GEMEENTE LIERDE GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN RICHTINGGEVEND GEDEELTE

Vergelijkbare documenten
GEMEENTE LIERDE RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN BINDEND GEDEELTE

Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Knesselare. In opdracht van : Gemeentebestuur van Knesselare. Bindend gedeelte

13.2 Gewenste nederzettingsstructuur


DEEL 3: BINDEND GEDEELTE

Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan De Pinte Bindende Bepalingen


Ingevolge de wet op de ruimtelijke ordening en stedenbouw dd. 29 maart Nog steeds hét juridisch planninginstrument in Watou

GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN ASSENEDE. ONTWERP GRS Bindend deel

RUP Kanaalzone West Wielsbeke. Bewonersvergadering OC Leieland 24/08/2016

Richtinggevend gedeelte

Verordening Wonen herziening gr 9 februari 2015

Structuurplan Herne. PRESENTATIE GRS Herne

RUP Quintyn gebroeders bvba Gemeente Zulte. Stedenbouwkundige voorschriften en grafisch plan November 2017

Provinciaal Ruimtelijk Uitvoeringsplan AFBAKENING VAN HET STRUCTUURONDERSTEUNEND KLEINSTEDELIJK GEBIED KNOKKE-HEIST

Melle Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan

Besluit van de Deputatie

RUP Hernieuwenburg Wielsbeke. Bewonersvergadering OC Hernieuwenburg 24/08/2015

Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Kruishoutem

afbakening van de gebieden van de natuurlijke en agrarische structuur

RUP Kachtem Izegem. Bewonersvergadering te Meilief 14/09/2016

GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN SINT - LAUREINS. ONTWERP GRS Bindende bepalingen

Deel I. Situering gemeente

Info-avond. WUG Ommegang

RUP Zonevreemde recreatie. Toelichting Bevolking

GEMEENTE GAVERE GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN DEEL 3: BINDEND GEDEELTE

SumResearch Urban Consultancy

5. GEWENSTE RUIMTELIJKE ONTWIKKELING VAN DE DEELSTRUCTUREN

Provincie Vlaams Brabant

In bijlage bezorgen wij U de vereiste documenten voor de ontheffingsaanvraag tot opmaak van een planmer.

Ruimtelijk structuurplan Nazareth

In opdracht van Gemeentebestuur Maldegem. Bindend gedeelte. Studiebureau Vansteelandt bvba

afbakening van de gebieden van de natuurlijke en agrarische structuur

DEPARTEMENT RUIMTELIJKE ORDENING EN MOBILITEIT DIENST RUIMTELIJKE PLANNING

RUP Stedelijk Wonen versterkt woonbeleid Stad Gent

KAARTENLIJST RICHTINGGEVEND GEDEELTE

GEMEENTE LAARNE GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN DEEL 2: RICHTINGGEVEND GEDEELTE

1. KORTENBERG ALS VERZAMELING VAN STERKE KERNEN

12 Conceptuele benadering van de ruimtelijke structuur

Voorstelling RUP Functionele Cluster. 13 oktober 2009

ADVIES VOORKEURSBESLUIT KLEIN RUSLAND

Partiële herziening GRS POPERINGE

SumResearch Urban Consultancy

kleine amer L52 L54 kalfort dienstverleningszone infrastructuurelement recreatiepool polder (natuurverwevingsgebied) natuur- en boscomplex

Heukelum. Zicht op de Linge

gewenste ruimtelijke structuur voor Sint-Truiden

Infovergadering woensdag 15 september 2010

Informatiebrochure. Burgmeester Yvan T Kint Schepen Walter De Donder Secretaris Juliaan Van Ginderdeuren

Art6.6 bufferzone. GEWESTPLAN Woonuitbreidingsgebied. Woongebied. Groengebied PLAN B - BESTAANDE JURIDISCHE TOESTAND

BPA CENTRUM ZUID, WIJZIGING A,

Gemeentelijk RUP Ecologische Verbindingen stad Genk

Actualisatie NIS-kernen. Voorstel methodiek Studiedag 23 nov. 2012

Herziening GRS Zemst. Ontwerp. Toelichting bevolking 3 februari 2016

13/ / Informatief deel

RICHTINGGEVEND DEEL RSTRUCTUURPLAN GLABBEEK

Afbakening grootstedelijk gebied Antwerpen

Gemeente Houten Afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling Cluster Ontwikkeling, Sectie Ruimtelijke Ordening

Speerpunt 2018 Ruimtelijke Ordening. Ruimtelijke - Ordening

Deel 4: Bindend gedeelte

Etten-Leur. (Bron: www. nederland-in-beeld.nl)

Kaart 1: Ruimtelijke visie op Vlaanderen (RSV)

RUP Budingen Dorp Zoutleeuw. Aanzet tot stedenbouwkundige voorschriften en verordenend grafisch plan

Gemeente Opwijk. Contact Stratenplan Openingsuren E-loket Aanmelden. normaal lettertype grootte medium lettertype grootte groot lettertype grootte

Een gemeentelijk dorpenbeleid. Plattelandsacademie Leuven, 28 april

RUP Jeugdverblijf Oud Klooster, begeleidingstehuis Ruyskensveld Campus Zwalm en basisschool Het Groene Lilare Gemeente Zwalm

BEPERKTE HERZIENING GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN SCHOTEN Informatievergadering

WOON RESERVE GEBIEDEN. 20 juli Leiegardens 2014, Your Estate Solution

ruimtelijk structuurplan provincie Limburg richtinggevend gedeelte richtinggevend gedeelte

Sint-Niklaas - Lokeren

antwoord op de uitgebrachte adviezen van de screeningsnota

algemene bepalingen TOELICHTEND VERORDENEND stedenbouwkundige voorschriften toelichting en visie

Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Berlare

Procedures en terminologie Lindelei. 11 september 2018 infomoment

Ruimtelijk Uitvoeringsplan (RUP) Woonuitbreidingsgebied Sint Pieter Kuurne

RUP Cardiff nv Gemeente Zulte. Stedenbouwkundige voorschriften en grafisch plan November 2017

R.U.P in de eigen leefomgeving:

gemeentelijk ruimtelijk structuurplan Diest platen

BIJLAGE 3: AFBAKENING GEBIEDEN. 1 Hiërarchie. 2 Afbakening gebieden. 2.1 Kwetsbare gebieden

Sociale huur in kleine kernen Westhoek Leader Westhoek - 18/11/ en dus geen sociale koopwoningen of doelgroepwoningen van het OCMW/gemeente.

Besluit van de Bestendige Deputatie

RUP Beverlo centrum. Een nieuwe ruimtelijk kader voor versterken van de dorpskern. versterking. Dorpskern

RUIMTELIJKE PLANNING EN STEDENBOUW. Grim Sekeris MAR Haacht

Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan. Deel 3 : bindende bepalingen. F:\2001\042\Inh\GRS\VO_OW\ _OW_BG1_LCR.doc

Klik om de opmaak van de overzichtstekst te bewerken Tweede overzichtsniveau Derde overzichtsniveau Vierde overzichtsnivea u Vijfde overzichtsn iveau

Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Vleteren. Ontwerp Kaartenbundel

Lokaal woonbeleid binnenmilieubesluit

Waarom een gemeentelijk ruimtelijk structuurplan? Voor wie wordt een ruimtelijk structuurplan opgemaakt?

TOELICHTEND. VERORDENEND Stedenbouwkundige voorschriften. toelichting en visie. 1. bestemmingsvoorschriften. 2. inrichting en beheer

GEMEENTE LAARNE GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN DEEL 3: BINDEND GEDEELTE

ADVIES VAN DE GEMEENTELIJKE COMMISSIE VOOR RUIMTELIJKE ORDENING OVER HET ONTWERP VAN HET GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN.

Openruimtegebieden Beneden-Nete

UITGANGSPUNTEN UITDAGINGEN WONEN ECONOMIE STEDELIJKE VOORZIENINGEN OPEN RUIMTE LANDBOUW Bruto -taakstelling

TEKSTEN. ruimtelijk structuurplan kalmthout. gemeente kalmthout 31 maart 2006

Inzetten op kernversterking basis voor een doordacht ruimtelijk beleid

ADVIES VLAAMSE COMMISSIE VOOR RUIMTELIJKE ORDENING. Gemeentelijk ruimtelijk structuurplan. Gemeente Nazareth. A. Inleiding. A.1 Positie van VLACORO

DEEL 3 : BINDEND GEDEELTE

13.5 Gewenste toeristisch-recreatieve en voorzieningenstructuur

Maldegem- RUP Woonuitbreidingsgebieden

Landschap en ruimtelijke ontwikkeling

RUIMTELIJKE VISIE REGIO LEIE & SCHELDE. Griet Lannoo Brussel, BRV partnerforum 16 maart 2017

Transcriptie:

GEMEENTE LIERDE GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN RICHTINGGEVEND GEDEELTE

GRS LIERDE RICHTINGGEVEND GEDEELTE I INHOUD 1. INLEIDING 1 2. VISIE OP DE RUIMTELIJKE ONTWIKKELING VAN LIERDE 2 3. BASISDOELSTELLINGEN 4 4. RUIMTELIJKE CONCEPTEN 7 5. DE GEWENSTE RUIMTELIJKE STRUCTUUR OP MESOSCHAAL 12 5.1. GEWENSTE NEDERZETTINGSSTRUCTUUR 13 5.1.1. ONTWIKKELINGSOPTIES 13 5.1.2. GEBIEDSGERICHTE BELEIDSCATEGORIEËN 14 5.1.3. HET RUIMTELIJK BELEID 17 5.2. VERSTERKEN LOKALE VOORZIENINGEN 26 5.3. GEWENSTE RUIMTELIJK-ECONOMISCHE STRUCTUUR 28 5.3.1. ONTWIKKELINGSOPTIES 28 5.3.2. HET RUIMTELIJK BELEID 29 5.4. GEWENSTE VERKEERSSTRUCTUUR 38 5.4.1. ONTWIKKELINGSOPTIES 38 5.4.2. HET RUIMTELIJK BELEID 39 5.5. GEWENSTE STRUCTUUR LANDELIJK GEBIED 46 5.5.1. ONTWIKKELINGSVISIE 46

GRS LIERDE RICHTINGGEVEND GEDEELTE II 5.5.2. HET RUIMTELIJK BELEID 47 6. GEWENSTE TOERISTISCH-RECREATIEVE STRUCTUUR 55 7. GEWENSTE RUIMTELIJKE STRUCTUUR OP MICROSCHAAL 61 7.1. SINT-MARIA-LIERDE-STATION ST-MARTENS-LIERDE 62 7.2. GEWENSTE STRUCTUUR N8 66 7.3. SINT-MARIA-LIERDE EN HEMELVEERDEGEM 68 7.4. DEFTINGE 70 8. WATERTOETS 73 KAARTEN KAART 1 : SCHEMATISCHE WEERGAVE GEWENSTE RUIMTELIJKE STRUCTUUR LIERDE 11 KAART 2 : GEWENSTE NEDERZETTINGSSTRUCTUUR 16 KAART 3 : RUIMTELIJKE INPASSING WOONBEHOEFTEN 23 KAART 4 : OPTIES LOCATIE LOKAAL BEDRIJVENTERREIN 34 KAART 5 : VOORSTEL INRICHTINGSSCHETS LOKAAL BEDRIJVENTERREIN 37 KAART 6 : GEWENSTE VERKEERSSTRUCTUUR 45 KAART 7 : GEWENSTE STRUCTUUR LANDELIJK GEBIED 48 KAART 8 : OPTIES LOCATIE RECREATIERUIMTE 56 KAART 9 : GEWENSTE RUIMTELIJKE STRUCTUUR SINT-MARIA-LIERDE STATION EN ST.-MARTENS-LIERDE 65 KAART 10 : GEWENSTE RUIMTELIJKE STRUCTUUR N8 67 KAART 11 : GEWENSTE RUIMTELIJKE STRUCTUUR SINT-MARIA-LIERDE EN HEMELVEERDEGEM 69 KAART 12 : GEWENSTE RUIMTELIJKE STRUCTUUR DEFTINGE 72

GRS LIERDE RICHTINGGEVEND GEDEELTE III TABELLEN TABEL 1 : WOONPROGRAMMATIE 22 TABEL 2 : RUIMTELIJK KADER VOOR PLATTELANDSTOERISME 60

GRS LIERDE RICHTINGGEVEND GEDEELTE 1 1. INLEIDING Het tweede luik van het ruimtelijk structuurplan omvat het richtinggevend gedeelte, waarin de gewenste ruimtelijke ontwikkeling van Lierde wordt aangegeven. Uitgaande van de bestaande ruimtelijke structuur, de waargenomen trends en de ruimtelijke behoeften, opgenomen in het informatief gedeelte (eerste luik) wordt een wensstructuur uitgewerkt. Deze toekomstgerichte structuur dient een duurzame ruimtelijke ontwikkeling als uitgangshouding te dragen en te ondersteunen. Dit is een ontwikkeling die voorziet in de behoefte de generatie zonder daarmee voor de toekomstige generaties de mogelijkheid in gevaar brengen om ook in hun van 1 huidige voorzien. Op die manier wordt getracht een duurzame oplossing te formuleren voor de knelpunten en de zwakten te behoefte die aanwezig zijn in de huidige ruimtelijke structuur van Lierde. Het richtinggevend gedeelte wordt als volgt opgebouwd: eerst wordt een toekomstvisie vooropgesteld, waaruit een aantal doelstellingen worden afgeleid. Deze doelstellingen vormen het kader voor het ontwikkelen van een aantal gewenste ruimtelijke principes welke de basis vormen voor de gewenste ruimtelijke structuur van Lierde. Om de doelstellingen mogelijk te maken en om de ruimtelijke principes op terrein te kunnen realiseren, worden in het laatste deel een aantal concrete maatregelen geformuleerd. De gewenste ruimtelijke structuur is het indicatieve gedeelte en, zoals de titel van het document richtinggevend voor de aanduidt, Van dit toetsingskader kan m.a.w. enkel afgeweken worden met een gemotiveerde beleidsbeslissing. overheid. 1 Bron : Agenda 21 van de Verenigde Naties (definitie geformuleerd in het document Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen op pag. 315)

GRS LIERDE RICHTINGGEVEND GEDEELTE 2 2. VISIE OP DE RUIMTELIJKE ONTWIKKELING VAN LIERDE Hoe gaan we de gemeente nu aanpakken? Hiervoor is een duidelijke visie noodzakelijk, zodat prioriteiten kunnen worden gesteld. Deze visie zal de leidraad zijn bij het omschrijven van de doelstellingen en moet garant staan voor het samenspel en de coherentie tussen de te nemen maatregelen. Een actief en dynamisch ruimtelijk beleid zal uitgaan van enerzijds de algemene visie en doelstellingen, en zal anderzijds voortbouwen op de bestaande waarden en aanwezige potenties van Lierde. De klemtoon moet liggen op duurzame kwaliteit. Respect voor enerzijds de ecologische draagkracht (ruimte, milieu) en anderzijds de functionele en maatschappelijke draagkracht van de gemeenschap moeten bij deze ontwikkeling voor ogen gehouden worden. Als toekomstvisie wordt er geopteerd voor het versterken van Lierde als een leefbare woongemeente omringd door een kwaliteitsvolle open ruimte. Daarom zal het noodzakelijk zijn dat nieuwe behoeften, krachten en traditionele waarden evenwichtig evolueren. Daarnaast dient men te zoeken naar een harmonie tussen het bebouwde en het onbebouwde. De aanwezigheid van groen en open ruimte versterken enkel maar het aangename wonen in de gemeente. Daarbij is het belangrijk dat de eigen identiteit, de leefbaarheid en het eigen karakter van ieder der kernen worden verzekerd. Volgens het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen is Lierde geselecteerd als kern in het buitengebied wat betekent dat de open ruimte van verdere versnippering gevrijwaard wordt. Uitgangspunt voor de gemeente Lierde is het behoud en versterken van de bestaande ruimtelijk en functionele structuur. Lierde is een fusiegemeente bestaande uit een aantal kleine en aan elkaar gewaagde dorpen. Geen enkel dorp steekt er bovenuit qua voorzieningenniveau. Daarom heeft de provincie geopteerd om een driekernig hoofddorp aan te duiden. De kernen Sint-Maria- Lierde, Sint-Maria-Lierde Station en Sint-Martens-Lierde worden aangeduid als meerkernig hoofddorp waar de klemtoon ligt op het selectief en gedifferentieerd versterken van de voorzieningen en de woonfunctie. Deftinge wordt geselecteerd als woonkern. Wat betreft het wonen wensen wij de klemtoon te verleggen van een verdere verspreide woonuitbreiding naar het uitbouwen van een kwalitatieve woonomgeving in de ruime zin (ruimtelijk, functioneel, verkeerskundig) met de nadruk op wooninbreiding en versterking van bestaande woonzones. De N8 vraagt door zijn lineaire structuur om specifieke oplossingen zowel op het vlak van zijn morfologisch voorkomen (aaneenschakeling van bebouwde stroken en fragmenten van open ruimten) als op het vlak van de verkeersveiligheid. Tevens is de N8 drager van diverse activiteiten.

GRS LIERDE RICHTINGGEVEND GEDEELTE 3 Het oorspronkelijke cultuurhistorische landschap dient terug duidelijker geprononceerd te worden. De beekvalleien, als dragers van het natuurlijk milieu, moeten de open ruimte vrijwaren en versterken. Voor het bosarme aspect van Lierde kan een oplossing worden gezocht. Daarnaast maakt ook de nederzettingsstructuur deel uit van dit landschap. Lierde maakt tot slot deel uit van de toeristische regio Vlaamse Ardennen, een regio met potenties voor dagtoerisme en kort verblijfstoerisme. Het aantrekkelijk landschap is drager voor recreatief medegebruik (wandelen en fietsen). LIERDE, EEN KWALITEITSVOL WOON- EN RUSTGEBIED IN HET LANDELIJK KARAKTER VAN DE VLAAMSE ARDENNEN.

GRS LIERDE RICHTINGGEVEND GEDEELTE 4 3. BASISDOELSTELLINGEN 1. VAN LIERDE EEN KWALITATIEVE EN LEEFBARE WOONGEMEENTE MAKEN Om zich aantrekkelijk te maken als woongemeente dient Lierde de woonfunctie te stimuleren en attractief te maken. De bestaande woningvoorraad van Lierde kwalitatief verbeteren en de dorpscentra versterken zijn het uitgangspunt. Nieuwe huisvestingsmogelijkheden dienen gecreëerd te worden voor het opvangen van de eigen behoefte. Zij moeten zoveel mogelijk gezocht worden in het bestaande weefsel teneinde aantasting van de open ruimte te voorkomen. Het landelijke karakter van Lierde verdient de volle aandacht. De leefbaarheid van de kernen staat daarbij voorop. Ingrepen, die echter geen negatieve invloed mogen hebben op de aantrekkelijkheid van het dorp, zijn nodig teneinde de leegloop van de woonkernen tegen te gaan. De dorpskernen moeten woonvriendelijker en aangenamer worden gemaakt. Een maximale inspanning moet daarbij gaan naar de herwaardering van het huidige woningbestand en het verbeteren van de kwaliteit van het woonmilieu. In de woonkernen zijn nog een aantal kwaliteiten aanwezig waarop men kan inspelen. Daarnaast is het belangrijk dat de eigenheid en identiteit van de kleine plattelandskernen wordt verzekerd. 2. BEDRIJVIGHEID BEHOUDEN In Lierde zelf is er relatief weinig werkgelegenheid. De afgelopen jaren zijn een aantal bedrijven uit de gemeente vertrokken. Er dient daarom de mogelijkheid te worden geboden aan lokale bedrijven om uit te breiden binnen de gemeente. 3. ONDERSTEUNEN VAN DE LAND- EN TUINBOUWACTIVITEITEN Lierde heeft een historisch gegroeide traditie van familiale landbouwbedrijven. De agrarische bedrijfsvoering is een essentieel en structurerend onderdeel van de ontwikkeling van de gemeente. Functioneel is zij belangrijk voor het behoud van de open ruimte. De landbouwactiviteiten in Lierde moeten zich bedrijfstechnisch normaal kunnen ontwikkelen, rekening houdend met andere randvoorwaarden. Vestiging van niet-grondgebonden land- en tuinbouwbedrijven kan niet langer overal in de open ruimte worden toegelaten. Hetzelfde geldt voor grootschalige serrebedrijven wanneer zij de open ruimte versnipperen.

GRS LIERDE RICHTINGGEVEND GEDEELTE 5 Het beleid in Lierde moet erop gericht zijn dat voor de landbouw voldoende ruimtelijke ontwikkelingsmogelijkheden worden geboden en gegarandeerd, zonder daarbij de andere structuurbepalende functies van het buitengebied aan te tasten. Het Ruimtelijk Structuurplan is er niet op gericht om de kwantiteit van het agrarisch gebied te vergroten, maar wel de kwaliteit, door het creëren van goed gestructureerde gebieden voor de land- en tuinbouw. 4. DE LANDCHAPPELIJKE HOOFDSTRUCTUUR ALS BASIS VOOR VERDERE ONTWIKKELINGEN Lierde beschikt over een waardevol cultuur-historisch landschap. Deze landschapsstructuur (reliëf, beekvalleien, bomenrijen, nederzettingen, reliëf etc.) moet herkenbaar blijven en versterkt worden. De landbouw, natuur of bos moeten samen functioneren als onderdeel van een functioneel en samenhangend geheel in de open ruimte. De dreiging van eenvormigheid, het verbleken van het contrast tussen bebouwd en onbebouwd door allerlei ruimtevragende activiteiten die niet aan de open ruimte gebonden zijn, moet worden bezworen. Mogelijkheden voor recreatief medegebruik kunnen verder uitgebouwd worden. De streek leent zich tot zachte vormen van recreatie zoals wandelen en fietsen in een aan-trekkelijk landbouwlandschap. Deze mogelijkheden kunnen gekoppeld worden aan die in de regio. Dergelijke recreatie-vormen dienen in harmonie te zijn met de hoofdgebruikers van de open ruimte. Recreatie kan dan ontwikkeld worden als neven-activiteit. Men mag de landbouw op termijn niet ondermijnen maar ook omgekeerd mag de landbouw de typische aan-trekkelijke landschapskwaliteiten niet nivelleren. Mogelijkheden voor een gedifferentieerd beleid kunnen worden bekeken. 5. BEHEERSTE MOBILITEIT : VERBETEREN VAN DE VERKEERSLEEFBAARHEID EN -VEILIGHEID Lierde kampt met een probleem van doorgaand verkeer. Het gaat hierbij vooral om die plaatsen waar de doorgaande wegen de dorpskernen kruisen. Dit probleem moet aangepakt worden door optimalisatie van de bestaande wegen. Een aantal wegen vragen om een typologische vernieuwing afgestemd op hun functie en op de verschillende weggebruikers (fietsers, voetgangers, auto s). Er zal actief moeten gezocht worden naar maatregelen om de verkeersleefbaarheid en verkeersveiligheid te verhogen.

GRS LIERDE RICHTINGGEVEND GEDEELTE 6 6. RECREATIE EN TOERISME ONDERSTEUNEN Gelegen aan de rand van de Vlaamse Ardennen biedt de open ruimte mogelijkheden om recreatief medegebruik uit te bouwen. De streek leent zicht tot zachte recreatie zoals wandelen en fietsen en kleinschalig plattelandstoerisme. Deze mogelijkheden dienen gekoppeld te worden aan die in de regio. Dergelijke recreatievormen dienen in harmonie te zijn met de hoofdgebruikers van de open ruimte. Recreatie kan dan ontwikkeld worden als nevenactiviteit, maar mag de landbouw op termijn niet ondermijnen. Mogelijkheden voor een gedifferentieerd beleid kunnen worden bekeken. Op het vlak van recreatie kent Lierde een gebrek aan gevarieerd aanbod. In functie van de recreatieve en toeristische ontwikkeling van de regio moet de gemeente Lierde de kans krijgen zich mee te ontplooien binnen deze regionale visie. Sportinfrastructuur is in beperkte mate en onvoldoende aanwezig. In het verleden werd door de gemeente Lierde omzeggens geen aandacht besteed aan een structureel beleid betreffende sportinfrastructuur. Het is dus belangrijk dat de opgelopen achterstand hier dringend wordt weggewerkt.

GRS LIERDE RICHTINGGEVEND GEDEELTE 7 4. RUIMTELIJKE CONCEPTEN CONCEPT 1 : GEDIFFERENTIEERD ONTWIKKELEN VAN DE NEDERZETTINGSSTRUCTUUR De nederzettingsstructuur van Lierde kenmerkt zich door de verschillende landelijke dorpen die verspreid in het landschap gelegen zijn. Uitgangspunt is het behoud en versterken van de bestaande ruimtelijk en functionele structuur. Dit betekent dat de selectie van hoofddorp en woonkernen wordt bepaald door het bestaande nederzettingspatroon. De recent ontwikkelde kern Sint-Maria-Lierde Station, de kern Sint- Martens-Lierde en Sint-Maria-Lierde zijn in het PRS geselecteerd als meerkernig hoofddorp. Deze drie kernen zijn historisch-functioneel, doch niet morfologisch vergroeid met elkaar. Deze functionele samenhang wordt bevestigd. Meerkernig hoofddorp betekent dat de lokaal verzorgende functie wordt gespreid over de verschillende kernen. Het opvangen van de woonbehoefte vindt bij voorkeur plaats in de kern Sint- Maria-Lierde Station. De overige bebouwde omgeving (woonkern, gehuchten, verspreide bebouwing) moeten leefbare woongebieden blijven, niet door het toekennen van kwantitatieve uitbreidingen, maar door hun eigenheid te versterken. Differentiatie : Meerkernig hoofddorp: Sint-Maria-Lierde, Sint-Maria-Lierde Station en Sint-Martens-Lierde Woonkern: Deftinge Gehuchten : Hemelveerdegem, Gemeldorp

GRS LIERDE RICHTINGGEVEND GEDEELTE 8 CONCEPT 2 : UITBOUW VAN EEN LOKAAL BEDRIJVENTERREIN Er is een behoefte aan ruimte voor bedrijven in Lierde. Voor eventuele herlokalisatie van zonevreemde bedrijven en voor de opvang van nieuwe bedrijfjes wordt een nieuw lokaal bedrijventerrein ontwikkeld ten oosten van de kern Sint-Maria-Lierde, aansluitend bij de secundaire weg N8 die ontsluiting geeft naar de N42. CONCEPT 3 : RECREATIEVE BEHOEFTEN CONCENTREREN IN ÉÉN POOL Lierde kent een beperkt aanbod aan recreatieve voorzieningen en heeft dan ook een duidelijke behoefte aan een meer gevarieerd aanbod. In een antwoord op een aantal zonevreemde sportterreinen wordt er voor gekozen om de recreatieve voorzieningen geleidelijk aan te centraliseren. Daartoe zal een centraal gelegen sport- en recreatiecentrum ontwikkeld worden, aansluitend bij Sint-Martens-Lierde en die moet tegemoet komen aan de lokale recreatieve noden.

GRS LIERDE RICHTINGGEVEND GEDEELTE 9 CONCEPT 4 : HERSTRUCTUREREN VAN DE NOORDELIJKE VERBINDINGSAS N8 De N8 is de belangrijkste weg voor de ontsluiting van Lierde. Via de N8 wordt Lierde ontsloten richting de N42 naar Geraardsbergen, Zottegem en verder richting E40. Deze doorgaande verbindingsas fungeert ook als drager van de lokale economische structuur. De twee kernen Sint-Maria-Lierde-Station en Sint-Maria-Lierde worden door de N8 doorkruist. Vooral de doortocht van Sint-Maria-Lierde vraagt nog om aandacht. Er moeten maatregelen vooropgesteld worden om de ontwikkelingen langs deze as ruimtelijk kwalitatief te beheersen. Bij dit alles moet de verkeersleefbaarheid centraal staan. Door het behouden en versterken van de aanwezige open ruimte vergezichten dient de N8 in het landschap ingebed te worden. CONCEPT 5 : NETWERK VAN BEKEN ALS (BEELD)DRAGERS VAN DE NATUURLIJKE STRUCTUUR De beekdepressies zijn de belangrijkste elementen van de natuurlijke structuur van Lierde. Ze worden als systeem erkend omwille van hun ecologisch belang. Er wordt voor gekozen om deze structuren te behouden, te herstellen en te versterken zodat zij waardevolle dragers zijn van de natuurlijke structuur, zij het grotendeels in verweving met de landbouw.

GRS LIERDE RICHTINGGEVEND GEDEELTE 10 CONCEPT 6 : OPEN RUIMTE GEDRAGEN DOOR EEN AGRARISCH RAAMWERK MET GROENE EN RODE DOORADERING Het behouden van de aaneengesloten grondgebonden landbouwgebieden met aandacht voor de cultuurhistorische en natuur-landschappelijke waarden staat in dit concept centraal. Dit concept omvat naast het maximale behoud van de openruimtegebieden ook een maximale ontplooiing van de agrarische sector rekening houdend met de karakteristieken van het gebied. De landbouwgebieden worden doorsneden door de structuur van de straatdorpen en de woonlinten. Echter ook de nederzettingsstructuur geeft inhoud aan de open ruimte. De cultuurhistorische waarde van de nederzettingsstructuur dient behouden te worden. Deze linten vormen als het ware rode aders doorheen het landschap. Naast de linten kunnen we ook de beekvalleien die zich als nerven over het grondgebied vertakt hebben als groene aders aanschouwen. De beekvalleien tonen een eerder gesloten karakter en het zijn veelal weiden met alluviale bosjes. Die structuur dient binnen het landschap versterkt te worden.

N42 Legende Wetteren / E40 Meerkernig hoofddorp Landelijke woonkern Gehucht Ruimtelijk afbakenen en landschappelijke inkleden dorpskernen ST.MARIA-LIERDE LB LB Ontwikkelen van een lokaal ambachtelijk bedrijventerrein met buffer naar woonzone Ninove R Ontwikkelen van een centraal gelegen gemeentelijk recreatiegebied Landschaps-ecologisch herstel van beekvalleitjes Brakel / Oudenaarde N8 LIERDE STATION HEMELVEERDEGEM Te vrijwaren open ruimte Versterken van het Parkbos (bosuitbreiding) R Open houden visuele relaties langs de N8 ST.MARTENS-LIERDE N42 : primaire weg II GEMELDORP N460 Secundaire weg type II met een belangrijke ontsluitingsfunctie Spoorweg met station Brakel DEFTINGE Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan GEMEENTE LIERDE O p d r a c h t g e v e r : G e m e e n t e b e s t u u r v a n L i e r d e N493 KAART 1 Geraardsbergen SCHEMATISCHE WEERGAVE GEWENSTE Februari 2003 RUIMTELIJKE STRUCTUUR LIERDE 1648 - EF

GRS LIERDE RICHTINGGEVEND GEDEELTE 12 5. DE GEWENSTE RUIMTELIJKE STRUCTUUR OP MESOSCHAAL De gewenste ruimtelijke structuur vormt de concrete uitwerking (of het resultaat) van de visie, de globale doelstellingen en de ruimtelijke principes (ruimtelijk concept) op de bestaande ruimtelijke structuur. Voor de duidelijkheid van de bespreking wordt de gewenste ruimtelijke structuur voor de verschillende aspecten natuur, landbouw, wonen en bevolking, bedrijvigheid, recreatie en toerisme en verkeer afzonderlijk behandeld. Elk van deze gewenste ontwikkelingen wordt hierna beschreven. Gewenste nederzettingsstructuur Gewenste economische structuur Nieuwe voorzieningen Gewenste verkeersstructuur Gewenste structuur landelijk gebied Gewenste recreatieve structuur

GRS LIERDE RICHTINGGEVEND GEDEELTE 13 5.1. GEWENSTE NEDERZETTINGSSTRUCTUUR Uit de demografische analyse is gebleken dat Lierde in de periode 1978-2005 een lichte stijging kende waarbij deze stijging vooral de laatste 15 jaar het sterkst was. Deze stijging was in hoofdzaak te wijten aan een positief migratiesaldo. De natuurlijke groei was overwegend negatief. Net als in geheel Vlaanderen worden de gezinnen steeds kleiner, 18% van de gezinnen in Lierde zijn éénpersoonsgezinnen. De gesloten bevolkingsprognose toont aan dat de bevolking zal dalen. Tot 2002 wordt nog een stijging verwacht waarna de bevolking daarna zal afnemen. 2 Echter de gezinsverdunning veroorzaakt een blijvende woonbehoefte. Volgens de behoeftenstudie komt dit neer op een behoefte van 200 bijkomende wooneenheden over de periode 1997-2012. Deze behoefte zal zowel onder de vorm van nog nieuw te bouwen woningen als in de bestaande woningvoorraad opgevangen worden. Lierde heeft niet alleen een kwantitatieve maar evenzeer een kwalitatieve woonbehoefte. Het woningpatrimonium van Lierde kent een hoog aantal oude woningen en woningen met een laag wooncomfort. Deze woningen voldoen niet meer aan de woonreserve van vandaag. Er kan derhalve gesteld worden dat het noodzakelijk is in de toekomst de nadruk te leggen op een huisvestingsbeleid gericht op het verhogen van de woonkwaliteit en leefomgeving. Het woonbeleid dient dan ook gericht te zijn op kernversterking en gecontroleerde woonuitbreiding. 5.1.1. ONTWIKKELINGSOPTIES Volgende ontwikkelingsopties worden geformuleerd: een woonbeleid gericht op het versterken en vernieuwen van de kleine kernen, het creëren van aantrekkelijke en groene woonmilieus, waarbij voldoende aandacht wordt besteed aan het opwaarderen van het bestaande weefsel, bij elk bouwproject voldoende aandacht besteden aan de ruimtelijke kwaliteit en een verantwoorde inpassing in het bestaande weefsel, 2 Recente bevolkingscijfers blijven echter een stijging van de bevolking aangeven, veroorzaakt door een positief migratiesaldo

GRS LIERDE RICHTINGGEVEND GEDEELTE 14 wonen in het buitengebied is ondergeschikt aan de essentiële functies van het buitengebied. Dit betekent dat wonen er niet ten koste mag gaan van het functioneren van landbouw, landschap en natuur. 5.1.2. GEBIEDSGERICHTE BELEIDSCATEGORIEËN In het informatief gedeelte werd vanuit de bestaande toestand van het nederzettingspatroon een indeling gemaakt in verschillende bouwvormen of patronen. Dit zal zich moeten vertalen in een doelgericht woonbeleid voor Lierde. Het is daarbij noodzakelijk om tot een gebiedsgericht woonbeleid te komen. In Lierde kunnen deze woongebieden gedifferentieerd worden in volgende beleidscategorieën : MEERKERNIG HOOFDDORP Het meerkernig hoofddorp is structuurondersteunend voor de woonfunctie en heeft een lokaal verzorgende rol. Het ruimtelijk beleid tolereert bijkomende woongelegenheden die voldoen aan de lokaal gebonden huisvestingsbehoeften. Daarnaast richt het beleid zich ook op het verbeteren van de bestaande situatie (renovatie en kwaliteitsverbetering van woningen). Het meerkernig hoofddorp heeft ook een ondersteunende rol voor lokale voorzieningen. Gemeenschapsvoorzieningen zullen gespreid over de drie onderdelen van het hoofddorp ontwikkeld en geconcentreerd worden. Versterken van de woonfunctie in relatie met kerngebonden activiteiten staat hier voorop. Als meerkernig hoofddorp zijn weerhouden : Sint-Maria-Lierde Station Sint-Maria-Lierde Sint-Martens-Lierde WOONKERN Een woonkern is een beperkt kerngebonden nederzetting waar de nadruk ligt op wonen in het buitengebied. Het ruimtelijk beleid in de woonkernen is gericht op kernversterking en kleinschalige woonuitbreiding die enkel is afgestemd op de eigen behoeften. Daarnaast richt het beleid zich ook op het verbeteren van de bestaande situatie (renovatie en kwaliteitsverbetering) van woningen.

GRS LIERDE RICHTINGGEVEND GEDEELTE 15 GEHUCHT Als woonkern is weerhouden : Deftinge Een gehucht bestaat uit een beperkt aantal woningen, zowel open als gesloten bebouwing. Oorspronkelijk waren dit onder andere straatdorpen die een uitbreiding hebben gekend. Er zijn geen of weinig kernfuncties aanwezig. Het ruimtelijk beleid in de gehuchten is gericht op kernversterking waarbij de nadruk ligt op inbreiding en op het vernieuwen van de bestaande toestand. Volgende gehuchten zijn weerhouden : Hemelveerdegem Gemeldorp BEBOUWING BUITEN DE WOONKERNEN EN GEHUCHTEN Het ruimtelijk beleid voor bebouwing buiten de woonkernen en gehuchten is gericht op het verhogen van de leefbaarheid door verbetering van de woonkwaliteit en versterking van de open ruimte. Verdere versnippering moet worden tegengegaan. Op het grondgebied van Lierde zijn een aantal linten en kleinere woonconcentraties buiten de woonkernen en gehuchten herkenbaar aanwezig in het landschap. Het lintlandschap is een onderdeel van de open ruimte in Lierde. Sommige woningen zijn in het gewestplan bevestigd, andere liggen volledig in het agrarisch gebied. Aangezien deze linten en woonconcentraties vaak aanleiding geven tot een ongecontroleerde versnippering van de open ruimte, dient nagegaan te worden welke wel en welke niet verder ontwikkeld kunnen worden. Een onderscheid wordt gemaakt tussen de in het gewestplan opgenomen linten (stroken landelijk woongebied) en deze die niet in het gewestplan opgenomen zijn. Linten als uitlopers van de dorpskernen (kernlinten) kennen een nog beperkte impact op de open ruimte maar moeten wel worden beheerst. Deze kernlinten zijn opgenomen in de afbakening van de woonkernen. De woningen (al dan niet geconcentreerd) die niet opgenomen zijn in het gewestplan vallen onder de groep van geïsoleerde (zonevreemde) woningen. Het ruimtelijk beleid voor geïsoleerde woningen is gericht op het verhogen van de leefbaarheid enkel door de verbetering van de woonfunctie zonder creatie van woonkavels.

Legende Meerkernig hoofddorp met accent op lokaal verzorgende rol Landelijke woonkern Gehucht Verspreid gelegen woonlinten en woonconcentraties overwegend bevestigd in het gewestplan ST.MARIA-LIERDE Woonzekerheid voor zonevreemde woningen LIERDE STATION HEMELVEERDEGEM ST.MARTENS-LIERDE GEMELDORP DEFTINGE Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan GEMEENTE LIERDE O p d r a c h t g e v e r : G e m e e n t e b e s t u u r v a n L i e r d e KAART 2 GEWENSTE RUIMTELIJKE NEDERZETTINGSSTRUCTUUR Juni 2003 1648 - EF

GRS LIERDE RICHTINGGEVEND GEDEELTE 17 5.1.3. HET RUIMTELIJK BELEID Volgende beleidselementen kunnen we formuleren die kunnen bijdragen tot een woonbeleid gericht op kernversterking en ruimtelijke kwaliteit met aandacht voor een verantwoorde inpassing in het bestaande weefsel : Renovatie en vernieuwbouw van verouderde woningen en woningen met slechte woonkwaliteiten stimuleren (Ver)nieuwbouw van woningen op terreinen met een achterhaalde bestemming en die geschikt zijn voor de ontwikkeling van woonbestemming Woningdifferentiatie Aandacht voor sociale huisvesting Woonprogrammatie Een beleid voor bebouwing buiten de woonkernen en gehuchten In volgende punten worden deze beleidselementen toegelicht : RENOVATIE EN VERNIEUWBOUW VAN VEROUDERDE WONINGEN EN WONINGEN MET SLECHTE WOONKWALITEITEN STIMULEREN In het informatief gedeelte werd de kwaliteit van het woningbestand nagegaan. Algemeen kan gesteld worden dat het woningenbestand van Lierde zowel inzake ouderdom als inzake comfort slecht scoort. Het is duidelijk dat de landelijke dorpskernen van Lierde te maken hebben met een sterk verouderde en kwalitatief slechte woningvoorraad. Omdat een groot deel van deze verouderde woningen niet meer voldoen aan de huidige woonwensen moet Lierde een huisvestingsbeleid voeren dat de nadruk legt op vernieuwbouw en vervangingsbouw. Het moet dus een permanente zorg zijn van de gemeenten om renovatie van woningen met mindere woonkwaliteiten te steunen, bv. via subsidieregeling, aankoop van verkrotte en leegstaande panden.

GRS LIERDE RICHTINGGEVEND GEDEELTE 18 (VER)NIEUWBOUW VAN WONINGEN OP TERREINEN MET EEN ACHTERHAALDE BESTEMMING EN DIE GESCHIKT ZIJN VOOR DE ONTWIKKELING VAN DE WOONBESTEMMING (VERDICHTINGSMOGELIJKHEDEN) Het betreft hier het realiseren van inbreidingsprojecten in de dorpskernen van het buitengebied op plaatsen waarvan de bestaande functie achterhaald is. Hierbij denken wij in de eerste plaats aan de projecten rond de pastorijen te Deftinge en Hemelveerdegem. De pastorij in Hemelveerdegem bestaat uit vier sociale appartementen (OCMW) en is in gebruik genomen. De pastorij te Deftinge wordt opgeknapt en zal een woonbestemming krijgen. Het project oud gemeentehuis te Deftinge is reeds afgewerkt. Wanneer de nieuwe school nabij het gemeentehuis zal in gebruik genomen worden (fasegewijs), komen de schoolgebouwen in de Schoolstraat (Sint-Maria-Lierde Station) (fase 2) en in de Kloosterstraat (Sint-Martens-Lierde) (fase 1) leeg te staan. Er moet nagedacht worden over de nabestemming van deze locaties (vb. wonen en/of gemeenschapsvoorzieningen). Momenteel wordt een gedeelte van de gebouwen in de Schoolstraat al gebruikt voor jeugd- en cultuurinitiatieven. Een hergebruik van de gebouwen draagt bij tot de versterking van de dorpskernen. Mochten in de toekomst ook nog een aantal plaatsen vrijkomen vb. door verhuis van slecht gelokaliseerde bedrijven in de dorpskernen dan dient een afweging via detailonderzoek te gebeuren of deze plekken ofwel opnieuw een economische activiteit met beperktere hinder ofwel een woonfunctie kunnen krijgen WONINGDIFFERENTIATIE (VARIËTEIT IN HET WONINGAANBOD) De doelstelling voor woningdifferentiatie zal in belangrijke mate betrekking hebben op dichtheid en onderscheid in woninggrootte. Het is belangrijk dat de gemeente rekening houdt met een gewijzigde behoefte ten gevolge van de gezinsverdunning en de veroudering van de bevolking. De vraag naar nieuwe woningtypologieën en aangepaste kwalitatieve woonomgevingen wordt steeds groter. Deze behoefte aan goed gelokaliseerde comfortabele kleine woningen zal in de komende jaren ook in Lierde toenemen. Deze woongelegenheden zullen hoofdzakelijk bestemd zijn voor bejaarden. Vooral aspecten als ligging t.o.v. het centrum, voorzieningen en openbaar vervoer zullen aan belang winnen gelet op de veroudering van de bevolking.

GRS LIERDE RICHTINGGEVEND GEDEELTE 19 Het is echter geenszins de bedoeling een centrum te creëren waar hoofdzakelijk oudere lagen van de bevolking wonen. Het stimuleren van gemengde gezinsvormen zal bijdragen tot het tot stand brengen van een integratie van verschillende groepen mensen en leeftijden (o.a. ook door initiatieven inzake sociale woningbouw). Geschikte woonvormen die enerzijds passen in een landelijke omgeving en die anderzijds zo weinig mogelijk beslag leggen op de open ruimte, moeten worden gestimuleerd. Dit houdt het nastreven in van een redelijk hoge dichtheid waar mogelijk. Concreet betekent dit het overwegen van rijbebouwing in de kernen en van meer halfopen dan open bebouwing (15 won/ha). Anderzijds bevinden zich in Lierde een aantal al dan niet geïsoleerde woningen en gebouwen die zich op ruime percelen situeren en met een belangrijk volume alsook verspreide (oude) woningen met weinig comfort. Deze woningen zijn vaak omwille van hun typologie (dakhelling, materiaalgebruik, ) en hun historische aanwezigheid belangrijke beeldbepalende elementen in het landschap. Deze nederzettingen komen tegemoet aan een steeds aanwezige vraag inzake wonen. Voor deze woningen zal de gemeente bij de opmaak van een RUP een passend ontwikkelingsperspectief bieden dat voor deze eigendommen een blijvende aanwending mogelijk maakt, o.a. in het kader van plattelandstoerisme. Voor de eigendommen met een groot bouwvolume moet de aanwending voor meer ruimtebehoevende residentiële functies (ruimtebehoevende hobby s zoals hobbypaardenhouderij, hobbylandbouw, privé-collecties van grote objecten, kunst, ) mogelijk gemaakt worden. Dit ontwikkelingsperspectief zal echter rekening houden met de draagkracht van het gebied zowel ruimtelijk als functioneel. AANDACHT VOOR SOCIALE HUISVESTING Momenteel beschikt Lierde over 118 sociale woningen waarvan het grootste deel huurwoningen zijn. Ten opzichte van het totaal aantal woningen (2.447 in 2001) zijn er slechts 4,8% sociale woningen, waarvan 4% huurwoningen en 0,8% sociale kavels. Dit is een stuk minder dan de algemene richtlijn van 10% waarvan 5% huurwoningen en 5% koopwoningen. Dit betekent dat Lierde anno 1997 over ca. 240 sociale woningen en in 2007 over 257 sociale woningen zou moeten beschikken. Lierde heeft dus een woonbehoefte op sociaal vlak. Dit zowel wat het aantal sociale huurwoningen betreft als het aantal sociale koopwoningen.

GRS LIERDE RICHTINGGEVEND GEDEELTE 20 In Lierde zijn er plannen tot uitbreiding van de sociale huisvesting (o.a. project in de Dorpsstraat voor 4 huurappartementen). Het betreft hier in hoofdzaak vervangingsnieuwbouw. Verwijzen we hierbij naar het beleidselement over verdichtingsmogelijkheden. WOONPROGRAMMATIE Een fasering wordt uitgewerkt om de bouwactiviteit in de verschillende deelgebieden op een meer verantwoorde manier te laten verlopen. Deze fasering heeft tot doel om op basis van de ruimtelijke en de kwantitatieve criteria gesteld in het structuurplan over te gaan tot een geleidelijke en gefaseerde ontwikkeling van het wonen. Volgende opties worden hierbij in acht genomen : Versterking van de woonfunctie in het hoofddorp Sint-Maria-Lierde Station. Bij uitbreiding dient men het opvullen van de onbebouwde percelen langs uitgeruste wegen aan te sporen en moet aandacht besteed worden aan de renovatie en sanering van de woonkernen. Het invullen van de bouwmogelijkheden dient te gebeuren op een kwalitatieve manier, rekening houdend met de eigenheid van het gebied. Sint-Maria-Lierde-Station : Woonkern met nadruk op wonen Sint-Maria-Lierde Station is geselecteerd als deel van het meerkernig hoofddorp waar de woonfunctie zal versterkt worden door een kleine woonuitbreiding. De ligging in de nabijheid van diverse voorzieningen, een goede bereikbaarheid en de nabijheid van het station, zijn elementen die deze optie ondersteunen. Het binnengebied gelegen tussen Caudenberg en de N8 zal in zijn geheel geschrapt worden. Het betreft deels woonuitbreidingsgebied, deels landelijk woongebied. Het gebied is gelegen op een hellend terrein en moeilijk aan te snijden door sterke versnippering van tuinen en de langgerekte maar smalle vorm. Het landelijk woongebied (ca. 1 ha) zal gecompenseerd worden door een nieuw woongebied. Het nieuw woonproject wordt voorzien in de zone ingesloten door de Nieuwstraat, de nieuwe school en de Groenstraat (ca. 1 ha).. Het woonproject zou aldus aansluiten bij de kernvoorzieningen en is gelegen in de nabijheid van het station en de N8.

GRS LIERDE RICHTINGGEVEND GEDEELTE 21 Tevens sluit dit gebied aan bij de Nieuwe Wijk waardoor een soort woonband ontstaat rond de voorzieningen. Het project kan aanzien worden als een vorm van afwerking van de kern. Het is kernversterkend en heeft geen landschappelijke gevolgen.. Bestaande woonpatrimonium kwalitatief aanpakken in de andere dorpskernen Naast de verdere invulling van de niet-vervallen verkavelingen en percelen langs uitgeruste weg komt het in deze kernen er in de eerste plaats op neer initiatieven te nemen om het bestaande woonaanbod kwalitatief te herwaarderen. Verdere woonuitbreiding buiten de bestaande juridische voorraad is niet toegelaten. Kleinere woonprojecten met oog op inbreiding kunnen een versterking en heropleving van de dorpskern betekenen. De nadruk moet worden gelegd op het realiseren van een kwaliteitsvolle woonomgeving. Dit impliceert ook een groene, open woonomgeving. Het woonuitbreidingsgebied gelegen in Sint-Maria-Lierde tussen de N8, Dorpsstraat en Struntel wordt in de planperiode tot 2007 niet aangesneden, vanuit het principe dat we enkel in de woonkern Sint-Maria-Lierde-Station de woonfunctie wensen te versterken en de behoefte kan ook niet aangetoond worden om deze zone aan te snijden. Het woonuitbreidingsgebied in Deftinge gelegen tussen Hekkouterstraat en de Kerkstraat wordt eveneens binnen de planperiode niet aangesneden daar de behoefte niet aangetoond kan worden, behoudens het restperceel van de Dreefstraat. Kleinere inbreidingsprojecten waarbij naast de woonfunctie ook aandacht gaat naar andere voorzieningen worden gestimuleerd. De bouwmaatschappij Denderstreek heeft het project oud gemeentehuis te Deftinge waar 17 appartementen werden voorzien in 2000 afgerond. Van deze appartementen zijn er 4 bejaardenwoningen. Deze woningen zijn reeds bewoond. Andere voorbeelden zijn vermeld bij de verdichtingsmogelijkheden.

GRS LIERDE RICHTINGGEVEND GEDEELTE 22 SINT- DEFTINGE ST.-MARIA- ST.-MARTENS- HEMELVEER- TOTAAL MARIA- LIERDE LIERDE DEGEM LIERDE STATION FASE A 1997-2002 NIET-VERVALLEN VERKAVELINGEN 16 18 29 20 11 35 PERCELEN LANGS UITGERUSTE WEGEN 6 4 9 14 3 36 SOCIAAL HERBESTEMMINGSPROJECT - - - 17 4 21 FASE B 2002-2007 NIET-VERVALLEN VERKAVELINGEN 16 19 30 20 11 36 PERCELEN LANGS UITGERUSTE WEGEN 7 4 9 15 4 39 NIEUWE WOONZONE GROENSTRAAT (1 HA) TER COMPENSATIE TE SCHRAPPEN WOONGEBIED CAUDENBERG 15 - - - - 15 NA PLANPERIODE SOCIAAL HERBESTEMMINGSPROJECT X - X X - - TOTAAL 60 45 77 86 33 301 TABEL 1 : WOONPROGRAMMATIE

Legende Aan te snijden nieuw woongebied in planperiode Niet aan te snijden woonuitbreidingsgebied in de planperiode X X X Te schrappen woon(uitbreidings)gebied Restperceel Recent uitgevoerd herbestemmingsproject ST.MARIA-LIERDE Mogelijk (kleinschalig) inbreidingsproject/ herbestemmingsproject in functie van kernversterking X X SINT-MARIA-LIERDE STATION HEMELVEERDEGEM ST.MARTENS-LIERDE DEFTINGE Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan G E M E E N T E L I E R D E O p d r a c h t g e v e r : G e m e e n t e b e s t u u r v a n L i e r d e KAART 3 RUIMTELIJKE INPASSING WOONBEHOEFTEN Juli 2006 1648 - EF

Type 1: landelijke woongebieden die thans bevestigd zijn in het gewestplan en niet zijn opgenomen in de afbakening van de 1. kernen GRS LIERDE RICHTINGGEVEND GEDEELTE 24 BEBOUWING BUITEN DE KERNEN Naast de kernen is er in het buitengebied van Lierde nog veel verspreide bebouwing. Ook voor deze woningen is een duidelijk gemeentelijk beleidskader noodzakelijk. We onderscheiden volgende woonvormen : Type 1: landelijke woongebieden die thans bevestigd zijn in het gewestplan en niet zijn opgenomen in de afbakening van de woonkernen Type 2: woningen en woonconcentraties die niet bevestigd zijn in het gewestplan Type 3: woningen gelegen in kwetsbare gebieden Voor Lierde wordt voor deze woonvormen volgend beleidskader voorgesteld: Het ruimtelijk beleid voor deze gebieden is gericht op het structureren van het landelijk woongebied, het verbeteren van de kwaliteit van de woonfunctie en het inbedden van verweefbare (o.a. ambachtelijke) activiteiten. Het structureren houdt in dat in dergelijk gebied behoud en/of versterking van de landschapsgebonden eigenschappen, zowel inzake omgevingsaanleg als bebouwing, aan de orde is. In deze zin zijn ook alle functiewijzigingen en uitbreidingen van bestaande constructies mogelijk binnen de limieten opgelegd door de functionele en ruimtelijke draagkracht van de omgeving. Voor deze woninggroepen geldt aldus dat ze binnen dit kader worden bevestigd in de geëigende zone, dat eveneens de grenzen van het bestaande juridische aanbod kunnen aangepast worden aan de reële situatie (oplossing gedeeltelijke zonevreemdheid). Creatie van bijkomende volwaardige bouwkavels voor additionele wooneenheden op nieuwe percelen buiten het huidig juridisch aanbod is niet mogelijk. Voor deze landelijke woongebieden kunnen in het kader van een gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan of gemeentelijke verordening, een aantal maatregelen worden uitgewerkt zoals basisrichtlijnen voor architecturale typologie, minimale perceelsoppervlakte in functie van doorkijk naar de open ruimte toe, onbebouwd laten van relatief grote open stroken, omgevingsaanleg.

GRS LIERDE RICHTINGGEVEND GEDEELTE 25 2. Type 2: : woningen en woonconcentraties die niet bevestigd zijn in het gewestplan Het ruimtelijk beleid hiervoor is naast het verbeteren van de kwaliteit van de woonfunctie met mogelijkheden tot uitbreiding en herbouw, gericht op het bevriezen (consolidatie) van de bestaande toestand inzake het aantal woningen. Dit betekent dat de creatie van nieuwe volwaardige bouwkavels voor additionele wooneenheden buiten het juridisch kader niet mogelijk is. Functiewijziging (in de vorm van diensten op buurtniveau) is slechts mogelijk als ondergeschikte functie van de woonfunctie. De mogelijkheden van de huidige decretale bepalingen inzake zonevreemde woningen zijn hierbij het uitgangspunt. De gemeente wenst maximale mogelijkheden voor de bestaande zonevreemde bebouwing in functie van kleinschalig plattelandstoerisme, en meer bepaald voor de bestaande grote volumes van gebouwen en woningen met een cultuurhistorische waarde (zie ook toerisme en recreatie). 3. Type 3:Woningen gelegen in kwetsbare gebieden De enkele woningen in kwetsbare gebieden situeren zich langsheen een voldoende uitgeruste openbare weg en overwegend aan de uiterste rand van de natuurgebieden. Gezien geen wezenlijke interferentie bestaat met de natuurwaarden is opname van de betrokken huiskavel binnen de beschikking van type 2 mogelijk. Voor woningen gelegen middenin een kwetsbaar gebied is enkel instandhoudingswerken mogelijk. Uitbreiding en/of herbouw is niet mogelijk.

GRS LIERDE RICHTINGGEVEND GEDEELTE 26 5.2. VERSTERKEN LOKALE VOORZIENINGEN Lierde is een gemeente die een lokaal verzorgende rol heeft. Het aanbod aan voorzieningen is minimaal uitgerust en lokaal gericht. Teneinde het aanbod aan diensten en gemeenschapsvoorzieningen te versterken werd in het verleden reeds een aanzet gegeven met de opmaak van het BPA Nr.3 Gemeentehuis. Het BPA, goedgekeurd in 1997, heeft tot doel Sint-Maria-Lierde Station als nieuwe kern te versterken. De gemeente besloot de zone rond het gemeentehuis te ontwikkelen als volwaardige zone voor openbare diensten. Volgende behoeften zouden in deze zone ingepast worden of zijn reeds aanwezig : o Gebouwen voor technische diensten (loods aanwezig) o Herlokalisatie basisschool (in uitvoering) o Inrichten van een containerpark o Uitbreiding openbare diensten (ruimte nog niet aangesneden) In het Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan wordt de visie van het BPA verder gezet door de selectie van Sint-Maria-Lierde Station als onderdeel van het hoofddorp en de klemtoon die gelegd wordt op de versterking van het aanbod van diensten en voorzieningen. Het GRS laat toe het bestemmingsplan van het BPA te evalueren : te richten basisschool op korte termijn: De voorziene nieuwbouw van de school is in 2004 gestart. Dit gebeurt fasegewijs: Op eerst de kleuterafdeling (reeds gerealiseerd) en daarna het lager onderwijs. openbare diensten op termijn: In het BPA is er een uitbreiding voor openbare diensten voorzien waarbinnen een Uitbreiding administratief centrum voor het OCMW zou opgericht worden. De zone blijft voorzien maar zal niet op korte termijn ingenomen worden. UitbreidingsmogeIijkheden voor technische diensten : Achter het gemeentehuis is er een loods ingeplant die door de technische dienst gebruikt wordt. De ruimte rond de loods wordt ingenomen voor opslag van diverse materialen. Men stelt nu reeds dat de opslagruimte op termijn een uitbreiding nodig zal hebben. Het BPA voorziet deze mogelijkheid (weliswaar ten koste van de inplanting van het containerpark).

GRS LIERDE RICHTINGGEVEND GEDEELTE 27 containerpark op korte termijn : De gemeente heeft een dringende behoefte aan een containerpark. Daartoe heeft zij in Inplanting het BPA ruimte voorzien voor de ontwikkeling ervan. Bij de aanvraag tot ontwikkeling duiken er juridische moeilijkheden op. De milieuvergunning was aanvankelijk goedgekeurd (2 maart 2000) maar is daarna door een klacht geschorst bij de Raad van State (24 april 2001) op basis van geluidshinder. De bouwvergunning (27 oktober 1999) werd goedgekeurd maar is nu door de schorsing reeds vervallen. De moeilijkheden met de milieuvergunning en ook de gewenste uitbreidingsmogelijkheden van de technische dienst zetten aan uit te kijken naar een andere locatie voor het containerpark. Daar het in Lierde moeilijk is geschikte ruimte te vinden voor nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen, wordt gekozen de aanleg van het containerpark te verplaatsen naar de zone voor gemeenschapsvoorziening in Sint-Maria-Lierde (Wolfsveld). De BPA-procedure is lopende. De inplanting van het containerpark wordt als het ware gekoppeld aan de ontwikkeling van het nieuwe lokaal bedrijventerrein. Een deel van de zone voor gemeenschapsvoorzieningen wordt behouden voor het containerpark, het andere deel wordt omgezet naar lokaal bedrijventerrein (motivering hoofdstuk gewenste economische structuur). Kerkhoven: een aantal bestaande kerkhoven kampen met plaatsgebrek. De gemeente kiest voor de uitbreiding van de bestaande, eerder dan te zoeken naar een centrale begraafplaats, om de eigenheid van de verschillende parochies te bewaren. Concreet gaat het over een uitbreiding van het kerkhof van Hemelveerdegem (reeds in uitvoering), St-Martens-Lierde en Deftinge. De noodzakelijke uitbreidingen zullen maximaal landschappelijk worden geïntegreerd.

GRS LIERDE RICHTINGGEVEND GEDEELTE 28 5.3. GEWENSTE RUIMTELIJK-ECONOMISCHE STRUCTUUR In Lierde komen geen bedrijventerreinen voor. De bestaande economische structuur van Lierde kenmerkt zich voornamelijk door de aanwezigheid van ambachtelijke bedrijvigheid die een sterke verspreiding kent. Deze ambachtelijke bedrijven zijn deels gelegen in of sluiten aan bij de woonkernen of gehuchten en zijn deels zonevreemd gelegen. Problematisch is wel dat bedrijven die wensen uit te breiden zonevreemd komen te liggen (o.a. als gevolg van het landelijke karakter van de nederzettingsstructuur) en zij zich in hun economische activiteit bedreigd zien. Voor de gewenste economische structuur zal dan ook verwevenheid als ruimtelijk principe gedragen worden. Vooral voor die bedrijven die gelokaliseerd zijn in of nabij de woonkernen of gehuchten dient gestreefd te worden naar een verdere verweving en het ter plaatse opvangen van de ruimtelijke behoeften rekening houdend met de ruimtelijke draagkracht van de woonkern of het gehucht. 5.3.1. ONTWIKKELINGSOPTIES Volgende opties kunnen genomen worden ter verbetering van de ruimtelijk-economische structuur De wens tot een intensief en doelmatig grondgebruik : hoge productiviteit met minder ruimtebeslag. Streven naar diversiteit : integratie van wonen en werken zonder aanleiding te geven van onacceptabele hinder van bedrijven voor de bewoners. Behoud en stimuleren van de werkgelegenheid zonder ruimtelijke effecten van groot gewicht. Alternatieve vestigingsplaatsen voor te verplaatsen bedrijven. Goede ontsluiting van de bedrijvigheid

GRS LIERDE RICHTINGGEVEND GEDEELTE 29 5.3.2. HET RUIMTELIJK BELEID De verschillende beleidselementen worden geconcretiseerd aan de hand van een aantal ruimtelijke beleidselementen : Behoud en streven naar verweving van functies in de woonkernen en gehuchten Ontwikkelings- en uitbreidingsmogelijkheden voor ruimtelijk geïsoleerde bedrijven Ontwikkelen van een nieuw lokaal ambachtelijk bedrijventerrein VERWEEFBARE ACTIVITEITEN IN DE WOONKERNEN OF GEHUCHTEN De ruimtelijke segregatie van allerlei functies en activiteiten moet worden tegengegaan. In plaats hiervan dient te worden gestreefd naar een zo groot mogelijke maar aanvaardbare vermenging van functies zonder dat de draagkracht van de (woon)omgeving overschreden wordt. Dit betekent dat sommige activiteiten die wegens hun hinder, hun schaal, milieuhygiëne,... niet binnen de dorpskernen aanvaardbaar zijn, zich elders (naar een bedrijventerrein) moeten vestigen. Hiertoe behoren ook bedrijven waarvan de bedrijfsruimte voor het merendeel gebruikt wordt voor opslag (ineffectief grondgebruik). Het nadeel van dergelijk soort gebruik is het doodse karakter en als gevolg daarvan de afbreuk aan de sfeer in de wijk. Deze ruimtes zijn ideale plekken voor wooninbreiding. Alle andere functies daarentegen met een goed nabuurschap moeten toegelaten en zelfs versterkt worden. Gezien de bestaande lintstructuur in Lierde zullen bedrijven in de erkende woonkorrels (zie gewenste nederzettingsstructuur) zich ook verder kunnen ontwikkelen rekening houdend met een aantal randvoorwaarden naar de omgeving toe. ONTWIKKELINGS- EN UITBREIDINGSMOGELIJKHEDEN VOOR RUIMTELIJK GEÏSOLEERDE BEDRIJVEN Het belang dat wordt gehecht aan de landschappelijke, natuurlijke en milieutechnische kwaliteiten van de open ruimte maakt dat een aantal niet aan de omgeving gebonden activiteiten al of niet verder kunnen ontwikkeld worden. Afhankelijk van hun ruimtelijke impact, de activiteit op zich en de eventuele grondgebondenheid, moet per bedrijf uitgemaakt worden of zij kunnen bestaan met of zonder mogelijkheden tot uitbreiding of zich moeten herlocaliseren. We kunnen een onderscheid maken tussen in het gewestplan opgenomen en niet-opgenomen geïsoleerde bedrijven.

GRS LIERDE RICHTINGGEVEND GEDEELTE 30 a. Bedrijven gelegen in paarse vlakjes Een aantal geïsoleerde bedrijven zijn in het gewestplan bevestigd. Lierde kent een aantal paarse vlekjes in het gewestplan, die allen ingevuld zijn. Voor deze vlekjes geldt dat de ruimte die nog eventueel aanwezig is, dient voor de uitbreiding van het bestaande bedrijf, dus niet om nieuwe bedrijven aan te trekken. b. Afwegingskader voor de niet-erkende geïsoleerde bedrijven Voor de niet-erkende geïsoleerde bedrijven kan men door het opmaken van een afwegingskader (selectiecriteria) toegepast in het kader van een sectoraal BPA een globale beoordeling geven. In het sectoraal BPA werd per deelruimte een aantal beoordelingsprincipes aangegeven, die hier grotendeels worden hernomen. of gehuchten Woonkernen De uitbreidingsmogelijkheden van de bedrijven worden wezenlijk niet beperkt. Als toetssteen gelden de typische ruimtelijke kenmerken van zijn omgeving. Er dient eveneens voldoende rekening gehouden te worden met de mobiliteitsimpact van het bedrijf. Lokale bedrijven die niet verweefbaar zijn met de woonfunctie van dit gebied worden ondergebracht in een lokaal bedrijventerrein. buiten de woonkernen of gehuchten Woonconcentraties Ondersteuning van het behoud van de bestaande woningen en bedrijven is de krachtlijn. Hier wordt verwezen naar het beleid omtrent bebouwing buiten de kernen. De uitbreidingsmogelijkheden van de bedrijven worden wezenlijk niet beperkt. Als toetssteen gelden de typische ruimtelijke kenmerken van zijn omgeving. Er dient eveneens voldoende rekening gehouden te worden met de mobiliteitsimpact van het bedrijf. groene nerf door het landschap Beekvallei, Het betreft de beekvalleien Remistebeek, Broekbeek, Larebeek, Molenbeek, Pachtbosbeek, Parkbosbeek, Kakebeek, Schalkebeek en de Vagebeek. In het ruimtelijk programma dat aan deze ruimte verbonden wordt, is de enige wenselijke vorm van bebouwing deze van kleinschalige schuilplaatsen voor vee e.a., alsook duidelijk omschreven uitbreidingsmogelijkheden voor bedrijven. De criteria