Dr. Frans H.R. Leenders, Onafhankelijk adviseur, coach en senior-onderzoeker bij Hogeschool Zuyd in samenwerking met (para)professionals van Ixta Noa, (v/h ZieZo) te Zutphen (directeur drs. José Geertsema)
Mogelijke inhoud deelsessie Korte presentatie van enkele belangrijke basisprincipes behandeld in Eetstoornissen, (hulp bij) eigen kracht, o.m. De Domeinen (gebaseerd op biopsychosociale noties) Ontwikkelings- & opvoedingstaken Enkele handige inventarisatie-instrumenten, LEK (Levensloop-empowerment kaart), Ecomap, Weekkaart en Enkel specifieke vragenlijsten te gebruiken als interview-ondersteuning per ontwikkelingsfase Met elkaar bespreken van (begeleidings)ervaringen van sessiedeelnemers o.m. aan de hand van hypothetisch Continuüm van eetstoornissen 2
Domeinen, de ui-metafoor; waar zoeken we naar? Eetstoornissen verschijnselen zijn meestal te onderkennen in een 4-tal domeinen, tegen elkaar aanliggend als de schillen ( rokken ) van een ui Domein 1: Biologische & fysiologische domein (inbreng van medicijnen, psychiatrie, genetica enz.) Domein 2: Gedrag & psyche (inbreng psychologie, psychiatrie, pedagogie enzovoorts) Domein 3: één-één interactie of in kleine groepen (inbreng psychodynamisch werken, social work, rehab & resocialisatie & herstel) Domein 4: Interactie in (middelgrote) groepen & Cultuur (inbreng sociologie, culturele antropologie, politiek, levensbeschouwelijk)
Enkele uitgangspunten van domeinlogica Zekere structurele homogeniteit van processen en verschijnselen binnen een domein Zekere overgang van proximaal (biologie) naar distaal (cultuur & omgeving) die stapsgewijze analyse vergemakkelijkt (dakpanstructuur) Bepaalde verschijnselen in bepaalde domeinen hebben soms een ander (uitlokkend of bepalend) effect dan verschijnselen in andere domeinen Enz. 4
Ontwikkelingsfasen met specifieke ontwikkelings- en opvoedingstaken Ontwikkeling op te knippen in opeenvolgende ontwikkelingsfasen, bijv. babytijd, peutertijd, kleuterperiode, schoolkind, puberteit t/m.. middelbare leeftijd en oude dag. Elke subfase heeft zijn eigen ontwikkelingstaken en vraagt per individu een (opvoedende) omgeving die hierop inspeelt Eetstoornissen kennen per subfase verschillende processen, symptomen of gedragingen die vaak typerend zijn. Beschrijving van eetstoornissen per subfase geeft vaak een begrijpelijker kijk, ook voor cliënt(e) zel Goed zicht en begrijpelijker structuur ondersteunt eerder herstel en eigen autonomie die men zoekt 5
6
Enkele handige instrumenten Enkele handige inventarisatie-instrumenten: LEK (Levensloop-empowerment kaart), Ecomap, Weekkaart en Enkel specifieke vragenlijsten (per domein en per ontwikkelingsfase) te gebruiken als interview-ondersteuning per ontwikkelingsfase 7
Onderlinge uitwisseling o.m. n.a.v. hypothetisch Continuüm van eetstoornissen Zeer weerbarstig, moeilijk herstellend 1. Anorexia met persoonlijkheidsstoornis of andere psychische stoornis 2. Anorexia zonder persoonlijkheidsstoornis of andere psychische stoornis 3. Anorexia overgaand in boulimie (meestal tussen 15 e 20 à 25 ste jaar) 4. Boulimie als startgedrag (vanaf 25 ste jaar), ideaal gewicht en jojoën 5. Eetbuiten (BED), vanaf 20-25 ste jaar, samenhangend met stressperioden 6. Niet Anderszins Omschreven (NAO); veel variabiliteit in gedrag Meer weerbarstig, meer herstellend 8
Dank voor uw aandacht en deelname 9