Wat is belangrijk bij een onderzoek met een intensieve dagboek methode? Valkuilen en voordelen Laura Steenhuis, Hanneke Wigman, Sanne Booij, Roos Willemsen en Marike Fowler
Wie zijn wij? Laura Steenhuis - Promovenda Rijksuniversiteit Groningen Project: de voorspellende waarde van sociale context op psychotische ervaringen bij jongeren. Hanneke Wigman Post- Doc Universitair Centrum Psychiatrie Projectleider MIRORR project Persoonlijke paden van risico en veerkracht Veni beurs Sanne Booij Post- Doc op het MIRORR Project Expert dagboek analyse methoden bij Universitair Centrum Psychiatrie. Marike Fowler & Roos Willemsen Toegepaste Psychologie Hanze hogeschool, Stagiaires MIRORR Project
Workshop Overzicht Achtergrond informatie Voordelen van de dagboekmethode MIRORR project 6 Stappen van Dagboek Onderzoek CASUS & Discussie Hoe passen we de 6 stappen toe op een CASUS?
Dagboek methode Waarom gebruiken we het? Dagboek studies In het moment (meer betrouwbaar niet retrospectief) Meten in natuurlijke context Breder inzicht op beïnvloedende factoren Kan fluctuatie meten Kan causaliteit beter bepalen
Onze studie: het MIRORR project Studie naar het ontstaan en ontwikkelen van psychische klachten bij jongeren met kwetsbaarheid voor psychose. Met de dagboek methode willen wij: per persoon in kaart te brengen hoe het ene symptoom tot de andere leidt welke factoren een rol spelen bij het in stand houden of verdwijnen van de klachten.
DYNAMISCHE VERBANDEN mensen vragen te veel van mij Hoe veranderingen in gevoelens en gedragingen elkaar opvolgen in de tijd: Wat gaat vooraf aan wat?
6 stappen van dagboek onderzoek 1. Onderzoeksvraag 2. Onderzoekspopulatie 3. Variabelen 4. Meet frequentie 5. Duur van de studie 6. Analyses
1. Onderzoeksvraag Alle datapunten aggregeren voor een betrouwbaar gemiddelde per persoon (Individuele verschillen in) verandering over de tijd (Individuele verschillen in) binnen- persoons processen
1. Onderzoeksvraag Welke factoren uit het dagelijks leven hangen samen met het hebben van positieve psychotische ervaringen? Welke invloed hebben positieve en negatieve symptomen op elkaar over de tijd? Welk symptoom speelt een centrale rol in het symptoomnetwerk?
2. Onderzoekspopulatie Eigenschappen van de populatie Groepsgrootte: Individu Enkele cases Grote groep Stagering: Algemene bevolking Mensen met verhoogd risico Klinische populatie Zorgvorm: Ambulant Gehospitaliseerd Geslacht: Man Vrouw Leeftijd: Adolescent Volwassen
2. Onderzoekspopulatie Voorbeelden Een steekproef uit de algemene bevolking Een groep jongvolwassenen met een psychometrisch verhoogd risico op het ontwikkelen van psychose Een mannelijke patiënt die een psychose door heeft gemaakt
3. Variabelen Eigenschappen van de variabelen Rol in de analyse: Voorspeller Beide Uitkomst Mate van verandering: Fluctuerend Stabiel Type variabele: Continu Ordinaal Dichotoom Meetmethode: Objectief Subjectief Vorm van te meten gedrag: Ernstige symptomen Milde symptomen / ervaringen Normale variatie in gedrag
3. Variabelen (en hoe te meten!) Voorbeelden Sociale contacten: Plezierigheid van sociale contacten in het afgelopen dagdeel - 3 tot 3 (zeer onplezierig tot zeer plezierig) Gevoelens: Positieve & negatieve emoties, high & low arousal emoties 0 100 (helemaal niet tot zeer) Psychotische ervaringen: Stemmen horen, wantrouwig voelen, iets vreemd gebeurd dat moeilijk was te verklaren 1 7 (helemaal niet tot zeer)
Stap 4: Meetfrequentie en interval Met wat voor intervallen: Gebeurtenis afhankelijk (event- contingent) Tijdsafhankelijk (time- contingent) Willekeurige momenten (random) of vaste tijdstippen (fixed) Hoe vaak precies: Fluctuatie In het nu versus terugvragen
Stap 4: Meetfrequentie en interval Voorbeelden Emoties: 3 10 x per dag Stemming: 1 3 x per dag Stemmen horen: 1-10 x per dag Dagelijkse gebeurtenissen: Sociale interacties: 1 10 x per dag Stressvolle momenten: 1 10 x per dag
Stap 5: Meetperiode Individu: minimaal 60 x meetinterval Groep: afhankelijk van groepsgrootte In werkelijkheid: afhankelijk onderzoekspopulatie en inbedding Leeftijd Veel andere tests, vragenlijsten? Is het haalbaar voor specifieke populatie? van
Stap 6: Statistische analyse Groepsanalyse: Linear mixed models of uitbreidingen daarvan Individuele analyse: Tijdreeksanalyses gelijke meetintervallen (VAR, ARIMA) Overige, nieuwere methodes: GIMME BHOUM
CASUS YOUR TURN! o Stap 1 Onderzoeksvraag o Wat bepaalt dat een jonge man, van 18 jaar, stemmen hoort en hier last van heeft? o Stap 2 - Onderzoekspopulatie o Een jonge man zonder psychiatrische diagnose. Hij hoort stemmen en heeft hier ook last van. o Stap 3, 4 en 5?
Stap 3: variabelen Stap 4: meetfrequentie & intervallen Stap 5: meetperiode
Discussie Wat voor onderzoeken hebben jullie bedacht? Wat was de moeilijkste beslissing om te nemen? Wat voor voordelen zitten er aan deze technieken? Wat voor nadelen? Ervaringen van anderen?
Laura steenhuis l.a.steenhuis@rug.nl Sanne booij s.h.booij@umcg.nl Hanneke Wigman j.t.w.wigman@umcg.nl Marike Fowler m.j.fowler@umcg.nl Roos Willemsen r.m.willemsen@umcg.nl Contact gegevens