177 5 1 Globaal rapport hematologie 2008/1. Datum: 23/05/2008 13/76

Morfologisch significante afwijkingen van de leucocyten Geen + ++ +++ Hypersegmentatie van de neutrofielen 155 22 5 1 Toxische korreling 139 32 10 2 Döhle lichaampjes 181 2 Hypogranulatie van de neutrofiele segmentkernigen 174 5 3 1 Kernafwijkingen van de neutrofielen 174 6 1 2 Auerstaafjes 183 (pseudo)-pelger-huet 180 3 Gumprechtse cellen (kernschimmen) 181 2 Lymfocyten met 'geblokt chromatine' 181 2 (Lymfo-)plasmocytaire cellen 183 Haarcellen ('hairy cells') 183 Sézary cellen 183 'Large granular lymphocytes' 182 1 Andere lymfomateuze cellen 183 Reactionele lymfocyten 181 2 Andere leucocyten 181 1 1 Afwijkingen van de trombocyten Geen + ++ +++ Trombopenisch uitstrijkje 9 3 16 155 Trombocytemisch uitstrijkje 183 Trombocytenaggregaten 183 Macrotrombocyten 160 16 5 2 Dysplasie (korrelafwijkingen) 182 1 Andere afwijkingen Geen + ++ +++ Hyperproteïnemie (achtergrondkleuring) 182 1 Extra-erytrocytaire parasieten 183 Globaal rapport hematologie 2008/1. Datum: 23/05/2008 14/76

Diagnostische oriëntatie Diagnose (eerste keuze) N Infectieus, inflammatoir of toxisch proces 60 Andere 51 Pathologie van de bloedplaatjes 33 Pathologie van de rode reeks 30 Acute maligne hemopathie 3 Myelodysplastisch syndroom 1 Geen antwoord 5 Diagnose (tweede keuze) N Pathologie van de rode reeks 25 Infectieus, inflammatoir of toxisch proces 18 Pathologie van de bloedplaatjes 17 Andere 4 Chronisch myeloproliferatief syndroom 2 Myelodysplastisch syndroom 1 Geen antwoord 116 Diagnose (derde keuze) N Infectieus, inflammatoir of toxisch proces 11 Pathologie van de rode reeks 7 Pathologie van de bloedplaatjes 7 Acute maligne hemopathie 2 Andere 1 Chronisch myeloproliferatief syndroom 1 Geen antwoord 154 Globaal rapport hematologie 2008/1. Datum: 23/05/2008 15/76

H/8438 DIGIT Bloedformule Mediaan SD CV, % N Neutrofiele segmentkernigen 69.0 0.7 1.1 176 Neutrofiele staafkernigen 2.0 2.1 107.5 55 Neutrofiele segment- + staafkernigen 69.0 0.4 0.5 184 Eosinofiele segmentkernigen 3.0 0.0 0.0 184 Basofiele segmentkernigen 1 Lymfocyten 20.0 0.7 3.7 178 Reactionele lymfocyten 1.0 0.7 74.1 57 Lymfocyten totaal 20.0 0.0 0.0 184 Monocyten 8.0 0.3 3.7 184 Promyelocyten Neutrofiele myelocyten 1 Eosinofiele myelocyten 1 Neutrofiele metamyelocyten 2 Eosinofiele metamyelocyten Blasten Andere cellen 1 Erytroblasten (per 100 WBC) Globaal rapport hematologie 2008/1. Datum: 23/05/2008 16/76

Morfologisch significante afwijkingen van de rode bloedcellen Geen + ++ +++ Afwijkingen in grootte Anisocytose 175 9 Microcytose 184 Macrocytose 184 Vormafwijking Poikilocytose 183 1 Echinocyten 184 Acanthocyten 184 Annulocyten 184 Schistocyten ('fragmentocyten') 183 1 Traancellen ('teardrop-cells') 184 Drepanocyten ('sickle-cells') 184 Schietschijfcellen ('target-cells') 184 Sferocyten 184 Ovalocyten - elliptocyten 184 Stomatocyten 183 1 Kleurafwijkingen Hypochromie 184 Polychromasie 184 Inclusies Howell-Jolly lichaampjes 183 1 Basofiele stippeling/ Pappenheimer lichaampjes 184 Intra-erytrocytaire parasieten 184 Afwijkingen in verdeling Geldrolvorming (rouleaux) 180 4 Agglutinaten 183 1 Dubbele populatie (grootte) 184 Dubbele populatie (kleuring) 184 Globaal rapport hematologie 2008/1. Datum: 23/05/2008 17/76

Morfologisch significante afwijkingen van de leucocyten Geen + ++ +++ Hypersegmentatie van de neutrofielen 182 2 Toxische korreling 176 7 1 Döhle lichaampjes 183 1 Hypogranulatie van de neutrofiele segmentkernigen 184 Kernafwijkingen van de neutrofielen 182 2 Auerstaafjes 184 (pseudo)-pelger-huet 183 1 Gumprechtse cellen (kernschimmen) 184 Lymfocyten met 'geblokt chromatine' 184 (Lymfo-)plasmocytaire cellen 184 Haarcellen ('hairy cells') 184 Sézary cellen 184 'Large granular lymphocytes' 181 3 Andere lymfomateuze cellen 184 Reactionele lymfocyten 181 3 Andere leucocyten 183 1 Afwijkingen van de trombocyten Geen + ++ +++ Trombopenisch uitstrijkje 184 Trombocytemisch uitstrijkje 184 Trombocytenaggregaten 184 Macrotrombocyten 183 1 Dysplasie (korrelafwijkingen) 184 Andere afwijkingen Geen + ++ +++ Hyperproteïnemie (achtergrondkleuring) 184 Extra-erytrocytaire parasieten 184 Globaal rapport hematologie 2008/1. Datum: 23/05/2008 18/76

Diagnostische oriëntatie Diagnose (eerste keuze) N Binnen de normale grenzen, geen bijkomende onderzoeken vereist 177 Infectieus, inflammatoir of toxisch proces 1 Geen antwoord 6 Diagnose (tweede keuze) N Binnen de normale grenzen, geen bijkomende onderzoeken vereist 3 Geen antwoord 181 Diagnose (derde keuze) N Binnen de normale grenzen, geen bijkomende onderzoeken vereist 2 Geen antwoord 182 Globaal rapport hematologie 2008/1. Datum: 23/05/2008 19/76

HEMATOLOGIE: CELTELLINGEN Iedere deelnemer ontving twee verse bloedmonsters (H/8439, H/8440) afgenomen op EDTA. De distributie van de resultaten voor hemoglobine van beide monsters (CV s respectievelijk van 1.5 en 1.4%) wijst op een goede homogeniteit van de verdeling. 80.6% van de deelnemers voerden de analyses uit tussen 24 en 36 uur na afname. 99.1% van de laboratoria hebben de analysen binnen de 3 dagen uitgevoerd. De statistische verwerking werd enkel uitgevoerd op de resultaten bepaald op dag 1 en dag 2 (dag 0: dag van de verzending). 92.1% van de laboratoria hebben de EKE-resultaten elektronisch doorgestuurd (toolkit). De resultaten zijn bevredigend. Voor de reticulocyten bedragen de CV s voor alle methoden samen 16.9% voor het staal H/8439 en 28.8% voor het staal H/8440. De globale medianen bedragen respectievelijk 1.75 en 0.72% van de RBC. Anticoagulans gebruikt in de afnametuben voor hematologische bepalingen Deze enquête werd de laboratoria gevraagd welk anticoagulans ze gebruiken in de afnametuben voor hematologische bepalingen. 189 laboratoria hebben op deze vraag geantwoord. 59.8% van deze laboratoria maakt gebruik van afnametuben met K2EDTA en 40.2% gebruikt afnametuben met K 3 EDTA. De International Council for Standardization in Haematology (ICSH) en het Clinical and Laboratory Standards Institute (CLSI) bevelen aan om K 2 EDTA te gebruiken (optimale concentratie: 1.5 2.2 g/l) en dit onder meer omdat het staal 1 à 2% verdund wordt wanneer K 3 EDTA onder vloeibare vorm gebruikt wordt, omdat bij gebruik van K3EDTA een sterkere schrompeling van de rode bloedcellen optreedt bij hogere EDTA concentratie (onvoldoende gevulde tube), De effecten, die mogelijk kunnen optreden, zijn wel vooral toestel gebonden. Globaal rapport hematologie 2008/1. Datum: 23/05/2008 20/76

Grafische voorstelling bij het globaal rapport Naast de tabellen met de resultaten werd er een grafische voorstelling in boxand-whisker plot toegevoegd. Deze voorstelling bevat voor de methoden met minstens 2 deelnemers volgende elementen: - een rechthoek met de percentielen 25 (P25) en 75 (P75) - een centrale lijn, die de mediaan van de resultaten voorstelt (P 50 ) - een ondergrens, die de kleinste waarde voorstelt > P25-1.5*(P75 - P25) - een bovengrens, die de grootste waarde voorstelt < P 75 + 1.5 * (P 75 - P 25 ) - alle punten buiten dit interval worden voorgesteld door een cirkel Zoals aangeduid in de figuur hieronder, komen de grenzen (I) weergegeven in de grafieken van de individuele rapporten overeen met de ondergrenzen en de bovengrenzen van de box plots (P 25-1.5 * (P 75 - P 25 ) en P 75 + 1.5 * (P 75 - P 25 )), of in geval van een normale distributie, met M ± 2.7 SD. O = P 75 + 3 (P 75 -P 25 ) LIMIETEN VAN TUKEY (niet-normale verdeling) I H M H I O = P 75 + 1.5 (P 75 -P 25 ) = P 25-1.5 (P 75 -P 25 ) = P 25-3 (P 75 -P 25 ) P 50 P 75 P 25 x < P 75 + 1.5 (P 75 -P 25 ) x > P 25-1.5 (P 75 -P 25 ) O I H M H I O M - 4.7σ M - 2.7σ P 25 P 75 M + 2.7σ M + 4.7σ OVEREENKOMSTIGE LIMIETEN IN GEVAL VAN NORMALE VERDELING Globaal rapport hematologie 2008/1. Datum: 23/05/2008 21/76

Rode bloedcellen 10 12 /l H/8439 METHODE Mediaan SD CV,% N 055 Abbott Cell-Dyn 3200 5.13 0.13 2.5 13 052 Abbott Cell-Dyn 3500/3700 5.07 0.12 2.4 7 054 Abbott Cell-Dyn 4000 5.17 0.07 1.4 5 042 Abbott Cell-Dyn Ruby 2 040 Abbott Cell-Dyn Sapphire 5.10 0.15 2.9 11 015 ABX Pentra 3 110 Beckman Coulter ACT 1 130 Beckman Coulter Gen-S 4.94 0.04 0.8 5 150 Beckman Coulter LH 500/750/755/780 4.96 0.07 1.3 28 140 Beckman Coulter MAXM,HMX 2 180 Beckman Coulter STKS 1 074 Siemens Advia 120/2120 5.05 0.09 1.7 47 063 Sysmex K 4500 1 064 Sysmex KX 21 2 073 Sysmex poch-100i 1 065 Sysmex SE 9000 1 068 Sysmex SE 9500/SE-alpha/HST 410 2 066 Sysmex SF 3000 5.06 0.04 0.7 4 067 Sysmex XE 2100/XE-alpha/HST 430 5.12 0.05 1.0 44 231 Sysmex XS 1000i/XS 800i 2 060 Sysmex XT 2000i/XT 1800i 5.14 0.06 1.1 31 Globaal (alle methoden) 5.08 0.11 2.2 213 1 resultaat werd niet weergegeven op de grafiek (methode 60: 5.32 10 12 /l). Globaal rapport hematologie 2008/1. Datum: 23/05/2008 22/76

Rode bloedcellen 10 12 /l H/8440 METHODE Mediaan SD CV,% N 055 Abbott Cell-Dyn 3200 5.16 0.07 1.3 13 052 Abbott Cell-Dyn 3500/3700 5.11 0.13 2.5 7 054 Abbott Cell-Dyn 4000 5.27 0.08 1.5 5 042 Abbott Cell-Dyn Ruby 2 040 Abbott Cell-Dyn Sapphire 5.19 0.11 2.2 11 015 ABX Pentra 3 110 Beckman Coulter ACT 1 130 Beckman Coulter Gen-S 4.97 0.04 0.7 5 150 Beckman Coulter LH 500/750/755/780 5.00 0.03 0.6 28 140 Beckman Coulter MAXM,HMX 2 180 Beckman Coulter STKS 1 074 Siemens Advia 120/2120 5.11 0.09 1.7 47 063 Sysmex K 4500 1 064 Sysmex KX 21 2 073 Sysmex poch-100i 1 065 Sysmex SE 9000 1 068 Sysmex SE 9500/SE-alpha/HST 410 2 066 Sysmex SF 3000 5.16 0.04 0.9 4 067 Sysmex XE 2100/XE-alpha/HST 430 5.17 0.04 0.9 44 231 Sysmex XS 1000i/XS 800i 2 060 Sysmex XT 2000i/XT 1800i 5.23 0.07 1.4 31 Globaal (alle methoden) 5.15 0.12 2.3 213 1 resultaat werd niet weergegeven op de grafiek (methode 150: 4.81 10 12 /l). Globaal rapport hematologie 2008/1. Datum: 23/05/2008 23/76

Witte bloedcellen 10 9 /l H/8439 METHODE Mediaan SD CV,% N 055 Abbott Cell-Dyn 3200 7.95 0.32 4.0 13 052 Abbott Cell-Dyn 3500/3700 8.60 0.86 10.0 7 054 Abbott Cell-Dyn 4000 8.86 0.15 1.7 5 042 Abbott Cell-Dyn Ruby 2 040 Abbott Cell-Dyn Sapphire 8.80 0.19 2.2 11 015 ABX Pentra 3 110 Beckman Coulter ACT 1 130 Beckman Coulter Gen-S 9.05 0.07 0.8 5 150 Beckman Coulter LH 500/750/755/780 9.00 0.22 2.5 28 140 Beckman Coulter MAXM,HMX 2 180 Beckman Coulter STKS 1 074 Siemens Advia 120/2120 8.83 0.30 3.4 47 063 Sysmex K 4500 1 064 Sysmex KX 21 2 073 Sysmex poch-100i 1 065 Sysmex SE 9000 1 068 Sysmex SE 9500/SE-alpha/HST 410 3 066 Sysmex SF 3000 8.65 0.13 1.5 4 067 Sysmex XE 2100/XE-alpha/HST 430 8.46 0.21 2.5 44 231 Sysmex XS 1000i/XS 800i 2 060 Sysmex XT 2000i/XT 1800i 8.84 0.19 2.1 30 Globaal (alle methoden) 8.74 0.42 4.7 213 1 resultaat werd niet weergegeven op de grafiek (methode 150: 4.8 10 9 /l). Globaal rapport hematologie 2008/1. Datum: 23/05/2008 24/76

Witte bloedcellen 10 9 /l H/8440 METHODE Mediaan SD CV,% N 055 Abbott Cell-Dyn 3200 3.89 0.24 6.1 13 052 Abbott Cell-Dyn 3500/3700 4.60 0.45 9.8 7 054 Abbott Cell-Dyn 4000 4.60 0.15 3.2 5 042 Abbott Cell-Dyn Ruby 2 040 Abbott Cell-Dyn Sapphire 4.50 0.14 3.1 11 015 ABX Pentra 3 110 Beckman Coulter ACT 1 130 Beckman Coulter Gen-S 4.90 0.07 1.5 5 150 Beckman Coulter LH 500/750/755/780 4.80 0.07 1.5 28 140 Beckman Coulter MAXM,HMX 2 180 Beckman Coulter STKS 1 074 Siemens Advia 120/2120 4.50 0.17 3.8 47 063 Sysmex K 4500 1 064 Sysmex KX 21 2 073 Sysmex poch-100i 1 065 Sysmex SE 9000 1 068 Sysmex SE 9500/SE-alpha/HST 410 3 066 Sysmex SF 3000 4.55 0.13 2.9 4 067 Sysmex XE 2100/XE-alpha/HST 430 4.50 0.14 3.1 44 231 Sysmex XS 1000i/XS 800i 2 060 Sysmex XT 2000i/XT 1800i 4.56 0.10 2.3 30 Globaal (alle methoden) 4.51 0.22 4.9 213 1 resultaat werd niet weergegeven op de grafiek (methode 150: 8.8 10 9 /l). Globaal rapport hematologie 2008/1. Datum: 23/05/2008 25/76

Hemoglobine g/l H/8439 METHODE Mediaan SD CV,% N 055 Abbott Cell-Dyn 3200 152 5 3.4 13 052 Abbott Cell-Dyn 3500/3700 151 1 1.0 7 054 Abbott Cell-Dyn 4000 155 4 2.4 5 042 Abbott Cell-Dyn Ruby 2 040 Abbott Cell-Dyn Sapphire 152 1 0.5 11 015 ABX Pentra 3 110 Beckman Coulter ACT 1 130 Beckman Coulter Gen-S 151 1 1.0 5 150 Beckman Coulter LH 500/750/755/780 151 2 1.5 28 140 Beckman Coulter MAXM,HMX 2 180 Beckman Coulter STKS 1 074 Siemens Advia 120/2120 154 1 1.0 47 063 Sysmex K 4500 1 064 Sysmex KX 21 2 073 Sysmex poch-100i 1 065 Sysmex SE 9000 1 068 Sysmex SE 9500/SE-alpha/HST 410 3 066 Sysmex SF 3000 153 1 1.0 4 067 Sysmex XE 2100/XE-alpha/HST 430 153 1 1.0 44 231 Sysmex XS 1000i/XS 800i 2 060 Sysmex XT 2000i/XT 1800i 153 1 1.0 30 Globaal (alle methoden) 152 2 1.5 213 Globaal rapport hematologie 2008/1. Datum: 23/05/2008 26/76

Hemoglobine g/l H/8440 METHODE Mediaan SD CV,% N 055 Abbott Cell-Dyn 3200 156 4 2.4 13 052 Abbott Cell-Dyn 3500/3700 155 1 1.0 7 054 Abbott Cell-Dyn 4000 157 2 1.4 5 042 Abbott Cell-Dyn Ruby 2 040 Abbott Cell-Dyn Sapphire 156 1 1.0 11 015 ABX Pentra 3 110 Beckman Coulter ACT 1 130 Beckman Coulter Gen-S 154 2 1.4 5 150 Beckman Coulter LH 500/750/755/780 155 2 1.2 28 140 Beckman Coulter MAXM,HMX 2 180 Beckman Coulter STKS 1 074 Siemens Advia 120/2120 159 3 1.6 47 063 Sysmex K 4500 1 064 Sysmex KX 21 2 073 Sysmex poch-100i 1 065 Sysmex SE 9000 1 068 Sysmex SE 9500/SE-alpha/HST 410 3 066 Sysmex SF 3000 157 2 1.2 4 067 Sysmex XE 2100/XE-alpha/HST 430 156 1 1.0 44 231 Sysmex XS 1000i/XS 800i 2 060 Sysmex XT 2000i/XT 1800i 157 2 1.4 30 Globaal (alle methoden) 156 2 1.4 213 Globaal rapport hematologie 2008/1. Datum: 23/05/2008 27/76

Hematocriet l/l H/8439 METHODE Mediaan SD CV,% N 055 Abbott Cell-Dyn 3200 0.454 0.011 2.4 12 052 Abbott Cell-Dyn 3500/3700 0.451 0.013 2.9 7 054 Abbott Cell-Dyn 4000 0.474 0.003 0.6 5 042 Abbott Cell-Dyn Ruby 2 040 Abbott Cell-Dyn Sapphire 0.460 0.016 3.4 11 015 ABX Pentra 3 110 Beckman Coulter ACT 1 130 Beckman Coulter Gen-S 0.438 0.001 0.3 5 150 Beckman Coulter LH 500/750/755/780 0.443 0.009 1.9 28 140 Beckman Coulter MAXM,HMX 2 180 Beckman Coulter STKS 1 074 Siemens Advia 120/2120 0.450 0.011 2.5 47 063 Sysmex K 4500 1 064 Sysmex KX 21 2 073 Sysmex poch-100i 1 065 Sysmex SE 9000 1 068 Sysmex SE 9500/SE-alpha/HST 410 3 066 Sysmex SF 3000 0.453 0.006 1.3 4 067 Sysmex XE 2100/XE-alpha/HST 430 0.458 0.010 2.2 44 231 Sysmex XS 1000i/XS 800i 2 060 Sysmex XT 2000i/XT 1800i 0.461 0.009 1.9 30 Globaal (alle methoden) 0.455 0.013 2.9 212 4 resultaten werden niet weergegeven op de grafiek (methode 60: 0.488 en 0.49 l/l, methode 67: 0.486 en 0.493 l/l). Globaal rapport hematologie 2008/1. Datum: 23/05/2008 28/76

Hematocriet l/l H/8440 METHODE Mediaan SD CV,% N 055 Abbott Cell-Dyn 3200 0.480 0.007 1.5 12 052 Abbott Cell-Dyn 3500/3700 0.465 0.014 2.9 7 054 Abbott Cell-Dyn 4000 0.503 0.005 1.0 5 042 Abbott Cell-Dyn Ruby 2 040 Abbott Cell-Dyn Sapphire 0.486 0.017 3.5 11 015 ABX Pentra 3 110 Beckman Coulter ACT 1 130 Beckman Coulter Gen-S 0.456 0.007 1.5 5 150 Beckman Coulter LH 500/750/755/780 0.462 0.007 1.5 28 140 Beckman Coulter MAXM,HMX 2 180 Beckman Coulter STKS 1 074 Siemens Advia 120/2120 0.475 0.007 1.6 47 063 Sysmex K 4500 1 064 Sysmex KX 21 2 073 Sysmex poch-100i 1 065 Sysmex SE 9000 1 068 Sysmex SE 9500/SE-alpha/HST 410 3 066 Sysmex SF 3000 0.479 0.007 1.5 4 067 Sysmex XE 2100/XE-alpha/HST 430 0.475 0.009 2.0 44 231 Sysmex XS 1000i/XS 800i 2 060 Sysmex XT 2000i/XT 1800i 0.483 0.009 1.8 30 Globaal (alle methoden) 0.476 0.012 2.5 212 Globaal rapport hematologie 2008/1. Datum: 23/05/2008 29/76

MCV fl H/8439 METHODE Mediaan SD CV,% N 055 Abbott Cell-Dyn 3200 89.6 2.1 2.4 12 052 Abbott Cell-Dyn 3500/3700 89.1 0.9 1.0 7 054 Abbott Cell-Dyn 4000 91.2 1.1 1.2 5 042 Abbott Cell-Dyn Ruby 2 040 Abbott Cell-Dyn Sapphire 90.9 1.5 1.6 11 015 ABX Pentra 3 110 Beckman Coulter ACT 1 130 Beckman Coulter Gen-S 88.2 0.4 0.4 5 150 Beckman Coulter LH 500/750/755/780 89.4 1.1 1.2 28 140 Beckman Coulter MAXM,HMX 2 180 Beckman Coulter STKS 1 074 Siemens Advia 120/2120 89.1 1.9 2.1 47 063 Sysmex K 4500 1 064 Sysmex KX 21 2 073 Sysmex poch-100i 1 065 Sysmex SE 9000 1 068 Sysmex SE 9500/SE-alpha/HST 410 3 066 Sysmex SF 3000 89.6 1.0 1.1 4 067 Sysmex XE 2100/XE-alpha/HST 430 89.4 1.6 1.8 44 231 Sysmex XS 1000i/XS 800i 2 060 Sysmex XT 2000i/XT 1800i 89.8 1.6 1.7 29 Globaal (alle methoden) 89.4 1.6 1.7 211 2 resultaten werden niet weergegeven op de grafiek (methode 60: 96.7 fl en methode 67: 96.2 fl). Globaal rapport hematologie 2008/1. Datum: 23/05/2008 30/76

MCV fl H/8440 METHODE Mediaan SD CV,% N 055 Abbott Cell-Dyn 3200 93.4 2.2 2.3 12 052 Abbott Cell-Dyn 3500/3700 90.4 0.9 0.9 7 054 Abbott Cell-Dyn 4000 95.0 0.9 0.9 5 042 Abbott Cell-Dyn Ruby 2 040 Abbott Cell-Dyn Sapphire 94.5 1.2 1.3 11 015 ABX Pentra 3 110 Beckman Coulter ACT 1 130 Beckman Coulter Gen-S 91.8 0.6 0.6 5 150 Beckman Coulter LH 500/750/755/780 92.4 1.8 2.0 28 140 Beckman Coulter MAXM,HMX 2 180 Beckman Coulter STKS 1 074 Siemens Advia 120/2120 92.9 1.9 2.1 47 063 Sysmex K 4500 1 064 Sysmex KX 21 2 073 Sysmex poch-100i 1 065 Sysmex SE 9000 1 068 Sysmex SE 9500/SE-alpha/HST 410 3 066 Sysmex SF 3000 92.7 1.0 1.0 4 067 Sysmex XE 2100/XE-alpha/HST 430 91.8 1.5 1.7 44 231 Sysmex XS 1000i/XS 800i 2 060 Sysmex XT 2000i/XT 1800i 92.3 1.4 1.5 29 Globaal (alle methoden) 92.5 1.8 2.0 211 Globaal rapport hematologie 2008/1. Datum: 23/05/2008 31/76

Trombocyten 10 9 /l H/8439 METHODE Mediaan SD CV,% N 055 Abbott Cell-Dyn 3200 321 13 4.2 13 052 Abbott Cell-Dyn 3500/3700 319 13 4.1 7 054 Abbott Cell-Dyn 4000 325 5 1.6 5 042 Abbott Cell-Dyn Ruby 2 040 Abbott Cell-Dyn Sapphire 331 17 5.3 11 015 ABX Pentra 3 110 Beckman Coulter ACT 1 130 Beckman Coulter Gen-S 314 4 1.4 5 150 Beckman Coulter LH 500/750/755/780 329 11 3.5 28 140 Beckman Coulter MAXM,HMX 2 180 Beckman Coulter STKS 1 074 Siemens Advia 120/2120 323 29 9.0 47 063 Sysmex K 4500 1 064 Sysmex KX 21 2 065 Sysmex SE 9000 1 068 Sysmex SE 9500/SE-alpha/HST 410 3 066 Sysmex SF 3000 312 5 1.7 4 067 Sysmex XE 2100/XE-alpha/HST 430 305 8 2.6 44 231 Sysmex XS 1000i/XS 800i 2 060 Sysmex XT 2000i/XT 1800i 306 13 4.1 30 Globaal (alle methoden) 315 19 6.1 213 3 resultaten werden niet weergegeven op de grafiek (methode 60: 640 10 9 /l, methode 67: 243 10 9 /l en methode 150: 176 10 9 /l). Globaal rapport hematologie 2008/1. Datum: 23/05/2008 32/76

Trombocyten 10 9 /l H/8440 METHODE Mediaan SD CV,% N 055 Abbott Cell-Dyn 3200 172 7 3.9 13 052 Abbott Cell-Dyn 3500/3700 180 5 2.9 7 054 Abbott Cell-Dyn 4000 189 4 2.4 5 042 Abbott Cell-Dyn Ruby 2 040 Abbott Cell-Dyn Sapphire 185 10 5.2 11 015 ABX Pentra 3 110 Beckman Coulter ACT 1 130 Beckman Coulter Gen-S 170 1 0.9 5 150 Beckman Coulter LH 500/750/755/780 175 8 4.7 28 140 Beckman Coulter MAXM,HMX 2 180 Beckman Coulter STKS 1 074 Siemens Advia 120/2120 184 10 5.6 47 063 Sysmex K 4500 1 064 Sysmex KX 21 2 065 Sysmex SE 9000 1 068 Sysmex SE 9500/SE-alpha/HST 410 3 066 Sysmex SF 3000 165 6 3.6 4 067 Sysmex XE 2100/XE-alpha/HST 430 170 5 3.1 44 231 Sysmex XS 1000i/XS 800i 2 060 Sysmex XT 2000i/XT 1800i 163 8 5.0 30 Globaal (alle methoden) 172 11 6.5 213 4 resultaten werden niet weergegeven op de grafiek (methode 55: 211 10 9 /l, methode 60: 420 10 9 /l, methode 74: 212 10 9 /l en methode 150: 347 10 9 /l). Globaal rapport hematologie 2008/1. Datum: 23/05/2008 33/76

Reticulocyten % RBC H/8439 METHODE Mediaan SD CV,% N 055 Abbott Cell-Dyn 3200 1.51 0.08 5.4 9 052 Abbott Cell-Dyn 3500/3700 2 054 Abbott Cell-Dyn 4000 1.93 0.19 9.6 5 042 Abbott Cell-Dyn Ruby 1 040 Abbott Cell-Dyn Sapphire 1.95 0.10 5.1 11 015 ABX Pentra 1 130 Beckman Coulter Gen-S 2.00 0.41 20.4 4 150 Beckman Coulter LH 500/750/755/780 1.80 0.32 17.9 27 140 Beckman Coulter MAXM,HMX 1 180 Beckman Coulter STKS 1 074 Siemens Advia 120/2120 1.97 0.23 11.7 45 069 Sysmex R 500/R 1000 2 065 Sysmex SE 9000 1 068 Sysmex SE 9500/SE-alpha/HST 410 3 067 Sysmex XE 2100/XE-alpha/HST 430 1.61 0.25 15.7 42 060 Sysmex XT 2000i/XT 1800i 1.74 0.21 12.4 22 Globaal (alle methoden) 1.75 0.30 16.9 177 1 resultaat werd niet weergegeven op de grafiek (methode 150: 0.3 % RBC). Globaal rapport hematologie 2008/1. Datum: 23/05/2008 34/76

Reticulocyten % RBC H/8440 METHODE Mediaan SD CV,% N 055 Abbott Cell-Dyn 3200 0.64 0.07 11.6 9 052 Abbott Cell-Dyn 3500/3700 2 054 Abbott Cell-Dyn 4000 0.66 0.05 7.9 5 042 Abbott Cell-Dyn Ruby 1 040 Abbott Cell-Dyn Sapphire 0.79 0.06 7.5 11 015 ABX Pentra 1 130 Beckman Coulter Gen-S 0.58 0.19 32.4 4 150 Beckman Coulter LH 500/750/755/780 0.55 0.10 18.9 27 140 Beckman Coulter MAXM,HMX 1 180 Beckman Coulter STKS 1 074 Siemens Advia 120/2120 0.98 0.19 18.9 45 069 Sysmex R 500/R 1000 2 065 Sysmex SE 9000 1 068 Sysmex SE 9500/SE-alpha/HST 410 3 067 Sysmex XE 2100/XE-alpha/HST 430 0.72 0.16 22.8 42 060 Sysmex XT 2000i/XT 1800i 0.68 0.14 20.7 22 Globaal (alle methoden) 0.72 0.21 28.8 177 Globaal rapport hematologie 2008/1. Datum: 23/05/2008 35/76

Absoluut aantal reticulocyten 10 9 /l H/8439 METHODE Mediaan SD CV,% N 055 Abbott Cell-Dyn 3200 77.1 6.1 7.9 8 052 Abbott Cell-Dyn 3500/3700 2 054 Abbott Cell-Dyn 4000 98.9 9.2 9.3 5 042 Abbott Cell-Dyn Ruby 1 040 Abbott Cell-Dyn Sapphire 99.0 4.2 4.2 11 015 ABX Pentra 2 130 Beckman Coulter Gen-S 98.9 19.8 20.1 4 150 Beckman Coulter LH 500/750/755/780 88.0 16.3 18.6 27 140 Beckman Coulter MAXM,HMX 1 180 Beckman Coulter STKS 1 074 Siemens Advia 120/2120 99.0 15.5 15.6 44 069 Sysmex R 500/R 1000 2 065 Sysmex SE 9000 1 068 Sysmex SE 9500/SE-alpha/HST 410 3 067 Sysmex XE 2100/XE-alpha/HST 430 82.1 10.5 12.8 41 060 Sysmex XT 2000i/XT 1800i 88.4 10.2 11.5 21 Globaal (alle methoden) 88.3 15.1 17.1 174 1 resultaat werd niet weergegeven op de grafiek (methode 150: 15.3 10 9 /l). Globaal rapport hematologie 2008/1. Datum: 23/05/2008 36/76

Absoluut aantal reticulocyten 10 9 /l H/8440 METHODE Mediaan SD CV,% N 055 Abbott Cell-Dyn 3200 33.5 4.0 12.1 8 052 Abbott Cell-Dyn 3500/3700 2 054 Abbott Cell-Dyn 4000 34.2 2.9 8.5 5 042 Abbott Cell-Dyn Ruby 1 040 Abbott Cell-Dyn Sapphire 40.2 2.6 6.5 11 015 ABX Pentra 2 130 Beckman Coulter Gen-S 28.9 9.5 33.0 4 150 Beckman Coulter LH 500/750/755/780 27.0 5.2 19.2 27 140 Beckman Coulter MAXM,HMX 1 180 Beckman Coulter STKS 1 074 Siemens Advia 120/2120 49.4 10.5 21.2 44 069 Sysmex R 500/R 1000 2 065 Sysmex SE 9000 1 068 Sysmex SE 9500/SE-alpha/HST 410 3 067 Sysmex XE 2100/XE-alpha/HST 430 37.3 9.9 26.4 41 060 Sysmex XT 2000i/XT 1800i 33.2 6.6 19.9 21 Globaal (alle methoden) 37.2 11.9 32.1 174 Globaal rapport hematologie 2008/1. Datum: 23/05/2008 37/76

COAGULATIE Er werden 3 gevriesdroogde plasma s rondgestuurd: 1 onbehandeld monster (CO/7913), 1 gehepariniseerd monster (CO/7890, Nadroparine (Fraxodi R )) en 1 pool van plasma s van patiënten behandeld met antivitamine K preparaten (Coagulation control AK lot 2B53000, Technoclone GmbH, Wenen, Oostenrijk, CO/8262). De anti-xa activiteit van het staal CO/7890 bedroeg 0.52 IE/ml (UZ Leuven). In onderstaande tabel wordt voor de 3 stalen de gemiddelde activiteit (%) van een aantal stollingsfactoren gegeven, zoals bepaald in 2 expertlaboratoria (UZ Leuven en UCL Mont-Godinne): CO/7890 CO/7913 CO/8262 II 104 80 17 V 69 81 75 VII 88 97 15 X 116 78 11 VIII 93 74 107 IX 102 82 29 XI 96 48 81 XII 87 68 67 94.0% van de Belgische laboratoria hebben de EKE-resultaten elektronisch doorgestuurd (toolkit) Naast de tabellen met de resultaten werd er, zoals voor de celtelling, een grafische voorstelling in box-and-whisker plot toegevoegd (zie hoger). aptt De mediane aptt ratio van het gehepariniseerde staal CO/7890 bedroeg 1.60 met een CV van 14.6%. PT De mediane INR-waarde van het staal CO/8262 bedroeg 3.15 met een CV van 6.6%. Aan de gebruikers van de reagentia Thromborel S en Innovin werd gevraagd of ze al dan niet een directe INR kalibratie uitvoeren met de PT-Multi Calibrator. Vijftien van de 17 gebruikers (88.2%) van het Thromborel S reagens en 36 van de 51 gebruikers (70.6%) van het Innovin reagens, die deze vraag beantwoord hebben, maken gebruik van de PT-Multi Calibrator. Globaal rapport hematologie 2008/1. Datum: 23/05/2008 38/76

Volgende histogrammen tonen voor het staal CO/8262 de vergelijking tussen de INR resultaten bekomen met het Innovin en het Thomborel S reagens via berekening en directe kalibratie met de PT-Multi Calibrator: Aantal laboratoria Aantal laboratoria Aantal laboratoria 9 8 7 6 5 4 3 2 1 0 2,4 2,6 2,8 3 3,2 3,4 3,6 INR Aantal laboratoria 9 8 7 6 5 4 3 2 1 0 2,4 2,6 2,8 3 3,2 3,4 3,6 INR 9 8 Thromborel S 7 6 5 4 3 2 1 9 8 7 6 5 4 3 2 1 Mediaan = 3.16 CV = 4.3% n = 15 Mediaan = 3.01 CV = 3.8 % n = 36 INR Innovin Innovin PT-Multi Calibrator 0 2,4 2,6 2,8 3 3,2 3,4 3,6 Mediaan = 2.81 CV = 8.0% n = 15 Thromborel S PT-Multi Calibrator 0 2,4 2,6 2,8 3 3,2 3,4 3,6 INR Globaal rapport hematologie 2008/1. Datum: 23/05/2008 39/76

PT(sec) sec CO/7890 METHODE Mediaan SD CV,% N 011 Dade Behring Innovin 10.5 0.4 3.5 52 012 Dade Behring Thromborel S 12.1 0.5 4.3 17 007 Instrumentation Laboratory HemosIL PT- Fibrinogen 1 008 Instrumentation Laboratory HemosIL PT- Fibrinogen HS 13.2 0.3 2.5 6 009 Instrumentation Laboratory HemosIL PT- Fibrinogen Recombinant 10.3 0.4 4.0 10 010 Instrumentation Laboratory HemosIL Recombiplastin 12.2 0.5 4.3 34 018 Instrumentation Laboratory HemosIL Recombiplastin 2G 2 015 Kordia Simplastin Excel S 15.6 0.3 1.9 13 006 Roche STA Neoplastin CI PLUS 13.9 0.4 2.7 79 017 Roche STA Neoplastin R 14.0 0.9 6.1 8 Globaal (alle methoden) 12.8 2.1 16.8 222 4 resultaten werden niet weergegeven op de grafiek (methode 11: 8.4, 8.41 en 8.5 sec en methode 15: 16.9 sec). Globaal rapport hematologie 2008/1. Datum: 23/05/2008 40/76

PT(%) % CO/7890 METHODE Mediaan SD CV,% N 011 Dade Behring Innovin 98.4 3.1 3.2 51 012 Dade Behring Thromborel S 95.7 10.5 10.9 17 007 Instrumentation Laboratory HemosIL PT- Fibrinogen 1 008 Instrumentation Laboratory HemosIL PT- Fibrinogen HS 78.2 8.5 10.9 6 009 Instrumentation Laboratory HemosIL PT- Fibrinogen Recombinant 113.0 9.4 8.3 10 010 Instrumentation Laboratory HemosIL Recombiplastin 82.4 5.3 6.5 34 018 Instrumentation Laboratory HemosIL Recombiplastin 2G 2 015 Kordia Simplastin Excel S 87.0 5.1 5.9 13 006 Roche STA Neoplastin CI PLUS 89.0 4.8 5.4 78 017 Roche STA Neoplastin R 100.0 7.8 7.8 8 Globaal (alle methoden) 90.8 9.7 10.7 220 Globaal rapport hematologie 2008/1. Datum: 23/05/2008 41/76

PT(INR) CO/7890 METHODE Mediaan SD CV,% N 011 Dade Behring Innovin 1.00 0.03 3.0 52 012 Dade Behring Thromborel S 1.05 0.07 6.4 17 007 Instrumentation Laboratory HemosIL PT- Fibrinogen 1 008 Instrumentation Laboratory HemosIL PT- Fibrinogen HS 1.19 0.09 7.5 6 009 Instrumentation Laboratory HemosIL PT- Fibrinogen Recombinant 0.89 0.06 6.7 10 010 Instrumentation Laboratory HemosIL Recombiplastin 1.12 0.05 4.7 34 018 Instrumentation Laboratory HemosIL Recombiplastin 2G 2 015 Kordia Simplastin Excel S 1.10 0.03 2.7 13 006 Roche STA Neoplastin CI PLUS 1.08 0.04 4.1 79 017 Roche STA Neoplastin R 0.99 0.06 6.4 8 Globaal (alle methoden) 1.07 0.07 6.9 222 Globaal rapport hematologie 2008/1. Datum: 23/05/2008 42/76

PT(sec) sec CO/7913 METHODE Mediaan SD CV,% N 011 Dade Behring Innovin 10.7 0.3 3.1 52 012 Dade Behring Thromborel S 12.1 0.4 3.1 17 007 Instrumentation Laboratory HemosIL PT- Fibrinogen 1 008 Instrumentation Laboratory HemosIL PT- Fibrinogen HS 12.1 0.6 4.6 6 009 Instrumentation Laboratory HemosIL PT- Fibrinogen Recombinant 10.8 0.5 4.7 10 010 Instrumentation Laboratory HemosIL Recombiplastin 11.7 0.4 3.2 34 018 Instrumentation Laboratory HemosIL Recombiplastin 2G 2 015 Kordia Simplastin Excel S 15.2 0.3 2.0 13 006 Roche STA Neoplastin CI PLUS 13.3 0.4 3.3 79 017 Roche STA Neoplastin R 14.3 0.9 6.2 8 Globaal (alle methoden) 12.2 1.7 14.0 222 5 resultaten werden niet weergegeven op de grafiek (methode 6: 36.1 sec, methode 11: 8.6 en 8.7 (2x) sec, methode 15: 16.2 sec). Globaal rapport hematologie 2008/1. Datum: 23/05/2008 43/76

PT(%) % CO/7913 METHODE Mediaan SD CV,% N 011 Dade Behring Innovin 96.0 4.1 4.2 51 012 Dade Behring Thromborel S 90.4 7.2 8.0 17 007 Instrumentation Laboratory HemosIL PT- Fibrinogen 1 008 Instrumentation Laboratory HemosIL PT- Fibrinogen HS 98.4 6.3 6.4 6 009 Instrumentation Laboratory HemosIL PT- Fibrinogen Recombinant 101.8 10.7 10.5 10 010 Instrumentation Laboratory HemosIL Recombiplastin 88.5 4.9 5.5 34 018 Instrumentation Laboratory HemosIL Recombiplastin 2G 2 015 Kordia Simplastin Excel S 93.0 5.3 5.7 13 006 Roche STA Neoplastin CI PLUS 96.0 5.9 6.2 79 017 Roche STA Neoplastin R 100.0 7.0 7.0 8 Globaal (alle methoden) 95.0 7.1 7.5 221 1 resultaat werd niet weergegeven op de grafiek (methode 6: 23 %). Globaal rapport hematologie 2008/1. Datum: 23/05/2008 44/76

PT(INR) CO/7913 METHODE Mediaan SD CV,% N 011 Dade Behring Innovin 1.01 0.03 3.3 52 012 Dade Behring Thromborel S 1.07 0.04 4.2 17 007 Instrumentation Laboratory HemosIL PT- Fibrinogen 1 008 Instrumentation Laboratory HemosIL PT- Fibrinogen HS 1.03 0.05 5.0 6 009 Instrumentation Laboratory HemosIL PT- Fibrinogen Recombinant 0.96 0.09 9.2 10 010 Instrumentation Laboratory HemosIL Recombiplastin 1.08 0.03 2.8 34 018 Instrumentation Laboratory HemosIL Recombiplastin 2G 2 015 Kordia Simplastin Excel S 1.05 0.04 4.2 13 006 Roche STA Neoplastin CI PLUS 1.03 0.04 4.3 79 017 Roche STA Neoplastin R 0.99 0.06 6.4 8 Globaal (alle methoden) 1.04 0.05 5.0 222 4 resultaten werden niet weergegeven op de grafiek (methode 6: 1.16 en 3.64, methode 12: 1.3, methode 15: 1.21). Globaal rapport hematologie 2008/1. Datum: 23/05/2008 45/76

PT(sec) sec CO/8262 METHODE Mediaan SD CV,% N 011 Dade Behring Innovin 30.1 1.3 4.3 52 012 Dade Behring Thromborel S 32.8 1.5 4.5 17 007 Instrumentation Laboratory HemosIL PT- Fibrinogen 1 008 Instrumentation Laboratory HemosIL PT- Fibrinogen HS 26.2 0.8 3.1 6 009 Instrumentation Laboratory HemosIL PT- Fibrinogen Recombinant 41.4 4.1 9.9 10 010 Instrumentation Laboratory HemosIL Recombiplastin 39.8 2.1 5.2 34 018 Instrumentation Laboratory HemosIL Recombiplastin 2G 2 015 Kordia Simplastin Excel S 44.5 1.9 4.2 13 006 Roche STA Neoplastin CI PLUS 32.7 1.1 3.4 79 017 Roche STA Neoplastin R 41.6 0.4 0.9 7 Globaal (alle methoden) 32.8 5.3 16.0 221 1 resultaat werd niet weergegeven op de grafiek (methode 6: 13.3 sec). Globaal rapport hematologie 2008/1. Datum: 23/05/2008 46/76