Werken. autisme Deze brochure kwam tot stand op basis van interviews met: met. methodische uitgangspunten



Vergelijkbare documenten
Werken met autisme. Twaalf methodische uitgangspunten

Inleiding. Autisme & Communicatie in de sport

B a s S m e e t s w w w. b s m e e t s. c o m p a g e 1

Mijn kind heeft een LVB

Ik-Wijzer Ik ben wie ik ben

Luisteren naar de Heilige Geest

Ik ben. Eerlijk. Geduldig. Creatief. Gestructureerd. Communicatief. Geïnteresseerd. Geeft aandacht

10 tips voor het werven van de ideale stagiair

13 Acquisitietips. AngelCoaching. Coaching en training voor de creatieve sector

Wat heeft dit kind nodig?

Slachtoffers van mensenhandel en geestelijke gezondheidszorg

INTRODUCTIE TOOLBOX voor GEBRUIKERS. duurzame plaatsing van werknemers met autisme

5 manieren om je eigen pad te bewandelen

Persoonlijk Rapport Junior Scan

Verslag van een ervaringsdeskundige. Nu GAP-deskundige.

Tot een geloofsgesprek komen. I Ontmoeten

In gesprek met medewerkers over verzuim

Hoe word je succesvol in sales

Ik-Wijzer Ik ben wie ik ben

2 Ik en autisme VOORBEELDPAGINA S

Ontwikkeling. Opleiding Persoonlijke Ontwikkeling

De VrijBaan Vragenlijst (specifiek voor iemand die geen werk heeft)

Aflevering 2: Solliciteren

Selectie-instrument HARRIE

Zelfreflectie meetinstrument Ondernemende houding studenten Z&W

MANIEREN OM MET OUDERPARTICIPATIE OM TE GAAN

Ik-Wijzer Naam: Sander Geleynse Datum: 27 januari 2016

De Sleutel tot het benutten van potentie

DEEL 1. WERKBOEK 5 Eigen keuze Monique van Dam YOU: De keuze is aan jou!

[PILOT] Aan de slag met de Hoofdzaken Ster

6 Coaching van de cliënt

Ondersteuning bij leven met een beperking

Wat is PDD-nos? VOORBEELDPAGINA S. Wat heb je dan? PDD-nos is net als Tourette een neurologische stoornis. Een stoornis in je hersenen.

Introductie 1. Waarvoor hebben de studenten een mentor nodig? 2. Wie kan mentor worden? Iemand die:

Op weg naar stage en werk

Het functioneringsgesprek

Tijdschrift Kindermishandeling April 2013 Onderwijsspecial deel 2. 8 tips voor een goed gesprek met je leerling

attitudes zelfstandig leren kennis vaardigheden

HOE LAAT IK MEDEWERKERS

Waar gaan we het over hebben?

Informatie voor ouders

Opleiders in de school: Els Hagebeuk Sjef Langedijk Begeleiden van pabostudenten

Werkboek Het is mijn leven

SO8. Leerwerk centrum. oefening in informatie inwinnen naar aanleiding van. doel informatie inwinnen na. een afwijzing. De afwijzing.

3. Wat betekent dat voor de manier waarop lesgegeven zou moeten worden in de - voor jou - moeilijke vakken?

Deel 12/12. Ontdek die ene aanpak waarmee je al je problemen oplost

Wat kan de orthopedagoog of psycholoog voor jou doen?

Copyright Marlou en Anja Alle rechten voorbehouden Opeenrijtje.com 3.0 [2]

Welkom bij Sociaal Succesvol Ondernemen. Week 2: je bedrijf op orde Les 2: een goed businessmodel

U leert in deze les "toestemming vragen". Toestemming vragen is vragen of u iets mag doen.

VIER EENVOUDIGE TAKTIEKEN OM LASTIGE COLLEGA S VOOR JE TE WINNEN

ogen en oren open! Luister je wel?

Inge Test

MEE Nederland. Raad en daad voor iedereen met een beperking. Moeilijk lerend. Uitleg over het leven van een moeilijk lerend kind

Aflevering 2: Solliciteren

Feedback geven en ontvangen

Aan de slag met de Werk Ster!

Harrie m/v. Harrie. Harrie. Harrie. Kortom: Harrie!

Rapportage Competenties. Bea het Voorbeeld. Naam: Datum:

U in het middelpunt Die migraine hè Levenservaring verzilveren

1.Inleiding: De Plug & Play Business Formule

Workshop voorbereiden Authentieke instructiemodel

Naam: Datum: Ik-Wijzer

Gedragscode. Gewoon goed doen

Waarde-volle zorg is ook nog JONG!

Ben jij een kind van gescheiden ouders? Dit werkboekje is speciaal voor jou!

6 Coaching van de cliënt

Mats Werkt! DÉ CURSUS VOOR HET BEGELEIDEN VAN MENSEN MET EEN ARBEIDSBEPERKING OP DE WERKVLOER.

Dit document hoort bij de training voor mentoren blok 4 coachingsinstrumenten, leerstijlen.

COMMUNICATIE training. effectief communiceren met iedereen

JEUGDIGEN. Hulp na seksueel misbruik. vooruitkomen +

De Budget Ster: omgaan met je schulden

Training Communicatievaardigheden

Vanjezelfhouden.nl 1

Thema. Kernelementen. Oplossingsgericht taalgebruik Voorbeeld van communiceren 10 communicatie-tips

Effectieve samenwerking: werken in driehoeken

Soms ben ik eens boos, en soms wel eens verdrietig, af en toe eens bang, en heel vaak ook wel blij.

Haal het beste uit jezelf met het. Individueel Ontwikkelings Plan!

E-PAPER. Drie praktische tips om je werk als apothekersassistent(e) leuker te maken!

> TAALWERKBLAD PARTICIPATIE

Feedback. in hapklare brokken

JUST BE YOU.NL. Het mooiste wat je kunt worden is jezelf! 23 tips voor direct meer zelfvertrouwen. Marian Palsgraaf -

APQ rapportage. Bea Voorbeeld. Naam: Datum:

Online Titel Competentie Groepsfase Lesdoel Kwink van de Week

Zorg voor je carrière. Neem gerust contact op of maak een afspraak. Telefoon: (030) of

Groei in Leiderschap & Management - Jaaropleiding

wij begeleiden van werk naar werk

Communiceren met de achterban

Aan de slag blijven. Schematisch overzicht van thema s, leerdoelen en inhoud

De VrijBaan Vragenlijst (Algemeen)

o Gericht op verleden o Focus op oordelen o Eenrichtingsverkeer o Passieve bijdrage van de medewerker o Gericht op formele consequenties

Competentiescan Klant exemplaar

Rapportage Competenties. Bea het Voorbeeld. Naam: Datum:

Doorbreek je belemmerende overtuigingen!

Familie aan tafel. Een werkvorm voor individuele coaching of intervisie.

150 Tips om kinderen te laten zien dat je om ze geeft!

WAAROM DIT BOEKJE? RESPECT

De loopbaanchecklist

6.2.1 Dealen met afleiding onderweg

Reflectiegesprekken met kinderen

Transcriptie:

Werken met autisme Deze brochure kwam tot stand op basis van interviews met: Jaap Adamse. Quality Coaching, Groningen Annelies Akker, Heliomare, Wijk aan Zee Greetje Akkerman, STAM, Heerenveen Leo Beekmans, Beekmans & Van de Ven, Vught Marcel Beunkes, Wesseling Groep, Amerongen Laura Kleijn, Rozij Werk, Zwolle Ton Pluijm, JOBSTAP, Oosterbeek Tom de Romijn, Bureau Arbeid, Utrecht Ad Schaffelaars, Wesseling Groep, Amerongen Marijke Trossèl, Heliomare, Wijk aan Zee Elsbeth van de Ven, Beekmans & Van de Ven, Vught Henny Vreeman, Jobcoach Company, Losser Irene Ypma, STAM, Heerenveen 12 methodische uitgangspunten Tekst: Elise Schouten Illustraties en vormgeving: Marjan Koudijs Projectbegeleiding: Evelien Ribbens, Bureau Arbeid Bureau Arbeid, Utrecht 2007 Deze uitgave is mede mogelijk gemaakt door een bijdrage van het Europees Sociaal Fonds

INHOUDSOPGAVE Inleiding 6 1. Inventariseer en benoem de sterke kanten 8 2. Vertaal het profiel 10 3. Onderhoud contact met relaties van de klant 12 4. Begeleid de klant individueel 14 5. Train op de werkplek 16 6. Zorg voor een vaste begeleider 18 7. Communiceer expliciet 20 8. Bied structuur en werk planmatig 22 9. Ga weloverwogen om met preoccupaties 24 10. Kijk onbevooroordeeld naar soorten werk 26 11. Bied structureel jobcoaching 28 12. Zorg voor een competente trajectbegeleider/jobcoach 30

INLEIDING Reïntegratiebureaus krijgen steeds meer klanten met autisme. De belangrijkste verklaring voor deze toename verwijst naar het feit dat de diagnostiek de afgelopen jaren sterk is verbeterd. De verschillende vormen van autisme en de specifieke kenmerken daarvan zijn inmiddels nauwkeurig omschreven en worden daardoor beter herkend. Nu de diagnostiek goed is ontwikkeld en autisme beter en eerder wordt herkend, verplaatst de aandacht zich naar de methodiek: hoe kunnen we mensen met autisme het beste begeleiden? Of, met het oog op arbeidsintegratie: hoe kunnen we ervoor zorgen dat mensen met autisme werk vinden en behouden? Gezien de toename van het aantal klanten met autisme, is dit voor reïntegratiebureaus én voor de betreffende klanten een zeer relevante vraag. Daarom wordt momenteel het Equalproject Mensen met autisme aan het werk uitgevoerd. Dit project, waarvan de coördinatie wordt uitgevoerd door Bureau Arbeid in Utrecht, stelt zich ten doel de arbeidstoeleiding en arbeidsparticipatie van mensen met autisme te verbeteren. Deze publicatie staat in het teken van dit project. We spraken met trajectbegeleiders en jobcoaches die ervaring hebben met deze doelgroep en vroegen naar de methodische kenmerken van hun aanpak. Wat zijn specifieke kenmerken van de begeleiding van klanten met autisme? Waarom zijn die kenmerken van belang? En welke competenties vereist de methodiek van de trajectbegeleider/jobcoach? Als we de ondervraagden met deze vragen confronteren, benadrukken zij allereerst dat er bij deze doelgroep in feite geen sprake kan zijn van een methodiek, omdat mensen met autisme enorm van elkaar verschillen. Er zijn niet alleen verschillende vormen van autisme, ook is de wijze waarop deze vormen zich manifesteren zeer persoonlijk. Mensen verschillen bovendien sterk in de manier waarop zij hun autisme beleven. Zo verschilt het in hoeverre de klant inzicht heeft in zijn beperkingen en zijn autisme accepteert. Hierbij speelt onder andere een rol in welke leeftijdsfase de diagnose is gesteld: klanten die pas op latere leeftijd te weten komen dat zij een vorm van autisme hebben, worstelen met specifieke problemen. Omdat al deze aspecten richtinggevend zijn voor de aanpak van de trajectbegeleider/jobcoach, ziet de begeleiding van elke klant er anders uit. Deze individualiteit is misschien wel het belangrijkste methodische kenmerk van de begeleiding van mensen met autisme. Maar ondanks de individuele verschillen, zijn er kenmerken die we bij veel mensen met autisme terugzien. De ondervraagden vertalen deze kenmerken in een aantal methodische uitgangspunten, die van belang zijn in de arbeidstoeleiding en begeleiding van mensen met autisme. Op basis van de gesprekken, komen we tot twaalf methodische kenmerken, die deze brochure kort en bondig presenteert. Hoewel de ondervraagden soms verschillende accenten leggen, onderschrijven zij in grote lijn dat de hier beschreven uitgangspunten van belang zijn voor een succesvolle arbeidsintegratie van mensen met autisme. 6 7

1. INVENTARISEER EN BENOEM DE STERKE KANTEN Mensen met autisme hebben, naast hun beperkingen, specifieke sterke kanten. Omdat zij zich hiervan niet altijd bewust zijn of deze zelf niet benoemen, zoekt de trajectbegeleider creatief naar manieren om deze kwaliteiten te inventariseren. De werkgever is immers in de eerste plaats geïnteresseerd in de sterke kanten van zijn potentiële werknemer. Het is mooi als een werkgever sociale motieven heeft, maar het belangrijkste motief van de werkgever moet zijn dat hij werk heeft dat uitgevoerd moet worden en dat hij ervan overtuigd is dat deze medewerker dat kan. De medewerker moet een volwaardige taak krijgen die goed bij hem past. Jaap Adamse, Quality Coaching, Groningen realistische informatie geven ik heeft een normale intelligentie, maar functioneert in sociaal opzicht beperkt en is terechtgekomen op de inpakafdeling van een groot SW bedrijf. Hij werkt daar nu een half jaar, maar functioneert slecht, omdat hij zich stierlijk verveelt. Hij wordt aangemeld bij het reïntegratiebureau. De trajectbegeleider, die volgende week een intakegesprek met Rik heeft, bezoekt hem op het werk om alvast kennis met hem te maken. Het is duidelijk dat het inpakwerk ver onder zijn niveau ligt. De trajectbegeleider stelt voor om samen met Rik door het bedrijf te lopen. Het valt op dat hij zeer geïnteresseerd is in computers en hij blijkt daar ook goed mee om te kunnen gaan. In het intakegesprek, een week later, geeft Rik aan dat hij graag met computers wil werken. Bovendien vertelt hij dat hij interesse heeft in plattegronden en geografische kaarten. Inmiddels werkt Rik met veel plezier en gedrevenheid bij staatsbosbeheer, waar hij plattegronden ontwerpt, aanpast en in de computer invoert. Natuurlijk moet de werkgever ook worden geïnformeerd over de beperkingen van de klant. Werkgever, leidinggevende en collega s zullen daarmee straks immers rekening moeten houden. Daarom is de trajectbegeleider eerlijk over de impact en de gevolgen van het autisme van de klant. De meeste ondervraagden laten het aan de klant over wie deze informatie op het werk presenteert: de klant zelf of de trajectbegeleider, al of niet in aanwezigheid van de klant. De klant bepaalt zelf wat hij vertelt en doet dat ook zelf. We bereiden dat gesprek wel goed voor en als de klant graag wil dat ik meega, dan doe ik dat. Ik praat principieel nooit met anderen over de klant als hij er niet bij is. Het komt bijna niet voor dat mensen niet over hun autisme willen vertellen, want ze weten heel goed dat je met zo n stoornis niet kunt doen alsof er niets aan de hand is. Henny Vreeman, Jobcoach Company, Losser Mensen met een autistische stoornis hebben vaak een aantal specifieke kwaliteiten en eigenschappen, die hen tot waardevolle werknemers maken: - een sterke motivatie, werken hard - betrouwbaar - eerlijk, recht door zee - een sterk analytisch vermogen - nauwkeurig, oog voor detail - perfectionistisch - gevoelig - handelen planmatig en consequent - werken door, maken taken af. De werkgever is in de eerste plaats geïnteresseerd in de kwaliteiten van zijn potentiële werknemer. Hij moet dus inzien dat hij profijt zal hebben van deze nieuwe werknemer. Om tot dat inzicht te komen, moeten de sterke kanten van de klant glashelder zijn. De trajectbegeleider onderzoekt daarom zorgvuldig de sterke kanten van elke klant. Dit is ook voor de klant waardevol, omdat hij zich niet altijd bewust is van zijn kwaliteiten. Bovendien wordt hij in de samenleving vaker met zijn beperkingen geconfronteerd dan met zijn sterke kanten. Als de klant zijn eigen kwaliteiten kent, groeit zijn zelfvertrouwen en kan hij zich beter presenteren aan potentiële werkgevers en collega s. andere wegen bewandelen Omdat mensen met autisme niet altijd inzicht hebben in hun eigen mogelijkheden en beperkingen, deze niet altijd kunnen benoemen, vereist de intakefase bij klanten met autisme vaak meer tijd. Eén gesprek is over het algemeen niet voldoende om een goed beeld van de klant te krijgen. Daarnaast is het gesprek voor deze klanten vaak niet de meest adequate manier om hen beter te leren kennen. De trajectbegeleider bewandelt (ook) andere wegen om de kwaliteiten en beperkingen van mensen met autisme boven tafel te krijgen. Allereerst raadpleegt hij mensen, die de klant goed kennen. Vooral de ouders zijn in dit opzicht waardevolle deskundigen. Maar ook partners, hulpverleners en de school kunnen zinvolle informatie geven over de specifieke persoonskenmerken van de klant (zie hoofdstuk 3). De trajectbegeleider leert de klant echter voorál goed kennen tijdens het werken. Als de klant aan het werk is, wordt onherroepelijk duidelijk wat zijn sterke kanten en beperkingen zijn. Daarom proberen de meeste bureaus voor deze klanten zo snel mogelijk een werkervaringsplaats of proefplaatsing te realiseren, die bij voorkeur een vaste baan kan opleveren (zie hoofdstuk 5). 8 9

2. VERTAAL HET PROFIEL De trajectbegeleider maakt op basis van de intake een profiel van de klant. Omdat werkgever en collega s rekening moeten houden met het autisme van hun nieuwe collega, vertaalt de trajectbegeleider het profiel naar concrete aanpassingen en aanwijzingen voor werkgever, leidinggevende en collega s. erman kan enorm doordraven - vooral als hij begint over zijn favoriete onderwerp wielrennen. Dat veroorzaakt de laatste tijd nogal wat ergernis bij zijn collega s, waardoor Herman zich op zijn beurt erg onzeker voelt. De jobcoach stelt voor om een signaal te bedenken dat zijn collega s kunnen afgeven als ze vinden dat Herman doordraaft. Samen bedenken ze dat de ander in dat geval zijn rechterhand opsteekt. Het werkt. Als Herman weer eens doordraaft, steekt de collega even zijn hand op en weet Herman dat hij zijn mond moet houden. Hij voelt zich daardoor niet afgewezen of gekwetst, omdat het een duidelijke afspraak is. Hij weet waar hij aan toe is. profiel opstellen Leonard is zeer gevoelig voor geluid, Jacobien werkt bij voorkeur, zonder onderbreking, de hele dag achter elkaar door, Sonja heeft de neiging voortdurend met haar collega s over paarden te praten, Vincent kan s ochtends moeilijk op gang komen en Rinus kan niet langer dan twee uur achter elkaar geconcentreerd werken. Het is van essentieel belang dat er op het werk rekening wordt gehouden met de specifieke persoonskenmerken van de klant. Werkgever/leidinggevende en collega s moeten bereid zijn hun omgang/communicatie met de klant aan te passen. Doen zij dit niet, dan is de kans groot dat de klant zich onprettig gaat voelen, slecht gaat functioneren of zelfs uitvalt. Daarom maakt de trajectbegeleider een gedetailleerd profiel van de klant: hoe ziet jouw autisme er precies uit? Wat zijn jouw specifieke persoonskenmerken? En wat zijn jouw begeleidingsbehoeften? Hij maakt dit profiel op basis van gesprekken met de klant, met mensen in diens omgeving en door de klant werkervaring te laten opdoen. Met name door dit laatste blijkt onder welke omstandigheden de klant het beste functioneert en welke aanpassingen nodig zijn. Het is belangrijk dat de leidinggevende en collega s goed worden geïnformeerd en de gebruiksaanwijzing van de klant kennen. Wij stellen samen met de klant een profiel op met zijn sterke kanten, zijn valkuilen en voorwaarden die voor hem noodzakelijk zijn. Dat profiel geven we niet af, maar bespreken we met de werkgever. We zetten dus op een rijtje wat er voor deze klant op het werk moet worden aangepast. aandachtspunten Laura Kleijn, Rozij Werk, Zwolle Op welke manier het profiel ook tot stand komt, het belangrijkste is dat het richting geeft aan de wijze waarop leidinggevende en collega s omgaan met de klant. Daarom vertaalt de trajectbegeleider het profiel naar de werksituatie. Naast concrete aanpassingen, bijvoorbeeld van werktijden of de inrichting van de werkplek, gaat het vooral om handreikingen voor de communicatie en omgang met de klant. Naast specifieke handreikingen, gaat het om algemene aanwijzingen, die gelden voor veel mensen met autisme, zoals expliciet communiceren (zie hoofdstuk 7), structuur inbouwen, planmatig werken en visualiseren (zie hoofdstuk 8). Ook belastbaarheid en het risico van overvragen en ondervragen zijn aspecten die vrijwel altijd aandacht vereisen. Het probleem van overvragen en ondervragen speelt bij mensen met autisme vrijwel altijd een rol, vooral bij mensen die intelligent zijn. De jobcoach moet altijd alert zijn op dat risico en de werkgever duidelijk maken dat hij daar ook steeds oog voor heeft. Het is de kunst om daarin een balans, het juiste evenwicht te vinden. Tom de Romijn, Bureau Arbeid, Utrecht 10 11

3. ONDERHOUD CONTACT MET RELATIES VAN DE KLANT De trajectbegeleider/jobcoach onderhoudt zowel in de intakefase als tijdens het traject contact met mensen die de klant goed kennen. Dit dient drie doelen: een goed profiel van de klant opstellen, afstemming realiseren in de begeleiding van de klant en problemen op het werk voorkomen. onique werkt al drie jaar met succes op de administratie van een meubelfabrikant, maar functioneert de laatste tijd niet goed. Ze komt vaak te laat, maakt veel fouten en zondert zich steeds meer af van haar collega s. Haar leidinggevende heeft hierover een gesprek met haar gevoerd, maar werd daarvan niet veel wijzer. Hij belt Freek, de jobcoach van Monique. Freek praat met Monique, maar komt er ook niet achter wat er nu precies speelt. Hij vraagt Monique of hij haar moeder mag bellen om te vragen hoe zij er tegenaan kijkt. Monique vindt het prima. Van Monique s moeder hoort Freek dat er bij Monique thuis een aantal weken geleden is ingebroken en dat Monique sinds die tijd erg onrustig en angstig is. informatie verzamelen Omdat mensen met autisme zelf niet altijd goed kunnen verwoorden hoe hun beperking zich uit en welke ondersteuning zij nodig hebben, heeft de trajectbegeleider ook andere mensen nodig om een goed profiel van de klant te kunnen maken. Daarom voert hij in de intake/ kennismakingsfase (ook) gesprekken met mensen die de klant goed kennen, zoals de ouders, de partner, de school en/of hulpverleners van de klant. Natuurlijk gebeurt dit altijd in overleg of samen met de klant. Belangrijkste doel is de klant zo goed mogelijk te leren kennen. neuzen dezelfde kant op Veel klanten hebben een (of meer) hulpverlener(s) of begeleider(s). De klant heeft er baat bij dat deze mensen op één lijn zitten. Dat biedt duidelijkheid en geeft houvast; iets dat voor iedereen, maar zéker voor mensen met autisme heel belangrijk is. Afstemming en overleg zijn noodzakelijk. Wij doen de intake altijd bij de mensen thuis, omdat je dan meteen een beeld krijgt van de thuissituatie van de deelnemer. Dat geeft al veel informatie. We betrekken ook het sociale netwerk van de deelnemer bij de intake en praten, indien nodig, met de hulpverlener of andere betrokkenen waarmee hij of zij te maken heeft. Want het is bij deze deelnemers heel erg belangrijk dat je allemaal dezelfde kant op werkt. Greetje Akkerman, Stam, Heerenveen problemen voorkomen en oplossen Als er problemen zijn op het werk, is het van belang dat de jobcoach begrijpt hoe dat komt. Alleen als hij inzicht heeft in de oorzaak van de problemen, kan hij bijdragen aan een oplossing. Mensen met autisme kunnen zelf niet altijd verwoorden waarom er iets mis gaat of wat de oorzaak is van het probleem. Vaak weten mensen in de omgeving van de klant dat wel. Wat thuis gebeurt, kan doorspelen op het werk en vice versa. De jobcoach onderhoudt contacten met mensen die de klant goed kennen om problemen te voorkomen en op te lossen. 12 13

4. BEGELEID DE KLANT INDIVIDUEEL Mensen met autisme hebben baat bij individuele begeleiding, omdat zij vaak zeer specifieke persoonskenmerken hebben. Hoewel er wordt geëxperimenteerd met groepstrainingen en activiteiten, wordt getwijfeld aan de effecten hiervan, omdat mensen met autisme met name problemen ondervinden in het contact en de communicatie met anderen. imon wil graag zelf werkgevers benaderen en heeft daarvoor zijn eigen methode. Hij legt alle papieren, zoals de vacature, de functie-eisen en zijn CV, voor zich neer en leest alles één, twee en soms drie keer goed door. Hij wil graag dat de trajectbegeleider tegenover hem zit, maar deze hoeft niets te zeggen of te doen. Het is Simons manier om zich te concentreren. Soms duurt het vijf, soms tien minuten voordat hij de telefoon pakt en de werkgever belt. Over het algemeen voert hij dan een uitstekend gesprek. De trajectbegeleider weet inmiddels dat Simon dit ritueel nodig heeft om een goed telefoongesprek te kunnen voeren. Omdat de eigenschappen en behoeften van klanten met autisme vaak zeer eigen en uniek zijn, is een individuele aanpak noodzakelijk. Alleen dan kan de trajectbegeleider/jobcoach met zijn ondersteuning naadloos aansluiten bij de klant. De trajectbegeleider zoekt, tast af en probeert uit om erachter te komen welke aanpak voor deze klant het meest effectief is. Er is nog een ander motief voor een individuele aanpak: mensen met autisme hebben eigenlijk altijd problemen in het contact en de communicatie met anderen en voelen zich daardoor meestal niet thuis in een groep. Zij kunnen gevoelens moeilijk onder woorden brengen, kunnen zich vaak niet goed inleven in de ander, communiceren vaak moeizaam en begrijpen nonverbale communicatie vaak niet. Gezien deze communicatieve beperkingen, veronderstellen veel ondervraagden dat een groepstraining voor mensen met autisme meestal niet zinvol is. Maar er zijn uitzonderingen. experimenten Wij doen wel groepsactiviteiten, ook met deze klanten. Als ze daarvoor gemotiveerd zijn, is er geen reden om het niet te doen. We geven bijvoorbeeld sociale vaardigheidstrainingen aan jongeren. Je ziet dat zij tips van elkaar ontvangen, oplossingen van elkaar zien en horen. Ook heeft het een functie ten aanzien van de acceptatie van de handicap. Marijke Trossèl, Heliomare, Wijk aan Zee Bureaus die klanten met autisme wél aanbieden om deel te nemen aan groepstrainingen, zien dat er weldegelijk klanten zijn die daar baat bij hebben en enthousiast deelnemen. Onder andere in het kader van het Equal Project worden experimenten uitgevoerd met groepsactiviteiten. Zo wordt er in het zuiden van het land een experiment uitgevoerd met een digitale ontmoetingsplaats voor mensen met autisme. Wij zijn in onze regio bezig met de opzet van een digitale ontmoetingsplaats voor mensen met autisme, waar het thema werken centraal staat. Mensen met autisme zijn vaak op zoek naar oplossingen en wij denken dat ze elkaar daarbij kunnen helpen. Ze kunnen elkaar informatie en feitelijke tips geven. Ook voelen mensen met autisme zich vaak alleen, omdat zij anders zijn. Via lotgenotencontact kan dat gevoel wellicht wat worden verzacht. Je realiseren dat je niet de enige bent, kan rust geven. Leo Beekmans, Beekmans & Van de Ven, Vught 14 15

5. TRAIN OP DE WERKPLEK De werkplek is de beste trainingssituatie en een uitstekende informatiebron. Al werkende blijkt wat de sterke en zwakke kanten zijn van de klant, welke vaardigheden hij moet trainen en welke aanpassingen noodzakelijk zijn. Bovendien leren mensen met autisme vooral door ervaring. Daarom is het devies: zo snel mogelijk op een werkplek. merel mus acques zou graag met hout werken, het liefste buiten in het bos. Hij wil bomen rooien, snoeien, hout stapelen, wilgen knotten. Jacques wil lekker met zijn handen werken in de open lucht. Ervaring heeft hij niet op dit gebied, maar het lijkt hem het mooiste werk dat er is. De trajectbegeleider vindt een werkervaringsplaats waar Jacques een paar weken aan het werk kan in het bosonderhoud. Na twee dagen geeft Jacques aan dat het niks voor hem is. Het is koud, lichamelijk zwaar en het geluid van de bosmaaier kan hij slecht verdragen. Hij had er zich iets heel anders bij voorgesteld. roodborst oriëntatie Veel mensen met autisme hebben een beperkt voorstellingsvermogen. Zij kunnen zich niet goed voorstellen wat bepaald werk inhoudt, of zij het leuk vinden en aankunnen. Om daar achter te komen, moeten zij het ervaren. Hoewel de leerstijl van mensen met autisme verschilt, is ervaring voor hen in het algemeen de meest effectieve manier om een realistisch beeld te krijgen van een werkplek en van werk. Daarom spelen bedrijfsbezoeken en korte stages in de oriëntatiefase een belangrijke rol. daarom zo snel mogelijk aan het werk te krijgen in een werkervaringsplaats of proefplaatsing. Natuurlijk heeft het de voorkeur dat dit in principe kan uitmonden in een arbeidscontract. Al werkende wordt duidelijk wat de sterke en zwakke kanten van de klant zijn en aan welke vaardigheden hij nog moet werken. De trajectbegeleider is veel aanwezig op het werk om de klant te trainen en te ondersteunen. Voordoen, samen doen, begeleid doen, alleen doen. Zo benoemde één van de ondervraagden de fasen van de arbeidstraining van mensen met autisme. Ik ga altijd eerst drie of vier keer met de klant kijken en praten op de werkplek voordat de klant een keuze maakt. Als hij dan voor dat werk kiest, is die keuze behoorlijk weloverwogen en is er een grote kans dat het goed gaat. Deze mensen zijn zeer goed in staat om een keuze te maken, maar je moet als trajectbegeleider voor de voorwaarden zorgen en de klant daarbij begeleiden. Henny Vreeman, Jobcoach Company, Losser Vooral jonge klanten met autisme kennen hun valkuilen op het werk nog niet. Daar komen ze het beste achter door het te ondervinden en op een verantwoorde manier tegen hun beperkingen aan te lopen. Het is belangrijk dat je dat proces goed begeleidt en ondersteunt. Daarom werken wij met de klant mee. Hoe intensief dat is, hangt af van de klant en het soort werk, maar het komt wel eens voor dat we een bepaalde periode fulltime meewerken. Jaap Adamse, Quality Coaching, Groningen trainen werkomgeving Wie een beperkt voorstellingsvermogen heeft, vindt het moeilijk om wat hij heeft geleerd in een bepaalde situatie, ook toe te passen in een andere situatie. Mensen met autisme hebben vaak moeite met deze transfer. Wat zij leren in een training, kunnen zij niet zomaar toepassen op de werkplek. Daarom is het van belang dat arbeidsvaardigheden in een zo realistisch mogelijke situatie worden getraind, bij voorkeur op de werkplek. De trajectbegeleider probeert de klant In de trainingsperiode besteden de trajectbegeleider en de klant ook expliciet aandacht aan de werkomgeving. Zij onderzoeken welke aanpassingen nodig zijn, geven leidinggevende en collega s informatie over autisme en adviseren over de wijze waarop zij het beste kunnen omgaan met hun nieuwe collega (zie hoofdstuk 2). Wanneer de leidinggevende en de collega s de klant meemaken op de werkvloer, beklijft deze informatie beter dan wanneer zij vooraf, droog, informatie krijgen.. 16 17

6. ZORG VOOR ÉÉN VASTE BEGELEIDER Omdat veel mensen met autisme moeite hebben met veranderingen, is het van belang dat zij vanaf de intake een vaste trajectbegeleider hebben, die later ook de jobcoaching uitvoert. Deze begeleider leert de klant en zijn autisme goed kennen en kan hem zodoende optimaal ondersteunen. arel hoort ruim van tevoren van zijn jobcoach Miranda dat zij per 1 maart een andere baan heeft en dat hij dus een andere jobcoach krijgt. Karel reageert eigenlijk nauwelijks op het nieuws en neemt het voor kennisgeving aan. Miranda neemt haar opvolger een paar keer mee, zodat Karel hem alvast kan leren kennen. Karel praat tijdens deze bijeenkomsten, net als anders, volop over de ervaringen op zijn werk. Als de nieuwe jobcoach voor het eerst alleen bij Karel op het werk komt, zwijgt Karel als het graf. Het duurt enkele weken voordat Karel wat spraakzamer wordt. de klant leren kennen Autisme is geen eenduidige beperking en heeft veel verschillende uitingsvormen. Hoe het autisme van de klant zich openbaart en hoe je daarmee het beste kunt omgaan, is meestal niet meteen duidelijk, temeer daar de klant niet altijd inzicht heeft in zijn eigen beperkingen. Meestal heeft de trajectbegeleider dus tijd nodig om de klant goed te leren kennen. Door veel met de klant om te gaan, samen te werken en goed naar de klant te kijken, leert hij gaandeweg hoe het autisme van de klant in elkaar zit en hoe hij daarmee het beste kan omgaan. Hij ontdekt wat werkt en wat niet werkt bij deze klant, leert zijn persoonskenmerken kennen, bedenkt creatieve oplossingen voor specifieke problemen en ontwikkelt een bepaalde omgangsstijl. De trajectbegeleider verwerft veel kennis over de klant en leert op basis daarvan steeds beter met de klant omgaan. Deze expertise is niet gemakkelijk over te dragen aan een ander. Mensen met autisme zijn zo ontzettend eigen. Dat is het mooie, maar dat maakt het ook moeilijk om hen goed te leren kennen. Je moet heel goed, en vooral onbevooroordeeld kijken, veel vragen en doorvragen. Wie is deze mens en wat heeft hij nodig? Daar kom je meestal niet zomaar achter. Dat kost tijd, is vaak ingewikkeld en je kunt je soms lelijk vergissen. Maar het is vooral ontzettend boeiend. Tom de Romijn, Bureau Arbeid, Utrecht veranderingen Mensen met autisme hebben vaak moeite met veranderingen. Zij functioneren het beste als de dingen voorspelbaar zijn, als zij weten wat komen gaat, als zaken steeds hetzelfde verlopen. Dat geeft houvast en zekerheid. Ook dit gegeven maakt het gewenst dat klanten met autisme gedurende het hele traject dezelfde begeleider hebben. Wie de intake doet, begeleidt tevens het traject en wordt later ook de jobcoach van de klant. Ik sprak een keer met een klant af om hem thuis te bezoeken in plaats van op het werk, maar dat pakte helemaal verkeerd uit. Hij wilde niet over het werk praten, want: Thuis ga je koffie drinken en praat je niet over het werk. Ik weet nu dus dat ik met hem altijd op het werk moet afspreken. Laura Kleijn, Rozij Werk, Zwolle 18 19

7. COMMUNICEER EXPLICIET Mensen met autisme hebben problemen met het verwerken van informatie. Daarom is communicatie een belangrijk aandachtpunt in de omgang met mensen met autisme. Zij zijn gebaat bij een expliciete, duidelijke, ondubbelzinnige communicatie. an heeft een gesprek met zijn leidinggevende en zijn jobcoach. Zijn baas brengt ter sprake dat Jan hem bij zijn voornaam noemt als er klanten bij zijn, terwijl hij al een paar keer tegen Jan heeft gezegd dat hij dat niet wil. Nogmaals vraagt hij Jan dit keer in het bijzin van de jobcoach - om dat niet meer te doen. Jan zegt dat dat oke is. De jobcoach gaat toch nog even door op het onderwerp. Doorvragend blijkt dat Jan de baas wél bij zijn voornaam mag noemen als er géén klanten bij zijn. Dat is een onduidelijke afspraak, die Jan moeilijk kan nakomen. De jobcoach maakt met Jan en zijn baas de afspraak dat Jan zijn baas altijd, in alle situaties, meneer de Vries noemt en dat de baas hem direct corrigeert als hij hem per ongeluk bij zijn voornaam noemt. De trajectbegeleider communiceert direct en eenduidig met de klant en geeft werkgever en collega s daarvoor concrete aanwijzingen: Zeg precies wat je bedoelt Dat heb je heel goed gedaan in plaats van: Nou, dat doe ik je niet na! Dit heb je niet goed gedaan, omdat in plaats van: Ik weet nou niet of je dat wel zo handig hebt aangepakt. Wees eerlijk, ook als de boodschap hard is Als een boodschap moeilijk of pijnlijk is, zijn we geneigd deze te verpakken. We praten er wat omheen, zeggen veel tussen de regels door en hopen dat de ander de boodschap oppikt. Bij mensen met autisme komt de boodschap op deze manier niet over. Het is noodzakelijk ook slechte boodschappen zeer direct te brengen. Communiceer direct/directief Je moet dit vandaag als eerste doen, want ik moet daarmee verder in plaats van: Het zou heel mooi zijn als je daar vandaag aan toe komt. Maak duidelijke afspraken en geef duidelijke opdrachten Ik bel je maandag om 3 uur thuis op in plaats van: Ik bel je begin volgende week. Wij gebruiken de methodiek van de vijf vragen. Als je de klant een opdracht geeft, moet je vijf vragen kunnen beantwoorden: wie, wat, waar, hoe en wanneer. Je zegt dus niet: Wil jij dat telefoontje even plegen? Maar je zegt: Hier heb je het telefoonnummer van meneer van Dam. Wil jij hem vandaag om 9 uur bellen, als je op je kamer bent, en aan hem vragen of je om 1 uur bij hem kan langskomen? Annelies Akker, Heliomare, Wijk aan Zee Vermijd beeldspraak, dubbelzinnigheden of multi-interpretabele uitspraken Vaak begrijpen mensen met autisme beeldspraak niet; zij nemen metaforen vaak letterlijk. Bijvoorbeeld: Je moet nog wel de puntjes op de i zetten. Wees alert op sociaal gewenste antwoorden Veel mensen met autisme hebben de neiging sociaal gewenste antwoorden te geven. De begeleider houdt hier rekening mee. Ik heb een deelnemer die erg weinig praat en als ik vraag hoe het gaat, zegt hij steevast alleen maar Goed. Dat antwoord zegt niks, want ook als er problemen zijn, geeft hij dat antwoord. Daarom praat ik soms bewust eerst even met zijn leidinggevende, zodat ik weet wat er speelt en ik gerichte vragen aan de deelnemer kan stellen. Check of grappen overkomen Greetje Akkerman, STAM, Heerenveen Hoewel ook mensen met autisme humor hebben, ontstaan er nogal eens problemen naar aanleiding van grappen. Zij begrijpen grappen niet altijd, doordat deze vaak beeldspraak bevatten of doordat zij de grap verkeerd interpreteren. Het is belangrijk dat collega s dat weten en checken of hun grap bij de klant overkomt. Een klant vroeg aan een collega: Hé, jij werkt toch op de eerste etage? Waarom zie ik je hier dan steeds lopen? De collega grapte: Ja, ik heb een wandelkaart, dus ik mag overal komen. De klant liep vervolgens naar de chef en vroeg of hij ook een wandelkaart kan krijgen. De chef snapte het natuurlijk niet en toen duidelijk werd dat het een grapje was, voelde de klant zich heel ongelukkig. Hij vatte het op als pesten. Laura Kleijn, Rozij Werk, Zwolle 20 21

8. BIED STRUCTUUR EN WERK PLANMATIG Mensen met autisme functioneren het beste in gestructureerde, voorspelbare, herkenbare situaties. Dit geeft hen rust en houvast. De trajectbegeleider/jobcoach werkt zeer gestructureerd, houdt in de gaten of er op het werk voldoende structuur wordt aangebracht en geeft daarvoor concrete aanwijzingen aan de werkgever/ leidinggevende. - taken opdelen in stappen en deze stappen benoemen - één opdracht tegelijk geven - werken met takenlijstjes, bijvoorbeeld per dag - werken met een (vastgelegde) tijdsplanning - de volgorde van werkzaamheden vastleggen eanette heeft zich ziek gemeld. Bij navraag van de jobcoach blijkt dat zij gisteren plotseling werd ingezet op een andere afdeling, omdat het daar erg druk was. Zij voelde zich niet op haar gemak tussen de nieuwe collega s en wist niet goed hoe ze de werkzaamheden moest aanpakken. Ze durfde het niet te bespreken met de leidinggevende van die afdeling, omdat ze die niet kent. Ze is bang dat ze vandaag weer wordt ingezet op de andere afdeling en heeft zich daarom maar ziek gemeld. vast aanspreekpunt Mensen met autisme hebben baat bij een vaste contactpersoon op het werk, die hen begeleidt en als vraagbaak en steun fungeert. Het is raadzaam een tweede begeleider aan te stellen die de honneurs waarneemt op dagen dat de vaste contactpersoon er niet is. De klant moet altijd weten bij wie hij terecht kan als hij vragen of een probleem heeft. Wij stellen als voorwaarde dat de werkgever een vaste mentor aanstelt. Dat is zeker voor mensen met autisme heel belangrijk. Gaandeweg het traject zie je dat de mentor steeds meer inzicht krijgt in de deelnemer en zijn autisme en er steeds beter mee om leert gaan. Dat heeft een positief effect op het functioneren van de deelnemer. Irene Ypma, STAM, Heerenveen onverwachte situaties vermijden Voorspelbaarheid biedt mensen met autisme houvast. Daarom werken jobcoach en leidinggevende zoveel mogelijk volgens vaste patronen en confronteren zij de klant zo min mogelijk met onverwachte situaties. Je kunt iemand met autisme die aan het werk is, beter niet ineens vragen of hij je even kan helpen met iets anders. Ook vragen of hij vandaag op een andere werkplek wil zitten of twee uurtjes kan overwerken kun je beter nalaten. Zulke vragen kunnen veel onrust veroorzaken en soms zelfs paniek. Het geeft deze mensen rust en houvast als ze precies weten wat hen vandaag en morgen te wachten staat. voorbereiden op veranderingen Ton Pluijm, Jobstap, Oosterbeek Het belang van voorspelbaarheid en herkenbaarheid betekent dat de jobcoach/leidinggevende de klant ruim van tevoren voorbereidt op grote én kleine veranderingen, bijvoorbeeld: er komt een nieuwe collega, of de klant krijgt een andere werkplek. De jobcoach/leidinggevende zorgt ervoor dat de klant weet wat er komen gaat. afgebakend takenpakket Onduidelijkheid over taken geeft onrust. Daarom heeft de werknemer een duidelijk afgebakend takenpakket, zonder open eindjes. Hij weet precies wat hij moet doen en wat er van hem wordt verwacht. De taken zijn duidelijk omschreven en dus schriftelijk vastgelegd. duidelijke afspraken maken De jobcoach/leidinggevende maakt duidelijke afspraken met de klant, legt deze zoveel mogelijk vast en komt deze altijd na. Het is effectief om van bepaalde afspraken regels te maken. Het is bijvoorbeeld de regel dat de klant s ochtends eerst met zijn leidinggevende een takenlijstje opstelt voor de dag. planmatig werken Mensen met autisme werken graag planmatig en functioneren dan het beste. De leidinggevende kan de planmatigheid in het werk bevorderen door onder andere de volgende maatregelen: visuele ondersteuning bieden Informatie beklijft beter wanneer deze op verschillende manieren wordt aangeboden: auditief én visueel. Daarom maakt de jobcoach/leidinggevende afspraken en boodschappen zoveel mogelijk visueel door middel van bijvoorbeeld schema s, pictogrammen, een agenda en lijstjes. 22 23

9. GA WELOVERWOGEN OM MET PREOCCUPATIES Vaak hebben mensen met autisme een preoccupatie: een specifieke, obsessieve interesse in een bepaald onderwerp of kennisgebied. De trajectbegeleider onderzoekt in hoeverre de preoccupatie is te vertalen naar werk. Dit is echter niet per definitie gewenst, omdat de preoccupatie zeer obsessief kan zijn. Ik heb een klant met een preoccupatie voor plattegronden. Hij kent bij wijze van spreken elk zandpad. Deze man heeft een baan gekregen bij staatsbosbeheer en moet onder andere kaarten tekenen. Dat is geweldig. Hij doet zijn werk uitstekend en heeft er veel plezier in. Mooie bijkomstigheid is dat hij veel positieve feedback en complimenten krijgt. Marcel Beunkes, Wesseling Groep, Amerongen ieke is gepreoccupeerd door God en wil werk doen dat in dienst staat van haar geloof in God. Het is niet eenvoudig om aan die wens tegemoet te komen, maar na wat zoeken kan zij als hulp van een koster aan de slag in een kerk van de Pinkstergemeente. Aanvankelijk lijkt het mis te gaan, omdat zij tegenover iedereen die ze daar tegenkomt over God begint te praten en getuigenissen aflegt over haar geloof. De jobcoach maakt de volgende afspraak: Je kunt in het huis van God werken, maar je mag niet over God praten. Dat is niet je werk. We spreken af dat je niet meer met de collega s over God praat, maar elke keer als ik kom, praten we eerst een kwartier over God. Mieke werkt inmiddels drie jaar bij de Pinkstergemeente. sterke drive Als een klant een preoccupatie heeft, onderzoekt de trajectbegeleider, samen met de klant, in hoeverre er werk is te vinden dat aansluit bij deze interesse. In principe is de preoccupatie namelijk een fantastische drive; het is dé motiverende kracht van mensen met autisme. Natuurlijk sluit je bij elke klant aan bij zijn interesses, maar bij mensen met autisme is dat nóg belangrijker. Bij gezonde mensen komt hun motivatie vaak ook voort uit een bepaald toekomstbeeld: ze willen bijvoorbeeld een huis kopen of een gezin stichten. Dat vooruitkijkend perspectief hebben mensen met autisme vaak veel minder. Zij halen hun motivatie in de eerste plaats uit hun interesses. Dat is vaak hun enige drijfveer. Elsbeth van de Ven, Beekmans & van de Ven, Vught risico s Toch is het niet per definitie gewenst dat mensen met autisme werk doen dat is gerelateerd aan de preoccupatie. Als de preoccupatie te obsessief is, kan de klant zijn aandacht niet meer richten op andere zaken en is het beter dat hij werk zoekt dat niets met de preoccupatie te maken heeft. Klanten stemmen hiermee niet altijd even gemakkelijk in, omdat zij niets liever willen dan bezig zijn met hun preoccupatie. Het is overigens niet zinvol om een obsessieve preoccupatie te negeren of trachten te onderdrukken. De klant moet ruimte hebben om iets met de preoccupatie te doen. Het is de opgave van de trajectbegeleider/jobcoach deze ruimte af te bakenen en te begrenzen, bijvoorbeeld door af te spreken dat de klant in de pauzes iets met zijn preoccupatie kan doen of uitsluitend in zijn vrije tijd. Ik had een klant met een preoccupatie voor boekhouden en hij wilde persé boekhouder worden. Dat is gelukt, maar hij is na een tijdje psychotisch geworden. Hij was te obsessief en veel teveel gefocussed op zijn preoccupatie. Achteraf gezien was het in dit geval niet goed om werk te zoeken bij zijn preoccupatie. Tom de Romijn, Bureau Arbeid, Utrecht De ondervraagden kennen allemaal voorbeelden van mensen die succesvol werken in een baan die te maken heeft met hun preoccupatie. In die gevallen is de preoccupatie de sterke kant van de klant: hij is ergens heel erg goed in en onderscheidt zich daarmee in positieve zin van anderen. 24 25

10. KIJK ONBEVOOROORDEELD NAAR SOORTEN WERK De trajectbegeleider kijkt onbevooroordeeld en kritisch naar de soorten werk die voor de klant in aanmerking komen. Soms zijn er meer mogelijkheden dan in eerste instantie wordt verondersteld en soms zijn er minder mogelijkheden dan verwacht. teef werkt in het Land van Ooit. Hij is één van de figuren, die door het park lopen om de bezoekers te animeren. Hij kent deze rol goed en speelt hem uitstekend. instantie niet geschikt, maar als deze gesprekken volgens een bepaald protocol moeten worden gevoerd, kan iemand met autisme dit werk uitstekend uitvoeren. Tegenwoordig moet je voor ongeveer alle functies over communicatieve vaardigheden beschikken. Voor mensen met autisme is het spectrum van beroepsmogelijkheden daardoor kleiner geworden. We moeten zoeken naar nieuwe mogelijkheden, maar tegelijkertijd moeten we de waarde van communicatieve vaardigheden ook niet overdrijven en altijd heel goed kijken of communicatie écht zo belangrijk is in deze baan. Henny Vreeman, Jobcoach Company, Losser anneke werkt succesvol bij een callcentre. Zij moet mensen volgens een standaardprocedure telefonisch twaalf meerkeuzevragen stellen over een bepaald onderwerp en de antwoorden registreren in de computer. an Kees werkt bij de helpdesk van de belastingdienst. Hij beoordeelt onder welk onderwerp de vraag van de beller valt en verbindt hem vervolgens door naar de juiste deskundige. minder mogelijkheden dan verwacht Mensen met een hoge intelligentie worden vaak geconfronteerd met de andere kant van de medaille. Omdat zij een hbo of universitaire opleiding hebben gevolgd, lijkt het alsof zij in maatschappelijk opzicht een scala van mogelijkheden hebben. Maar omdat banen op dat niveau meestal competenties vereisen waarover mensen met autisme niet beschikken, zijn die verwachtingen niet realistisch. Zij lopen in banen op hun niveau onherroepelijk tegen hun beperkingen aan. Daarom moeten deze klanten vaak kiezen voor werk dat onder hun niveau ligt. De trajectbegeleider is zich hiervan bewust, schetst een realistisch beeld van de competenties die vereist zijn en helpt de klant een realistische keuze te maken. ichel heeft Grieks en Latijn gestudeerd. Hij werkt als archivaris in een archief van een bibliotheek waar veel Latijnse boeken staan. meer mogelijkheden dan verwacht Op basis van de beperkingen die autisme met zich meebrengt, zijn bepaalde soorten werk ongeschikt voor mensen met autisme. Zo kunnen zij geen werk doen waarin zich veel open situaties voordoen, waar zij veel initiatieven moeten nemen, waar sociale en communicatieve vaardigheden belangrijk zijn en zij zich moeten inleven in anderen of intensief moeten samenwerken. Uit de ervaringen van de ondervraagden blijkt echter dat dit geen wet van meden en perzen is. de werkgever De trajectbegeleider kijkt niet alleen kritisch naar het soort werk, maar ook naar de werkgever. Het is immers van essentieel belang dat die bereid is rekening te houden met het feit dat zijn nieuwe werknemer autisme heeft. Hij moet weten wat dat in de praktijk betekent en moet bereid zijn zaken aan te passen. De werkgever moet zich realiseren dat hij altijd rekening zal moeten houden met de beperkingen van de werknemer. Je ziet wel eens dat werkgevers het na een tijdje zat worden; zo van nu moet het maar eens over zijn, maar het gaat nooit over. Het is heel belangrijk dat de werkgever daarvan is doordrongen. Marijke Trossèl, Heliomare, Wijk aan Zee Er zijn werksoorten die bij nadere beschouwing weldegelijk in aanmerking komen, die minder communicatief en open zijn dan aanvankelijk wordt verondersteld. De voorbeelden hierboven illustreren dat. Het voeren van telefoongesprekken met klanten lijkt bijvoorbeeld in eerste 26 27

11. BIED STRUCTUREEL JOBCOACHING Voor mensen met autisme is het noodzakelijk dat zij altijd, gedurende hun hele carrière, een jobcoach hebben waarop zij, als dat nodig is, kunnen terugvallen. Er kunnen zich op het werk altijd situaties voordoen die hun functioneren negatief beïnvloeden. Ondersteuning van een jobcoach in zulke situaties kan uitval voorkomen. ianne werkt nu ruim vier jaar met veel plezier bij een tuinder. Zij heeft een duidelijk takenpakket, doet haar werk goed en voelt zich thuis in het kleine bedrijf. Dan neemt haar werkgever een tuincentrum in de buurt over. Het bedrijf wordt hierdoor niet alleen veel groter, ook de bedrijfsvoering verandert ingrijpend. Lianne krijgt andere taken, een andere werkplek en nieuwe collega s. Ze kan deze veranderingen niet aan en verdwijnt in de ziektewet. Als de klant na enige tijd gewend is aan zijn werk, de juiste aanpassingen zijn doorgevoerd en collega s en leidinggevende goed met de klant hebben leren omgaan, kan de klant het vaak zonder ondersteuning van de jobcoach af. Toch is het noodzakelijk dat mensen met autisme altijd een beroep kunnen blijven doen op een jobcoach. Autisme is niet te genezen, maar mensen met autisme kunnen wel vaardigheden aanleren, beter met hun beperking leren omgaan, zich ontwikkelen. Bepaalde dingen zullen echter altijd problematisch blijven. Daarom hebben deze mensen niet alleen in het begin, maar altijd een jobcoach nodig, waarop zij als dat nodig is een beroep kunnen doen. veranderingen Ad Schaffelaars, Wesseling Groep, Amerongen Er kunnen zich op het werk altijd gebeurtenissen voordoen die de klant uit zijn evenwicht brengen en zijn functioneren belemmeren. Hij krijgt bijvoorbeeld een nieuwe leidinggevende, zijn afdeling verhuist, een goede collega vertrekt of zijn takenpakket verandert. De impact van zulke veranderingen kunnen voor mensen met autisme zeer ingrijpend zijn. Het risico bestaat dat de klant door zo n verandering, zonder ondersteuning van een jobcoach, tijdelijk of definitief uitvalt. Ook gebeurtenissen in de privésfeer kunnen een vergaande invloed hebben op het functioneren op het werk. Een goede begeleiding van een jobcoach, die ook contacten onderhoudt met de mensen in de omgeving van de klant, kan escalatie voorkomen. gewenning Vaak is er na enige tijd sprake van een stabiele situatie op het werk. Leidinggevende en collega s zijn aan hun nieuwe collega gewend en weten inmiddels hoe zij het beste met hem kunnen omgaan. Deze gewenning brengt echter ook het risico met zich mee dat de aandacht voor aanpassingen verslapt of dat collega s zich gaan ergeren aan bepaald gedrag van de klant. De jobcoach is alert op dit risico en anticipeert hierop. Mensen met autisme hebben altijd ondersteuning van een jobcoach nodig, al wordt dat, als het goed is, gaandeweg wel minder intensief. Maar helemaal loslaten betekent vaak dat de werkomgeving de klant gaat overvragen, dat collega s sluipenderwijs minder rekening gaan houden met de beperkingen van de klant. Er moet altijd iemand zijn, die kan bijsturen, meedenken en ondersteunen. Ton Pluijm, Jobstap, Oosterbeek 28 29

12. ZORG VOOR EEN COMPETENTE TRAJECTBEGELEIDER/JOBCOACH De voorgaande hoofdstukken beschrijven impliciet over welke competenties de trajectbegeleiders en jobcoaches van mensen met autisme moeten beschikken. Duidelijk is dat de begeleiding van mensen met autisme een veelomvattende en specifieke deskundigheid vereist. Een greep uit de uitspraken van de ondervraagden over de vereiste competenties. Je moet heel consequent zijn, planmatig en stapsgewijs werken en alles zo concreet mogelijk maken. Altijd alert zijn en checken: begrijpt de ander mij? En begrijp ik de ander goed? Irene Ypma, Stam, Heerenveen Je moet kennis hebben over autisme, maar vooral ervaring hebben met deze doelgroep. Wie geen ervaring heeft, krijgt het heel moeilijk en trapt in alle valkuilen. Affiniteit is niet voldoende. Je moet onderzoeken en kunnen uitleggen hoe je met deze klant moet omgaan, je moet werkplekken kunnen beoordelen en je moet de kenmerken van de klant kunnen vertalen naar werk. Dat leer je niet door het lezen van boeken over autisme. Ton Pluijm, Jobstap, Oosterbeek Je moet de klant niet autistischer maken dan hij is. Alert zijn op waar je het kunt doorbreken. Niet alleen maar meegaan in het autistische, maar ook duidelijk maken dat er heleboel dingen zijn waarin de klant gewoon is. Of als iets goed gaat, kijken of je misschien wat aanpassingen kunt schrappen. Wij leggen de lat hoog. Ervaring met de doelgroep is de belangrijkste eis, we werken namelijk alleen met doelgroepspecialisten. Maar daarnaast vereisen wij een commerciële instelling, dat wil zeggen dat men doelgericht kan werken en kennis heeft van arbeidsbemiddeling. Onze opdracht is immers het zoeken van een passende baan en daar worden we ook op afgerekend. Jaap Adamse, Quality Coaching, Groningen De begeleider moet op een hele specifieke manier naar de klant kunnen luisteren en kijken; wat hij ziet kunnen vertalen naar de werkvloer. Je moet kunnen herkennen en erkennen, kunnen snappen hoe de klant op dingen reageert, je moet eenrichtingsverkeer aankunnen, maar je moet het vooral leuk vinden, je moet iets hebben met deze klanten. Laura Kleijn, Rozij Werk, Zwolle Marijke Trossèl, Heliomare, Wijk aan Zee Het klinkt wat paradoxaal, omdat je werkt met mensen die hele rigide gedragspatronen hebben, maar je moet zeer flexibel zijn, nergens van staan te kijken. Je moet heel goed kunnen doorvragen, kunnen kijken en luisteren en, misschien wel het belangrijkste: je moet de ander onvoorwaardelijk accepteren. Je moet een zwak hebben voor mensen met autisme, het aanvoelen. Je moet relatiegericht werken kunnen loslaten, want je bouwt met deze mensen geen relatie op zoals je dat met andere klanten doet. Je moet ertegen kunnen dat je weinig of niets terugkrijgt. Wat op gevoelsniveau ligt, moet je kunnen vertalen naar een rationeel niveau. Henny Vreeman, Jobcoach Company, Losser Tom de Romijn, Bureau Arbeid, Utrecht Je moet voortdurend inschattingen maken en deze checken: Zit ik goed? Schat ik dit juist in? Heeft dat inderdaad deze betekenis voor de klant? Je moet meer dan bij de gemiddelde klant in de huid van de ander kunnen kruipen, je inleven. Omdat dat vaak heel moeilijk is, hebben wij regelmatig intercollegiale toetsing, waar we klanten kunnen inbrengen en bespreken. Marcel Beunkes, Wesseling Groep, Amerongen Je moet zeer creatief zijn: relevante aanpassingen op de werkvloer aandragen, goede oplossingen bedenken en creatief kijken welk werk deze klant zou kunnen doen, wat het beste past bij deze klant. Creativiteit is een zeer belangrijke competentie. Elsbeth van de Ven, Beekmans & van de Ven, Vught 30 31

aantekeningen