Raadsvoorstel Vergadering : 9 oktober 2014 Agendapunt : 10 Status : Besluitvormend Programma : (11) Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien Portefeuillehouder : G.H. Schippers Behandelend ambt. : Johan Kok/K. Rauwerda E-mail : jkok@t-diel.nl Telefoonnummer : (0511) 460 927 Zaak / Stuknummer : Z2014-10135 / S2014-18857 Aan de Raad. Onderwerp Tweede wijziging legesverordening 2014 Korte inhoud De opstelling van zonnepanelen op een gebouw is vergunningvrij. Dit betekent ook dat hiervoor geen gemeentelijke leges verschuldigd zijn. Voor een veldopstelling (opstelling van zonnepanelen op een stellage op de grond) is nog wel een omgevingsvergunning nodig. Vanwege de hoge bouwkosten van dergelijke projecten betekent dit een forse legesaanslag. Wordt gekeken naar het toetswerk dat de gemeente voor dergelijke aanvragen moet verrichten, dan staat dit niet in verhouding tot de legeskosten. De hoge legeskosten kunnen er ook toe leiden dat initiatiefnemers geen kans zien om de investering terug te verdienen. Mogelijk gevolg hiervan is dat de gemeentelijke en provinciale ambities op het gebied van duurzaamheid niet worden gehaald. Daarom wordt voorgesteld om voor (vergunningplichtige) opstellingen voor zonnepanelen een aangepast legestarief in de legesverordening op te nemen. Voorstel van het College Vaststellen van de Verordening tot tweede wijziging van de legesverordening 2014; Ter inzage liggende stukken Fragment van huidige legestabel.
Toelichting Inleiding De Wet algemene bepalingen omgevingswet (Wabo) regelt in combinatie met het Besluit omgevingsrecht (Bor) dat voor het plaatsen van zonnepanelen op een gebouw geen vergunning nodig is. Worden de panelen echter op een stellage op de grond geplaatst, dan is hiervoor wel een vergunning nodig. Voor het indienen van een aanvraag zijn bouwleges verschuldigd die worden berekend over de aanneemsom. Nieuw fenomeen zijn de zonneparken. Het gaat dan om miljoenen kostende veldopstellingen van zonnepanelen. Uit haalbaarheidsstudies in onze gemeente blijkt dat de hoge legeskosten een struikelblok kunnen vormen. Wat is het probleem? De gemeente stimuleert duurzame energie. De landelijke en provinciaal geformuleerde doelstellingen voor zonne-energie kunnen met particuliere projecten (zonnepanelen op de woning) niet worden gehaald. Daarvoor zijn grotere projecten nodig waarvoor de ruimte op gebouwen veelal ontbreekt. Voor deze grondgebonden opstelling van zonnepanelen (de term zonnepark of zonneweiland wordt hiervoor wel gebruikt) is een omgevingsvergunning nodig. Daarbij moet onderscheid worden gemaakt in: - Een planologische omgevingsvergunning; - Een omgevingsvergunning voor het bouwdeel. De planologische omgevingsvergunning is nodig wanneer er strijd is met het bestemmingsplan. Dit zal bij de meeste grote projecten het geval zijn. Voor bestemmingsplanherzieningen en afwijkingen bevat de legesverordening passende tarieven. Hiervoor hoeft de verordening niet gewijzigd te worden. Past het initiatief in het bestemmingsplan en is alleen een omgevingsvergunning nodig voor het bouwdeel, dan moet op basis van de aanneemsom leges worden berekend. Voor een zonneproject van bijvoorbeeld zes miljoen moet ruim 66.000,-- leges worden betaald. De gemeente mag leges heffen voor het verlenen van een dienst. De kosten moeten in verhouding staan tot het werk dat voor de dienst moet worden gedaan. Een zonnepanelenstellage op de grond wordt niet getoetst aan welstand en de technische eisen uit het Bouwbesluit terwijl de constructieve toets eenvoudig is. De tijdsbesteding bestaat uit een bestemmingsplantoets en het schrijven en publiceren van de vergunning. Projecten zijn op dit moment niet rendabel zonder subsidie. Landelijk zijn er via de SDE+ regeling subsidiemogelijkheden. Een van de subsidievoorwaarden is, dat projecten direct uitvoerbaar zijn, d.w.z. dat initiatiefnemers beschikken over een vergunning. De investering in een omgevingsvergunning kan nutteloos zijn wanneer de SDE+ subsidie niet wordt verkregen en het project daardoor niet doorgaat. Initiatiefnemers zouden daardoor af kunnen zien van projecten of willen de garantie dat bij het niet verkrijgen van de subsidie zij de hoge gemeentelijke leges terug kunnen krijgen. De huidige verordening kent deze garantie niet en bovendien staat tegenover de leges wel de geleverde dienst (de gemeente heeft het werk voor de vergunning verricht). 2
In onze gemeente zijn initiatiefnemers bezig met haalbaarheidsonderzoeken voor zonneparken. De initiatieven die wij kennen zijn planologisch mogelijk en de locaties zijn landschappelijk verantwoord. Vanwege de sluitingstermijn van de SDE+ regeling op 18 december en het feit dat men van tevoren over een omgevingsvergunning moet beschikken, is het zaak dat de verordening zo spoedig mogelijk wordt aangepast. Er zijn gemeentes (bijvoorbeeld West- en Ooststellingwerf en Leeuwarden) die projecten hebben laten opnemen in het experimenteerartikel uit de Crisis- en Herstelwet. Consequentie daarvan is, dat voor dit soort projecten dan geen omgevingsvergunning nodig is (en dus ook geen leges is verschuldigd). Omdat tot voor kort in onze gemeente nog geen initiatieven bekend waren, heeft onze gemeente zich hiervoor niet aangemeld. Aanmelden voor de volgende tranche van deze wet is op korte termijn geen oplossing. Wat zijn de oorzaken van het probleem? De leges worden berekend over de aanneemsom. Bij grote grondgebonden zonneprojecten leidt de hoge aanneemsom tot te hoge bouwleges. Te hoog, omdat dit bedrag niet in verhouding staat tot de arbeidsduur van de geleverde dienst. Het gaat dan om de omgevingsvergunning voor de bouwactiviteit, d.w.z. wanneer het bestemmingsplan het zonneproject toestaat. Wat zijn de beoogde maatschappelijke effecten? Door voor dit soort projecten een passende legescategorie op te nemen blijft de legesverordening kostendekkend en transparant. Bijkomend effect is dat het aanvragen van mogelijke subsidies niet wordt belemmerd door hoge investeringen in een mogelijk aan de subsidieverstrekker te tonen omgevingsvergunning. Gaat een project om wat voor reden niet door, dan blijft de initiatiefnemer niet met een grote kostenpost van de gemeentelijke leges zitten. Wat gaan we daarvoor doen? Net zoals bij infrastructurele werken een afzonderlijke legescategorie in de legesverordening opnemen: In afwijking van bovenstaande tarieven bedraagt het tarief voor ingediende (nog niet vergunde) of nog in te dienen aanvragen voor een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo voor een opstelling van zonnepanelen 200,--. Gekozen is voor een vast bedrag omdat er voor dit soort projecten geen relatie is te leggen tussen de dienst die moet worden verleend (het toetswerk) en de aanneemsom. Wat mag het kosten? N.v.t. Communicatie Wijzigingen van de legesverordening worden op de gebruikelijke wijze gepubliceerd. Burgum, 23 september 2014 Het college van Tytsjerksteradiel de loco-secretaris de burgemeester M. van der Feen drs. E.J. ter Keurs 3
4
Raadsbesluit Gemeente Tytsjerksteradiel Raadsvergadering d.d. 9 oktober 2014, agendapunt 10 De Raad van de gemeente Tytsjerksteradiel: overwegende dat: de huidige legesverordening geen bijzonder tarief kent voor de opstelling van zonnepanelen; dit leidt tot zeer hoge leges voor de bouw van zonneparken en dit niet in verhouding staat tot de kosten van de door de gemeente verstrekte dienst; gelezen het voorstel van het College d.d. 23 september 2014; BESLUIT vast te stellen de volgende verordening: Verordening tot tweede wijziging van de legesverordening 2014 Artikel 1 A. Hoofdstuk 1 van Titel 2 van de bij de legesverordening 2014 behorende tarieventabel wordt uitgebreid met het volgende artikel: 2.3.1.1.9: In afwijking van bovenstaande tarieven bedraagt het tarief voor ingediende (nog niet vergunde) of nog in te dienen aanvragen voor een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo voor een opstelling van zonnepanelen 200,--. Artikel 2 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van bekendmaking. Artikel 3 Deze verordening wordt aangehaald als: Tweede wijziging van de legesverordening 2014. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de Raad van de gemeente Tytsjerksteradiel van 9 oktober 2014. De Raad voornoemd, de griffier de voorzitter mr. S.K. Dijkstra drs. E.J. ter Keurs 5
6