Transport en mobiliteit



Vergelijkbare documenten
Elektrische auto stoot evenveel CO 2 uit als gewone auto

Ontwikkelingen in aandrijftechniek en de rol van biobrandstoffen. Jaap Tuinstra, Manager Public Affairs, Pon

Review emissiefactoren 2015

2: vermindering van koolmonoxide, kooldioxide, zwaveldioxide en stikstofoxide en dat is erg goed om het broeikaseffect tegen te houden.

waterstof waarmee de elektromotor van de auto wordt aangedreven - auto's voorzien van een brandstofcel die elektrische energie produceert uit

KLIMAATVERANDERING. N.B. : Voor de algemene analyse zie de analytische synthese.

Energietransitie bij Mobiliteit

Ketenanalyse Woon- Werkverkeer

Duurzaamheids- en milieueffecten van spoorvervoer. Huib van Essen

Mobiliteit. Verdiepende opdracht

Biomassa: brood of brandstof?

Vooraleer de leerlingen de teksten lezen, worden de belangrijkste tekststructuren overlopen (LB 265).

Schiphol, 12 september 2019 Arie Bleijenberg Koios strategy Hoe verder? Hoe duurzaam?

Transport in 2050 binnen strenge CO2 grenzen

Presenta/e door Jan de Kraker - 5 mei Energie in Beweging

Transitie naar elektrisch vervoer

Draagvlak bij burgers voor duurzaamheid. Corjan Brink, Theo Aalbers, Kees Vringer

ENERGIEPRIORITEITEN VOOR EUROPA

Emissiekentallen elektriciteit. Kentallen voor grijze en niet-geoormerkte stroom inclusief upstream-emissies

130 PARTIJEN HEBBEN SAMEN VISIE DUURZAME BRANDSTOFFEN- MIX OPGESTELD

Wat kunnen we in Pijnacker-Nootdorp doen tegen klimaatverandering? Richard Smokers

E85 rijdende flexifuel auto uitstoot ten gevolge van de aanwezigheid van benzine in de brandstof.

Zuid-Holland is een mooie provincie met grote steden en veel groen. Zuid-Holland is

FOSSIELE BRANDSTOFFEN

Externe en infrakosten van lucht- en zeevaart. Huib van Essen, 21 november 2014

P. DE BOORDER & ZOON B.V.

Inspiratie- en referentieprojecten ontwerpopdracht transporttechniek-ecostad

Schone technologie voor een levende aarde Bouwen aan de Nederlandse schone technologie sector

Onze energievoorziening in feiten: mythes, nieuwtjes en kansen

Onze energievoorziening in feiten: mythes, nieuwtjes en kansen. Heleen de Coninck, 13 september 2011

VLAAMS PARLEMENT RESOLUTIE. betreffende de verzoening van de behoeften aan energie en aan zuivere lucht in onze maatschappij

CO 2 -uitstootrapportage 2011

Vebruikte diesel Verbruikte benzine. Gasverbruik (M3) Elektraverbruik (kwh)

Bedreigingen. Broeikaseffect

Tekst lezen en vragen stellen

Samenvatting van de studie uitgevoerd door CO 2 logic in opdracht van de MIVB

Verbruikte diesel Verbruikte benzine. Gasverbruik (M3) Elektraverbruik (kwh)

Notitie duurzame mobiliteit

Opdrachtgever: Directie HKV lijn in water. 3.A.1 CO 2 -emissie inventaris eerste helft ten behoeve van de CO 2 -Prestatieladder

Samenvatting ... Het gebruik van de trein nam sinds 1985 eveneens fors toe met meer dan een verdubbeling van het aantal treinkilometers.

Onze koning zou op Prinsjesdag een klimaatbegroting moeten voorlezen

Jade Beheer B.V. 4.A1 Ketenanalyse scope III

De doelstellingen luidt: 4% reductie veroorzaakt door elektraverbruik door het geheel over te stappen naar groene stroom in 2017.

Geachte commissarissen, leden van het Europees Parlement, collega s,

De noodzaak van waterstof. InnoTeP 2017 Jochem Huygen.

Energieprijzen in vergelijk

Ga vooruit naar een duurzame toekomst.

H2ECOb/Blm HOE KAN DE ENERGIETRANSITIE WORDEN GEREALISEERD? Probleemstelling

Milieubarometerrapport 2017

Vloeibaar aardgas - Liquid Natural Gas (LNG) Voordelen en uitdagingen. Jan Van Houwenhove 3 December 2015

Fleetclub van 100. Welkom

Opdrachtgever: Directie HKV lijn in water. 3.A.1 CO 2 -emissie inventaris eerste helft ten behoeve van de CO 2 -Prestatieladder

CO2 Reductie. Samen beter voor buiten

Elektrisch rijden in de praktijk

Naar een duurzame energie huishouding: belofte of mogelijkheid?

Ketenanalyse uitbesteed transport. Goedgekeurd door: H. van Wijk

footprint rapportage over 2018, 1 e half jaar In lijn met haar visie van Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen conform:

Bioethanol in den Niëderlanden

de 6 belangrijkste misvattingen op de weg naar een 100% duurzame energievoorziening

UW NATIONALE BENCHMARK MOBILITEIT RAPPORT

Aannemersbedrijf Wagelaar B.V.

Overzicht lessenserie Energietransitie. Lessen Energietransitie - Thema s en onderwerpen per les.

CO 2 emissie inventarisatie januari-juli 2012 (3-A-1)

Duurzame biomassa. Een goede stap op weg naar een groene toekomst.

Edilon)( Sedra Contracting is een bekende naam in de betonreparatiebranche en de spoorbouw.

Edilon)( Sedra Contracting is een bekende naam in de betonreparatiebranche en de spoorbouw.

4.A.1 Inventaris ketenanalyse 1

Milieubarometerrapport 2015

Emissie inventaris 2018

Klimaatcompensatie investeren in een schone toekomst

UW NATIONALE BENCHMARK MOBILITEIT RAPPORT

Edilon)( Sedra Contracting is een bekende naam in de betonreparatiebranche en de spoorbouw.

Minder emissies, betere bereikbaarheid. Afscheid Frans v.d. Steen, 26 juni 2014 Huib van Essen, manager Verkeer, CE Delft

CO 2 Reductie doelstellingen

5.B.1_1 Voortgangsrapportage Review Co₂-emissies 2015 H1 + H2. Conform Co₂-prestatieladder B.1 met 2.A A A B.

CO 2 emissie inventarisatie januari- December 2013 (3-A-1)

CO2 prestatieladder. Het CO2-verbruik reduceren binnen de gehele organisatie. Inzicht. Doelstelling CO2-reductie

Energie, technologie en milieuproblemen: Europees onderzoek schetst somber wereldbeeld in 2030

Eerste voortgangsrapportage CO 2 -emissiereductie. Carbon Footprint 2010

Edilon)( Sedra Contracting is een bekende naam in de betonreparatiebranche en de spoorbouw.

Duurzaam vervoer, gewoon doen! Els de Wit Ministerie I&M

CO 2 Reductie doelstellingen

3.C.1 Communicatie over de voortgang van CO 2 bij Prins Bouw.

CO2 reductiedoelstellingen niveau 5

Milieubarometerrapport 2012

CO2-voetafdruk van beleggingen

5.B.1_2 Voortgangsrapportage Review Co₂-emissies 2016 H1. Conform Co₂-prestatieladder B.1 met 2.A A A B.2

Banken ondermijnen de toekomst Over de investerings- en financieringspraktijk van banken in fossiele brandstoffen en duurzame energie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

Beleggen in de toekomst. de kansen van beleggen in klimaat en milieu

AFID workshop. Nienke Smeets, Gerben Passier, 21 maart 2019

Waterstof, het nieuwe gas. Klimaatneutraal is de toekomst Frans Rooijers directeur CE Delft

KLIMAATAKKOORD NETBEHEER NEDERLAND 11 JULI 2018

Latijns-Amerika aarzelt over hernieuwbare energie zaterdag, 15 augustus :30

Edilon)( Sedra Contracting is een bekende naam in de betonreparatiebranche en de spoorbouw.

Emissie inventaris Visser Assen. Dit document is opgesteld volgens ISO

Wereldwijde uitstoot CO2 dit jaar

Wie vooruit wil, rijdt duurzaam!

Milieubarometerrapport 2016

Transcriptie:

ASN Bank Issuepaper Transport en mobiliteit Op weg naar vervoer dat past in een duurzame samenleving

ASN Bank Issuepaper Transport en mobiliteit mei 2010 94 A Inleiding In deze ASN Bank Issuepaper Transport en mobiliteit komen achtereenvolgens aan bod: A. Inleiding De ASN Issuepaper Transport en Mobiliteit behandelt de afwegingen en keuzes die de ASN Bank maakt bij het investeren in de sector vervoer. Tot de sector vervoer rekenen wij alle bedrijven die zich bezighouden met vervoer van goederen en/of personen, de infrastructuur die daarvoor nodig is, de leveranciers aan vervoersbedrijven en de fabrikanten van vervoersmiddelen. B. Uitgangspunten C. Keuzes D. Bijlagen Mobiliteit en transport dragen volgens de ASN Bank bij aan de kwaliteit van leven. Vervoer biedt ons de mogelijkheid ons vrij te bewegen, te ontplooien, contacten te onderhouden en handel te drijven. De grote mobiliteit gaat echter regelmatig ten koste van de kwaliteit van leven van anderen, zowel nu (geluidsoverlast, arbeidsomstandigheden) als in de toekomst (broeikaseffect). Weliswaar boekt de sector milieuwinst, maar die wordt telkens bijna volledig tenietgedaan door de groei van de mobiliteit. Die groei is dan ook een belangrijk deel van het milieuprobleem in de vervoerssector. Zowel de uitgesproken sociale aspecten als de milieuproblemen zijn voor de ASN Bank reden deze sector kritisch te beoordelen Zowel de uitgesproken sociale aspecten als de milieuproblemen zijn voor de ASN Bank reden deze sector kritisch te beoordelen. Met deze issuepaper willen wij aangeven welke vormen van vervoer, inclusief alles wat daarmee samenhangt, onder welke voorwaarden passen in een duurzame samenleving. De belangrijkste randvoorwaarde is daarbij dat er geen kosten of andere nadelen worden afgewenteld die: niet meer te herstellen zijn; niet in verhouding staan tot de voordelen; niet worden gedragen door de veroorzaker. ASN Bank Issuepaper Transport en mobiliteit mei 2010

Relatie met overig beleid Deze issuepaper heeft raakvlakken met verschillende andere issuepapers en notities. De belangrijkste zijn de ASN Bank Issuepapers Klimaat, Mensenrechten en Biodiversiteit. De eerste gaat in op de uitstoot van broeikasgassen door de sector vervoer. De Issuepaper Mensenrechten komt vooral aan bod bij werkomstandigheden in de vervoersketen. De Issuepaper Biodiversiteit behandelt het ruimtebeslag en de aantasting van natuur door bijvoorbeeld de versnippering van leefgebieden door vervoersinfrastructuur. De Issuepaper Transport en Mobiliteit geeft op sectorniveau aan wat dit betekent voor de investeringen van de ASN Bank. Wat behandelt deze issuepaper? In deze notitie komen de volgende activiteiten en onderwerpen aan de orde: - transport en mobiliteit van goederen en van personen en dieren over land, water en door de lucht; - alle infrastructuur voor vervoer, vooral wegen, spoorwegen, vaarwegen en vliegvelden; - alle producenten die een rol spelen in de vervoersketen, zoals autofabrikanten, wegenbouwers en transporteurs. Wereldwijd draagt de transportsector ongeveer voor 14,3% bij aan de uitstoot van broeikasgassen (WRI, data 2005). Andere afwentelingen zijn geluidsoverlast en de uitstoot van fijnstof. De ASN Bank onderkent dat bepaalde vormen van afwenteling soms onvermijdelijk zijn, zoals geluid en ruimtebeslag. Maar wij vinden dat er dan alles aan gedaan moet worden om die afwenteling te minimaliseren en de kosten ervan door te rekenen aan de veroorzaker. Ook op sociaal gebied vindt afwenteling plaats. Die komt het duidelijkst naar voren in gezondheidsschade door ongelukken, luchtverontreiniging en geluidsoverlast. Maar ook in slechte arbeidsomstandigheden, vooral in de transportsector (bijvoorbeeld in de scheepvaart en bij de sloop van schepen 1 ). De ASN Bank wil met haar investeringen bevorderen dat de transportsector een echt duurzame weg inslaat 95 B Uitgangspunten Het uitgangspunt bij de selectie van investeringen is de missie van de ASN Bank. De ASN Bank wil de duurzaamheid van de samenleving bevorderen. Dat wil zeggen dat wij een einde willen maken aan processen waarvan de kosten en andere nadelen worden afgewenteld op toekomstige generaties of op het milieu, de natuur of kwetsbare bevolkingsgroepen. Het voorkomen van de afwenteling van nadelen noemen we mitigatie. Als er toch afwenteling dreigt, moet deze worden opgevangen: adaptatie. Voorbeelden van mitigatie op milieugebied zijn de overschakeling van de verbrandingsmotor op elektrische aandrijving, en van individueel vervoer op openbaar vervoer. Adaptatie zijn maatregelen als het gebruik van katalysatoren en geluidsschermen. Afwenteling van nadelen vindt in de transportsector nog op grote schaal plaats. De belangrijkste is wel de bijdrage aan de klimaatverandering door de uitstoot van broeikasgassen, met name kooldioxide (CO 2 ). De ASN Bank wil met haar investeringen bevorderen dat de transportsector een echt duurzame weg inslaat. Welk beeld hebben wij daarbij? Wij denken dat het uiterlijk van de sector niet zo heel anders zal zijn dan nu. Ook bij een duurzame transportsector zijn er wegen, havens en vliegvelden, rijden er auto s, vrachtwagens en treinen, en maken we gebruik van vliegtuigen. Maar bijvoorbeeld wegen worden op een andere manier aangelegd, waarbij meer rekening wordt gehouden met natuur en milieu. Ook worden auto s, schepen en vliegtuigen op een andere wijze aangedreven zeer waarschijnlijk met een grotere rol voor elektrische aandrijving en biobrandstoffen. Hogesnelheidstreinen zullen het continentale vliegverkeer voor een groot deel vervangen, waarmee vliegverkeer vooral intercontinentaal wordt. De arbeidsomstandigheden in de sector zullen veel beter zijn dan nu. Voordat dit kan worden gerealiseerd, moet er nog heel wat gebeuren. De omvang van de veranderingen is ver- 1 Out of Sight, Out of Mind, ITWF juni 2006 (http://www.itfglobal.org/files/publications/2259/humanrights.pdf)

96 gelijkbaar met de omschakeling van fossiele naar duurzame energiebronnen. Als het om energie gaat, investeert de ASN Bank alleen in duurzame energiebronnen. Diezelfde aanpak volgen wij bij de transportsector: we investeren alleen in die delen van de transportsector die nu al op een duurzame manier te werk gaan. Er zijn daartoe al mogelijkheden in de transportsector, zoals alle vormen van elektrisch vervoer (trein, tram, auto s) en de productie van biobrandstoffen van de tweede generatie. Wij verwachten dat het aantal investeringsmogelijkheden op het gebied van duurzaam transport het komende decennium snel zal toenemen. Achtergrondinformatie 1. De klimaatbelasting door vervoer wordt bijna volledig veroorzaakt door de gebruikte energiebron. Ook de productie van bijvoorbeeld een auto vergt energie en ook daar komt broeikasgas bij vrij. Maar dat is slechts een klein deel van de totale uitstoot tijdens de hele levenscyclus van de auto. Het is belangrijk daarbij onderscheid te maken tussen: energiebronnen: olie, gas, plantaardig materiaal, wind en zon, en energiedragers, bijvoorbeeld waterstof, elektriciteit, benzine en ethanol. Energiedragers worden gemaakt uit energiebronnen. Een energiedrager kan dus wel schoon zijn, maar dat wil niet zeggen dat de energiebron dat ook is. Elektriciteit kan bijvoorbeeld geproduceerd worden uit duurzame bronnen als wind, zon en waterkracht, maar ook uit fossiele brandstoffen als olie en gas. Dat biedt vooral elektrisch vervoer het grote voordeel dat het vrijwel naadloos aansluit op de overgang van fossiel opgewekte stroom naar duurzaam opgewekte stroom. Daarom is de ASN Bank voorstander van investeringen in elektrisch vervoer, ook al wordt de elektriciteit nu nog vooral fossiel opgewekt (zie ook bijlage 1). Een ander groot voordeel van energiedragers is dat ze gemaakt kunnen worden uit meerdere soorten energiebronnen. 2. De uitstoot van vrachtvervoer over de weg vermindert nog niet substantieel. Innovaties leiden slechts tot marginale verbeteringen. Er kan winst behaald worden uit een verschuiving van vervoer over de weg naar vervoer over water en spoor. Dat voordeel is echter niet eenduidig, want het is sterk afhankelijk van de bezettingsgraad en de afstanden. Oudere diesellocomotieven en scheepsmotoren kunnen zo vervuilend zijn, dat de winst beperkt of zelfs negatief is. 3. Vervoer over water kan milieuvoordeel opleveren, vooral bij heel grote schepen (zowel binnenvaart als zeevaart). Probleem is dat veel schepen nog zijn uitgerust met oude, vervuilende motoren. De scheepvaart heeft een flink en groeiend aandeel in de wereldwijde uitstoot van broeikasgassen. 4. Luchtvaart is de sector die het moeilijkst kan overschakelen op een volledig duurzame energiebron. Duurzame biobrandstoffen zouden een uitkomst kunnen zijn, maar daarvoor is de luchtvaartsector wellicht te groot. Wel is er in de loop der jaren een flinke energie-efficiencyverbetering gerealiseerd. Technische mogelijkheden om de emissies van vliegtuigen substantieel terug te dringen hebben zich echter nog niet aangediend. Er is geen reden om te verwachten dat dit binnen afzienbare tijd gebeurt 2. Het lijkt er daarom op dat luchtvaart in het licht van de klimaatproblematiek als massaproduct geen toekomst heeft, tenzij er toch een aanzienlijk efficiëntere technologie of bijvoorbeeld geschikte compensatiemethode gevonden wordt. 5. Het transport van fossiele energiebronnen, zoals olie en gas, brengt grote risico s met zich mee. Bij milieurampen zijn veelal deze bronnen betrokken, bijvoorbeeld rampen met olietankers, waarbij de gelekte olie grote nadelige gevolgen had voor het milieu. 6. De scheepvaart heeft specifieke, maar ernstige problemen op het gebied van mensenrechten en milieu. Vakbondsrechten, arbeidsomstandigheden en beloning zijn vaak zeer slecht geregeld. Dat toont een rapport van de International Transport Workers Federation aan. Bovendien zijn er in de scheepsbouwketen grote milieuproblemen, zoals het illegaal dumpen van giftig afval en de sloop van schepen in lagelonenlanden 3. 2 Hoe groen kunnen we vliegen; CE Delft; September 2009 3 http://www.shipbreakingplatform.org/ ASN Bank Issuepaper Transport en mobiliteit mei 2010

De volgende richtlijnen gebruikt de ASN Bank bij het selecteren van investeringen in de sector vervoer. Wij maken daarbij geen onderscheid tussen transport (vervoer van goederen) en mobiliteit (vervoer van personen): Transportmiddelen Voor investeringen in transportmiddelen (dus niet de infrastructuur, maar treinen, bussen, auto s, vliegtuigen, schepen etc.) nemen wij de EUklimaatdoelstelling voor de gehele transportsector 4 als maatstaf. Deze doelstelling is: 20% minder absolute CO 2 -uitstoot in 2020 ten opzichte van 1990. Wij vinden echter dat deze doelstelling nog niet ver genoeg gaat. Daarom hanteren we een eigen maatstaf: 20% absolute reductie per direct of 30% per 2020 (en 80% in 2050) ten opzichte van 1990. Elke investering in transportmiddelen moet aan die doelstelling voldoen. Dat is overigens niet altijd even gemakkelijk of nauwkeurig vast te stellen. Als er met voldoende zekerheid aangetoond kan worden dat deze doelstelling is gerealiseerd, kunnen wij een positief investeringsbesluit nemen (bijlage 2). Infrastructuur De groeiende mobiliteit is een belangrijke oorzaak van de toenemende milieuproblemen van de transportsector. Daarom is de ASN Bank zeer terughoudend jegens investeringen in activiteiten die bijdragen aan een verdere groei. Dit geldt vooral voor infrastructuur in de high income -OECD-landen (zie bijlage 3). Wij beleggen bij voorkeur niet in de aanleg van nieuwe wegen, vaarwegen, vliegvelden en havens in deze ontwikkelde landen. We kunnen een uitzondering maken voor: - nieuwe spoorwegen, - landen die nog een duidelijke achterstand op het gebied van infrastructuur hebben (alle niethigh income-oecd-landen), - het opwaarderen van bestaande infrastructuur. Initiatieven die leiden tot vermindering van de vervoersstromen en mobiliteit dragen automatisch bij aan vermindering van de milieulasten. Zij zijn daarom voor de ASN Bank extra aantrekkelijk als investering (bijvoorbeeld it-diensten). Wij leggen de grens daarvoor bij de transportondernemingen zelf, en niet bij de aanbieders van vracht. Een belangrijke oorzaak van de toename in vervoer is namelijk het feit dat de kostprijs laag is doordat veel maatschappelijke kosten niet aan de sector worden doorberekend. Energiedragers Vooral voor de high income-oecd-landen geven wij de voorkeur aan vervoer dat elektriciteit of waterstof als energiedrager heeft. Investeringen in deze vorm van vervoer openen immers de weg naar vervoer zonder emissies (en met minder geluidsoverlast), wanneer de gebruikte elektriciteit of waterstof afkomstig is uit duurzame bronnen als wind, zon en waterkracht. Elektrisch vervoer is daarom geschikt als overgang van vervoer op basis van fossiele grondstoffen naar duurzame energiebronnen. Volledig elektrisch vervoer maakt een snelle ontwikkeling door. Trein, tram, metro en soms ook bus maken er al bijna een eeuw gebruik van. Elektrisch aangedreven auto s maken inmiddels ook een snelle technologische en commerciële ontwikkeling door. Daarbij wordt de komende decennia waarschijnlijk nog veel gebruikgemaakt van hybride technieken. Zij zullen zich gaandeweg ontwikkelen tot een volledig elektrische aandrijving. De verwachting is wel dat er de komende vijf tot tien jaar veel geëxperimenteerd wordt met elektrische auto s. Daardoor is nu nog niet duidelijk wat de dominante techniek gaat worden. Samengevat: De ASN Bank investeert in die delen van de transportsector met een zeer lage uitstoot van broeikasgassen en (daardoor) ook een sterke vermindering van alle andere vormen van milieubelasting, zoals fijnstof en ruimtebeslag. De sociale prestaties moeten voldoen aan de criteria in de ASN Bank Issuepaper Mensenrechten. De ASN Bank investeert niet in nieuwe infrastructuur die leidt tot een toename van vervoer. We kunnen uitzonderingen maken voor het spoor en voor minder ontwikkelde landen, omdat zij nog een aanzienlijke achterstand hebben. 97 4. Hierdoor investeert de ASN Bank van alle transportmiddelen dus alleen in de schoonste transportmiddelen.

98 Wij toetsen leveranciers op hun eigen duurzaamheidsprestaties C Keuzes In de praktijk leiden deze afwegingen voor de ASN Bank tot de volgende keuzes in de sector vervoer. Deze keuzes zijn gebaseerd op verschillende bronnen 5. In alle gevallen geldt uiteraard dat ook aan de overige ASN-criteria moet worden voldaan. Vervoer over land - Weg Personenauto s Tot nu toe zijn er geen fabrikanten die alleen modellen produceren die zouden leiden tot een aanzienlijke reductie van de totale CO 2 - uitstoot (20% per direct ten opzichte van 1990). Daar komt bij dat de fabrikanten een dergelijke ontwikkeling slechts matig steunen, gezien hun weerstand tegen strengere emissie-eisen. Fabrikanten van personenauto s komen daarom nog niet aanmerking voor investering door de ASN Bank. Individuele projecten zouden wel aan de ASN-doelstelling kunnen voldoen, zoals fabrikanten van elektrische auto s. Dat gaat echter nu nog om relatief kleine ondernemingen. Zij zouden wel voor investering door de ASN Bank in aanmerking kunnen komen, maar in de praktijk zijn de mogelijkheden daartoe schaars. Investeren in leveranciers is mogelijk, mits het niet om producenten van verbrandingsmotoren gaat. Wij toetsen leveranciers op hun eigen duurzaamheidsprestaties. We kunnen hen namelijk niet verantwoordelijk houden voor de keuze van autoproducenten voor de verbrandingstechnologie. Daarnaast houden deze bedrijven hun rol als leverancier, ook bij omschakeling naar bijvoorbeeld elektrische aandrijving. Vrachtvervoer Er zijn nog geen ontwikkelingen die leiden tot de 20% reductie van CO 2 -emissies. De ASN Bank investeert nog niet in vrachtvervoer over de weg. Er kunnen uitzonderingen zijn, zoals vrachtvervoer op aardgas. Openbaar vervoer (OV) over de weg (bus) De milieuprestaties van deze vorm van vervoer verschillen weinig van die van personenvervoer per auto. Bij de selectie van busvervoer beoordelen we de inspanning van het bedrijf om de CO 2 -uitstoot te reduceren. We hanteren de doelstelling van 20% reductie echter niet als hard criterium. Het OV heeft een belangrijke sociale functie en zorgt voor ontsluiting van het platteland. Ook mensen die niet kunnen beschikken over een auto, zijn door goed OV toch mobiel. Fiets Alle investeringen die het fietsverkeer (inclusief elektrische tweewielers) ten goede komen, worden toegelaten. Wegen We investeren in de opwaardering van bestaande wegen, maar niet in nieuwe wegen (dit geldt voor high income-oecd-landen). Met nieuwe wegen bedoelen we de aanleg van nieuwe verbindingen, niet de aanleg van nieuwe rijstroken of nieuwe kruisingen. Hoewel opwaardering ook kan leiden tot een mobiliteitstoename, is dit voor de ASN Bank geen reden voor afwijzing. Aannemers Deze leveranciers leggen niet alleen nieuwe (spoor)wegen aan, maar onderhouden ook bestaande infrastructuur. Daarom sluiten wij hen niet uit. - Spoor Investeringen in activiteiten die samenhangen met vervoer over het spoor zijn toegestaan. Zowel personen- als vrachtvervoer over het spoor scoort al beter op (CO 2 -)emissies dan andere vervoersvormen. Dat geldt vooral voor elektrische treinen, en zeker voor vrachtvervoer per spoor. Ook HSL-treinen (hogesnelheidslijnen) scoren goed. Weliswaar gebruiken zij meer energie dan gewone treinen, maar zij compenseren dat door een hogere bezet- 5 Actueel beeld van emissies van vervoerswijzen; CE 2009 ASN Bank Issuepaper Transport en mobiliteit mei 2010

tingsgraad. Vergeleken met andere vervoersvormen halen zij 20% reductie van CO 2 -emissies. Alleen dieseltreinen voor personenvervoer presteren aanzienlijk minder goed, maar wel beter dan vervoer over de weg en door de lucht. Vervoer over water - Schepen Wij laten scheepvaart meestal niet toe. Niet alleen vanwege de slechte milieuprestaties, maar ook omdat slechte arbeidsomstandigheden in de gehele scheepvaartketen veel voorkomen. - Havens en vaarwegen De aanleg en het onderhoud of beheer van havens en vaarwegen is toegestaan, mits het ruimtebeslag niet ten koste gaat van biodiversiteit. Zie de ASN Bank Issuepaper Biodiversiteit; onderzocht dient te worden of het verlies aan biodiversiteit afdoende wordt gecompenseerd. De ASN Bank wil niet investeren in de aanleg van nieuwe havens en vaarwegen in high income- OECD-landen. D Bijlagen Bijlage 1: Elektrisch versus benzine en diesel Er is veel discussie over de vraag of volledig elektrisch vervoer nu minder CO 2 -uitstoot veroorzaakt dan een benzine- of dieselauto. De elektriciteit wordt immers geproduceerd met fossiele brandstoffen. De uitkomst van die berekeningen hangt grotendeels af van de aannames die worden gemaakt. Het volgende rekenvoorbeeld maakt duidelijk van welke aannames de ASN Bank uitgaat. 1. CO 2 -emissies bij de productie van auto s en van benzine tellen we niet mee. 2. Als referentie nemen we een gemiddelde benzineauto met een uitstoot van 150g CO 2 per kilometer. 3. We nemen aan dat een vergelijkbare elektrische auto 0,20 KWh per kilometer verbruikt. 4. De opwekking van 1Kwh veroorzaakt 440g CO 2 (zie www.groenestroomjagraag.nl/stroometiket). 5. De uitstoot van een elektrische auto in Nederland is dus gemiddeld ongeveer (0,20 x 440 =) 88g CO 2 per kilometer. 99 Vervoer door de lucht - Vliegtuigbouwers De ASN Bank investeert niet in vliegtuigbouwers. De bijdrage van alle typen vliegtuigen aan het geluids- en klimaatprobleem is relatief groot. Efficiencyverbeteringen worden teniet gedaan door de groei van de luchtvaart. Binnen de sector zijn nog onvoldoende initiatieven die bijdragen aan 20% reductie van de totale CO 2 -uitstoot per direct. - Luchtvaartmaatschappijen De ASN Bank investeert niet in luchtvaartmaatschappijen. Zij hebben te veel belang bij goedkope luchtvaart en zijn er de oorzaak van dat deze groeit. Dat zet de 20%-doelstelling onder druk. Als ze die wel realiseren, kunnen ze in aanmerking komen voor investering. Voorlopig is dat theorie. - Vliegvelden De ASN Bank investeert niet in de bouw van of het onderhoud aan luchthavens. Dit geldt voor alle landen. - Toeleveranciers en onderhoud De ASN Bank kan investeren in toeleveranciers, mits het niet om producenten van vliegtuigmotoren op basis van fossiele brandstoffen gaat. Toeleveranciers worden getoetst op hun eigen duurzaamheidsprestaties. De ASN Bank heeft de richtlijn over de reductiedoelstellingen van CO 2 die zij hanteert voor haar investeringen, afgeleid van diverse nationale en internationale doelstellingen Bijlage 2: CO 2 -doelstelling ASN Bank De ASN Bank heeft de richtlijn over de reductiedoelstellingen van CO 2 die zij hanteert voor haar investeringen, afgeleid van diverse nationale en internationale doelstellingen. Wij streven ernaar die richtlijn zoveel mogelijk toe te passen op uiteenlopende sectoren. Daarbij houden we er rekening mee dat niet elke sector evenveel kan bijdragen, omdat toepassing van de richtlijn praktisch gezien niet altijd mogelijk of noodzakelijk is. Wij willen deze richtlijn vooral toepassen op energie-intensieve sectoren, zoals energiebedrijven, basisindustrie, vervoer, vastgoed, etc. Het gevolg van

100 de richtlijn is overigens dat we in de praktijk helemaal niet beleggen in energie-intensieve sectoren. Zie daarvoor ook de ASN Bank Issuepaper Klimaat. Bijlage 3: High income-oecd-landen De Wereldbank definieert high income countries (landen met een hoog inkomen) als landen met een bruto nationaal product per hoofd van de bevolking van USD 11.906 of meer in 2008. De volgende 27 landen voldoen daaraan en zijn lid van de OECD: Australië België Canada Denemarken Duitsland Finland Frankrijk Griekenland Hongarije Ierland Italië IJsland Japan Luxemburg Nederland Nieuw-Zeeland Noorwegen Oostenrijk Portugal Slowakije Spanje Tsjechië Verenigd Koninkrijk Verenigde Staten Zuid-Korea Zweden Zwitserland ASN Bank Issuepaper Transport en mobiliteit mei 2010