1 Voorwoord Raymonda Verdyck 2 2 Inleiding 3



Vergelijkbare documenten
Social Mediaprotocol

voor UZ Leuven-medewerkers

Waarom met je bedrijf op Facebook?

Leerlingenreglement. (onderdeel van het schoolreglement met betrekking tot sociale media)

GEDRAGSREGELS SOCIALE MEDIA

november 2014 NOTA Protocol Sociale Media

Iedereen online, van 9 tot 99 jaar. Les Facebook, sociaal zijn op het internet. Deze iconen tonen aan voor wie het document is

Protocol sociale media

RICHTLIJNEN VOOR HET GEBRUIK VAN SOCIAL MEDIA

LinkedIn. Voor Utrechtse initiatieven die bekender willen worden

Gebruik van sociale media

Netwerken vanuit je hart

Vertel aan je kind dat het nodig is de school in te lichten om het pesten te laten stoppen;

Beleid Social Media Januari 2016

Nieuw relatiemanagement- SCRM. Bestaande communities. Doelstellingen en strategie

Social Media Protocol VPCO De Viermaster

Vrijwilligers en social media

Protocol Social Media

Alzheimer Nederland en sociale media

Whitepaper. 10 manieren om marketing en social media te integreren

Richtlijn gebruik social media. Interne en Externe Communicatie. Voor studenten. Collegejaar

Discussie notitie Aan Van Datum Onderwerp Basisprincipes als afspraak Discussie voor raadsleden Extra informatie Gevraagd

SOCIAL MEDIA PROTOCOL

... W. Broos/werkgroep PR en communicatie

GEDRAGSREGELS SOCIALE MEDIA

Aan de slag met. Facebook. en Twitter!

Frans de Hoyer GW Management. Marketing (mystery ) nieuwsbrief Social media voor de Automotive. De wereld is veranderd

VMBO praktische leerweg VMBO theoretische leerweg HAVO VWO

Protocol Sociale Media

Er zijn 2 redenen om te hollaback-en : voor jezelf en voor de wereld..

Social media checklist

Gedragscode social media reddingsbrigade Heerhugowaard

Protocol Sociale Media Dr. Schaepmanstichting, mail- en internetgebruik zoals gebruikt wordt op de Schothorst

ONLINE MARKETING ANGELCOACHING

ESSAY. Hoe kan Oxford House efficiënter online communiceren naar zijn potentiele opdrachtgevers? Essay. Lexington Baly

Protocol Sociale Media SKOW

Welkom. GO ORGANIZING Helpt je organiseren en keuzes maken

Communicatie met ouders. Digitaal communiceren als aanvulling? .1. Ouders. informeren?

Sara Geris Communication Manager

Badminton Club Roermond

Safe surfen. Safe surfen juf Lies 1

Leuk en veilig op social media, hoe doe je dat? Twitter, Facebook, LinkedIn

Deze vragenlijst bestaat uit vijf delen, A t/m E.

Gemeenteraad(lid) en sociale media

Afsprakennota bij het gebruik van sociale media. Stadsbestuur Herentals

Social media workshop

RICHTLIJNEN VOOR HET GEBRUIK VAN SOCIAL MEDIA. Hoe je online je stem kunt laten horen en een <uw organisatie>-ambassadeur kunt zijn

Extra Maak een Twitter zoekprofiel

Overzicht. Wat zijn social media? Voorbeelden van social media. Social media in de ICT-lessen. De gevaren van social media.

GEBRUIK VAN SOCIAL MEDIA IN CAMPAGNETIJD

In deze les ga ik er een beetje vanuit dat jij met jouw duurzame locatie, bedrijf of initiatief ook de mogelijkheden van Twitter wilt benutten.

Internet Fun & Veilig

Do s and dont s sociale media Alzheimer Nederland

8 MEDIA EN SOCIALE MEDIA

Heb ik die blog, Facebook, Twitter en RSS feed echt nodig in mijn communicatiemix?

We willen kansen scheppen om uw kind evenwichtig te laten ontplooien. We houden rekening en hebben respect voor de eigen mogelijkheden van elk kind.

Stappenplan crowdfunding

Doorlopende leerlijn naar thema Nationaal Media Paspoort. Nationale Academie voor Media en Maatschappij

Do s en don ts van sociale media bij participatie

2. Hebben ze ooit al een geheim van je rondverteld via internet? 3. Hebben ze al eens een geheim doorvertelt dat jij iemand had toevertrouwd?

RICHTLIJNEN VOOR HET GEBRUIK VAN SOCIAL MEDIA

Toestemming publicatie foto s en video s

Jeroen Mirck Journalist / social media adviseur

Esther Göring - Adviseur Lezen en Media/Mediacoach Ouderavond Sint Corneliusschool Venhorst I.s.m. Jackey Meeng en Jorieke Vierwinden Politie Veghel

Hoe haalt u voordeel uit sociale media in uw bedrijf?

Praktische gids voor het gebruik van sociale netwerksites

Als je groen doet -> vertel het dan!

Mijn familie, mijn vrienden en vriendinnen en ik!

INSTAGRAM GIDS VOOR KAPSALONS. Tijd nodig om te creëren 1/5 Snel en gemakkelijk op te zetten.

GIBO HEIDE. pedagogisch project

Protocol internet en sociale media op school. Dockinga College J.J. Boumanschool Inspecteur Boelensschool Schiermonnikoog

Esther Göring - Adviseur Lezen en Media/Mediacoach Ouderavond Basisschool Brukelum Aarle-Rixtel

Doeltreffend communiceren over jouw Open Monument

Facebook voor beginners: aan de slag met een Facebook Bedrijvenpagina.

ONZE KINDEREN LEREN OMGAAN MET SOCIALE MEDIA

Surf Plank. Doe jij offline? Doen wij online. made with

Net op t net. Lespakket over sociale netwerksites en privacy 3 de graad basisonderwijs Werkbundel

GEBRUIKSCODE SOCIAL MEDIA

Social Media Policy KSV Temse Richtijnen voor het gebruik van social media

Draaiboek voor een gastles

Succesvol campagne voeren

Online protocol. Internetgebruik en Social Media

Social media protocol. Versie: oktober 2015 Maaike van Adrichem

WS16. Werven via sociale media

Ronduit. Visie op de inzet van Social Media binnen het onderwijs

Als je groen doet -> vertel het dan!

Werkbundel Net op t net

WORKSHOP Sociale media voor zorg- en welzijnsorganisaties. Kortrijk, 17 maart 2016

Digi-Ethiek OLVP Bornem Secundair Onderwijs

Introductie. Lesinstructie. Lesinstructie. Leerdoelen. Introductie. Opzet. Bronnen

Whitepaper community management

GELOOFWAARDIGHEID is de sleutel tot succesvolle interne communicatie. April Concrete tips voor effectieve interne communicatie

Stelling. Hoe kunnen we Social Media toepassen als dienstverleners?

Media. Enquête mediagebruik op Sigo

10 GOUDEN REGELS VOOR HET GEBRUIK VAN SOCIAL

In de digitale wereld gebruik ik alleen mijn voornaam. Andere persoonlijke gegevens (achternaam, adres, telefoonnummer enz.) houd ik voor mezelf.

Blog handleiding voor de Groenteman

Protocol Nieuwe media

Transcriptie:

Wegwijs in sociale media voor GO! scholen en instellingen Inhoudsopgave 1 Voorwoord Raymonda Verdyck 2 2 Inleiding 3 2.1 Sociale media: wat is het?... 3 2.2 Wie gebruikt sociale media?... 4 2.3 Waarom zijn sociale media belangrijk?... 6 3 Doelstellingen & Visie 8 3.1 Waarom moet het GO! zich op sociale media begeven?... 8 3.2 Welke waarden moet het GO! uitstralen op sociale media?... 8 3.3 Wat willen we bereiken met sociale media?... 9 3.4 Hoe kunnen scholen mee bouwen aan de uitstraling van het GO! op sociale media?... 9 3.5 Waar zitten de kansen voor scholen?... 10 4 Strategie 13 4.1 Korte termijn: inbedden van de sociale media in de communicatiemix... 13 4.2 Middellange termijn: awareness creëren bij de gebruikers in het onderwijs... 14 4.3 Toekomst: integratie in het leerproces... 14 5 Richtlijnen 15 5.1 Algemene richtlijnen... 15 5.2 Do s en don ts... 16 5.3 Wettelijk kader / Deontologische code... 17 5.4 Huisstijlrichtlijnen... 19 5.5 Gevaren van sociale media... 21 5.6 Crisiscommunicatie... 23 6 Praktisch 27 6.1 Hoe starten?... 27 6.2 Pistes & de ideale sociale mediamix... 30 6.3 Hoe promoten?... 33 6.4 Hoe beheren?... 36 6.5 Rekruteren via sociale media... 37 6.6 Startgids... 38 7 FAQ 53 8 Gevaren van sociale media: tips en illustraties 54 1

1 Voorwoord Raymonda Verdyck Eén van de grootste sterktes van het GO! is dat we een breed, open net zijn. Bij het GO! begeleiden we leerlingen in hun persoonlijke ontplooiing, in een geest van transparantie, en laten we hen proeven van de diversiteit waaruit onze wereld bestaat. Met die filosofie in het achterhoofd kan het GO! niet achterblijven bij de nieuwe ontwikkelingen op vlak van sociale media. De GO! scholen nemen daarbij een voorbeeldfunctie in: laat ons tonen aan onze leerlingen hoe je op een verantwoorde manier kan omgaan met sociale media, laat hen zien welke gevaren er in schuilen, maar ook welke mogelijkheden ze bieden. Alleen op die manier kunnen we onze leerlingen opleiden tot kritische, creatieve burgers in de maatschappij van vandaag. Het GO! wil op sociale media communiceren op voet van gelijkheid met anderen, met aandacht en respect voor diversiteit, op een betrokken en verdraagzame manier in dialoog treden. Bij het GO! hechten we veel belang aan goede communicatie. We vinden het belangrijk dat elke school zijn eigen verhaal vertelt, maar dat doorheen al die verschillende verhalen dezelfde stem weerklinkt. Elke school kiest zelf hoe ze naar buiten treedt: met een originele website, een persbericht, door een knappe speelplaats, Naast de kanalen die stilaan ingeburgerd geraken, eisen ook sociale media daarin hun plaats op. Sociale netwerken vormen een kanaal zoals de andere, met eigen wetten en geplogenheden. Een kanaal ook dat mogelijkheden biedt dat andere niet hebben. Het GO! waakt ook over de kwaliteit van zijn onderwijs, is een innovatief kenniscentrum, en moet dit ook op sociale media uitstralen. Sociale media zijn bij uitstek een kanaal om expertise op te tonen, en ook om voor de verspreiding van die expertise te zorgen, door interactie tussen mensen te bevorderen. En tot slot: mensen gaan niet meer bij de bakker raad vragen over welke school nu het meest geschikt is voor hun zoon of dochter. Ze gaan nu zelf op zoek op het internet, of vragen raad op Facebook. Willen we bij het GO! relevant blijven en aanwezig zijn in die zoektocht, dan moeten we ook actief worden op sociale media. Vandaar dan ook deze gids. Deze biedt een leidraad voor hoe de GO! stem op sociale media moet klinken, wat we ermee willen bereiken, en wat de rol van onze scholen daarin kan zijn. We willen onze scholen wapenen met duidelijke richtlijnen, hen inzicht geven in de kansen die sociale media bieden, en hen waarschuwen voor de valkuilen die ze op hun weg kunnen tegenkomen. Ik zal alvast een fervent gebruikster van sociale media worden. Ik hoop hetzelfde van jou. 2

2 Inleiding 2.1 Sociale media: wat is het? Sociale media (of sociale netwerken) kunnen beschouwd worden als de derde grote golf van het internetgebruik. In een eerste beweging waren het vooral grote gebruikers die informatie op het internet plaatsten: grote bedrijven, overheden en media. Het was een model van communicatie dat sterk gericht was op het uitzenden van een boodschap ( broadcast -model). In een tweede fase ontstonden meer en meer websites en netwerken die gebruik maakten van de mogelijkheid om op internet te reageren of te discussiëren. Aanvankelijk waren dat vooral forums vaak opgehangen aan één thema (auto s, voetbalclubs, Harry Potter...) of doelgroep (ouderen, jongeren, gamers,...). Forums waren gesloten gemeenschappen, waarvoor lidmaatschap noodzakelijk was. Vaak converseerden mensen er ook anoniem, met een alias of een handle. Het waren veelal ommuurde tuintjes, die weinig interactie hadden met de buitenwereld, en ook betrekkelijk weinig impact buiten de muren van het tuintje. Blogs kunnen hier ook toe gerekend worden. De nadruk ligt wel op de kleinere gebruiker die content op het internet plaatst, maar de blog dient nog steeds vooral om uit te zenden (broadcast), minder om te interageren. Tot aan de tweede golf lag de nadruk van internetcontent op lange vormen: lange artikels en blog posts. Sociale media of sociale netwerken, de derde golf, hebben op een aantal belangrijke punten de muren gesloopt tussen gespecialiseerde gemeenschappen. Facebook heeft mensen min of meer verplicht om zich op het internet te begeven met hun eigen naam iets wat ze tot dan toe nooit hadden gewild of gedurfd. Facebook verplicht gebruikers in zijn gebruikersovereenkomst om hun echte naam te gebruiken, anders kan je profiel verwijderd worden. Bovendien is het eigenlijk noodzakelijk om je eigen naam te gebruiken, zodat mensen je herkennen als je een vriendschapsverzoek stuurt. Het belang daarvan mag niet onderschat worden: door de anonimiteit af te schaffen, kan je mensen identificeren over heel hun internetgebruik. Als je met je Facebookprofiel inlogt bij de website van Knack om een commentaar achter te laten, kunnen al je vrienden dat zien. Anderzijds: wie je naam intypt in Google, zal je commentaar ook kunnen terugvinden. Het zorgt er in elk geval voor dat discussies op internet wellicht beschaafder worden, maar dat gaat wel ten koste van een belangrijk stuk privacy. Het is dus van groot belang om zeer bewust om te gaan met informatie en opinies die je op internet zet. Op internet is weinig of niets echt privé. Zo mag je Twitter niet beschouwen als een SMS-dienst van Proximus of Mobistar (verkeer tussen twee partijen). Je moet het eerder beschouwen als korte artikeltjes die je in de krant zet: iedereen kan meelezen. Met de komst van de sociale netwerken is de focus ook verlegd van lange vormen van content (artikels en blog posts) naar kortere vormen (tweets en status updates). Net zoals we ook geen lange brieven meer sturen naar elkaar om de twee weken, maar liever elke dag twintig korte sms jes. Soms met praktische info, soms met affectieve boodschappen, soms met een grapje, soms gewoon om te vragen: alles ok? Vrijwel alle sociale media of sociale netwerken vertrekken vanuit het principe dat iedereen een kring van getrouwen heeft op Facebook heten die friends, op Twitter followers, op LinkedIn connections. 3

Die verschuiving naar kortere boodschappen met een vaste groep getrouwen maakt dat de uitingen op sociale netwerken meer en meer de vorm aannemen van een conversatie in plaats van een briefwisseling. Vandaar dat men het soms heeft over the conversation dat is dan het geheel aan boodschappen en berichten dat wordt uitgewisseld op alle sociale netwerken. Vaak wordt de vergelijking gemaakt met een gesprek op café: korte, soms oppervlakkige gesprekjes, die toch zorgen voor diepgaande en langdurige relaties met mensen zoals men die in het stamcafé ook heeft. Opgepast: sommige aspecten van deze conversatie blijven het karakter van briefwisseling behouden. Facebook, bijvoorbeeld, houdt alle boodschappen die je uitwisselt bij op zijn servers, en beschouwt deze boodschappen als zijn eigendom. Het gebruikt deze informatie om een profiel van je samen te stellen, om je zo beter te kunnen bestoken met advertenties. Vrijwel alle social media verdienen geld met advertenties, die ze aan gebruikers koppelen op basis van de kennis die ze over de gebruiker hebben opgebouwd. De belangrijkste sociale media kanalen vandaag zijn: Facebook, Twitter, LinkedIn (voor professionals) en YouTube. Minder prominente sociale media zijn: Netlog (kampt met teruglopende gebruikers), Foursquare en Gowalla (locatie-gebaseerde sociale netwerken), Flickr (foto s), enzovoort. De nieuwste, Google+, zal binnenkort opengesteld worden voor het publiek en ziet er veelbelovend uit. 2.2 Wie gebruikt sociale media? Tegenwoordig mogen we stilaan zeggen dat iedereen sociale media gebruikt. In alle demografische groepen neemt het gebruik van sociale media toe. De belangrijkste groep gebruikers is de leeftijdsgroep tussen 25 en 54 jaar. Opvallend: op Twitter en Facebook zijn de 35-plussers de grootste groep. 4

(bron: Google Ad Planner) In het algemeen is het gebruik van sociale media het meest verspreid onder jongeren (zo n 90 % van de jongeren is actief op sociale netwerken, en zelfs 73 % van de jongeren tussen 12 en 17), al zijn oudere bevolkingsgroepen duidelijk aan een inhaalbeweging bezig. Volgens studies begeven oudere bevolkingsgroepen zich vooral op sociale netwerken om contact te houden met hun familie en de leefwereld van hun kleinkinderen. 5

2.3 Waarom zijn sociale media belangrijk? Zonder sociale netwerken te willen hypen, is het duidelijk dat een zeer groot deel van de bevolking een belangrijke toegevoegde waarde ziet in het gebruik van sociale netwerken. Vooral jongeren zien hun aanwezigheid op sociale netwerken als een verlengstuk van hun echte leven: het is een plek waar ze contact houden met vrienden en vriendinnen, waar ze hun persoonlijkheid kunnen uiten en waar ze spelletjes kunnen spelen. Het lijkt er trouwens op dat sociale netwerken een belangrijke motor zijn van het mobiele internet meer en meer mensen kiezen ervoor om constant online te zijn via hun smartphone of tablet. Volgens de meeste voorspellingen is de trend naar mobiel onomkeerbaar, en zal een belangrijk deel van de bevolking binnenkort permanent online zijn. Omdat school een dermate belangrijk onderdeel is van het leven van jongeren, zou het dan ook vreemd zijn als de school volledig afwezig zou blijven van deze nieuwe platformen om in contact te blijven met de gemeenschap rond de school. Sociale netwerken zijn, door hun intuïtieve en alomtegenwoordige karakter, een handig hulpmiddel om het sociale weefsel rond de school hechter te maken. Zo kunnen contacten 6

tussen ouders, leraars, ex-leraars, leerlingen en ex-leerlingen vergemakkelijkt en gecentraliseerd worden zonder grote financiële inspanningen de meeste sociale media zijn gratis te gebruiken. Bovendien nodigen sociale netwerken inherent uit tot interactie: ouders die bv. geen tijd hebben om zich te engageren in de ouderraad, kunnen op deze manier toch deelnemen aan belangrijke discussies omtrent de school en de klas. Daarnaast is het onmiskenbaar mee de taak van de school om jongeren en ouders bewust te leren omgaan met deze nieuwe online wereld die verraderlijk spontaan en intuïtief is, maar niet volkomen vrij van gevaar. Het is de taak van de school om aan jongeren duidelijk te maken hoe belangrijk privacy is, bijvoorbeeld, zowel van jezelf als van anderen. Net zoals scholen les geven over hoe je je in het verkeer begeeft, zullen scholen moeten aanleren hoe kinderen veilig en verantwoord aan het online sociale verkeer kunnen deelnemen. Het is bijvoorbeeld niet omdat Facebook je telefoonnummer vraagt, dat je dat automatisch en zonder nadenken ook moet geven. In lessen kan duidelijk worden gemaakt waarom Facebook zoiets wil weten van ons, en waarom wij dat misschien niet willen prijsgeven. Waar kennis van de wereld van het internet vandaag al belangrijk is om mee te tellen in de steeds meer gedigitaliseerde wereld, zal dat in de toekomst nog veel meer zo zijn. Het is ongetwijfeld de taak van scholen om ervoor te zorgen dat kinderen en jongeren de digitale kloof overbrugd krijgen. Net zoals er op school aandacht is voor oude media als kranten en televisie, zullen jongeren moeten leren om nieuwe, sociale media te kaderen en te begrijpen. Sociale media zijn dus niet belangrijk omdat ze in sommige marketingkringen een hype zijn. Wel omdat het er op lijkt dat ze een vast onderdeel van ons leven zijn geworden. 7

3 Doelstellingen & Visie 3.1 Waarom moet het GO! zich op sociale media begeven? Eén van de grootste sterktes van het GO! is dat we een breed, open net zijn. Bij het GO! begeleiden we leerlingen in hun persoonlijke ontplooiing, in een geest van transparantie, en laten we hen proeven van de diversiteit waaruit onze wereld bestaat. Met die filosofie in het achterhoofd kan het GO! niet achterblijven bij de nieuwe ontwikkelingen op vlak van sociale media. De GO! scholen nemen daarbij een voorbeeldfunctie in: laat ons tonen aan onze leerlingen hoe je op een verantwoorde manier kan omgaan met sociale media, laat hen zien welke gevaren er in schuilen, maar ook welke mogelijkheden ze bieden. Alleen op die manier kunnen we onze leerlingen opleiden tot kritische, creatieve burgers in de maatschappij van vandaag. Bij het GO! hechten we veel belang aan goede communicatie. We vinden het belangrijk dat elke school zijn eigen verhaal vertelt, maar dat doorheen al die verschillende verhalen dezelfde stem weerklinkt. Elke school kiest zelf hoe ze naar buiten treedt: met een originele website, een persbericht, door een knappe speelplaats, Naast de kanalen die stilaan ingeburgerd geraken, eisen ook sociale media daarin hun plaats op. Sociale netwerken vormen een kanaal zoals de andere, met eigen wetten en geplogenheden. Een kanaal ook dat mogelijkheden biedt dat andere niet hebben. Dankzij crowdsourcing bijvoorbeeld wordt de uitwisseling van ervaringen er sterk vergemakkelijkt. Je kan ook op een informele manier communiceren met mensen die je met pakweg een folder niet zou bereiken. En misschien nog het allerbelangrijkste: mensen gaan niet meer bij de bakker raad vragen over welke school nu het meest geschikt is voor hun zoon of dochter. Ze gaan nu zelf op zoek op het internet, of vragen raad op Facebook. Willen we bij het GO! relevant blijven en aanwezig zijn in die zoektocht, dan moeten we ook actief worden op sociale media. Vandaar ook deze gids. Deze biedt een leidraad voor hoe de GO! stem op sociale media moet klinken, wat we ermee willen bereiken, en wat de rol van onze scholen daarin kan zijn. We willen onze scholen wapenen met duidelijke richtlijnen, hen inzicht geven in de kansen die sociale media bieden, en hen waarschuwen voor de valkuilen die ze op hun weg kunnen tegenkomen. 3.2 Welke waarden moet het GO! uitstralen op sociale media? Uit onderzoek over online interactie blijkt dat drie zaken cruciaal zijn om geloofwaardigheid te bereiken: op een transparante, gelijkwaardige manier dialogeren. Transparantie, gelijkwaardigheid, dialoog: het is een manier van communiceren die perfect aansluit bij de waarden van het GO!. Vertalen we onze waarden naar sociale media, dan kunnen we daarin drie polen onderscheiden: Openheid: het GO! is een open net, met oog voor verschillende visies in de maatschappij. Laat ons daar ook op sociale media zonder schroom over communiceren.omgekeerd is er geen beter kanaal om de vinger aan de pols te houden van wat er beweegt in de wereld rondom ons,en die kennis ook door te geven aan onze leerlingen, om zo de vorming van hun totale persoon te bevorderen. 8

Respect: het GO! wil ook op sociale media communiceren op voet van gelijkheid met anderen, met aandacht en respect voor diversiteit, om zo op eenbetrokken en verdraagzame manier in dialoog te treden. Kwaliteit: het GO! waakt over de kwaliteit van zijn onderwijs, is een innovatief kenniscentrum, en moet dit ook op sociale media uitstralen. Sociale media zijn bij uitstek een kanaal om expertise op te tonen, en ook om voor de verspreiding van die expertise te zorgen, door interactie tussen mensen te bevorderen. 3.3 Wat willen we bereiken met sociale media? Met onze aanwezigheid op sociale media hebben we drie grote doelstellingen voor ogen: COMMUNITY BUILDING Sociale media kunnen ons helpen bij het verder creëren van een groepsgevoel, ze kunnen de zin doen ontstaan om mee in ons verhaal te stappen, bij alle doelgroepen (medewerkers van GO!, leerkrachten en directeurs, leerlingen, ouders van leerlingen, ). We willen een gemeenschap uitbouwen waarin mensen zich thuis voelen, waarin ze ook vlot raad kunnen vragen, ervaringen uitwisselen,... EXPERTISE Sociale media zijn een uitgelezen kanaal om de reputatie van GO! als expert op het vlak van onderwijs verder uit te bouwen. We kunnen er onze standpunten formuleren, en zo uitgroeien tot een aanspreekpunt voor onderwijskwesties. Aangezien het op sociale media belangrijk is om de mensen achter de organisatie te tonen, willen we onze afgevaardigd bestuurder Raymonda Verdyck als opinieleider en gezicht van GO! naar voor schuiven. BRANDING Door consequent onze waarden uit te dragen via sociale media, kunnen we het imago van GO! mee ondersteunen. Op de sociale media moet duidelijk worden waar GO! voor staat: een breed en open onderwijsnet. 3.4 Hoe kunnen scholen mee bouwen aan de uitstraling van het GO! op sociale media? Net zoals in klassiekere vormen van communicatie is er een wisselwerking tussen de communicatie vanuit GO! centraal en die van de individuele scholen: communicatie van het GO! zal afstralen op individuele scholen, maar omgekeerd krijgt het GO! ook vorm door wat individuele scholen doen en zeggen, en hoe ze omgaan met ouders, leerlingen en personeel. Op sociale netwerken is dit niet anders. Enerzijds zet GO!centraal een aantal kanalen op waarmee we communiceren met de buitenwereld. Zo hebben we op centraal niveau o.a. al een Facebook-pagina, LinkedIn-pagina en YouTube-kanaal aangemaakt. Het is evenwel niet de bedoeling dat alle communicatie van de scholen via deze weg gebeurt: ten eerste zou dat praktisch onmogelijk zijn, ten tweede zou dat ingaan tegen de gedecentraliseerde en door de gebruiker gestuurde beleving van sociale netwerken. Scholen mogen dus zelf hun eigen sociale mediamix aanmaken en invullen. Gaat de school op Facebook, op Twitter, of liever op Tumblr aan de slag? Dat moeten scholen zelf bepalen, afhankelijk van hoe zij willen communiceren met hun stakeholders (belanghebbenden: leerlingen, ouders, alumni, personeel en ex-personeel, mogelijke stagiairs en werkzoekenden...). 9

De GO! communicatiedienst centraal biedt scholen daarom deze richtlijnen als kader. Net zoals in klassieke vormen van communicatie is het van het allergrootste belang dat scholen hun sociale media communicatie inbedden in de waarden van het GO!. Let er ook op dat je school oog heeft voor de duurzaamheid van een engagement op vlak van sociale media. Zeven kanalen starten waarvan er slechts één wordt geüpdatet na verloop van tijd geeft een slordige indruk, die negatief afstraalt op de school (en dus ook op GO!). 3.5 Waar zitten de kansen voor scholen? Zoals we in de inleiding schreven vertrekken alle sociale netwerken van het idee van een netwerk, ofwel: individuen die met een ander individu of organisatie verbonden zijn. Op LinkedIn is dat een netwerk van connecties (connections), op Facebook heten ze vrienden (friends), op Twitter spreken we van volgers (followers). Sociale netwerken bieden dus de mogelijkheid om zeer breed maar toch fijnmazig te communiceren naar de belanghebbenden. Het idee achter sociale media is dat doelgroepen zichzelf automatisch aanbieden om relevante informatie te bekomen. De praktijk wijst uit dat dit ook klopt. Voor scholen biedt dat een aantal interessante mogelijkheden. We gaan in de volgende bladzijden dieper in op een paar concrete voorbeelden, maar het principe is altijd hetzelfde. De stappen die men moet doorlopen zijn: kies een doelgroep maak een kanaal op maat biedt relevante informatie aan bouw een netwerk uit interageer met de doelgroep Een school die kampt met een acuut tekort aan leerkrachten zou bv. een Facebook of LinkedIn-groep kunnen maken voor geïnteresseerde leerkrachten en toekomstige leerkrachten uit de buurt. Om de potentiële werknemers warm te maken, kan de school relevante informatie publiceren op het kanaal: teksten van het onderwijzend personeel over het pedagogische project van de school, projecten die de school organiseert, getuigenissen van ouders, enzovoorts. Belangrijk: de focus van alle informatie op dit specifieke kanaal moet altijd liggen op het informeren en overtuigen van potentiële leerkrachten. Voor er informatie wordt gepost, moet de toetssteen telkens zijn: zou ik dit willen weten als mogelijk leerkracht van deze school? Informatie als we gaan een nieuwe sporthal bouwen is duidelijk relevant voor toekomstige leerkrachten. Informatie als de maandag na de paasvakantie is er uitzonderlijk geen warme maaltijd, dan weer niet. Maar die info is wél relevant voor ouders, leerlingen en leerkrachten. Relevantie voor de doelgroep die je voor ogen hebt, maakt het verschil tussen een actief, groeiend netwerk of een krimpend, gedesinteresseerd netwerk. Pas op! Dit wil niet zeggen dat je voor elke groep belanghebbenden een aparte Facebookgroep (of YouTube-kanaal) moet starten. Dit is voor scholen wellicht te hoog gegrepen. Bedenk dat elk kanaal werk vereist (reken minstens een uur per week per actief kanaal). Leg prioriteiten vast. Wellicht is het verstandig om sociale media in een eerste fase in hoofdzaak te gebruiken om te communiceren met ouders, leerlingen en personeel. Of je die doelgroepen moet uitsplitsen of niet, kan je intern bepalen aan de hand van de noden en het beschikbare budget. 10

Hieronder een overzicht van de meest voorkomende doelen en hoe ze het beste te bereiken: Naambekendheid Wat? De naambekendheid van je school of instelling verhogen. Hoe? In de eerste plaats door op regelmatige basis interessante content online te plaatsen, die niet alleen over je eigen school of instelling gaat, maar die ook relevante actuele thema s aan bod laat komen. Inhoud? Nieuws over je eigen school of instelling Interviews met leerlingen van je school (bijv. als filmpje) Reportages over je school, over de investeringen, over nieuwe projecten of initiatieven, een bepaalde les, Discussies en/of polls lanceren over maatschappelijke thema s en actuele onderwijs-topics (bijv. Wat denk jij over hoofddoeken op school?) Persartikels over je school of instelling online plaatsen Kanalen? Facebook, Twitter, YouTube Netwerking Wat? De band warm houden of aanhalen met oud-leerlingen. Hoe? Door topics uit te kiezen die aanleunen bij de leefwereld van oud-leerlingen en interactie aan te wakkeren. Inhoud? Aankondigingen van events (voor oud-leerlingen) Foto s van events (voor oud-leerlingen) Interviews met oud-leerlingen die vertellen over bijv. hun job of een schoolherinnering Polls over actuele onderwerpen: Wat vind jij van? Wedstrijden Kanalen? Voornamelijk Facebook, LinkedIn Participatie Wat? De participatie van leerlingen en ouders stimuleren. Hoe? Door topics te kiezen die aanleunen bij de leefwereld van leerlingen en ouders. Inhoud? Aankondigen van activiteiten en events op school Achteraf berichten over activiteiten en events op school (via filmpjes, foto s, getuigenissen, ) Interactie met leerlingen en ouders aanwakkeren, onder meer via polls, wedstrijden, Leerlingen en ouders stimuleren om hun meningen en ervaringen online te delen. Kanalen? Voornamelijk Facebook, maar ook Twitter en YouTube 11

Rekrutering Wat? Rekrutering van nieuwe leerkrachten Hoe? Door je school of instelling te profileren als een dynamische omgeving waarin het prettig werken is, en door duidelijk te communiceren over vacatures Inhoud? Vacatures online zetten Getuigenissen van huidige leerkrachten Communiceren over originele projecten, initiatieven in je school of instelling Getuigenissen van leerlingen ( Waarom is het fijn om hier naar school te gaan ) Debatten stimuleren door conversaties op te starten rond actuele topics Persartikels over je school of instelling online plaatsen Kanalen? LinkedIn en Facebook Voorbeeldfunctie Het GO! heeft als onderwijsinstelling een voorbeeldfunctie. Onze leerlingen bewust en veilig leren omgaan met sociale netwerksites past volledig binnen ons pedagogisch project. Let er bij elke post op deze voorbeeldfunctie op te nemen. 12

4 Strategie 4.1 Korte termijn: inbedden van de sociale media in de communicatiemix De GO! communicatiedienst zette een aantal kanalen op zoals een Facebookpagina en een het youtubekanaal www.youtube.com/iedereenvip. De opzet en uitbouw van sociale mediakanalen door het GO! kadert in het stroomlijnen van de communicatie naar het brede publiek. De sociale mediakanalen worden gelinkt aan de andere communicatiekanalen zoals de (vernieuwde) GO! website www.g-o.be en de (nieuwe) professionele website Smartweb.De belangrijkste kanalen om het grote publiek en professionelen te bereiken zijn de websites. Onze sociale mediakanalen zijn een aanvulling en een verlenging daarop. Er werd een doelgroepgerichte aanpak uitgewerkt die aansluit bij de aanpak voor de sites. Aan de basis van de social media mix ligt het onderscheid tussen professionele communicatie en PR communicatie. Het vertrekpunt van de social media kanalen is telkens een website. In de huidige strategie richt elk kanaal zich prioritair tot één soort doelgroep (PR of professioneel, met uitzondering van YouTube). Dit betekent niet dat er geen overlapping kan zijn. Ook op langere termijn kunnen bepaalde kanalen verder ontwikkeld of uitgesplitst worden om meerdere doelgroepen aan te spreken. Niveau GO!: Onderstaand schema biedt een overzicht van de (hoofd)doelgroepen en via welk kanaal ze te benaderen: GO!SO CIAL MEDIA MIX DOELGROEP MAG. SITE PROF. SITE KANAAL DIRECTEURS & MANAGEMENT X X X X X X X LEERKRACHTEN X X X X X POTENTIËLE WERKNEMERS X X X X SCHOLEN X X X LEERLINGEN X X X X OUDERS X X X X JOURNALISTEN & PERS X X X BREED PUBLIEK, VERENIGINGEN, X X X X DEPARTEMENT ONDERWIJS X X X X X X GO!SO CIAL MEDIA MIX DOELGROEP MAG. SITE PROF. SITE KANAAL PROFESSIONELE COMMUNICATIE X X X X X X PR-COMMUNICATIE X X X X X X X Niveau scholen: Onderstaande tabel geeft schematisch weer welke (hoofd)doelgroepen met welk kanaal te benaderen. 13

Belangrijk om weten is dat de centrale sociale mediakanalen ook nieuws van de scholen verspreiden omdat hoofdartikels van de nieuwe magazinesite www.g-o.be en een link naar de nieuwe nieuwsbrief (tegenhanger van de klikkrant) een plaats zullen krijgen op de fanpagina van GO! op Facebook. 4.2 Middellange termijn: awareness creëren bij de gebruikers in het onderwijs Op middellange termijn is het de bedoeling van het GO! om belanghebbenden in te lichten over het bestaan en de mogelijkheden en uitdagingen van sociale netwerken. In een eerste fase wil het GO! vooral onderwijzend personeel en directies betrekken bij een brede interpellatie over de plaats van sociale netwerken binnen het GO!, zowel op het vlak van stakeholder communicatie (contact tussen school en personeel, leerlingen en ouders) als op het vlak van onderwijs (pedagogisch gebruik van sociale media). Parallel is het GO! ook in gesprek met Child Focus over aspecten van zogenaamde esafety : de vraag hoe we kinderen en jongeren veilig kunnen leren omgaan met internet en sociale media. Op de site www.clicksafe.be staat veel informatie over de voordelen en risico s van het gebruik van sociale media. Onder de button voor professionelen zijn ondermeer pasklare lespakketten te vinden. 4.3 Toekomst: integratie in het leerproces Op langere termijn is het de bedoeling om het omgaan met sociale media te integreren in het leerproces. Er kan dus volop nagedacht worden over het nut van sociale netwerken in de klas en op school: hoe kunnen sociale media het leerproces en het educatieve proces helpen? Daarnaast kan er ook over de plaats van sociale media in de vernieuwing van onderwijs en lesgeven gereflecteerd worden: sociale media als plek om informatie en ideeën uit te wisselen op het vlak van onderwijs, om scholen en personeel te enthousiasmeren rond een pedagogisch project. Sociale media als een incubator voor een zichzelf permanent vernieuwend onderwijs. De GO! communicatiedienst heeft alvast een Tumblr-blog aangemaakt waar geïnteresseerden kunnen reflecteren over en deelnemen aan brede discussies aangaande de vernieuwing en toekomst van het onderwijs (zie:http://go4education.tumblr.com). 14

5 Richtlijnen 5.1 Algemene richtlijnen ACTIEF Sociale media vragen een voortdurende investering. Heb je geen tijd of middelen om je sociale netwerken goed te onderhouden, en verschillende keren per week nieuwe berichten te posten, denk dan goed na voor je eraan begint. Je kanalen zijn maar zo interessant als je laatste post. AMBASSADEURSCHAP Wees een lid van de GO! gemeenschap. Onthoud dat je ten allen tijde een ambassadeur bent van je organisatie (zie ook algemene deontologische code van het GO!). BETROUWBAAR Wees accuraat, eerlijk, transparant, grondig. Communiceer enkel correcte en duidelijke informatie, en corrigeer eventuele gemaakte fouten zo snel mogelijk. CONSEQUENT Denk goed na voor je een bericht post. Alles wat je deelt op sociale media, zelfs in een beveiligd netwerk, is niet privé, maar zal gedeeld, opgeslagen en verspreid worden over heel het internet. Post daarom niks waar je je niet 100% comfortabel over voelt. GEÏNTEGREERD Onthoud dat je online communicatie een verlengstuk is van je offline communicatie. Beide hebben tot doel om de waarden van het GO! uit te dragen en te versterken. LUISTER Wie een constructieve dialoog wil aangaan, moet openstaan voor zijn gesprekspartners: luister dus naar conversaties, op je eigen sociale media, maar ook op andere relevante netwerken. Zo leer je begrijpen wat jouw doelgroepen belangrijk vinden. NEDERLANDS Op alle sociale netwerken worden de dialogen gevoerd in het Nederlands, de voertaal van het GO! onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap. Uiteraard mogen er bij gelegenheid wel anderstalige uitdrukkingen of termen gebruikt worden. PERSOONLIJKE COMMUNICATIE VS. PROFESSIONELE COMMUNICATIE Een evenwicht vinden tussen je professionele en persoonlijke aanwezigheid op sociale media kan soms lastig zijn. Probeer die zoveel mogelijk te scheiden, door professionele content enkel op je professionele pagina s te posten, of door privé-boodschappen enkel via je privé-account online te plaatsen. RESPECTVOL Wees altijd professioneel en respectvol. Berichten posten op sociale media doe je in je rol als lid van de GO! gemeenschap. Lanceer je daarom niet in discussies of uitgebreide debatten met dwarsliggers op het internet. RESPONSIEF Deel relevante informatie en kennis, en moedig ook interactie aan. Een sociale media site zonder commentaren is niet erg sociaal. Sta dus ook open voor constructieve kritiek, en blijf steeds professioneel, vriendelijk en eerlijk. 15

5.2 Do s en don ts Do s op sociale media Bepaal voor je start je strategie en doelstellingen. Duid een verantwoordelijke aan voor de sociale netwerken van je school Evalueer je aanwezigheid op sociale media regelmatig. Focus enkel op die kanalen die aansluiten bij je doelstellingen, probeer niet op alle sociale media aanwezig te zijn. Ga op zoek naar sociale media kenners in je school. Geef altijd correcte en eerlijke informatie mee. Leg vooraf vast hoeveel tijd je elke dag/week aan sociale media zult besteden Luister naar wat je doelgroepen te zeggen hebben, en naar hun interesses Maak enkel personen verantwoordelijk voor je sociale netwerken die geïnteresseerd zijn in sociale media, een juiste inschatting kunnen maken van wat wel en niet kan op sociale media, en die de school positief kunnen uitdragen. Onthoud dat je online communicatie een verlengstuk is van je offline communicatie. Stimuleer interactiviteit op je sociale netwerken: antwoord op commentaren. Wees creatief. Zorg dat je genoeg tijd en middelen hebt om je sociale netwerken dagelijks op te volgen. Dont s op sociale media Begin niet met sociale media als je geen interactiviteit wil met je doelgroepen. Ga niet in een uitgebreide discussie met mensen die negatieve commentaren geven op je netwerken (zie Crisiscommunicatie). Post geen berichten waar je je niet comfortabel over voelt: online communicatie blijft lang vindbaar. Sociale media is geen wondermiddel om je school te promoten. Start niet met sociale media als je andere communicatiekanalen niet in orde zijn. Start niet met sociale media als je niet de tijd en de middelen hebt om je netwerken dagelijks op te volgen en wekelijks te updaten. 16

5.3 Wettelijk kader / Deontologische code 1 Wettelijk kader: Wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens Als een personeelslid van een school of een leerling (van de leerlingenraad bijvoorbeeld) professioneel actief is op de sociale mediakanalen van de school dient hij/zij rekening te houden met een wettelijk kader. Personeelsleden dienen handelingen te vermijden die ingaan tegen de plichtenleer. Informeer betrokkenen via richtlijnen in het arbeidsreglement, het schoolreglement of een specifiek document met richtlijnen. Verspreiding van gegevens van leerlingen Bij het verspreiden van gegevens van de leerling dient de school de privacywetgeving te respecteren. http://www.e-privacy.be/privacywet.pdf Gebruik van beeldmateriaal Ga voorzichtig om met beeldmateriaal want de privacywetgeving is ook van toepassing op het afbeeldingrecht. Indien je foto s van een leerling of cursist wenst te publiceren op je website of op je sociale mediakanalen, moet je hiervoor de toestemming van de leerling of cursist hebben, of van de ouders bij een minderjarige leerling. Het is aangewezen om bij het schoolreglement een formulier te voegen dat ouders, leerlingen of cursisten samen met het schoolreglement kunnen ondertekenen bij het begin van het schooljaar. Mogelijke invulling: Ondergetekende,, geeft hierbij de toelating om afbeeldingen, foto s, filmmateriaal en klaswerkjes van zijn/haar zoon/dochter, genaamd.., vrij te gebruiken in diverse digitale communicatiekanalen en gedrukte publicaties van de school en het GO! onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap. Gelezen en goedgekeurd, datum en handtekening. Richtlijnen in verband met opnames maken op school met de GSM of andere technologische apparatuur De leerlingen mogen niet in de klas of op het schooldomein filmen, tenzij hiervoor de uitdrukkelijke toestemming van de leerkracht werd verleend. Indien deze toestemming niet werd gevraagd, dan moet de leerkracht gebruik maken van zijn recht tot verzet tegen de verwerking van persoonlijke gegevens. Dit betreft immers een geautomatiseerde verwerking van gegevens waarvoor er noodzakelijk aangifte moet worden gedaan bij de commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer. Indien de leerling weigert de beelden van het internet te verwijderen, dan kan de leerkracht een gerechtelijke procedure instellen bij de voorzitter van de Rechtbank van eerste aanleg ofwel klacht neerleggen bij de Commissie voor de Bescherming van de Persoonlijke Levenssfeer. 2 Deontologische code Personeelsleden van het GO! dienen rekening te houden met de deontologische code. Ook wanneer ze professioneel actief zijn op sociale media dienen zij het PPGO, de gehechtheid en neutraliteit indachtig te zijn. Het PPGO reikt een referentiekader aan, waarbinnen jongeren begeleid worden in hun ontwikkeling naar leven in gevarieerde omstandigheden. Wezenlijk is hierbij dat mensen denken over hun handelen en hierbij verantwoorde keuzen maken. 17

Pedagogisch Project van het GO! onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap (PPGO) Ons doel is leerlingen optimale ontwikkelingskansen bieden en ze begeleiden zodat zij kunnen opgroeien tot gelukkige, zelfstandige, verdraagzame, creatieve, positief kritische jongeren. Hoe wij dat doen, wordt bepaald door het Pedagogisch Project van het GO! onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap (PPGO). Daarin zijn de grote principes van onze onderwijsvisie en -strategie vastgelegd. Binnen dit kader ontwikkelt een school haar eigen schoolwerkplan. Het PPGO heeft een pluralistische grondslag. Het beantwoordt aan de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens en vooral aan het Verdrag over de Rechten van het Kind (dat op 20 november 1989 in New York werd aangenomen). Het PPGO streeft de totale ontwikkeling van de persoon na en heeft daarbij oog voor de optimale ontwikkeling van elke individuele leerling. Ons Pedagogisch Project opteert voor een dynamisch mens- en maatschappijbeeld en beoogt de vorming van vrije mensen. In de ontwikkelingsbegeleiding van de jongeren leggen wij de klemtoon én op de mens als individu én op de mens als gemeenschapswezen. Om onze doelstellingen te bereiken, stemmen wij onze beleidsvisie af op ons Pedagogisch Project. De scholen van het GO! zijn democratisch. Alle belanghebbenden moeten zich uitgenodigd voelen om betrokken te zijn bij het beleid en bij de uitvoering van de beleidsbeslissingen. Wij trachten dat proces op gang te brengen via informatie, coördinatie en inspraak, die fundamentele begrippen zijn in de beleidsvisie van het GO!. De integrale tekst van het PPGO vind je op http://www.g-o.be/onspedagogischproject De gehechtheidsverklaring aan het GO! Alle gebruikers van de sociale media dienen ten volle te beseffen hoe belangrijk onderwijs en opvoeding zijn voor de ontwikkeling van mensen tot volwaardige leden van de samenleving. Zij waarderen het specifieke opvoedingsproject van het GO! onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap, gekenmerkt door open engagement en actief pluralisme, waarin alle levensbeschouwelijke en maatschappelijke visies met democratische grondslag hun plaats krijgen, en zij erkennen de GO! scholen als bevoorrechte ontmoetingsplaatsen voor iedereen die in de geest van het PPGO (Pedagogisch Project van het GO! onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap) met elkaar wil samenwerken en elkaar wil leren kennen, begrijpen en waarderen. Zij stellen zich ook te allen tijde loyaal op ten aanzien van het GO!, engageren zich om bij te dragen tot de realisatie van het PPGO, en ondersteunen initiatieven die de kwaliteit van het GO! onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap ten goede komen en zijn uitstraling verhogen. Neutraliteitsverklaring aan het GO! De gebruikers van de sociale media erkennen dat het GO! onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap in eerste instantie de ontwikkeling en de vorming van de gehele persoonlijkheid bevordert, zoals aangegeven in het PPGO (Pedagogisch Project van het GO! onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap). Diversiteit: ze houden rekening met de leefwereld van de leerlingen, zowel het familiale, sociale, levensbeschouwelijke en culturele milieu. 18

Kritische geest: ze willen begeleiden en stimuleren de kritische zin van leerlingen. Ze weten dat ze hun persoonlijk engagement enkel mogen bekendmaken als de opvoedings- of onderwijssituatie daartoe aanleiding geeft. Actief pluralisme: ze nemen iedere gelegenheid te baat om de leerlingen en cursisten de waarden van het actief pluralisme bij te brengen en te verhelderen, zoals eerbied voor de Rechten van de Mens en voor de Rechten van het Kind, zorg voor rechtvaardigheid en eerlijkheid, inzet voor het algemeen welzijn, verdediging van de democratie en eerbied voor de rechten van minderheden, eerbiediging van en inzet voor de actieve verdraagzaamheid, de vrijheid van meningsuiting, de scheiding van Kerk en Staat, de gelijkwaardigheid van man en vrouw, het zelfbeschikkingsrecht van het individu, het vrij wetenschappelijk onderzoek. 5.4 Huisstijlrichtlijnen Het GO! heeft een specifieke huisstijl die je vandaag al in de bestaande dragers en kanalen (zoals website, briefwisseling, brochures, ) van jouw school hanteert. Deze huisstijl is het vertrekpunt voor het inkleden van de sociale media die je inzet. Hier alvast enkele raadgevingen hoe je dit aanpakt. EENVORMIGHEID EN HERKENBAARHEID TROEF Het is belangrijk om het GO! als een samenhangend net te profileren. Zorg dan ook dat je herkenbaar bent als onderdeel van dat net. Dit kan door consequent eenzelfde stijl te hanteren in de profilering op sociale media. BENAMINGEN PROFIELEN, KANALEN, PAGINA S EN GROEPEN Neem GO! of GO op in je benaming van kanalen, pagina s en groepen. Zo ben je gemakkelijk vindbaar via zoekfuncties. Een pagina op Facebook krijgt idealiter als naam GO! naam school (bijv. GO! basisschool De Brug, GO! atheneum Gent-Brugge). Voor YouTube en Twitter geldt dat een accountnaam ook de extensie van het webadres is (bijvoorbeeld: www.youtube.com/iedereenvip en www.twitter.com/go_onderwijs). Het uitroepteken in GO! vormt soms een probleem: dit leesteken wordt niet altijd aanvaard. Voor het aanmaken van persoonlijke profielen op Facebook en LinkedIn gebruik je best gewoon je voornaam en naam. BASISTEKST Communiceer duidelijke en beknopte informatie: plaats op het profiel of de pagina de broodtekst van je school, idealiter in een verkorte versie. Als alternatief voor de broodtekst van je school, kan je ook de basistekst van het GO! plaatsen: Het GO! onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap streeft naar maximale, gelijke onderwijskansen. Elke persoon is een unieke persoonlijkheid met specifieke interesses en ambities en moet zich intellectueel en creatief kunnen ontplooien. Onze 1000 scholen en instellingen maken hier werk van voor om en bij de 300.000 leerlingen en cursisten. Werken aan de ontwikkeling van elke persoonlijkheid, aan harmonie in diversiteit en aan verantwoordelijkheid ten aanzien van anderen is het doel waarvoor 32.000 medewerkers zich dagelijks engageren. LAY-OUT VAN DE PAGINA Het is aangewezen om als afbeelding het logo van je school of instelling te gebruiken: ofwel het beeldlogo, ofwel het volledig logo. Wanneer het mogelijk is om de pagina een 19

kleuraccent te geven, zoals op YouTube, gebruik dan de huiskleur of -kleuren van je school. GEBRUIK VAN BEELDMATERIAAL: KIES VOOR DE GO! STIJL Misschien illustreer je je sociale mediapagina/kanaal met foto s. Kies dan voor de GO! stijl: een strakke, sterke vormgeving met gevarieerd beeldmateriaal waarin leerlingen, cursisten en leerkrachten centraal staan. Bij de keuze van foto s let je er best op dat: er telkens maar één tot drie personen op de voorgrond staan en de achtergrond 'flou' is de personen in de camera kijken de foto's actie en dynamiek uitstralen in een positieve sfeer er een goed contrast is op de foto, onder andere door kleurrijke kledij je artificiële of geposeerde foto s vermijdt. Indien je toch personen stilstaand fotografeert, zorg dan voor een close-up en snijd het beeld kort af. Dit maakt het beeld sterk en indrukwekkend. 20