Persberichten. Nederland nog steeds meritocratisch. Wel grotere verschillen tussen hoger en lager opgeleiden op de arbeidsmarkt

Vergelijkbare documenten
persberichten Nederland kent een zachte tweedeling Den Haag, 12 december 2014

persberichten Niet alleen geld maakt het verschil Den Haag, 9 december 2014

FORUM Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt: effecten van de economische crisis 2 e kwartaal 2009

De integratie van Antillianen in Nederland. Presentatie 9 juni: De Caribische demografie van het Koninkrijk der Nederlanden

Persbericht. Maatschappelijke achterstand allochtonen is hardnekkig Jaarrapport Integratie EMBARGO tot dinsdag 20 septemper 2005, 15.

PERSBERICHT. Veel jongeren van Turkse en Marokkaanse komaf voelen zich geen onderdeel van Nederlandse samenleving. Den Haag, 16 december 2015

Bijlage bij hoofdstuk 11 Wederzijdse beeldvorming

8. Werken en werkloos zijn

Fact sheet. Dienst Wonen, Zorg en Samenleven. Eigen woningbezit 1e en 2e generatie allochtonen. Aandeel stijgt, maar afstand blijft

Factsheet Maatschappelijke positie van Voormalig Antilliaanse / Arubaanse Migranten in Nederland

Allochtonen op de arbeidsmarkt

Niet-westerse allochtonen behoren minder vaak tot de werkzame beroepsbevolking 1) Arbeidsdeelname niet-westerse allochtonen gedaald

Bijlagen bij hoofdstuk 6 Arbeid en inkomen

BIJLAGEN. Jaarrapport integratie 2013

Cohortvruchtbaarheid van niet-westers allochtone vrouwen

PERSBERICHT. Nederland veert terug: geen verdere achteruitgang in kwaliteit van leven. Den Haag, 11 december 2015

Parallellen tussen België en Nederland

BIJLAGEN. Dichter bij elkaar? De sociaal-culturele positie van niet-westerse migranten in Nederland. Willem Huijnk Jaco Dagevos

Fact sheet. Diversiteit en integratie Figuur 1 Allochtone herkomstgroepen in Amsterdam, 2010 (procenten)

Bijlage bij hoofdstuk 7 Sociaal-culturele integratie en religie

TOENAME SPANNINGEN TUSSEN BEVOLKINGSGROEPEN IN AMSTERDAMSE BUURTEN

Integratie in zicht?

7. Deelname en slagen in het hoger onderwijs

Maatschappelijke participatie als opstap naar betaald werk.

Dichter bij elkaar? De sociaal-culturele positie van niet-westerse migranten in Nederland. Willem Huijnk Jaco Dagevos

TOOLKIT Bekend maakt Bemind

Onderzoeksignalement

De Staat van de Stad Amsterdam V. Ontwikkelingen in participatie en leefsituatie

Beste Paul de Beer, Maisha van Pinxteren en anderen,

Bijlagen bij hoofdstuk 7 Sociaal-culturele integratie Sandra Beekhoven (SCP) en Jaco Dagevos (SCP)

Samenvatting. Wat is de kern van de Integratiekaart?

Bijlagen bij hoofdstuk 11 Opvattingen van autochtonen en allochtonen over de multietnische

Bijlage bij hoofdstuk 4 Opleiding en taal

Religieuze toewijzing, autochtone Nederlanders, 2015 (in procenten)

CBS-berichten: Veranderingen in de arbeidsparticipatie in Nederland sinds 1970

Als het economisch tegenzit, worden zij hard getroffen. Ze zitten vaker dan gemiddeld in de bijstand.

Sterke toename alleenstaande moeders onder allochtonen

Integratie in zicht?

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Bevolking groeit tot 17,5 miljoen in 2038

Monitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2015

Arbeidsdeelname van paren

PERSBERICHT. Armoedesignalement 2013: Sterke groei armoede in 2012, maar afzwakking verwacht ONDER EMBARGO TOT DINSDAG 3 DECEMBER 2013, 00:01 UUR

Steeds meer niet-westerse allochtonen in het voltijd hoger onderwijs

Informatie over de deelnemers

Inkomensongelijkheid naar migratieachtergrond

Alleenstaande moeders op de arbeidsmarkt

Monitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2016

11. Stijgende inkomens

Gemengd Amsterdam * in cijfers*

Bijlage bij hoofdstuk 9 Identificatie, acceptatie en discriminatie

Beroepsbevolking 2005

Sociale acceptatie van homoseksualiteit in Zuid-Holland West

FORUM Factsheet Jeugdwerkloosheid,

Cultuur-sensitieve aspecten in de zorg

5. Onderwijs en schoolkleur

kennislink.nl maakt nieuwsgierig

Praktische opdracht Aardrijkskunde Criminaliteit in Nederland

Maatschappelijke participatie

maatschappijwetenschappen pilot vwo 2017-I

Segregatie in het onderwijs

Bijlage bij hoofdstuk 5 Allochtone leerlingen in het onderwijs

Thuis voelen in Nederland: stedelijke verschillen bij allochtonen

Opvattingen over de figuur Zwarte Piet

Jongeren op de arbeidsmarkt

2. Groei allochtone bevolking fors minder

Examen HAVO. maatschappijwetenschappen (pilot) tijdvak 2 dinsdag 16 juni uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Tweedeling in de samenleving en gewenst leiderschap:

Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2017

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Jaarrapport integratie 2013

Migrantenouderen in cijfers

Artikelen. Arbeidsparticipatie van vrouwen: een vergelijking naar opleidingsniveau, leeftijd en herkomst

Zekerheden over een onzeker land

Bijlagen bij hoofdstuk 4 Opleidingsniveau en taalvaardigheid

Allochtone Nederlanders thema 21

Bevolkingstrends Allochtonen en geluk. Karolijne van der Houwen Linda Moonen Oktober 2014 CBS Bevolkingstrends oktober

Allochtone Nederlandse ouderen: de onverwachte oude dag in Nederland

Maatschappelijke participatie

Sociaal Rapport en de Jeugdmonitor Provincie Groningen

Bijlagen Jaarrapport integratie 2011

Uit huis gaan van jongeren

Armoede in 2010 niet verminderd, toename verwacht in 2011 en 2012

Eindexamen maatschappijleer 2 vmbo gl/tl I

Donkere wolken boven Nederlandse samenleving

Factsheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam Werkloosheid stijgt naar 24% Definities. Nummer 6 juni 2014

Het arbeidsaanbod van laagopgeleide vrouwen vanuit een economisch en sociologisch perspectief. A Gebruikte databestanden... 2

Dienst Ruimtelijke Ordening Fact sheet Demografische ontwikkelingen in 2005: emigratie stopt groei Amsterdamse bevolking

10. Veel ouderen in de bijstand

Sociale omgeving, integratie en participatie

10 Samenvatting en conclusies

fluchskrift Vergrijzing in Fryslân neemt toe Aantal senioren sterk gestegen Aantal 65-plussers in Fryslân, /2012

Politieke participatie

Maatschappelijke participatie

Langer in Nederland : ontwikkelingen in de leefsituatie van migranten uit Polen en Bulgarije in de eerste jaren na migratie : bijlagen

Armoedesignalement 2012: Armoede in 2011 sterk toegenomen

Superdiversiteit, Identiteit en School. Prof. Maurice Crul VU Universiteit Amsterdam Erasmus Universiteit Rotterdam

Sami Inal. Jaargang 7, nr. 12, december 1995 ONDERSCHEID TUSSEN BUURT EN STEDELIJK JONGERENWERK

Integratieonderzoek. Rapport. Ronald Baden. E9787/88 november 2007

Jeugdwerkloosheid Amsterdam

Facts en figures Integratie etnische minderheden 2005

Transcriptie:

Rijnstraat 50 Postbus 16164 2500 BD Den Haag T 070 340 70 00 F 070 340 70 44 www.scp.nl en Den Haag, 11 december 2014 Inlichtingen bij Nederland nog steeds meritocratisch. Wel grotere verschillen tussen hoger en lager opgeleiden op de arbeidsmarkt Meritocratisering houdt in dat maatschappelijke posities minder afhankelijk worden van het milieu van herkomst en meer van de eigen verdienste, met de gevolgde opleiding als belangrijke graadmeter voor het eigen kunnen. Dit betekent dat succes in onderwijs en werk meer afhankelijk wordt van talent en inzet, en minder van het milieu van herkomst. Over de langere termijn gezien werd het behaalde opleidingsniveau inderdaad minder afhankelijk van het milieu van herkomst. Wel is het verband nog steeds sterk en het is niet zeker of de dalende trend de laatste jaren heeft doorgezet. Burgers zelf vinden de eigen capaciteiten (een goede opleiding, hard werken, ambitie) veel belangrijker voor wat iemand kan bereiken dan zijn of haar afkomst. Het vertrouwen in het belang van eigen verdiensten is echter wel afgenomen sinds de jaren tachtig en negentig, terwijl het netwerk (de juiste mensen kennen, relaties in de politiek) in de ogen van burgers belangrijker werd. Dat staat in hoofdstuk 3 Een ideaal met een keerzijde, dat vandaag als onderdeel van het Sociaal en Cultureel Rapport 2014 verschijnt. De afstand in arbeidspositie tussen hoger opgeleiden enerzijds en lager en middelbaar opgeleiden anderzijds werd het afgelopen twintig jaar groter. Het verschil in beroepsniveau steeg niet, maar dat in uurloon en doorgroeimogelijkheden wel. Het aantal tijdelijke en flexibele contracten groeide sinds 2006/2007 op alle opleidingsniveaus, maar bij hoger opgeleiden minder hard. Ook nam het risico op werkloosheid vanaf 2004/2005 meer toe onder middelbaar dan onder hoger opgeleiden, terwijl het in de jaren daarvoor nog dicht bij elkaar lag. Prestatieverschillen in het basisonderwijs Al in het basisonderwijs zijn er prestatieverschillen tussen kinderen van lager en hoger opgeleide ouders. Leerlingen met een niet-westerse achtergrond hebben hun achterstand in het basisonderwijs voor een deel weten in te lopen, al blijft het verschil groot.

De achterstand van autochtone leerlingen met lager opgeleide ouders blijkt hardnekkig. Het niveau van voortgezet onderwijs dat de basisschool adviseert, is tegenwoordig in grote lijnen in overeenstemming met het prestatieniveau van leerlingen, al is er nog wel een lichte onderschatting van autochtone leerlingen met lager opgeleide ouders. In de loop van het voortgezet onderwijs nemen verschillen in onderwijsniveau tussen kinderen uit lagere en hogere sociale milieus verder toe. Bij de overgang naar het hoger onderwijs maken jongeren met lager opgeleide ouders wat vaker een voorzichtiger keuze voor een opleiding (hbo in plaats van wo). Rechtstreekse invloed van ouderlijk milieu op arbeidspositie is klein geworden Op de arbeidsmarkt werden posities de afgelopen decennia steeds minder direct van ouders op kinderen overgedragen. De rechtstreekse invloed van het milieu van herkomst is nu nog maar klein, de gevolgde opleiding is veel belangrijker. Maar die hangt wel af van het ouderlijk milieu. Stapeling van opleidingsverschillen Het opleidingsniveau werkt ook door op andere terreinen dan de arbeidsmarkt. Zo zijn er aanzienlijke en hardnekkige verschillen in gezondheid en in levensverwachting tussen lager en hoger opgeleiden. Lager opgeleiden leven korter dan hoger opgeleiden, en leven een groter aantal jaren in slechte gezondheid. Door de keuze van een partner met een vergelijkbaar opleidingsniveau nemen verschillen tussen lager en hoger opgeleiden op het niveau van huishoudens verder toe (bijvoorbeeld inkomensverschillen). Pagina 2 van 7

Den Haag, 11 december 2014 Inkomen bepalender voor tegenstellingen dan vermogen Op basis van de voorspelling van de Franse econoom Piketty zou verwacht mogen worden dat de vermogensongelijkheid groeit en sterk bepalend is voor de levenskansen. Maar in Nederland is de ongelijkheid in het vrije vermogen sinds de eeuwwisseling niet toegenomen. Een hoger inkomen, een groot vrij vermogen en het wonen in een (dure) koopwoning gaan samen met een betere gezondheid, meer sociale contacten en een luxere en kosmopolitischer leefstijl. De samenhang met het vrije vermogen is daarbij over het algemeen zwakker dan die met het inkomen. Dat staat in hoofdstuk 4 Kapitale tegenstellingen uit het Sociaal en Cultureel Rapport 2014 dat vandaag verschijnt. Nederlanders hebben minder moeite met vermogensongelijkheid dan met inkomensongelijkheid. Eerlijk verdiend vermogen is geen probleem voor meeste Nederlanders. Wel maken zij daarbij onderscheid naar de manier waarop het vermogen is verkregen. Veruit de meesten vinden het volkomen rechtvaardig als iemand door hard werken, slim zakendoen of een erfenis een groot vermogen vergaart. Over een rijke soapacteur of voetballer oordeelt men veel negatiever; kennelijk leeft er een sterk idee van deserving versus undeserving rich. De mening over mogelijke gevolgen van vermogensongelijkheid is negatiever Een grote meerderheid van de burgers vindt het zeer onrechtvaardig als rijke mensen in aanmerking zouden komen voor snellere of betere gezondheidszorg, als zij meer politieke invloed zouden kunnen uitoefenen of als zij beter onderwijs voor hun kinderen zouden krijgen. Dat rijke mensen vaker op vakantie gaan of een mooier huis hebben, roept bij de Nederlandse bevolking weinig reacties op. Inkomensongelijkheid constant, maar uiteenlopende bewegingen De totale inkomensongelijkheid is in de afgelopen jaren niet gestegen. Toch zijn er wel bij afzonderlijke groepen wel veranderingen te zien. Bij de allerhoogste inkomensgroep liepen de inkomsten na 2000 terug. Maar bij de groep pal onder de top steeg het besteedbare inkomen met 7%-9%. Bij de midden en lagere (positieve) inkomens was de stijging vrijwel nul. In het afgelopen decennium werd het inkomensverschil van de top 1% met de rest van de bevolking kleiner, maar binnen die laatste groep werden de inkomensverschillen wel groter. Pagina 3 van 7

Tegenstelling tussen huurders en kopers wordt scherper De Nederlandse woningmarkt geldt internationaal als weinig gesegregeerd. Toch kwam het eigenwoningbezit uit de analyses naar voren als een maatschappelijke tegenstelling. De trend is dat huurders in de sociale huursector in toenemende mate tot de lagere inkomens behoren en woningeigenaren tot de midden- en hogere inkomens. Pagina 4 van 7

Den Haag, 11 december 2014 Zorgen over interetnische verhoudingen Ongeveer de helft van de bevolking is van mening dat in de komende jaren de spanningen tussen migrantengroepen en autochtonen toenemen, dat autochtonen en migranten steeds negatiever over elkaar zullen gaan denken en dat als gevolg van religieuze verschillen het samenleven tussen migranten en autochtonen moeilijker zal worden. De tweede generatie en migrantenjongeren bepalen steeds meer het beeld en de discussie. Dat staat in hoofdstuk 9 Segmentatie langs etnische grenzen, dat vandaag als onderdeel van het Sociaal en Cultureel Rapport 2014 verschijnt en zich in het bijzonder richt op de positie van de vier grootste niet-westerse migrantengroepen (personen van Turkse, Marokkaanse, Surinaamse en Antilliaanse origine). Zorgen binnen de Nederlandse bevolking over de interetnische verhoudingen lijken vooral voort te komen uit verschillen in waardenoriëntaties. Ook de oververtegenwoordiging van jonge mannen van Marokkaanse komaf in de verdachtencijfers werkt een ongunstige beeldvorming in de hand. Bijna de helft van de bevolking in Nederland vindt dat de leefwijze van moslims en de West-Europese leefwijze onverenigbaar zijn. De beeldvorming over de Marokkaanse groep is het meest ongunstig. Op een schaal van 0-100 krijgt deze groep een score van 44, waarschijnlijk het gevolg van de associatie met religieuze orthodoxie, radicalisering en criminaliteit (gemiddelde score andere groepen Turken: 58, Surinamers: 62, Antillianen: 51) Driekwart van de Turkse en Marokkaanse Nederlanders hebben in het afgelopen jaar ten minste een maal discriminatie ervaren (cijfers 2013). Dit geldt voor twee derde van de Surinaamse en Antilliaanse Nederlanders. Onderzoek voor de periode 2002-2011 laat zien dat migranten somberder zijn geworden over het maatschappelijk klimaat ten aanzien van migrantengroepen. Binnen migrantengroepen zijn het vooral de hoger opgeleiden en jongeren die somber zijn over het maatschappelijk klimaat in Nederland. Dit staat wel bekend als de integratieparadox. Pagina 5 van 7

Hoger opgeleid en vaak werkloos In de afgelopen decennia is het opleidingsniveau onder migrantengroepen gestaag toegenomen. Dat hangt samen met de toename van de tweede generatie. Bij de Turkse en Marokkaanse groep is inmiddels ongeveer de helft in Nederland geboren en getogen. Er ontstaat onder migrantengroepen een middenklasse. Daar staat een hoge (jeugd)werkloosheid tegenover, onder migrantenjongeren is ongeveer een derde werkloos. Dat komt niet alleen door lagere opleidingen en problemen met de Nederlandse taal, maar ook doordat zij minder sociaal kapitaal hebben en andere culturele codes hanteren (bijvoorbeeld bij sollicitaties). Ook speelt arbeidsmarktdiscriminatie een rol. Grenzen tussen groepen worden overgestoken door onder meer een betere beheersing van de Nederlandse taal. Grenzen vervagen: men heeft kennissen en vrienden in de eigen herkomstgroep en onder autochtone Nederlanders. Maar grenzen blijven ook bestaan door uiteenlopende waarden en het vasthouden aan de identiteit van de eigen groep. Het geloof vormt bij Marokkaanse en Turkse moslims een belangrijk kader voor hun waardenoriëntaties. Praktiserende moslims denken conservatiever over vrouwemancipatie en homoseksualiteit. Bijna 90% van de Turkse en Marokkaanse Nederlanders identificeert zich (heel) sterk met de herkomstgroep. Opkomst tweede generatie en jongeren De tweede generatie en de hoger opgeleiden bepalen steeds meer het beeld van de migrantengroepen, qua sociaal-economische positie en vanwege hun bijdrage in de publieke discussie. Een duidelijk voorbeeld is de Zwarte Piet-discussie waarin de tegenstanders aangeven dat ze Zwarte Piet als kwetsend en discriminerend ervaren. Ook Chinees-Nederlandse jongeren hebben in het afgelopen jaar hun stem laten horen. Het ontbrak hun ouders vaak aan mogelijkheden dit te doen. Jongeren kunnen dit wel. Ze spreken goed Nederlands, weten hoe de (sociale) media werken en willen tot uitdrukking brengen dat zij zich storen aan bepaalde praktijken. Dit wijst op een nieuwe fase in de integratie van migrantengroepen. Pagina 6 van 7

Noot voor de redactie, niet voor publicatie: Het Sociaal en Cultureel Rapport 2014 wordt tijdens De week van het verschil in delen uitgebracht, als PDF-bestand op www.scp.nl. Vandaag, donderdag 11 december verschijnen hoofdstuk 3 Een ideaal met een keerzijde? (meritocratisering), hoofdstuk 4 Kapitale tegenstellingen? De maatschappelijke betekenis van financiële ongelijkheid en hoofdstuk 9 Segmentatie langs etnische grenzen. Gisteren, woensdag 10 december, verschenen hoofdstuk 5 Aantrekkelijk gezond, sociale verschillen in fysiek, mentaal en esthetisch kapitaal en hoofdstuk 8 Jong versus oud?. Eergisteren, dinsdag 9 december, verschenen hoofdstuk 1 Inleiding, hoofdstuk 2 Visies op verschil, hoofdstuk 6, Het politiek-culturele verschil en hoofdstuk 7 De eenzame elite. Vrijdag 12 december verschijnen hoofdstuk 10 Nederland in meervoud (segmentatie) en hoofdstuk 11 Slotbeschouwing. Het gehele rapport is dan ook in boekvorm beschikbaar. Verschil in Nederland Sociaal en Cultureel Rapport 2014,, Mérove Gijsberts en Jeroen Boelhouwer (red.), Den Haag, Sociaal en Cultureel Planbureau, december 2014, ISBN 978903770724 3, prijs: 31,50. De gehele publicatie is vanaf 12 december verkrijgbaar bij de (internet)boekhandel en te bestellen of te downloaden via www.scp.nl. Voor algemene vragen: (voorlichter SCP, 06-46 76 77 04; ) Voor inhoudelijke vragen: (redacteur SCR, 070-340 7846); ) Pagina 7 van 7