OVERLEVENISMEEDOEN. Ook in de Sport!



Vergelijkbare documenten
Vitale sportverenigingen

Notitie toekomstig sportinfrastructuur gemeente Apeldoorn

Thema: Toekomstige sportinfrastructuur gemeente Apeldoorn

12 Sportbeleidsstukken

Juni Visie op Sportbeleid VVD Smallingerland

Sport biedt veel mensen ontspanning en draagt ook bij aan de gezondheid van mensen en aan de sociale contacten.

Fit en Gezond in Overijssel 2016

Versterking. Visie & plan toekomst sportverenigingen in Nederland Professionalisering Positionering Samenwerking

Anders georganiseerd sporten: verder kijken dan de sportvereniging

Samen zetten we niemand buitenspel! Sportvisie gemeente Hilvarenbeek. Tim Haans

Sportaccommodatiegebruik in de toekomst: implicaties van trends en ontwikkelingen

Maak van uw gemeente. een sportgemeente! Olympische ambities van morgen als motor voor lokale vernieuwing en ontwikkeling vandaag

Visie. Yfke hoek Kjel de Vries Jorella Croes Joël Wagenaar Jordy Pijpker Marouan Achammachi. Team 13

PROVINCIAAL BLAD VAN ZEELAND

Team Breda Breda brengt het samen 2

Evaluatie sportbeleid

Sport toekomstverkenning (STV) Hans Arends, Dayenne L abee Inspiratiebijeenkomst Watersportverbond 29 november 2017 (DeWeerelt, Utrecht)

Sport en Bewegen in Brielle. 4 februari 2019

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Nota sport- en bewegen Cranendonck Samenvatting

Raadsvoorstel Sportvisie

HERIJKING SPORTBELEIDSNOTA ALBLASSERDAM 8 NOVEMBER 2012

Sport en lokaal beleid: meten is weten

Integraal (sport) beleid. Lerende Netwerken 18 april Zaanstad

Sport en bewegen in Vaals

Wat kunnen de programma's 'Sport, Bewegen in de Buurt' en 'Veilig Sportklimaat' voor uw vereniging betekenen? Peet Mercus en Jan Minkhorst, NOC*NSF

RAADSVOORSTEL Rv. nr..: B&W-besluit d.d.: 2 februari 2010 B&W-besluit nr.:

Illlllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll. Raadsvoorstel. Onderwerp: Beslispunten: De Visie op sport en bewegen in Houten in 2025 vast te stellen

Onderzoek naar de nieuwe vrijwilliger in de sport in Ommen en Hardenberg. Rapportage 31 mei 2017

Beleidsregels sport (2005 en verder)

Olympisch Plan Brabant:Versterken sportinfrastructuur

Burgerijenquête Sporten en gebruik gemeentelijke sportaccommodaties

Bijlage bij notitie ZWC-0891 Versterking sportinfrastructuur Brabant: uitwerking investeringsvoorstel

Sport in beweging. Beleidsnota Sport en Bewegen in Harderwijk Sport en Bewegen in Harderwijk

Veilig opgroeien in Leeuwarden Factsheet Haulerwijk. bijlage

Sportcafé: een toekomstbestendige sportvereniging in Stichtse Vecht. Welkom!

Sportvisie Heeze-Leende Jubelen, Klagen, Acties en Prioriteiten. Bijeenkomst maandag 3 oktober 2011

JAARPLAN 2018/

BIJLAGE 1 Maatschappelijke ontwikkelingen en trends op het gebied van sport en bewegen

Startnotitie. Vrijwilligerswerk Vrijwilligers maken het verschil! Versie: 21 april

Iedereen actief. Sportvisie Vanuit huidige kracht naar een gezonde toekomst. Gemeente Oost Gelre

Zet u straks ook een combinaris in?

Provinciaal blad 2010, 65

Sportagenda Apeldoorn

De burgemeester, Mr. J.H.C. van Zanen

Beleidsplan Sport. Maart 2008

Subsidiebeleidsregels sport 2014

CDA SPORTVISIE NIEMAND BUITENSPEL _

Maatschappelijke opgave 1a: Een gezonde geest in een gezond lichaam

* Medegefinancierd door het Ministerie van OCW 5

Beweegrichtlijnen en beleid

Voortgangsrapportage Sportnota Ploegenspel

Tynaarlo, Olympisch in de breedte

2 de bijeenkomst Contactraad SRM. 19 maart 2018

Actieplan. Aangepast Sporten Noordoostpolder

Van: het Algemeen Bestuur van de Stichting Topsport Overijssel, Regio Twente

Waar sporten we in 2030? 10 maart 2016 Dag van de Sportaccommodaties

Investeren in en meedoen aan sport in Arnhem

Uitvoeringskader combinatiefuncties/buurtsportcoach 2015 e.v. Versie

Raadsbrief. Geachte leden van de raad,

Bunnik in Beweging 2017

Inspiratiebijeenkomst VSG Modern Sport- en Beweegbeleid

Kadernotitie Sportbeleid Wat Hoogeveen beweegt

Tips voor verenigingen

Gemeente Venlo Verenigingsondersteuning met marketingstrategie. Henri Elbersen Senior consulent verenigingsondersteuning

Impuls brede scholen, sport en cultuur

Overname van dit rapport of gedeelten daaruit is toegestaan, mits de bron wordt vermeld.

Subsidieaanvraag Combinatiefuncties Gemeente Almere

Sportvoorzieningen en sportdeelname in stad en land

Startnotitie Kadernota sport en bewegen in Zuidoost Friesland Opsterland, Weststellingwerf en Ooststellingwerf

Voorstellen, acties en uitvoering Sportnota

Index. 1. Waar komen we vandaan? Waar gaan we naartoe? Beleidsthema s

Sport Federatie Soest Pagina 1 van 1

Van realiseren naar optimaliseren Open atelier, Grip op sport. Margot Icking, Hospitality Consultants 23 september 2010

C. Sportevenementen beter benutten om sport en bewegen te promoten. Pagina 6. C. Vernieuwe afspraken met buitensportverenigingen Pagina 9.

RAADSVOORSTEL. Raadsvergadering. Onderwerp Kunstgras SV Odijk voetbal, renovatie trainingsveld met garantstelling. Aan de raad,

Plaatselijk Belang Scharsterbrug. Missie, Visie en Strategie

Steven Dijk. Oorlogswinter 2013 Landelijke tournee Peer Gynt (Zuidelijk Toneel)

Procesaanpak Sportbeleid gemeente Lingewaard

RAADSBIJEENKOMST LELYSTAD SESSIE 6

*Z0300EA3652* Beslispunten Uw raad wordt geadviseerd de beleidsnotitie sport de gezonde beweging vast te stellen.

1. Waarom is het systeem van talentherkenning in Nederland nog relatief onderontwikkeld?

BELEIDSCYCLUS MISSIE VISIE AMBITIE 2016: DE NTFU OP KOP STRATEGISCHE PIJLERS VOORWAARDEN

Gemeenten kunnen lokaal kiezen waarom ze voor Sportdorp kiezen en wat ze hierin belangrijk vinden.

389 van de 770 benaderde panelleden hebben de vragenlijst ingevuld; ruim 50%.

Factsheet Sportparticipatie in Utrecht

Limburgse Olympische Ambitie (LOA) Heel Limburg op Olympisch niveau

COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS - BESLUIT

Sportnota Boxmeer: een sportief elftal! Terug naar eerste pagina

1. de missie, visie en de doelstellingen te onderschrijven als basis voor het nieuwe sportbeleid van de gemeente Winsum;

PROVINCIAAL BLAD. Nr Nadere subsidieregels sport Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Sportnota 'De Bilt: topper in sport en bewegen ' Actualisatie van de sportnota. 1. Inleiding

De kracht van Sport Samen in beweging! Samenvatting visie, ambities en acties (concept)

Raadsbesluit. 17 december 2014 Aanwijzingsbesluit diensten van algemeen economisch belang (DAEB)

Gemeenteraad Amsterdam t.a.v. Raadscommissie Zorg en Sport Postbus AE Amsterdam. Amsterdam, 18 november 2014

Programmaspecifieke Vragen Lijst

Jaarplan Verenigingsondersteuning Inleiding

Sport in Transitie. Feiten achter een verhaal

UZSC 2025 Ambities en hoe we die willen bereiken

Sportaanbiedersmonitor

Transcriptie:

OVERLEVENISMEEDOEN Ook in de Sport! Notitie Sportraad Apeldoorn (VSA) over de toekomstige sportinfrastructuur gemeente Apeldoorn, mei 2013

2

3 Inhoud Hoofdstuk 1: Inleiding pagina 5 Hoofdstuk 2: Samenvatting en vervolgstappen pagina 7 Hoofdstuk 3: Landelijke trends en ontwikkelingen pagina 9 Stand van zaken: Rijksbeleid pagina 11 Provinciaal beleid pagina 13 Lokaal beleid pagina 14 Hoofdstuk 4: De vitale sportvereniging pagina 17 Hoofdstuk 5: Sportaccommodatiebeleid pagina 21 Hoofdstuk 6: Huidige en toekomstige situatie pagina 23 Hoofdstuk 7: De rol en het toekomstig verwachtingspatroon van: Gemeente Apeldoorn pagina 37 De sportverenigingen pagina 39 Sportraad Apeldoorn pagina 40 Bijlagen: Overzicht van het aantal actieve sporters per tak van sport in verenigingsverband pagina 43 Overzicht van het aantal gymzalen en sporthallen pagina 46 Overzicht aantal voetbalverenigingen in relatie tot de aanwezige en noodzakelijke wedstrijdvelden pagina 48 Overzicht van het aantal verzonden vragenlijsten in relatie tot terugontvangen lijsten pagina 49 Overzicht van en inzicht in reacties van verenigingen over samenwerking met andere verenigingen/partijen pagina 50 Overzicht van de wens voor een eigen accommodatie pagina 52 Overzicht gebruik accommodatie door derden pagina 54 Overzicht toekomstige samenwerking met andere verenigingen/partijen pagina 55 Overzicht van verwachte uitbreiding van aantal actieve leden pagina 58 Overzicht van verwachtingspatroon/visie over toekomstige sportinfrastructuur pagina 61

4

5 Hoofdstuk 1 Inleiding Voor u ligt een notitie die richting geeft op welke wijze volgens de Sportraad Apeldoorn vanaf het jaar 2014 invulling zou moeten worden gegeven aan de sportinfrastructuur in de gemeente Apeldoorn. Aanleidingen hiertoe zijn: De kerntakendiscussie die in 2010 heeft plaatsgevonden (wat doen wij als Gemeente nog zelf en wat laten wij over aan de burgers en organisaties). De bezuinigingen in het kader van de Voorjaarsnota 2011 en de Zomernota 2012. Het niet meer up to date hebben van een nota sportbeleid. Sportraad Apeldoorn heeft het initiatief genomen om hiervoor een eerste aanzet te geven. Niet alle facetten van het sportbeleid zullen in deze notitie aandacht krijgen. Ingegaan wordt op onder meer het optimaliseren en waar gewenst dan wel noodzakelijk afstoten van sportvoorzieningen, alsmede op het samenwerken en waar gewenst dan wel noodzakelijk fuseren van sportverenigingen. Beide facetten passen binnen het huidig sportbeleid van de gemeente Apeldoorn, voortvloeiende uit de besluitvorming die in de jaren 2010 tot en met 2012 in de gemeenteraad van Apeldoorn heeft plaatsgevonden. Daarnaast wordt in de notitie inzicht gegeven in de volgende items: De huidige en toekomstige situatie voor wat betreft de sportparticipatie, het aantal sportvoorzieningen en het aantal sportverenigingen in de gemeente Apeldoorn. De demogra ische ontwikkelingen in de gemeente Apeldoorn. De nieuwe en toekomstige sportontwikkelingen en trends op landelijk, provinciaal en lokaal niveau. Op welke wijze kan nog worden voldaan aan behoud en optimalisering van een sportinfrastructuur en wat wordt verstaan onder een vitale sportvereniging. De rol en het toekomstig verwachtingspatroon van het gemeentebestuur van Apeldoorn, de sportverenigingen en Sportraad Apeldoorn. De conclusies uit vorenstaande zijn samengevat in hoofdstuk 2. Wij hopen dat deze notitie een bijdrage levert aan het toekomstig sportbeleid van de gemeente Apeldoorn. Een antwoord geeft op een terugtredende overheid die meer verantwoordelijkheid neerlegt bij de samenleving door middel van burgerinitiatief. Een activerende en faciliterende overheid die meer ruimte geeft voor eigen initiatief uit de samenleving. Een overheid die minder zelf taken uitvoert. Waar overheid, de gemeente zich terugtrekt, wordt een groter beroep gedaan op eigen initiatief in de samenleving. Laat sportend Apeldoorn hiervan een goed voorbeeld zijn.

6

7 Hoofdstuk 2 Samenvatting Als tegenhanger van de individualisering is de trend van nieuw collectivisme ontstaan. Daarnaast is er een beweging richting minder verzorgingsstaat en meer eigen verantwoordelijkheid voor burgers voor hun individuele en maatschappelijke ontwikkeling. Ook in Apeldoorn is deze tendens waarneembaar. Mede ingegeven door de bezuinigingen heeft de burger in Apeldoorn te maken met een terugtredende overheid, die zich alleen nog bezig houdt met een nog nieuw vast te stellen sportbeleid. Opteert voor een regiefunctie, waarbij zij binnen de inanciële kaders faciliterend bezig blijft en waar nodig maatwerk verricht. Een gemeente, die zich uitspreekt voor (meer) samenwerking dan wel fusie tussen de sportverenigingen om te komen tot sterke sportverenigingen en voor een optimalisering en waar nodig afstoting van gemeentelijke sportvoorzieningen. De positie van de sportvereniging is aan verandering onderhevig. Onder druk van veranderende behoeften, een kostenbewustere overheid en een afnemende bereidheid tot vrijwilligerswerk wordt de traditionele sportvereniging gedwongen na te denken over haar rol en deze te heroverwegen. Ook wordt verwacht dat zij een bijdrage levert aan bredere maatschappelijke thema s. Zo worden steeds meer verantwoordelijkheden bij de sportvereniging neergelegd. Kwaliteit is daarbij het motto. Het is een verkeerde gedachte dat de sportvereniging dit op eigen kracht kan en zal oppakken. Zij zal hierin moeten worden uitgedaagd en geholpen. Noodzakelijk is dat er een proces in gang wordt gezet, waarbij alle betrokken partijen zich moeten beraden over de wijze waarop nog een gezonde sportinfrastructuur in de gemeente Apeldoorn in stand kan worden gehouden. Begrippen als eigen verantwoordelijkheid, geloofwaardigheid, zorgvuldigheid, durf, lef en over de schutting kijken zijn hierbij belangrijk. Het staat onomstotelijk vast dat het in stand houden van een gezonde sportinfrastructuur alleen mogelijk is met ondersteuning door de gemeente. De Sportraad in zijn nieuwe vorm kan hierin een belangrijke bijdrage leveren en een rol spelen. Apeldoorn groeit nauwelijks meer en vergrijst. De leeftijdscategorie jongvolwassenen (18-34 jaar) is ver ondervertegenwoordigd. Daarnaast blijkt dat met name het aantal inwoners in de leeftijdsgroep 8 tot 24 jaar de afgelopen jaren is afgenomen. Dit heeft ook gevolgen voor de sportdeelname. Ingegeven door de genomen bezuinigingsmaatregelen op het onderdeel sport en door een terugtredende overheid zal de sportdeelname niet gaan toenemen en wel met name in verenigingsverband. Het beoefenen van traditionele sterke takken van sport als voetbal (damesvoetbal) en hockey blijft populair. Ook voor de aanwezige sportvoorzieningen heeft dit gevolgen. De nog in de begroting van de gemeente Apeldoorn aanwezige bestedingsruimte voor sport moet ef iciënt en effectief worden ingezet voor behoud, onderhoud en optimalisatie van de bestaande sportvoorzieningen en voor het bevorderen van de vitaliteit van sportverenigingen. Belangrijk is dat hiervoor criteria worden vastgesteld, waaraan aanvragen om ondersteuning moeten voldoen. Zowel de Gemeente als de sportverenigingen zijn en blijven verantwoordelijk voor hun eigen beleid en de invulling daarvan. Hierbij is men niet gehouden aan de uitspraken en het vermelde in deze notitie.

8 Vervolgstappen Deze notitie geeft de richting aan voor de invulling van de toekomstige sportinfrastructuur met de daarbij in te zetten middelen. Dat dit niet een totaal beeld maar een momentopname betreft, spreekt voor zich. Tevens dienen de geformuleerde aanzetten nog een vervolg te krijgen. Naast de invulling van de sportvoorzieningen van de in deze notitie niet opgenomen sporten, die zich op termijn zeker kunnen voordoen, zijn dat ook: een onderzoek naar de vitaliteit van de sportverenigingen enerzijds en anderzijds de ontwikkeling van de route om een vitale sportvereniging te worden; het inzichtelijk maken van behoud, onderhoud en optimalisatie van de bestaande sportvoorzieningen gericht op een beeld wat er de komende jaren te wachten staat. Om hier invulling aan te geven zal op kort termijn wel duidelijkheid moeten komen over de status van de sportraad in het nieuw op te zetten verenigingen en vrijwilligers loket Apeldoorn, zijnde de opdracht van de Gemeente aan Wisselwerk en de VSA dat op het moment van het verschijnen van deze notitie nog niet geheel duidelijk is.

9 Hoofdstuk 3 Landelijke trends en ontwikkelingen Sociaal- maatschappelijke trends en ontwikkelingen Als tegenhanger van de individualisering is de trend van nieuw collectivisme ontstaan. Kenmerk van het nieuw collectivisme is dat mensen weer meer op zoek gaan naar een groep waarbij men zich thuis voelt en waartoe men wil behoren. Dit kan het gezin zijn, maar ook kleine of grotere groepen gelijkgestemden, waaronder sportverenigingen. Daarnaast is er de beweging richting minder verzorgingsstaat en meer eigen verantwoordelijkheid voor burgers voor hun individuele en maatschappelijke ontwikkeling. De aandacht voor gezond leven en bewegen blijft onverminderd groot, hetgeen een positieve stimulans betekent voor sportbeoefening in het algemeen. Vooral 55-plussers blijken aanzienlijk vaker deel te nemen aan sportieve activiteiten dan in het verleden. Daarentegen neemt de interesse van jongeren in sportieve activiteiten vanaf een jaar of 15 duidelijk af. Steeds meer mensen kampen met overgewicht, waaronder één op de zeven kinderen. Dit is een verdubbeling ten opzichte van 1980. Het tegengaan en voorkomen van overgewicht is een belangrijk aandachtspunt binnen de Nederlandse gezondheidszorg. Sport en bewegen zal in toenemende mate als middel worden ingezet. Als richtlijn geldt dat jongeren minstens vijf dagen in de week minimaal één uur per dag moeten bewegen. Voor volwassenen volstaat een half uur per dag. In navolging van het toenemend belang van gezondheid kan ook de trend sporti icering worden onderscheiden. Hieronder wordt verstaan dat het begrip sport in alle geledingen van de maatschappij is doorgedrongen, zonder noodzakelijkerwijs verbonden te zijn aan de beoefening daarvan. Dit heeft alles te maken met de positieve associaties van sportbeoefening met begrippen als gezondheid, jeugdigheid en vitaliteit. Mensen ondernemen meer activiteiten in een korter tijdsbestek dan voorheen. Er is sprake van vervluchtiging van de vrijetijdsbesteding en daarnaast een zeer grote concurrentie op de vrije tijdsmarkt. Zowel de inhoud van de activiteiten als de daaruit voortvloeiende sociale contacten worden oppervlakkiger. In het verlengde van de zogenaamde zap cultuur ondervindt sportbeoefening een steeds sterkere concurrentie van bijvoorbeeld televisie en internet. De opkomst van de mediamaatschappij, waarin steeds meer mensen zijn aangehaakt bij sociale media (Facebook, Hyves, Twitter enzovoort): interactiviteit en mobiel bereik, worden steeds belangrijker. Sociaal- economisch trends en ontwikkelingen We leven in een economisch onzekere tijd. Ontwikkelingen op Europees niveau maken dat de weg naar economisch herstel nog lang is. Effecten van het nieuwe kabinetsbeleid zijn, op moment van schrijven van deze notitie, nog onvoldoende in beeld. Vast staat dat het nieuwe kabinetsbeleid effect heeft op de koopkracht en dat het zal leiden tot verdere bezuinigingen en toename van (nieuwe) taken voor gemeenten. Door lexibilisering van de arbeid en de toename van deeltijdbanen is er sprake van meer spreiding in de vrijetijdsbesteding en daardoor is er minder animo voor collectieve sportbeoefening. De belangstelling voor individuele en ongeorganiseerde sportbeoefening is daardoor toegenomen. Dit is een voordeel voor verenigingen die hierop ingericht zijn, maar kan tot problemen leiden bij het organiseren van wedstrijden en trainingen en het inzetten van vrijwilligers.

10 Ondanks de hedendaagse beleidsdoelstellingen om de arbeidsparticipatie te laten toenemen, zal de vergrijzing in ons land er toe leiden dat meer senioren vrijetijdsactiviteiten ondernemen. Voor de sportbeoefening heeft dit tot gevolg dat bepaalde, voor seniorensport geschikte, voorzieningen meer gebruikt gaan worden. De toenemende werkdruk en het snelle levenstempo leiden tot een grotere behoefte aan ontspanning en onthaasting in een sportieve omgeving. In combinatie met meer bewustzijn voor lichaam en gezondheid zorgt dit -vooral bij ouderen en tweeverdieners- voor een toename van de behoefte aan zogenoemde wellness activiteiten. Sportinhoudelijk De voorkeuren voor sportbeoefening zullen ook de komende jaren aan luctuaties onderhevig zijn. Zoals eerder aangegeven wordt sportbeoefening steeds individueler en commerciëler. In z n algemeenheid is sprake van een lichte daling van het aantal bij sportverenigingen aangesloten leden. De verschillen tussen de verschillende takken van sport zijn echter groot. Het beoefenen van traditioneel sterke takken van sport als voetbal en hockey zal ook de komende jaren populair blijven en wellicht nog verder aan populariteit winnen. Wel zal duidelijker onderscheid ontstaan tussen sterke verenigingen, die er in slagen leden en vrijwilligers aan zich te verbinden, en zwakkere verenigingen die te kampen hebben met een cumulatie van inanciële en organisatorische problemen. Ingegeven door demogra ische ontwikkelingen, mag worden verondersteld dat seniorensporten verder zullen groeien. Golf, wandelen, ietsen en Nordic Walking zijn hiervan goede voorbeelden. In hoeverre dit ten koste gaat van door veel senioren beoefende sporten in verenigingsverband (denk bijvoorbeeld aan tennis, badminton en jeu de boules) is veel moeilijker te voorspellen. Ruimtelijk en fysiek Een belangrijke ontwikkeling in het beperken van investering- en exploitatiekosten van maatschappelijke voorzieningen is het clusteren van functies. Anders dan bij de realisatie van multifunctionele voorzieningen wordt hiermee gedoeld op het samengaan van meerdere afzonderlijke voorzieningen in één accommodatie. De opkomst van Multifunctionele Accommodaties, (sportieve)brede scholen en leisure centra en de voorzieningen bij omnisportvereniging WSV in Apeldoorn en in topsportcentrum Omnisport zijn sprekende voorbeelden van deze ontwikkeling. Enerzijds is bij clustering sprake van schaalvoordelen waardoor een kostenbesparing optreedt. Een geclusterde voorziening behoeft maar één entree, horecavoorziening, technische ruimte en beheerdersruimte te hebben. Daarnaast kan een opbrengstenverhoging optreden doordat een geclusterde voorziening een grotere aantrekkingskracht heeft. Een nadeel van clustering is dat de spreiding en daarmee de bereikbaarheid verslechterd. Het gebruik van maatschappelijke voorzieningen kan afnemen, indien deze niet langer als een buurt- of wijkvoorziening gelden en er voor bezoek grotere afstanden moeten worden afgelegd. Bijkomend nadeel is dat het toch al sterk toegenomen autogebruik nog eens wordt versterkt. Door het stimuleren van de multifunctionele gebruiksmogelijkheden kan een hoger gebruiksrendement van voorzieningen worden gerealiseerd. Voorbeelden zijn kunstgrasvelden die zowel een functie voor de sportverenigingen als ook voor de wijk kunnen vervullen, verenigingsgebouwen die ook voor kinderopvang of BSO geschikt zijn, gymlokalen die geschikt worden gemaakt voor allerhande wijkactiviteiten en klaslokalen, die in het kader van brede schoolconcepten ook na schooltijd een functie krijgen ten behoeve van sportieve of culturele activiteiten. Door in te zetten op multifunctioneel gebruik kunnen gemeenten besparen op investeringen in (nieuwe) monofunctionele voorzieningen.

11 Landelijk sport(stimulering)beleid Met de Breedte Sport Impuls (BSI) en de Impuls Buurt Onderwijs Sport (BOS - projecten) heeft het Rijk laten zien verantwoordelijkheid te nemen voor sportstimulering. Met het beschikbaar stellen van middelen via het Gemeentefonds voor de aanstelling van combinatiefunctionarissen en recent middels de voortzetting en aanvulling via het programma sport en bewegen in de buurt geeft het Rijk een verbreding aan de combinatiefunctionarissen en wordt het stimuleringsbeleid een nieuwe impuls gegeven (2900 FTE s in 2016). De aangekondigde programma s in de nota Tijd voor Sport (2005) en het uitvoeringsprogramma Samen voor Sport (2006) worden onverminderd voortgezet. Wel zal in het sportbeleid een aantal accenten worden verlegd en prioriteiten worden gesteld. De Rijksoverheid wil investeren in de kracht van de sport, dit geldt zowel in de breedte als aan de top. Voor deze investeringen wordt de sport wel gevraagd iets terug te doen: het creëren van een sportieve, gezonde en veilige omgeving en de inzet van (top)sporters voor maatschappelijke doelen. Samengevat zet het landelijk sportbeleid de komende jaren in op: de gezamenlijke inzet van minstens 2900 combinatiefuncties voor brede scholen, sport en cultuur. het creëren van aanvullende faciliteiten voor talenten. het creëren van meer mogelijkheden voor gehandicaptensport via het speciaal onderwijs, zorginstellingen en sportverenigingen. de evaluatie en herijking van het beleid voor de gehandicaptensport. de uitbreiding van het Nationaal Actieplan Sport en Bewegen met een belangrijke focus op de jeugd. de ondersteuning van de sportsector bij maatregelen gericht op de bevordering van sportiviteit en respect en het tegengaan van uitwassen. het bevorderen van samenwerking tussen gemeenten, bedrijven, scholen en sportverenigingen. samen met gemeenten bevorderen dat er bij de aanleg van nieuwe wijken voldoende ruimte voor sport en bewegen is. het streven naar meer gymlesuren per week in het primair onderwijs. het onderschrijven van de ambitie om de Nederlandse sport op Olympisch niveau te brengen, zonder de Olympische Spelen naar Nederland te willen halen. Een laatste ontwikkeling, die in het kader van sportbeleid niet onvermeld mag blijven, is de landelijke campagne 30 minuten bewegen. De hoofddoelstelling is mensen aan te zetten tot een meer actieve leefstijl. Stand van zaken Rijksbeleid Visie op sport en bewegen De Rijksoverheid hecht veel waarde aan sport en bewegen als basis voor een gezonde en actieve leefstijl, waarbij keuzevrijheid voor het individu voorop staat. De ambitie is dat voor iedere Nederlander die dat wil een passend sport- en beweegaanbod in de buurt aanwezig is, dat bovendien veilig en toegankelijk is. Samen met andere partijen zoals de sportsector, lokale overheden en het bedrijfsleven wil de Rijksoverheid voorwaarden scheppen om mensen (meer) te kunnen laten sporten en bewegen, zowel in de stad als op het platteland. De Rijksoverheid omarmt daarbij het particuliere initiatief en de publiek - private samenwerking. De Rijksoverheid staat voor Nederland Veiliger. Daarbij hoort ook veilig kunnen sporten, zowel op het speelveldje in de buurt als bij de sportvereniging. Intimidatie, vandalisme en geweld horen niet in de sport thuis. Om de sport

12 veiliger te maken zodat iedereen met plezier kan sporten, hebben de ministeries van VWS en Veiligheid en Justitie maatregelen opgesteld samen met de sport- en welzijnssector en gemeenten. Deze worden toegelicht in het actieplan Naar een veiliger sportklimaat. Veilig sporten betekent ook verantwoord sporten en bewegen. Zo kan het risico op sportblessures en sportuitval zoveel mogelijk worden verkleind en kunnen medische kosten en arbeidsverzuim zo veel mogelijk worden beperkt. Behalve in breedtesport investeert de Rijksoverheid in topsport. Topsport levert ons niet alleen medailles op, maar ook een wij-gevoel en nationale trots. Het geeft mensen plezier, een gevoel van saamhorigheid en het inspireert tot het verleggen van de eigen grenzen. Topsport kan ook een positieve uitstraling hebben richting de breedtesport. Door grote topsportevenementen te organiseren laat Nederland zien waartoe een klein land in staat kan zijn. Dit zet niet alleen Nederland en de Nederlandse topsport op de kaart, maar geeft ook een grote impuls aan de gaststad en de regionale economie. Internationaal gezien biedt de organisatie en Nederlandse deelname aan grote topsportevenementen kansen voor het Nederlandse bedrijfsleven om zich te pro ileren in het buitenland. Dit kabinet wil de economische betekenis van topsport en breedtesport, zowel nationaal als internationaal, beter benutten. Speerpunten voor de Rijksoverheid zijn sport en bewegen in de buurt en uitblinken in sport, het versterken van de economische betekenis van sport en de ambitie om de Nederlandse sport op Olympisch niveau te brengen. In de Sportagenda 2013-2016 wordt uitgegaan van een verhoging van de sportparticipatie van 65% naar 75%. Deze verhoging kan alleen worden bereikt in nauwe samenwerking met de gemeenten, aangezien sportbeleid voor een groot deel lokaal beleid is. Prioriteiten sport- en beweegbeleid Samenvattend zijn er drie prioriteiten te benoemen voor het sport- en beweegbeleid waar dit kabinet de komende jaren het verschil wil gaan maken: 1. Sport en bewegen in de buurt. 2. Werken aan een veiliger sportklimaat. 3. Uitblinken in sport. Sportinfrastructuur in Nederland Uit een in opdracht van het Ministerie van VWS door het Mulier Instituut in 2011 uitgevoerde nulmeting (quickscan), die inzicht geeft in de stand van zaken ten aanzien van (breedte)sportaccommodaties en faciliteiten op wijkniveau blijkt het volgende: Sportaccommodaties in Nederland zijn niet op één centrale plek volledig geregistreerd. Ditzelfde geldt voor een groot deel van de gegevens voor de toegankelijkheid van de accommodaties. Gemeenten hebben zicht op de eigen accommodaties maar deze kennis wordt niet landelijk gebundeld. Sporters maken voor de sportbeoefening het meest gebruik van de openbare weg, gevolgd door het overdekte zwembad en het itnesscentrum. De kwaliteit van de accommodatie, de sportorganisatie en (sociale) veiligheid is van belang voor de keuze voor een sportvoorziening. De afstand tot de accommodatie blijkt minder van belang te zijn. Voor de behoefteberekeningen voor de sport wordt door de gemeenten uitgegaan van de planningsnormen uit het handboek sportaccommodaties gekoppeld met de ledenaantallen van de verenigingen. Bij toekomstprognoses zijn de bevolkingsprognoses voor de gemeente leidend. Er zijn vele bronnen voor gegevens over sportaccommodaties en sportorganisaties, wat resulteert in een grote versnippering van kennis. Gebruiksgegevens van accommodaties worden niet centraal gecoördineerd verzameld. Dit is vooral het resultaat van het ontbreken van één accommodatiemonitor.

13 De Verenigingsmonitor (project van het Mulier Instituut in samenwerking met NOC*NSF) is landelijk en lokaal een belangrijke instrument. Beleidsorganisaties gebruiken de kennis uit de monitor om ondersteuning te bieden aan de sportorganisaties en in te spelen op ontwikkelingen. Gemeenten gebruik en een lokale Verenigingsmonitor steeds meer als instrument om verenigingen in beeld te krijgen die in staat zouden zijn om een rol te vervullen in de uitvoering van het gemeentelijk sportbeleid. In relatie tot de ruimte voor sport wordt vooral reactief en probleemoplossend gewerkt. Er moet een duidelijke behoefte zijn alvorens accommodaties worden gepland. Met een goed voorspellingsmodel en een sportieve ruimtenorm zou meer proactief beleid kunnen worden gemaakt. Er is behoefte aan meer speci ieke en (centraal) gebundelde kennis over sportinfrastructuur om antwoord te kunnen geven op beheersmatige- en planningsvraagstukken over sportaccommodaties. Provinciaal beleid Op 11 november 2009 stelden Provinciale Staten het voorstel Gelderland Sportland, een wereld te winnen! vast. Daarmee omarmde Gelderland een nieuwe ambitie voor breedte en topsportbeleid, met als doel om sport en bewegen in Gelderland de komende jaren in de volle breedte op een hoger niveau te brengen. Richting kabinet gaf Gelderland te kennen aan te willen sluiten bij de Alliantie Olympisch Plan en bij te willen dragen aan de nationale Olympisch ambitie. In het vervolg op Gelderland Sportland: een wereld te winnen! is onder de titel Gelderland Sportland: programma 2010 2016 de programmatische uitwerking van deze ambitie beschreven. Het programma bestaat uit een samenhangend en breed afgestemd pakket van sportinvesteringen en sportstimulerende maatregelen en activiteiten, die eraan bijdragen om van Gelderland een sportland te maken. Om de inzet in het kader van Gelderland Sportland van focus te voorzien en om versnippering van middelen te voorkomen, is gekozen voor een beperkt aantal van tien sporten, de Gelderse kernsporten. Hiervoor is in het programma op basis van criteria de eerste ring van vijf kernsporten bepaald. Dit zijn: atletiek (met ook hardlopen, joggen, Nordic Walking, wandelen), hippische sport (met ook dressuur/springen, endurance, recreatief rijden van bijvoorbeeld lange afstandsroutes), wielersport (met ook toer ietsen, mountainbiken, BMX), judo en volleybal. Dit is inclusief de paralympische varianten. Met de inzet van sport wil de provincie Gelderland in 2016 een nog gezondere, meer vitale en aantrekkelijkere provincie worden. Daarom investeert de provincie samen met haar partners in zowel breedtesport als talenten. Maar ook door ruimtelijke kwaliteiten en economische kansen te versterken en te benutten. Met sport halen we het beste uit Gelderland! Sporten is niet alleen leuk en gezellig, maar vermindert ook overgewicht. Het bevordert de gezondheid, waarmee de zorgkosten op termijn verlagen. Daarom gaat er extra aandacht uit naar groepen die nu nog weinig sporten. Sportieve bewegingsruimte Willen we meer mensen verleiden tot bewegen en enthousiast aan het sporten houden, dan verdient ook de buitenruimte aandacht. Deze buitenruimte kan aantrekkelijker worden gemaakt door het creëren van sport en speelplekken in de (directe) woonomgeving en in de natuur. Maar ook door meer sportieve en uitdagende routes, zoals hardloop-, mountainbike- en paardrijroutes, die het sporten en bewegen stimuleren.

14 Talentenondersteuning De provincie Gelderland zet in op talentontwikkeling en -ondersteuning met hulp van het Olympisch Netwerk Gelderland. In dit netwerk werken de Gelderse Sport Federatie en de stichting Topsport Gelderland nauw samen en brengen zo breedtesport en talentondersteuning bij elkaar. Sport, economie en gezondheid Grote sportevenementen worden georganiseerd in samenhang met stimuleringsactiviteiten, zoals clinics op scholen, om sport breder onder de aandacht te brengen. Topsporters vervullen hierbij de rol van nieuwe helden. De provincie wil sportevenementen daarnaast gebruiken om economische bedrijvigheid in een gemeente of regio te stimuleren. Ook wil de provincie samen met bedrijven investeren in de combinatie tussen sport, gezondheid, voeding en innovatie. Sportaccommodaties De provincie draagt bij aan topaccommodaties, zowel wedstrijd- als trainingsfaciliteiten, die de Gelderse kernsporten een stevige kwaliteitsimpuls geven. Topaccommodaties overstijgen de reguliere lokale schaal en uitstraling. Zij zorgen voor vitaliteit, lee baarheid en ruimtelijke structuur van stad en regio. Tot 2016 heeft de provincie Gelderland 30 miljoen euro beschikbaar voor Gelderland Sport! De helft hiervan wordt besteed aan sportaccommodaties voor de Gelderse kernsporten atletiek, judo, paardensport, volleybal en wielersport. Subsidiemogelijkheden voor Gelderland sport Bedrijven, gemeenten en (sport)organisaties kunnen gebruik maken van de subsidieregeling Gelderland Sport. De provincie Gelderland stelt subsidies beschikbaar voor projecten die sport en bewegen in Gelderland een steun in de rug geven. Er zijn subsidies voor de volgende projecten: projecten waardoor inwoners (met de nadruk op jongeren, werknemers en ouderen) meer gaan sporten of een meer gezonde en actieve leefstijl ontwikkelen. projecten gericht op de ontwikkeling van sporttalenten tot topsporters. Het gaat hierbij met name om vijf Gelderse kernsporten: judo, volleybal, wielersport, paardensport en atletiek (inclusief wandelen). projecten gericht op innovatie en het vergroten van kennis op het gebied van sport. projecten gericht op nationale en internationale evenementen in de kernsporten en de potentiële kernsporten, in combinatie met side-events (sportstimuleringsactiviteiten). Lokaal beleid In het bestuursakkoord 2010-2014 Veerkracht en Verbinding staat de andere gemeente centraal. Een gemeente die durft los te laten maar er wél is als het echt moet. Een gemeente die de focus verlegt naar de plekken waar mensen leven, werken en elkaar ontmoeten. Een gemeente die zich niet onderscheidt door plannen en processen maar door excellente uitvoering. Een gemeente die meer kwaliteit levert voor minder geld. De inanciële tegenwind, waarin de gemeente Apeldoorn verkeert, legt een stevige hypotheek op het huidig bestuursakkoord. Er komt minder binnen. In dit licht heeft de Gemeenteraad in het najaar van 2010 intensief gediscussieerd over de kerntaken van de Gemeente en de rolverdeling met de partners in de samenleving. De Gemeenteraad vindt dat de Gemeente en gesubsidieerde instellingen taken dichter bij de burger moet uitvoeren: meer op niveau van dorpen en wijken, en minder vanuit het stadhuis. Uitvoeringsorganisaties moeten meer samenwerken, vertrekkend vanuit de vraag van de burgers. Meer ruimte geven aan de eigen kracht van burgers met een logische (maatwerk) ondersteuning door professionals. Deze nieuwe benadering, dicht bij en samen met burgers, met nieuwe vormen en instrumenten, vereist een ingrijpende omslag binnen de Gemeente en betrokken instellingen. De Gemeente heeft uitgesproken dat onderdelen van gemeentelijk beleid geen kerntaak meer zijn. Zo ook met betrekking tot sportbeleid voor wat betreft het subsidiëren van sportverenigingen en het inancieren van het totale onderhoud van sportvelden en accommodaties.

15 Een terugtredende overheid, die zich alleen nog bezig houdt met een nog nieuw vast te stellen sportbeleid. Opteert voor een regiefunctie, waarbij zij binnen de inanciële kaders faciliterend bezig blijft en waar nodig maatwerk verricht. Een gemeente, die zich uitspreekt voor (meer) samenwerking tussen de sportverenigingen en voor een optimalisering en waar nodig afstoting van gemeentelijk vastgoed (waaronder sportvoorzieningen). Om sportverenigingen professioneel te ondersteunen wordt steeds meer een beroep gedaan op de inzet van combinatiefunctionarissen/buurtsportcoaches. In die zin is er niet zozeer sprake van een terugtredende overheid, maar van een verandering naar een meer stimulerende rol. De inanciële vertaling van vorenstaande heeft plaatsgevonden middels vaststelling van de Voorjaarsnota 2011 en de Zomernota 2012. Het sportbeleid van de gemeente Apeldoorn dat is vastgelegd in de sportnota Op weg naar 2012 is hiermee niet meer leidend. Door de ingrijpende bezuinigingen op het onderdeel sport in de begroting van de gemeente Apeldoorn dient een proces in gang te worden gezet, waarbij alle betrokken partijen zich moeten beraden over de wijze waarop nog een gezonde sportinfrastructuur in de gemeente Apeldoorn in stand kan worden gehouden. Deze notitie geeft hiertoe een eerste aanzet.

16

17 Hoofdstuk 4 De vitale sportvereniging Algemeen De wijze waarop sport wordt aangeboden is een belangrijk aspect binnen de sport en het sportbeleid. Laagdrempeligheid, lexibiliteit, kwaliteit en beschikbaarheid van het aanbod zijn veelal bepalend of en waar mensen gaan sporten en bewegen. Sportaanbieders zullen vandaag de dag vaker moeten inspelen op de veranderende behoeften van mensen en diverse maatschappelijke ontwikkelingen. Door ontgroening en vergrijzing zullen er minder jongeren en meer ouderen zijn. Visie De toekomstige sportvereniging dient zich op deze ontwikkelingen voor te bereiden en moet in staat zijn de veranderende vraag in te vullen. Ook in het sportbeleid moet daarmee rekening worden gehouden. Belangrijk is dat de gemeente Apeldoorn de sportverenigingen blijft ondersteunen die een maatschappelijke rol willen vervullen en zich openstellen voor vernieuwing. De sportverenigingen hebben een vaste positie verworven in de maatschappij. De sportvereniging bereikt met haar activiteiten een groot aantal mensen. Sporters komen zo in aanraking met ontspanningsmogelijkheden, normen en waarden, saamhorigheid en gezonde tijdsbesteding. Landelijk gezien is de sportdeelname in verenigingsverband maar 30% van de 65% sporters. Toch wordt de sportvereniging in Apeldoorn nog steeds gezien als één van de belangrijkste partners van het lokale sportbeleid. Maar daarnaast kiezen ook steeds meer mensen ervoor hun sport te beoefenen zonder lid te worden van een vereniging of andere sportinstelling. Zij gaan bijvoorbeeld individueel ietsen, trimmen en wandelen in de openbare ruimte (ongeorganiseerde sport). Ook wint modieuze sportbeoefening nog altijd terrein. Sfeer en omgeving zijn belangrijk. Denk hierbij aan itness, aerobics, spinning enzovoort (anders georganiseerde sport). Veranderende positie De sportbeoefening bij een vereniging draagt op de eerste plaats bij aan een itter en gezonder leven. Daarnaast zorgt de sportvereniging voor binding tussen mensen, kunnen haar leden zich ontplooien via vrijwilligerswerk en brengen de trainingen/wedstrijden sporters en toeschouwers letterlijk in beweging! De positie van de sportvereniging is echter aan verandering onderhevig. Onder druk van veranderende behoeften, een kostenbewustere overheid en een afnemende bereidheid tot vrijwilligerswerk wordt de traditionele sportvereniging gedwongen na te denken over haar rol en deze te heroverwegen. Sportverenigingen krijgen een nog nadrukkelijker rol in de maatschappij. Zo worden steeds meer verantwoordelijkheden bij sportverenigingen neergelegd. Kwaliteit is daarbij het motto. Daarbij dient de gemeente Apeldoorn sportverenigingen te stimuleren om door te groeien naar een vitale vereniging.

18 Definitie en vitaliteitaspecten Een vitale sportvereniging is een vereniging die de continuïteit van de vereniging voor zowel de korte als lange termijn waarborgt door organisatorisch en inancieel gezond te zijn. Daardoor is de vereniging in staat een bijdrage te leveren aan de sportdoelstellingen en bredere maatschappelijke thema s in de stad. Bovenstaande de initie laat zich verder omschrijven op de navolgende vitaliteitaspecten van een sportvereniging. Strategie en beleid Een vitale sportvereniging heeft een meerjaren - beleidsplan, waarin op basis van de identiteit van de vereniging een visie op de toekomst is uitgewerkt. Doelstellingen zijn geformuleerd op de diverse deelbeleidsterreinen (onder meer vrijwilligersbeleid, beleid ledenbehoud en werving) en de wijze waarop deze doelstellingen bereikt worden (plan van aanpak) beschreven is. Leden Het aantal leden van een sportvereniging is op zichzelf niet leidend om de mate van vitaliteit van een vereniging te kunnen duiden. Om inancieel en organisatorisch gezond te kunnen zijn zal een vitale vereniging echter wel een bepaalde omvang moeten hebben. Het ledenaantal van een vereniging moet enerzijds minimaal het aantal zijn dat nodig is om als vereniging duurzaam te kunnen voortbestaan. Anderzijds dient de omvang van het aantal leden te passen binnen dat aantal, waarvoor de vereniging een (sport) aanbod kan aanbieden. Denk hierbij aan benodigde ruimte aan sportvloer en benodigd kader (betaald of onbetaald). Het hebben van een jeugdafdeling binnen de vereniging is een meerwaarde, maar geen absolute must. Het ledenaantal van een vitale vereniging is geleidelijk stijgend of in ieder geval stabiel. Het verloop van leden is klein. Om de duurzaamheid van het ledenaantal te waarborgen voert de vereniging actief beleid om leden te behouden en nieuwe leden te werven om zodoende een zo optimaal mogelijk aantal leden te hebben. Organisatie Een vitale sportvereniging heeft zowel voldoende bestuurlijk als sporttechnisch onbetaald en/of betaald kader. De vereniging voert actief kaderbeleid, waarmee de kwantiteit van het aantal kaderleden wordt gewaarborgd en ook geïnvesteerd wordt in de kwaliteit (deskundigheidsbevordering) van het kader. Naast de kwantiteit en kwaliteit van het kader is een gestructureerde organisatie belangrijk. Een vitale vereniging heeft een heldere organisatiestructuur, een bestuursreglement, duidelijke taakomschrijvingen en besteedt aandacht aan de communicatie tussen de in de vereniging aanwezige geledingen. Aanbod De vitale sportvereniging is op de hoogte van de wensen en behoeften van haar (potentiële) leden en sluit hier met haar aanbod op aan. Om de betrokkenheid van de leden bij de vereniging en onderling te vergroten, verzorgt de vereniging naast haar reguliere sportaanbod ook nevenactiviteiten. Accommodatie Accommodaties zijn een voorwaarde voor sport. Voor de sportvereniging is accommodatie een voorwaarde om haar sport aan te kunnen bieden. Een vitale sportvereniging heeft haar uitgangspunten geformuleerd ten aanzien van eigendom/huur en invulling van de accommodatiebehoefte. De vereniging heeft voldoende ruimte aan sportaccommodatie beschikbaar en streeft na deze sportaccommodatie optimaal te bezetten. Voorts voert de vereniging het onderhoud uit waarvoor het verantwoordelijk is. Financiën Om het voortbestaan van een sportvereniging nu en in de toekomst te kunnen waarborgen is een gezonde inanciële positie van de vereniging noodzakelijk. Een vitale sportvereniging heeft een sluitende (meerjaren)begroting welke door haar leden is goedgekeurd. De vereniging voert een solide inancieel beleid, met positieve liquiditeit en solvabiliteit van de vereniging. De vereniging komt betalingsverplichtingen tijdig na.

19 Maatschappelijke betrokkenheid Sportverenigingen hebben een belangrijke maatschappelijke functie doordat zij mensen in de gelegenheid stellen om met elkaar te sporten. Een vitale sportvereniging heeft daarnaast de ambitie een bijdrage te leveren aan bredere maatschappelijke thema s in de stad/wijk/dorp. Sportverenigingen kunnen onder meer meewerken aan sportactiviteiten geïnitieerd vanuit het onderwijs, meedoen aan sportstimuleringsprojecten of een plek voor een maatschappelijke stage of re-integratietraject aanbieden. Maar ook aandacht voor duurzaamheid binnen de vereniging, structurele aandacht voor thema s als Sportiviteit en Respect of Jeugd en Alcohol of het organiseren van acties ten behoeve van goede doelen zeggen iets over de vitaliteit van de vereniging. Sport en maatschappij zijn sterk met elkaar verbonden. Gebeurtenissen die plaatsvinden in de sport hebben hun uitwerking op de maatschappij en andersom. Een vitale sportvereniging hanteert een gedragscode gebaseerd op normen en waarden die de vereniging van haar leden verwacht, onder meer respect, fair play en antidiscriminatie. De vereniging draagt het opgenomen gedrag uit en handhaaft via maatregelen bij overtredingen. Samenwerking Het succes van samenwerken ligt in de kracht van het collectief. Ook voor sportverenigingen kan samenwerking een meerwaarde betekenen. Het aangaan van een samenwerkingsverband kan onder meer op het gebied van gezamenlijk centrale inkoop van goederen en diensten, vrijwilligersbeleid (bijvoorbeeld het gezamenlijk organiseren van scholingen), gezamenlijk gebruik van accommodatie (velden en kantine), gezamenlijk organiseren van sport en spel activiteiten en uitwisselen van kennis en informatie op de diverse onderwerpen waar verenigingen mee te maken hebben. Een vitale sportvereniging staat open voor samenwerking met partijen binnen- en buiten de sport. De vereniging is bereid een mogelijk gezamenlijk belang te dienen, uiteenlopend van gezamenlijke inkoop van goederen en/of diensten tot een intensieve samenwerking dan wel fusie. De stap naar vitale vereniging Niet alle sportverenigingen kunnen zo maar, zonder hulp, de stap naar de vitale vereniging zetten. De reeds geconstateerde knelpunten ten aanzien van vrijwilligers en het bestuurlijk vermogen van sportverenigingen (terugloop van kader en ontbreken van kennis) maken het voor sportverenigingen moeilijk om zich tot vitale verenigingen te ontwikkelen. Vitalisering sportverenigingen Om de vitaliteit van de sportverengingen te verbeteren zullen alle beschikbare middelen moeten worden ingezet. Middelen: - Verenigingsondersteuning Het doel van verenigingsondersteuning is het verbeteren van het functioneren van de sportvereniging. Verenigingsondersteuning zal zich richten op het oplossen van knelpunten welke zich binnen een vereniging voordoen, maar ook op brede problemen welke vereniging overstijgend zijn. In de huidige situatie zijn het Verenigingsburo, Sportraad Apeldoorn, Bestuurdersacademie en de inzet van combinatiefunctionarissen hiervan goede voorbeelden. De komende jaren zal verenigingsondersteuning er meer op gericht moeten zijn om sportverenigingen te ondersteunen op het gebied van professionalisering, maatschappelijke betrokkenheid en vrijwilligersbeleid met als doel vitale, goed georganiseerde, maatschappelijk betrokken sportverenigingen te krijgen. Deze verenigingen leveren een breed sportaanbod en maatwerk voor de huidige consument. Om dit doel te bereiken is het belangrijk om de vitaliteit van de sportverenigingen in Apeldoorn in kaart te brengen. Om dit te kunnen dient gebruik te worden gemaakt van de Lokale verenigingsmonitor die door het Mulier Instituut is ontwikkeld.

20 - Sportstimulering In opdracht van de Gemeente organiseert en coördineert Accres Apeldoorn diverse sportstimuleringsprojecten. Het doel van deze projecten is om de inwoners van Apeldoorn aan het sporten te krijgen en vervolgens structureel te laten blijven sporten. De sportverenigingen hebben, door deel te nemen aan deze projecten, de mogelijkheid nieuwe leden te werven. Ook de inzet van combinatiefunctionarissen/buurtcoaches heeft een positieve uitwerking op het aan het sporten krijgen van de inwoners van Apeldoorn. - Financiële ondersteuning Zoals eerder vermeld kunnen niet alle sportverenigingen zo maar de stap naar de vitale vereniging zetten. Zij zullen hierbij moeten worden geholpen en uitgedaagd zo nodig met een inanciële prikkel. - Sportaccommodaties Ook de komende jaren moeten investeringen worden gedaan voor het in stand houden en optimaliseren van basissportvoorzieningen. Om deze investeringen mogelijk te maken en uit het oogpunt van doelmatige besteding van gemeentelijke middelen, is een optimaal gebruik van de beschikbare ruimte noodzakelijk. Om optimaal gebruik van de accommodaties te bewerkstelligen, zal in de toekomst bij het ter beschikking stellen van inanciële middelen vitaliteit als voorwaarde gehanteerd moeten gaan worden. Vanuit deze optiek (optimaal gebruik) zullen ook andere eisen gesteld moeten worden, zoals het samengaan of samenwerken van verenigingen op de accommodaties. - Mogelijkheden van samenwerking dan wel fusie Een middel om te vitaliseren, waarvan de toepasbaarheid bij alle verenigingen nog moet worden onderzocht, is samenwerking of fusie. Zorgvuldig en goed voorbereide bundeling van krachten zal een verbetering bewerkstelligen van de inanciële positie, het beschikbare kader en beschikbare faciliteiten, wat de vitaliteit zal verbeteren. Overigens wordt geconstateerd dat er al enige vorm van samenwerking tussen sportverenigingen aanwezig is. Het zij echter nog op beperkte en bescheiden schaal.