- melkzuurbacteriën maken van melk yoghurt - melkzuurbacteriën worden gebruikt om zuurkool te maken



Vergelijkbare documenten
Samenvatting Voeding en Vertering Biologie voor Jou VMBO 4. M.b.v. melkzuurbacteriën kun je melk omzetten in yoghurt Kaas en zuurkool

- Bij dierlijke voedingsmiddelen wordt bederf vaak veroorzaakt door salmonellabacteriën.

- Yoghurt: aan melk worden speciale soorten bacteriën toegevoegd. Deze bacteriën zetten energierijke stoffen in melk om in melkzuur.

Samenvatting Biologie Voeding en vertering

Samenvatting Biologie Hoofdstuk 2

Boekverslag door Anoniem 860 woorden 16 april Samenvatting Hoofdstuk 2 Voeding en vertering

7. Het gebit De bouw van het gebit Tanden en kiezen noem je gebitselementen. kroon. wortel

Samenvatting Biologie Voeding en vertering

2,7. Samenvatting door Niels 1791 woorden 6 december keer beoordeeld. Biologie voor jou

5,8. Bs 1 Voedingsmiddelen en voedingsstoffen. Samenvatting door een scholier 1678 woorden 31 oktober keer beoordeeld.

6 groepen voedingsstoffen: eiwitten, koolhydraten, vetten, water mineralen en vitamines. Je hebt alle 6 voedingsstoffen nodig om gezond te blijven.

6,8. Samenvatting door een scholier 2043 woorden 8 december keer beoordeeld. Biologie voor jou

Samenvatting door Een scholier 2020 woorden 23 mei keer beoordeeld. Biologie voor jou. Samenvatting Biologie Thema 1.

beschermende bouwstoffen brandstoffen reservestoffen eiwitten x x vetten x x x vitamine x x water x Mineralen x x koohlydraten x x x

6,9. Samenvatting door E woorden 6 november keer beoordeeld. Biologie voor jou

6,5. Antwoorden door Een scholier 2083 woorden 16 juni keer beoordeeld. Biologie voor jou

Samenvatting Biologie Thema 2 voeding en vertering.

Samenvatting Biologie Hoofdstuk 2

Aantekeningen B4T1 Voeding en vertering

Samenvatting Biologie Hoofdstuk 4

6,5. Samenvatting door een scholier 1940 woorden 21 januari keer beoordeeld. Biologie voor jou

Samenvatting Biologie 2mhv thema 1

Samenvatting Biologie thema 2 voeding en vertering

Samenvatting Biologie H2: Voedsel en vertering

6,3. Samenvatting door een scholier 2755 woorden 14 november keer beoordeeld. Biologie voor jou

THEMA: VOEDING EN VERTERING VWO

Examentrainer. Vragen. Vertering. Wat is de naam van P?

8.3. Boekverslag door T woorden 19 januari keer beoordeeld. Biologie voor jou. Thema 4. 2 voedingsmiddelen en voedingsstoffen

boek: biologie voor jouw ; klas 5 hoofdstuk 4 voeding hoofdstuk 4 paragraaf 1 geen belangrijke informatie hoofdstuk 4 paragraaf 2 voedingsmiddelen:

Spijsverteringsstelsel. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Bouwstoffen: voor groei, ontwikkeling, herstel lichaam en vorming cellen en weefsels.

7,7. Samenvatting door een scholier 2220 woorden 23 januari keer beoordeeld. Biologie voor jou. Thema 4: Voeding en vertering

5,4. Antwoorden door een scholier 913 woorden 31 januari keer beoordeeld. Basisstof 1; voedselproductie

Samenvatting Biologie 1-1 tot 1-3

Samenvatting door een scholier 2124 woorden 26 maart keer beoordeeld. Biologie voor jou. Thema 4: Voeding en Vertering.

Wij, Nederlanders, hebben er ook veel nieuwe eetgewoontes bij gekregen. Dat komt door drie dingen:

Voeding en vertering. Hoofdstuk 2

Mitochondriële ziekten

Spijsvertering vmbo-b12

Voedingsleer. Waar gaat deze kaart over? Wat wordt er van je verwacht? Voedingsleer en het plantenrijk

Mitochondriële ziekten Spijsvertering

Samenvatting Biologie Thema 4 voeding en vertering

Er zijn zes groepen voedingsstoffen: eiwitten, koolhydraten, vetten, water, mineralen en vitamines.

Wij, Nederlanders, hebben er ook veel nieuwe eetgewoontes bij gekregen. Dat komt door drie dingen:

Samenvatting Biologie wat je moet weten voor proefexamen 3

Gezond leven betekent dat je; - voldoende beweegt - gezond eet

Samenvattingen. Samenvatting Thema 1: Stofwisseling. Basisstof 1. Organische stoffen:

6,1. Werkstuk door een scholier 2069 woorden 7 april keer beoordeeld. 2 Vertering

Spijsvertering. Voorwoord. Mijn spreekbeurt gaat over de reis van het voedsel. Met een moeilijk woord heet dat Spijsvertering.

Spijsverteringsstelsel. Anatomie. Mondholte Andere namen: Transportfunctie. Digestieapparaat Spijsverteringsapparaat

Samenvatting Biologie H7 Biologie Eten

1. Bloedvatenstelsel geeft zuurstof en glucose aan spierstelsel; water aan uitscheidingstelsel; CO² aan ademhalingsstelsel.

Tractus digestivus externe secretie

5,2. Samenvatting door een scholier 1671 woorden 17 december keer beoordeeld. Biologie voor jou. 1. Voedingsmiddelen en voedingsstoffen.

Herhaling leerstof / maatwerk. Les Voeding en vertering (Voedselproductie, bacteriën en schimmels Etiketten en achtergrondinformatie)

Energie-uitwisseling en stofomzetting in organismen. Plantyn Copyright

Samenvatting H H7 Eten H9 Je lichaam werkt

5. a) Ja, brood bevat vel zetmeel (polysachariden) en snoep veel suiker (disachariden) b) D Want zonnebloem olie bevat meer onverzadigd vet

Naam: VOEDINGSSTOFFEN Gezond eten en drinken

In dit deel van de bronnenbundel wordt eerst het verteringsstelsel van koeien beschreven. Daarna wordt het verteringsstelsel van varkens beschreven.

Samenvatting Biologie, 8.1 t/m 8.5

1 Stoffen worden omgezet. Stofwisseling is het vormen van nieuwe stoffen en het vrijmaken van energie. Kortom alle processen in organismen.

5 HAVO. biologie voor jou BIOLOGIE VOOR DE BOVENBOUW

Thema 3 Voeding en je lichaam

5,5. Samenvatting door een scholier 2060 woorden 22 februari keer beoordeeld. Biologie

WAT ETEN WE VANDAAG? 1 Waarom moet je eten?

Inhoud. Voorwoord 3. Voeding 6. Slaap 22. Houding 30. Naar de dokter 37. Kleding 65. Mode 74. Kleding wassen 77

Examenopgaven VMBO-BB 2004

Voedingsstoffen. Green Science CITAVERDE. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Thema 4 voeding en vertering

- De allereerste moedermelk bevat eiwitten. Daardoor is de melk gelig van kleur, eiwitten zijn belangrijk voor een baby om nieuwe cellen te maken

Werkstuk ANW Spijsvertering

Bruin brood, groente en fruit bevatten voedingsvezels > geen voedingsstoffen, wel belangrijk > de spieren in je darm worden er actiever van.

Spijsverteringsstelsel vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Examen Voorbereiding Voeding

Dia 1. Dia 2 Wat is voeding: Dia 3. Voeding - Alles over voeding - Voeding in de praktijk - Voedingsschema. Koolhydraten

Samenvatting door Daphne 1139 woorden 25 mei keer beoordeeld. Scheikunde

Antwoorden Biologie Deel 2: 10.1 en 10.2

Vakantie vitamines: hoe voorkom je vakantie kilo s? Jantine Blaauwbroek Diëtist

Koolhydraten. Voeding en Welzijn

5. a) Ja, brood bevat veel zetmeel (polysachariden) en snoep veel suiker (disachariden) b) D Want zonnebloem olie bevat meer onverzadigd vet

Cellen aan de basis.

Aantekeningen Hoofdstuk 1: Vier rijken Vergelijken KGT

Bij hoeveel procent vochtverlies gaat de sportprestatie achteruit? Ong. 1% Bart van der Meer WM/SM theorie les 11 Amice

Verschillende eters vmbo-b12. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Voedingsadviezen na een Whipple-operatie

Diabetes mellitus. Victoza en voeding

Eet smakelijk René de Groot

GEZONDHEIDSKUNDE-AFP LES 4. Gezonde voeding

Voedingsadvies bij Diabetes Mellitus. Bij gebruik van GLP-1-analoog

Module Dierverzorger. vmbo landbouwbreed basisberoepsgerichte leerweg leerjaar 3 en 4

Energiebalans. Opdracht 8B. Opdracht

SPIJSVERTERINGSKLACHTEN

Vitamine B12 Brood Glucose Biefstuk Fruitsap Proteïnen Kiwi Zetmeel Calcium Broccoli

GEZONDHEIDSKUNDE-AFP LES 3. Gezonde voeding

Micro-organismen. Waar gaat deze kaart over? De soorten micro-organismen. Wat wordt er van je verwacht? Wat zijn micro-organismen?

Verschillende eters hv12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Module 5 Spijsverteringsstelsel. De evolutie. De visser verzamelaar. Overleven en eten of gegeten worden

Transcriptie:

Samenvatting Thema 5: Voeding en vertering Basisstof 1 Voedsel wordt gemaakt met behulp van: Bacteriën: - melkzuurbacteriën maken van melk yoghurt - melkzuurbacteriën worden gebruikt om zuurkool te maken Schimmels: - kaas wordt bereid m.b.v. schimmel - brooddeeg laat men rijzen m.b.v. gisten (eencellige schimmels); er ontstaan ruimtes gevuld met koolstofdioxide Voedsel kan ook bederven door bacteriën en schimmels - salmonella is een bacterie die vooral bederf veroorzaakt in dierlijke voedingsmiddelen zoals eieren en kip - bij ernstig voedselbederf kan een voedselvergiftiging ontstaan Voedsel langer bewaren door het te conserveren (omstandigheden voor micro-organismen ongunstig maken): - invriezen: temperatuur wordt zo laag dat micro-organismen niet actief zijn (enzymen zijn tijdelijk niet werkzaam) - pasteuriseren: kortdurend verhitten totdat de meeste micro-organismen dood zijn - steriliseren: langdurend verhitten (temperatuur ook hoger dan bij pasteuriseren) zodat alle organismen doodgaan - (vries)drogen van voedsel: water uit voedsel halen zodat er geen micro-organismen in kunnen leven (daarna vaak vacuüm verpakken) - conserveermiddelen toevoegen kunstmatig: sulfiet in wijn natuurlijke: zuur / azijn bij augurken en uitjes suiker in jam zout bij olijven / vis - additieven: toegevoegde stoffen om ze langer houdbaar te maken of ervoor te zorgen dat ze er goed uit zien (smaak-, geur-, kleur-, conserveerstoffen)

Basisstof 2 Voedingsmiddelen: alles wat je eet en drink Voedingsstoffen: de stoffen die in voedingsmiddelen zitten: - bouwstoffen: opbouw van cellen en weefsels (bv spieren), groei en herstel - brandstoffen: zorgen voor energie voor lichaam (constante lichaamstemperatuur), groei - reservestoffen: dienen als reserve voor als er slechte tijden zijn - beschermende stoffen: dienen ervoor te zorgen dat iemand niet ziek wordt Er zijn zes voedingsstoffen met elk eigen functies: - water: bouwstof, zorgt voor transport van stoffen in lichaam (bloed) - mineralen: (ook zouten genoemd), bouwstoffen en beschermende stoffen, voorbeelden van zouten zijn kalk/calcium (opbouw botten), ijzerzouten (opbouw hemoglobine in rode bloedcellen), fluor (opbouw tanden) - eiwitten: bouwstoffen en brandstoffen, opbouw van spieren en cytoplasma in cellen, brandstof die meteen gebruikt wordt en niet opgeslagen kan worden - vetten: brandstoffen, bouwstoffen en reservestoffen, geeft de meeste energie, weinig van nodig, bij teveel opslag in vorm van reserve - koolhydraten: brandstoffen, bouwstoffen en reservestoffen, (suiker en zetmeel zijn bekendste koolhydraten), teveel aan suiker omgezet in glycogeen (reservestof) of opgeslagen als vet (reservestof) - vitamines: bouwstoffen en beschermende stoffen, vitamine A in wortelen, vitamines C in sinaasappels Voedingsvezels zitten in plantaardig voedsel: - onverteerbare delen - bevorderen de darmwerking (peristaltiek) Voedingsstoffen kunnen aangetoond worden met een aantoonstof (indicator) - bekendste indicator is Jodium dat zetmeel (koolhydraat) aantoont - Jodium is geel/bruin van kleur, in aanraking met zetmeel wordt het blauw/zwart

Basisstof 3 Bij gezonde voeding moet je denken aan: - gevarieerd eten: elke dag iets uit elk vak van de schijf van vijf - niet teveel eten - niet de hele dag eten - niet teveel vetten, suiker, alcohol gebruiken - weinig verzadigde (voornamelijk dierlijke) vetten eten anders verhoging hart- en vaatziekten - veel (verse) groente en fruit eten (veel vezels, weinig energierijke stoffen, veel goede voedingsstoffen) - veilig eten door een goede voedselhygiëne Hoeveel iemand per dag nodig aan energie heeft, is afhankelijk van: - geslacht - lichaamslengte / -gewicht - leeftijd - lichamelijke inspanning De energiebehoefte in rust (grondstofwisseling) is afhankelijk van: - geslacht - leeftijd - lichaamslengte / -gewicht - milieutemperatuur Bepalen of het gewicht bij de lengte past: - BMI (body mass index) - Quetelet-index - schijf van vijf - energiebehoefte

Basisstof 4 Verteringsstelsel: alle organen die meehelpen om het voedsel te verteren. Vertering: omzetten van voedingsstoffen zodat ze klein genoeg zijn om opgenomen te kunnen worden in bloed. - glucose, mineralen, vitamines en water lossen op en zijn al klein genoeg en hoeven niet verteerd te worden - eiwitten, vetten en koolhydraten (suikers en zetmeel) moeten wel worden verteerd Vertering gebeurt met verteringssappen: - verteringssappen worden gemaakt in verteringsklieren - verteringssappen bevatten enzymen - enzymen versnellen een reactie en worden daarbij zelf niet verbruikt - elk enzym kan maar één soort reactie uitvoeren Verteringsklieren: - speekselklieren - maagsapklieren - alvleessapklieren - darmsapklieren In hele verteringskanaal zitten lengte- en kringspieren: - deze duwen het voedsel door naar volgend orgaan (bv slokdarm maag) - ze kneden voedsel (bv maag) - helpen mee met mengen van voedsel en verteringssappen - vezels bevorderen de werking van lengte- en kringspieren (darmperistaltiek) - verteringsstelsel - kring- en lengtespieren - darmperistaltiek

Basisstof 5 Het gebit helpt om het voedsel kleiner te maken voordat het doorgeslikt wordt. - oppervlaktevergroting: de enzymen kunnen zo beter overal bij Alle tanden en kiezen bij elkaar worden gebitselementen genoemd. Tanden / kiezen bestaan uit de volgende delen: - glazuur: harde laag om tandbeen, geeft bescherming, heeft bouwstof fluor nodig - tandbeen: laagje tussen glazuur en tandholte / tussen cement en tandholte - tandholte: hierin liggen bloedvaten (aanvoer bouwstoffen) en zenuwen (waarschuwen bij beschadiging, aantasting) - cement: laagje om tandbeen - wortelvlies: dunne draadjes die de tand of kies verankeren in kaakbeen - kroon: deel van tand / kies dat boven de kaak uitsteekt - wortel: deel in de kaak - tandvlees: laagje dat de kaak bedekt Tandbederf / aandoeningen: - oorzaak is vaan tandplak: laagje aanslag met bacteriën, voedselresten en speeksel - voedselresten worden door bacteriën omgezet in zuur - zuur tast glazuur aan - in glazuur komen gaatjes - teveel tandplak met bacteriën laten tandvlees ontsteken - tandplak moet verwijderd worden anders krijg je tandsteen - bij tanderosie is het hele gebit aangetast, vaak door frisdrank en vruchtensappen - een kies - gebitselementen - poetsen van tanden en kiezen - aantasting van een kies

Basisstof 6 Verteringsstelsel naar orgaan Orgaan : Belangrijkste functies : Functie verteringssap : Andere functies of bijzonderheden: Mondholte speeksel maken gedeeltelijke regeling door zenuwstelsel (gebeurt kauwen en voedsel mengen vertering van automatisch) met speeksel zetmeel door mond is een kringspier gedeeltelijke vertering door enzymen in meeste tijd open = kost energie enzymen speeksel Keelholte afsluiten huig en afsluiten gebeurt in een reflex strotklepje bij slikken Slokdarm doorduwen voedsel naar maag peristaltische bewegingen door kring- en lengtespieren Maag tijdelijke opslag vertering van zoutzuur doodt bacteriën in voedsel maagsap produceren eiwitten door (ph = 2) maagslijm produceren maagsap maagslijm beschermt de maagwand tegen eigen vertering Galblaas opslagplaats voor gal maakt vetten kleiner tot vetdruppeltjes dit proces heet emulgeren Lever gal maken gal bevat afbraakproducten van rode gifstoffen afbreken (alcohol) bloedcellen zorgt voor opslag wordt afgegeven aan voedselresten Alvleesklier productie van alvleessap vertering van : op de alvleesklier liggen de eilandjes zetmeel van Langerhans, deze maken insuline vetten (insuline is hormoon voor omzetting eiwitten van glucose naar glycogeen) Twaalfvingerige darm vermengt de voedselbrij met gal en alvleessap lengte is ongeveer breedte van 12 vingers Dunne darm darmsap produceren opname van stoffen via darmplooien, darmvlokken en darmslijmvlies in het bloed Blinde darm met vertering door rotting, appendix meegeholpen door rottingsbacteriën (meer bacteriën bij dieren die veel cellulose in voedsel hebben) Dikke darm terughalen van vocht, vitamines, glucose uit voedselresten rottingsbacteriën helpen mee Endeldarm met anus aan verteringsproces tijdelijke opslag van onverteerde voedselresten vertering van eiwitten koolhydraten vetten (uitmonding gal & alvleesklier) optimale opname door oppervlaktevergroting via darmplooien & darmvlokken rudimentair orgaan (klein ontsteking aan appendix heet appendicitis (-itis = ontsteking) (in de volksmond vaak verkeerde naam: blinde darm ontsteking) bij ontsteking vaak diarree diarree is verlies van veel vocht door slechte resorptie (gevaarlijk voor kinderen en bejaarden en zieken) anus is een kringspier meeste tijd dicht = kost energie

- maag - doorslikken van voedsel - ligging maag, lever, galblaas - emulgeren - bouw dunne darm - ligging darmen Basisstof 7 Plantaardig voedsel moeilijk verteerbaar door celwanden die bestaan uit o.a. cellulose Kenmerken planteneter / herbivoor: - lang darmkanaal - plooikiezen, geschikt om voedsel te malen - vaak geen hoektanden Kenmerken vleeseter / carnivoor: - relatief kort darmkanaal want vlees verteert gemakkelijk en snel - knipkiezen, knippen of scheuren vlees van prooi - bovenkaak is breder dan onderkaak - grote scherpe hoektanden om prooi snel te doden (halsslagader doorbijten) Kenmerken alleseter / omnivoor: - middellang darmkanaal - knobbelkiezen, voedsel wordt geplet - meestal hoektanden - richels plooikiezen - kenmerken en lichaamsbouw planteneters, alleseters, vleeseters