Open educational resources (OER) zijn open leermaterialen die online

Vergelijkbare documenten
Creative Commons in. Informatie voor projectleiders bij hogeronderwijsinstellingen. CC BY: Creative Commons Mountain View HQ

De impact van Open Educational Resources (OER), Open Courseware (OCW) en Open Education (OE) op het onderwijs in de gezondheidszorg en welzijn

Open en online onderwijs ROBERT SCHUWER ZUYD HOGESCHOOL

EEN OER-HOLLANDS LANDSCHAP

BEGRIPPENKADER ONLINE ONDERWIJS

Open Educational Resources in Vlaanderen anno 2013 Resultaten van een bevraging in het Vlaamse hoger onderwijs

IK WIL DE MOGELIJKHEDEN VAN ONLINE ONDERWIJS VERKENNEN WAAR BEGIN IK?

Scenario s voor Leren op Afstand in het MBO

Open onderwijs in het Nederlandse hbo

Open & Online. De (mogelijke) rollen van bibliotheken. Onderwijs

A creative commons presenteert: creatieve werken. delen met anderen - een strip. door alex roberts, rebecca royer en jon phillips

Een Persoonlijke & Flexibele Leer en Werkomgeving voor Hogeschool Leiden

Ria Jacobi 30 maart 2017

Massive Open Online Courses voor de professionele ontwikkeling van medewerkers. Wilfred Rubens

Open content in het onderwijs Succesfactoren en praktijkervaringen Bart Knubben, VKA (bart.knubben vka.nl) Robert Schuwer, OU (robert.schuwer ou.

Informatie uit wiki OpenCourseWare Digitaal Toetsen

Digitalisering & Studiesucces E-merge Anka Mulder Secretaris TU Delft Directeur Onderwijs TU Delft. Challenge the future

Essay. Is multimedia als leermiddel gunstig voor het leerproces van een kind? Stefan van Rees Studentnummer: Opleiding:

Van Wikipedia naar Onderwijs, de kracht van het open domein. sambo-ict conferentie 27 januari 2017

1 De drie hoofdlijnen: muziekdocenten, leerkrachten en leerlingen.

OPEN CONTENT. Wat is het en hoe kun je het gebruiken?

DLMs/OER en TPACK Karel Kreijns Wetenschappelijk Centrum Leraren Onderzoek/Open Universiteit Nederland

Richtlijn voor kwaliteitsborging voor open leermiddelen (OER)

Opleiden in het digitale tijdperk Mary Dankbaar

Rechtenvrije muziek. Bestaat niet. De maker van de muziek heeft de morele rechten hiervan.

Op weg naar EUR-strategie online leren

Videomateriaal toegankelijk voor iedereen. Nanne Roos Vonk 11 oktober 2017

Video2Learn: goodpractice verhalen rondom video in het onderwijs. Karin van Bakel HHS Karel Roos UL Joost Groot Kormelink Ies Lohman

Wikiwijs. Hoe metadateer je materiaal in Wikiwijs om hun plaats in een leerlijn vast te leggen? Ruud de Moor Centrum

Stimuleringsregeling Open en Online Onderwijs 2015 VOORLICHTINGSBIJEENKOMST 16 OKTOBER 2015

Praatplaat: de Uitdaging in beeld

TU Delft Library. Auteursrechten. Just de Leeuwe Productmanager 06/08/11. Challenge the future. Delft University of Technology

Evaluatie AnatomyTOOL Effect op doelmatigheid

Projectplan EersteWereldoorlog.nu Samenvatting

Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie. Cartoons ( blz. 5 en blz. 30 ) Tomas Schats

Cursusontwikkeling / Centrale ELO

Reproductierechten. Publicatierechten

Delen en vinden van digitaal leermateriaal

Curriculumevaluatie BA Wijsbegeerte

Massive Open Online Courses Droom of nachtmerrie? Wilfred Rubens

VISUELE INTEGRATIE ORDE IN DE CHAOS. Bron: pixnio.com

Hoe leert de ipad generatie? Feedback Flexibel Individueel Opbrengstgericht Door drs. Roel Smabers En drs. Robert Smeenk

Gegevens, getallen en achtergrond

Serious gaming in het basisonderwijs Adviesnota

Waarom is een nieuw tijdschrift nodig?

1 - Achtergrond, uitgangspunten en aanpak van Bramediawijs

Deze brochure schetst de onderwijsvisie van onze universiteit op hoofdlijnen. De doelen die horen bij die visie kunnen we alleen samen bereiken.

Invoerhandleiding Rechtentabblad Adlib. KADER: Status. Versie: 14 november 2018 Door: Lotte Baltussen en Caecilia Thoen. Rechtenstatus (VERPLICHT)

Verenigde Naties - Universele verklaring van de rechten van de mens (1948)

Ad van Hest. Titel project Leerarrangementen samenstellen met Wimba Create

13 H11 Logische schakelingen. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

AUTEURSRECHTEN IN DE DIGITALE LEEROMGEVING

NATIONALE COALITIE DIGITALE DUURZAAMHEID BEGINSELVERKLARING. CONCEPT 4 juni 2007 DE UITDAGING

ONZE AGENDA OPLEIDEN IN ROTTERDAM VOOR DE WERELD VAN MORGEN STRATEGISCHE AGENDA

STRATEGISCHE AGENDA DE WAARDE(N) VAN WETEN EN OPEN ONDERWIJS

Premaster Managementwetenschappen

STIMULERINGSREGELING OPEN EN ONLINE ONDERWIJS 2018 VOORLICHTINGSBIJEENKOMST 18 SEPTEMBER Vragen? #SURF_OO

project Voortgangstoetsen in de propedeuse - Lessons Learned

smartreaders printed readers en e-books voor studenten - online service voor organisatie en verkoop -

Reglement Stimuleringsregeling MediaMosa 2011:

Hoe kan Hogeschool Utrecht social media inzetten om een duurzame relatie op te bouwen met haar (oud) studenten?

OpenU, DLWO en curriculum. Wilfred Rubens

Voorwoord. Nienke Meijer College van Bestuur Fontys Hogescholen

Leren in netwerken met OpenU. Wilfred Rubens

Steden omvormen voor een betere kwaliteit van leven bevorderen van samenwerking door Living Labs. Deel 6: LEVER

Alle bestuursleden zijn gezamenlijk bevoegd om besluiten te nemen namens Stichting De Gouden Generatie

Verantwoording en implementatieplan "Activerende didactiek m.b.v. ipads" Scholengemeenschap Sint Ursula locatie Horn

Weblectures: een digitaal hulpmiddel ter intensivering van het onderwijs. Richard Deuzeman 5 maart 2010

Zin en betekenis van (kennis)valorisatie belicht en toegelicht (av)

Reprorecht. Eenvoudig en eerlijk geregeld

De dienstverlening van SURFnet Onderzoek onder aangesloten instellingen. - Eindrapportage -

SURFconext dienstbeschrijving

WAAROM? MAKEN EN ONDERWIJS EEN INITIATIEF OM HET MAAKONDERWIJS DE PLEK TE GEVEN DIE HET VERDIENT.

Digitale buurt(markt)plaatsen; welke kies je en hoe wordt die succesvol?

2013D50407 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Nummer 1 op de WO markt

gebruik van Creative Commons licenties in interne projecten

08 Praktische opdrachten. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Digitale Geletterdheid. Voor Praktijkonderwijs, VMBO, en HAVO / VWO. Producten en prijzen 2018 DIGIT DIGIT. DigitaleGeletterdheid.

Presenteren. Ambassadeurs digitale didactiek. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

1. De opbrengsten van de aanbevelingen van de commissie Bruijn

Hordenloop naar open en online onderwijs. Wilfred Rubens Robert Schuwer

Prestatie-indicatoren voor Valorisatie. Landelijke Commissie Valorisatie Delft, 12 mei 2011 Eppo Bruins Rens Vandeberg Leonie van Drooge

Emigratie hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie.

Onderzoeksopdracht Crossmedialab. Titel Blended Learning & Crossmedia

Nummer 1 op de WO markt

Special interest group Blended learning KICK-OFF BIJEENKOMST

Learning Analytics voor gerichte feedback en een beter leerresultaat

Spreken - Presenteren vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Wilco te Winkel. De (digitale) toekomst van de readerregeling voor het wetenschappelijk onderwijs

Lectoren gingen in zes groepjes uiteen om in vier rondes de volgende vragen te beantwoorden:

Wikiwijs in het HBO/WO

De motor van de lerende organisatie

A. Wat is een dynamisch model? CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Inleiding Sociale Wetenschappen. Studenten Aantal 953 Respondenten 54, 40 Ronde 1, 2. Datum uitvoering September 2010 Januari 2011 Collegeweblecture

Verslagen maken. Feenstra & Houter. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Educatieve Contentcatalogus (ECC)

De JB heeft binnen de UvA twee belangrijke partners: a. De Faculteit b. de UB

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA.DEN HAAG

samenvatting 1. Context, opdracht en aanpak

Transcriptie:

Open Educational Resources Toegang tot hoogwaardig onderwijs voor iedereen door Judith Evertse, oktober 2011 Open educational resources (OER) zijn open leermaterialen die online beschikbaar zijn voor (her)gebruik en onder voorwaarden gekopieerd, bewerkt en verspreid mogen worden. Dit artikel, het eerste in de artikelenreeks over Open Educational Resources, gaat in op de vraag wat open leermaterialen zijn, wat de voordelen zijn en wat de aandachtspunten zijn. Samenvatting Open leermaterialen, of Open Educational Resources (OER), zoals de internationale benaming luidt, kunnen een belangrijke rol spelen bij de transformatie naar een onderwijssysteem waarbij innovatie, maatwerk, hoge kwaliteit, kostenbesparing en efficiëntie samen gaan. OER zijn open leermaterialen (in de vorm van losse materialen en complete cursussen) die online beschikbaar zijn voor (her)gebruik en onder voorwaarden gekopieerd, bewerkt en verspreid mogen worden. Docenten kunnen met OER materialen van anderen hergebruiken en eventueel aanpassen, zodat deze aansluiten op de eigen onderwijscontext en de individuele leerstijlen en niveaus van hun studenten. Hierdoor kan het onderwijs niet alleen flexibeler, maar ook efficiënter en kostenbesparender worden ingericht. Delen van leermateriaal kan het onderwijs tevens een kwaliteitsboost geven, omdat instellingen als gevolg van de vergrote zichtbaarheid extra aandacht zullen besteden aan de inhoud en presentatie van hun cursussen en leermaterialen, en meer feedback kunnen ontvangen van de gebruikers. Universiteiten en hogescholen kunnen daarnaast met het openstellen van hun materialen een zeer gedetailleerd en uitgebreid beeld geven van hun opleidingen, waarmee zij studenten en promovendi kunnen aantrekken. OER bieden dus duidelijk voordelen voor instellingen, maar er zijn ook punten die de aandacht verdienen bij de overweging om deze leermaterialen in te zetten. Zo kan het voor de gebruiker nu nog behoorlijk ingewikkeld zijn om zijn weg te vinden in het brede en versnipperde OER-aanbod. Er is daarnaast nog weinig zicht op de kwaliteit van al deze materialen; wat ontbreekt is een overkoepelend systeem van kwaliteitstoetsing. Uitgeverijen en instellingen zullen zich moeten herbezinnen op hun verdienmodellen. En dan is er nog de kwestie van de auteursrechten die onlosmakelijk met OER is verbonden: producenten van OER zullen moeten bepalen onder welke voorwaarden zij hun materiaal willen openstellen, terwijl (her)gebruikers van OER rekening moeten houden met het feit dat op de materialen die zij inzetten het auteursrecht met verschillende vormen van gebruiksvoorwaarden (vastgelegd in licenties) van toepassing is. 1

Ontwikkeling naar een kenniseconomie In het verdrag van Lissabon uit 2007 is de ambitie uitgesproken om van Europa de meest concurrerende kenniseconomie ter wereld te maken. President Obama heeft zich ten doel gesteld om van de Amerikanen in 2020 weer de hoogst opgeleide en best toegeruste arbeidspopulatie ter wereld te maken. Om dit te kunnen bereiken zullen meer mensen moeten afstuderen. De enige manier om op dit punt te komen, is door een transformatie die het hoger onderwijs openstelt voor meer burgers, aldus Hal Plotkin, senior beleidsadviseur bij het Amerikaanse Department of Education (in Open Boek, in 2010 uitgegeven door de Open Universiteit.) In Nederland zijn de ambities en ontwikkelingen in lijn met die van de Verenigde Staten en Europa, wat concreet betekent dat ook in Nederland het aantal afgestudeerden fors zal moeten groeien. Dat gaat ook gebeuren: volgens de gegevens van het CBS in 2010 zal het hoger onderwijs tot 2020 een groei doormaken van zo n 25% in het hbo en maar liefst 40% in het wo. Duidelijk is dat de capaciteit en financiële middelen in het hoger onderwijs op dit moment ontoereikend zijn om deze groei te kunnen opvangen. Onderwijsinstellingen staan dus voor de uitdaging om met beperkte middelen een steeds groter wordende doelgroep te bedienen, en zich daarbij ook nog eens te onderscheiden van andere onderwijsinstellingen wereldwijd en in eigen land. Delen van kennis én onderwijs Het toegankelijk maken en delen van kennis kunnen hierbij een sleutelfunctie vervullen. In de eerste plaats wordt hierbij vaak gedacht aan onderzoeksmateriaal, maar ook het delen van onderwijsmateriaal draagt bij aan een grotere toegankelijkheid, innovatie en groei in het hoger onderwijs. Op meerdere plaatsen in de wereld gebeurt dit al, in de vorm van open leermaterialen die vrij toegankelijk zijn gemaakt en online worden aangeboden via websites en andere openbare repositories. Deze open leermaterialen, of Open Educational Resources (OER), zoals de internationale benaming luidt, kunnen fungeren als katalysator bij de transformatie naar een onderwijssysteem waarbij innovatie, maatwerk, hoge kwaliteit, kostenbesparing en efficiëntie hand in hand gaan. Daarnaast passen OER binnen de filosofie dat onderwijsmaterialen (of welke andere vorm van kennis dan ook) dat is ontwikkeld met publieke gelden beschikbaar moet worden gesteld aan de maatschappij. Open Educational Resources van het MIT Het Massachusetts Institute of Technology (MIT) vervult een onbetwiste voortrekkersrol als het gaat om de productie en publicatie van OER. Deze universiteit heeft vanaf 2000 bachelor-en mastercursussen beschikbaar gesteld via haar website voor een brede doelgroep van geïnteresseerden. In juli 2011 telde deze website 2074 cursussen. Gemiddeld trekt MIT OpenCourseware zo n miljoen bezeoekers per maand uit landen over de hele wereld (uit MIT Open Courseware s Monthly Report, gepubliceerd op http://ocw. mit.edu/about/site-statistics/monthly-reports). Maar waarom heeft MIT überhaupt besloten om zijn cursussen open te stellen voor een dergelijk groot publiek? In de eerste plaats heerste binnen MIT een gunstig klimaat om een dergelijk initiatief op te zetten en succesvol te maken: zowel de faculteiten als het bestuur van de instelling onderschreven de overtuiging dat het open publiceren van leermateriaal dat op het instituut wordt gebruikt mensen van verschillende achtergronden samen kan brengen en wederzijds begrip kan bevorderen (uit het UNESCO-rapport Open Educational Resources: Conversations in Cyberspace, 2009). Al snel bleek daarnaast dat het publiceren van Open Courses MIT geen windeieren heeft gelegd: deze instelling heeft veel positieve aandacht gekregen door zijn besluit om leermaterialen open beschikbaar te stellen, en heeft zichzelf hiermee in de etalage weten te zetten. Dit kwam duidelijk naar voren in een onderzoek, waarbij 31% van de aankomende MIT-studenten aangaf op de hoogte te zijn van het MIT OCW-project, en waarbij zelfs 35% van die studenten beweerde dat het project van significante invloed is geweest bij de keuze om aan MIT te gaan studeren. OER avant la lettre De ontwikkeling van Open Educational Resources in zijn algemeenheid is eigenlijk al ver voor het MITproject begonnen, met het Gutenberg-project, dat een pioniersrol vervulde. Dit project werd begin jaren zeventig opgezet door een student die op het idee was gekomen om tekstboeken in de universiteitsbibliotheek op te slaan op de computer, zodat die op die manier konden worden verspreid. De materialen binnen het Gutenberg-project worden in onze huidige visie als Open Educational Resources beschouwd, al werden ze in die tijd nog niet zo genoemd. Pas met de opkomst van open source software kwam er de noodzaak om ook voor open materiaal dat geen software was, een naam te bedenken. David Wiley, een van de pioniers op het gebied van Open Educational Resources, introduceerde hiervoor in 1998 de term Open Content. Vier jaar later werd tijdens een UNESCO-vergadering de naam Open Educational Resources gelanceerd, die specifiek betrekking heeft op open onderwijscontent. Familie van digitale openheid Open Educational Resources en Open Content zijn dus onderdeel van een familie van digitale openheid. Wanneer culturele en wetenschappelijke materialen voor iedereen beschikbaar worden gesteld onder een zogenaamde vrije licentie, spreekt men zowel van de 2

termen Open Access als van Open Content. Het verschil tussen deze twee is dat bij Open Access het kopiëren wel is toegestaan, maar niet het aanpassen van dat materiaal. In het geval van Open Content is het juist wel de bedoeling dat materialen bewerkt en eventueel verder verspreid worden. Open Educational Resources vormen een onderdeel van Open Content, waarbij de content is toegespitst op open leermaterialen. Er zijn verscheidene definities in omloop van het begrip Open Educational Resources. Ze verschillen van elkaar als het gaat om de mate waarin materiaal mag worden bewerkt zonder de toestemming van de oorspronkelijke auteur. Een ander verschil is of het materiaal voor commercieel (her)gebruik in aanmerking komt, wat in feite afhankelijk is van het soort licentie waaronder de materialen zijn gepubliceerd. De omschrijving die anno 2011 wereldwijd het breedst wordt gedeeld en waarin rekening is gehouden met de licentieverschillen kan als volgt worden geformuleerd: Open Educational Resources (OER) zijn gedigitaliseerde leermaterialen die vrij toegankelijk zijn voor gebruik door docenten en studenten, zonder dat daarvoor royalty s of licentiegelden betaald hoeven te worden. De digitale leermaterialen kunnen worden gedeeld via het internet of andere digitale media. OER worden meestal, maar zeker niet uitsluitend, gepubliceerd onder Creative Commons licenties. Zowel de oorspronkelijke eigenaren als de latere gebruikers van het leermateriaal moeten een helder begrip hebben van de licentievoorwaarden om te kunnen bepalen op welke manier de leermaterialen mogen worden gedeeld en gemixt. (vertaald uit Background and action paper on OER, door Paul West en Lorraine Victor, 2011) Een kortere definitie luidt: Open Educational Resources zijn open leermaterialen die online beschikbaar zijn voor (her) gebruik. Het kopiëren, bewerken en verspreiden van het materiaal is onder voorwaarden toegestaan. Verschillende vormen van toegankelijkheid Uit de definities kan men opmaken dat het begrip open meer omvat dan alleen gratis, en niet moet worden verward met deze laatste term. De focus ligt eerder op de (online) toegankelijkheid van de leermaterialen. Het gaat hier in de eerste plaats om materialen die voor een brede buitenwereld beschikbaar zijn, en dus niet alleen via een gesloten leeromgeving worden aangeboden. We kunnen daarbij uitgaan van verschillende vormen van toegankelijkheid, die samenhangen met de functies of activiteiten die met het materiaal kunnen worden vervuld. Die functies kunnen worden samengevat met behulp van de zogenaamde 4 R s (David Wiley): Reuse (of hergebruiken): Het recht om de inhoud te hergebruiken in onveranderde, letterlijke vorm. Revise (herzien): Het recht om de inhoud van leermaterialen aan te passen of te wijzigen. Remix (arrangeren): Het recht om de oorspronkelijke of herziene inhoud van leermaterialen te combineren met een andere inhoud om iets nieuws te maken ( een cursus). Redistribute (herverdelen): Het recht om kopieën van de originele inhoud, de herzieningen of arrangementen te delen met anderen. De materialen binnen OER Er zijn geen restricties aan de vorm van de leermaterialen. Open Educational Resources kunnen bestaan uit losse materialen, zoals artikelen, presentaties, podcasts, of weblectures, maar ook uit samengestelde leermaterialen, zoals cursussen die online worden aangeboden. In dat geval spreekt men van Open Courseware (OCW). Sommige open cursussen bieden daarnaast zelfs nog de mogelijkheid tot begeleiding door docenten of samenwerking met andere studenten via interactieve elementen die in de cursus zijn ingebouwd. 3

LOSSE OPEN LEEROBJECTEN: DE LEGOBLOKKEN VIDEO weblectures, instructievideo s, films etc. GAMES BEELD foto s, illustraties, screenshots, etc. AUDIO podcasts, audioboeken, etc. TOETSEN summatieve of formatieve toetsen TEKST artikelen, scripties, essays, opdrachten PRESENTATIES Powerpoint, Prezi ANIMATIES GEARRANGEERDE OPEN LEERMATERIALEN INFORMATIE-EENHEID samengesteld uit meerdere losse leerobjecten inclusief inhoudelijke context Bijvoorbeeld open tekstboeken, verrijkte publicaties, verrijkte weblectures LEEREENHEID samengesteld uit meerdere losse leerobjecten of informatie-eenheden inclusief inhoudelijke en didactische context Bijvoorbeeld Open Course Ware CERTIFICEERBARE LEEREENHEID samengesteld uit meerdere losse leerobjecten, informatie- of leereenheden inclusief inhoudelijke en didactische context inclusief de mogelijkheid een erkend (deel)certificaat te behalen Voor wie zijn de OER bedoeld? De brede toegankelijkheid die het internet biedt stelt een grote, maar ook zeer heterogene groep in staat om kennis te nemen van verschillende OER. Consumenten zijn met name de docenten en studenten. Docenten kunnen de leermaterialen (her)gebruiken in hun eigen onderwijs, terwijl studenten het materiaal gebruiken als extra voorbereiding op tentamens, als middel om gemiste colleges in te halen of om hun eigen kennis op een bepaald gebied bij te spijkeren. In het geval van de studenten kan het gaan om studenten die formeel staan ingeschreven bij een onderwijsinstelling en voor hun studie gebruikmaken van open leermaterialen van de eigen instelling of van derden. Daarnaast is er nog de grote groep van self-learners die niet formeel staan ingeschreven bij een onderwijsinstelling maar wel geïnteresseerd zijn in OER, en deze gebruiken ter verrijking van hun eigen kennis en ontwikkeling. Producenten van Open Educational Resources zijn in de eerste plaats de docenten, die verschillende soorten leermaterialen samenstellen (zoals readers, artikelen en presentaties), voor verschillende onderwijsdoeleinden. Docenten kunnen cursussen of losse materialen van de grond af zelf ontwikkelen, maar kunnen door het aanbod van OER inmiddels ook volop materialen van anderen hergebruiken en dit materiaal eventueel aanpassen, combineren en verspreiden, zodat deze aansluiten op de eigen onderwijscontext. Dit proces wordt ook wel arrangeren genoemd. Een vaak vergeten groep producenten van OER zijn de studenten zelf, die hun verslagen, scripties, samenvattingen of presentaties online kunnen zetten en toegankelijk kunnen maken onder een open licentie. Onderwijsinstellingen, maar ook de overheid, vervullen een speciale, meer coördinerende en faciliterende rol ten aanzien van OER, doordat zij visie en beleid ontwikkelen ten aanzien van OER, en de juiste infrastructuren mogelijk maken om de OER te kunnen maken en ontsluiten. Voordelen en aandachtspunten van Open Educational Resources Het open beschikbaar stellen van het studiemateriaal kan voor de verschillende beschreven doelgroepen en de onderwijsinstellingen waar zij deel van uitmaken 4

veel voordelen opleveren, maar er zijn ook enige aandachtspunten te noemen bij de overweging om OER in te zetten in het onderwijs. Hieronder geven we een korte beschrijving van achtereenvolgens de voordelen en de aandachtspunten. Voordelen Efficiënter onderwijs Met de komst van het internet kunnen leermaterialen sneller en makkelijker worden gedeeld dan ooit eerder mogelijk was, waarmee het bereik ervan in potentie enorm kan worden vergroot. Delen in de breedste zin van het woord wordt hiermee mogelijk: instellingen kunnen hun eigen materialen openstellen, maar ook gebruikmaken van materialen van andere instellingen in binnen-en buitenland. Het aanpassen van dat bestaande materiaal naar de eigen onderwijscontext kost meestal minder tijd dan het ontwikkelen van een cursus of module met uitsluitend eigen materiaal. Hiermee kan worden voorkomen dat reduplication of effort optreedt, waarbij docenten en instellingen veel moeite steken in het van de grond af opbouwen van een cursus, terwijl er al een kwalitatief gelijkwaardige of zelfs betere cursus is gemaakt over hetzelfde onderwerp door een andere instelling (uit: Background and action paper on OER door Paul West en Lorraine Victor, 2011). Een neveneffect is dat met de tijdswinst die hiermee geboekt wordt de docent de gelegenheid krijgt zich meer te concentreren op het onderwijs- en begeleidingsproces zelf, in plaats van op de materialen die dit proces moeten ondersteunen. Daarnaast is er de duidelijk meetbare fysieke kostenbesparing in de vorm van lagere ontwikkelkosten: er hoeven immers geen dure materialen of methodes meer te worden aangekocht, waardoor instellingen ook minder afhankelijk worden van commerciële uitgeverijen. Kwaliteitsboost door delen De vergrote zichtbaarheid van het onderwijs als gevolg van het delen van het materiaal maakt dat het ontwikkelen van goed onderwijs zowel voor de onderwijsinstelling als de docenten belangrijker wordt. Het gegeven dat hun materiaal door iedereen kan worden gezien zal bij docenten, studenten en andere producenten van OER een proces in gang zetten waarbij ze extra kritisch zijn op de inhoud en presentatie van de cursussen en leermaterialen die zij beschikbaar stellen. De toegankelijkheid van het materiaal schept daarnaast de mogelijkheid om van een veel grotere groep dan voorheen feedback te ontvangen, wat een goede gelegenheid biedt om het materiaal verder te verbeteren en aan te passen aan de beoogde doelgroepen. Het principe hierachter is: wat je weggeeft krijg je verbeterd terug. Het hergebruik van kwalitatief hoogwaardig leermateriaal van andere instellingen kan de kwaliteit van het onderwijs verder verbeteren. OER als motor van innovatie OER kunnen de innovatie binnen het onderwijs aanjagen. Doordat men gebruik kan maken van het materiaal van andere instellingen kunnen kosten, tijd en inspanningen worden bespaard bij de productie van onderwijsmateriaal, waarmee er meer ruimte komt voor de ontwikkeling van nieuwe onderwijsinnovaties. Die innovaties zelf kunnen met de OER in een stroomversnelling komen, omdat het openlijk delen van ervaringen en kennis de doorontwikkeling en verspreiding van innovaties kan bevorderen. Profilering Het brede publiek dat met de OER wordt bereikt biedt voor docenten een uitgelezen kans om zich (inter)nationaal te profileren. Maar ook de universiteiten en hogescholen als geheel kunnen zich met het openstellen van hun materialen in de kijker spelen, wat kan leiden tot meer waardering voor hun onderwijs. Waar voorheen met name de publicatie van onderzoeksresultaten meetelde voor de reputatie en zichtbaarheid van instellingen, kunnen nu ook onderwijsmaterialen in de etalage van een onderwijsinstelling worden geplaatst, waarmee zij de mogelijkheid krijgen om aan een grotere groep dan ooit te laten zien wat zij in hun huis hebben. Zo kunnen instellingen getalenteerde studenten en promovendi aantrekken en nieuwe partnerschappen met instellingen over de hele wereld creëren. Aankomende studenten kunnen een groot voordeel hebben bij de publicatie van OER, omdat zij daarmee een veel gedetailleerder en realistischer beeld krijgen van opleidingen dan zij ooit zouden kunnen vormen met behulp van de meer traditionele studievoorlichting. Het kan de reputatie van een instelling veel goed doen, want: wie weggeeft, komt te boek te staan als autoriteit, aldus Paul Rullmann, lid van het College van Bestuur van de TU Delft, in Open Boek. Een leven lang flexibel leren OER maakt het voor een grote wereldwijde groep die geen toegang heeft tot traditionele opleidingen mogelijk om toch aan het hoger onderwijs deel te nemen, en zich een leven lang te blijven ontwikkelen. Studenten en self-learners hebben immers altijd en overal de beschikking over kwalitatief hoogwaardige leermaterialen, die zij kunnen gebruiken voor het vergaren van kennis en het zich eigen maken van vaardigheden ten behoeve van hun studie, hobby of werk. De toegang tot een breed scala aan beschikbare OER zorgt ervoor dat het leertraject kan worden aangepast aan de individuele leerstijl, doelstellingen en het niveau van de student, wat flexibel onderwijs mogelijk maakt. 5

Aandachtspunten Vindbaarheid Het aanbod van vrij beschikbare OER groeit wereldwijd snel, wat maakt dat voor de gebruikers een enorme rijkdom aan materialen en kennis openligt. Maar hoe vind je in dat brede en dikwijls versnipperde aanbod nu de juiste cursussen? Karl Dittrich, voorzitter van de Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie (NVAO), in Open Boek: Het is niet voor iedereen weggelegd om zelfstandig te grasduinen in een grote berg informatie. Studenten hebben [ook nog altijd] behoefte aan structuur. Producenten van OER zouden daarom naast de ontwikkeling van de OER ook de nodige aandacht moeten besteden aan de vindbaarheid van hun materialen, door goede zoekmogelijkheden te bieden, en verschillende bronnen van OER te bundelen en zo mogelijk op een centraal punt te ontsluiten (uit Background and Action Paper, 2011). Herbruikbaarheid van OER Een ander aandachtspunt is de herbruikbaarheid van open leermaterialen. Wanneer auteurs een licentie aan het leermateriaal toekennen waarbij bewerking of remixen is toegestaan, zou het materiaal ook moeten worden aangeboden in een vorm die dat mogelijk maakt, liefst gebruikmakend van open standaarden. Dat is nu nog lang niet altijd het geval. Kwaliteit en betrouwbaarheid van OER Het grote aanbod aan OER maakt het voor de gebruiker niet alleen lastig om de relevantie van de opengestelde materialen te bepalen, maar ook om de kwaliteit daarvan vast te stellen. Er bestaat voor OER namelijk nog geen overkoepelend systeem van kwaliteitsbewaking, zoals dat wel wordt ingezet bij de publicatie van onderzoeksartikelen. Zonder een dergelijk kwaliteitszorginstrument kunnen gebruikers gaan twijfelen aan de betrouwbaarheid van OER, wat een belemmering kan zijn om ermee kennis te maken. Systemen die men hiervoor zou kunnen gebruiken zijn: kwalitatieve beoordeling door gebruikers, een kwantitatieve beoordeling in de vorm van het aantal downloads en bezoeken aan een website met OER, of de inzet van keurmerkgroepen. Auteursrechten Open leermaterialen moeten formeel open worden gesteld om werkelijk vrij toegankelijk te kunnen zijn, zonder dat daarbij de rechten van de oorspronkelijke auteur uit het oog worden verloren. In het geval van OER wordt hiervoor vaak een Creative Commonslicentie ingezet: werken die onder deze licenties worden vrijgegeven mogen worden (her)gebruikt of aangepast (afhankelijk van welk soort Creative Commons-licentie van toepassing is) zonder de auteur of maker van het werk daarvan op de hoogte te hoeven stellen. Voordat instellingen of docenten/ studenten gaan beginnen met het ontwikkelen en delen van OER zullen zij zich er dus van bewust moeten zijn dat zij zelf kunnen bepalen onder welke voorwaarden zij hun materiaal willen openstellen. (Her)gebruikers van OER moeten rekening houden met het feit dat op de materialen die zij inzetten verschillende soorten (al dan niet Creative Commons-) licenties kunnen rusten en dat zij eerst moeten bepalen of zij leermaterialen die onder verschillende licenties zijn vrijgegeven zomaar mogen combineren of aanpassen tot een cursus. Onbekendheid met dit onderwerp kan voor velen binnen de onderwijswereld een drempel zijn om OER-materiaal te produceren, delen en/of te gebruiken. Het is daarom noodzakelijk om de potentiële doelgroep van docenten, studenten en andere betrokkenen binnen onderwijsinstellingen zo goed mogelijk voor te lichten over auteursrechten en OER, en de verschillende licenties die binnen dit gebied van kracht zijn. Verdienmodellen Bij het onderwerp OER kan men niet zomaar voorbijgaan aan het onderwerp van de financiering. Zowel instellingen als de traditionele leveranciers van onderwijsmaterialen, de commerciële uitgeverijen, zullen zich door de komst van de OER moeten herbezinnen op hun verdienmodellen. Het ontwikkelen en ontsluiten van de OER kan een instelling immers veel geld en tijd kosten, en om deze te kunnen blijven maken en aanbieden zullen ze hier uiteindelijk iets voor terug moeten krijgen. In het MIT-voorbeeld kan men zien dat de investeringen die deze instelling heeft gemaakt met het openstellen van hun cursussen extra inkomsten heeft opgeleverd in de vorm van een grotere instroom van studenten. Maar er zijn ook nog andere manieren te bedenken waarbij instellingen worden ondersteund in de financiering van de OER, door subsidies van de overheid en andere grote organisaties, sponsoring of donaties, of door in samenwerking met andere onderwijsinstellingen OER te ontwikkelen. Uitgeverijen verdienen hun inkomsten met het bundelen en het structureren van kennis en het samenbrengen hiervan in een boek of een tijdschrift. Juist met de komst van de OER en het daarmee samenhangende brede aanbod aan informatie hebben de uitgeverijen in deze functie meer dan ooit een toegevoegde waarde, aldus René Montenarie, secretaris van de Groep Educatieve Uitgeverijen in Open Boek. Uitgeverijen zouden een soort van makelaars in informatie kunnen worden. Interactie Verschillende deskundigen zijn het erover eens dat alleen het beschikbaar stellen van onderwijsmateriaal niet voldoende is, maar dat ook begeleiding en context onmisbaar zijn in een kwalitatief hoogwaardig 6

onderwijssysteem, in de vorm van interactie tussen studenten en docenten. Wim Liebrand in Open Boek: Goede interactie is mijns inziens nodig wil je de kwaliteit van het leren verbeteren. Je ziet bij de echt goede voorbeelden van OER dat er een component aan wordt toegevoegd: het community-idee. Bijvoorbeeld bij de Open High School of Utah, die materiaal online aanbiedt, maar ook zorgt voor de mogelijkheden om dat materiaal met een tutor - als je die nodig hebt - verder te bestuderen of te verwerken. Nederlandse voorbeelden van OER Het fenomeen OER krijgt steeds meer bekendheid in Nederland en het produceren, delen en hergebruiken van open leermaterialen is op gang gekomen, met de Open Universiteit en Technische Universiteit Delft als voorlopers. Het ministerie van OCW ziet ook de voordelen die het gebruik van OER in het Nederlandse onderwijs kan opleveren, en subsidieert en faciliteert het Wikiwijs-project, waarbij op één plaats digitaal leermateriaal wordt ontsloten voor alle onderwijssectoren. Dit artikel maakt deel uit van de artikelenreeks over Open Educational Resources, die wordt uitgebracht in het kader van het OER programma dat in april 2011 van start is gegaan binnen SURF. Doelstellingen van het OER-programma zijn het vergroten van de awareness van OER binnen het Nederlandse hoger onderwijs, het faciliteren van instellingen voor hoger onderwijs bij het ontwikkelen van een visie rondom OER, en het stimuleren van ontwikkeling en (her)gebruik van OER in het Nederlandse hoger onderwijs. >> www.surffoundation.nl/oer Literatuurlijst D Antoni, S., red. (2009). Open Educational Resources: Conversations in Cyberspace. UNES- CO-rapport. Kort, M. de, red. (2010). Open Boek. Over open educational resources in Nederland. Heerlen: Open Universiteit. MIT Open Coruseware s Monthly Report, van http://ocw.mit.edu/about/site-statistics/monthlyreports/, geraadpleegd op 13 september 2011. SURFfoundation Graadt van Roggenweg 340 Postbus 2290 3500 GG Utrecht T +31 (0)30 234 66 00 F +31 (0)30 233 29 60 info@surf.nl www.surf.nl Oktober 2011 West, P. & L. Victor (2011). Background and Action Paper on OER. A Background and Action Paper for Staff of bilateral and multilateral Organizations at the Strategic Institutional Education Sector Level. Deze publicatie verschijnt onder de Creative Commons licentie Naamsvermelding 3.0 Nederland. http://creativecommons.org/ licenses/by/3.0/nl/ 7