20140327 Speech Stichting Vlamingen in de Wereld Hefbomen voor een sterk internationaal economisch netwerk voor Vlaamse bedrijven Waar: Zenith Publiek: RVB + vrijwilligers VIW + Koen Verlaeckt + Jan Wouters Achtergrond: jaarlijkse receptie Goedenavond dames en heren, Iedereen houdt de grenzen van zijn eigen gezichtsveld voor de grenzen van de wereld. Dat zei de nogal pessimistisch gestemde Duitse filosoof Schopenhauer in de 19de eeuw. Te veel mensen vandaag de dag van Vlaanderen over Rusland tot Noord-Korea zijn nog steeds spijtige exponenten van die zienswijze. Ik zie het echter veel optimistischer. Ik geloof in een open geest en grensoverschrijdende samenwerking, op alle vlak. Ik hoef jullie niet te vertellen hoe verrijkend het kan zijn om grenzen te verleggen; fysieke en mentale. Barrières te doorbreken, zowel op persoonlijk als op professioneel vlak. 1
Als CEO van Flanders Investment & Trade ben ik een dankbare getuige van de snel veranderende wereld om ons heen. En meer specifiek van de impact die de steeds verder schrijdende internationalisering heeft op Vlaanderen, op het vervagen van de grenzen om ons heen. Ook bij Flanders Investment & Trade, of kortweg FIT, proberen we er zo veel mogelijk toe bij te dragen dat onze organisatie een toonbeeld is van openheid en baanbrekend werk verricht voor zijn klanten: buitenlandse ondernemers die zich in Vlaanderen willen vestigen en Vlaamse ondernemers die internationaal hun vleugels willen uitslaan. Wij bij FIT willen het gezichtsveld van ondernemers zodanig breed maken, dat de wereld aan hun voeten komt te liggen. Dat ze verder de wereld kunnen blijven veroveren, met hun innovatieve producten en diensten, hun doorgedreven vakkennis en hun goesting een woord dat zich wel niet makkelijk in een andere taal laat vertalen. 2
En we staan bedrijven al meer dan twintig jaar bij, sinds 1993 om precies te zijn, toen nog onder de noemer van de Vlaamse Dienst voor Buitenlandse Handel Export Vlaanderen. Al ruim twintig jaar bouwen we aan een sterk zakelijk internationaal en nationaal netwerk ten dienste van de Vlaamse bedrijven. In het buitenland zijn het mijn collega s VLEV s, wat staat voor Vlaams Economisch Vertegenwoordiger, die de dienst uitmaken. En in elke Vlaamse provincie werken onze Adviseurs Internationaal Ondernemen, accountmanagers, die Vlaamse bedrijven helpen bij hun eerste stappen in het internationaal ondernemen en alle mogelijke vragen hierover beantwoorden, of bedrijven op zijn minst op weg helpen. Want u weet als geen ander hoe waardevol hulp en ondersteuning is, hier in Vlaanderen, en zeker in het buitenland. A fortiori in het buitenland is hulp van een landgenoot die er al langer woont en werkt, een serieuze troef. 3
Iemand die het klappen van de zweep kent. Iemand die u kan voorstellen aan interessante contacten en kan behoeden voor eventuele misstappen. Iemand die weet welke culturele bagage u meebrengt en u warm maakt voor lokale gebruiken. Alles op eigen houtje uitpluizen, is niet onmogelijk maar weinig efficiënt. Alle ins en outs kennen, dat vergt tijd. Veel tijd. En net dat hebben onze Vlaamse bedrijven, veelal kmo s, vaak te kort. Bovendien kost tijd geld. Daarom steekt FIT veel energie in zijn buitenlands netwerk, dat bestaat uit meer dan 100 experts in international business development. Zij worden niet lukraak ergens heen gezonden. Nee, ze worden precies daar ingezet waar hun sectorale kennis de grootste meerwaarde creëert voor Vlaamse ondernemers die er willen internationaliseren. En ook omgekeerd zetten we ze vooral daar in, waar ze de grootste meerwaarde creëren voor de Vlaamse economie, door buitenlandse investeringen naar Vlaanderen te halen. 4
Ons buitenlands netwerk is iets heel dynamisch. Om de drie jaar onderzoeken we hoe het nog beter kan. Want ook al geeft 96% van onze klanten aan dat ze tevreden zijn over onze dienstverlening en in het bijzonder over hun contactpersoon bij FIT een organisatie als de onze mag niet indommelen. We moeten onszelf continu in vraag stellen. Er staat immers te veel op het spel. Een uitgebreide studie van Jo Van Biesebroeck, professor Economie aan de KU Leuven, stelde vast dat exportpromotie beginnende exporteurs effectief dat duwtje in de rug geeft om de stap naar een buitenlandse markt te zetten. De financiële ondersteuning speelt daarbij een belangrijke rol, maar gecombineerd met assistentie of communicatie kan die exportneiging zelfs verdubbelen. Ook ervaren exporteurs varen wel bij exportpromotie: meer uitvoer, meer producten die ze uitvoeren en meer nieuwe buitenlandse markten die ze betreden. Ik ben blij dat een studie bevestigt wat wij dagelijks ervaren. Daarnaast staven ook de exportcijfers dit. Voor Vlaanderen zijn de jaarcijfers 2013 net bekend. 5
Onze regio exporteerde in 2013 voor een recordwaarde van 293,64 miljard euro, wat een stijging betekent van 1,64% tov 2012. Vlaanderen deed het daarmee beter dan al zijn buurlanden, het VK niet meegerekend maar bon, daar zit ook een Kanaal tussen. Alle gekheid op een stokje: onze bedrijven blijken steeds verder te trekken. De opmars van verre markten buiten Europa is onmiskenbaar en springt duidelijk in het oog. Daar voet aan wal krijgen, vraagt om een flinke portie kennis, lef en geluk, en ik hoop dat FIT met zijn ondersteuning alvast de eerste twee ingrediënten aanreikt! Ook buitenlandse ondernemingen ontdekken of bestendigen alsmaar meer de troeven van een aanwezigheid in onze regio. Zo kennen we inmiddels de omvang van de buitenlandse investeringen in Vlaanderen voor 2013, en de cijfers zijn erg hoopgevend. Qua aantal projecten en aantal nieuwe jobs die deze nieuwe investeringsprojecten met zich meebrengen, hebben we zelfs het beste jaar uit het afgelopen decennium achter de rug. 6
Mooie resultaten waarop we terecht trots mogen zijn, want FIT heeft daar zeker aandeel in. Maar uiteraard zijn wij maar een schakel. Het zijn de bedrijven zelf die de succesverhalen schrijven. Wij kunnen alleen maar de best mogelijke tools aanreiken, en ervoor zorgen dat we voor hun uitdagingen van morgen vandaag al de oplossingen klaar hebben. Daarom steken onze voelsprieten altijd en overal uit. Bij onze medewerkers in binnen- en buitenland, maar ook bij de netwerken die ze elk op hun beurt opbouwen. Alles samen geeft dat een behoorlijk breedvertakt netwerk wereldwijd, maar het mag nee, moet altijd groter. Neem nu Vlamingen in de Wereld. Hoewel we hetzelfde gebouw delen en elk op ons terrein een internationale missie hebben, blijft onze samenwerking totnogtoe te beperkt. 7
Enkele jaren geleden hebben we met Vlamingen in de Wereld en Voka Club Diaspora opgericht. U herinnert het zich misschien nog. Daarbij konden Vlamingen in het buitenland, na registratie op een website, samen deelnemen aan tal van activiteiten. Toegegeven, die formule vertoonde nog wat kinderziektes. Zo stonden in sommige landen veel activiteiten gepland, terwijl in andere bestemmingen maar af en toe iets op het programma stond. Ook moeten we, nu sociale media niet meer weg te denken zijn, gaan voor een open netwerk, dus zonder registratie. Maar het basisidee namelijk Vlamingen in het buitenland met elkaar in contact brengen, omdat ze er zowel privé als professioneel baat bij hebben blijft overeind. Daarom hebben we beslist om het initiatief nieuw leven in te blazen. We zullen concrete voorstellen voorleggen aan VIW en VOKA, en het netwerk ook uitbreiden met andere partners. 8
Ik kijk alvast uit naar deze hernieuwde samenwerking! Bedankt voor uw aandacht, ik geef nu graag het woord door aan Professor Jan Wouters. 9