Geschreven door Diernet Team zaterdag, 11 december :44 - Laatst aangepast vrijdag, 17 december :16

Transcriptie

1 Omschrijving Oorzaken Verschijnselen Diagnose Therapie Prognose Omschrijving Chronische diarree is een verandering in de frequentie, consistentie, of het volume van de stoelgang (ontlasting) voor meer dan drie weken of met een afwisselend patroon van komen en gaan van diarree. 1 / 5

2 Abdominale radiografie (buikfoto) kan een darmobstructie, een vergroot buikorgaan, een massa of zwelling, een vreemd lichaam, of ascites (vrij vocht in de buik) aangeven. Oorzaken Vele oorzaken kunnen leiden tot chronische diarree bij honden. Hierbij een beperkte lijst van oorzaken: - Parasitaire (worm) besmetting - Dieet (zoals een verandering in het voedingspatroon, het van tafel eten, of het eten van vuil of vreemde materialen [bijvoorbeeld botten]) - Darmonsteking - Kanker - Darminfectie - Maag of darmzweren - Gedeeltelijke darm obstructies - Een slechte spijsvertering (onvolledige opname en verwerking van voedingsstoffen) - Stofwisselingsziekten, zoals hypoadrenocorticisme (ook bekend als "De ziekte van Addison") - Stress of psychische stoornissen Rondwormen kunnen diarree veroorzaken. 2 / 5

3 Klinische symptomen die zich meestal voordoen verschijnen bij deze aandoening: Verschijnselen - Opgezette buik - Bloederige ontlasting - Donkere ontlasting - Diarree - Fecale incontinentie (laten lopen van ontlasting) - Winderigheid - Versterkte darm geluiden - Occult bloed in ontlasting - Slijm in uitwerpselen - Parasieten in de ontlasting - Vet bevattende ontlasting - Braken of regurgitatie - Uitdroging - Veel drinken, overmatige dorst - Persen op stoelgang - Ondergewicht, slechte conditie, dun, uitgehongerd, ziek - Gewichtsverlies - Pijn bij druk op de buik - Ruwe vacht Diagnose e eerste stap in het stellen van de diagnose van chronische diarree is om op basis van de klinische symptomen te bepalen in welk deel van de darmen (dunne of dikke darm of beide) het probleem zich bevindt. Een grote verscheidenheid aan laboratorium tests kunnen worden uitgevoerd op ontlasting. Deze behelzen een direct onderzoek onder een microscoop, het testen op parasieten, een bacteriële kweek, en het onderzoeken van het functioneren van de 3 / 5

4 alvleesklier en de mate van malabsorptie (niet opnemen van voedingsstoffen uit de darm). Röntgenfoto s van de buik zijn vaak belangrijk om onderliggende aandoeningen, zoals de aanwezigheid van een vreemd lichaam, tumoren, of darmobstructie te kunnen bepalen. Verder zijn radiografie,echoscopie, endoscopie (inwendig onderzoek m.b.v. een endoscoop), biopsie (proefmonster) van de darmwand of colonoscopie (dikkedarm onderzoek via endoscoop) noodzakelijk om te komen tot een definitieve diagnose. 4 / 5

5 Therapie De onderliggende oorzaak van diarree moet worden geïdentificeerd en behandeld worden. Symptomatische behandeling is zelden succesvol. Het compleet wegnemen van de diarree is niet altijd mogelijk, ondanks een juiste diagnose en behandeling. Als de hond uitgedroogd is, moeten vloeistoffen worden toegediend. Therapeutisch ontwormen is vaak nodig, zelfs bij het ontbreken van een positieve parasitaire test van de ontlasting. Het geven van een zeer goed verteerbaar rantsoen met een laag vetgehalte, gedurende drie tot vier weken kan helpen om de diarree op te lossen. Indien er aanwijzingen zijn voor een gedeeltelijke obstructie, een intestinale massa, of een slechte respons op de behandeling, kan het gerechtvaardigd zijn om een exploratieve laparotomie (een op onderzoek van de oorzaak berustende buikoperatie) te doen. Tijdens een dergelijke operatie kunnen weefselmonsters worden genomen om een definitieve diagnose te stellen of om de geconstateerde afwijkingen chirurgisch te herstellen. Prognose De prognose voor chronische diarree bij honden is wisselend. De prognose is sterk afhankelijk van de oorzaak. Na behandeling zal de chronische diarree meestal geleidelijk aan afnemen. Wanneer de diarree na een ingestelde behandeling niet oplost is zal verder gezocht moeten worden naar andere oorzaken of betere behandelingsmethoden. 5 / 5