De effecten van een psychologische benadering voor afvallen op eetgedrag; de online training Denk je slank



Vergelijkbare documenten
Gezonde Mama s & Co: Toolkit voor de verschillende type eters

HTS Report NVE. Nederlandse vragenlijst voor eetgedrag. meneer 3 ID Datum Zelfrapportage. Hogrefe Uitgevers BV, Amsterdam

Vrijdag 13 juni 2008 AFVALLEN EEN METHODE MET BLIJVEND RESULTAAT OP MAAT

het laagste niveau van psychologisch functioneren direct voordat de eerste bestraling begint. Zowel angstgevoelens als depressieve symptomen en

Samenvatting. (Summary in Dutch)

Eet jezelf in balans.een nieuwe (blijvende!) oplossing voor eet- en gewichtsproblemen

Perseverative cognition: The impact of worry on health. Nederlandse samenvatting

Hoe blijf ik (psychisch) gezond?! Simone Traa Klinisch psycholoog psychotherapeut Medische Psychologie, Máxima Medisch Centrum

Eetstoornissen. Mellisa van der Linden

NVE-K Ouderrapportage

NVE-K. Nederlandse vragenlijst voor eetgedrag bij kinderen. HTS Report. Julia de Vries ID Datum

WORKSHOP MINDFULNESS & ETEN

Psychologische behandeling van bipolaire patiënten. Dinsdag 17 januari 2017 Dr. Manja Koenders PsyQ Rotterdam/Universiteit Leiden

Mindful Eten Cyclus. Héb ik eigenlijk wel honger?

Zonder dieet lekkerder in je vel!

NVE-K Kindrapportage. Nederlandse vragenlijst voor eetgedrag bij kinderen. Bloem Jones

Respectvol in gesprek over gewicht en leefstijl

Herstel en Balans. Kanker zet je leven op zijn kop. De rol van de psycholoog. Maria Poppe GZ-psycholoog De Vruchtenburg maart 2010

Neurocognitive Processes and the Prediction of Addictive Behaviors in Late Adolescence O. Korucuoğlu

Heeft positieve affectregulatie invloed op emotionele problemen na ingrijpende gebeurtenissen?

Week 1 Focus Mindfulness beoefenen

ZELFINVULLIJST DEPRESSIEVE SYMPTOMEN (INVENTORY OF DEPRESSIVE SYMPTOMATOLOGY: IDS-SR) 1 (In te vullen door patiënt)

Les 2, Je werkelijke behoefte

Executieve functies en emotieregulatie. Annelies Spek Klinisch psycholoog/senior onderzoeker Centrum autisme volwassenen, GGZ Eindhoven

PREVENTIE VOOR POH-GGZ

Omgaan met stress Zorg voor jezelf 18/02/16. Els De Reuwe Psychologe i.s.m. oncopsychologen ZOL

) amarum ( DGT vs CGT behandeling bij BED - II

HET ULTIEME CIRKEL VAN VERVULLING ASSESSMENT

THEMA SOCIAAL-EMOTIONELE ONTWIKKELING Kern Subkern 0-4 groep 1-2 groep 3-6 groep 7-8 Onderbouw vo Bovenbouw vmbo Bovenbouw havo-vwo

SPEELT EFFORTFUL CONTROL EEN ROL TER VERKLARING VAN HET VERBAND TUSSEN STRAF- EN BELONINGSGEVOELIGHEID EN EETSTIJLEN BIJ ADOLESCENTEN?

De grens tussen obesitas en eetbuistoornis. Werken met de REO

FEEL-E. Vragenlijst over emotieregulatie bij volwassenen. HTS Report. Simon Janzen ID Datum Zelfrapportage

De sociale psychologie van waargenomen rechtvaardigheid en de rol van onzekerheid

Marrit-10-H :05 Pagina 131. chapter 10 samenvatting

NEDERLANDSE SAMENVATTING

Samenvatting, conclusies en discussie

Antreum RAPPORT PF. Test Kandidaat Administratienummer: Datum: 01 Sep de heer Consultant

Je broek zakt ervan af

mindfulness workshop

ANGSTEN OVERWINNEN Een mentale, gedragsmatige en lichamelijke aanpak Vlaams Angstcentrum Bart De Saeger

Een depressie. P unt P. kan u helpen. volwassenen

Depressie bij ouderen

preventie mentale ondersteuning direct en dichtbij

De VrijBaan Vragenlijst (Algemeen)

SAMENVATTING bijlage Hoofdstuk 1 104

Hoofdstuk 2 Hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4. Hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4

MANTELZORG, GOED GEVOEL

Depressieve klachten bij verpleeghuiscliënten

Richtlijn Voeding en eetgedrag (2013, aanpassing 2017)

Red cheeks, sweaty palms, and coy-smiles: The role of emotional and sociocognitive disturbances in child social anxiety M. Nikolić

Cognitieve gedragstherapie bij eetstoornissen

Leven met een amputatie. Chris Leegwater Vinke Psycholoog

Jos van Erp Hartstichting / De Hart&Vaatgroep. Stress en gezondheid

Mindfulness-Based Cognitieve Therapie (MBCT) Aandachttraining/Mindfulnesstraining

Onderhuids. Workshop Zelfverwonding en Eetstoornissen. 9 december 2005

Het voelt nu anders. Veranderde emoties na hersenletsel. Niels Farenhorst Klinisch psycholoog

Jongeren en gamen. Joke Bollebakker Hella Schikkinger


Test: In hoeverre pieker je? 28 vragen

De voordelen van een. Pien Wijn MA Rechten en Psychologie GZ-Psycholoog UvA-HvA studentenhuisartsen Privé praktijk psychotherapie en coaching

Pijnkliniek AZ Klina. Dr. M. Dingens Dr. B. Ickx Dr. K. Lauwers

Samenvatting (summary in Dutch)

Mindfulness bij volwassenen met een autismespectrumstoornis. Annelies Spek Klinisch psycholoog / Senior onderzoeker GGZ Eindhoven

Pijncentrum AZ Klina. Dr. M. Dingens Dr. B. Ickx Dr. K. Lauwers Dr. L. Van Gestel

WORK EXPERIENCE PROFILE

Hoe ga je om met stress?

UMC St Radboud. Mindfulness voor vrouwen met borstkanker

Vragenlijst: Ervaringen na bariatrie

FEEL-KJ. Vragenlijst over emotieregulatie bij kinderen en jongeren. HTS Report. Joris van Doorn ID Datum

Online Basistraining Eten naar Behoefte. ande schriftelijke toestemming van de auteur

Mindfulness bij ASS en arbeidsparticipatie. Annelies Spek Klinisch psycholoog / Senior onderzoeker GGZ Eindhoven

Wilt u serieus afslanken en goed in uw vel zitten?

Geven en ontvangen van steun in de context van een chronische ziekte.

Depressie. Informatiefolder voor cliënt en naasten. Zorgprogramma Doen bij Depressie UKON. Versie 2013-oktober

Mindfulness voor kinderen Introductie

Cognitieve Gedragstherapie en Mindfulness Based Stress Reduction Therapie voor Angst en Depressie klachten bij volwassenen met

Beter omgaan met STRESS. E-book

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation

Psychologische ondersteuning en behandeling bij interstitiële longaandoeningen

Informatie voor ouders. Mindfulness voor kinderen met ADHD en mindful ouderschap

Stressmanagement-training: Vaardig door ontspanning

1. Welkom Stel de cursisten op hun gemak en heet ze welkom. Besteedt even aandacht aan mensen die eventueel niet aanwezig zijn.

Inhoudsopgave. Voorwoord 11. Dankwoord 15. Inleiding 17

Depressie bij verpleeghuiscliënten

Stress, spanningen, en psychosociale problematiek na confrontatie met een hart- of longaandoening

Achtergrond. Door: Karin Tanja Dijkstra Jolanda Maas Daphne Meuwese Agnes van den Berg

Vragenlijst: Ervaringen na bariatrie

Het Stap voor Stap Plan om gewicht te verliezen

BIJLAGEN Voorlichtingsbijeenkomsten voeding door diëtisten

Diabetes & Eetstoornissen Een uiterst gevaarlijke combinatie. Prof. Dr. M. Vervaet - Universiteit Gent - Centrum voor Eetstoornissen

Voel jij wat ik bedoel? 17/5/2008

Spreekbeurt Nederlands Zelfmoord

samenvatting Opzet van het onderzoek

Inleiding. Familiale kwetsbaarheid en geslacht. Samenvatting

Persoonlijkheidsstoornissen Kortdurend Behandelaanbod

Borderline in het gezin. Koos Krook, sr. preventiefunctionaris GGZ Midden Brabant

Overzicht Groepsaanbod. Mindfulness Chronische pijn Instapgroep Kerngroep SOVA Weerbaarheid Angst en depressie

Groepsverslag Stress Reductie Effect Meting na HeartMath coachtraject maart 2016

Depressieve symptomen bij verpleeghuiscliënten

Biowalking voor ouderen

Transcriptie:

De effecten van een psychologische benadering voor afvallen op eetgedrag; de online training Denk je slank Masterthese Ellen Dekker (5661315) Onder begeleiding van Aafje Brandt (UvA) en Tatjana van Strien (Radboud Universiteit Nijmegen) Universiteit van Amsterdam, Mastertrack Gedrag & Gezondheid 2011-2012 Ellen Dekker De effecten van een psychologische benadering voor afvallen op eetgedrag; de online training Denk je slank 1

Inhoudsopgave Abstract 3 Inleiding 3 1.1 Waarom diëten niet werkt 4 1.2 Emotie-, extern en lijngericht eten 6 1.3 De rol van impulsiviteit, alexithymia en depressieve symptomen 11 1.4 De invloed van lichaamsbeeld en lichaams(on)tevredenheid 13 1.5 Denk je slank; een psychologische benadering 14 Methode 16 2.1 Deelnemers 16 2.2 Materialen 16 2.3 Procedure 20 2.4 Ontwerp onderzoek 22 Resultaten 22 3.1 Effect van training op emotie-eten 23 3.2 Effect van training op extern eten 24 3.3 Effect van training op lijngericht eten 25 3.4 Effect van training op alexithymia 26 3.5 Effect van training op impulsiviteit 27 3.6 Effect van training op depressieve symptomen 28 3.7 Effect van training op lichaamsbeeld 29 3.8 Effect van training op lichaamsontevredenheid 30 3.9 Effect van training op lichaamsgewicht 31 3.10 Evaluatievragen 32 Discussie 33 4.1 Hypothesen 34 4.2 Opmerkelijke bevindingen en mogelijke verklaringen 35 4.3 Problemen van deze manipulatie en suggesties voor vervolgonderzoek 38 4.4 De betekenis van het onderzoek en aanbevelingen voor de praktijk 40 4.5 Conclusie 41 Referenties 42 Ellen Dekker De effecten van een psychologische benadering voor afvallen op eetgedrag; de online training Denk je slank 2

Samenvatting In dit onderzoek werd de verwachting getoetst dat een psychologische benadering, de online training Denk je slank van Psychologie Magazine, eetgedrag en gewicht positief veranderd. We verwachtten dit omdat psychologische factoren hierbij een rol spelen. Centraal stond de vraag of Denk je slank effectief is in het positief veranderen van emotie-, extern en lijngericht eten, alexithymia, impulsiviteit, depressieve symptomen, lichaamsbeeld, lichaamsontevredenheid en lichaamsgewicht. Deelnemers vulden voor en na Denk je slank een online vragenlijst in. Denk je slank bleek effectiever in het positief veranderen van emotie- en extern eten, lichaamsbeeld, lichaamsontevredenheid en lichaamsgewicht dan een controlegroep. Een psychologische benadering kan dus effectief zijn in het verliezen van gewicht. Vervolgonderzoek moet uitwijzen wat het langetermijn effect is van deze training. Inleiding Overgewicht is een groot probleem in de huidige westerse maatschappij. Veel mensen proberen allerlei strategieën om af te vallen, die variëren van gezond gedrag als een matig dieet en meer beweging tot potentieel gevaarlijk gedrag, zoals overgeven, laxeermiddelengebruik, dieetpillen, en het overslaan van maaltijden (Boutelle, Neumark-Sztainer, Story & Resnick, 2002). Een meer drastische strategie die steeds meer gebruikt wordt bij mensen met extreem overgewicht is een maagverkleining. Het afgelopen jaar is het aantal operaties tot bijna 6.000 gestegen volgens cijfers van de werkgroep Bariatrische Chirurgie (http://www.trouw.nl). Dit lijkt een snelle en eenvoudige oplossing om veel af te vallen, maar brengt grote gevolgen met zich mee. Een operatie is een groot risico, en de gedragsaanpassingen erna zijn ingrijpend. Waarom laten mensen, en vooral vrouwen (Rand & Kuldau, 1990), dit soort gedrag zien? Waarom zijn ze zo gedreven om slanker te worden? Hiervoor zijn verschillende redenen. Mensen gaan op dieet omdat dit voordelig is voor de gezondheid; mensen zijn gezonder en leven langer wanneer ze afvallen als dat nodig is. Een andere reden voor diëten is uiterlijk voorkomen; mensen denken er aantrekkelijker uit te zien wanneer ze slank zijn. In Westerse culturen heerst er een stigma met betrekking tot overgewicht en is er sprake van het slankheidsideaal ; een slank figuur wordt gezien als ideaal (Polivy & Herman, 2006). Het staat voor wilskracht, overwinning en jeugdigheid (Van Strien, 2007). Ellen Dekker De effecten van een psychologische benadering voor afvallen op eetgedrag; de online training Denk je slank 3

Vanwege de vele gezondheidsrisico s die overgewicht met zich mee brengt, is het goed om af te vallen, maar uit onderzoek is gebleken dat afvallen door middel van een strikt dieet vaak erger is dan de kwaal zelf. Zo is excessief lijnen onder andere niet bevorderlijk voor het psychisch welbevinden van de mens, is het vaak niet vol te houden en kan het leiden tot meer overgewicht (Van Strien, 2007). Daarnaast hebben allerlei psychologische factoren invloed op het eetgedrag van mensen, zoals impulsiviteit (Tice, Bratslavsky & Baumeister, 2001), alexithymia of gevoelsblindheid (Van Strien & Ouwens, 2007), depressieve symptomen (Goossens, Braet, Van Vlierberghe & Mels, 2009), lichaamsbeeld (Attie & Brooks-Gunn, 1989) en lichaams(on)tevredenheid (Kelly et al., 2005). Deze factoren bemoeilijken het volgen van een dieet en dus is het noodzakelijk om te weten te komen waarom een persoon precies (teveel) eet. De primaire reden waarom mensen eten is honger; een interne cue die mensen aanzet tot eten. Maar deze interne cue kan verstoord raken, waardoor mensen naar andere cues gaan luisteren, zoals emotionele cues of externe cues (d.w.z. cues uit de omgeving). Deze mensen kunnen worden onderverdeeld in emotie-, externe en lijngerichte eters. Om het probleem bij de kern aan te pakken, is er dus meer nodig dan een dieet (Van Strien, 2007). Met de online training Denk je slank van Psychologie Magazine wordt getracht bovengenoemde drie eetstijlen en variabelen die hier invloed op hebben te veranderen en betere eetgewoonten aan te leren in acht weken. Iedereen die moeite heeft met het eigen eetgedrag en dit wil veranderen, kon zich inschrijven voor Denk je slank via de website van Psychologie Magazine. In dit onderzoek wordt gekeken naar de effectiviteit van Denk je slank ten opzichte van een aantal andere trainingen van Psychologie Magazine. Aan de hand van literatuur wordt eerst besproken waarom diëten niet werkt, wat emotie-, extern en lijngericht eten is en wat de invloed is van impulsiviteit, alexithymia, depressieve symptomen, lichaamsbeeld en lichaams(on)tevredenheid op het eetgedrag. Daarna zal besproken worden wat Denk je slank inhoudt en welke hypothesen getoetst zijn. 1.1 Waarom diëten niet werkt Met Denk je slank wordt niet gewerkt met een strikt dieet, omdat uit onderzoek is gebleken dat diëten vaak niet werkt (Van Strien, 2007). Diëten is een manier om af te vallen waarbij de calorie-inname drastisch wordt verminderd. Op korte termijn leidt het vaak tot gewichtsafname, maar dit gewichtsverlies wordt zelden behouden. Uit onderzoek is zelfs gebleken dat na het Ellen Dekker De effecten van een psychologische benadering voor afvallen op eetgedrag; de online training Denk je slank 4

diëten mensen weer in gewicht aankomen, en dat een dieet tot meer gewichtstoename leidt dan wanneer er geen dieet wordt gevolgd. Daarnaast brengt het steeds opnieuw beginnen met een dieet, waarbij het jojo-effect (herhaaldelijke gewichtstoe- en afname) optreedt, een aantal gezondheidsrisico s met zich mee, zoals verhoogde sterfelijkheid door hartziekte, diabetes, verhoogde bloeddruk en verminderd functioneren van het immuunsysteem (Mann et al., 2007). De voordelen van diëten zijn te klein en de potentiële risico s te groot om diëten aan te bevelen als een veilige en effectieve manier om overgewicht tegen te gaan. Maar waarom komen mensen weer aan na het volgen van een dieet? Daar zijn verschillende verklaringen voor: een gedragsmatige, fysiologische en psychologische of cognitieve verklaring. De eerste verklaring is als volgt: een dieet leidt tot het aannemen van bepaalde gedragspatronen op lange termijn die niet bevorderlijk zijn voor het gewicht, zoals teveel eten, minder ontbijten en minder bewegen (Neumark-Sztainer et al., 2007). Dit leidt tot gewichtstoename op lange termijn en dat is in tegenstrijd met het doel van diëten; afvallen. Zo blijkt beweging juist een belangrijke factor te zijn in gewichts- en gezondheidsuitkomsten en zorgt beweging voor het behouden van gewichtsverlies (Mann et al., 2007). De tweede verklaring voor gewichtstoename na het volgen van een dieet is het fysiologisch proces; dat wat er met het lichaam gebeurt tijdens het diëten. Mensen met overgewicht hebben meer vetcellen dan mensen met een normaal gewicht. Honger lijden en diëten leidt wel tot het verkleinen van de vetcellen, maar niet tot het verminderen hiervan. Wanneer deze mensen stoppen met diëten, krijgen de vetcellen weer de normale grootte en worden zelfs groter naarmate deze mensen weer in gewicht aankomen. Een individu met meer vetcellen zal meer lichaamsvet hebben en dit kan erfelijk bepaald zijn. Hierbij speelt de regulatie van de hypothalamus een rol. Deze geeft signalen van honger en verzadiging door, het past voedselinname aan op het behouden van de grootte van de vetcellen en houdt het lichaamsgewicht op peil; het set point-gewicht (Nisbett, 1972). Zo zijn sommige mensen van nature slank en andere mensen dikker (Van Strien, 2007). Wanneer een dieet wordt gevolgd, zal er gewicht worden verloren, waardoor het lichaamsgewicht beneden het set point-gewicht komt en een toestand van chronische honger kan ontstaan. Een poging om het gewicht weer te herstellen tot dat wat geschikt is voor het lichaam is om meer te gaan eten. Vaak eten mensen die honger hebben vooral voedsel dat goed smaakt en zoet is, en kunnen zo weer in gewicht aankomen (Nisbett, 1972). Ellen Dekker De effecten van een psychologische benadering voor afvallen op eetgedrag; de online training Denk je slank 5

Ten derde is het moeilijk om een dieet vol te houden. Wanneer constante honger wordt ervaren, is het moeilijk daar niet aan toe te geven; eten domineert de gedachtegang. Het vergt veel cognitieve controle om honger te negeren. Dit kan soms teveel worden en leiden tot frustraties. Er hoeft maar iets kleins te gebeuren om de cognitieve controle te verstoren en de kans op teveel eten is groot (Polivy & Herman, 1985). Mensen met honger zijn vaak emotioneler; meer geïrriteerd en depressief (Nisbett, 1972). Het brengt stress met zich mee en kan leiden tot (teveel) eten (Pinaquy et al., 2003). Dus hongerlijden is niet de oplossing voor afvallen. Bovenstaande suggereert dat het niet effectief is om een dieet te volgen om af te vallen. Het werkt niet, omdat er ook psychologische oorzaken aan het gewichtsprobleem ten grondslag kunnen liggen en verkeerd eetgedrag in de hand kan hebben. In de volgende paragraaf wordt gekeken naar verschillende stijlen van eetgedrag en wat de invloed daarvan is op eetgedrag. 1.2 Emotie-, extern en lijngericht eten Verkeerd eetgedrag kan worden onderverdeeld in drie eetstijlen: emotie-, extern en lijngericht eten. Deze eetstijlen kunnen gemeten worden aan de hand van de NVE; Nederlands Vragenlijst voor Eetgedrag (Van Strien, 2007). Voor het ontstaan en verloop van elke eetstijl bestaan verschillende theorieën. Deze worden hieronder per eetstijl uitgelegd. Emotie-eten Iedereen kan negatieve emoties ervaren, maar bij sommigen leiden die negatieve emoties tot (teveel) eten, ook wel emotie-eten genoemd. Eten vanuit emoties staat niet in lijn met biologische principes. Negatieve emoties zorgen voor dezelfde lichamelijke toestand als verzadiging, en de natuurlijke reactie van het lichaam is om dan niet te eten. Functioneel gezien is emotie-eten niet adaptief; emoties hebben een andere functie dan eten. Emoties bereiden de mens voor op diverse acties die nodig zijn om optimaal te reageren op de omgeving en eten interfereert hiermee (Evers, Stok & de Ridder, 2010). Toch wordt emotie-eten gevonden in vele populaties, zowel bij vrouwen met eetstoornissen als relatief gezonde vrouwen (Spoor, Bekker, van Strien & van Heck, 2007). Hoe kan dat? Affect-regulatietheorie (affect regulation theory) Er zijn meerdere theorieën die dit kunnen verklaren. Eén daarvan is de affect-regulatietheorie. Deze theorie veronderstelt dat eten niet meer de functie van levensbehoefte heeft, maar een Ellen Dekker De effecten van een psychologische benadering voor afvallen op eetgedrag; de online training Denk je slank 6

coping mechanisme vormt om negatieve emoties als verdriet, boosheid, frustratie, angst, eenzaamheid en verveling te reguleren en om zo positievere emoties te ervaren (Goossens, Braet, Van Vlierberghe & Mels, 2009). Consumptie van eten kan namelijk een plezierig gevoel geven door de smaak en geur van het eten (Evers, Stok & de Ridder, 2010). Het probleem is dat dit op korte termijn werkt, de negatieve emoties zijn even weg, maar op lange termijn niet. Vooral wanneer er teveel wordt gegeten, kan dat andere negatieve emoties naar boven brengen, zoals schaamte, schuld, angst en walging. Hierdoor ontstaat er een vicueuze cirkel van negatieve emoties, eten, negatieve emoties, eten, enzovoort. Dit kan niet alleen leiden tot gezondheidsrisico s, maar kan ook psychologische gevolgen hebben, zoals depressie, angst en verslaving (Spoor, Bekker, van Strien & van Heck, 2007). Ontsnappingstheorie (Escape theory) Een andere theorie die een verklaring geeft voor de motivatie van mensen om vanuit emoties te eten, is de ontsnappingstheorie van Heatherton and Baumeister (1991). Volgens deze theorie hebben emotie-eters bepaalde persoonlijkheidskenmerken; hoge verwachtingen met betrekking tot zichzelf, eigen gewicht en omvang, en een te grote focus op eigen tekortkomingen. De kans dat deze mensen het gevoel hebben te falen en teveel eten, is groter naarmate de verwachtingen hoger zijn, omdat het moeilijk is om hoge verwachtingen waar te maken. Ook hebben emotieeters een hoog zelfbewustzijn (het denken dat andere mensen veel aandacht schenken aan het gedrag dat wordt vertoond) en weinig zelfvertrouwen. Deze combinatie leidt tot een negatieve zelfbeoordeling en een negatief affect (depressie, angst). Hierdoor worden deze mensen gemotiveerd om voor het negatieve zelfbewustzijn te vluchten door middel van (teveel) eten, waardoor de focus van aandacht verkleind wordt tot simpele gedragingen en sensaties (het eten) en verschoven van het negatieve affect. Dit wordt gezien als impulsregulatie; (teveel) eten is een impulsieve en destructieve manier van gedrag, vergelijkbaar met het drinken van teveel alcohol of het nemen van drugs. Door de toevlucht te nemen tot eten wordt het individu onbewust van depressieve gevoelens. Er bestaat dus een link tussen depressie, impulsiviteit en emotie-eten. Hierbij speelt alexithymia ook een rol (Ouwens, Van Strien & Van Leeuwe, 2009). Hier zal in een volgend paragraaf verder op worden ingegaan. Emotie-eten als een verkeerde coping respons De negatieve emoties worden ervaren voordat er gegeten wordt. Om met de emoties om te kunnen gaan die niet anderszins gereguleerd kunnen worden, wordt er een strategie gekozen die Ellen Dekker De effecten van een psychologische benadering voor afvallen op eetgedrag; de online training Denk je slank 7

erg toegankelijk is; eten, een verkeerde coping respons. Dit suggereert dus dat het probleem niet ligt in de negatieve emoties zelf, maar meer in een tekortkoming van adaptieve emotie regulatiestrategieën die beschikbaar zijn voor het individu (Evers et al., 2010). In onderzoek van Evers et al. (2010) is gevonden dat het onderdrukken van emoties leidt tot teveel eten en dat het eetgedrag bepaald wordt door de manier waarop er met de emoties wordt omgegaan. Het onderdrukken van emoties heeft affectieve, sociale en cognitieve consequenties. De emotie wordt niet geuit, maar de subjectieve ervaring ervan blijft bestaan. Dit zorgt voor een verhoogde fysiologische activatie, zoals in het cardiovasculaire systeem. Wanneer de emotie daarentegen geherevalueerd wordt en de emotie cognitief veranderd wordt, wordt zowel de ervaring als de uiting van de negatieve emotie verminderd zonder verhoogde fysiologische activatie. Ook blijkt dat emotie-eters niet goed zijn in afvallen. Wanneer er niets aan het emotieeten wordt gedaan, wordt er minder gewicht verloren dan wanneer het emotie-eten wordt aangepakt (Blair, Lewis & Booth, 1990). Het is dus belangrijk dat emotie-eters de juiste copingvaardigheden aanleren om beter met de negatieve emoties om te gaan. Hierdoor zal afvallen ook makkelijker zijn. In Denk je slank wordt hier onder andere aan gewerkt door het opschrijven wat deelnemers voelen en leren dat het gevoel weer over zal gaan en dat het weg eten van de emoties niet helpt. Extern eten Naast emotie-eters bestaan ook externe eters. De natuurlijke reactie is om te stoppen met eten wanneer verzadiging opkomt. Voedselprikkels verliezen betekenis en hebben nog weinig invloed op het gedrag. Bij externe eters is dit niet het geval. Deze mensen reageren niet meer op interne cues, maar op externe cues en zijn hier extra gevoelig voor. Externe eters hebben voortdurend trek, ook al verzadigd, door de geur, smaak en verleidelijke presentatie van eten. Iedereen kan een keer bezwijken voor de verleiding van een lekker stuk taart, maar het probleem voor externe eters is dat dit te vaak gebeurt. Gevoelens van honger en verzadiging worden op de verkeerde manier geïnterpreteerd (Van Strien, 2007). Hoe kan dit verklaard worden? Externaliteitstheorie (Externality theory) Eén manier om dat te verklaren is aan de hand van de externaliteitstheorie (Schachter, Goldman & Gordon, 1968). De ontwikkeling van deze theorie begon met een experiment van Stanley Ellen Dekker De effecten van een psychologische benadering voor afvallen op eetgedrag; de online training Denk je slank 8

Schachter (1968) waarin adrenaline werd toegediend zonder dat de deelnemers ervan wisten, om een toestand van opwinding te creëren. Adrenaline zorgt voor een versnelde hartslag en ademhaling, dezelfde symptomen als bij de ervaring van emoties. De deelnemers wisten niet wat er intern aan de hand was en zochten daarom de verklaring in de omgeving. Schachter veronderstelde dat mensen met overgewicht zich ook laten leiden door externe prikkels, waardoor de link tussen honger en eten verdwijnt. Een experiment waarbij de klok werd verzet zonder dat de deelnemers dat wisten, bevestigde zijn veronderstelling. Het eetgedrag van deelnemers met overgewicht werd bepaald door de kloktijd en niet door een hongergevoel. Volgens Schachter was dit de reden dat deze mensen overgewicht hadden. Deze bevindingen vormen de basis voor the externality theory (Schachter, Goldman & Gordon, 1968). Uit ander onderzoek is gebleken dat zowel mensen met een normaal gewicht als mensen met overgewicht externe eters kunnen zijn. Het aantal cues in de omgeving is namelijk deels bepalend om wel of niet extern te eten; een omgeving met weinig cues, maakt de kans kleiner op extern eten (Rodin, 1980). Vroeger leefden mensen in een omgeving waar voedsel schaars was en verhongeren een constante bedreiging en realiteit was. De overgewichtepidemie van deze tijd is waarschijnlijk ontstaan doordat mensen zich opeens bevinden in een omgeving met genoeg voedsel. Wanneer voedsel aanwezig is, zullen mensen geneigd zijn om zoveel mogelijk calorieën te nuttigen om te overleven, vanwege het gevaar op voedselschaarste (Polivy & Herman, 2006). Persoonlijke kenmerken bepalen of externe eters overgewicht krijgen, zoals genetische factoren, het aantal vetcellen en individuele verschillen in endocriene en metabolisch functioneren (Rodin, 1980). Er bestaan dus individuele verschillen in lichamelijke cues die gebruikt worden als signalen voor honger en verzadiging. Deze verschillen hangen niet samen met overgewicht, maar hebben meer te maken met de vroege ervaringen van mensen. Overgewicht wordt dus bepaald door een combinatie van genetische factoren, metabolische, psychologische en externe omstandigheden (Rodin, 1980). Overgewicht bepaalt niet het type eter dat mensen zijn en op welke cues mensen reageren. Zo reageren emotie-eters dus op de verkeerde interne cues (zien de emotionele ervaring aan als honger; Schachter, Goldman & Gordon, 1968) en reageren externe eters op externe prikkels in plaats van de juiste interne cues. Met Denk je slank wordt ook gewerkt aan het verminderen van extern eten door middel van opdrachten, zoals het werken aan zelfcontrole; het weerstaan van de externe prikkels, oftewel de verleiding van aantrekkelijk voedsel. Ellen Dekker De effecten van een psychologische benadering voor afvallen op eetgedrag; de online training Denk je slank 9

Lijngericht eten Naast emotie- en externe eters zijn er ook lijngerichte eters. Denk je slank is ook gericht op het verminderen van lijngericht eten. De deelnemers leren dat lijnen vaak niet werkt en waarom het niet werkt. Met Denk je slank hoeven de deelnemers geen dieet te volgen, maar worden kleine gedragsveranderingen gemaakt om eet- en beweeggewoonten aan te passen. Lijngericht eten is het verminderen van voedselinname om controle uit te oefenen over het lichaamsgewicht (Stunkard & Wadden, 1990). Dit lijkt op diëten. Het verschil hiertussen is dat lijngerichte eters constant bezig zijn met eten en minder eten, terwijl diëters na een tijdje stoppen en weer een normaal eetpatroon aannemen. Lijngerichte eters zijn chronische diëters en vaak zijn het mensen met een normaal gewicht (Polivy, Herman, Younger & Erskine, 1979). Diëten loopt niet bij iedereen uit de hand, maar wordt als een risico gezien wanneer er andere psychologische risicofactoren bijkomen, zoals emoties. Hoe rigoureuzer het dieet, hoe groter de kans dat diëten uit de hand loopt. Door diëten ontstaat namelijk een psychologisch en intern-lichamelijk ongenoegen (Van Strien, 2007). Bepaald voedsel wordt verboden en er is geen plezier meer in eten. Ook zijn er bepaalde voedingsbestanddelen die gemist worden, waardoor het lichaam juist trek krijgt in dat verboden voedsel. Zo kan men de controle verliezen over het eetgedrag. Maar hoe gebeurt dat precies? Restraint theory Het eerste experiment naar lijngericht eten was het milkshake-ijsexperiment van Herman & Mack (1975). De proefpersonen die meededen werden onderverdeeld in lijngerichte eters en nietlijngerichte eters met behulp van de Restraint Scale, en werden onderworpen aan een smaakproef. Een deel van de proefpersonen kreeg voor de smaakproef een milkshake, een ander deel kreeg twee milkshakes en de rest kreeg niets. Daarna konden de proefpersonen zoveel ijs eten als gewild. Hiermee werd gekeken hoe gedisciplineerd de lijngerichte eters waren. Er werd verwacht dat de lijngerichte eters minder ijs zouden eten na het nuttigen van de milkshakes, maar tegen de verwachting in bleek dit alleen het geval te zijn bij de niet-lijngerichte eters. Wanneer lijngerichte eters geen milkshake hadden gehad, werd er weinig ijs gegeten. De verklaring hiervoor is dat het drinken van de milkshakes leidde tot een verlies aan zelfcontrole; nadat de proefpersonen zich eenmaal hadden laten gaan en hadden laten verleiden, zat er geen rem meer op het eetgedrag. Dat is logisch wanneer gekeken wordt naar het set point-gewicht van lijngerichte eters. Lijngerichte eters zitten vaak onder het set point-gewicht en niet-lijngerichte Ellen Dekker De effecten van een psychologische benadering voor afvallen op eetgedrag; de online training Denk je slank 10

eters zitten dichtbij het set point, waardoor niet-lijngerichte eters geen hongergevoelens hoeven te onderdrukken. Lijngerichte eters worden zo verleid door de aantrekkelijkheid van het voedsel. Volgens de restraint theory wordt teveel eten bij lijngerichte eters ook teweeggebracht door een negatief affect. Lijngerichte eters die hoog scoren op lijngericht eten en de neiging hebben teveel te eten, hebben geen controle over het eetgedrag wanneer negatieve emoties ervaren worden. Deze lijngerichte eters scoren ook hoog op emotie-eten. Lijngerichte eters die laag scoren op emotie-eten, hebben niet de neiging om teveel te eten (Spoor, Bekker, Van Strien & van Heck, 2007). Uit bovenstaande informatie blijkt dat andere factoren ook invloed hebben op de genoemde eetstijlen. Emotie-, extern en lijngericht eten hebben zoal te maken met impulsiviteit; door het niet kunnen controleren van impulsen wordt er (teveel) gegeten. Daarnaast hebben factoren als alexithymia, (Van Strien & Ouwens, 2007) en depressieve symptomen (Goossens, Braet, Van Vlierberghe & Mels, 2009) ook invloed op emotie-eten. De rol die deze factoren spelen in eetgedrag wordt in de volgende paragraaf besproken. 1.3 De rol van impulsiviteit, alexithymia en depressieve symptomen Denk je slank richt zich behalve op emotie-, extern en lijngericht eten ook op het verbeteren van impulsiviteit, alexithymia en depressieve symptomen door het benoemen van en stilstaan bij gevoelens, het uitoefenen van zelfcontrole, en meer tevreden zijn in het leven door meer dingen te doen die mensen willen en minder dingen te doen die moeten. Impulsiviteit (Tice, Bratslavsky & Baumeister, 2001), alexithymia (Van Strien & Ouwens, 2007) en depressieve symptomen (Goossens, Braet, Van Vlierberghe & Mels, 2009) zijn belangrijke factoren die invloed hebben op de genoemde eetstijlen, en dus belangrijk om te veranderen. Impulsiviteit Impulsiviteit is het niet kunnen weerstaan van verlangens; een bepaalde drang die een persoon kan voelen waarover hij of zij niet genoeg controle heeft. Emotie-, extern en lijngericht eten hebben te maken met een slechte impulscontrole veroorzaakt door negatieve emoties of externe voedselstimuli (Elfhag & Morey, 2008). Waarom kunnen deze eters hun impulsen niet goed Ellen Dekker De effecten van een psychologische benadering voor afvallen op eetgedrag; de online training Denk je slank 11

controleren? Dat komt omdat dit veel zelfregulatie vergt en het loslaten van korte-termijndoelen die plezierig zijn om lange-termijndoelen na te jagen. Negatieve emoties leiden bij emotie-eters tot zelfdestructief gedrag en voorkomt een rationele gedachtegang. Zij geven prioriteit aan het korte-termijndoel beter voelen dan aan lange-termijndoelen als slank zijn, waardoor zelfregulatie mislukt (Tice et al., 2001). Lijngerichte eters lijken een goede impulscontrole te hebben, maar kunnen ook de controle verliezen na het consumeren van voedsel met veel calorieën (Herman & Mack, 1975) of door het ervaren van negatieve emoties (Elfhag & Morey, 2008). Een externe eter is gevoelig voor externe stimuli (geur en presentatie van voedsel), maar er wordt pas gegeten wanneer er geen controle is over de impulsen. Hierbij speelt een lage zelfdiscipline een grote rol; externe eters kunnen niet van (slecht) eten afblijven ook al willen ze dat wel (Elfhag & Morey, 2008). Impulsiviteit bemoeilijkt het verliezen van gewicht en kan leiden tot onnodig (teveel) eten en verkeerde eetgewoonten. Vooral voor emotie- en lijngerichte eters die hoog scoren op emotieeten is dat moeilijk, omdat alexithymia hierbij ook een grote rol speelt. Alexithymia Alexithymia of gevoelsblindheid is een cognitieve en emotionele tekortkoming dat samenhangt met emotie-eten. Het wordt geassocieerd met moeilijkheden in het herkennen van honger en verzadiging, en verwarring van deze sensaties met emotionele sensaties. Dit leidt tot het moeilijk kunnen herkennen, beschrijven en identificeren van emoties. Mensen hoog in alexithymia eten meer wanneer negatieve emoties worden ervaren dan mensen die hier laag op scoren. Dit betekent dat mensen die emoties adequaat kunnen identificeren en beschrijven, en een onderscheid kunnen maken in emoties en lichamelijke sensaties als hongerprikkels, minder eten wanneer negatieve emoties worden ervaren (Van Strien & Ouwens, 2007). Mensen met alexithymia interpreteren de emoties als hongerprikkels en gaan daarom eten. Alexithymia heeft geen invloed op extern eten (Ouwens, Van Strien & Van Leeuwe, 2009), omdat externe eters eten vanuit externe prikkels en niet vanuit interne prikkels zoals emoties. Alexithymia zorgt voor problemen, omdat het samenhangt met een lager zelfvertrouwen, hoge lichaamsontevredenheid en met depressieve symptomen (Carano et al., 2006). De rol van depressieve symptomen wordt hieronder verder besproken. Ellen Dekker De effecten van een psychologische benadering voor afvallen op eetgedrag; de online training Denk je slank 12

Depressieve symptomen Uit longitudinale studies is gebleken dat depressieve symptomen en emotie-eten samenhangen met teveel eten (Goossens et al., 2009). Depressieve symptomen hebben een directe en indirecte invloed op emotie-eten. Depressie kan ook leiden tot emotie-eten via alexithymia en impulsiviteit. Mensen met depressieve gevoelens eten om deze gevoelens te reguleren, zoals voorspeld wordt door de affect regulatie theorie. Volgens de ontsnappingstheorie wordt eten gezien als een manier om te vluchten voor de depressieve gevoelens. Dit is een impulsieve en destructieve manier om met die gevoelens om te gaan, zoals teveel alcohol drinken of drugs gebruik. Dit verklaart de link tussen depressie, impulsiviteit en emotie-eten. Depressie heeft geen invloed op extern eten. Er liggen dus verschillende mechanismen ten grondslag aan emotie- en extern eten; het zijn verschillende constructen (Ouwens, Van Strien & Van Leeuwe, 2009). Ook komt uit onderzoek naar voren dat depressieve symptomen invloed hebben op de motivatie om gezond eten te kopen en te bereiden, en kan het leiden tot ongezonde eetgewoonten, zoals te weinig of teveel eten en het overslaan van maaltijden. Zo hebben depressieve symptomen invloed op de eetlust, mensen gaan minder of juist meer eten (Fulkerson et al., 2004), en hangt samen met gewichtsverlies bij mensen die geen dieet volgen en met gewichtstoename bij mensen die wel een dieet volgen (Polivy & Herman, 1985). Het is dus belangrijk om depressieve symptomen te verminderen om eetgewoonten te verbeteren. Depressieve symptomen hebben ook invloed op het lichaamsbeeld en lichaamsontevredenheid; bevatten negatieve gevoelens over het zelf, waaronder negatieve gevoelens met betrekking tot eigen lichaam (Paxton, Eisenberg & Neumark-Sztainer, 2006). Lichaamsbeeld en lichaamsontevredenheid worden in de volgende paragraaf verder besproken. 1.4 De invloed van lichaamsbeeld en lichaamsontevredenheid Naast emotie- extern en lijngericht eten en de variabelen impulsiviteit, alexithymia en depressieve symptomen is Denk je slank ook gericht op het verbeteren van het lichaamsbeeld en het verminderen van lichaamsontevredenheid. Zoals eerder is gezegd, willen mensen vaak afvallen om er aantrekkelijker uit te zien. Vooral vrouwen zijn niet tevreden met eigen lichaam (Kelly et al., 2005). Het slankheidsideaal geldt als voorwaarde voor succes in het leven en zorgt ervoor dat vrouwen het ideaalbeeld, dat vaak onrealistisch is, willen nastreven (Van Strien, 2007). De deelnemers van Denk je slank worden hiervan bewust gemaakt door middel van een Ellen Dekker De effecten van een psychologische benadering voor afvallen op eetgedrag; de online training Denk je slank 13

filmpje waarin wordt laten zien dat uiterlijk in de media vaak misleidend is en gemanipuleerd wordt. Ook worden bepaalde oefeningen uitgevoerd om meer tevredenheid met het eigen lichaam te ontwikkelen. Lichaamsbeeld is hoe mensen het eigen lichaam zien en in hoeverre dat beeld overeenkomt met de werkelijkheid. Mensen kunnen zichzelf dikker waarnemen dan dat ze werkelijk zijn. Lichaamstevredenheid betekent dat een individu gelukkig en tevreden is met de omvang en figuur van het eigen lichaam. De mate van zelfvertrouwen en depressieve stemming, zoals gezegd in de vorige paragraaf, hebben hier invloed op (Van den Berg et al., 2007). Laag zelfvertrouwen is een risicofactor voor lichaamsontevredenheid. Het kan leiden tot een negatievere zelfevaluatie over het algemeen, wat kan leiden tot een negatieve lichaamsevaluatie in de toekomst (Paxton, Eisenberg & Neumark-Sztainer, 2006). Een negatief lichaamsbeeld kan leiden tot het ontwikkelen van moeilijkheden in het eetgedrag (Attie & Brooks-Gunn, 1989); meer diëten, ongezond gedrag om controle over het gewicht uit te oefenen, teveel eten, minder fysieke activiteit en minder groente- en fruitconsumptie. Lichaamsontevredenheid kan leiden tot gedrag dat het risico verhoogt op gewichtstoename en een slechtere gezondheid na vijf jaar (Neumark-Sztainer et al., 2006). Daarentegen leidt lichaamstevredenheid tot minder diëten en minder gewichtsgerelateerde zorgen en gedragingen (Kelly et al., 2005). Het is dus van belang om mensen met een negatief lichaamsbeeld in te laten zien dat het niet de werkelijkheid is, en om mensen meer tevredener met eigen lichaam te maken. Uit voorgaande informatie is gebleken dat lijnen vaak niet werkt, omdat er psychologische factoren aan ten grondslag liggen die zorgen voor problemen met eten, zoals emoties, externe cues, impulsiviteit, alexithymia, depressieve symptomen, een negatief lichaamsbeeld en lichaamsontevredenheid. Deze problemen worden niet opgelost met een dieet, omdat deze problemen niet worden aangepakt en blijven bestaan. Wellicht is een psychologische benadering effectief in het aanpakken van deze problemen en hiermee ook mogelijk af te vallen. 1.5 Denk je slank; een psychologische benadering Een psychologische benadering voor afvallen is de online training van Psychologie Magazine Denk je slank. Hierbij is het hoofddoel om eetgewoonten en de eetstijlen te verbeteren, afvallen Ellen Dekker De effecten van een psychologische benadering voor afvallen op eetgedrag; de online training Denk je slank 14

is een wenselijk bijproduct. Denk je slank werkt daarom niet met een strikt dieet, maar met psychologische opdrachten en inzichten. Het tracht onder andere meer positiviteit en tevredenheid met het eigen lichaam te geven, verleidingen beter te kunnen weerstaan en beter om te kunnen gaan met emoties. Met dit effectonderzoek met controlegroep, bestaande uit de online trainingen van Psychologie Magazine Vergroot je zelfvertrouwen, Mindfulness en Wat wil ik echt, wordt er gekeken of Denk je slank een effectieve benadering is voor het verbeteren van eetgewoonten, de psychologische factoren en mogelijk ook leidt tot afvallen. De volgende vraagstelling staat hierbij centraal: Is de training Denk je slank van Psychologie Magazine effectief in het positief veranderen van emotie-eten, extern eten, lijngericht eten, alexithymia, impulsiviteit, depressieve symptomen, lichaamsbeeld, lichaamsontevredenheid en lichaamsgewicht? Uit onderzoek is gebleken dat deze factoren een rol spelen in verkeerd eetgedrag, zoals de genoemde eetstijlen. Daarom worden deze factoren meegenomen om de effectiviteit te meten en worden de volgende hypothesen getoetst: 1) Denk je slank leidt tot een grotere afname in emotie-, extern en lijngericht eten dan de overige online trainingen van Psychologie Magazine. 2) Denk je slank leidt tot een grotere afname in alexithymia dan de overige online trainingen van Psychologie Magazine. 3) Denk je slank leidt tot een grotere afname in impulsiviteit dan de overige online trainingen van Psychologie Magazine. 4) Denk je slank leidt tot een grotere afname in depressieve symptomen dan de overige online trainingen van Psychologie Magazine. 5) Denk je slank leidt tot een grotere verbetering in lichaamsbeeld dan de overige online trainingen van Psychologie Magazine. 6) Denk je slank leidt tot een grotere verbetering in lichaamstevredenheid dan de overige online trainingen van Psychologie Magazine. 7) Denk je slank leidt tot een afname in lichaamsgewicht en de overige online trainingen van Psychologie Magazine niet. Ellen Dekker De effecten van een psychologische benadering voor afvallen op eetgedrag; de online training Denk je slank 15

Methode 2.1 Deelnemers Aan dit onderzoek namen 603 deelnemers van de online trainingen van Psychologie Magazine deel. Hiervan deden 603 deelnemers mee aan de voormeting en 198 deelnemers aan de nameting, terwijl alle deelnemers waren gemaild om mee te doen aan de nameting. Een aantal deelnemers vielen nog af om redenen als geen deelname aan voormeting of het niet afmaken van de nameting. Uiteindelijk bestond de steekproef van dit onderzoek uit 136 deelnemers. De gemiddelde leeftijd was 40 jaar, de minimale leeftijd was 18 jaar en de maximale leeftijd was 74 jaar. De deelnemers werden onderverdeeld in twee groepen: de experimentele groep (deelnemers van Denk je slank ) en de controle groep (deelnemers van Vergroot je zelfvertrouwen, Mindfulness en Wat wil ik echt? ). Hierbij was randomisatie niet mogelijk, de deelnemers meldden zichzelf aan voor deelname aan de trainingen. Het gemiddelde gewicht van de experimentele groep was 81.35 kg aan het begin van de training, voor de controlegroep was dat 70.39 kg. Beide groepen bestonden vooral uit vrouwen; er zaten twee mannen in de experimentele groep en acht mannen in de controlegroep. Alle deelnemers deden vrijwillig mee aan het huidige onderzoek en werden benaderd om met het onderzoek mee te doen in de eerste email die zij kregen aan het begin van de training. Via een link konden zij naar de online vragenlijst toe om deze in te vullen. Voor deelname aan het onderzoek kregen de deelnemers de minitraining Meer positiviteit in je leven cadeau. Ook zouden er vijf jaarabonnementen van Psychologie Magazine worden verloot onder de deelnemers. Deze beloning zou alleen gegeven worden wanneer de deelnemers aan alle drie de metingen hadden meegedaan. In het huidige onderzoek wordt alleen gekeken naar de voor- en nameting, in vervolgonderzoek zal er ook gekeken worden naar een follow-up na een jaar. 2.2 Materialen In het onderzoek werden de volgende afhankelijke variabelen gemeten: de eetstijlen emotie-, extern en lijngericht eten, alexithymia, impulsiviteit, depressieve symptomen, lichaamsbeeld, lichaamsontevredenheid en lichaamsgewicht. Ellen Dekker De effecten van een psychologische benadering voor afvallen op eetgedrag; de online training Denk je slank 16

Emotie-, extern en lijngericht eten Om de mate van emotie-, extern en lijngericht eten te meten, werd er gebruik gemaakt van de NVE; Nederlands Vragenlijst voor Eetgedrag (Van Strien et al., 1986). Een voorbeeldvraag voor emotie-eten was Als je je alleen voelt, heb je dan zin om iets te eten?, voor extern eten Als je iets lekkers ziet of ruikt, krijg je dan trek? en voor lijngericht eten Eet je om niet dikker te worden met opzet wat minder?. Deze vragen konden beantwoord worden met: nooit, zelden, soms, vaak of zeer vaak. De minimale score was 1 en betekende een lage score op bijvoorbeeld emotie-eten. De maximale score was 5 en betekende een hoge score op bijvoorbeeld emotie-eten. In totaal waren er 33 vragen; 13 vragen met betrekking tot emotie-eten (α =.95), 10 vragen met betrekking tot extern eten (α =.72) en 10 vragen met betrekking tot lijngericht eten (α =.89). Alexithymia Voor het meten van alexithymia (gevoelsblindheid) werd een gedeelte van de TAS (Toronto Alexithymia Scale) gebruikt; de subschalen moeite met het beschrijven van gevoelens (α =.84) en moeite met het identificeren van gevoelens (α =.90). In totaal werden 12 van de 20 vragen gebruikt voor dit onderzoek. Een paar voorbeelden hiervan waren: Ik ben vaak in verwarring over wat ik voel en Ik vind het moeilijk de juiste woorden voor mijn gevoelens te vinden. De vragen werden beantwoord op een schaal van: erg mee oneens, nogal mee oneens, niet oneens / niet eens, nogal mee eens, erg mee eens. De minimale score was 1 en betekende een lage score op alexithymia. De maximale score was 5 en betekende een hoge score op alexithymia. Impulsiviteit Om de mate van impulsiviteit te meten, werd er een gedeelte van de Dickman Impulsivity Inventory gebruikt; de vragen met betrekking tot disfunctionele impulsiviteit (α =.78). Een paar voorbeelden hiervan waren: Ik zeg en doe vaak dingen zonder rekening te houden met de gevolgen en Het is vaak zo dat ik niet lang genoeg over iets nadenk voordat ik handel. De vragen konden beantwoord worden met eens of oneens. De minimale score was 1 en betekende een lage score op impulsiviteit. De maximale score was 2 en betekende een hoge score op impulsiviteit. In totaal waren er 12 vragen. Ellen Dekker De effecten van een psychologische benadering voor afvallen op eetgedrag; de online training Denk je slank 17

Depressieve symptomen Om depressieve symptomen in kaart te brengen, werd gevraagd hoe vaak de deelnemers zich bezig hadden gehouden met de volgende zes gevoelens in de afgelopen 12 maanden (α =.80): Me te moe voelen om iets te doen, Me ongelukkig, somber en neerslachtig voelen, Moeite hebben om in slaap te vallen of in slaap te blijven, Weinig hoop voor de toekomst hebben, Me nerveus en gespannen voelen en Me teveel zorgen maken over dingen. Deze vragen konden beantwoord worden met: nooit, bijna nooit, soms, vaak of altijd. De minimale score was 1 en betekende een lage score op depressieve symptomen. De maximale score was 5 en betekende een hoge score op depressieve symptomen. Lichaamsbeeld en lichaamstevredenheid Om lichaamsbeeld en lichaamstevredenheid in kaart te brengen, werd er aan de hand van de onderstaande afbeelding de volgende vragen gesteld: Op welke van de zes afbeeldingen hierboven lijkt jouw figuur het meest (je kan maar één hokje aankruisen). Deze vraag kon beantwoord worden met A, B, C, D, E of F. Ben je tevreden met je huidige figuur? Deze vraag kon beantwoord worden met ja of nee. Zo nee, welke afbeelding lijkt het meest op het figuur waarmee je wel tevreden zou zijn? (je kan maar één hokje aankruisen). Deze vraag kon beantwoord met A, B, C, D, E of F. Achtergrondvariabelen en evaluatievragen Er werd ook naar enkele achtergrondvariabelen gevraagd: leeftijd, sekse, opleiding, regio en het lichaamsgewicht in kg. Ook werd er naar een emailadres gevraagd om data van de voor- en nameting aan elkaar te kunnen koppelen, en werd er gevraagd aan welke training de deelnemers meededen. Aan de nameting waren ook een aantal evaluatievragen toegevoegd. Er werd gevraagd Ellen Dekker De effecten van een psychologische benadering voor afvallen op eetgedrag; de online training Denk je slank 18

welke training de deelnemers gevolgd hadden en of deze training was afgemaakt. Ook de volgende vragen waren toegevoegd: een paar vragen met betrekking tot de inzet van de deelnemers tijdens de training ( Ik ben gedurende de training gemotiveerd gebleven om de opdrachten uit te voeren.), de persoonlijke ervaring van de deelnemers ( In hoeverre heeft de training je geholpen? en Welke opdracht heeft je het meest geholpen? ) en in hoeverre bepaalde stellingen van toepassing waren op de deelnemers ( Ik heb meer inzicht in mijn eetgedrag dan voor de training en Ik kan de verleiding beter weerstaan dan voor de training ). De deelnemers konden op een 7-punts Likert-schaal aangeven in hoeverre de stelling op hen van toepassing was, waarbij 1 stond voor helemaal niet op mij van toepassing en 7 helemaal op mij van toepassing. Met het programma Qualtrics was de vragenlijst in elkaar gezet en werden de resultaten beheerd. In de bijlagen staat de volledige vragenlijst. Alle deelnemers vulden dezelfde vragenlijst in. Het enige verschil tussen de groepen was de online training die gevolgd werd. Denk je slank (de experimentele groep) In het huidige onderzoek waren de online trainingen van Psychologie Magazine de onafhankelijke variabelen. Denk je slank was ontworpen door eetexpert en klinisch psychologe Tatjana van Strien van de Radboud Universiteit Nijmegen. De training bestond uit 25 opdrachten en duurde 8 weken. De opdrachten hadden betrekking op: inzicht krijgen in het schoonheidsideaal, het bewust worden van het eigen zelfbeeld, het bewust worden en inzicht krijgen in eigen eetgedrag (aanleiding, gevoel, gedrag), het opsporen van valkuilen, meer positiviteit in het algemeen, zichzelf belonen, het in contact komen met eigen lichaam, een onderscheid maken tussen honger, trek en eetdrang en hier controle over krijgen, het krijgen van tips voor aanpassingen in het eetgedrag, een balans krijgen tussen moeten en willen, het herkennen van moeilijke momenten en afleiding zoeken, mindful leren eten, leren om in het nu te leven, het oefenen van zelfcontrole en versterken van wilskracht, het opsporen en vervangen van denkfouten en negatieve gedachten, zichzelf complimenteren en meer glimlachen. Daarnaast konden deelnemers ervoor kiezen om steun te krijgen van mede-deelnemers, en werden de deelnemers extra geholpen met motiverende smsen. Bij de training kregen de deelnemers het boek Afvallen op maat cadeau, waarin informatie werd gegeven met betrekking tot diëten, emotie-, extern en lijngericht eten, alexithymia etcetera. Een voorbeeld van een opdracht van Denk je slank staat in de bijlagen. Ellen Dekker De effecten van een psychologische benadering voor afvallen op eetgedrag; de online training Denk je slank 19

Overige trainingen (de controlegroep) De controlegroep bestond uit de trainingen: Vergroot je zelfvertrouwen, Mindfulness en Wat wil ik echt?. Deze trainingen duurden ook 8 weken en hadden enigszins dezelfde soort opdrachten alleen ieder gericht op een ander thema. In Vergroot je zelfvertrouwen leerden deelnemers om een negatief zelfbeeld om te zetten in een realistisch zelfbeeld. Dit werd gedaan met behulp van cognitieve gedragstherapie. Deze training bestond uit 21 opdrachten waarbij deelnemers werkten met het opstellen van doelen met betrekking tot situaties waarin zij zelfverzekerder willen zijn, het bewust worden en ontmantelen van de innerlijke criticus (de negatieve stem), het richten op de positieve dingen en opschrijven van positieve eigenschappen, het omgaan met kritiek, het opsporen van denkfouten, voor zichzelf opkomen, ontspannen, het trainen van aandacht, goed voor zichzelf zorgen, zichzelf complimenteren en glimlachen. Met Mindfulness leerden de deelnemers om met een milder oordeel in het leven te staan en te accepteren dat bijvoorbeeld negatieve gevoelens daar ook bij horen. De training bestond uit 33 opdrachten die betrekking hadden op het leren om te mediteren, vermijden van de automatische piloot, tijd maken, omgaan met stress, bewust leven, het gevoel te hebben echt te leven, mindful eten, yoga, het eigen lichaam opnieuw ontdekken en omgaan met lastige gedachten. Wat wil ik echt? was gericht op het oefenen met het gevoel van de deelnemers; ratio werd aan de kant gezet en deelnemers leerden vanuit hun gevoel te spreken. Deze training bestond uit 25 opdrachten die gericht waren op het ontdekken wat deelnemers echt willen door te kijken of er balans is in het leven, door goede eigenschappen op te schrijven, te durven dromen en te kijken naar verlangens en naar de persoonlijkheid van de deelnemer (gebaseerd op de persoonlijkheidstheorie van Carl Jung), te kijken wat de deelnemers inspireert, te ontdekken wat de drijfveren zijn van de deelnemers, te kijken wat de deelnemers niet willen, het verlossen van beperkende gedachten en het maken van een stappenplan waarbij de deelnemers zichzelf bemoedigend toespreken. 2.3 Procedure Het onderzoek verliep via internet waarbij een online vragenlijst werd ingevuld. De deelnemers van de trainingen werden in de welkomstmail en aan het begin van de training gevraagd om mee Ellen Dekker De effecten van een psychologische benadering voor afvallen op eetgedrag; de online training Denk je slank 20

te doen aan het onderzoek Emotie en gedrag van de Universiteit van Amsterdam en de Radboud Universiteit Nijmegen, om de wetenschap mee vooruit te helpen. De beloning voor deelname werd hierbij vermeld. Hierna kon de deelnemer besluiten om wel of niet mee te doen. Wanneer de deelnemer besloot mee te doen, kon de deelnemer op de aangegeven link klikken en de vragenlijst invullen. Eenmaal begonnen was het niet mogelijk om terug te gaan om antwoorden aan te passen of door te gaan zonder vragen in te vullen, behalve de vragen die niet verplicht waren. De vragenlijst begon met een korte uitleg over het onderzoek waarin werd uitgelegd dat hiermee verschillende emotionele en psychologische aspecten van gedrag werd onderzocht. Er werd nadrukkelijk verteld dat de gegevens anoniem bleven en dat er geen goede of foute antwoorden waren, maar dat het ging om de persoonlijke beleving. De beloning voor deelname werd nogmaals herhaald. Vervolgens vulden de deelnemers de vragenlijst in. De vragenlijst begon met een paar algemene vragen, zoals geboortedatum, geslacht, opleiding etcetera., en een paar vragen met betrekking tot gewicht. Daarna werd de NVE, de TAS, de Dickman Impulsivity Inventory en de vragenlijst met betrekking tot depressieve symptomen ingevuld. Tevens werden vragen met betrekking tot lichaamsbeeld en lichaamsontevredenheid ingevuld. Ten slotte waren er vragen met betrekking tot eetgedrag en beweging beantwoord. De vragen hadden een vaste volgorde. De vragenlijst werd afgesloten met het bedanken voor deelname, en werd de beloning nogmaals herhaald. Ook werd er een herinnering gegeven dat het belangrijk was om de vragenlijst drie keer in te vullen. Na het invullen van de vragenlijst begonnen de deelnemers aan de training die zij hadden uitgekozen. Wanneer de training was afgelopen, werden de deelnemers in de laatste opdracht gevraagd om weer mee te doen aan het onderzoek Emotie en gedrag met eenzelfde soort tekst als aan het begin van de training. Na enkele dagen werd er ook een email gestuurd als herinnering. De vragenlijst voor de nameting was aangepast en begon ook met een introductie. Hierin werd gevraagd om de vragenlijst van de nameting in te vullen. Er werd nadrukkelijk gezegd dat deze vragenlijst alleen ingevuld diende te worden wanneer de deelnemers de vragenlijst van de voormeting hadden ingevuld en de training die zij hadden gevolgd, hadden afgerond. Dit is later aangepast vanwege een lage respons op de nameting. Ook wanneer deelnemers hun training nog niet hadden afgerond, konden zij de vragenlijst invullen. Vervolgens Ellen Dekker De effecten van een psychologische benadering voor afvallen op eetgedrag; de online training Denk je slank 21

werd de tekst met betrekking tot de vragenlijst en het onderzoek van de voormeting herhaald als herinnering. Vervolgens vulden de deelnemers de vragenlijst in. Hierbij werden de deelnemers ook verzocht om enkele evaluatievragen in te vullen met betrekking tot de training die de deelnemers hadden gevolgd. In dit onderzoek was er geen sprake van debriefing, omdat er nog een follow-up zal plaatsen vinden 1 jaar na de nameting, waar in het huidige onderzoek niet naar werd gekeken. Voor de gehele teksten zie de vragenlijst in de bijlagen. 2.4 Ontwerp onderzoek Het huidige onderzoek was een quasi-experimenteel gemengd 2 (experimentele en controlegroep) x 2 (voor- en nameting) ontwerp met tussen en binnen groepen variabelen. De data is verwerkt met het programma SPSS, versie 19.0. De hypothesen zijn getoetst met behulp van een mixed within-between ANOVA, een independent sample t-test, een paired sample t-test en een bivariate correlation test met een significantieniveau p =.05. Resultaten Om de effectiviteit van Denk je slank te toetsen, zal er eerst gekeken worden naar de verandering in emotie-eten, extern eten en lijngericht eten, omdat Denk je slank voornamelijk gericht was op het veranderen van deze eetstijlen. Vervolgens zal er gekeken worden naar de verandering in alexithymia, impulsiviteit en depressieve symptomen, omdat deze variabelen een rol spelen in het in stand houden van verkeerd eetgedrag, zoals de bovengenoemde eetstijlen. Ten slotte zal er gekeken worden naar de verandering in lichaamsbeeld, lichaamsontevredenheid en lichaamsgewicht. Een negatief lichaamsbeeld en lichaamsontevredenheid hebben ook invloed op de bovengenoemde eetstijlen. Het verliezen van gewicht was niet het uitgangspunt van de training, maar alsnog interessant om naar te kijken, en daarom zal deze variabele als laatst besproken worden. Er werd gekeken of deze variabelen, onder invloed van de training, veranderden om de volgende vraag te beantwoorden: Is de training Denk je slank van Psychologie Magazine effectief in het positief veranderen van emotie-eten, extern eten, lijngericht eten, alexithymia, impulsiviteit, depressieve symptomen, lichaamsbeeld, lichaamsontevredenheid en lichaamsgewicht? Ellen Dekker De effecten van een psychologische benadering voor afvallen op eetgedrag; de online training Denk je slank 22