AAN HET WERK MET HET NETWERK DE ROL VAN HET SOCIAAL NETWERK IN DE ZORG VOOR MENSEN MET AUTISME Loes Osinga Lectoraat Levensloopbegeleiding bij autisme
PROGRAMMA Lectoraat Levensloopbegeleiding bij autisme Sociale netwerken bij mensen met autisme Instrument Netwerk in Actie (NiA) Aan het werk met het netwerk Eerste bevindingen Strategieën om het netwerk te versterken
LECTORAAT LEVENSLOOPBEGELEIDING BIJ AUTISME Praktijkgericht onderzoek. Verbinding onderzoek, onderwijs, werkveld. Samenwerking met mede-initiatiefnemer Dr. Leo Kannerhuis. Onderzoeksthema s: levensloopbegeleiding, sociale technologie, sociale netwerken, participatie
SOCIAAL NETWERK BIJ MENSEN MET AUTISME Maatschappelijke ontwikkelingen: participatie en zelfredzaamheid Onderzoek bij kinderen en jongeren met autisme: Kinderen en jongeren met autisme ervaren minder sociale steun, voelen zich eenzamer en hebben minder vriendschappen De vriendschappen die ze hebben zijn oppervlakkiger: namelijk minder hecht, minder helpend en minder intiem Er is sprake van een lagere sociale participatie, zo hebben ze minder contact met vrienden buiten school en bevinden zich in de periferie van het schoolnetwerk
SOCIAAL NETWERK BIJ MENSEN MET AUTISME Onderzoek sociaal netwerk van jongvolwassenen met autisme die zelfstandig wonen: Mensen met autisme minder vaak tevreden met hun netwerk dan controlegroep en mensen met een verstandelijke beperking. Sociaal netwerk van mensen met autisme is kleiner. Minder informele netwerkleden en familieleden. Nemen zelf minder initiatief tot contact. Geven veel waardering aan contact met professionals. Zouden beter contact met familie willen. Zouden netwerk met vrienden willen uitbreiden. (van Asselt, Embregts, Hendriks, Wegman en Teunisse, 2014)
EERDERE ONDERZOEKEN Onderzoek bij ouders van kinderen en jongeren met autisme: Sociale steun zorgt ervoor dat ouders beter kunnen omgaan met de stress die het opvoeden van een autistisch kind met zich meebrengt. (Siman-Tov en Kaniel, 2011) Een groot sociaal netwerk zorgt voor meer welbevinden bij moeders met een autistisch kind. Sociaal netwerk heeft meer invloed op het welbevinden dan de gedragsproblemen van het kind. (Smith, Greenberg, Seltzer, 2011)
NETWERK IN ACTIE (NIA) Waarom een nieuw meetinstrument? Richtlijn netwerkversterking voor het Dr. Leo Kannerhuis Actiegericht, in kaart brengen 3 aspecten: de invloed van het sociaal netwerk op het functioneren mogelijkheden tot netwerkversterking inzetbaarheid van het netwerk in de behandeling Steunende èn belemmerende factoren
NETWERK IN ACTIE (NIA) Totstandkoming van het instrument Voor wie? Alle leeftijden Client met ASS Ouders/naaste Hoe ziet het instrument eruit? Digitale vragenlijst Verdiepend gesprek + beoordeling behandelaar
NIA - DIGITALE VRAGENLIJST Doel van het instrument: Het helpt de behandelaar om aan de hand van de uitkomsten van verschillende informanten op vragenlijsten over het netwerk tot een oordeel over de sterkte van het sociaal netwerk te komen en geeft aangrijpingspunten om met het netwerk aan de slag te gaan in de behandeling. Instructiefilmpje
NIA - DIGITALE VRAGENLIJST Wensen, behoeften, leerpunten op levensgebieden Steunend en belemmerend Praktische en Emotionele steun, Interpersoonlijke stress Type contact, woonafstand etc. Wensen m.b.t. Sociaal netwerk en betrokkenheid in behandeling
NIA - VERDIEPEND GESPREK Lees de uitkomsten en noteer opvallendheden, zoals: Geen of weinig personen ingevuld? Aard van de relaties, informeel of professioneel? Personen die zeer steunend of zeer belemmerend zijn. Heeft cliënt wensen tot verandering van het sociaal netwerk
NIA - VERDIEPEND GESPREK Na afloop van het gesprek kun je de volgende vragen beantwoorden: 1. Is het wenselijk om client te helpen bij het krijgen van een voldoende steunend sociaal netwerk? 2. In hoeverre is hij/zij eraan toe om met hulp te werken aan een voldoende steunend sociaal netwerk? 3. Wat zou een eerste stap kunnen zijn om te komen tot een steunend sociaal netwerk?
NIA RICHTLIJNEN GESPREK 1. Herkennen: benoem de uitkomst Bijvoorbeeld: Je hebt aangegeven dat er iemand is die jou steunt en belemmert bij jouw Zelfstandig functioneren. 2. Begrijpen: bevraag de reden van de uitkomst Bijvoorbeeld: Kun je uitleggen wat je hiermee bedoelt? Kun je hier een voorbeeld van geven? Kun je uitleggen waarom je dit zo ziet/wilt? 3. Waarderen: wat vindt cliënt ervan? Bijvoorbeeld: Wil je eraan werken? Wanneer wil je eraan werken (andere prioriteiten?) 4. Handelen: bevraag mogelijkheden voor interventie aan cliënt Bijvoorbeeld: Wat zou een eerste stap kunnen zijn om een steunend sociaal netwerk te krijgen? (wie, wat, waar, wanneer en hoe).
PLENAIR: ERVARINGEN 1. Is het wenselijk om de cliënt te helpen bij het krijgen van een voldoende steunend sociaal netwerk? 2. In hoeverre is cliënt eraan toe om met hulp te werken aan een voldoende steunend sociaal netwerk? 3. Wat zou een eerste stap kunnen zijn om te komen tot een steunend sociaal netwerk?
EERSTE BEVINGEN MET DE NIA
TEVREDENHEID MET HET SOCIAAL NETWERK 5= Zeer tevreden 4= Tevreden 3= Neutraal 2= Ontevreden 1= Zeer ontevreden 5 4 3 2 1 0 Tevredenheid naaste met netwerk client (176) Tevreden client met eigen netwerk (113) Tevredenheid naaste met eigen netwerk (174)
SOCIALE NETWERKEN VERSTERKEN & SOCIALE NETWERKEN UITBREIDEN
SOCIALE NETWERKEN VERSTERKEN Welke interventies kennen jullie om sociale netwerken te versterken? (van Asselt, 2014)
SOCIALE NETWERKEN VERSTERKEN (van Asselt, 2014)
SOCIALE NETWERKEN UITBREIDEN Welke interventies kennen jullie om sociale netwerken uit te breiden? (van Asselt, 2014)
SOCIALE NETWERKEN UITBREIDEN (van Asselt, 2014)