Plan van Aanpak Transitie AWBZ 1. Achtergrond/aanleiding In het regeerakkoord is vastgelegd dat er verschillende functies vanuit de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) worden gedecentraliseerd naar gemeenten. De reden daarvoor is dat de aanvragen en daarmee de kosten tussen 1999 en 2011 fors zijn gegroeid. De AWBZ wordt daarom teruggebracht tot haar oorspronkelijke kern: langdurige en onverzekerbare niet-geneeskundige zorg. Daarnaast is het de bedoeling dat deze decentralisatie er voor zorgt dat mensen extra worden gestimuleerd om mee te doen in de samenleving. Daarbij staat de eigen verantwoordelijkheid van burgers en hun sociaal netwerk voorop. Tegelijk is het belangrijk dat mensen, als dit noodzakelijk is, ondersteund worden om zo lang mogelijk en zo zelfstandig mogelijk te participeren. Daarvoor is maatwerk, liefst op lokaal niveau, noodzakelijk. Gemeenten zijn in staat dit te organiseren, door beleidsterreinen met elkaar te verbinden. Het Rijk heeft daarom besloten de volgende functies uit de AWBZ te schrappen en de te bereiken resultaten onder de reikwijdte van de compensatieplicht van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) te brengen: 1. De functie begeleiding voor mensen met matige of zware beperkingen zonder verblijfsindictie; 2. Het vervoer naar dagbesteding; 3. De functie kortdurend verblijf; 4. De inloopfunctie van de GGZ. Deze decentralisatie moet in een kort tijdsbestek plaatsvinden. In het portefeuillehouders overleg Maatschappelijke Ontwikkeling hebben de wethouders uit de regio Brabant Noordoost-oost afgesproken de transitie waar mogelijk regionaal op te pakken. Alle gemeenten moeten namelijk deze transitie vormgeven en hierdoor is het mogelijk om werk te verdelen. Daarnaast opereren huidige AWBZ-aanbieders vaak op bovenlokaal niveau. Door regionaal op te trekken kunnen we de samenwerking met deze aanbieders efficiënter organiseren. Ook is het gezamenlijk mogelijk om een zo optimaal mogelijk aanbod te creëren. Zo is het mogelijk dat voor passende ondersteuning aan sommige kleine doelgroepen het lokale niveau te kleinschalig is. Ook voor grotere doelgroepen kan op bovenlokaal niveau een grotere diversiteit in het aanbod en daarmee in (keuze)mogelijkheden voor de klant worden bereikt. De regionale samenwerking is echter geen doel op zich. De regionale samenwerking heeft als uitgangspunt: lokaal wat lokaal kan, regionaal waar dat voordeel oplevert. In dit stuk is een plan van aanpak voor de transitie opgesteld met daarbij specifiek aandacht voor de manier waarop regionaal kan worden samengewerkt. 2. Doelstelling Het project Transitie AWBZ heeft het doel om een invulling te geven aan de transitie van de te decentraliseren taken van de AWBZ naar de WMO. Na de transitie is de gemeente in staat de over te nemen taken uit te voeren binnen het beschikbare budget. 3. Resultaten - Beleidskader - Gewijzigde WMO Verordening; - Implementatieplan tot 2013: o Samenwerkingsafspraken en inkoop/subsidiecontracten met uitvoerende organisaties. o Toerusten van het (gemeentelijk) loket voor de nieuwe taken - Implementatieplan tot 2014: o Samenwerkingsafspraken en inkoop/subsidiecontracten met uitvoerende organisaties; o Toerusten van het (gemeentelijk) loket voor de nieuwe taken 1
4. Regionale samenwerking Op 8 december 2011 is in het portefeuillehoudersoverleg Maatschappelijke Opvang (po MO) besloten dat de transitie AWBZ waar mogelijk regionaal wordt opgepakt. Het po MO wordt bij deze samenwerking gebruikt als regionaal bestuurlijk gremium. Dit overleg vindt in verband met de tijdsdruk van de transitie AWBZ in ieder geval vier maal in 2012 plaats. De gemeente Oss is voor wat betreft de transitie regionaal kartrekker. De gemeenten Boxmeer, Veghel en Oss maken deel uit van het aanjaagteam, zodat elke subregio hierin is vertegenwoordigd. Figuur 1: regionale overlegstructuur PO Maatschappelijke Opvang Trekker: gemeente Oss Bestuurlijk Aanjaagteam Ambtelijk overleg Aanjaagteam Transitie AWBZ Subregio Uden/Veghel (4 gemeenten) Subregio Land van Cuijk (5 gemeenten) Subregio Maasland (3 gemeenten) Boekel, Landerd, Uden, Veghel Boxmeer, Cuijk, Grave, Mill/St- Hubert, St-Anthonis Bernheze, Maasdonk, Oss Taken ambtelijke organisatie Aanjaagteam - Alle subregio s zijn ambtelijk vertegenwoordigd in het Aanjaagteam. Deze trekkers van de subregio informeren en stimuleren de gemeenten in hun regio. Iedere subregio heeft een vaste vervanger voor de ambtenaar uit het Aanjaagteam. Op deze manier is iedere subregio altijd vertegenwoordigd. - Via het (ambtelijk) aanjaagteam zorgen de gemeenten Boxmeer, Veghel en Oss voor het voorbereiden van de verschillende fasen, een verdeling van de werkzaamheden en een terugkoppeling naar de (bestuurlijke) regionale overleggen. Alle gemeenten - Iedere gemeente zorgt voor een ambtenaar die tijd heeft om werkzaamheden uit te voeren voor de transitie AWBZ. Het voorstel is om hierbij als richtlijn aan te houden 1 uur, per 100 inwoners, per jaar. - De ambtelijke medewerkers van iedere individuele gemeente zorgen zelf voor het voorleggen van de voorstellen aan hun college van burgemeester en wethouders en de gemeenteraad. - Iedere ambtenaar is verantwoordelijk voor de afstemming in de eigen gemeente voor wat betreft de andere transities of gerelateerde (beleids)onderwerpen. Bestuurlijke organisatie Aanjaagteam 2
- Het aanjaagteam vertegenwoordigt het po-overleg indien er niet gewacht kan worden op het volgende po-overleg. Iedere subregio heeft een vaste vervanger voor de bestuurder uit het Aanjaagteam. Op deze manier is iedere subregio ook altijd bestuurlijk vertegenwoordigd. - Het aanjaagteam zorgt ervoor dat de andere wethouders uit de subregio op de hoogte worden gehouden. Alle gemeenten - Alle bestuurders nemen deel aan het po MO. - De bestuurders zorgen dat zij geïnformeerd zijn over de stand van zaken van de transitie AWBZ en informeren wanneer nodig het college, de gemeenteraad en externen hierover. 5. Planning De taken van de AWBZ worden getrapt gedecentraliseerd naar de WMO. Deadline Gemeenten verantwoordelijk voor: 1 januari 2013 - Nieuwe aanvragen; - Cliënten voor wie de indicatie in 2013 afloopt; - Cliënten voor wie de situatie verandert en daarom een nieuwe indicatie nodig hebben. 1 januari 2014 Alle cliënten die extramurale begeleiding ontvangen via de AWBZ. Deze transitie is het moment om de benodigde begeleiding op een andere manier te organiseren. Als gemeenten moeten we uitgangspunten formuleren om te bepalen voor wie, wanneer, welke compensatie nodig is. Deze uitgangspunten moeten terugkomen in een gedegen visie en verder uitgewerkt worden in concrete plannen. Deze visie hangt nauw samen met de kanteling van de Wmo. Deze kanteling moet niet alleen beleidsmatig worden doorgevoerd, maar vraagt juist ook een andere manier van werken voor de uitvoering. De verschillende gemeenten in de regio zijn nog niet even ver met deze kanteling. In hoeverre de WMO is gekanteld, bepaalt hoe snel de functies van de transitie AWBZ op een andere manier kunnen worden georganiseerd. Om ervoor te zorgen dat er voldoende tijd is voor deze omslag, wordt voorgesteld om de transitie uit te voeren in twee sporen. Op deze manier zorgen we er aan de ene kant voor dat er voldoende tijd wordt genomen voor het op een andere manier organiseren van de functies die overkomen uit de AWBZ. Daarnaast zorgen we er aan de andere kant voor dat in 2013 nieuwe aanvragen behandeld worden. 2013 functioneert hierdoor als een overgangsjaar. Dit overgangsjaar houdt niet in dat de functies uit de AWBZ één op één worden overgenomen. De benodigde begeleiding wordt namelijk onderdeel van de WMO. In hoeverre de WMO in een gemeente al is gekanteld, bepaalt in welke mate 2013 voor die gemeente functioneert als overgangsjaar. In het bestuursakkoord is afgesproken dat gemeenten in ieder geval één jaar voorbereidingstijd hebben tussen het moment van vaststelling in de Eerste Kamer en de ingang van de nieuwe verantwoordelijkheid voor de begeleiding. Het wetsvoorstel is vlak voor het kerstreces naar de Tweede Kamer gestuurd. Er kan echter worden vastgesteld dat gemeenten hierdoor niet een jaar voorbereidingstijd hebben. De VNG geeft aan vast te willen houden aan één jaar tussen het moment van besluitvorming door de Eerste Kamer en de invoering van de wetswijziging. De VNG gaat daarom in overleg met de staatssecretaris over de invoeringstermijn. Hierdoor kan de ingangsdatum van 1 januari 2013 veranderen. Voor alsnog gaan we echter uit van de hiervoor genoemde data voor een getrapte decentralisatie. 6. Fasering Beide sporen starten tegelijkertijd. Op deze manier wordt in spoor 1 al - voor zo ver mogelijk - een omslag gemaakt. Dit kan per gemeente verschillen en is afhankelijk in hoeverre het WMO-beleid al is gekanteld. In spoor 2 wordt deze omslag in ieder geval gemaakt. 3
Spoor 1: een pragmatisch spoor dat leidt tot een beleidsluwe, maar wel zorgvuldige en slagvaardige invoering per 2013. Fase Planning Fase 1: Inventarisatie en analyse Oktober 2011 februari 2012 Fase 2: Beleidsontwikkeling Januari 2012 maart 2012 Fase 3: Uitwerking beleid Maart 2012 november 2012 Fase 4: Implementatiefase Juli 2012 december 2012 Fase 5: Uitvoering Januari 2013 Spoor 2: een beleidsrijke, ambitieuze invoering per 2014. Fase Planning Fase 1: Inventarisatie en analyse Oktober 2011 februari 2012 Fase 2: Visie bepalen en aanpak formuleren Januari 2012 januari 2013 Fase 3: Uitwerking beleid Maart 2013 november 2013 Fase 4: Implementatiefase Juli 2013 december 2013 Fase 5: Uitvoering Januari 2014 7. Betrokken partijen In beide sporen is het de bedoeling om uitvoerende instellingen en vertegenwoordigers van de doelgroep te betrekken en mee te laten denken in mogelijke oplossingen. - Uitvoerende instellingen De transitie AWBZ raakt veel verschillende instellingen. Het gaat hierbij zowel om instellingen die nu betrokken zijn bij het uitvoeren van de taken van de huidige WMO (oa welzijnsinstellingen), als instellingen die op dit moment de AWBZ functies uitvoeren (oa zorgaanbieders). Het is lastig om al deze partijen in het gehele traject te betrekken. Er wordt daarom voorgesteld om een kerngroep het totaal aan instellingen te laten vertegenwoordigen. o o Kerngroep Kleinere groep van verschillende soorten instellingen die in bijeenkomsten concreet meedenkt en meewerkt aan de visie en mogelijke oplossingen. Platform Grotere groep instellingen die in 2012 in ieder geval twee keer bij elkaar komen. In deze twee bijeenkomsten worden zij op de hoogte gesteld van de stand van zaken van de transitie. Tijdens deze bijeenkomsten wordt getoetst of de ontwikkeling van de transitie volgens het platform op de goede weg is. Hiervoor kan het Platform Wonen Welzijn Zorg 1, aangevuld met nog ontbrekende regionale partijen, gebruikt worden. - Doelgroep Ook voor de doelgroep van mensen die gebruikmaken van de functie begeleiding wordt een vertegenwoordiging in het proces betrokken. De WMO-raad 2 van iedere gemeente kan hierin een rol spelen. Daarnaast betrekken we vertegenwoordigers van mensen die nu AWBZ-begeleiding krijgen. Daarbij maken we bijvoorbeeld gebruik van cliëntraden van zorginstellingen. In fase 1 starten we met een brede bijeenkomst met de doelgroep voor het verkennen van kansen. In het vervolg van het proces wordt de doelgroep betrokken en is in ieder geval vertegenwoordigd in het hiervoor genoemde platform. 8. Work Breakdown Structure Bij de transitie AWBZ werken we regionaal samen wanneer dit voordeel oplevert. Hieronder zijn per fase de verschillende activiteiten uitgewerkt. Deze activiteiten voeren we regionaal uit. 1 Platform van instellingen die uitvoering geven aan de beleidsterreinen wonen, welzijn, zorg. Dit zijn onder andere maatschappelijk werk, zorgaanbieders en een vertegenwoordiging van de WMO-raad. 2 In de gemeente Oss is er nog geen WMO-raad. Daar wordt het Cliëntenplatform SCPO betrokken. 4
Naar aanleiding van de resultaten van de verschillende fasen wordt bepaald welke onderdelen regionaal, dan wel lokaal worden uitgevoerd. Spoor 1 - Fase 1: inventarisatie en analyse. In deze fase wordt in kaart gebracht wat er precies op de gemeente afkomt. Het betreft onder andere de over te hevelen taken, de doelgroep en de behoeftes van de verschillende cliëntgroepen uit deze doelgroep. Activiteit Planning Verzamelen cijfers huidige situatie. Januari 2012 Gesprekken met zorgaanbieders. Januari februari 2012 Bezoekdag aan zorgaanbieders voor bestuurders en Februari 2012 ambtenaren. Bijeenkomst kerngroep instellingen voor het verkennen van Februari 2012 kansen. Bijeenkomst vertegenwoordigers van de doelgroep (Wmoraden/cliëntenplatform SCPO, cliëntenraden, etc.) voor het Februari 2012 verkennen van kansen. - Fase 2: Visie bepalen en aanpak formuleren. De uitgangspunten voor het beleid worden geformuleerd. Het betreft hier een beleidsstuk voor een beleidsluwe invoering in 2013. Daarnaast wordt een eerste concretisering gemaakt van deze uitgangspunten. Het is hierbij met name van belang dat we er voor zorgen dat de gemeente als organisatie vanaf 1 januari 2013 nieuwe aanvragen kan behandelen. - Fase 3: Bestuurlijke besluitvorming Activiteit Ambtelijk gereed Raad Beleidskader Midden maart 2012 Eind mei 2012 Verordening Midden juni 2012 November 2012 (juni juli: inspraakperiode verordening) Implementatieplan Juni 2012 nvt - Fase 4: Implementatiefase Ten uitvoer brengen van het implementatieplan. In deze fase worden ook samenwerkingsafspraken gemaakt met uitvoerende organisaties. - Fase 5: Uitvoering Behandelen van nieuwe aanvragen. Spoor 2 - Fase 1: inventarisatie en analyse. Deze fase is hetzelfde als in spoor 1. - Fase 2: Visie bepalen en aanpak formuleren. In vergelijking met spoor 1 wordt voor deze fase uitgebreider de tijd genomen. Door discussiebijeenkomsten met instellingen, mensen uit de doelgroep en deskundigen wordt uitgebreide concretisering van de uitgangspunten gemaakt. Het beleidsstuk dat eind 2012 wordt gemaakt zorgt voor een beleidsrijke, ambitieuze invoering vanaf 2014. In dit beleidsstuk wordt een echte omslag gemaakt om de functies die worden gedecentraliseerd op een andere manier te organiseren. Activiteit Planning Stap 1: Visie ontwikkelen en beleidsdoelen formuleren. April 2012 Bijeenkomst kerngroep - Beeldvorming gewenste situatie; - Benoemen verschil huidige en gewenste situatie. Stap 1: Visie ontwikkelen en beleidsdoelen formuleren. Juni 2012 5
Bijeenkomst platform: - Toetsen visie transitie AWBZ. Stap 2: Middelen en instrumenten bepalen. Bijeenkomst kerngroep - Bedenken oplossingen; - Selectie en eerste uitwerking van oplossingen. Stap 3: Programmering (wie, wat, wanneer) Bijeenkomst kerngroep - Ontwikkelen actie/beleidsplan. Stap 3: Programmering (wie, wat, wanneer) Bijeenkomst kerngroep - Toetsen actie/beleidsplan. September 2012 November 2012 December 2012 - Fase 3: Bestuurlijke besluitvorming Activiteit Ambtelijk gereed Raad Beleidskader Januari 2013 April 2012 Verordening Mei 2013 Oktober 2012 (mei juni: inspraakperiode verordening) Implementatieplan Mei 2012 nvt - Fase 4: Implementatiefase Ten uitvoer brengen van het implementatieplan. In deze fase worden ook samenwerkingsafspraken gemaakt met uitvoerende organisaties. - Fase 5: Uitvoering Spoor 1 en 2 zijn schematisch uitgewerkt in bijlage 1. 9. Financiën In de eerste plaats zorgt iedere gemeente er in ieder geval voor dat er een ambtenaar tijd heeft om werkzaamheden uit te voeren voor de transitie AWBZ. Hierbij wordt als richtlijn 1 uur, per 100 inwoners, per jaar aangehouden. Daarnaast is een inschatting gemaakt van de kosten die gemaakt worden voor de hiervoor genoemde activiteiten. Gevraagd wordt dat deze kosten per gemeente - in ieder geval - te reserveren vanuit het transitiebudget dat iedere gemeente van het Rijk heeft ontvangen voor de decentralisatie van de AWBZ. Deze begroting is niet toereikend voor de gehele decentralisatie, maar een eerste inschatting. Regionale begroting Transitie AWBZ 2012 Activiteiten uitgaven Kosten Bijeenkomsten platform 2x - locatie - catering - communicatie - evt. kosten externe begeleiding - overige facilitaire kosten 16.000,- ( 8.000,- per bijeenkomst) Bijeenkomsten kerngroep 4x - locatie - catering - communicatie - evt. kosten externe begeleiding - overige facilitaire kosten 20.000,- ( 5.000,- per bijeenkomst) 6
Bijeenkomsten doelgroep 2x - locatie - catering - communicatie - evt. kosten externe begeleiding - overige facilitaire kosten 10.000,- ( 5.000,- per bijeenkomst) Inhuur cijfermatig onderzoek (doelgroep) 40.000,- Totaal uitgaven 86.000,- Activiteiten inkomsten Subsidie RSA provincie 5.200,- (voor organisatie bijeenkomsten) 4.000,- (voor doelgroepenonderzoek) Totaal inkomsten 9.200,- Totaal 76.800,- Bijdrage regiogemeenten Transitie AWBZ Gemeente Inwonersaantal Bijdrage 2012 Bernheze 29.777 7.209 Boekel 9.900 2.397 Boxmeer 28.444 6.886 Cuijk 24.621 5.960 Grave 12.939 3.132 Landerd 14.961 3.622 Maasdonk 11.282 2.731 Mill en Sint Hubert 10.970 2.656 Oss 84.343 20.418 Sint Anthonis 11.785 2.853 Uden 40.749 9.865 Veghel 37.473 9.072 Totaal 317.244 76.800 10. Communicatie Binnen de regio vindt er vier keer per jaar zowel ambtelijk als bestuurlijk overleg plaats. Daarnaast worden zoals eerder omschreven instellingen en de doelgroep nauw betrokken in het proces. Op welke manier deze betrokkenheid er precies uitziet, zal verder worden uitgewerkt. Daarnaast wordt ook de politiek meegenomen in dit proces. College en gemeenteraad worden wanneer nodig geïnformeerd of gevraagd advies te geven over de transitie AWBZ. Naar aanleiding van dit plan van aanpak wordt in ieder geval een raadsinformatiebrief verstuurd aan de verschillende gemeenteraden over de stand van zaken transitie AWBZ. Over het totaal van de kanteling van de Wmo, niet alleen transities, zal een intensief communicatie traject moeten lopen naar zowel het maatschappelijk middenveld, bestuurders en inwoners. 7
Bijlage 1: Fasering Zie bijlage 8