In bijlage bezorgen wij U de vereiste documenten voor de ontheffingsaanvraag tot opmaak van een planmer.

Transcriptie

1 De gemeente Ledegem is gestart met de opmaak van het RUP Vierschaere. In bijlage bezorgen wij U de vereiste documenten voor de ontheffingsaanvraag tot opmaak van een planmer. Geformuleerde adviezen (Provincie West-Vlaanderen, Vlaamse overheid ruimte en erfgoed, agentschap Ondernemen, Vlaams Agentschap Zorg en gezondheid, VMM, Departement Landbouw en Visserij) Ter verduidelijking van het geformuleerd advies van Departement Landbouw en Visserij en Agentschap RO-Vlaanderen: De verantwoording voor de herbestemming van de terreinen die opgenomen zijn als herbevestigd agrarisch gebied zal verder gemotiveerd worden (conform de omzendbrief RO/2010/01) in de memorie van toelichting, nav de plenaire vergadering. Het onderzoek naar alternatieve locaties, de impact op de ruimtelijk-functionele samenhang van de agrarische structuur en mogelijk flankerende maatregelen worden hierin besproken. 1.1 Algemeen Er werd een ruimtelijke visie op natuur, landbouw en bos opgesteld voor de regio Veldgebied Brugge-Meetjesgebied door de Vlaamse Overheid. Het plangebied van het voorliggend RUP ligt gedeeltelijk in herbevestigd agrarisch gebied (HAG). Conform de herziene omzendbrief RO/2010/01 betreffende de beleidsmatige herbevestiging van de gewestplannen kunnen gemeenten op basis van goedgekeurde structuurplannen binnen de herbevestigde agrarische gebieden, beperkte planningsinitiatieven nemen Motivering Een uitbreiding van het bestaande bedrijventerrein kadert binnen de visie waarbij bestaande en nieuwe bedrijventerrein worden ontwikkeld met besparing van ruimte. Waarbij geopteerd wordt voor optimalisatie en afwerking van bestaande bedrijventerreinen. Aangezien deze infrastructuur aansluit bij het bestaande bedrijventerrein is een uitbreiding van deze sportinfrastructuur aangewezen. Om een landschappelijke inkleding te krijgen tov de open ruimte dient de ruimere omgeving een buffer voorzien te worden. Het RUP Vierschaere is een uitbreiding van het bestaande bedrijventerrein Fabriekslaan I en Fabriekslaan II, beide bedrijfszones zijn volledig bezet. Het serrebedrijf zet zijn activiteit stop en wordt meegenomen in de ontwikkeling van het bedrijventerrein. Er is een bestaande woning aanwezig, aansluitend en in eigendom van het serrebedrijf, deze wordt mee opgenomen in het plangebied. Hierop aansluitend is een waterbuffering gelegen, deze wordt opgenomen in de groenbuffer van het terrein en blijft fungeren als waterbuffer. De uitbreiding van het bestaande bedrijventerrein kadert binnen de visie waarbij bedrijventerreinen, gebundeld worden. Aangezien deze infrastructuur aansluit bij de kern van het dorp is een behoud en uitbreiding van deze bedrijfsinfrastructuur aangewezen. Om een landschappelijke inkleding te krijgen tov de open ruimte dient eveneens een buffer te worden voorzien.

2 Onderzoek naar alternatieve locaties In het GRS van Ledegem werd slechts één locatie voorzien voor de verdere uitbouw van het bestaande bedrijventerrein in Ledegem en een locatie voor bedrijvigheid in Sint-Eloois-Winkel. Er zijn geen andere locaties in Ledegem die in aanmerking komen voor de uitbreiding van een bestaand bedrijventerrein of de inplanting van een nieuw bedrijventerrein. De gemeente Ledegem beschikt zowel over een structuurondersteunend hoofddorp (Ledegem) als een herlocalisatiehoofddorp (Sint-Eloois-winkel). De behoefteraming voor de kern Ledegem (structuur ondersteunend hoofddorp) is gebeurd volgens de methodiek aangegeven in het PRS. Voor de Kern vanlledegem bedraagt de vraag naar lokaal bedrijventerrein tot 2010, 7.23 ha (bruto). Het beschikbare aanbod op heden in de kern van Ledegem bedraagt circa 1.7 ha. Uit de cijfers blijkt dat de vraag aan bedrijventerreinen het aanbod ruimschoots overschrijdt. Hieruit kan besloten worden dat er voor de periode een bijkomende nood is aan het bestemmen van bedrijfsgronden voor circa 5.5 ha. Binnen de aanduiding van het structuurplan werden op deze plaats 5 mogelijke scenario s uitgewerkt die uitgebreid terug te vinden zijn in de MVT van het RUP.

3 Na de afweging van de positieve en negatieve punten werd een totaalscenario opgemaakt. De afweging is terug te vinden in de MVT van het RUP. Impact op de ruimtelijke-functionele samenhang van de agrarische structuur Ligging van het perceel: Het perceel wordt begrensd door het bestaande bedrijventerrein enerzijds en door de open ruimte anderzijds. Door de buffering, en het behoud van de kleine landschapselementen en de beek wordt de samenhang behouden binnen de agrarische structuur en gaat de agrarische structuur niet versnipperen.

4 Het perceel sluit aan bij het bedrijventerrein van Ledegem en zorgt voor een overgang naar het open ruimte gebied. Een deel van de herbevestigde agrarische structuur wordt niet meer gebruikt voor agrarische doeleinden maar functioneert als trage weg en weg voor landbouwvoertuigen. Een deel van het herbevestigd agrarisch gebied zal niet meer gebruikt worden voor landbouwdoeleinden door de stopzetting van het serrebedrijf. De herbestemming doet geen afbreuk aan de ruimtelijke functionele samenhang van de agrarische structuur, het aangrenzende landbouwgebied kan blijven functioneren, alle landbouwzones blijven bereikbaar door landbouwvoertuigen. Mogelijk flankerende maatregelen voor de landbouw Het plangebied is momenteel grotendeels in gebruik als landbouwgebied. Een aantal landbouwers worden betrokken door het planologisch initiatief. Het grootste deel van het plangebied is ingenomen door een serre bedrijf, deze landbouwer die eveneens zijn bedrijf binnen het plangebied heeft, verliest het grootste deel van zijn bouwland. Zijn woning is eveneens gelegen binnen het plangebied. Het serrebedrijf gaat zijn activiteit stopzetten. Zijn woning wordt mee opgenomen in het planningsinitiatief. Het gaat om de percelen 05C 787A, 790C en 790D, met respectievelijke oppervlakten 53a 50ca, 67a 37ca en 90a 43 ca, met een totale oppervlakte van 2a 11a 30ca, die de eigenaar vrijwillig wil verkopen bij stopzetting van zijn activiteit. Een tweede landbouwer heeft als eigendom het bouwland gelegen in herbevestigd agrarisch gebied, eigendom van het serrebedrijf zijn de percelen07 C, en 792 met respectievelijke oppervlakten 01ha 31a 00ca, 80a 40ca en 40a 30ca, met een totale oppervlakte van 2 ha 51a 70ca. Een derde landbouwer, heeft als eigendom perceel08c 793, met een oppervlakte van 1ha 11a 10ca. Het serrebedrijf en de bestaande woning, is samen met het bouw- en weiland volgens het gewestplan opgenomen als agrarisch gebied. het gebied grenst volgens het gewestplan aan de bestaande zone voor ambachtelijke bedrijvigheid en KMO. De percelen van landbouwer 2 en 3 kan mens beschouwen als verlies van landbouwareaal met een oppervlakte van ( 2ha 51a 70ca + 1ha 11a 10ca) 3ha 52a 80ca. De gronden die nog in gebruik zijn van de landbouw zijn maar gedeeltelijk een verlies van het landbouwareaal van een landbouwer. Het serrebedrijf zet zijn activiteiten stop en verkoopt zijn gronden. Ten oosten van Ledegem is er een woonuitbreidingsgebied, volgens het gewestplan. Het woonuitbreidingsgebied is momenteel in landbouwgebruik. De gemeente wenst dit woonuitbreidingsgebied te schrappen en het gebied te bestemmen als agrarisch gebied. Dit gebied heeft een grote van ongeveer 2.5ha en wordt ingezet als compensatiegebied. Er zijn geen andere gebieden die in aanmerking komen voor compensatie. GRS In het structuurplan is de optie genomen om planning initiatief te nemen, in herbevestigd agrarisch gebied. Dit is opgenomen in de bindende bepalingen van het structuurplan. De gemeente Ledegem opteert in het GRS voor het optimaliseren van de bedrijvenzones die tevens het verder groeien van de lokale bedrijf dynamiek mogelijk maken. Hierbij wil men het optimaliseren van de bestaande bedrijventerreinen, het behoud en verder stimuleren van verwevenheid wonen-werken binnen de dorpskernen en het consolideren van bestaande handelszaken in het open ruimtegebied nastreven. Binnen de gewenste ruimtelijke structuur worden volgende punten naar voor geschoven: Herontwikkeling van bestaande en nieuwe bedrijventerreinen met besparing van de ruimte. Bij nieuw te ontwikkelen bedrijventerreinen wordt het ruimtegebruik optimaal gestimuleerd, waar mogelijk worden de bedrijfsgebouwen aan elkaar gekoppeld, wordt

5 gestreefd naar meerdere bouwlagen en worden parkings gemeenschappelijk gebruikt. Er wordt gestreefd naar de aanleg van een gemeenschappelijk groenscherm. Nauwkeurige follow-up van de ontwikkeling binnen de bedrijventerreinen. Er werd een nauwkeurige inventaris gemaakt van de ontwikkelingen binnen de bestaande bedrijventerreinen. Op basis van deze inventarisatie en de vraag van bedrijven is een afweging gebeurd om nieuw bijkomend bedrijventerrein aan te snijden. Het gebied ten noorden van het huidig bedrijventerrein van de Fabriekslaan te Ledegem werd prioritair aangeduid om op termijn te ontwikkelen. Bij de gewenste structuur op microschaal wordt voor Ledegem o.a. geopteerd voor de optimalisering en afwerking van het lokale bedrijventerrein. Het bedrijventerrein, ter hoogte van de Fabriekslaan - Slyperstraat. De recente ontwikkeling van het bedrijventerrein met een zone voor lokaal bedrijventerrein met openbaar karakter is zo goed als volledig uitverkocht. Een uitbreiding in noordelijke richting van dit bedrijventerrein wordt slechts gezien op lange termijn (na 2007) afhankelijk van de vraag voor nieuwe en/of te herlokaliseren bedrijven. In het bindend gedeelte van het GRS van Ledegem (BD p 3) wordt de zone ten noorden van het huidig bedrijventerrein Ledegem - Fabriekslaan - Slypstraat voor de uitbreiding van het bedrijventerrein op lange termijn, geselecteerd. Conclusie Binnen het plangebied is het niet mogelijk een actie te ondernemen of een planologische ruil voor te stellen. Er is geen zone-vreemde landbouw binnen het gebied, die zone-eigen kan gemaakt worden. Er zijn geen bestemmingen binnen het plangebied die geen agrarische bestemming hebben en die door de landbouw gebruikt worden. Volgens de herbevestiging van de agrarische gebieden (HAG) is de huidige afbakening van het bedrijventerrein volgens het gewestplan mee opgenomen, evenals de aanpalende weilanden. Volgens de landbouwtyperingskaart heeft het volledige plangebied een hoge waardering en is het aangeduid als agrarisch gebied. Binnen het inrichtingsvoorstel / RUP werd er voor de bestaande woning grenzend aan de bedrijvenzone een overgangsmaatregel voorgesteld (nabestemming bedrijventerrein). Het lijkt niet opportuun om de agrarische functie te behouden om volgende redenen: Er zijn geen andere uitbreidingsmogelijkheden, voor de uitbreiding van het bedrijventerrein omdat het nieuwe bedrijventerrein moet aansluiten op het bestaande bedrijventerrein. De uitbating van het serrebedrijf wordt stopgezet. Het voornemen van het GRS Ledegem is om het bestaande bedrijventerrein uit te breiden. Er wordt dan ook voorgesteld om de grens van de herbevestigde agrarische gebieden (HAG) te verleggen zodat het huidige bedrijventerrein kan uitgebreid worden, grenzend aan de paarse zone volgens het gewestplan. Het woonuitbreidingsgebied ten oosten van Ledegem wordt voorgesteld als compensatiegebied. Mens en socio-organisatorische aspecten Het serrebedrijf gaat zijn activiteit stopzetten en wenst de gronden waarop de serre gevestigd is, de woning en de bijhorende gronden in eigendom te verkopen. Aangezien de landbouwer zijn activiteit stopzet en wenst te verkopen, zal dit geen verlies meebrengen voor het onderdeel mens en socio-organisatorische aspecten. Het serrebedrijf is gelegen binnen het plangebied. De overige gronden zijn in handen van een 2 landbouwers en zullen zoveel als mogelijk gecompenseerd worden via de schrapping van het woonuitbreidingsgebied.

6 Hemelwater: Het aanwezige waterbekken zal behouden blijven en indien noodzakelijk vergroot, buffering van regenwater is in iedere zone mogelijk en zal zoveel als mogelijk opgevangen worden in het bestaande bufferbekken. De afwatering zal niet afgewenteld worden op het naastliggende gebied maar zal op eigen terrein opgevangen worden; De aanwezige landbouwweg is een aarden wegeltje die heel smal is, landbouwvoertuigen kunnen er eventueel gebruik van maken, dit gebeurt zelden. De bestaande landbouwweg, grenzend aan het plangebied, ten oosten is hiervoor meer geschikt en wordt frequenter gebruikt De omvorming van trage weg voor fietsers en voetgangers heeft geen invloed op het bereiken van het bouw en weiland in de omgeving. De mandbouwweg blijft gedeeltelijk bestaan zodat de bereikbaarheid van de bestaande bedrijfssites gegarandeerd blijft. Hopende u met deze gegevens van dienst te zijn, verblijven wij,