Voeding als basistherapie



Vergelijkbare documenten
Immunologie. Afweer. Wij leven als levende organismen in evenwicht met onze omgeving

Nederlandse samenvatting

Chapter 10. Samenvatting

Centrumlocatie. Voedselprovocatie. Afdeling Allergologie

Voedselprovocatie. Havenziekenhuis. april 2012

Samenvatting Biologie H7 Biologie Eten

Gluten & koemelk De link met gezondheidsklachten Een complete gids voor therapeut & patiënt

Allergie. Voedingsallergie en atopie bij hond en kat. Afweer. Afweer Eiwitten (15-40 kda) Glycoproteïne (10-70 kda)

De immunologische achtergrond van orale tolerantie. Femke Broere Assistant professor

Voedselallergie en voedselintolerantie

Voedselovergevoeligheden


Nederlandse samenvatting

Minisymposium voedselallergie. 28 april 2011 Chris Nieuwhof, internistallergologe/immunologe

ImuPro wijst de weg naar een voor u goede voeding. Het is uw route naar een betere gezondheid.

Moeten mensen er echt mee leren leven of... zou het ook aan onze voeding kunnen liggen?

NEDERLANDSE SAMENVATTING

Maternale en lactogene immuniteit. Wat mag je als dierenarts verwachten van moedermelk?

Coeliakie diagnostiek

Onderzoek naar koemelkallergie Informatie over koemelkallergie en over onderzoek met dubbelblind placebogecontroleerde voedselprovocatie (DBPGVP)

Allergie bij kinderen: peanuts?! DDr. Annemie Wijnants

Orthomolecualire Gezondheidsleer. Curriculum 2015

Nederlandse samenvatting

Klaus-Dietrich Runow

Snel en effectief ingrijpen dankzij ziekte-overstijgend immunologisch onderzoek. Een betere aanpak van chronische ziekten

Nederlandse samenvatting. Baarmoederhalskanker en het humaan papillomavirus

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation

Onderzoek naar koemelkallergie

Sophia Kinderziekenhuis. Voedselprovocatie. Test op voedselallergie

Nederlandse Samenva ing


Voedselallergie; kliniek en diagnostiek

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation

Voeding en buikklachten: Van wetenschap tot voedingsadvies. 10 april 2017, Dr Nicole M de Roos

Prikkelbare Darm Syndroom

Onderzoek naar koemelkallergie

Groepsspreekuur Urticaria & Angiooedeem. Urticaria = galbulten = netelroos

artuvet a nextmune company Artuvetrin Voedingsmiddelen Test Voedselallergie Diagnose en behandeling

Hoofdstuk 1 bevat een algemene inleiding over coeliakie en de behandeling en een beschrijving van het doel van dit proefschrift. Coeliakie komt tot ex

SPIJSVERTERINGS- STELSEL

IgG EN IgE IN DE ONTWIKKELING VAN ALLERGIE EN ASTMA, EEN STUDIE ONDER JONGE KINDEREN IN DE HUISARTSENPRAKTIJK

Nederlandse samenvatting

Het Asyra IDT systeem is de nieuwste ontwikkeling. Welkom in de 21 eeuw van de gezondheid

DC-SIGN + cellen een rol spelen in de opruiming van dode thymocyten uit de cortex van de humane thymus (Hoofdstuk 2). De co-expressie van het

Allergie kind: Koemelkeiwittest aanvullende informatie (Kinderafdeling)

Koemelkallergie. Test met voedselprovocatie. Allergie of intolerantie? Voedselprovocatie. Provocatie en eliminatie

Het chronisch vermoeidheidssyndroom (ME)

ALLERGIEDIAGNOSTIEK IN HET LABORATORIUM. S.O. Stapel

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Fibromyalgie. Copyright Alle rechten voorbehouden.

Koemelkallergie? De eliminatie-provocatietest

Huidklachten en de rol van voeding. Yvonne van Stigt Master klinische psycho neuro immunologie

Voedselprovocatietest. Informatie voor ouders

Nederlandse samenvatting

Allergie. Benamingen Indeling in type Enkele (misleidende) voorbeelden NIET over de therapie. Component allergie Dr Erna Van Hoeyveld

Periodieke Koorts met Afteuze Faryngitis en Adenitis (PFAPA)

1/23/2013. Index. Index. Nieuwe strategieën om kinderen met KMA sneller te laten herstellen. Orale tolerantie: Concept. Vriend of vijand?

Allergische rhinitis bij kinderen

6,1. Praktische-opdracht door een scholier 4003 woorden 16 april keer beoordeeld. Hoofdvraag & Deelvragen: Wat is voedselallergie?

Samenvatting. Samenvatting

Tolerantie inductie bij kippenei-allergie. Jasmine Leus kinderarts Pentalfa

Mijn kat heeft darmproblemen wat nu?

Onderwijsmateriaal voor toetsgroepen

Het syndroom van Klinefelter: Screening en opvolging van metabole afwijkingen. David Unuane Endocrinologie Klinefelter Kliniek, UZ Brussel

SAMENVATTING IN HET NEDERLANDS

Neuroimmunologische veranderingen in het Complex Regionaal Pijn Syndroom

Nederlandse samenvatting

Tolerantie-inductie bij voedselallergie: T-cellen als mogelijke target

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Voedselallergie en voedselprovocatietest bij kinderen

Voedings - overgevoeligheid

Chapter 6. Nederlandse samenvatting

Wil je meer weten over OPS, hieronder vind je de volgende onderwerpen:

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Fysieke fitheid, vermoeidheid en fysieke training bij sarcoïdose patiënten

Voedselallergie: Veel gestelde vragen

Voedingsadvies bij koemelkallergie. Diëtetiek

Diabetes. Vraag je Alphega apotheek om meer informatie en advies. Jouw gezondheid is onze zorg

Somatische comorbiditeit bij affectieve stoornissen

Dermatologie. Voedselallergie. Afdeling: Onderwerp:

Immuun Activatie in Relatie tot Manische Symptomen in Depressieve Patiënten. Karlijn Becking MD-PhD student, UMCG

Samenvatting voor niet ingewijden

Langzaam werkende schildkier: best lastig! Johan Meinardi

Voedselprovocatietest. Informatie voor ouders

Citation for published version (APA): van Thuijl, A. O. J. (2012). Exploring immunological mechanisms in cow s milk allergy

Geschreven door Diernet Team zaterdag, 11 december :44 - Laatst aangepast vrijdag, 17 december :16

Niet-technische samenvatting Algemene gegevens. 2 Categorie van het project

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Behandeling met Entyvio (vedolizumab)

Voedselovergevoeligheid bij hond en kat

VOEDSELPROVOCATIETESTEN BIJ KINDEREN

Diabetes. Inhoud. In Nederland hebben ongeveer mensen diabetes. Van die weten personen niet dat ze de ziekte hebben.

SAMENVATTING. 140 Samenvatting

Calprotectine bepaling in feces

in de route kunnen activeren. Een groep van enzymen die ook deel uitmaken van deze cascade zijn de mitogen-activated protein kinases (MAP kinases).

VOEDSELOVERGEVOELIGHEID BIJ HONDEN EN KATTEN

Nederlandse samenvatting

3 onderwerpen. Irritable bowel syndrome (PDS) vanuit het Patientenperspectief

Ontwikkeling van genezende medicijnen tegen ouderdomsgerelateerde ziekten. Ad W. van Gorp, oprichter en CEO

Maag-, darm- en leverziekten. Infliximab / Remicade bij de ziekte van Crohn en colitis ulcerosa

Transcriptie:

jvanmontfort@cigmtr.nl 5 > Meting van Immuunglobuline-G (IgG) is een direct bruikbaar hulpmiddel om problemen met voeding te kunnen corrigeren. Inleiding In ons dagelijks leven worden we blootgesteld aan het contact met talloze stoffen: via huidcontact, inhalatie en langs de orale weg. Dit artikel gaat vooral in op onze dagelijkse voeding, waarin talloze aspecten een rol spelen. Het blijkt dat voor veel chronische ziekten een verband te vinden is met voeding. Specifiek gaat het daarbij om verstoringen in de immuunrespons, waardoor het eten van een bepaalde soort voeding een disbalans veroorzaakt in de immuun-zelfregulatie van het lichaam. Er zijn verschillende methoden waarmee zulke verstoorde immuunresponsen zijn te detecteren. Een aantal wordt daarvan benoemd. Eén ervan wordt meer specifiek besproken: met de huidige technieken is het mogelijk de IgG in het lichaam voldoende gericht te bepalen om op basis daarvan goed bijsturend voedingsadvies te kunnen geven. Onderzoek, in diverse landen, heeft laten zien dat hierdoor verbetering ontstaat voor veel chronische ziekten. Ook in Nederland zijn er onderzoeken gepland op dit gebied, zoals een ADHD-project samen met de universiteit Wageningen. Voeding is een dagelijks terugkerend genoegen, maar als we dagelijks de foute voeding tot ons nemen is voeding een dagelijks terugkerende belasting. Een van de basisprincipes is dan ook dat voor een therapie de voeding aangepast dient te worden aan de gezondheidstoestand van de patiënt. Van tolerantie naar intolerantie Veel van de chronische ziekten zijn te begrijpen op basis van verstoorde immuunrespons. Het lichaam reageert op bepaalde voedingsstoffen op een manier die het functioneren van het lichaam zelf verstoort. Het betreft hier vooral cellulaire processen, die met de spijsvertering zijn verbonden. Het volgende vat deze samen. De inhoud van de darm is voor ons lichaam in principe buitenwereld. De opname van voedingstoffen vindt dan ook transcellulair plaats (figuur 1). Proteïne worden gesplitst door pancreasenzymen tot dipeptiden en aminozuren welke afgebroken worden door de in het membraan aanwezige ami - nopeptidasen. Hierna vindt een transcellulaire opname van aminozuren plaats. Disachariden worden eveneens aan het enterocytenmembraan gehydroliseerd. Daarna vindt een transcellulaire opname van monosachariden plaats door natriumafhankelijke transportproteïne als SGLT-1, GLUT-5 en GLUT-2. Vetstoffen worden gebonden aan galzuren welke na opname in de darmwandcel deels gedeconjugeerd worden en waarin een resynthese van de triglyceriden ontstaat die dan verder in de lymfebanen en capillairen opgenomen worden. Eenmaal opgenomen worden de moleculen herkend door het major histocompatibility complex II (MHC II) en worden deze moleculen gebonden aan de antigeenpresenterende cellen (APC-cellen). Op het niveau van de T- lymfocyten vindt dan een presentatie plaats van de potentiële antigenen aan de Type 1-T-celreceptoren (TCR) met een priming van T-lymfocyten en de ontwikkeling van tolerante signalen aan de CD4+ -cellen. Via de notchreceptoren van de CD4+ ontstaan inhibitoire cytokinen als Interleukine 10 (IL-10) en Transforming Growth Factor β (TGF-β) waardoor er 65 tig jaargang 21 22 Deel 1: Voeding in gezondheidszorg en de geneeskunde

> een tolerantie bestaat voor de voedingsmiddelen. Soms worden voedingsstoffen niet herkend. Dat leidt tot een lichaamsrespons waardoor de lichaamssamenhang wordt verbroken. In de darmwand die voor ons lichaam tot de buitenwereld behoort kan dit leiden tot ontsteking, en wordt de darmwand lek voor vreemde stoffen. Daardoor komen deze vreemde stoffen het lichaam binnen dat daar via een immuunrespons op zal reageren. Dit is een mogelijke basis van chronische ziekte. Normaliter liggen de darmcellen tegen elkaar, verbonden d.m.v. tight-junctions. Hierdoor ontstaat een hechte membraan. Indien deze tight-junctions verslappen t.g.v. dysbiose, infectie, overgevoeligheid etc., ontstaat er een vernietiging van de enterocyten en daardoor een permeabeliteitsstijging. Hierdoor ontstaat een modificatie van het immuun - antwoord waardoor de tolerantie verdwijnt en een intolerantie voor bepaalde voedingsmiddelen ontstaat. We zien dan het volgende gebeuren: in de mucosa zal een antigeen zowel de T- als de B-lymfocyten activeren (figuur 2). Door de B-lymfocyten ontstaan zowel secretoir IgA als IgG. Samen met het antigeen vormt dat een Antigeen- IgG-complex. Dit complex zal circuleren en een adhesie vormen in het weefsel. Daarnaast vindt een complementactivering plaats waardoor er chemotactische moleculen, opsoninen en adhesiemoleculen ontstaan. Figuur 1 Absorptie van voedingsstoffen 66 tig jaargang 21 22 Deel 1: Voeding in gezondheidszorg en de geneeskunde

> Samen veroorzaakt dat een activering van macrofagen, neutrofiele NK-cellen en dendritische cellen. De verkeerde voeding (ook als is die soms nog zo lekker) kan dus leiden tot een darmwandaantas - ting, met een cellulaire immuunrespons. Daarin spelen de celmoleculen (lichaamsmoleculen) een bepalende rol. T.g.v. de activering van deze cellen ontstaan o.a. Tumor Necrose Factor-α (TNF-α), vrije radicalen, proteasen, leukotrienen, prostaglandines en cytokinen. Deze laatste worden ook rechtstreeks geproduceerd door de activering van de T-lymfocyten in de mucosa. Op die manier wordt zowel het TH-1, TH-2 als TH- 3 immuunantwoord geactiveerd. In het geheel van deze biochemische reacties speelt de archidonzuurcascade een belangrijke rol (figuur 3). Onder invloed van de immuuncomplexen ontstaat arachidonzuur uit het plasmamembraan door de membraanphosphalipiden. Uit het arachidonzuur ontstaan leukotrienen type 4, prostaglandines type 2 en tromboxaan type 2. Leukotrienen zijn 1000 x sterker dan histamine, veroorzaken mucussecretie, verhoogde vasculaire doorlaatbaarheid en zijn immuun-onderdrukkend. Prostaglandines zijn 30 x sterker dan histamine, veroorzaken broncho - spasmen en vasodilatatie. Zowel de leukotrienen als prostaglandines zijn proinflammatoire stoffen en spelen op deze wijze een Figuur 2 Immunologische reacties 67 tig jaargang 21 22 Deel 1: Voeding in gezondheidszorg en de geneeskunde

> Figuur 3 Arachidonzuurcascade 68 grote rol in het ontstaan van velerlei ziektebeelden. Daarnaast veroorzaakt PG-E2 een verhoging van TNF-α waardoor een insuline-resistentie ontstaat die opnieuw de archidonzuurcascade activeert waardoor er een vicieuze cirkel ontstaat. Hoewel we deze cascade op verschillende punten kunnen blokkeren door een groot aantal phytotherapeutische en orthomoleculaire preparaten, is het beter om het ontstaan aan de bron aan te pakken, namelijk door het voorkomen van het ontstaan van immuuncomplexen en hyperinsulinisme. De basis van deze aanpak is een eliminatiedieet waardoor het ontstaan van de immuuncomplexen voorkomen wordt. Epidemiologie De precieze prevalentie van immunologische reacties t.o.v. van voedingsmiddelen is onbekend. Er wordt aangenomen dat de prevalentie in onze cultuur hoog is en voortdurend stijgt. De frequentie is bij vrouwen wezenlijk hoger dan bij mannen. De British Allergy Foundation gaat er van uit dat ongeveer 45% van de bevolking in Europa en de VS een voedingsmiddelenovergevoeligheid heeft. Daarom zijn de overgevoeligheidsreacties de meest voorkomende oorzaak voor een chronische ziekte in de industrielanden. Elk voedingsmiddel is potentieel een antigeen waarbij de reactie zeer individueel is. De meest voorkomende antigenen bij kinderen onder de twee jaar zijn koemelk, eigeel en pinda s. Ook tig jaargang 21 22 Deel 1: Voeding in gezondheidszorg en de geneeskunde

> als dit in het begin van het leven nog niet het geval is, kan op latere leeftijd een overgevoeligheid voor melk ontstaan, aangezien het contact met melk meestal dagelijks voorkomt omdat het in zeer veel levensmiddelen wordt gebruikt. Vanaf het vierde levensjaar ontstaan er steeds meer overgevoeligheden voor plantaardige antigenen zoals noten, fruit en groenten. De impact van de effecten van voedselovergevoeligheid zijn enorm. Door het ontstaan van o.a. TNF-α doch ook diverse interferonen en interleukines, zijn er een groot aantal klinische manifestaties van voedselovergevoeligheid. Primair speelt zich het geheel af in het spijsverteringsstelsel. Frequent braken, krampen, pyrosis, misselijkheid, obstipatie, diaree, morbus Crohn etc. kunnen allen door de voedselovergevoeligheid veroorzaakt worden. Via MALT (Mucosa Associated Lymphoid Tissue) en GALT (Gut Associated Lymphoid Tissue) reageren ook de andere slijmvliezen, zodat rhinitis, sinusitis, otitis, COPD, conjunctivitis kunnen ontstaan. Ook de huid kan reageren met als gevolg urticaria, eczeem, acné of psoriasis. Via de verhoging van TNF-α ontstaat een leptine- en insuline-resis - tentie die leidt tot problemen in de type I en II diabetes alsmede adipositas (figuur 4). Ook spelen TNF-α, de prostaglandines type 2, de leukotrienen type 4 en tromboxaan type 2 een rol in het ontstaan van maligniteiten en de risico s op metastasering. Verder zijn relaties gelegd in het zenuwstelsel met migraine, hoofdpijn, concentratieproblemen, autisme, ADHD, vermoeidheid, depressies, hyperactiviteit en multiple sclerose. Deze uitgebreide lijst Figuur 4 Insuline- en leptine-resistentie 69 tig jaargang 21 22 Deel 1: Voeding in gezondheidszorg en de geneeskunde

> 70 laat zien dat het eliminatiedieet op basis van de voedselanalyse als basis dient van al ons therapeutisch handelen. Diagnose met behulp van de IgG test Om voedselovergevoeligheid te detecteren zijn diverse testmethoden ontwikkeld. Bij een goede meetmethode is het immers mogelijk om de verstorende factoren in de voeding te detecteren, en te elimineren. De aantasting van de darmwand, de immuunrespons, en het ontstaan van de chronische ziekte kunnen daarmee dan worden voorkomen. Hiertoe zijn diverse tests ontwikkeld. Doordat ze nogal verschillen, zijn hun resultaten niet gemakkelijk met elkaar te vergelijken. Daarom worden hieronder diverse tests besproken. Dit zijn de antigeentest, de orale provocatietest, eliminatiedieet, lymfocieten-stimulatietest, neutrofielentest, en Elisa IgG tests. De meeste onderzoeken zijn gericht op het detecteren van antigenen. De erbij behorende causale therapie gaat uit van het vermijden van de verantwoordelijke antigenen waardoor de door voedsel-hypersensibilisering veroorzaakte chronische ziekten kunnen worden vermeden. De diagnose van voedselovergevoeligheid is echter moeilijk via de klassieke methode. Er zijn geen gestandaardiseerde voedingsmiddelen voor diagnos - tische doeleinden voorhanden zoals bij de RAST (Radio Allergo Sorbent Test) of de priktest. Daarbij wordt de diagnose moeilijker gemaakt doordat er vaak kruisreacties zijn tussen de pneumo- en voedselantigenen. Als referentiemethode geldt tot nu toe de dubbel blind placebo gecontroleerde orale provocatietest, doch deze methode kan alleen in een ziekenhuis worden uitgevoerd o.a. vanwege het gevaar van een anafylactische shock. Het blijkt dat er weinig correlatie is tussen provocatietest, de RAST c.q. de priktest. De neutrofielentest meet reacties van nog levende neutrofielen. Dit maakt de test gevoelig voor het tijdsinterval tussen bloedafname en meting, voor medicatie, zoals cortisonen, en voor infecties welke de patiënt mogelijk onder de leden heeft. De lymphocyten stimulatietest is een andere vaker gebruikte methodiek om allergieën te diagnosticeren, maar de test is niet geschikt om bijvoorbeeld melkproteïne-allergie aan te tonen. En alternatief is een oligo-antigeen eliminatie dieet, doch deze methodiek is zeer omslachtig. De IgG4 test is weliswaar stabiel, doch meet alleen het IgG4, zoals de naam al zegt. Op dit moment meent men dat juist de IgG1 en IgG3 belangrijke veroorzakers zijn van de chronische klachten door voeding. Deze worden in deze analyse niet gemeten. De meest stabiele en uitgebreide test is de totale IgG-Elisa screening. Hiervoor is een instrument beschikbaar, de ImuPro 300, dat een complete Elisa Screening doet. Daarbij worden alle typen IgG gemeten. Met het uitgebreide pakket aan testen is in de praktijk goed te werken. Het apparaat heeft een CE-validering, wat betekent dat stabiliteit van de resultaten gegarandeerd is. Er worden ook andere IgG testen aangeboden welke de meting verrichten uit bloed verkregen door vingerprik. Daarnaast zijn er laboratoria die de meting uitvoeren d.m.v. een zogenaamde scan. Beide onderzoeken kunnen geen stabiliteit garanderen en zullen dus niet voldoen aan de strenge CE-standaard. In het laboratorium wordt de aangetoonde IgG-activiteit als reactie index aangegeven in graad 1 t/m 4 waarbij graad 1 en 2 tot zwak tot matig te beoordelen zijn, graad 3 en 4 sterk tot zeer sterke immuunreactie. In de rapportage krijgt de patiënt uitleg over de analyse en een individueel receptenplan om het voedingsplan goed te kunnen volgen. Ten opzichte van de neutrofielentest is het voordeel dat deze alleen de IgG1 en IgG3 meet. Ten opzichte van alle andere testen biedt de ImuPro 300 een test op 270 antigenen tegenover rond de 90 voor de andere instrumenten. Die is dank zij nieuwe technologie eenvoudig in de eigen praktijk te doen, en is voldoende specifiek om goed dieetadvies te kunnen geven waardoor in de praktijk blijkt dat tig jaargang 21 22 Deel 1: Voeding in gezondheidszorg en de geneeskunde

> veel chronische ziekten kunnen verdwijnen. Het is daarbij zinvol zoveel mogelijk voedingsmiddelen in dit onderzoek te betrekken, aangezien ons dagelijkse voedingspatroon zeer complex is door het grote aantal ingrediënten. Therapie Zodra een goede diagnose gesteld is, ligt de therapie voor de hand: vermijden van de stoffen waar het lichaam niet goed op kan reageren. Afhankelijk van de aangetoonde onverdraaglijkheid wordt een eliminatiedieet gekoppeld aan een afwisselend rijk voedingspatroon (het rotatieprincipe ). Eventueel wordt een darmsanering toegepast afhankelijk van de verdere diagnostiek. Deze basisbehandeling heeft een therapeutische efficiëntie van minstens 40%, zoals in 2001 is aangetoond bij 1761 proefpersonen welke aan chronische ziekten leden. Als men deze cijfers doortrekt naar de te behandelen ziektebeelden als migraine, spastische darm en eczeem, dan zou de sociaal economische impact voor de behandeling met dieet op deze basis zo groot zijn dat binnen 1 tot 3 jaar een reductie van de uitgaven voor de gezondheidszorg voor de maatschappij zou kunnen volgen. In Luxemburg wordt op dit ogenblik een statistiek van de relatie tussen chronische ziekte en verandering van dieet bijgehouden (tabel 1). Patiënten werden 3 maanden na de test en het begin van het dieet beoordeeld. De behandeling bestond louter uit een voedingsaanpassing. De statistiek laat een grote verbetering zien voor een aantal klachten. Casuïstiek Van het nut van dieet op het behandelen van chronische ziekten zijn goede praktijkvoorbeelden te geven, zoals het volgende laat zien. (Voor de IgG test werd de ImuPro 300 gebruikt.) Een patiënte, geboren 1954, komt in de praktijk wegens rheumatische klachten met actieve ontsteking in de kleine gewrichten. Ze is seronegatief voor de rheumafactoren. Daarnaast is er sprake van Tabel 1 Lopende studie betreffende de relatie tussen chronische ziekte en voeding Symptomen n verdwenen verbetering totaal Misselijkheid Vol gevoel 42,0 110,0 42,9 59,1 54,8 35,5 97,7 94,6 71 Winderigheid 146,0 44,5 45,9 90,4 Oprispingen 76,0 51,3 39,5 90,8 Diarree 49,0 44,9 44,9 89,8 Obstipatie 68,0 33,8 55,9 89,7 Rugpijn 126,0 6,3 46,8 53,1 Spierpijn 60,0 10,0 61,7 71,7 Gewrichtspijn 113,0 13,3 64,6 77,9 Arthrose 62,0 0,0 50,0 50,0 Stijfheid 60,0 13,3 63,3 76,6 Zwellingen 48,0 18,8 56,3 75,1 tig jaargang 21 22 Deel 1: Voeding in gezondheidszorg en de geneeskunde

> 72 overgewicht en een langdurige stress-situatie. In juni 2002 doe ik een voedingsanalyse door meting van IgG waarbij een overgevoeligheid gezien wordt voor koemelk, sinaasappel en gist. Ze bleek dagelijks een glas melk en een glas sinaasappelsap te gebruiken. De gist kreeg ze binnen via producten van de voedingsindustrie; gist wordt daar vaak in gebruikt. Nadat ze deze producten laat staan, is ze in augustus 2002 klachtenvrij en inmiddels is ze 17 kg kwijt. Een patiënt, geboren 1949, komt de eerste keer in de praktijk in december 2002. De klachten zijn braken en pyrosis. Er is sprake van een hernia diafragmatica. De IgG test laat m.n. een overgevoeligheid zien voor glutenhoudende granen. Na 3 maanden eliminatiedieet zijn in mei 2003 alle klachten verdwenen. Daarbij blijkt ook dat zijn huwelijk is ge - red: hij snurkt niet meer. Een patiënte, geboren 1967, heeft een psychisch belaste anamnese. Ze lijdt aan diabetes mellitus waarbij ze 88 IE insuline spuit. Ze heeft migraine waarvoor ze 10 tot 14 paracetamol per dag gebruikt. Er is sprake van adipositas en recidiverende diarrhee. Op basis van de IgG test krijgt ze een eliminatiedieet waarbij m.n. de gluten en gist vermeden worden. Als ondersteuning krijgt ze een preparaat gemaakt van de alge chlorella pyrenoidosa. Deze chlorella pyrenoidosa bevat een groeifactor welke een ondersteunende werking heeft in de diabeteshuishouding. Na 8 weken dieet spuit ze 68 IE insuline, het gewicht is omlaag gegaan, ze heeft geen hoofdpijn meer waardoor er geen paracetamol meer gebruikt wordt en ze heeft geen diarrhee meer. Dat er ook psychische reacties zijn op voeding kunnen we zien aan een patiënt geboren 1984. Vanaf zijn dertiende levensjaar had hij een psychose met paniekaanvallen, ontstaan na een psychotrauma. De laatste psychiater verwijst hem naar mij voor de voedselanalyse. Op basis van deze test krijgt ook hij een eliminatiedieet en is binnen 5 dagen psychosevrij en is dat sinds anderhalf jaar nog steeds, mits hij zijn dieet volgt. Dit zijn een aantal voorbeelden hoe het aanpassen van voeding op basis van laboratoriumanalyse een grote impact hebben op het leven van deze mensen. De IgG-analyse is daardoor een basisinstrument in onze praktijk. Literatuur Atkinson W., Sheldon T.A., Shaath N., Whorwell P.J. (2004) Food elimination based on IgG antibodies in irritable bowel syndrome: a randomised controlled trial, Gut, 53, pp.1459-1464 Barneau W.E. (1997) Interactions between dietary proteins and the human system: implications for oral Tolerance and food-related diseases, Adv Exp Med Biol, 415, pp.183-193 Bellmann K., Kolb H., Hartmann B., Rothe H., Rowsell P., Rastegar S., Burghardt K., Scott F.W. (1997) Intervention in autoimmune diabetes by targeting the gut immune system, Int J Immunopharmacol, 19, pp.573-577 Beyer K., Castro R., Birnbaum A., Benkov K., Pittman N., Sampson H.A. (2002) Human milk specific mucosal Lymphocytes of the gastrointestinal tract display a Th2 cytokine profile, J. Allergy Clin Immunol, 109, pp.707-713 Borst S.E., Bagby G.J. (2002) Neutralization of tumor necrosis factor reverses age-induced impairment of insulin responsiveness in skeletal muscle of Sprague-Dawley rats, Metabolism, 51, pp. 1061-1064 Brostoff J., Gamlin L. (2000) Food allergies and food intolerance, Healer Arts Press Bruun J.M., Pedersen S.B., Kristensen K., Richelsen B. (2002) Effects of pro-inflammatory cytokines and chemokines on leptin production in human adipose tissue in vitro, Mol Cell Endocrinol, 25, pp.91-99 Eysink P.E., Bindels P.J., Stapel S.O., Bottema B.J., Van Der Zee J.S., Aalberse R.C. (2002) Do levels of immunoglobulin G antibodies to food predict the development of immunoglobulin E antibodies to cat, dog and/or mite?, Clin Exp Allergy, 32, pp.556-562 tig jaargang 21 22 Deel 1: Voeding in gezondheidszorg en de geneeskunde

> Heyman M. Symposium on dietary influences on mucosal immunity, (2001) How dietary antigens access the mucosal immune system?, Proc Nutr Soc, 60, pp.419-426 Hofman T. (1995)IgE and IgG antibodies in children with food allergy, Rocz Akad Med Bialymst, 40, pp.468-473 Houtsmuller H. (2003) Het arachidonzuur metabolisme, De orthomoleculaire koerier, 98, pp.21-23 Isolauri E., Rautava S., Kalliomäki M. (2004) Food allergy in irritable bowel syndrome: new facts and old fallacies, Gut, 53, pp.1391-1393 Jenmalm M.C., Bjorksten B., Macaubas C., Holt B.J., Snallacombe T.B., Holt P.G. (1999) Allergeninduced cytokine secretion in relation to atopic symptoms and immunoglobulin G subclass antibody response, Pediatr Allergy Immunol, 10, pp.168-177 Montfort J.C. van, Lieners C. (2003) Het belang van voedselintolerantie, Theorie, diagnose en Praktijk, De orthomoleculaire Koerier,101, pp.5-12 Montfort J.C. van, Lieners C. (2003) Het belang van voedselintolerantie. Praktijk, De ortho-moleculaire Koerier, 102, pp.29-39 Montfort J.C. van, (2004) De rol van stikstofmonoxide in de stofwisseling, De orthomoleculaire Koerier, 108, pp.5-10 Pascual C.Y., Crespo J.F., Perez P.G., Esteban M.M. (2000) Food allergy and intolerance in children and Adolescents, an update, Eur J Clin Nutr, 54, pp.s75-78 Sullivan P.B. (1999) Food allergy and food intolerance in childhood, Indian J. Pediatr, 66, pp.s37-45 Shanahan F. and Whorwell P.J. (2005) IgG-mediated food intolerance in irritable bowel syndrome: a real phenomenon or an epiphenomenon, Am.J. Gastroenterol, 100, pp.1558-1559 Tsuji N.M., Mizumachi K., Kuriaski J. (2001) Interleukin-10-secreting Peyer s patch cells are responsible for active suppression in low-dose oral tolerance, Immunology, 4, pp.458-464 Een uitgebreider literatuuroverzicht is bij de auteur verkrijgbaar. 73 tig jaargang 21 22 Deel 1: Voeding in gezondheidszorg en de geneeskunde

> Samenvatting Veel chronische ziekten houden verband met een voedselovergevoeligheid. In een groot deel van de bevolking in de industrielanden komen talrijke multi-factoriële chronische ziektes voor, waarbij voedingsgedrag moet worden beschouwd bij de pathogenese. Vaak is een storing te vinden in de balans tussen immuunmodelatorische en immuunsupressieve mechanismen waardoor het lichaam een fout immuunantwoord heeft t.o.v. bepaalde voedingsmiddelen. Uit deze ontstekingsreacties ontstaat een veelvoud aan cytokinen, zowel lokaal in het maagdarmkanaal als extra-intestinaal in verschillende doelweefsels of organen. Een causale therapie van de chronische ziektes betekent de eliminatie van de verantwoordelijke antigenen. Om te bepalen welke voedingsbestanddelen meespelen in de verstoorde immuunrespons zijn gerichte metingen nodig. Daartoe bestaan verschillende test; één ervan is hierboven besproken, de ImuPro 300, die in de therapeutische praktijk goed is te gebruiken. Daarmee is het mogelijk om een breed spectrum van antigenen te kunnen onderzoeken door het meten van de IgG, die kenmerkend is voor hypersensibilisering voor voedselbestanddelen. Op basis van de immunologische test is eliminatie van de onverdraaglijke voedingsmiddelen mogelijk. Samen met een rotatiedieet biedt dit therapeutisch effect bij een veelvoud aan chronische ziekten. Ook risicopatiënten voor verschillende ziektebeelden zoals type I en II diabetes kunnen d.m.v. een individueel dieet de ziekte vertragen dan wel voorkomen. 74 Summary Food as recipe for health Many chronic diseases derive from food-sensitivity. Diet is a frequent factor in many of chronic diseases seen in industrialised nations. Often food components can be identified which trigger a dysfunctional immune response in the body. This is caused by a dysbalance between the trigger (the food) and the response (the immune adaptation and immunosuppressive mechanisms in the body). In the case of food, cytokines are locally released in the gut which can affect the body as a whole and cause chronic disease. IgG detection helps identify this, as well as indicate which food factor is the probable cause. The article describes various detection methods, of which the ImuPro 3000 was found to be suitable in therapeutic practice. Elimination of the substance together with rotation diet leads to healing of the gut, and elimination of the chronic condition. Even diabetes has been seen to improve as a result. Key words immune response chronic disease IgG tests ImuPro 300 case studies Auteur, Arts voor toegepaste immunologie en endocrinologie adres Grote Gracht 86, 6211 SZ Maastricht t +31 (0)43 325 16 91 f +31 (0)43 325 28 05 e jvanmontfort@cigmtr.nl www.cigmtr.nl tig jaargang 21 22 Deel 1: Voeding in gezondheidszorg en de geneeskunde