Spijsvertering samenvatting 2013-2014



Vergelijkbare documenten
1. Hier zie je een overzicht van alle compartimenten van het spijsverteringsstelsel in ons lichaam. Geef de namen van de compartimenten en organen.

BT15 tm 1 toets BT15 tm 1 toets

Algemeen. 25 oktober 2017

Hoorcollege Tractus digestivus. Dirk Geurts

Les 7 Spijsvertering 2. Spijsvertering Maag. Maagwand. Maag, duodenum, gal, resorptie, vetten, eiwitten, poortader

B l o k t o e t s 1. 5 t o e t s m o m e n t Bloktoets 1.5 toetsmoment 1

Spijsverteringsstelsel. Anatomie. Mondholte Andere namen: Transportfunctie. Digestieapparaat Spijsverteringsapparaat

Bouw. Spijsverteringsstelsel. Tractus digestivus 2 Mond en verder. bestaat uit: Cavum oris (mondholte)

THEMA: VOEDING EN VERTERING VWO

Samenvatting Biologie Thema Vertering

Module 5 Spijsverteringsstelsel. De evolutie. De visser verzamelaar. Overleven en eten of gegeten worden

Optimale biggen voeding Hoe verteerd een big en hoe kan ik hem daarbij helpen?

5. a) Ja, brood bevat vel zetmeel (polysachariden) en snoep veel suiker (disachariden) b) D Want zonnebloem olie bevat meer onverzadigd vet

Tractus digestivus externe secretie

5. a) Ja, brood bevat veel zetmeel (polysachariden) en snoep veel suiker (disachariden) b) D Want zonnebloem olie bevat meer onverzadigd vet

SPIJSVERTERINGSKLACHTEN

HET SPIJSVERTERINGSSTELSEL. Combinatie opleiding VIG - MZ

FUNCTIONELE ANATOMIE EN FYSIOLOGIE

Metabolisme. Opbouwstofwisseling anabole (assimilatie) reactie. Afbraakstofwisseling katabole (dissimilatie) reactie. Kost energie.

Samenvatting O102 Stofwisseling en Water-zouthuishouding 1 Chistriaan Mooij, bewerkt door Mark de Leeuw

Samenvatting Biologie Hoofdstuk 4

In dit deel van de bronnenbundel wordt eerst het verteringsstelsel van koeien beschreven. Daarna wordt het verteringsstelsel van varkens beschreven.

1. Overzicht maagdarmstelsel

5,2. Samenvatting door een scholier 1671 woorden 17 december keer beoordeeld. Biologie voor jou. 1. Voedingsmiddelen en voedingsstoffen.

Mitochondriële ziekten

Module Voeding basis varkens

ENZYMEN. Hoofdstuk 6

boek: biologie voor jouw ; klas 5 hoofdstuk 4 voeding hoofdstuk 4 paragraaf 1 geen belangrijke informatie hoofdstuk 4 paragraaf 2 voedingsmiddelen:

Optimale voeding. Hoe verteerdeenbig en hoe kanikhem daarbij helpen. Albert Timmerman

HOOFDSTUK 15 VOEDING EN VERTERING

Samenvatting Biologie Hoofdstuk 2

DE SPIJSVERTERING BIJ DE MENS

Bij hoeveel procent vochtverlies gaat de sportprestatie achteruit? Ong. 1% Bart van der Meer WM/SM theorie les 11 Amice

Spijsvertering. Of wat gebeurt er met onze voeding

Samenvatting Biologie Hoofdstuk 4, Voeding en vertering

Samenvatting Biologie Hoofdstuk 13 Hormonen

Mitochondriële ziekten Spijsvertering

Tractus digestivus 3 Spijsvertering pj

Voorbereidende opgaven Examencursus

Fysiologie / spijsvertering

vwo voeding en vertering

Webinar 3. Immuunsysteem - Barrières WEBINAR Inside Out Health Jenaida van Wijk, integraal arts

Onder het begrip koolhydraten. Koolhydraten

7,7. Samenvatting door een scholier 2220 woorden 23 januari keer beoordeeld. Biologie voor jou. Thema 4: Voeding en vertering

Vitamine B12 Brood Glucose Biefstuk Fruitsap Proteïnen. Zetmeel Calcium Broccoli

8.3. Boekverslag door T woorden 19 januari keer beoordeeld. Biologie voor jou. Thema 4. 2 voedingsmiddelen en voedingsstoffen

Spijsverteringsstelsel. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Pancreas enzyminsufficiëntie

Toetsingsvragen Natuurvoedingsleer

Theorie-examen fysiologie 2 mei 2008

Anatomie en fysiologie van de lever. Suzanne van Meer AIOS MDL, UMC Utrecht 5 april 2018

Modulation of regulatory of mechanisms of intestinal ion secretion by TNFa and NPY Oprins, J.C.J.

Auto-immune enteropathie. Roy van Wanrooij, MDL-arts

Paaf spijsvertering jaar 1 thema 1

Onwillekurig of Autonoom Ingedeeld in parasympatisch en orthosympatisch

Anatomie / fysiologie. Zenuwstelsel overzicht. Perifeer zenuwstelsel AFI1. Zenuwstelsel 1

Functiestoornissen van het. maag-darmkanaal. een geïllustreerde basisgids

LABORATORIUMTESTEN. Aan de hand van de testuitslagen kunnen er specifieke behandelingen worden ingezet zoals: Bijnierstress profiel 129,43

Theorie-examen Fysiologie 21 april 2006.

5 HAVO. biologie voor jou BIOLOGIE VOOR DE BOVENBOUW

Hoe werkt mijn darm. Stomavereniging 5 november 2011 Ivar Harkema, MDL arts

Spijsvertering en voeding prof. Himpens

Hyperglycemie Keto-acidose

Nederlandse samenvatting

- De allereerste moedermelk bevat eiwitten. Daardoor is de melk gelig van kleur, eiwitten zijn belangrijk voor een baby om nieuwe cellen te maken

Samenvatting Biologie Thema 4 voeding en vertering

Alles over KOOLHYDRATEN. E-book

Lunchbijeenkomst DAP Horst

Afbraak, Vertering en Absorptie Van het digestieve systeem

Het maag- en darmstelsel

Organismen die organisch en anorganische moleculen kunnen maken of nodig hebben zijn heterotroof

Herhalen anatomie art Coxae: Heup. Fysiologie les 9

Gezondheid & Voeding

Over ons lichaam & het opnemen van voedsel

Les 8 Spijsvertering 3. Vertering vetten vervolg en resorptie water en zouten. Resorptie zouten uit darm

Samenvatting Biologie 1-1 tot 1-3

7. Het gebit De bouw van het gebit Tanden en kiezen noem je gebitselementen. kroon. wortel

4 acceptable daily intake dus wat je dagelijks binnen mag krijgen kankerverwekkende stoffen die kunnen ontstaan bij het roken van vlees ed

Lezing Rijpaardenfokvereniging Limburg

Hoofdstuk 2C. De endocriene celtypen in het maagdarmkanaal. Esmee Castermans

Les 6 Spijsvertering en enzymen. Spijsvertering Metabolisme = anabolisme + katabolisme. Spijsverteringstaak

Diagnostische toets Van HIV tot AIDS?

Examentrainer. Vragen. Vertering. Wat is de naam van P?

Anatomie Lesmateriaal lesbijeenkomst 4 (les 2) Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

De invloed van darmflora op het functioneren van de mucosale barrière en het immuunsysteem

GEZONDHEIDSKUNDE. Het menselijk lichaam

Fysiologie / Metabolisme stofwisseling

Examen Voorbereiding Voeding

Eindexamen biologie vwo 2006-I

Spijsvertering. Voorwoord. Mijn spreekbeurt gaat over de reis van het voedsel. Met een moeilijk woord heet dat Spijsvertering.

Vraag 1. Welke neurotransmitter is betrokken bij de zweetsecretie: a. Acetylcholine. b. Norepinefrine. c. Serotonine. d. Endorfine.

Voeding en vertering. Hoofdstuk 2

Orthomolecualire Gezondheidsleer. Curriculum 2015

Darmen en immuunsysteem

Werkstuk ANW Spijsvertering

2,7. Samenvatting door Niels 1791 woorden 6 december keer beoordeeld. Biologie voor jou

BOUWSTENEN VAN HET LEVEN

Darmen en immuunsysteem

Transcriptie:

Spijsvertering samenvatting 2013-2014 4 basale processen in spijsverteringsstelsel: - Vertering Chemische en mechanische afbraak van eten in absorbeerbare stukjes - Absorptie Verplaatsing van materiaal van het Gastro- intestinale lumen naar extracellulaire vloeistof - Motiliteit Verplaatsing van materiaal door het GI tract als gevolg van spier contractie - Secretie Verplaatsing van materiaal van cellen naar het lumen of ECF Bedreiging voor homeostase: - Blootstelling aan omgeving o Oppervlakte darm gigantisch - Water- en zouthuishouding o 7 liter water/dag - Bacteria, virussen, pathogenen - Verdedigingsmechanismen o Slijm, enzymen, lymfe klieren (80% lymfocyten; in dunne darm) Chyme dunne darm sap, spijsbrij Dunne darm: - Duodenum (1 e 25 cm) - Jejunum - Ileum - (hierboven de twee samen 260 cm) Enzymen: lever en pancreas Dikke darm: - Colon: waterige chyme in faeces - Rectum Gastro- intestinaal kanaal (maagdarm kanaal) - Wand o Mucosa Epitheelcellen laag (variabel karakter; tight junctions maag en colon, dunne darm minder tight ) (stamcellen: hoge turnover) Subepitheliale bindweefsellaag (zenuwen, bloed- en lymfevaten, immuuncellen (macrofagen en lymfocyten) platen van Peyer) Gladde spiercellaag (effectieve oppervlakte) o Submucosa (bindweefsel met grotere bloed- en lymfevaten o Muscularis externa Binnenste circulaire laag en buitenste longitudinale laag) o Serosa (bindweefsel) Motiliteit - Spontane contracties o Tonisch o Fasisch

Actiepotentialen vuren wanneer langzame golf potentialen de drempelwaarde overschrijden. De kracht en duur van spiercontractie zijn direct gerelateerd aan de amplitude en frequentie van actiepotentialen. Contracties: Peristaltische contracties voorwaartse beweging circulaire spieren Segmentale contracties mixen circulaire spieren longitudinaal Secretie - Ionen (Na+, K+, Cl-, HCO3-, H+) gevolgd door water (osmose) o Epitheel(!)cellen; transport in basale en apicale membraan (transport, diffusie, ion kanalen) o Zuur o Bicarbonaat o NaCl o Enzymen o Slijm o Speeksel o Gal Zuur - Uit parietale cellen in gastric gland o H+/K+- ATPase o H+ gevolgd door Cl- o 1-3 ltr/dag o ph tot 1 (vanuit ph = 7.2!!) o Alkalische golf (HCO3- ) Bicarbonaat secretie - In duodenum NaHCO3 - Neutraliseert zuur uit de maag - Pancreas: acini (spijsverteringsenzymen: trypsine, amylase, proteases etc) en ductus cellen (bicarbonaat) - Carbonic anhydrase NaCl secretie Crypt cellen dunne darm en colon Spijsverterende enzymen - Mond - Maag - Darm o Vaak gebonden aan membraan, niet vrij in lumen o Proenzymen (zymogenen) Slijm secretie: glycoproteïnen Maag (mucus secreterende cellen), darm (goblet cells = slijmbekercellen: 10-24% vd darmcellen!), mond (speeksel: speekselklier) Afgifte stimulatie door parasympathicus, peptiden uit de darm innervatie, cytokines

Speeksel - Speekselklieren zijn exocriene klieren - Parasympathicus stimuleert secretie - Sympathicus remt Exocriene klier: secretie naar de omgeving van het epitheel Endocriene klier: secretie direct afgegeven aan het bloed Lever: gal - Hepatocyten produceren gal o Galzouten (oplosmiddel voor vet), galpigment (bilirubine) en cholesterol De hepatocyten liggen georganiseerd in leverlobjes. Vertering en absorptie - Mechanische en enzymatische afbraak - Absorptie macronutriënten vooral in de dunne darm - Water en ionen in dikke darm - Oppervlaktevergroting darm door microvilli epitheelcellen (oftewel enterocyten) - Vertering en absorptie niet direct gereguleerd maar wel beïnvloed door motiliteit en secretie Absorptie macronutriënten Koolhydraten: - M.n. zetmeel en suiker - Glucosepolymeren: glycogeen en cellulose - Disachariden: lactose en maltose - Monosachariden: glucose, fructose en galactose Koolhydraten gebruiken geen glucose voor hun metabolisme maar een aminozuur (glutamine) Eiwitten - Endopeptidases (knippen in peptidebindingen, binnenin) o Pepsine (maag) o Trypsine (pancreas) o Trypsine en chymotrypsine (dunne darm) - Exopeptidases (knipt aan de uiteinden) o Carboxypeptidase (pancreas) Sommige peptiden kunnen intact worden opgenomen (transcytose: voedselallergieën) Di- en tripeptides à cotransport met H+ Aminozuren à cotransport met Na+ Kleine peptiden à transcytose (bij allergieën, bijv gluten- allergie) Absorptie vetten triglycerides, cholesterol, phospholipiden, langketenige vetzuren en vet- oplosbare vitamines Vetvertering: lipases: splitsen triglyceride in 2 vrije vetzuren en 1 monoglyceride Vetzucht: Orlistat (Xenical) = inhibitie van lipases fecal leakage

Olestra: vetvervanger (geen medicijn) Vitaminen en mineralen absorptie in de darm. Water volgt osmotische gradient. Regulatie van gastro- intestinale functie; Regulatie van motiliteit en secretie - Lange neurale reflexen o Vanuit centraal zenuwstelsel Feedforward reflexen (cephalisch: zien, ruiken, denken aan, stress- constipatie/diarree) Autonoom zenuwstelsel: Parasympatisch (stimuleert) Sympathisch (inhibeert) - Korte reflexen o little brain = enterische zenuwplexus in darmwand: lokale reflexen (Entheric Nervous system: ENS) Motiliteit en secretie (ENS: van sensorische waarneming naar neuronale respons) - Reflexen mbv GI- hormonen o Peptides die werken als hormonen of paracriene signalen Stimuleren of inhiberen motiliteit en secretie Sommige GI peptiden hebben een werking via de hersenen o CCK (verzadiging); Ghrelin (eetlust) ENS (enteric nervous system) - Kan onafhankelijk van CNS functioneren o Anatomisch en functioneel overeenkomsten CNS Intrinsieke neuronen overeenkomstig met interneuronen hersenen >30 neurotransmitters en neuromodulatoren Support cellen komen overeen met astrogliacellen Diffusie barrière in darmcapillairen bij ganglia als bij de BBB hersenen Integratie in ENS Cephalische fase - Lange en korte reflexen van de cephalische en gastrische fases van vertering: feedforward - Lange neurale reflexen: feedforward o Mond: speeksel (autonoom nerveus) Amylase, lipase (weinig) Bescherming (lysozym, immunoglobulines) Slikken à geïntegreerd in de medulla oblongata. Sensorische afferenten in de schedelzenuw 9 en somatische motor en autonomische neuronen mediëren de reflex.

Gastrische fase - Maag: opslag, vertering en bescherming o Reflexen o Uitzetting van de maag (receptive relaxation) o Aanwezigheid peptides en aminozuren activeren endocriene cellen en enterische neuronen à motiliteit en secretie Secretie zuur, enzymen en signaal moleculen in de maag. Nonsteroidal Anti- inflammatory drugs (prostaglandine remmers) à maagzweren: - NSAIDs - Helicobacter pylori Bestrijding maagzweren meer specifiek dan antaciden: protonpomp remmers (PPI) en H2 rec antagonisten cephalic phase à de fase van voorbereiding door je lichaam op voedsel. Speeksel wordt afgegeven, maagsappen etc. Integratie van cephalische en gastrische fase: secretie in de maag. Gastrische fase à arriveren van voedsel in de maag. Voedsel of cephalische reflexen initiëren gastrische secretie à Gastrine stimuleert zuur secretie door directe actie op pariëtale cellen of indirect door histamine à zuur stimuleert korte reflex afgifte van pepsinogeen à Somatostatine afgifte door H+ is het negatieve feedback signaal dat zuur en pepsine afgifte moduleert. Intestinale fase - Begint met de lozing van chyme uit de maag in de dunne darm. - Remming motiliteit en secretie maag - Feedforward effect op de pancreas - Verplaatsing darminhoud door peristaltische contracties Activatie van zymogenen uit de pancreas Inactieve enzymen uitgescheiden door de pancreas zijn geactiveerd in een cascade (kleine waterval?). Trypsinogeen is geactiveerd tot trypsine door enteropeptidase in trilhaartepitheel, en trypsine activeert dan andere pancreatische enzymen. Dunne darm: - Secretie (ong. 3.5 liter/dag) van: o HCO3- (pancreas) o Mucus (slijmbekercellen) o Gal (lever) o Spijsverteringsenzymen (epitheel en exocriene pancreas) In de dunne darm re- absorptie van meeste vocht: 7.5 liter/dag: via osmose Poortadersysteem van de lever meeste nutriënten opgenomen uit de dunne darm gaan via dit systeem naar de lever

Dikke darm Defecatie: - Stress o Diaree o Constipatie - Fecal transplants: transplantatie gezonde darmflora! - Resterende waterabsorptie - Voorwaartse beweging door langzame contracties (3-4/dag): mass movement - Darmflora: fermentatie: ook opname lactaat en vetzuren