Onderwerp Harmonisatie peuterspeelzalen en kinderopvang Voorstel



Vergelijkbare documenten
2.2 Argumenten om over te gaan op vraagfinanciering De belangrijkste argumenten om over te gaan op vraag gestuurde financiering zijn:

Harmonisatie peuterspeelzalen en kinderopvang. Omvormingsplan. Gemeente Heerenveen

Als gevolg hiervan kan bovenstaande verordening worden ingetrokken.

Openbaar openbaarheid: Overlegd met Financiën: d.d Raad: Ter besluitvorming

Toekomstverkenning peuterspeelzaalwerk

Voorstel aan de gemeenteraad

Gemeente Baarn - subsidieregeling Peuteropvang en Voorschoolse educatie gemeente Baarn (gewijzigd)

Onderwerp : Uitvoeringsnotitie harmonisatie voorschoolse voorzieningen

Omvormingsplan. Peuterspeelzaalwerk

Regeling Peuteropvang en Voorschoolse Educatie gemeente Waalwijk 2019

Portefeuillehouder: Ter behandeling in de vergadering van: de commissie samenleving d.d. 30 oktober 2017 de Raad d.d.

Achtergrond harmonisatie onderwijs 0-4 Giessenlanden

Voorgesteld besluit de Verordening Verordening ruimte- en inrichtingseisen peuterspeelzalen gemeente Wijk bij Duurstede 2012 wordt vastgesteld.

Memo Aan: College Cc: Van: Wethouder Van de Wardt Datum: 10 maart 2015 Kenmerk: 15ini00570 Onderwerp: Harmonisatie Peuterspeelzalen

GEMEENTEBLAD. Nr Subsidieregeling peuteropvang en VVE 2018 HOOFDSTUK 1: ALGEMEEN

Subsidieregeling Voorschoolse Educatie en Peuterwerk

DISCUSSIENOTITIE VOOR DE COMMISSIE

Burgemeester en wethouders

Raadsvoorstel AGENDAPUNT NO.

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Zutphen,

Beleidsregel Peuteropvang Koggenland 2017.

Bijlage - Toelichting subsidieregeling voorschoolse voorzieningen gemeente Oirschot

Ve rordening peuteropvang e n voorschoolse e ducatie gemeente Vijfheerenlanden (i.o.) 2019

Advies: In te stemmen met bijgaande raadsinformatiebrief en deze door te sturen naar de raad.

Registratienummer: GF Datum collegebesluit: 3 juni 2014 Agendapunt: 3

Nadere Regel Subsidieregeling peuteropvang gemeente Heerenveen Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Heerenveen,

Harmonisatie kinderopvang en peuterspeelzaalwerk in de gemeente West Maas en Waal per

Harmonisatie voorschoolse voorzieningen. Vergaderdatum 20 mei Gemeenteblad 2014 / 34. Agendapunt 5. Aan de Raad

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 24 januari 2017 met zaaknummer AST/2017/000903;

Subsidieregeling peuteropvang en voorschoolse educatie

GEMEENTERAAD MENAMERADIEL

RAADSVOORSTEL MET VERORDENING

Harmonisatie peuterspeelzalen en kinderopvang in de gemeente Druten

Raadsvoorstel. Vergadering : 25 juni Agendapunt : 8 : Besluitvormend Programma : (5) Onderwijs Portefeuillehouder : D. Fokkema. Aan de Raad.

Bijzondere subsidieverordening peuteropvang gemeente Purmerend 2019

Harmonisatie peuterspeelzalen en kinderopvang

Onderwerp Verordening leerlingenvervoer gemeente Heerenveen 2015 Voorstel De Verordening leerlingenvervoer gemeente Heerenveen 2015 vaststellen

(Deze mail is verzonden naar de raadsleden, duo-burgerleden en fractie-assistenten)

Harmonisatie peuterspeelzalen en kinderopvang in de gemeente West Maas en Waal

overwegende dat het hiervoor noodzakelijk is om regels te stellen omtrent de tegemoetkoming in de kosten van (VVE-)peuteropvang;

Nadere regels peuteropvang en voorschoolse educatie gemeente Rheden Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rheden;

BELEIDSREGEL. Subsidieregeling voorschoolse educatie opvang gemeente Aalten 2018

Uitvoeringsregeling subsidies Peuteropvang Voorschoolse educatie gemeente Haarlem 2019

Beleidsregels peuteropvang en voorschoolse educatie, gemeente Tytsjerksteradiel

Deelsubsidieverordening Voorschoolse voorzieningen Den Helder

Verordening tegemoetkoming kosten peuteropvang in Midden-Delfland

GEMEENTEBLAD Officiële publicatie van Gemeente Ede (Gelderland)

Verordening tegemoetkoming kosten (VVE-)peuteropvang in Tiel

College van Burgemeester en wethouders gemeente Tynaarlo

Harmonisatie peuterspeelzalen en kinderopvang

A. Pietersen Vergunningen, Voorzieningen en Handhaving / Renske van der Peet

Inzicht in voorzieningen in Nederland

AGENDAPUNT voor burgemeester en wethouders

Agendanummer: Begrotingswijz.:

Gelet op artikel 3 van de Algemene subsidieverordening De Ronde Venen 2017 en titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht;

Vraag en Antwoord Harmonisatie peuterspeelzaalwerk gemeente Maastricht

Onderwerp Raadsbeleidsregel Wmo 2015: onderdeel hulp bij het huishouden

: Rapportage evaluatie peuterspeelzaalwerk Eemsmond

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Tiel;

Subsidieregeling Peuteropvang en Voor en Vroegschoolse Educatie gemeente Zeist Burgemeester en wethouders van de gemeente Zeist besluiten,

Gemeente Rhenen - Subsidieregelingen 2017: Reguliere peuteropvang en voor- en vroegschoolse educatie

Voorschoolse voorzieningen in Purmerend 2011

_,, o- p^\ Gemeente Woerden 10A gemeente WOERDEN

Verordening tegemoetkoming kosten voorschoolse voorzieningen in Midden- Delfland

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Roermond;

RAADSVOORSTEL EN O ERPBESLUIT

Tekst van de regeling

RAADSVOORSTEL Verseon kenmerk: Raadsvergadering van 19 april 2012 Agendanummer: Onderwerp: Toekomst peuterwerk gemeente Moerdijk

Onderwerp: Subsidieregeling tegemoetkoming kosten kinderopvang gemeente Overbetuwe 2017

Subsidieregeling Kinderopvang gemeente Haren 2018

Uitgangspuntennotitie harmonisatie voorschoolse voorzieningen Gooise Meren

Subsidieregeling Onderwijsachterstanden

Onderwerp: Vaststellen subsidieregeling peuteropvang en voorschoolse educatie Ommen

Alleen activiteiten die vrij en openbaar toegankelijk zijn komen voor subsidie in aanmerking

Onderwerp Klachtenregeling sociaal domein

Aan de gemeenteraad. Geachte leden van de raad,

gemeente Eindhoven Raadsvoorstel verlaging instroomleeftijd voor- en vroegschoolse educatie (VVE)

Routíngformulier informatienota raad

Subsidieregeling kindgebonden financiering peuteropvang en VVE Scherpenzeel 2019

Aan de raad. Status: ter besluitvorming. 3. Vaststellen verordening Subsidiëring Peuteropvang Noordoostpolder 2017.

Van afdeling : BOO Opgesteld door: mw. L. de Vroed (LVR) : Toekomst peuterspeelzaalwerk

Beleidskader Peuteropvang Ede 2016

Onderwijsachterstanden beleid en harmonisatie kinderopvang

Subsidieregeling Peuteropvang en Voor- en Vroegschoolse Educatie

Uitvoeringsnotitie VVE gemeente Dalfsen Uitwerking VVE-beleid en toelichting op de beleidsregels VVE

Gemeente Rhenen - Subsidieregelingen 2018 Reguliere peuteropvang en vooren vroegschoolse educatie

Subsidieverordening peuterprogramma gemeente Stein

Subsidieregeling Voorschoolse voorzieningen Gemeente Krimpenerwaard 2019

Onderwerp: Gevolgen bezuinigingen op peuterspeelzaalwerk voor Westvoorne

Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad. 3 augustus ECSD/U Lbr. 17/042 (070)

Raadsvoorstel Zaak :

Onderwerp Ontwerpbegroting 2018 FUMO

BESLUIT NADERE REGELS SUBSIDIES PEUTEROPVANG EN VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE GEMEENTE VENRAY 2018

Het college van burgemeester en wethouders van Vlaardingen,

Toelichting kaders Harmonisatie & ontwikkeling Alles in 1-scholen Assen

RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEIT VAN VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE IN 2015 IN DE GEMEENTE. Heerenveen

1 Waarom deze notitie?

Uitwerking twee scenario s subsidie peuterspeelzaalwerk uitgevoerd door SKB (Bijlage 1)

Verordening tegemoetkoming kosten voorschoolse voorzieningen

Transcriptie:

Onderwerp Harmonisatie peuterspeelzalen en kinderopvang Voorstel Portefeuillehouder Hans Broekhuizen Datum collegebesluit 25 augustus 2015 Opsteller J. Sloot en M. van Dun Registratie GF15.20068 Agendapunt 1. Instemmen met de voorgelegde keuzes waardoor harmonisatie van de peuterspeelzalen en kinderopvang op 1 januari 2016 in kan gaan. 2. In 2016 éénmalig 85.351 uit de Algemene Reserve niet-geblokkeerd beschikbaar stellen en in 2017 85.351 in de Algemene Reserve niet-geblokkeerd terug laten vloeien en beide effecten in de meerjarenbegroting 2016-2019 te verwerken. 7 Aanleiding Het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft in 2013 in het kabinetsplan Een betere basis voor peuters de harmonisatie van de peuterspeelzalen en kinderopvang naar peuteropvang aangekondigd. In 2014 en 2015 is dit plan nader uitgewerkt. Hiermee wordt de financiering voor werkende ouders die gebruik maken van kinderopvang en van peuterspeelzalen gelijk getrokken. Het is onderdeel van de invoering van de Wet Ontwikkelingskansen door Kwaliteit en Educatie (de Wet Oke) die een betere afstemming tussen de kinderopvang, peuterspeelzaalwerk en onderwijs beoogt. Een andere aanleiding voor de invoering van peuteropvang is dat ook in Heerenveen het reguliere peuterspeelzaalwerk steeds meer onder druk komt te staan. Door de afnemende vraag naar kinderdagverblijven stijgt de vraag naar peuterspeelzalen en stijgen daarmee de gemeentelijke kosten. Kinderdagverblijven worden immers niet gefinancierd door de gemeente, peuterspeelzalen wel. De invoerdatum naar peuteropvang van 1 januari 2017 is gewijzigd. Er is een gefaseerde invoering aangekondigd waardoor vanaf 1 januari 2018 daadwerkelijk de peuteropvang ingevoerd moet zijn. In het college van 20 januari 2015 is besloten om voor te sorteren op de ingangsdatum van de wettelijke verplichting en de omvorming in te laten gaan per 1 januari 2016. Daarmee kan een eenmalig financieel voordeel worden behaald dat gebruikt kan worden om de omvorming soepel te laten verlopen, bijvoorbeeld door frictiekosten bij ouders en peuterspeelzalen te overbruggen. Daarbij komt dat, bij ongewijzigd beleid, de huidige subsidiesystematiek van het reguliere peuterspeelzalenwerk steeds weer tot hogere kosten leidt dan structureel in de begroting is voorzien. Gezien de voorbereidingen en de bovenstaande argumenten stellen wij voor om te blijven koersen op de invoeringsdatum van 1 januari 2016. Overwegingen Huidige situatie In de huidige situatie subsidiëren wij peuterspeelzalen op basis van het werkelijk bezette aantal peuterplaatsen. Wij geven op dit moment subsidie aan vier instellingen: Kinderwoud, Sisa, De Lytse Bearkes en Pinokkio. Dit wordt deels bekostigd uit eigen middelen en deels uit tijdelijke middelen van het Rijk. Daarnaast ontvangen wij een doeluitkering van het rijk voor voor- en vroegschoolse educatie (VVE). Deze is bestemd voor extra ondersteuning op het gebied van taal, sociaal-emotionele ontwikkeling, etc. bij peuters die daarvoor door de Jeugdgezondheidszorg geïndiceerd worden.

Op dit moment is er sprake van aanbodsubsidiëring. Als gekozen wordt voor het volledig harmoniseren van alle peuterspeelzalen met kinderopvang, dan wijzigt de subsidiestructuur naar een vraaggestuurde financiering. Ook in de omliggende gemeenten wordt hiervoor gekozen. Dit maakt dat er zo min mogelijk verschillen zijn tussen gemeenten. Daarmee wordt voorkomen dat ouders buiten de eigen gemeente gebruik maken van voorschoolse voorzieningen. De aangrenzende gemeentes zijn bezig met harmonisatie of hebben dit al gerealiseerd. Uitgangspunten Ten aanzien van de nieuwe subsidiestructuur hanteren wij volgende uitgangspunten: Voor peuterspeelzaalwerk wordt voortaan de term peuteropvang gebruikt; De omvorming naar peuteropvang is niet bedoeld om te bezuinigen, maar om de middelen in te zetten waar het het meest nodig is; Peuteropvang is in relatie tot Jeugdzorg mede een preventieve activiteit, waardoor het huidige hoge bereik zoveel mogelijk op peil gehouden moet worden en de continuïteit van het huidige aanbod gewaarborgd; Alle peuterspeelzalen worden geregistreerd als kinderopvang (kinderdagverblijf), zodat het deel van de ouders dat recht heeft op de kinderopvangtoeslag daarop een beroep kan doen; Ouders die recht hebben op kinderopvangtoeslag ontvangen geen subsidie meer van de gemeente; Ouders die geen recht hebben op kinderopvangtoeslag, betalen een inkomensafhankelijke ouderbijdrage die gebaseerd wordt op de landelijke tabel voor de kinderopvangtoeslag. Hierdoor zijn de kosten voor alle ouders vergelijkbaar bij een vergelijkbaar verzamelinkomen. Voor doelgroeppeuters (aangewezen op extra ondersteuning) blijft subsidie beschikbaar voor de meerkosten van het VVE-aanbod. Ouders van doelgroeppeuters betalen een inkomensafhankelijke bijdrage (er komt een overgangsregeling voor de huidige ouders die nu een vaste ouderbijdrage betalen). Keuzes in beleid Wij stellen de volgende beleidskeuzes omvorming naar peuteropvang voor (zie inhoudelijke onderbouwing in memo hoofdlijnen en omvormingsplan bijlage 1 en 2): 1. Subsidiering op basis van vraag-gestuurde financiering: geld volgt kind. 2. Subsidiëring van een basisaanbod van 2 dagdelen per week (3 uren per dagdeel, 40 weken per jaar) voor ouders die geen gebruik kunnen maken van de kinderopvangtoeslag. 3. Ouders betalen een inkomensafhankelijke ouderbijdrage (op basis van VNG tabel, 7 inschalingen) 4. De startleeftijd wordt vastgesteld op 2 jaar (was 2,5 jaar). Daardoor komen met name doelgroepkinderen eerder in beeld en in aanmerking voor een VVE traject. 5. Maximaal uurtarief wordt vastgesteld op 7,30 (aanvaardbaar gemiddelde) bij een bezetting van 85%. Dit is inclusief het koptarief voor alle ouders van 0,46 om de gevolgen van de omvorming voor ouders te verzachten zodat het bereik niet omlaag gaat. 6. Subsidiering van een aanbod voor VVE doelgroeppeuters. Voor 2 jarigen: 2 dagdelen per week, voor 3 jarigen: 4 dagdelen per week. Na de overgangstermijn betalen ouders over de eerste 2 dagdelen een inkomensafhankelijke bijdrage, ongeacht of zij gebruik maken van de kinderopvangtoeslag of onder de gemeenteregeling vallen. De 2 extra dagdelen zijn kosteloos voor alle ouders van driejarigen. 7. De gemeente subsidieert aanvullend (aan de aanbieder) een vast bedrag van 400,- per daadwerkelijk geplaatste VVE doelgroeppeuter, voor de jaarlijks terugkerende kosten van het VVE aanbod. De hoogte van het bedrag zal in 2017 geëvalueerd worden. 8. Geleidelijk openstellen markt (2016 en 2017 pilotperiode) In 2016 voor huidige aanbieders. In 2017 voor aanbieders van dagopvang/peuteropvang die in 2015 waren ingeschreven in Landelijke Register Kinderopvang als aanbieder in Heerenveen (gastouders komen niet in aanmerking). Voor basisscholen in Heerenveen die in eigen beheer peuteropvang willen gaan exploiteren. Vanaf 2018: voor alle aanbieders. 2

Effecten Met de omvorming naar peuteropvang beogen we voorschoolse voorzieningen bereikbaar en toegankelijk te maken en te houden. Door deze harmonisatie is de financiering van voorschoolse voorzieningen in onze gemeente toekomstbestendig, wordt de kwaliteit geborgd en ontstaat er keuzevrijheid voor ouders. Daarnaast nemen peuterspeelzalen en kinderopvang in het gemeentelijke beleid rondom Zorg voor Jeugd een belangrijke positie in als het gaat om het signaleren en voorkomen van (ontwikkelings)problemen bij jonge kinderen. De harmonisatie naar peuteropvang biedt een verdergaande mogelijkheid om de peuteropvang te professionaliseren en structureel ruimte te geven voor deze rol. Beleid en regelgeving Het streven naar harmonisatie is neergelegd in de Wet Ontwikkelingskansen door Kwaliteit en Educatie (OKE), die op 1 augustus 2010 in werking is getreden. In het regeerakkoord (2012) is opgenomen dat onderwijs, kinderopvang, peuterspeelzalen en voor- en vroegschoolse educatie (VVE) meer op elkaar moeten worden afgestemd. Daarom is afgesproken dat de financiering van het peuterspeelzaalwerk onder de Wet Kinderopvang wordt gebracht. De wettelijke ingangsdatum van peuteropvang is met één jaar uitgesteld naar 1 januari 2018. Financiën, risico s en beheersmaatregelen De financiële vertaling van de genoemde beleidskeuzes is inzichtelijk gemaakt in de memo hoofdlijnen omvormingsplan en het omvormingsplan (zie bijlagen). In de begroting 2015 is voor Peuterwerk en OAB 550.922 ( 394.935 + 155.987) beschikbaar. Na de harmonisatie van het beleid (na de herindeling) en door de toename van het gebruik van peuterspeelplaatsen, zijn de afgelopen jaren op rekeningsbasis de subsidiekosten gestegen maar is dit bedrag niet aangepast in de begroting. De extra kosten ( 59.213) zijn jaarlijks opgevangen vanuit de tijdelijke rijksmiddelen voor Professionalisering Peuterspeelzalen ( 550.922 + 59.213= 610.135). De beleidsvoorstellen leiden tot een uitgavenniveau van 425.640. Er resteert jaarlijks een bedrag van 125.282. Indicatie subsidiekosten VVE vanaf 2016 189.835 Indicatie subsidiekosten peuteropvang basisaanbod vanaf 2016 199.704 Indicatie subsidie koptarief voor kinderopvang gerechtigde ouders vanaf 2016 36.101 Kosten / uitgaven Peuterspeelzalen vanaf 2016 425.640 Frictiekosten 2016/2017 Gedurende twee jaren zal naast de structurele kosten, sprake zijn van éénmalige uitgaven in 2016/2017. Het gaat o.a. om frictiekosten 2016 en 2017 ( 261.198 en 107.320) en VVE-coördinatie 2017 ( 44.676). Naast het bedrag van 125.282, dat vrijkomt vanaf 2016, wordt dekking voorgesteld uit de tijdelijke rijksmiddelen voor Professionalisering Peuterspeelzalen. Deze middelen lopen af met ingang van 2018. 1. Ouders van doelgroeppeuters die voor 1 januari 2016 geplaatst zijn kunnen gebruik maken van de vaste lage ouderbijdrageregeling tot en met 31 december 2016. Nieuwe ouders betalen per 1 januari 2016 een inkomensafhankelijke bijdrage voor de eerste twee dagdelen. ( 29.198,-) 2. Voorlichting aan ouders over de omvorming vindt gezamenlijk met de aanbieders plaats. Hiervoor wordt een communicatieplan opgesteld. ( 30.000,-) 3. Ondersteuning kleine locaties in aangewezen woongebieden gedurende 2 jaar. Na evaluatie in 2017 wordt bepaald of en in welke mate dit doorgezet gaat worden. ( 84.000,-) 3

4. Kwaliteitsimpuls VVE: alle aanbieders moet gaan werken met een VVE programma (willen zij in aanmerking komen voor de gemeenteregeling). Ter tegemoetkoming in de kosten wordt subsidie verleend aan de huidige aanbieders en aan nieuwe aanbieders van peuteropvang die in 2015 ingeschreven waren het Landelijke Register en in de gemeente kinderdagopvang exploiteerden ( 80.000,-) 5. Versterken bereik VVE doelgroeppeuters via voorlichting en sociale media. ( 20.000,-) 6. Subsidie transitiekosten omvorming voor huidige aanbieders. ( 125.320,-) De middelen in de begroting zijn in beginsel toereikend om alle kosten op te vangen. Echter, de frictiekosten zijn niet gelijkmatig over de jaren verdeeld. De bulk van de frictie veroorzaakt in de jaarschijf 2016 een tekort van 85.351. In 2017 is sprake van een overschot van 85.351. Voorgesteld wordt in 2016 éénmalig 85.351 uit de Algemene Reserve niet-geblokkeerd beschikbaar te stellen en in 2017 éénmalig 85.351 aan genoemde Reserve toe te voegen. Extra kosten VVE coördinatie Door de omvorming naar peuteropvang en het geleidelijk openstellen van de markt voor ook het aanbieden van VVE, is het erg belangrijk om de coördinatie van de VVE activiteiten/aanbod goed te organiseren. Te denken valt dan aan een betere toeleiding van ouders van doelgroepkinderen van de JGZ naar de VVE peuteropvang, het monitoren van resultaten, het bewaken van de gemaakte kwaliteitsafspraken/ overdracht/doorgaande lijn met het primair onderwijs etc. Ingaande 2018 ontstaat structureel ruimte ter grootte van 125.282. In 2017 zal beoordeeld worden in hoeverre de VVE-coördinator structureel moet worden ingezet en in hoeverre een beroep op genoemde middelen noodzakelijk is. Risico s Op een aantal onderdelen van de omvorming heeft de gemeente geen controle en dit kan mogelijk leiden tot lagere of hogere kosten. - Verdeling kinderopvang gerechtigde ouders en niet-kinderopvang gerechtigde ouders; In het omvormingsplan (op basis van onderzoek van huidige gebruikers) wordt uitgegaan van een verdeling van 55% - 45%. Deze verhouding kan in werkelijkheid anders liggen. Dit kan leiden tot hogere kosten voor de gemeente, maar ook tot lagere kosten. - Hoogte van de ouderbijdrage (voor reguliere peuteropvang en VVE). Er is in de financiële uitwerking uitgegaan van een gemiddeld bedrag voor de ouderbijdrage. Dit bedrag kan in werkelijkheid lager of hoger uitvallen. - Uitval door externe omstandigheden (o.a. werkloosheid, keuze voor opa en oma/oppas). Hierdoor gaat het bereik naar beneden, waardoor minder kinderen profijt hebben van voorschoolse educatie. Vervolgaanpak Voor de verdere uitwerking van de harmonisatie dienen de komende maanden in ieder geval nog de volgende stappen te worden gezet: 1. Communicatietraject richting ouders: gemeente i.s.m. betrokken organisaties 2. Planning GGD controles 2015/2016 en registratie in het landelijk register 3. Opstellen van beleidsregels op basis van vraagfinanciering 4. Stopzetten subsidierelatie met huidige aanbieders (regulier psz-werk en VVE) en communicatie daarover. Communicatie Vanaf januari 2015 zijn de huidige peuterspeelzalen, andere aanbieders van voorschoolse voorzieningen, en scholen geïnformeerd over de omvorming naar peuteropvang. In de periode maart tot en met mei 2015 heeft het onderzoeksbureau Buitenhek, Management en Consult 4

opdracht gekregen om te onderzoeken welke kansen en mogelijkheden er zijn voor de harmoniseren naar peuteropvang. Het onderzoek is in nauwe samenwerking met de huidige peuterspeelzalen uitgevoerd. Vanaf september wordt met de vier huidige aanbieders van peuterspeelzaalwerk over het communicatietraject richting ouders en werknemers 2015/2016 overlegd. Tevens hebben zij een aankondiging en verzoek om zienswijze ontvangen over de beëindiging van de huidige subsidies. De Participatieraad is in april de omvorming besproken zodat zij vroegtijdig meegenomen zijn over de inhoud en het proces naar omvorming. Er is een gemeentelijke communicatiekalender gemaakt voor 2015 en verder over alle communicatie activiteiten rondom de omvorming. Vanaf januari 2015 wordt met vijf andere Friese gemeenten de invoering van de harmonisatie afgestemd wat betreft invoeringdatum en inhoud. Relevante informatie Bijlage 1. Memo hoofdlijnen omvormingsplan Bijlage 2. Omvormingsplan peuteropvang Bijlage 3. Overzicht veranderingen huidige situatie naar omvorming Het college van burgemeester en wethouders van Heerenveen, de secretaris, de burgemeester, de heer F.H. Perdok de heer T.J. van der Zwan 5

Registratie GF15.20068 Onderwerp Harmonisatie peuterspeelzalen en kinderopvang De raad van de gemeente Heerenveen; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 25 augustus 2015; gelet op de Wet Ontwikkelingskansen door Kwaliteit en Educatie (OKÉ) en de Wet Kinderopvang; overwegende dat de gemeenteraad verantwoordelijk is voor het vaststellen van nieuw peuteropvangbeleid, Besluit 1. Tot de volgende keuzes waardoor harmonisatie van de peuterspeelzalen en kinderopvang op 1 januari 2016 in kan gaan. a) Subsidiering op basis van vraag-gestuurde financiering: geld volgt kind. b) Subsidiëring van een basisaanbod van 2 dagdelen per week (3 uren per dagdeel, 40 weken per jaar) voor ouders die geen gebruik kunnen maken van de kinderopvangtoeslag. c) Ouders betalen een inkomensafhankelijke ouderbijdrage (op basis van VNG tabel, 7 inschalingen) d) De startleeftijd wordt vastgesteld op 2 jaar (was 2,5 jaar). Daardoor komen met name doelgroepkinderen eerder in beeld en in aanmerking voor een VVE traject. e) Maximaal uurtarief wordt vastgesteld op 7,30 (aanvaardbaar gemiddelde) bij een bezetting van 85%. Dit is inclusief het koptarief voor alle ouders van 0,46 om de gevolgen van de omvorming voor ouders te verzachten zodat het bereik niet omlaag gaat. f) Subsidiering van een aanbod voor VVE doelgroeppeuters. Voor 2 jarigen: 2 dagdelen per week, voor 3 jarigen: 4 dagdelen per week. Na de overgangstermijn betalen ouders over de eerste 2 dagdelen een inkomensafhankelijke bijdrage, ongeacht of zij gebruik maken van de kinderopvangtoeslag of onder de gemeenteregeling vallen. De 2 extra dagdelen zijn kosteloos voor alle ouders van driejarigen. g) De gemeente subsidieert aanvullend (aan de aanbieder) een vast bedrag van 400,- per daadwerkelijk geplaatste VVE doelgroeppeuter, voor de jaarlijks terugkerende kosten van het VVE aanbod. De hoogte van het bedrag zal in 2017 geëvalueerd worden. h) Geleidelijk openstellen markt (2016 en 2017 pilotperiode). i) In 2016 voor huidige aanbieders. j) In 2017 voor aanbieders van dagopvang/peuteropvang die in 2015 waren ingeschreven in Landelijke Register Kinderopvang als aanbieder in Heerenveen (gastouders komen niet in aanmerking). Voor basisscholen in Heerenveen die in eigen beheer peuteropvang willen gaan exploiteren. k) Vanaf 2018: voor alle aanbieders. 2. In 2016 éénmalig 85.351 uit de Algemene Reserve niet-geblokkeerd beschikbaar te stellen en in 2017 85.351 in de Algemene Reserve niet-geblokkeerd terug laten vloeien en beide effecten in de meerjarenbegroting 2016-2019 te verwerken. Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 5 oktober 2015. de griffier, de voorzitter,

mevrouw W.J.M.A. Jansen de heer T.J. van der Zwan 7