Aanbiedingsformulier voor AB

Vergelijkbare documenten
B. Verkleinen takenpakket Provincie Zuid-Holland

INHOUDSOPGAVE. Agendapunt 5 AB 6 februari 2017: Kadernota 2018 ( )

Aanbiedingsformulier voor AB

Datum 19 januari 2015 Verseon: Kadernota 2016

2. Financieel kader gemeenschappelijke regelingen in de regio van Hollands-Midden

INHOUDSOPGAVE. Agendapunt 4 AB 25 januari 2016 : Kadernota 2017 ( ) 2

Basistaak. Datum: Informerend

Oplegnotitie Begroting 2013, 2014 en meerjarenbegroting RUD Zuid Limburg Registratiekenmerk Gemeenteblad nr. 61

VOORSTEL AAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN DE GEMEENTE ROERMOND

INHOUDSOPGAVE. Agendapunt 4 AB 29 januari 2018: Kadernota 2019 ( )

NOTA PLANNING EN CONTROL voor de deelnemende gemeenten en de Provincie Zuid-Holland Omgevingsdienst West-Holland

Artikelgewijze toelichting. Inleiding

A.S. Wedzinga raad00386

Bijlage D Raads- en statenvoorstel 1 en besluit GR RUD LN

Bijlage bij Uitvoeringsovereenkomst Provincie Utrecht 2017

Het dagelijks bestuur van de ODWH over het onder I. genomen besluit te informeren.

Raadsvergadering 28 oktober Portefeuillehouder Wethouder J.R. Reuwer.

Onderwerp: Zienswijze aangaande 1e herziening begroting 2015 Omgevingsdienst Umond

Aanbiedingsformulier voor AB

Consequenties. Afbouw Wabo-takenpakket. Westerwolde

Onderwerp Verordening kwaliteit vergunningverlening, toezicht en handhaving omgevingsrecht

Aanbiedingsformulier voor AB

Aanbiedingsformulier voor AB

Paraaf Provin. Onderwerp Uitgangspunten visie en strategie vergunningen, toezicht en handhaving

Verleden, heden en toekomst FUMO. Oorsprong en basis RUD vorming in Nederland Landelijk beeld De RUD in Fryslân FUMO

Adviesnota raad. Vaststellen zienswijzen over de begrotingen 2020 van vier gemeenschappelijke regelingen

ANNOTATIE AB Vergadering: AB vergadering Datum vergadering: 25 november 2016 Onderwerp: Ingediende zienswijzen begrotingswijziging 2017.

Onderwerp Concept jaarverslag 2013 en concept begroting 2015 van de Omgevingsdienst West-Holland - Besluitvormend

Gemeenschappelijke regeling GGZ subsidies

Regionale Uitvoeringsdienst Noord-Holland Noord

In de bijlage is de presentatie opgenomen die is getoond tijdens de raden- en Statenbijeenkomsten van 12 en 17 april 2018.

Aanbiedingsformulier voor AB

gemeente Eindhoven Sinds de behandeling in het kabinet wordt de term Regionale Uitvoeringsdienst (RUD) gehanteerd.

INHOUDELIJKE TOELICHTING

Begroting 2015 Meerjarenraming

Bijlage 4 Begroting 2016 Veiligheidsregio Noord-Holland Noord

Datum: 24 augustus 2012 Nummer raadsnota: BI Onderwerp: Aangaan Gemeenschappelijke Regeling Omgevingsdienst Midden- en West-Brabant

Bijlage E2 DVO Facultatieve taken GR RUD LN

ODMH. Gemeente Gouda T.a.v. de leden van de gemeenteraad Postbus BB GOUDA. Reactie op zienswijzen Programmabegroting

1 e Begrotingswijziging 2015

: Kadernota 2013 RMB

Onderwerp Voorstel tot vaststellen Verordening kwaliteit vergunningverlening, toezicht en handhaving omgevingsrecht Goirle

Voorgesteld wordt de volgende uitgangspunten voor de begroting 2014 te hanteren:

IJsselstein. Raadsvoorstel. agendapunt. Aan de raad van de gemeente IJsselstein. Datum: 1 mei 2018 Blad : 1 van 5

Raadsvoorstel. Aan de raad, Zaaknummer Portefeuillehouder Voorstel

Verordening kwaliteit vergunningverlening, toezicht en handhaving omgevingsrecht gemeente Berg en Dal

Aan de Raad. Made, 20 mei Ontwerp begroting GROGZ 2009

MODEL DIENSTVERLENINGSOVEREENKOMST RUD UTRECHT en DEELNEMER X

De raden van alle gemeenten in de provincie Limburg

GEMEENTE BOEKEL VOORSTEL AAN DE RAAD. Datum : 31 mei Voorstel van : college van burgemeester en wethouders

Begroting 2016 Omgevingsdienst Zuid Holland Zuid

(ontwerp)begrotingswijziging Uitvoering Koers 2019 & 2020 OMGEVINGSDIENST REGIO UTRECHT

Datum raadsvergadering 19 maart 2015

Aan: Gemeenteraden en Provinciale Staten van deelnemende overheden Omgevingsdienst IJsselland

Werkorganisatie DEAL-gemeenten

Raadsvoorstel Nummer:

Wethouder. Aan de Dagelijks Besturen van de Gemeenschappelijke Regelingen in de regio Hollands Midden Ter attentie van de Secretaris DIV

Waarom Omgevingswet?

Voorstel Gemeenteraad

Offerte Programmabegroting 2017

AB 1619 ANNOTATIE. Van de volgende gemeenten is tot op heden geen zienswijze ontvangen: Stadskanaal, Appingedam, Loppersum, Slochteren, en Delfzijl.

Zienswijze ontwerp begroting 2018 Veiligheidsregio Brabant Zuidoost.

GESPREKSNOTITIE VOORJAARSGESPREK 23 JUNI 2017 VS

Onderwerp: 1e begrotingswijziging 2019, begroting 2020 en jaarverslag 2018 Veiligheidsregio Rotterdam- Rijnmond (VRR)

Raadsinformatiebrief inzake vorming RUD Midden- en West-Brabant.

B&W-vergadering Agendanummer Openbaar Hoofd Afdeling/ Cluster. Datum 24 mei 2016 Communicatie derden N.v.t. Kopie naar Financieel Dekking, incidenteel

Voorstel raad en raadsbesluit

Onderwerp: Ontwerp 2e begrotingswijziging 2011 Regionale Milieudienst West-Brabant (RMD)

2. GEVRAAGDE BESLISSING:

Omgevingsdienst West-Holland

Oplegvel. 1. Onderwerp Werkplan 3D Rol van het samenwerkingsorgaan

GEMEENTE BOEKEL VOORSTEL AAN DE RAAD. Datum : 23 januari Voorstel van : college van burgemeester en wethouders. Onderwerp : Kadernota ODBN 2019

Aanpak fijn stof bij veehouderijen

Visiedocument Financieel Beleid

Is achteraf meetbaar of de doelstellingen gehaald zijn? Ja, de doelstellingen voor 2017 via het jaardocument 2017.

Ontwikkelingen Regionale Uitvoeringsdienst Steenbergen, 13 maart 2012

RAADSVOORSTEL EN ONTWERPBESLUIT

Zienswijze programmabegroting 2013 en jaarstukken 2011 van GGD Hollands Noorden.

Bijlage 2: Impactanalyse gemeente Leiderdorp voor SSC Leidse Regio. Context

UITGANGSPUNTEN PROGRAMMA De uitgangspunten geven richting aan de op te stellen conceptbegrotingen.

Datum 31 maart 2016 contactpersoon. 13 apr 2016/0005

Wabo = Wet algemene bepalingen omgevingsrecht Bor = Besluit omgevingsrecht Awb = Algemene wet bestuursrecht vvgb = verklaring van geen bedenkingen

Het dagelijks bestuur van de DCMR Milieudienst Rijnmond over het onder I. genomen besluit te informeren.

Gemeente Langedijk. Voorstel aan de raad

documentnr.: INT/C/16/24902 zaaknr.: Z/C/16/27528 Raadsvoorstel

Meerjarenbegroting Gemeentefinanciën Bloemendaal

Besluitenlijst van de vergadering van het college van Burgemeester en Wethouders

Omgevingsdienst Midden- en West-Brabant Spoorlaan CB Tilburg Postbus AB Tilburg

S. Nieuwenburg 3580

Contact en vragen via

Raadsvoorstel. Onderwerp. Status. Voorstel. Inleiding. Ag. nr.: Reg. nr.: Datum:

Beleidsregel kwaliteitseisen vergunningverlening, toezicht en handhaving Den Haag 2017

BELEIDSREGEL KWALITEITSEISEN VERGUNNINGVERLENING, TOEZICHT EN HANDHAVING DEN HAAG 2017

GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING PUBLIEKE GEZONDHEID & ZORG GRONINGEN ALGEMEEN BESTUUR 15 december 2017

Rm mziz/wlimburg. Begrotingswijziging Programmabegroting RUD Zuid-Limburg. Meerjarenraming

2017). Datum: Informerend. Datum: Adviserend

Raadsvoorstel ISE - Intentieovereenkomst

Raadsvoorstel Besluit om: Inleiding

DE NIEUWE OMGEVINGSVERGUNNING OP WEG NAAR ÉÉN INTEGRALE VERGUNNING IN DE GEMEENTE BARNEVELD. Presentatie 15 oktober 2009 Raadscommissie Grondgebied

Begrotingswijziging 72/17 A

Transcriptie:

Aanbiedingsformulier voor AB Bijlage bij agendapunt 4 Datum 24 februari 2014 Onderwerp Kadernota 2015 Verseon: 2014000626 Vertrouwelijk Nee Doel van agendering Besluitvormend Toelichting door Derk Eskes Afdeling Directie Bijlagen bij dit formulier Kadernota 2015 Besluitpunten bestuur 1. Vaststellen Kadernota 2015, onder voorbehoud dat het dagelijks bestuur in de vergadering van 24 februari 2014 instemt met doorgeleiden naar het algemeen bestuur. Bestuurlijke samenvatting Aanleiding Het dagelijks bestuur heeft op 9 december 2013 de Kadernota 2015 besproken. Het bestuur heeft aangegeven de besluitvorming uit te willen stellen tot de consequenties van het financieel kader Gemeenschappelijke regelingen 2015-2017 (Strijknorm) inzichtelijk zijn. Deze consequenties zijn in de voorliggende Kadernota verwerkt. Vanwege de planning voor het vaststellen van de begroting 2015 (die uiterlijk 15 juli 2014 bij het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties moet worden ingediend) is het noodzakelijk de Kadernota 2015 nu parallel te agenderen voor de vergadering van het dagelijks bestuur en het algemeen bestuur. In de vergadering van het algemeen bestuur wordt de uitkomst van de behandeling in het dagelijks bestuur gemeld. (Wettelijk) kader De Kadernota biedt het kader waarbinnen de (meerjaren)begroting wordt uitgewerkt. In de (meerjaren)begroting wordt vervolgens een inschatting van de benodigde werkzaamheden voor de deelnemers gemaakt. Dit gebeurt met behulp van de speerpunten en doelstellingen uit het meerjarenperspectief, de ontwikkelingen in de kadernota, de Product- Diensten Catalogus (PDC) en de ervaringen van voorgaande jaren. De begroting geeft een overzicht van de te verwachten kosten en opbrengsten voor het eerstvolgende jaar en de daaropvolgende drie jaar. Hierbij worden de wensen en middelen op elkaar afgestemd waardoor een structureel sluitende meerjarenbegroting ontstaat. De meerjarenbegroting is op hoofdlijnen op dienst breed niveau. Deze wordt later uitgewerkt in de individuele jaarlijkse werkplannen van de deelnemers.

De kadernota bestaat uit twee delen. Deel 1 Beleidsinhoudelijke kaders: hierin worden de ontwikkelingen geschetst die in het komende jaar of de komende jaren kunnen leiden tot een wijziging van de bedrijfsvoering of in de producten en diensten voor de deelnemers. Deel 2 Financiële kaders: hierin zijn opgenomen de ontwikkeling met betrekking tot de indexering, de tarieven en andere financiële ontwikkelingen die het financiële kader bepalen voor de Meerjarenbegroting. Oplossingsrichtingen De voorliggende Kadernota bevat de beleidsinhoudelijke en financiële kaders waarbinnen de (meerjaren)begroting 2015 wordt opgesteld. Belangrijkste aandachtspunten hierbij zijn: Strategienota Richting kiezen en het bijbehorend Uitvoeringsplan Belangrijke pijler hierin is het verbeteren van de kwaliteit van de dienstverlening met minder middelen. De Omgevingsdienst wil dit realiseren door werkprocessen te stroomlijnen en harmoniseren, samen met andere Regionale Uitvoeringsdiensten in Zuid- Holland. Financieel kader Gemeenschappelijke regelingen 2015-2017 (Strijknorm) De Omgevingsdienst hanteert de in het financieel kader gemeenschappelijke regelingen opgenomen indexering van 1,41%. Ook realiseert de daarin opgenomen taakstelling van 5,31% door efficiencymaatregelen zoals beschreven in het Uitvoeringsplan. Omdat dit voor alle deelnemers voordelen biedt realiseert de Omgevingsdienst ook voor de deelnemers met een lumpsum (provincie Zuid-Holland en gemeente Noordwijk) een besparing van 5,31%. VVGB Per 1 januari 2014 zijn gemeenten bevoegd gezag voor alle voormalig provinciale bedrijven, met uitzondering van IPPC en BRZO-bedrijven. De gemeenten financieren de uitvoering van werkzaamheden bij deze bedrijven. Dit doen zij door de Omgevingsdienst de aan het gemeentefonds toegevoegde middelen voor decentralisatie provinciale taken vergunningverlening, toezicht en handhaving ter beschikking te stellen. De lumpsum van de provincie Zuid-Holland wordt met dit bedrag verlaagd. Conclusie Het algemeen bestuur wordt gevraagd de Kadernota 2015 vast te stellen, onder voorbehoud dat het dagelijks bestuur in de vergadering van 24 februari 2014 instemt met doorgeleiden naar het algemeen bestuur. Vastgesteld in de vergadering van het algemeen bestuur van 24 februari 2014, De vice-voorzitter, J.H. Stuurman de secretaris, D.W.M. Eskes

Datum 24 februari 2014 Kadernota 2015 Behandeld in het dagelijks bestuur van 24 februari 2014 en in het algemeen bestuur van 24 februari 2014 Kadernota 2015 1

Inhoud Inleiding 3 Deel 1: Beleidsinhoudelijke Kaders 2015 4 1.1 Strategienota Richting kiezen en Uitvoeringsplan 4 1.2 Ontwikkeling Bouwtaken 5 1.3 Omgevingswet 5 1.4 Ontwikkelingen in 2014 die van invloed zijn voor 2015 6 1.5 In/na 2015 aflopende subsidies 7 Deel 2: Financiële Kaders 2015 9 2.1 Indexering 9 2.2 Tarief 9 2.3 Financieel Kader Gemeenschappelijke regelingen 2015 2018 (Strijknorm) 10 2.4 Doorwerking meerjarenbegroting 2015 2017 11 2.5 Lumpsum Provincie Zuid-Holland 12 Kadernota 2015 2

Inleiding Voor u ligt de eerste kadernota van Omgevingsdienst West-Holland. De kadernota is een nieuw product dat voortvloeit uit de herziene nota Planning & Control (nota P&C). De nota P&C beschrijft de afspraken en systematiek met betrekking tot planning en control en vermeldt het volgende over de Kadernota: De kadernota is het startpunt van de jaarlijkse P&C cyclus. De kadernota bestaat uit twee delen. Deel 1 Beleidsinhoudelijke kaders: hierin worden de ontwikkelingen geschetst die in het komende jaar of de komende jaren kunnen leiden tot een wijziging van de bedrijfsvoering of in de producten en diensten voor de deelnemers. Deel 2 Financiële kaders: hierin zijn opgenomen: de ontwikkeling met betrekking tot de indexering, de tarieven en andere financiële ontwikkelingen die het financiële kader bepalen voor de Meerjarenbegroting. Voorbereiding: Directeur van de Omgevingsdienst Verantwoordelijk: Dagelijks Bestuur Vaststelling: Algemeen Bestuur Wanneer: Dagelijks bestuur van december t-2; Algemeen bestuur van februari t-1 De Kadernota biedt het kader waarbinnen de (meerjaren)begroting wordt uitgewerkt. In de (meerjaren)begroting wordt vervolgens een inschatting van de uit te voeren werkzaamheden voor de deelnemers gemaakt. Dit gebeurt met behulp van de speerpunten en doelstellingen uit het meerjarenperspectief, de ontwikkelingen in de kadernota, de Product- Diensten Catalogus (PDC) en de ervaringen van voorgaande jaren. De (meerjaren) begroting geeft een overzicht van de te verwachten kosten en opbrengsten voor het eerstvolgende jaar en de daaropvolgende drie jaar. Hierbij worden de wensen en middelen op elkaar afgestemd waardoor een structureel sluitende meerjarenbegroting ontstaat. De meerjarenbegroting is op hoofdlijnen op het niveau van de Omgevingsdienst. Deze wordt later uitgewerkt in de individuele werkplannen van de deelnemers. In de individuele werkplannen worden de afspraken tussen de Omgevingsdienst en de deelnemers vastgelegd voor de uitvoering van de overeengekomen taken. Per deelnemer zijn de doelstellingen vertaald naar producten en is op basis van de PDC en de begroting op productniveau aangegeven welke en hoeveel producten afgenomen worden. Het werkplan wordt op ambtelijk niveau afgestemd. In 2013 is gestart met het project Herijking van de Planning & Control cyclus. Dit project komt voort uit (1) de verbeteringen naar aanleiding van het Klanttevredenheidsonderzoek en (2) het uitvoeringsplan van de strategienota. In het project wordt de gehele Planning & Control-cyclus, zowel extern als intern, beoordeeld en de Planning & Control instrumenten aangepast. Hierbij is ook aandacht voor de financieringssystematiek, verbetering van de informatievoorziening naar de deelnemers en zichtbaar maken van de samenhang in en tussen de verschillende producten uit de Planning & Control cyclus. De verwachting is dat dit project eind 2014 afgerond is, zodat vanaf 2015 de resultaten geïmplementeerd kunnen worden. Kadernota 2015 3

Deel 1: Beleidsinhoudelijke kaders 2015 1.1 Strategienota Richting kiezen en Uitvoeringsplan In de door het algemeen bestuur vastgestelde Strategienota 2013 2017 Richting kiezen staat de ambitie van de Omgevingsdienst samengevat in de volgende tien punten: 1. De Omgevingsdienst werkt voor de hele regio Holland Rijnland op het hele terrein van de fysieke woon- en leefomgeving. Zij voert het beleid uit dat door haar deelnemers (colleges, gemeenteraden, Gedeputeerde Staten en Provinciale Staten en/of het Algemeen Bestuur) wordt vastgesteld; 2. De Omgevingsdienst is een zelfstandige, robuuste en betrouwbare organisatie die haar bedrijfsvoering op orde heeft; 3. De Omgevingsdienst staat dichtbij haar deelnemers en is direct toegankelijk voor vragen en het bieden van oplossingen. De nabijheid voor de deelnemers en kennis van de lokale situatie is onze kracht. Burgers en ondernemers kennen ons en weten ons te vinden, ook via het loket van de gemeenten. 4. De Omgevingsdienst zet in op stimulering van gewenst gedrag door meer dan alleen toezicht en handhaving. Als gewenst gedrag beter op andere manieren kan worden bereikt (bijvoorbeeld door voorlichting), dan zullen wij ons instrumentarium daar op aanpassen. Dit maakt het voor burgers en bedrijven aantrekkelijker en bespaart bovendien kosten voor haar opdrachtgevers in het toezicht en de handhaving; 5. De Omgevingsdienst is een kennisintensieve uitvoeringsorganisatie op het gebied van de fysieke woon- en leefomgeving. Zij bouwt voortdurend expertise op die zij inzet voor de kwaliteitsverbetering van de woon- en leefomgeving. Tegelijkertijd kunnen deelnemers deze expertise inzetten voor het ontwikkelen van beleid; 6. De Omgevingsdienst is gericht op voortdurende innovatie en verbetering in methoden en technieken die ten goede komen aan de kwaliteit en de efficiëntie van de uitvoering. Doorontwikkeling naar een lerende organisatie is hierbij een voorwaarde; 7. De Omgevingsdienst wil risico s niet alleen beheersbaar maken maar ook een zo minimaal mogelijk beroep doen op collectieve middelen en met zo min mogelijk (over)last voor de burgers en bedrijven als oorspronkelijke initiatiefnemers; 8. We zijn een sterke partner in de regio en werken vernieuwend samen met onze deelnemers en andere uitvoeringsorganisaties (zoals de veiligheidsregio, het Openbaar Ministerie en andere uitvoeringsdiensten); 9. De kwaliteit van de uitvoering staat voorop. Om alert te blijven op het door de deelnemers ervaren kwaliteitsniveau, zal elke twee jaar een onafhankelijk klanttevredenheidsonderzoek worden uitgevoerd; 10. De Omgevingsdienst voldoet aan de kwaliteitseisen van een robuuste uitvoeringsorganisatie zoals gesteld in de package-deal tussen Rijk, IPO en VNG. Het is aan de Omgevingsdienst om deze ambities te realiseren. In het Uitvoeringsplan geeft het management van de dienst aan wat de bestuurlijke ambities betekenen voor de organisatie; wat er moet veranderen en hoe dat moet gebeuren. De managementvisie bestaat uit drie pijlers: Dienstverlening naar opdrachtgevers verbeteren Positie van de dienst als Netwerkspeler versterken Meer kwaliteit realiseren met minder middelen Kadernota 2015 4

Het dagelijks bestuur heeft op 9 december 2013 het Uitvoeringsplan vastgesteld en de directeur opdracht gegeven de organisatie van de dienst conform het Uitvoeringsplan aan te passen, om de ambities uit de strategienota te realiseren. In 2014 worden de projecten uitgevoerd die hieraan moeten bijdragen. Het betreft dan zowel de technische-organisatorische implementatie als aanpassing van werkwijze en werkhouding (cultuur aspecten) bijvoorbeeld op gebied van inlevingsvermogen. Het jaar 2015 zal vooral gericht zijn op het bestendigen van de nieuwe werkwijze in de organisatie. De in de Strategienota opgenomen 10 punten en het uitvoeringsplan vormen het kader waarbinnen de begroting 2015 wordt opgesteld. 1.2 Ontwikkeling Bouwtaken Op dit moment voert de Omgevingsdienst de bouwtaken uit voor de gemeente Noordwijk (alleen toezicht) en de provincie Zuid-Holland. Naar verwachting moeten alle uitvoerende overheidsorganisatie per 1 januari 2015 ook voor de bouwtaken voldoen aan kwaliteitscriteria. Alle uitvoerende organisaties is gevraagd een zelfevaluatie van de uitvoering van de bouwtaken uit te voeren en, indien niet aan de eisen wordt voldaan, een verbeterplan op te stellen. In de praktijk lijkt het erop dat maximaal tien procent van de gemeenten in Nederland zelfstandig aan de kwaliteitscriteria kan voldoen. Gemeenten met minder dan ca. 80.000 inwoners zijn te klein om voldoende personeel in dienst te hebben en om voldoende werk te genereren. Binnen het werkgebied van de Omgevingsdienst kunnen mogelijk alleen de gemeente Leiden en de gefuseerde gemeente Alphen aan den Rijn aan de kwaliteitscriteria voldoen. Alle andere gemeenten moeten een samenwerkingsrelatie aangaan om voldoende massa (in personeel en omvang van het werkpakket) te genereren. Een samenwerkingsrelatie daarvoor moet duurzaam zijn. Er is een aantal oplossingsmogelijkheden: taken onderbrengen bij een (centrum) gemeente; taken onderbrengen bij een nieuw op te richten gemeenschappelijke regeling; taken onderbrengen bij een bestaande regionale uitvoeringsdienst. De Omgevingsdienst voert de milieutaken uit voor een groot aantal gemeenten in Holland Rijnland. Omdat de bouwtaken onder dezelfde wetgeving vallen, is het een logische keuze voor gemeenten om ook de bouwtaken bij de Omgevingsdienst onder te brengen. Het is aan de gemeenten om daar een beslissing over te nemen. Door een aantal gemeenten in de Bollenstreek wordt momenteel onderzoek gedaan naar de mogelijkheid om de bouwtaken uit te besteden naar de ODWH. Andere gemeenten willen vooralsnog geen uitplaatsing van deze taak. Op zich past een Wabo-brede uitbreiding van het takenpakket bij het profiel van de dienst. Die ambitie is ook in de Strategienota vastgelegd en op grond daarvan is de dienst volop bezig haar systemen voor Wabo-brede uitvoering aan te passen. Het is dus een reële optie, ware het niet dat de dienst tijd nodig heeft om de veranderagenda van het Uitvoeringsplan in 2014 te realiseren. Door de dienst wordt daarom de mogelijkheid verkend voor een aanpak waarin door middel van (sub) regionale poulevorming met gemeenten kennis kan worden gedeeld en flexibel kan worden ingezet, zodanig dat de dienst en de gemeenten per januari 2015 aan de kwaliteitscriteria voldoen en ontwikkelingen voor de dienst beheersbaar blijven. 1.3 Omgevingswet De Omgevingswet zoals door het Rijk met grote ambitie wordt voorbereid, is het slotstuk op de integratie van alle regelgeving op het gebied van ruimtelijke ordening, natuur en milieu en water. Doel van de Omgevingswet is integraal gebiedsgericht beleid, met mogelijkheden voor individueel maatwerk. Door de inwerkingtreding van deze wet en het daarin opgaan van onder meer de Wet Kadernota 2015 5

ruimtelijke ordening, Wet milieubeheer, Woningwet en Waterwet wordt in ieder geval verwacht dat overheden kunnen komen tot minder regels met meer samenhang, dat de een-loket-gedachte voor bedrijven en burgers daadwerkelijk wordt gerealiseerd en dat het bedrijfsleven aan minder onderzoeksverplichtingen hoeft te voldoen. Door de Omgevingswet wordt het belangrijker dan voorheen dat de Omgevingsdienst vroegtijdig adviseert over initiatieven. In de uitvoering wordt een accentverschuiving verwacht. De meerwaarde van (integrale) advisering hoort thuis in de initiatief-fase. Daar waar bij vaststelling van toetsingskaders en het toezicht daarop gezocht wordt naar een eenduidige en transparante dienstverlening. De Omgevingswet zal zorgen voor een verandering van het maatschappelijk speelveld, waarbij een belangrijke rol is weggelegd voor de Omgevingsdiensten als professionele uitvoeringsorganisatie voor alle aspecten van deze wetgeving. 1.4 Ontwikkelingen in 2014 die van invloed zijn voor 2015 In 2014 vinden de volgende ontwikkelingen plaats, die van invloed zijn op de begroting 2015. Toetredingen Gemeente Katwijk treedt zomer 2014 toe met het basistakenpakket. De gemeenten Noordwijkerhout en Voorschoten zullen naar verwachting in 2014 toetreden. Nota VTH Provincie In de nota Vergunningen, Toezicht en Handhaving 2014 2017 legt de provincie haar uitvoeringstaken, doelstellingen en visie vast. De nota heeft betrekking op vergunningverlening, toezicht en handhaving op grond van de Wabo en Brzo voor het milieudeel en op het uitvoeren van deze taken op grond van groene, water en bodem wet- en regelgeving. De nota Vergunningen, Toezicht en Handhaving 2014 2017 is de opvolger van de nota VTH 2010 2013 en de appendix van 30 oktober 2012 waarin de regels zijn aangescherpt voor toezicht en handhaving van Brzo bedrijven. Met deze nieuwe nota geeft de provincie invulling aan de kwaliteitseisen zoals die zijn vastgelegd in het Besluit omgevingsrecht voor toezicht en handhaving en aan de verbrede kwaliteitscriteria 2.1 zoals die voor vergunningen en toezicht en handhaving zullen worden opgenomen in de Wabo en de Omgevingswet (wetsvoorstel VTH). In de begroting 2015 wordt rekening gehouden met dit beleidsinhoudelijk kader voor provinciale taken. Nota VTH gemeentes De Nota VTH gemeentes is een meerjarig beleidsplan voor de uitvoering van het taakveld vergunningverlening, toezicht en handhaving. Door de invoering van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht worden overheden aangezet burgers en bedrijven meer centraal te stellen. Er wordt onder andere gestreefd naar een uniform en eenduidig overheidsoptreden rond vergunningverlening, toezicht en de handhaving van het omgevingsrecht. Een nota VTH geeft richting en biedt een strategisch kader voor uitvoering, maar bevat ook operationele doelstellingen en maatregelen om de VTH taakuitvoering te verbeteren en risico s voor de fysieke omgeving in te schatten en beheersbaar te houden. Kadernota 2015 6

In de begroting 2015 wordt rekening gehouden met dit beleidsinhoudelijk kader voor gemeentelijke taken. VVGB Op 1 oktober 2010 is de Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht (Wabo) van kracht geworden. Met het van kracht worden van deze wet zijn sommige inrichtingen van bevoegd gezag verschoven van provincie naar gemeente. In de packagedeal tussen Rijk, IPO en VNG is vervolgens afgesproken dat, totdat alle milieuwerkzaamheden door een RUD zouden worden uitgevoerd, de provincie door middel van een Verklaring Van Geen Bedenkingen, (hierna VVGB) betrokken zou zijn bij vergunningverlening van deze bedrijven en dat ook het toezicht op de milieucomponent door de provincie zou worden uitgevoerd. Het gevolg van het afschaffen van de VVGB is dat de gemeenten per 1 januari 2014 volledig bevoegd gezag zijn voor alle voormalige provinciale bedrijven met uitzondering van de (provinciale) IPPC- en de BRZO-bedrijven. De gemeenten worden verantwoordelijk voor het milieudeel van de omgevingsvergunning. Deze taak beleggen zij bij de Omgevingsdienst conform de afspraken over het Basistakenpakket. De wijzigingen (waaronder de afschaffing van de VVGB) zijn per 1 januari 2014 van kracht. Uitgangspunt vormt de eerste begrotingswijziging 2014 waarin de financiële consequenties zijn geregeld. De gemeenten financieren de uitvoering van werkzaamheden bij deze bedrijven. Dit doen zij door de Omgevingsdienst de aan het gemeentefonds toegevoegde middelen voor decentralisatie provinciale taken vergunningverlening, toezicht en handhaving ter beschikking te stellen. De lumpsum van de provincie Zuid-Holland wordt met dit bedrag verlaagd. 1.5 In/na 2015 aflopende subsidies Subsidie externe veiligheid De subsidie vanuit het Rijk voor verbetering van de externe veiligheid eindigt op 31 december 2014 zonder dat er concrete aanwijzingen zijn dat deze in enige vorm wordt voortgezet. Dit betekent het einde van het hiermee gefinancierde Regionaal programma externe veiligheid. Er wordt van uitgegaan dat vanaf 1 januari 2015 geen middelen meer beschikbaar zijn. NSL Het Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (NSL) heeft tot doel om voor 2015 overal aan de in Europees verband vastgestelde grenswaarden voor stikstofdioxide en fijn stof te voldoen. De Omgevingsdienst coördineert de maatregelen en is budgethouder voor de subsidiegelden. Tot 1 januari 2015 gaat het om 200 uur per jaar. Berekeningen op basis van de monitoringsresultaten van 2012 laten nog overschrijdingen van de grenswaarden zien voor 1 januari 2015. In de loop van 2016 moeten de meetresultaten over 2015 uitwijzen of Nederland wel of niet aan de grenswaarden voor stikstofdioxide voldoet. Omdat dit waarschijnlijk niet overal lukt heeft het dagelijks bestuur in 2013 besloten de huidige aanpak nog enige tijd voort te zetten en is vanuit het ministerie een verlenging tot 1 januari 2017 in voorbereiding. De verlenging van de aanpak van het programma zorgt er ook voor dat de programmatoetsing van het NSL langer van toepassing is op de onderbouwing van projecten. Tijdens de verlenging wordt dit geraamd op 150 uur per jaar. Geluid - Subsidie gevelsanering De subsidie vanuit het Rijk voor uitvoering van geluidsanering, de zogenaamde ISV III periode 2010-2014, eindigt per 2015. Er bestaat nog geen duidelijkheid of de huidige periode wordt opgevolgd door een nieuwe budgetperiode, waarmee A-lijstwoningen van de saneringsvoorraad kunnen worden uitgevoerd. De onduidelijkheid over de beschikbaarheid van subsidiegelden beïnvloedt de saneringsverplichting voor gemeenten ten aanzien van de saneringsvoorraad niet. Op dit moment Kadernota 2015 7

kan de resterende omvang van de saneringsverplichting vanaf 2015 nog niet worden vastgesteld. In de begroting 2015 wordt rekening gehouden met de op dat moment bekende situatie over het dossier gevelsanering. Kadernota 2015 8

Deel 2: Financiële Kaders 2015 2.1 Indexering In de nota Planning en Control 2014 2017 is vastgelegd dat de begroting jaarlijks wordt geïndexeerd. De indexering kent een component voor de salarissen en een component voor het materiële budget 1. In de brief van het bestuurlijk overleg financiële kaderstelling gemeenschappelijke regeling van gemeenten in de regio Hollands Midden wordt voor indexering echter uitgegaan van het volgende: de indexering vanaf 2012 te baseren op de publicatie van de nominale ontwikkeling (gebaseerd op het BBP uit de MEV) in de septembercirculaire (T-2) van het nieuwe begrotingsjaar... Indexering voor salarissen en materiële component In afwijking van de genoemde systematiek uit de nota Planning en Control voor het berekenen van de indexering wordt in de Kadernota 2015 uitgegaan van de indexering uit de brief van het bestuurlijk overleg. Hierbij is als overweging meegenomen dat op basis van de huidige inzichten er weinig verschil (0,03 %) bestaat met de in de nota Planning en Control opgenomen berekeningswijze. Daarnaast weegt zwaar mee dat de meeste colleges hebben ingestemd met de berekeningswijze van het genoemde bestuurlijk overleg. Voor 2015 wordt gerekend met een indexering van 1,41 % van het standaard uurtarief ten opzichte van 2014. Indexering met betrekking tot inkomsten Het tarief voor levering van diensten wordt volgens de nota Planning en Control verhoogd met de indexering. Aangezien er is gekozen om de Strijknorm te hanteren, geldt voor deze inkomsten voor 2015 een indexering van 1,41%. 2.2 Tarief Uurtarief 2015 deelnemende gemeenten Conform de indexering voortvloeiend uit de brief van de werkgroep Strijk (1,41%) is het tarief voor 2015 op de volgende wijze bepaald. Er wordt uitgegaan van een standaard uurtarief van 80,40 voor de deelnemende gemeenten. Dit is als volgt opgebouwd: Vastgestelde tarief 2014: 79,25 Indexering Strijk 1,41 % 1,12 Tarief 2015 80,37 (afgerond 80,40) Tarief product begroting 2009 Tarief product begroting 2010 Tarief Tarief Tarief Tarief Tarief begroting 2015 begroting 2011 begroting 2012 begroting 2013 begroting 2014 Uurtarief 74,00* 74,20** 76,00 78,10*** 79,25 79,25**** 80,40 Tabel 1 Uurtarief deelnemende gemeenten 1 Met de provincie Zuid-Holland vinden gesprekken plaats over het overgaan naar een kostprijsmodel (zie paragraaf 2.6). Indexering vormt dan onderdeel van het berekenen van kostprijs. Kadernota 2015 9

* Het uurtarief van 2009 was berekend op 75,53. Door efficiencyvoordelen was het echter mogelijk het uurtarief te verlagen naar 74,-. Bij de indexeringen in de jaren 2010 en 2011 is uitgegaan van dit verlaagde tarief. Hierdoor is het efficiency voordeel van 2009 structureel. ** De oorspronkelijke berekening voor 2010 kwam uit op een uurtarief van 75,-. Als gevolg van de loonmatigingen is in het dagelijks bestuur van 20 april 2009 besloten de salarissen in 2010 niet te indexeren. *** Het uurtarief van 2012 is in het algemeen bestuur van december 2011 op het laatste moment gewijzigd en vastgesteld op 78,- als gevolg van wijzigingen in de pensioenpremies. Besloten is voor 2012 het uurtarief van 78,10 te hanteren, omdat deze al was verwerkt in alle begrotingen. De indexering van 2013 is toegepast op het tarief van 78,-. **** Voor 2014 heeft het algemeen bestuur besloten de voorgestelde indexering van 4,01 % niet toe te passen en de nullijn aan te houden. Het te hanteren uurtarief bleef daarmee gelijk aan het uurtarief over 2013, te weten 79,25. In de nota Planning en Control wordt aangegeven wat het uurtarief is voor meerwerk (125% van het standaard uurtarief) en voor incidenteel werk (150 % van het standaard uurtarief). Voor 2015 worden de volgende tarieven gehanteerd: Meerwerk 100,46 (afgerond 100,50) Incidenteel werk 120,56 (afgerond 120,60) Doorwerking in lumpsum 2015 provincie Zuid-Holland Met de provincie is een lumpsum afgesproken vanwege het verschil in rechtspositieregeling tussen de medewerkers van de provincie en de medewerkers van gemeenten. In het bedrijfsplan is afgesproken dat in de eerste drie jaar na toetreding van de provincie ervaringsgegevens worden opgebouwd en de kostprijs nader wordt verfijnd. In de periode tot 1 juli 2015 ontvangt de Omgevingsdienst financiering in de vorm van een Lump Sum (zie hierna onder 2.6 Lumpsum provincie Zuid-Holland). De lumpsum wordt verhoogd met de hiervoor genoemde indexering van 1,41%. Daarnaast wordt de taakstelling van 5,31%, zoals hierna uitgewerkt in paragraaf 2.3 op de lumpsum in mindering gebracht. Uurtarieven 2015 contractgemeenten Het externe uurtarief wordt doorberekend aan de contractgemeenten. Het externe uurtarief is het standaard uurtarief, verhoogd met een risico-opslag van 10 %. In de begroting 2015 wordt uitgegaan van 88,45 per uur voor de contractgemeenten. 2.3 Financieel Kader Gemeenschappelijke regelingen 2015 2018 (Strijknorm) Het financieel Kader Gemeenschappelijke regelingen 2015 2018 heeft voor de Omgevingsdienst effect op de te hanteren indexering (een lagere index als op grond van de nota Planning en Control 2014 2017 wordt berekend) en een extra taakstelling van 5,31 % ten opzichte van 2014 (mogelijk oplopend tot 9,15 % in 2018). Met het Uitvoeringsplan strategienota Richting Kiezen (zie ook onder 1.1) wordt deze besparing gerealiseerd. De ruimte die nodig is voor het invullen van de taakstelling wordt gevonden in efficiënter en effectiever werken, vooral door het zakelijk werken, het stroomlijnen van (digitale) werkprocessen en het professionaliseren van de organisatie - met behoud van de vastgestelde kwaliteit. De taakstelling betekent een reductie van de formatie met ca. 8 fte 2, waardoor frictiekosten niet uitgesloten kunnen worden. De Omgevingsdienst probeert de frictiekosten zo beperkt mogelijk te houden, bijvoorbeeld door vacatures intern te vervullen. De concrete effecten die samenhangen met de invulling van de taakstelling worden zichtbaar in de begroting 2015. Omdat deze maatregelen een dienst brede uitwerking hebben op alle werkprocessen zal de taakstelling voor alle opdrachtgevers worden gerealiseerd dus ook voor de provincie Zuid-Holland en Noordwijk waar een lumpsum is overeen gekomen. 2 Formatie 2014 volgens de door het algemeen bestuur vastgestelde begroting 2014 bedraagt 147,9 fte. Een bezuiniging volgens de Strijknorm (5,31%) betekent een taakstelling van ca. 8 fte. Kadernota 2015 10

De in paragraaf 2.2 en 2.3 genoemde taakstelling staat los van de in paragraaf 2.4 opgenomen ontwikkelingen, waarvan de bezuiniging al in de meerjarenraming verwerkt is. 2.4 Doorwerking meerjarenbegroting 2015 2017 Onderstaande - in de (meerjaren)begroting genoemde - ontwikkelingen worden in de periode 2015 tot 2017 verwacht 3. Externe veiligheid 2015: - 3.446 uur - 42.000 2016: 0 uur 2017: 0 uur In 2015 vervalt de Rijkssubsidie voor Externe Veiligheid. De subsidie wordt mogelijk vanaf 2015 gecompenseerd door een bijdrage uit het gemeentefonds. Vooruitlopend op het vervallen van de subsidie is in het dagelijks bestuur van oktober 2012 een besluit genomen om enerzijds op de programmakosten van het subsidieprogramma en anderzijds op andere taken van de Omgevingsdienst te bezuinigen om de inkomstenderving op te kunnen vangen. De maatregelen betreffen de doorwerking naar 2015 van het bezuinigingspakket om de taakstelling uit de begroting 2014 in te vullen. Actieplannen geluid en geluidskaarten 2015: 0 uur 2016: 0 uur 2017: + 700 uur In het kader van de EU-richtlijn omgevingslawaai moeten geluidskaarten elke vijf jaar worden opgesteld of geactualiseerd. De huidige periode loopt van 2010 2014. Daarna start een nieuwe periode van 2015 2019. In de nieuwe periode zal de piek van de werkzaamheden in de jaren 2017 en 2018 liggen. Afschrijvingskosten bodemkwaliteitskaarten 2015: + 26.900 2016: - 300 2017: - 18.100 Eind 2012 is, na toestemming van het algemeen bestuur in juni 2013, een bestemmingsreserve gevormd ter dekking van de jaarlijkse afschrijvingskosten van de Bodemkwaliteitskaarten. Uit deze bestemmingsreserve kunnen de afschrijvingskosten van 2013, 2014 en een gedeelte 2015 gedekt worden. Met ingang van 2015 zullen de jaarlijkse afschrijvingskosten weer via het materieel budget in rekening worden gebracht bij de deelnemers. In 2017 zal een groot gedeelte van de bodemkwaliteitskaarten afgeschreven zijn. Voor een deel van 2015 is dekking aanwezig, voor de jaren vanaf 2016 niet meer. NME 2015: - 20.000 2016: 0 2017: 0 Het contract met het NME-steunpunt loopt tot en met 2014. Geluid - Gevelsanering 2015: + 200 uur 2016: - 400 uur 2017: - 100 uur 3 Conform de op 24 juni 2014 door het algemeen bestuur vastgestelde begroting 2014 met de daarbij horende meerjarenraming 2015 2017. Kadernota 2015 11

De werkzaamheden voor gevelsaneringsprojecten worden elk jaar opnieuw verdeeld. Het budget is bestemd voor de afhandeling van de lopende werkzaamheden voor gevelsanering. 2.5 Lumpsum Provincie Zuid-Holland Met de provincie is een Lump Sumbedrag afgesproken waarin de reguliere werkzaamheden zijn opgenomen. De Lump Sumbijdrage is gebaseerd op de werkelijke salariskosten van de medewerkers die per 1 juli 2012 over zijn gekomen naar de Omgevingsdienst. De afspraken over de lumpsum gelden voor drie jaar en lopen tot 1 juli 2015. Er wordt gewerkt aan een uniform kostprijsmodel voor alle Omgevingsdiensten in Zuid-Holland, dat in de plaats treedt van de Lump Sum. Voor 2015 wordt de lumpsum verhoogd met de in paragraaf 2.1 genoemde indexering van 1,41%. Daarnaast wordt de taakstelling van 5,31%, zoals uitgewerkt in paragraaf 2.3 op de lumpsum in mindering gebracht. Kadernota 2015 12

Vastgesteld door het algemeen bestuur van de Omgevingsdienst West-Holland d.d. 24 februari 2014 De Vice-voorzitter, De secretaris, J.H. Stuurman D.W.M. Eskes Kadernota 2015 13