THERAPEUTIC DRUG MONITORING Nederlandse Vereniging van Ziekenhuisapothekers -- Commissie Analyse en Toxicologie

Vergelijkbare documenten
THERAPEUTIC DRUG MONITORING

doelgroepen: kinderen, volwassenen grote buis stolbloed; bepaling in serum uur na laatste inname Klinisch Farmaceutisch laboratorium

TRICYCLISCHE ANTIDEPRESSIVA

THERAPEUTIC DRUG MONITORING

Farmacogenetica - workshop RCH -

Alert levels. KKGT Discussiedag 12 april Dr. Jan van der Weide, Klinisch Chemicus Drs. Jochem G. Gregoor, AGIKO

THERAPEUTIC DRUG MONITORING Nederlandse Vereniging van Ziekenhuisapothekers - Commissie Analyse & Toxicologie

Farmacokinetiek en dynamiek

Interacties met Psychofarmaca. Drs. G. Nap, Ziekenhuisapotheker MHA Apotheek Parnassia Groep 14 november 2016

Bewaking op bijwerkingen in de (ziekenhuis)apotheek. Jean Conemans

EPILEPSIE EN THERAPEUTIC DRUG MONITORING. A.CP. Mathot. In de meeste laboratoria van ziekenhuisapotheken. hebben of in een diepe slaap geraken.

GFO. Farmacogenetica. Madelon Butterhoff Ziekenhuisapotheker Klinisch farmacoloog i.o

THERAPEUTIC DRUG MONITORING

Nieuwsbrief Commissie Analyse en Toxicologie (CAT)

De toegevoegde waarde van antipsychotica bij de behandeling van een depressie. P. Moleman directeur Moleman Psychopharmacology

Workshop Medicijnen, werkt t of werk t.. tegen? Els Coyajee-Geselschap apotheker

DEPRESSIE EN ANGSTSTOORNISSEN. Ciske van den Oever Poliklinisch apotheker Klinisch farmacoloog in opleiding Franciscus Gasthuis

NHG-Standpunt Farmacogenetisch onderzoek in de huisartsenpraktijk

Farmacogenetica bij de KNMP. Mandy van Rhenen BO3 bijeenkomst 8 maart 2016

Clozapine en selectieve serotonineheropnameremmers: risico s op toxiciteit

INLEIDING IN DE PSYCHOFARMACOLOGIE. Eerstejaars referaat Leonie van der Meer Mohr

Doseeradviezen: zie SAP (klik op tekst onder uitslagen in kolom opmerkingen vakspecialist ) of laboratoriumapotheker telefoon:

Kort & Krachtig behandelprotocollen. Pharmacotherapy for depressive and/or anxiety disorders [in Dutch]

Interactiemeldingen: wegklikken of niet? Kees Kramers, internist, Klinisch Farmacoloog UMC St. Radboud Afd. Farmacologie-Toxicologie.

MDMA-doden bij het NFI. Dr. Klaas Lusthof Forensisch Toxicoloog NFI

VALDOXAN. (agomelatine) Informatie voor beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg: Aanbevelingen met betrekking tot:

Psychofarmacologie bij kinderen en jongeren voor niet-kinder- & jeugdpsychiaters: Is dit wel een goed idee? Dr. Daniel Neves Ramos ZNA UKJA

VALDOXAN (agomelatine) Informatie voor beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg. Aanbevelingen met betrekking tot:

Risicominimalisatiemateriaal betreffende Valdoxan (agomelatine) voor zorgverleners:

Geneesmiddel- en toxicologische bepalingen laboratorium Klinische Farmacie en Toxicologie MUMC+

THERAPEUTIC DRUG MONITORING

Gebruiksgemak: 2-3 x daagse inname, de tablet mag worden fijngemalen. Ervaring: het aantal in RCTs bestudeerde oude patiënten is zeer klein.

Biotransformatie en toxiciteit van

Kan ik farmacogenetica al toepassen?

THERAPEUTIC DRUG MONITORING

Medicatie, diabetes en verminderde nierfunctie. Lieke Mitrov-Winkelmolen Ziekenhuisapotheker

v27; FK Achtergrondinformatie Angststoornis Pagina 1 van 7

Samenstelling: serum: baclofen 2443 µg/l, diazepam 1634 µg/l, desmethyldiazepam 1460 µg/l, oxazepam 79 µg/l, temazepam 158 µg/l.

Apotheek Haagse Ziekenhuizen. SPC Individuele Bereidingen. Clobazam 2 mg, capsule

8 e Post O.N.S. Meeting. Unraveling the mystery of the CYP450 pathway. Sophie Bunskoek, Verpleegkundig specialist, Medische oncologie, UMCG

borstvoeding Uit enkele case-reports is bekend dat trazodon in kleine hoeveelheden overgaat in de moedermelk.


SUMMARY OF PRODUCT CHARACTERISTICS

THERAPEUTIC DRUG MONITORING Nederlandse Vereniging van Ziekenhuisapothekers Commissie Analyse & Toxicologie

THERAPEUTIC DRUG MONITORING. Nederlandse Vereniging van Ziekenhuisapothekers -- Commissie Analyse en Toxicologie

De toegevoegde waarde van antipsychotica bij de behandeling van een depressie. P. Moleman directeur Moleman Psychopharmacology

Behandeling met antidepressiva

Een kwestie van maatwerk

ANTIDEPRESSIVA PATIËNTENINFORMATIE ALGEMENE INFORMATIE OVER GEBRUIK EFFECTEN EN BIJWERKINGEN VAN ANTIDEPRESSIVA

Workshop Toxicologie Casuistiek. PAO Labdag 4 december 2014 Inge van Berlo

THERAPEUTIC DRUG MONITORING

THERAPEUTIC DRUG MONITORING

Optimalisatie van de eerste klinische studies in bi ondere patie ntengroepen: op weg naar gebruik van semifysiologische

Klinisch Farmacologische en Toxicologische bepalingen voor externe aanvragers

Gebruiksgemak: capsule of tablet: 1-3 x daags inname, mag worden fijngemalen.

Kruidvat Paracetamol 120, 240, 500 en 1000 mg, zetpillen bevatten als werkzaam bestanddeel per zetpil 120, 240, 500 resp mg paracetamol.

Ervaring: het aantal ouderen dat in RCTs is bestudeerd is onbekend.

De interactie tussen een molecuul metoprolol en de beta-receptor is een voorbeeld van een farmacokinetisch principe. Waar.

Publicatieprijs 1997 voor arts-assistenten

Eldepryl Part IB2: Patiëntenbijsluiter

BIJSLUITER. SERTRALINE 25 mg tablet

Bijsluiter: informatie voor de patiënt. Ondansetron Teva 4 mg filmomhulde tabletten ondansetron

Doen bij Depressie. Module 3 Fase 4 - Behandelen. Medicamenteuze behandeling van depressie bij cliënten van verpleeghuizen.

Sipralexa 20 mg : Ovale, witte, filmomhulde gleuftabletten met aan één kant de vermelding E en N aan elke zijde van de

SSRI. Protocol NVOG/NVK 2012 VSV Geert Jan Blok

in gesprek over: Medicijnen tegen depressies

Barnidipine C08CA12, december Indicatie Barnidipine is geregistreerd voor de indicatie hypertensie.

, v26; FK Achtergrondinformatie Bipolaire Stoornis

Informatie over de antidepressiva-test. Advies op maat over medicijnen tegen depressie, psychose of angststoornis

Jaargang 57 nr november 2002 Rationeel voorschrijven

Dit product mag niet gebruikt worden bij: Overgevoeligheid voor het werkzame bestanddeel of voor één van de in rubriek 6.1 vermelde hulpstoffen.

APO 4-02 SPC Voorraadproducten

Infospot. De antidepressiva. April - Mei - Juni 2014

in gesprek over: Medicijnen tegen depressies

THERAPEUTIC DRUG MONITORING Nederlandse Vereniging van Ziekenhuisapothekers Commissie Analyse & Toxicologie

Richtlijn Antipsychotica. Richtlijnenmiddag 2017

Coumarines Algemeen. Preparaten: Therapeutische anticoagulantia (cumarines): Acenocoumarol (Sintrom Mitis ) Fenprocoumon (Marcoumar ) Warfarine

Lithium bij ouderen, wat als de nierfunctie verslechtert?

mg/l uur na laatste inname a Amitriptyline + nortriptyline Geen bijzondere eis 6-TGN 6-MMP mg/l mg/l mg/l mg/l mg/l

THERAPEUTIC DRUG MONITORING

Psychofarmaca: het kiezen van juiste middel

Slecht slapen of juist overmatig veel. Geen trek in eten meer hebben of juist extra veel eten, waardoor je afvalt of juist aankomt in gewicht.

drugs abc antidepressiva

Checklist 1 e aflevering Eliquis

Toxicologie behandelinformatie

Workshop medicatie bij angststoornissen Alejandro Goilo Joanneke van der Linde

1. Wat is Zofran-Zydis en waarvoor wordt dit middel ingenomen?

Avessaron bevat ondansetron en behoort tot de groep der anti-emetica (geneesmiddelen tegen misselijkheid en braken).

Personalized medicine bij niertransplantatie. Dirk Jan Moes, Ziekenhuisapotheker Laboratorium TDM & Toxicologie Leids Universitair Medisch Centrum

CBG version PART 1B-1: SUMMARY OF PRODUCT CHARACTERISTICS. 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Laif 900 tabletten, filmomhulde tabletten 900 mg.

Summary of Product Characteristics

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

in gesprek over: Medicijnen tegen angststoornissen

THERAPEUTIC DRUG MONITORING

Midazolam spiegels. MDO IC Voordracht. Sander Wout AIOS Anesthesiologie 5 januari 2018

bijwerkingenprofiel en een kleiner interactiepotentieel.(3)

BIJSLUITER. CLOZAPINE 6,25 mg tabletten

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR GEBRUIKERS. Domperidone EG 10 mg tabletten. Domperidone maleaat

Chapter 7. Samenvatting

Transcriptie:

SELECTIEVE SEROTONINE HEROPNAME REMMERS Geldt voor Indicatiegebied Monstermateriaal Afnametijdstip Bewaarcondities Inzending Interpretatie doelgroepen: volwassenen depressie en angststoornissen grote buis stolbloed; bepaling in serum 10-24 uur na laatste inname 2-8ºC gedurende 24 uur, na centrifugeren 7 dagen. Bewaring gedurende enkele uren bij kamertemperatuur kan invloed hebben op de stabiliteit van de verbinding. Klinisch Farmaceutisch laboratorium / Klinisch Chemisch Laboratorium therapeutische concentratie en toxiciteit: zie tabel TDM-monografie SSRI s versie 04-04-06 (definitief) Pagina 1 van 1

SSRI Referentiewaarden in µg/l (Potentieel) toxische waarde in µg/l Citalopram 50-200 400-600 Escitalopram 50-200 400-600 Fluoxetine 150-500 Som 1500-2000 Norfluoxetine 100-500 Fluvoxamine 50-250 onbekend Paroxetine 20-200 > 350 Sertraline 50-250 onbekend Inleiding Tot de groep van de selectieve serotonine heropname remmers (SSRI s) behoren citalopram, escitalopram, fluoxetine, fluvoxamine, paroxetine en sertraline. Het antidepressieve en anxiolytische effect van de SSRI s komt tot stand door remming van de heropname van serotonine uit de synapsspleet. Het verband tussen plasmaconcentratie en werkzaamheid is onduidelijk. Er zijn wel gemiddelde spiegels bekend (zie bovenstaande tabel). Spiegelbepalingen van SSRI s kunnen toch om verscheidene redenen van belang zijn: Er zijn grote interindividuele verschillen in farmacokinetiek (CYP polymorfisme), bij onverwachte ineffectiviteit of toxiciteit, controle therapietrouw en intoxicaties. Ook kan het voor het vinden van de juiste dosering voor een individuele patiënt zinvol zijn het geleidelijk verhogen of verlagen van de dosering in maat en getal weer te geven. SSRI s worden toegepast bij depressie (in het bijzonder die met vitale kenmerken), paniekstoornis, sociale angststoornis, gegeneraliseerde angststoornis, obsessieve compulsieve stoornis en posttraumatische stress stoornis. Ook vindt toepassing plaats bij een aantal niet geregistreerde indicaties zoals, chronische depressie, dysthyme stoornis, acute behandeling niet psychotische bipolaire depressie, premenstrueel syndroom, postnatale depressie en premature ejaculatie (1,2,3). Doseringsrichtlijnen De dosering van SSRI s dient individueel te worden ingesteld. Om de ernst van de bijwerkingen te minimaliseren, wordt met een zo laag mogelijke dosering begonnen. De dosering wordt geleidelijk verhoogd tot de optimale dosering. Het therapeutisch effect kan pas beoordeeld worden 4 weken na het bereiken van de optimale dosering bij depressie en 3-12 weken bij de verschillende angststoornissen. Bij het staken van de antidepressieve therapie wordt aanbevolen de SSRI voorzichtig uit te sluipen (per maand 25% dosisverlaging bijv.) in verband met de kans op onttrekkingsverschijnselen (1). Relatieve contra-indicatie : kinderen tot 18 jaar Spiegelafname Een spiegel kan 10-24 uur (ideaal 12 uur) na de laatste inname worden afgenomen. TDM-monografie SSRI s versie 04-04-06 (definitief) Pagina 2 van 2

Bloedspiegels kunnen bepaald worden na het bereiken van de steady state concentratie, voor de SSRI s betekent dit dat de dosis ca 1 week constant moet zijn geweest (voor fluoxetine ca. 4 weken). Indien herhaalde bloedspiegelbepalingen plaatsvinden heeft het voor het vinden van de juiste dosering voor een patiënt de voorkeur om iedere keer op hetzelfde moment na inname bloed af te nemen. Spiegels worden bij voorkeur bepaald bij slechte respons, optreden van onverklaarbare bijwerkingen, verslechterde nierfunctie en of leverfunctie of bij vermoeden van intoxicatie of therapieontrouw. Ook kan het voor het vinden van de juiste dosering voor een individuele patiënt zinvol zijn het geleidelijk verhogen of verlagen van de dosering in maat en getal weer te geven (2). Interpretatie resultaten Het verband tussen plasmaconcentratie en werkzaamheid is onduidelijk. Fluoxetine wordt gemetaboliseerd in een actieve metaboliet. Deze wordt tevens gemeten. De resultaten moeten geïnterpreteerd worden als zijnde resultaten passend bij de gebruikte dosering. Zijn de spiegels hoger of lager dan de referentiewaarden bij een normale dosering dan kunnen hiermee ineffectiviteit, onverklaarbare bijwerkingen of therapieontrouw verklaard worden (2). Achtergrondinformatie In het algemeen worden SSRI s snel uit het maag-darm kanaal geresorbeerd. SSRI s zijn onderhevig aan first-pass metabolisme in de lever. Bij het metabolisme spelen de microsomale leverenzymen (CYP2D6, CYP3A4, CYP2C19) een rol. Citalopram en escitalopram worden via CYP2C19 omgezet in desmethylcitalopram en desmethylescitalopram. Desmethylcitalopram en desmethylescitalopram worden via CYP2D6 omgezet in de didesmethylmetaboliet. De metabolieten zijn minder actief en de bijdrage aan de therapeutische effectiviteit is verwaarloosbaar. Fluoxetine wordt via CYP2D6 omgezet in het actieve norfluoxetine. Fluvoxamine wordt via CYP1A2 en CYP2D6 omgezet in inactieve metabolieten. Paroxetine wordt deels via CYP2D6 omgezet in niet actieve metabolieten. Het metabolisme van fluoxetine, paroxetine en fluvoxamine vertoont niet lineaire kinetiek (de halfwaardetijd stijgt bij stijgende spiegel). Sertraline wordt via CYP3A4 en CYP2C19 omgezet in het veel minder actieve desmethylsertraline waarvan de bijdrage aan de effectiviteit verwaarloosbaar is. De SSRI s remmen tevens de werking van verschillende cytochroom P450 enzymen. Hierdoor kunnen interacties met andere geneesmiddelen ontstaan. CYP2D6 wordt sterk geremd door fluoxetine en paroxetine. Citalopram, escitalopram en sertraline remmen CYP2D6 in mindere mate. CYP3A4 wordt geremd door fluoxetine en fluvoxamine. CYP2C9 wordt geremd door sertraline en fluvoxamine en CYP2C19 door fluvoxamine en fluoxetine. Tenslotte is fluvoxamine een sterke remmer van CYP1A2 (1, 4, 5). TDM-monografie SSRI s versie 04-04-06 (definitief) Pagina 3 van 3

Voor CYP2D6 en CYP2C19 bestaan genetische polymorfismen waardoor mogelijk het metabolisme van de SSRI s kan veranderen: CYP2D6 genetisch polymorfisme kan leiden tot dosisverschillen voor paroxetine (PM ca 70%, IM ca 100%, EM ca 120% en URM 140%). CYP2C19 genetisch polymorfisme kan leiden tot dosisverschillen voor citalopram en sertraline. Citalopram: PM ca 60%, IM 80%, EM 110% Sertraline: PM 75%, IM 95%, EM 115% (6). Toxiciteit (zie ook www.toxicologie.org) Interacties SSRI s remmen het metabolisme van geneesmiddelen door remming van CYP2D6, CYP3A4, CYP2C9 en CYP2C19 (afhankelijk van de SSRI), bijvoorbeeld TCA s, diverse antipsychotica, ciclosporine/tacrolimus en metoprolol. Anti-epileptica als carbamazepine, fenobarbital en fenytoine kunnen het metabolisme van SSRI s induceren (afhankelijk van SSRI). Risico op serotoninesyndroom bij combinatie met niet selectieve MAO-remmer, tramadol, sumatriptan en st. Janskruid. In combinatie met een NSAID is het risico op gastro-intestinale toxiciteit verhoogd, mogelijk kunnen zelfs maagbloedingen optreden. In combinatie met acenocoumarol is het risico verhoogd op verlengde bloedingsneiging. Fluvoxamine remt het metabolisme van clozapine, olanzapine en theophylline door remming van CYP1A2. Ook fluoxetine, sertraline en paroxetine kunnen de clozapinespiegel doen stijgen (1,4) Kinetische parameters Volwassenen, normale nierfunctie (1,5). F (%) V (l/kg) T 1 / 2 (uur) % eiwit T max (uur) Citalopram 80 12-17 33-37 80 3-4 Desmethylcitalopram Escitalopram 80 12-26 22-32 < 80 3-6 Desmethylescitalopram Fluoxetine > 60 20-40 48-72 94 6-8 Norfluoxetine 7-9 dagen Fluvoxamine 53 25 15-19 80 2-8 Paroxetine 50 9-17 15-24 95 3-8 Sertraline Desmethylsertraline 40 > 20 26 62-109 98 4-8 TDM-monografie SSRI s versie 04-04-06 (definitief) Pagina 4 van 4

Literatuur 1. Informatorium Medicamentorum 2005 2. Moleman P. Praktische psychofarmacologie. 4 e herziene druk 3. 1B teksten (www.cbg-meb.nl) 4. Interacties met psychofarmaca. Healthbase. 1 e druk 5. Micromedex 2005 6. Kirchheiner J, Nickchen K, Bauer M et al. Pharmacogenetics of antidepressants and antipsychotics: the contribution of allelic variations to the phenotype of drug response. Molecular Psychiatry. 2004; 9: 442-473 Colofon Aan de totstandkoming van deze richtlijn hebben meegewerkt: I.R.F. van Berlo, ziekenhuisapotheker. Onder auspiciën van de Commissie Analyse en Toxicologie van de Nederlandse Vereniging van Ziekenhuisapothekers, februari 2006. TDM-monografie SSRI s versie 04-04-06 (definitief) Pagina 5 van 5