III. Rapportage Civiel (beslissingsdiagnostiek jeugd) 7. Rapportages civiel (bladzijde 26) 7.1 Jeugdigen 7.1.1 Productie 7.1.



Vergelijkbare documenten
Het NIFP in getal 2014

Aan: Zorgaanbieders DB(B)C Afzender: Projectorganisatie DB(B)C

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Vers van de pers: recidive na forensische zorg

ACCCOUNTANTSPROTOCOL GENORMEERDE PRESTATIE- INDICATOREN FORENSISCHE PSYCHIATRIE 2017

ACCCOUNTANTSPROTOCOL GENORMEERDE PRESTATIE- INDICATOREN FORENSISCHE PSYCHIATRIE 2018

Forensisch onderzoek in civielrechtelijk kader

Beveiliging Forensisch Psychiatrische Afdelingen. Inspectiebericht Themaonderzoek

AANWIJZING CONTROLEPROTOCOL PRODUCTIEVERANTWOORDINGEN FORENSISCHE ZORG 2011

Sessie Weigerende observandi. Kijken naar mensen die niet bekeken willen worden

Samenvatting. Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum Cahier

Het Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie en Psychologie

Het adolescentenstrafrecht

Samenvatting. Aanleiding onderzoek

Frequently Asked Questions (FAQ) aan IFZ

HET KENNISINSTITUUT VOOR FORENSISCHE PSYCHIATRIE EN PSYCHOLOGIE NIFP NEDERLANDS INSTITUUT VOOR FORENSISCHE PSYCHIATRIE EN PSYCHOLOGIE

Het Pieter Baan Centrum. Algemene informatie

Stelselwijziging Jeugd. Factsheet. De uitvoering van het jeugdstrafrecht. Na inwerkingtreding van de Jeugdwet

Vacatureomschrijving gecombineerde praktijkopleidingsplaats voor GZpsycholoog

Juridische basiskennis over de maatregel TBS, oplegging en verlenging

PIJ-indicatie, beelden en effecten

Informatie Piet Roordakliniek. Tactus

het veld in beweging kennis tussen de disciplines verbonden alle cijfers van 2012

TBS uit de gratie. K.P.M.A. Muis L. van der Geest

Stelselwijziging Jeugd. Factsheet. De uitvoering van het jeugdstrafrecht. Na inwerkingtreding van de Jeugdwet

Inkoopgids Forensische Zorg

Spelregels. DBBC-registratie fz. Versie

De uitvoering van het jeugdstrafrecht

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Hoe beïnvloedt de scheiding de advisering rond strafrechtelijke of civielrechtelijke plaatsing?

Criminaliteit en Verslaving

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 11 oktober 2013 Onderwerp Weigerende observandi

Haalbaarheidsstudie 2 Recidivemeting forensische zorg

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Inhoud. Deel I Inleidende beschouwingen 1. Deel II Juridische beschouwingen 17. Hoofdstuk 1 Gedragsdeskundigen in strafzaken 3

Inhoudsopgave. Voorwoord / 5. Lijst van gebruikte afkortingen / 13. Het materiële strafrecht. 1. Inleiding / 17

PIJ-jongeren in observatie

Voor de ontwikkeling van de werkwijze is binnen het ForCA de werkgroep observatiemethodiek in het leven geroepen. Deze heeft naar eigen zeggen de

BIJLAGE E Definitielijst

Panische paniek voor de PIJ

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

P R O J U S T I T I A

INHOUD. Afkortingen / XIII

Datum 30 juni 2016 Onderwerp Inzet en verlenging van de maatregel van terbeschikkingstelling met verpleging van overheidswege

Samenvatting. Aanleiding onderzoek

Landelijke bestemming voor klinische observatie. Een beter beeld dankzij de diepgang. Ontwikkelingen rondom adolescenten

Maatregelopties voor jong volwassenen: Gedragsbeïnvloedende Maatregel, Plaatsing in een Inrichting voor Jeugdigen. Terbeschikkingstelling

Forensisch Beschermd Wonen Het Hoogeland. informatie voor verwijzers

Mr Henk van Asselt. Werkzaam op het advocatenkantoor te Roosendaal. Strafrechtadvocaat. Lid van de Nederlandse Vereniging van Strafrechtadvocaten

Spelregels fz DBBC-registratie fz. Versie

Wet Maatregel Wie bevoegd? In welke gevallen? Wetboek van

Voorwoord. We hopen dat dit jaarbericht op een aantrekkelijke en heldere manier duidelijk maakt wat het NIFP doet en waar wij voor staan.

Informatie voor betrokkenen

Handleiding weigerende verdachten

Nationaal (F)ACT congres Gewoon Leven. ACT voor jongeren

Beleidskader Plaatsing TBS dwang

De gevolgen scheiding (strafciviel) voor behandeling en beleid. Christian van Dam, 27 mei 2010

Adolescentenstrafrecht

Inkoopgids fz DBBC's ambulant, klinisch en TBS dwang. Versie 1.0 definitief

SAMENVATTING Inleiding Methode van onderzoek

Psychologische en psychiatrische rapportage in strafzaken. Informatie voor onderzochte

NIFP OPLEIDING RAPPORTEUR NIFP. Verdiep en vergroot uw kennis van de forensische diagnostiek!

6 Forensische aspecten Aandachtspunten 134 Noten 134

Wet forensische zorg vanaf

Samenvatting. Vraagstelling en aanpak. Conclusies

Oorzaken en achtergronden van delinquent gedrag in de huidige samenleving. HOVO 5 Klaas van Tuinen

Het adolescentenstrafrecht

Samenvatting. Doelstelling en onderzoeksvragen

ECLI:NL:RBROT:2017:6331

Tenuitvoerlegging van sancties

De psychiater aan de Pompstationsweg

Vervolging. N.E. de Heer-de Lange

Factsheet Jeugd in cijfers

Registratie-eisen en toetsingsprocedure Forensische Psychiatrie, Forensische Psychologie en Forensische Orthopedagogiek 003

Dit is DJI x2x2½ 34% - 66% Juni In cijfers en feiten. gebaseerd op 2015

Spelregels. DBBC-registratie fz. Versie

Wie is de klant. Peter Bakker

Gevangeniswezen: kenmerken van strafrechtelijk gedetineerden a

Veiligheidshuis Regio Utrecht. Jaarverslag Veiligheidshuis Regio Utrecht

Toelichting zorgprofielen fz 2013

Meldingsformulier Centrale Toegang Beschermd Wonen en Ambulante Begeleiding door instellingen voor maatschappelijke opvang

VVRVereniging van Pro Justitia Rapporteurs

Nieuwsbrief forensische zorg Nr 2, mei 2012

Autisme spectrum stoornissen en delinquentie

De enkelvoudige kamer: de politierechter

betreft: [klager] datum: 15 december 2010

Uitvoeringsregels Forensische Zorg DBBC s 2013

Recidive na forensische zorg

Vernieuwing = Verbetering? De Wet Forensische Zorg naar aanleiding van het project Vernieuwing Forensische Zorg

Uitvoeringsproces Gedragsbeïnvloedende maatregel

Forensisch Psychiatrisch Centrum de Kijvelanden. Over TBS

44 de psycholoog / april 2011

DPENBAAR MINISTERIE. College van procureurs-generaal. 2595AJ Den Haag

Omvang van verschillende sanctiegroepen; volwassen en jeugdige daders met minstens één strafzaak afgedaan in 1997

Dubbele diagnosemonitor

Wie zijn onze patiënten?

NEDERLANDSE ORDE VAN ADVOCATEN

Oriëntatiepunten straftoemeting jeugd Amsterdam

Dit is DJI. 5x2x2½ % - 66% Juni In cijfers en feiten. gebaseerd op 2017

13 juli 2018, versie 2.0 TBS Dwang

Transcriptie:

Jaarcijfers NIFP 2014: Inhoud I. Zorg 1. Zorg Gevangeniswezen (bladzijde 2) 1.1 Productie 1.2 Populatie 2. Zorg Directie Bijzondere Voorzieningen (bladzijde 5) 2.1 Productie 2.2 Populatie II. Rapportage Straf 3. Consultatie rechtspleging (bladzijde 8) 3.1 Volwassenen 3.1.1 Productie 3.1.2 Populatie 3.2 Jeugdigen 3.2.1 Productie 3.2.1 Populatie 4. Opleggingsrapportage ambulant (bladzijde 10) 4.1 Volwassenen 4.1.1 Productie 4.1.2 Populatie 4.2 Jeugdigen 4.2.1 Productie 4.2.2 Populatie 5. Opleggingsrapportage klinisch (bladzijde 17) 5.1 Volwassenen 5.1.1 Productie 5.1.2 Populatie 5.2 Jeugdigen 5.2.1 Productie 5.2.2 Populatie 6. Tenuitvoerleggingsrapportage (bladzijde 23) 6.1 Volwassenen 6.1.1 Productie 6.1.2 Populatie III. Rapportage Civiel (beslissingsdiagnostiek jeugd) 7. Rapportages civiel (bladzijde 26) 7.1 Jeugdigen 7.1.1 Productie 7.1.2 Populatie IV. Indicatiestelling Forensische Zorg 8. IFZ: klinische indicatiestelling forensische zorg (bladzijde 28) 1

I. Zorg 1. Zorg Gevangeniswezen 1.1 Productie In 2014 hebben psychiaters en SPV s van het NIFP binnen PI s en HvB s 10.922 zorgconsulten verricht. 1 Deze consulten betroffen 3.354 verschillende gedetineerden (patiënten): een gemiddelde van 3,3 consulten per persoon. Tabel 1 geeft een overzicht van de frequentie en de verdeling van de zorgconsulten. Tabel 1: Patiënten naar frequentie zorgconsulten (GW 2014) Aantal consulten per persoon Aantal patiënten % 1 consult 1307 39,0 2 consulten 661 19,7 3 consulten 414 12,3 4 consulten 279 8,3 5 consulten 182 5,4 6-10 consulten 377 11,2 11-20 consulten 107 3,2 21-36 consulten 26 0,8 Totaal 3.354 Deze consulten waren als volgt verdeeld over de verschillende patiëntgebonden zorgproducten volgens het Productportfolio Zorg van het NIFP. Daarnaast worden de aantallen patiënten getoond aan wie deze producten ten goede kwamen. Tabel 2: Consulten en betrokken patiënten per zorgproduct (GW 2014) Soort consult Aantal consulten % Aantal patiënten 2 2a. Intake: diagnostiek en behandeladvies 2.228 20,4 1.965 psychiatrische zorg 2b. Verkorte intake /Herintake bij overplaatsing 604 5,5 536 3a. Kort behandel consult 3.666 33,6 1.427 3b. Lang behandelconsult 2.828 25,9 1.223 4a. Spoedconsult 311 2,8 277 4b. Crisisinterventie 43 0,4 42 5a. RM/IBS procedure 29 0,3 21 5b. Geneeskundige Verklaring RM/IBS 21 0,2 21 6a. Verwijzing tijdens detentie in het kader van 75 0,7 70 forensische zorg (PPC/fGGZ) 6b. Verwijzing bij einde detentie (Ontslag- en 47 0,4 42 vervolgzorg) 9. ISD-intake 186 1,7 167 10. Psychiatrische/psychologische beoordeling 36 0,3 35 t.b.v. een forensisch behandeltraject 11. TBS-passantenbeoordeling 3 1 14. SPV-consult 739 6,8 206 Anders/onbekend 109 1,0 102 Totaal 10.922 1 Vanwege omissies in de registratie komt dit totaal soms niet overeen met de in de tabellen getoonde totalen. 2 Aan één patiënt kunnen meerdere typen zorgproducten ten goede zijn gekomen. Hierdoor is sprake van dubbeltellingen, waardoor de genoemde aantallen patiënten niet kunnen worden opgeteld. 2

1.2 Populatie Geslacht Van de GW-populatie in zorg in 2014 was 6% vrouw (tabel 3). Aan hen werden 7,6% van de zorgconsulten verricht. Gemiddeld aantal consulten voor vrouwen is 4,1 (voor mannen 3,2). Tabel 3: Zorgconsulten en patiënten per geslacht (GW 2014) Geslacht Aantal consulten % Aantal patiënten % Man 10.087 92,4 3.149 93,9 Vrouw 828 7,6 202 6,0 Onbekend 7 3 0,1 Totaal 10.922 3.354 Leeftijd De zorgconsulten waren als volgt verdeeld over de verschillende leeftijdscategorieën. Tabel 4: Zorgconsulten en betrokken patiënten per leeftijdscategorie (GW 2014) Leeftijdscategorie Aantal consulten % Aantal patiënten 3 18-30 jaar 3.423 31,3 1.240 31-40 jaar 3.653 33,4 1.249 41-50 jaar 2.767 25,3 987 50-60 jaar 874 8,0 312 61 en ouder 205 1,9 85 Totaal 10.922 Ziektebeeld De zorgconsulten waren als volgt verdeeld over de verschillende ziektebeelden. Daarnaast worden de met deze ziektebeelden gediagnosticeerde aantallen patiënten getoond. Tabel 5: Zorgconsulten en betrokken patiënten per ziektebeeld (GW 2014) Type ziektebeeld (DSM-IV, ASI) Aantal consulten % Aantal patiënten 4 ADHD 1.231 15,6 369 Affectieve beelden 1.466 18,5 529 Gedragsstoornis 96 1,2 51 Organisch psychosyndroom 109 1,4 49 Ontwikkelingsstoornis Jeugd 124 1,6 49 Parafilie 9 0,1 6 Psychotisch beeld 1.479 18,7 575 Restgroep 789 10,0 314 Geen ziektebeeld 1.051 13,3 560 Uitgestelde diagnose 1.562 19,7 679 Totaal 7.916 3 Na hun verjaardag kunnen patiënten in een andere leeftijdscategorie vallen. Hierdoor ontstaan dubbeltellingen, waardoor de genoemde aantallen patiënten niet kunnen worden opgeteld. 4 Patiënten kunnen meerdere ziektebeelden en/of persoonlijkheidsstoornissen hebben en/of verschillende middelen gebruiken. Hierdoor is sprake van dubbeltellingen, waardoor de genoemde aantallen patiënten niet kunnen worden opgeteld. 3

Middelengebruik De zorgconsulten waren als volgt verdeeld over de verschillende typen middelengebruik. Daarnaast worden de met deze typen middelengebruik gediagnosticeerde aantallen patiënten getoond. Tabel 6: Zorgconsulten en betrokken patiënten per type middelengebruik (GW 2014) Type middelengebruik (DSM-IV, ASI) Aantal consulten % Aantal patiënten Alcohol 868 13,4 344 Cannabis 887 13,7 349 Anders/poly 3.430 52,9 1270 Geen middelen 1.304 20,1 524 Totaal 6.489 Persoonlijkheidsstoornis De zorgconsulten waren als volgt verdeeld over de verschillende persoonlijkheidsstoornissen. Daarnaast worden de met deze persoonlijkheidsstoornissen gediagnosticeerde aantallen patiënten getoond. Tabel 7: Zorgconsulten en betrokken patiënten per type persoonlijkheidsstoornis (GW 2014) Type persoonlijkheidsstoornissen (DSM-IV, ASII) Aantal consulten % Aantal patiënten Cluster A 42 0,5 25 Cluster B 2.085 26,1 804 Cluster C 39 0,5 14 Persoonlijkheidsstoornis NAO 543 6,8 203 Geen persoonlijkheidsstoornis 338 4,2 120 Uitgestelde diagnose 4.952 61,9 1.963 Totaal 7.999 Functieniveau De zorgconsulten waren als volgt verdeeld over de verschillende functieniveaus. Daarnaast worden de met deze functieniveaus gediagnosticeerde aantallen patiënten getoond. Tabel 8: Zorgconsulten en patiënten per type functieniveau (GW 2014) Type functieniveau (DSM-IV, ASII) Aantal consulten % Aantal patiënten Zwakzinnig (IQ < 71) 72 1,3 34 Zwakbegaafd (IQ 71-84) 545 10,1 234 IQ laaggemiddeld 1.601 29,7 650 IQ normaal/gemiddeld 2.743 50,9 1.102 IQ bovengemiddeld 399 7,4 125 IQ hoog 31 0,6 14 Totaal 5.391 4

2. Zorg Directie Bijzondere Voorzieningen 2.1 Productie In 2014 hebben psychiaters van het NIFP binnen detentiecentra 1.145 zorgconsulten verricht. 5 Deze consulten betroffen 537 verschillende gedetineerden (patiënten): een gemiddelde van 2,1 consulten per persoon. Tabel 1 geeft een overzicht van de frequentie en de verdeling van de zorgconsulten. Tabel 1: Patiënten naar frequentie zorgconsulten (DBV 2014) Aantal consulten per persoon Aantal patiënten % 1 consult 294 54,7 2 consulten 103 19,2 3 consulten 64 11,9 4 consulten 37 6,9 5 consulten 11 2,0 6-10 consulten 20 3,7 11-21 consulten 8 1,5 Totaal 537 Deze consulten waren als volgt verdeeld over de verschillende patiëntgebonden zorgproducten volgens het Productportfolio Zorg van het NIFP. Daarnaast worden de aantallen patiënten getoond aan wie deze producten ten goede kwamen. Tabel 2: Zorgconsulten en betrokken patiënten per zorgproduct (DBV 2014) Soort consult Aantal consulten % 6 Aantal patiënten 7 2a. Intake 419 36,8 401 2b. Verkorte intake/ Herintake bij overplaatsing 6 0,5 6 3a. kort behandelconsult 368 32,3 183 3b. Lang behandelconsult 247 21,7 145 4a. Spoedconsult 85 7,5 83 4b. Crisisinterventie 8 0,7 8 5b. Geneeskundige verklaring 1 0,1 1 6a. Verwijzing tijdens detentie in het kader van 5 0,4 5 forensisch zorg (PPC/fGGZ) 10. Psychiatrisch/psychologische beoordeling t.b.v. 1 0,1 1 een forensisch behandeltraject Totaal 1.140 2.2 Populatie Geslacht Van de DBV-populatie in zorg in 2014 was 5,6% vrouw (tabel 3). Aan hen werden 3% van de zorgconsulten verricht. Gemiddeld aantal consulten voor vrouwen is 1,1 (voor mannen 2,2). 5 Vanwege omissies in de registratie komt dit totaal soms niet overeen met de in de tabellen getoonde totalen. 6 Percentages zijn afgerond op tienden; hierdoor tellen de totalen niet altijd op tot 100. 7 Aan één patiënt kunnen meerdere typen zorgproducten ten goede zijn gekomen. Hierdoor is sprake van dubbeltellingen, waardoor de genoemde aantallen patiënten niet kunnen worden opgeteld. 5

Tabel 3: Zorgconsulten en patiënten per geslacht (DBV 2014) Geslacht Aantal consulten % Aantal patiënten % Man 1.109 96,9 506 94,2 Vrouw 34 3,0 30 5,6 Niet gespecificeerd (onbekend) 2 0,2 1 0,2 Totaal 1.145 537 Leeftijd De zorgconsulten waren als volgt verdeeld over de verschillende leeftijdscategorieën. Tabel 4: Zorgconsulten en betrokken patiënten per leeftijdscategorie (DBV 2014) Leeftijdscategorie Aantal consulten % Aantal patiënten 8 18-30 370 32,3 177 31-40 399 34,8 184 41-50 263 23,0 135 51-60 100 8,7 54 61 en ouder 13 1,1 11 Totaal 1.145 Ziektebeeld De zorgconsulten waren als volgt verdeeld over de verschillende ziektebeelden. Daarnaast worden de met deze ziektebeelden gediagnosticeerde aantallen patiënten getoond. Tabel 5: Zorgconsulten en betrokken patiënten per type ziektebeeld (DBV 2014) Type ziektebeeld (DSM-IV, ASI) Aantal consulten % Aantal patiënten 9 ADHD 27 3,4 12 Affectieve beelden 222 28,6 121 Gedragsstoornis 11 1,4 9 Organisch psychosyndroom 7 0,9 6 Psychotisch beeld 226 28,9 142 Restgroep 90 11,5 53 Geen ziektebeeld 122 15,6 80 Uitgestelde diagnose 78 10,0 47 Totaal 783 Middelengebruik De zorgconsulten waren als volgt verdeeld over de verschillende typen middelengebruik. Daarnaast worden de met deze typen middelengebruik gediagnosticeerde aantallen patiënten getoond. 8 Na hun verjaardag kunnen patiënten in een andere leeftijdscategorie vallen. Hierdoor ontstaan dubbeltellingen, waardoor de genoemde aantallen patiënten niet kunnen worden opgeteld. 9 Patiënten kunnen meerdere ziektebeelden en/of persoonlijkheidsstoornissen hebben en/of verschillende middelen gebruiken. Hierdoor is sprake van dubbeltellingen, waardoor de genoemde aantallen patiënten niet kunnen worden opgeteld. 6

Tabel 6: Zorgconsulten en betrokken patiënten per type middelengebruik (DBV 2014) Type middelengebruik (DSM-IV, ASI) Aantal consulten % Aantal patiënten Alcohol 79 10,1 50 Cannabis 56 7,2 32 Anders/poly 231 29,7 128 Geen middelen 270 35,7 159 Middelengebruik onbekend 143 18,3 101 Totaal 779 Persoonlijkheidsstoornis De zorgconsulten waren als volgt verdeeld over de verschillende persoonlijkheidsstoornissen. Daarnaast worden de met deze persoonlijkheidsstoornissen gediagnosticeerde aantallen patiënten getoond. Tabel 7: Zorgconsulten en betrokken patiënten per type persoonlijkheidsstoornis (DBV 2014) Type persoonlijkheidsstoornissen (DSM-IV, ASII) Aantal consulten % Aantal patiënten Cluster A 5 0,6 4 Cluster B 57 7,3 32 Cluster C 2 0,3 2 Persoonlijkheidsstoornis NAO 14 1,8 9 Geen persoonlijkheidsstoornis 135 17,4 85 Uitgestelde diagnose 564 72,6 332 Totaal 777 Functieniveau De zorgconsulten waren als volgt verdeeld over de verschillende functieniveaus. Daarnaast worden de met deze functieniveaus gediagnosticeerde aantallen patiënten getoond. Tabel 8: Zorgconsulten en patiënten per type functieniveau (DBV 2014) Type functieniveau (DSM-IV, ASII) Aantal consulten % Aantal patiënten Zwakzinnig (IQ < 71) 14 2,4 4 Zwakbegaafd (IQ 71-84) 26 4,5 21 IQ laaggemiddeld 61 10,7 36 IQ normaal/gemiddeld 376 65,7 215 IQ bovengemiddeld 92 16,1 51 IQ hoog 3 0,5 2 Totaal 572 7

II. Rapportage Straf 3. Consultatie rechtspleging 3.1 Volwassenen 3.1.1 Productie In tabel 1 wordt een overzicht gegeven voor de consultatie rechtspleging voor volwassenen. In 2014 zijn door de ambulante locaties 4926 consulten (face-to-face onderzoek) en/of rapportageadviezen (beoordeling op stukken) uitgevoerd., waarbij er sprake is van 3939 verdachten (aantal betrokken personen). Een ISD-trajectconsult is specifiek gericht op verdachten die door het OM zijn aangemerkt voor een ISD-maatregel. Tabel 1: Consulten en verdachten per type consultatie (Consult volw. 2014) Consultatie Aantal consulten % Aantal verdachten 10 1b. Voorgeleidingsconsult 1.437 29,2 1.375 1c. Trajectconsult 1.198 24,3 1.138 1d. Rapportageadvies 2.117 43,0 1.983 1e. ISD-trajectconsult 174 3,5 168 Totaal 4.926 3.1.2 Populatie Geslacht Tabel 2: Consulten en verdachten per geslacht (Consult volw. 2014) Geslacht Aantal consulten % Aantal verdachten % Man 4.511 91,6 3.604 91,5 Vrouw 414 8,4 334 8,5 Onbekend 1 1 Totaal 4.926 3.939 Leeftijd Tabel 3: Consulten en verdachten per leeftijdscategorie (Consult volw. 2014) Consultatie Aantal consulten % Aantal verdachten 11 18-30 jaar 2.011 40,8 1.658 31-40 jaar 1.291 26,2 1.045 41-50 jaar 1.054 21,4 859 50-60 jaar 410 8,3 343 60 en ouder 160 3,2 136 Totaal 4.926 3.2 Jeugdigen 3.2.1 Productie Voor jeugdigen geldt dat naast consultatie ook een indicatieoverleg met de Raad voor de Kinderbescherming plaatsvindt. Tijdens een indicatieoverleg komt eveneens de vraag aan de orde of een pro Justitia rapportage is aangewezen. In 2014 zijn er 1.104 overleggen geregistreerd en werden er 968 jeugdigen (verdachten) besproken (tabel 4). 10 Aan één verdachte kunnen meerdere consultatie-producten ten goede zijn gekomen. Hierdoor is sprake van dubbeltellingen, waardoor de genoemde aantallen verdachten niet kunnen worden opgeteld. 11 Na hun verjaardag kunnen verdachten in een andere leeftijdscategorie vallen. Hierdoor ontstaan dubbeltellingen, waardoor de genoemde aantallen verdachten niet kunnen worden opgeteld. 8

Tabel 4: Indicatieoverleggen en verdachten (IO Jeugd 2014) Indicatieoverleg Aantal overleggen % Aantal verdachten 1a. Indicatieoverleg 1.104 100% 968 Totaal 1.104 968 In tabel 5 worden de producten binnen de consultatie rechtspleging weergegeven voor jeugdigen. In 2014 zijn in totaal 562 consulten verricht voor 492 verdachten. Tabel 5: Consulten en verdachten per type consultatie (Consult jeugd 2014) Consultatie Aantal consulten % Aantal verdachten 12 1b. Voorgeleidingsconsult 84 14,9 82 1c. Trajectconsult 94 16,7 93 1d. Rapportageadvies 384 68,3 367 Totaal 562 3.2.1 Populatie Geslacht Tabel 6: Indicatieoverleggen en verdachten per geslacht (IO jeugd 2014) Indicatieoverleg jeugd Aantal overleggen % Aantal verdachten % Man 1.046 94,7 913 94,3 Vrouw 57 5,2 54 5,6 Niet gespecificeerd (onbekend) 1 0,1 1 0,1 Totaal 1.104 968 Tabel 7: Consulten en verdachten per geslacht (Consult jeugd 2014) Consultatie jeugd Aantal consulten % Aantal verdachten % Man 533 94,8 464 94,3 Vrouw 29 5,2 28 5,7 Totaal 562 492 Leeftijd De verdeling over de verschillende leeftijdscategorieën ziet er als volgt uit. Tabel 8: Indicatieoverleg en verdachten per leeftijdscategorie (IO jeugd 2014) Indicatieoverleg jeugd Aantal overleggen % Aantal verdachten 13 12-13 jaar 55 5,0 52 14-15 jaar 316 28,6 292 16-17 jaar 668 60,5 590 18-22 jaar 65 5,9 61 Totaal 1.104 Tabel 9: Consulten en verdachten per leeftijdscategorie (Consult jeugd 2014) Consultatie jeugd Aantal consulten % Aantal verdachten 12-13 jaar 25 6,2 24 14-15 jaar 160 25,8 145 16-17 jaar 328 57,6 284 18-20 jaar 49 10,4 47 Totaal 562 12 Zie noot 10. 13 Zie noot 11. 9

4. Opleggingsrapportage ambulant 4.1 Volwassenen Het NIFP bemiddelt in (opleggings)rapportages voor volwassenen in strafzaken. Dit zijn rapportages geschreven voor de Rechterlijke Macht; de Officier van Justitie/ Rechter- Commissaris en zittingsrechter(s) ten behoeve van de afdoening van de strafzaak. 4.1.1 Productie Er zijn in 2014 in totaal 3639 rapporten opgemaakt (een dubbelrapportage telt als een) over 3410 verdachten. Voor een beperkte groep geldt dat meerdere (aanvullende) rapporten zijn opgemaakt. Hieronder wordt de verdeling weergegeven per soort rapportages. Tabel 1: Rapporten en verdachten per soort rapportage (Rapp. straf volw. 2014) Soort rapportage Aantal rapportages % Aantal verdachten Enkel psychiatrisch rapportage 581 16,0 556 Enkel psychologisch rapportage 1.858 51,0 1.817 Dubbel rapportage 1.128 31.0 1.110 Triple rapportage 72 2,0 71 Totaal 3.639 Tenlastelegging (1 ste delict) Getoond wordt het aantal rapporten en betrokken personen per type delict. De verdeling is gebaseerd op het ten laste gelegde delict veelal op grond van de vordering inbewaringstelling. Tabel 2: Rapporten en verdachten per type delict (Rapp. straf volw. 2014) TLL 1 e delict (ten tijde van vordering inbewaringstelling) Aantal rapporten % Aantal verdachten Opiumwet 45 1,2 44 Fraude/oplichting 58 1,6 56 Vermogen 533 14,6 515 Vermogen en Geweld 260 7,1 250 Geweld (incl. bedreiging geweld en poging geweld) 853 23,4 815 Brandstichting 186 5,1 181 Leven (incl. bedreiging leven en poging leven) 1.061 29,2 1.004 Zeden (incl. poging zeden en geweld, en zeden met 441 12,1 420 jeugdige) Rest 102 2,8 99 Onbekend 100 2,8 98 Totaal 3.639 Tabel 3: Rapporten en verdachten per type advies maatregel (Rapp Straf volw. 2014) Type advies maatregel Aantal rapporten % Aantal verdachten Gedragsbeïnvloedende maatregel 1 0,3 1 ISD-maatregel (voorwaardelijk en 51 14,4 51 onvoorwaardelijk) PIJ-maatregel (voorwaardelijk en 14 4,0 14 onvoorwaardelijk) Plaatsing ex. art. 37/39 WvSr 138 39,1 136 TBS met verpleging 64 18,1 62 TBS met voorwaarden 85 24,1 83 Totaal 3530 10

4.1.2 Populatie Geslacht Hieronder volgt een verdeling van het aantal rapporten en aantal verdachten per geslacht. Tabel 4: Rapporten en verdachten per geslacht (Rapp. straf volw. 2014) Geslacht Aantal rapporten % Aantal verdachten % Man 3.274 90,0 3.070 90,0 Vrouw 364 10,0 339 9,9 Onbekend 1 1 Totaal 3.639 3.410 Leeftijd De rapporten waren als volgt verdeeld over de verschillende leeftijdscategorieën. Tabel 5: Rapporten en verdachten per leeftijdscategorie (Rapp. straf volw. 2014) Leeftijdscategorie Aantal rapporten % Aantal verdachten 18-30 jaar 1.653 45,4 1.584 31-40 jaar 858 23,6 825 41-50 jaar 688 18,9 646 50-60 jaar 303 8,3 289 61 en ouder 137 3,8 131 Totaal 3.639 Ziektebeeld De rapporten waren als volgt verdeeld over de verschillende ziektebeelden. Daarnaast worden de met deze ziektebeelden gediagnosticeerde aantallen personen getoond. Tabel 6: Rapporten en verdachten per type ziektebeeld (Rapp. straf 2014) Ziektebeeld (DSM-IV, ASI) Aantal rapporten % Aantal verdachten 14 ADHD 154 8,1 149 Affectieve beelden 253 13,2 249 Gedragsstoornis 69 3,6 67 Ontwikk. Stoornis jeugd (incl. pervasief) 140 7,3 137 Organisch psychosyndroom 47 2,5 46 Parafilie 66 3,5 65 Psychotisch beeld 408 21,4 397 Restgroep 211 11,0 211 Uitgestelde diagnose As I (ziektebeeld) 11 0,6 11 Geen ziektebeeld 552 28,9 546 Totaal 1.911 Middelengebruik De rapporten waren als volgt verdeeld over de verschillende typen middelengebruik. Daarnaast worden de met deze typen middelengebruik gediagnosticeerde aantallen patiënten getoond. 14 Verdachten kunnen meerdere ziektebeelden en/of persoonlijkheidsstoornissen hebben en/of verschillende middelen gebruiken (indien vaker gerapporteerd). Hierdoor is sprake van dubbeltellingen, waardoor de genoemde aantallen patiënten niet kunnen worden opgeteld. 11

Tabel 7: Rapporten en verdachten per type middelengebruik (Rapp. straf volw. 2014) Type middelengebruik (DSM-IV, ASI) Aantal rapporten % Aantal verdachten Middelen: alcohol 408 19,2 404 Middelen: cannabis 295 13,9 288 Middelen: anders/poly 519 24,4 503 Middelengebruik onbekend 131 6,2 130 Geen Middelen 770 36,3 760 Totaal 2.123 Persoonlijkheidsstoornis De rapporten waren als volgt verdeeld over de verschillende persoonlijkheidsstoornissen. Daarnaast worden de met deze persoonlijkheidsstoornissen gediagnosticeerde aantallen patiënten getoond. Tabel 8: Rapporten en verdachten per type persoonlijkheidsstoornis (Rapp. straf volw. 2014) Type persoonlijkheidsstoornissen (DSM-IV, ASII) Aantal rapporten % Aantal verdachten Persoonlijkheidsstoornis cluster A 19 1,0 19 Persoonlijkheidsstoornis cluster B 480 24,8 469 Persoonlijkheidsstoornis cluster C 41 2,1 41 Persoonlijkheidsstoornis NAO 353 18,2 352 Uitgestelde diagnose persoonlijkheidsstoornis 52 2,7 51 (Zich ontwikkelde) persoonlijkheidsstoornis 3 0,2 3 Geen persoonlijkheidsstoornis 988 51,0 973 Totaal 1.936 Functieniveau De rapporten waren als volgt verdeeld over de verschillende functieniveaus. Daarnaast worden de met deze functieniveaus gediagnosticeerde aantallen patiënten getoond. Tabel 9: Rapporten en verdachten per type functieniveau (Rapp. straf volw. 2014) Type functieniveau (DSM-IV, ASII) Aantal rapporten % Aantal verdachten Zwakzinnig (IQ < 71) 187 9,7 186 Zwakbegaafd (IQ 71-84) 446 23,2 435 IQ laaggemiddeld 429 22,3 425 IQ normaal/gemiddeld 668 34,8 654 IQ bovengemiddeld 169 8,8 165 IQ hoog 22 1,1 22 Totaal 1.921 4.2 Jeugdigen Het NIFP bemiddelt voor opleggingsrapportages in strafzaken ook voor jeugdigen. In totaal zijn er 900 PJ-rapporten opgemaakt (hierbij telt een dubbelrapportage als een rapport). Het betrokken aantal personen is 856. Voor een beperkte groep geldt dat er meerdere (ofwel aanvullende) rapportages zijn opgemaakt binnen 2014. 4.2.1 Productie Hieronder wordt per soort rapportages het aantal rapporten en betrokken aantal personen (voettekst aantal) weergegeven. 12

Tabel 1: Rapporten en verdachten per soort rapportage (Rapp. straf jeugd 2014) Soort rapportage Aantal rapporten % Aantal verdachten Enkel psychiatrisch rapportage 25 2,8 25 Enkel psychologisch rapportage 615 68,3 606 Dubbel rapportage 256 28,4 248 Triple rapportage 4 0,4 4 Totaal 900 Tenlastelegging (1 ste delict) Getoond wordt het aantal rapporten en betrokken personen per type delict. De verdeling is gebaseerd op het ten laste gelegde delict veelal op grond van de vordering inbewaringstelling. Tabel 2: Rapporten en verdachten per type delict (Rapp. straf jeugd 2014) TLL/ 1 ste delict (ten tijde van vordering Aantal rapporten % Aantal verdachten inbewaringstelling) Opiumwet 24 2,7 21 Fraude/oplichting 6 0,7 6 Vermogen 288 32,0 280 Vermogen en geweld 188 20,9 180 Geweld; incl. bedreiging geweld en poging 115 12,8 114 geweld Brandstichting 22 2,4 22 Leven; incl. bedreiging leven en poging leven 90 10,0 90 Zeden; incl. zeden en geweld, en zeden met 89 9,9 84 jeugdige Rest 63 7,0 63 Onbekend 15 1,7 15 Totaal 900 Tabel 3: Rapporten en verdachten per type advies maatregel (Rapp. straf jeugd 2014) Type advies maatregel Aantal rapporten % Aantal verdachten Gedragsbeïnvloedende maatregel 42 32,8 42 PIJ 36 28,1 35 PIJ voorwaardelijk 36 28,1 35 Totaal 128 4.2.2 Populatie Geslacht Hieronder volgt een verdeling van het aantal rapporten en aantal betrokken personen per geslacht. Tabel 4: Rapporten en verdachten per geslacht (Rapp. straf jeugd 2014) Geslacht Aantal rapporten % Aantal verdachten % Man 848 94,2 805 94,0 Vrouw 51 5,7 50 5,8 Niet gespecificeerd (onbekend) 1 0,1 1 0,1 Totaal 900 856 Leeftijd De jeugdrapportages waren als volgt verdeeld over de verschillende leeftijdscategorieën. 13

Tabel 5: Rapporten en verdachten per leeftijdscategorie (Rapp. straf jeugd 2014) Leeftijd ten tijde rapportage Aantal rapporten % Aantal verdachten 12-13 jaar 46 5,1 46 14-15 jaar 268 29,8 258 16 17 jaar 511 56,8 494 18-20 jaar 15 75 8,3 73 Totaal 900 Ziektebeeld De rapporten waren als volgt verdeeld over de verschillende ziektebeelden. Daarnaast worden de met deze ziektebeelden gediagnosticeerde aantallen personen getoond. Tabel 6: Rapporten en verdachten per type ziektebeeld (Rapp. straf jeugd 2014) Ziektebeeld (DSM-IV, ASI) Aantal rapporten % Aantal verdachten 16 ADHD 84 12,5 84 Affectieve beelden 32 4,8 32 Gedragsstoornis 291 43,2 282 Ontwikk. Stoornis jeugdige (incl. pervasief) 83 12,3 80 Parafilie 1 0,1 1 Psychotisch beeld 6 0,9 6 Restgroep 48 7,1 47 Uitgestelde diagnose 8 1,2 8 Geen ziektebeeld 120 17,8 119 Totaal 673 Middelengebruik De rapporten waren als volgt verdeeld over de verschillende typen middelengebruik. Daarnaast worden de met deze typen middelengebruik gediagnosticeerde aantallen patiënten getoond. Tabel 7: Rapporten en verdachten per type middelengebruik (Rapp. straf jeugd 2014) Type middelengebruik (DSM-IV, ASI) Aantal rapporten % Aantal verdachten Middelen: alcohol 28 4,4 28 Middelen: cannabis 106 16,6 106 Middelen: anders/poly 22 3,4 22 Middelengebruik onbekend 68 10,7 68 Geen Middelen 414 64,9 406 Totaal 638 Persoonlijkheidsstoornis De rapporten waren als volgt verdeeld over de verschillende persoonlijkheidsstoornissen. Daarnaast worden de met deze persoonlijkheidsstoornissen gediagnosticeerde aantallen patiënten getoond. 15 Er kan een jeugdrapportage worden opgemaakt als het formeel een volwassene betreft (bijvoorbeeld als gedrag nog dermate kinderlijk is. Tevens geldt dat de getoonde leeftijd, de leeftijd is ten tijde van de rapportage en niet die ten tijde van het delict,. Hetgeen ook bijdraagt aan een groep 18+ binnen de jeugdrapportages. Juridisch is het dus een jeugdrapportage, uit het systeem wordt een leeftijd gehaald die hoger ligt, dit kan bijvoorbeeld ook plaatsvinden als het een hoger beroep betreft. 16 Zie noot 14 14

Tabel 8: Rapporten en verdachten per type persoonlijkheidsstoornis (Rapp. straf jeugd 2014) Type persoonlijkheidsstoornissen (DSM-IV, ASII) Aantal rapporten % Aantal verdachten Cluster B 35 6,3 35 Cluster C 1 0,2 1 Persoonlijkheidsstoornis NAO 5 0,9 5 Uitgestelde diagnose 25 4,5 25 (Zich ontwikkelende) persoonlijkheidsstoornis 8 1,4 8 Geen persoonlijkheidsstoornis 480 86,6 474 Totaal 554 Functieniveau De rapporten waren als volgt verdeeld over de verschillende functieniveaus. Daarnaast worden de met deze functieniveaus gediagnosticeerde aantallen patiënten getoond. Tabel 9: Rapporten en verdachten per type functieniveau (Rapp. straf jeugd 2014) Type functieniveau (DSM-IV, ASII) Aantal rapporten % Aantal verdachten Zwakzinnig (IQ < 71) 42 6,6 42 Zwakbegaafd (IQ 71-84) 172 27,1 168 IQ laaggemiddeld 165 26,0 160 IQ normaal/gemiddeld 223 35,1 219 IQ bovengemiddeld 29 4,6 29 IQ hoog 4 0,6 4 Totaal 635 15

5. Opleggingsrapportage klinisch Het NIFP bemiddelt naast de ambulante rapportages ook de klinische rapportages. Waarbij voor volwassenen de rapportages opgemaakt worden in het Pieter Baan Centrum (PBC). Voor jeugdigen vindt de observatie plaats door ForCA (Forensisch Consortium Adolescenten) in Teylingereind te Sassenheim. 5.1 Volwassenen 5.1.1 Productie In 2014 zijn er 223 klinische rapporten opgemaakt door het NIFP in het Pieter Baan Centrum (een onderdeel van het NIFP). Tabel 1: Rapporten en observandi per type klinisch onderzoek (2014) Soort klinisch onderzoek Aantal rapporten % Aantal observandi Pieter Baan Centrum (PBC) 223 100 221 Totaal PBC-rapportageproducten Hieronder wordt vervolgens opgesplitst naar soorten rapportage in het PBC. Tabel 2: Rapporten en observandi per soort PBC-rapportage (rapp. straf PBC 2014) Soort PBC-rapportage Aantal rapporten % Aantal observandi Aanvullende rapportage 2 0,9 2 Ambulant rapportage 1 0,4 1 PBC-rapportage 217 97,3 216 TBS-verlenging (overig) 3 1,3 3 Totaal 223 222 Tenlastelegging (1 ste delict) PBC Getoond wordt het aantal rapporten en betrokken personen per type delict in het PBC. De verdeling is gebaseerd op het ten laste gelegde delict veelal op grond van de vordering inbewaringstelling. Tabel 3: Rapporten en observandi per type delict (rapp. straf PBC 2014) TLL 1 e delict (ten tijde van vordering inbewaringstelling) Aantal rapporten % Aantal observandi Vermogen 1 0,4 1 Vermogen en Geweld 22 9,9 22 Geweld (incl. bedreiging geweld en poging geweld) 27 12,1 27 Brandstichting 12 5,4 12 Leven (incl. bedreiging leven en poging leven) 130 58,3 129 Zeden (incl. poging zeden en geweld, en zeden met 28 12,6 27 jeugdige) Rest 3 1,3 3 Totaal 223 221 16

5.1.2 Populatie PBC Geslacht Hieronder volgt een verdeling van het aantal rapporten en aantal observandi per geslacht. Tabel 4: Rapporten en observandi per geslacht (rapp. straf PBC 2014) Geslacht Aantal rapporten % Aantal observandi Man 210 94,2 208 Vrouw 13 5,8 13 Totaal 223 221 Leeftijd De rapporten waren als volgt verdeeld over de verschillende leeftijdscategorieën. Tabel 5: Rapporten en observandi per leeftijdscategorie (rapp. straf PBC 2014) Leeftijdscategorie Aantal rapporten % Aantal observandi 18-30 jaar 106 47,5 105 31-40 jaar 45 21,2 45 41-50 jaar 46 20,6 45 50-60 jaar 23 10,3 23 61 en ouder 3 1,3 3 Totaal 223 221 Ziektebeeld De rapporten waren als volgt verdeeld over de verschillende ziektebeelden. Daarnaast worden de met deze ziektebeelden gediagnosticeerde aantallen observandi getoond. Tabel 6: Rapporten en observandi per type ziektebeeld (rapp. straf PBC 2014) Ziektebeeld (DSM-IV, ASI) Aantal rapporten % Aantal observandi 1 0,9 1 Affectieve beelden 3 2,7 3 Ontwikk. Stoornis jeugd (incl. pervasief) 7 6,4 7 Organisch psychosyndroom 1 0,9 1 Psychotisch beeld 22 20,2 22 Restgroep 3 2,7 3 Uitgestelde diagnose 31 28,4 31 Geen ziektebeeld 41 37,6 41 Totaal 109 Middelengebruik De rapporten waren als volgt verdeeld over de verschillende typen middelengebruik. Daarnaast worden de met deze typen middelengebruik gediagnosticeerde aantallen observandi getoond. Tabel 7: Rapporten en observandi per type middelengebruik (rapp. straf PBC 2014) Type middelengebruik (DSM-IV, ASI) Aantal rapporten % Aantal observandi Middelen: alcohol 8 7,8 8 Middelen: cannabis 12 11,1 12 Middelen: anders/poly 27 25,0 27 Middelengebruik onbekend 1 0,9 1 Geen Middelen 54 50,0 54 Totaal 102 17

Persoonlijkheidsstoornis De rapporten waren als volgt verdeeld over de verschillende persoonlijkheidsstoornissen. Daarnaast worden de met deze persoonlijkheidsstoornissen gediagnosticeerde aantallen observandi getoond. Tabel 8: Rapporten en observandi per type persoonlijkheidsstoornis (rapp. straf PBC 2014) Type persoonlijkheidsstoornissen (DSM-IV, ASII) Aantal rapporten % Aantal observandi Cluster B 19 15,0 19 Persoonlijkheidsstoornis NAO 16 12,6 16 Uitgestelde diagnose 62 48,8 62 Geen persoonlijkheidsstoornis 30 23,6 30 Totaal 127 Functieniveau De rapporten waren als volgt verdeeld over de verschillende functieniveaus. Daarnaast worden de met deze functieniveaus gediagnosticeerde aantallen observandi getoond. Tabel 9: Rapporten en observandi per type functieniveau (rapp. straf PBC 2014) Type functieniveau (DSM-IV, ASII) Aantal rapporten % Aantal observandi Zwakzinnig (IQ < 71) 1 3,2 1 Zwakbegaafd (IQ 71-84) 4 12,9 4 IQ laaggemiddeld 11 35,5 11 IQ normaal/gemiddeld 10 32,3 10 IQ bovengemiddeld 5 16,1 5 Totaal 31 31 5.2 Jeugdigen 5.2.1 Productie Hieronder worden aantal rapporten en aantal betrokken personen (observandi) per klinisch onderzoek jeugdigen weergegeven deze onderzoeken worden gedaan binnen ForCA (Forensisch Consortium Adolescenten). Tabel 1: Rapporten en observandi per type klinisch onderzoek (rapp. straf klinisch jeugd 2014) Soort klinisch onderzoek Aantal rapporten % Aantal observandi FORCA (Teylingereind) 38 100 38 Totaal 38 38 Tenlastelegging (1 ste delict) Getoond wordt het aantal rapporten en betrokken personen per type delict. De verdeling is gebaseerd op het ten laste gelegde delict veelal op grond van de vordering inbewaringstelling. Tabel 2: Rapporten en observandi per type delict (Rapp. straf klinisch jeugd 2014) TLL 1 e delict (ten tijde van vordering inbewaringstelling) Aantal rapporten % Aantal observandi Vermogen 17 44,7 17 Vermogen en Geweld 4 10,5 4 Geweld (incl. bedreiging geweld en poging geweld) 2 5,3 2 Brandstichting 1 2,6 1 18

Leven (incl. bedreiging leven en poging leven) 12 31,6 12 Rest 2 5,3 2 Totaal 38 5.1.2 Populatie ForCA Geslacht Hieronder volgt een verdeling van het aantal rapporten en aantal observandi per geslacht. Tabel 3: Rapporten en observandi per geslacht (Rapp. straf klinisch jeugd 2014) Geslacht Aantal rapporten % Aantal observandi Man 38 100 38 Vrouw 0 0 0 Totaal 38 38 Leeftijd De rapporten waren als volgt verdeeld over de verschillende leeftijdscategorieën. Tabel 4: Rapporten en observandi per leeftijdscategorie (Rapp. straf klinisch jeugd 2014) Leeftijdscategorie Aantal rapporten % Aantal observandi 14-15 jaar 3 7,9 3 16-17 jaar 22 57,9 22 18-21 jaar 13 34,2 13 Totaal 38 38 Ziektebeeld De rapporten waren als volgt verdeeld over de verschillende ziektebeelden. Daarnaast worden de met deze ziektebeelden gediagnosticeerde aantallen observandi getoond. Tabel 5: Rapporten en observandi per type ziektebeeld (Rapp. Straf klinisch jeugd 2014) Ziektebeeld (DSM-IV, ASI) Aantal rapporten % Aantal observandi ADHD 3 8,3 3 Gedragsstoornis 18 50,0 18 Ontwikk. Stoornis jeugd (incl. pervasief) 5 13,9 5 Uitgestelde diagnose As I (ziektebeeld) 6 16,7 6 Geen ziektebeeld 4 11,1 4 Totaal 36 Middelengebruik De rapporten waren als volgt verdeeld over de verschillende typen middelengebruik. Daarnaast worden de met deze typen middelengebruik gediagnosticeerde aantallen observandi getoond. Tabel 6: Rapporten en observandi per type middelengebruik (Rapp. straf klinisch jeugd 2014) Type middelengebruik (DSM-IV, ASI) Aantal rapporten % Aantal observandi Middelen: alcohol 0 0 0 Middelen: cannabis 7 21,9 7 Middelen: anders/poly 1 3,1 1 Middelengebruik onbekend 5 15,6 5 Geen Middelen 19 59,4 19 Totaal 32 19

Persoonlijkheidsstoornis De rapporten waren als volgt verdeeld over de verschillende persoonlijkheidsstoornissen. Daarnaast worden de met deze persoonlijkheidsstoornissen gediagnosticeerde aantallen observandi getoond. Tabel 7: Rapporten en observandi per type persoonlijkheidsstoornis (Rapp. straf klinisch jeugd 2014) Type persoonlijkheidsstoornissen (DSM-IV, ASII) Aantal rapporten % Aantal observandi Cluster B 2 5,9 2 Persoonlijkheidsstoornis NAO 1 2,9 1 Uitgestelde diagnose 22 64,7 22 Geen persoonlijkheidsstoornis 9 26,5 9 Totaal 34 Functieniveau De rapporten waren als volgt verdeeld over de verschillende functieniveaus. Daarnaast worden de met deze functieniveaus gediagnosticeerde aantallen observandi getoond. Tabel 8: Rapporten en observandi per type functieniveau (Rapp. straf klinisch jeugd 2014) Type functieniveau (DSM-IV, ASII) Aantal rapporten % Aantal observandi Zwakbegaafd (IQ 71-84) 6 24,0 6 IQ laaggemiddeld 9 36,0 9 IQ normaal/gemiddeld 9 36,0 9 IQ bovengemiddeld 1 4,0 1 Totaal 25 6. Tenuitvoerleggingsrapportage 6.1 Volwassenen In dit hoofdstuk worden de tenuitvoerleggingsrapportages (TUL-rapportages) weergegeven, die ook wel maatregelrapporten genoemd worden. 6.1.1 Productie Het aantal TUL-rapprotages in opdracht van DForZo en 3RO was 739 rapportages in 2014 en betrof 665 personen (tbs-gestelden ofwel patiënten). Tabel 1: Rapporten en patiënten per soort rapport (TUL 2014) Soort rapportage Aantal rapporten % Aantal patiënten TBS- 6-jaarsverlenging 318 43,0 312 TBS-longstay rapportage dubbel 71 9,6 70 TBS-verlenging (overig) 3 0,4 3 TBS verlofrapportages dubbel 2 0,3 2 2-jaarsverlenging (i.o.v. 3RO) 345 46,7 338 Totaal 739 Advies maatregel Hieronder wordt getoond het aantal rapporten en betrokken aantal patiënten per type maatregeladvies. 20

Tabel 2: Aantal rapporten en aantal betrokken personen per type advies maatregel (TUL 2014) Advies maatregel Aantal rapporten % Aantal patiënten Geen verlof 1 0,2 1 TBS longstay geïndiceerd 11 2,3 11 TBS longstay niet geïndiceerd 3 0,6 3 TBS longstay verlenging geïndiceerd 23 4,9 22 TBS longstay verlenging niet geïndiceerd 9 1,9 9 TBS verlengen met 1 jaar 167 35,4 161 TBS verlengen met 2 jaar 130 27,5 129 TBS voorwaardelijk opheffen 28 5,9 28 Verlof met voorwaarden 9 1,9 9 Verlof zonder voorwaarden 1 0,2 1 TBS niet verlengen 90 19,1 82 Totaal 472 6.1.2 Populatie Geslacht Hieronder volgt een verdeling van het aantal rapporten en aantal betrokken personen per geslacht. Tabel 3: Aantal rapporten en betrokken personen per geslacht (TUL 2014) Geslacht Aantal rapporten % Aantal patiënten Man 699 94,6 632 Vrouw 40 5,4 33 Totaal 739 665 Leeftijd De rapporten waren als volgt verdeeld over de verschillende leeftijdscategorieën. Tabel 4: Aantallen rapporten en aantal betrokken personen per leeftijdscategorie (TUL 2014) Leeftijdscategorie Aantal rapporten % Aantal patiënten 18-30 83 11,2 79 31-40 205 27,7 189 41-50 269 36,4 245 51-60 131 17,7 125 61 en ouder 51 6,9 46 Totaal 739 Ziektebeeld De rapporten waren als volgt verdeeld over de verschillende ziektebeelden. Daarnaast worden de met deze ziektebeelden gediagnosticeerde aantallen patiënten getoond. 21

Tabel 5: Aantal rapporten en aantal betrokken personen per type ziektebeeld (TUL 2014) Ziektebeeld (DSM-IV, ASI) Aantal rapporten % Aantal patiënten ADHD 15 3,2 15 Affectieve beelden 37 7,8 35 Gedragsstoornis 1 0,2 1 Ontwikkelingsstoornis jeugd (incl. pervasief) 41 8,6 40 Organisch psychosyndroom 8 1,7 8 Parafilie 71 14,9 69 Psychotisch beeld 156 32,8 149 Restgroep 27 5,7 27 Geen ziektebeeld 119 25,1 114 Totaal 475 Middelengebruik De rapporten waren als volgt verdeeld over de verschillende typen middelengebruik. Daarnaast worden de met deze typen middelengebruik gediagnosticeerde aantallen patiënten getoond. Tabel 6: Aantal rapporten en aantal betrokken personen per type middelengebruik (TUL 2014) Type middelengebruik (DSM-IV, ASI) Aantal rapporten % Aantal patiënten Middelen: alcohol 99 19,4 97 Middelen: cannabis 49 9,6 49 Middelen: anders/poly 169 33,1 161 Middelengebruik onbekend 6 1,2 6 Geen middelen 188 36,8 168 Totaal 511 Persoonlijkheidsstoornis De rapporten waren als volgt verdeeld over de verschillende persoonlijkheidsstoornissen. Daarnaast worden de met deze persoonlijkheidsstoornissen gediagnosticeerde aantallen patiënten getoond. Tabel 7: Aantal rapporten en aantal betrokken personen per type persoonlijkheidsstoornis (TUL 2014) Type persoonlijkheidsstoornissen (DSM-IV, ASII) Aantal rapporten % Aantal patiënten Cluster A 6 1,2 6 Cluster B 125 24,7 119 Cluster C 15 3,0 15 Persoonlijkheidsstoornis NAO 191 37,7 182 (Zich ontwikkelende) persoonlijkheidsstoornis 1 0,2 1 Uitgestelde diagnose 2 0,4 2 Geen persoonlijkheidsstoornis 166 32,8 162 Totaal 506 Functieniveau De rapporten waren als volgt verdeeld over de verschillende functieniveaus. Daarnaast worden de met deze functieniveaus gediagnosticeerde aantallen patiënten getoond. 22

Tabel 8: Aantal rapporten en aantal betrokken personen per type functieniveau (TUL 2014) Type functieniveau (DSM-IV, ASII) Aantal rapporten % Aantal patiënten Zwakzinnig (IQ < 71) 40 8,8 39 Zwakbegaafd (IQ 71-84) 110 24,2 103 IQ laaggemiddeld 107 23,5 105 IQ normaal/gemiddeld 159 24,9 152 IQ bovengemiddeld 39 8,6 39 Totaal 455 III. RAPPORTAGE CIVIEL 7 rapportage civiel (beslissingsdiagnostiek) 7.1. Jeugdigen Het NIFP bemiddelt in jeugdzaken ook civiele onderzoeken. Dit betreft dan met name beslissingsdiagnostiek; uithuisplaatsing, ondertoezichtstelling en bijvoorbeeld een verklaringen gesloten jeugdzorg. In totaal zijn er 632 civiele rapportages bemiddeld, dit betrof een aantal van 436 systeemonderzoeken. Een systeemonderzoek kan meerdere rapportage (en personen) omvatten. 7.1.1 Producten Tabel 1: Civiele rapporten per soort rapportage (Civiel 2014) Soort rapportage civiel Aantal rapporten % Aanvullend enkel psycholoog 5 0,8 Enkel psychiater 5 0,8 Primair dubbel 12 1,9 JJI Enkelvoudig 28 4,4 Enkel psycholoog 581 91,9 Anders/overig 1 0,2 Totaal 632 Aanvrager/opdrachtgever Hieronder worden de aantallen per aanvrager/ opdrachtgever getoond. Tabel 2: Rapporten per type aanvrager (Civiel 2014) Aanvrager rapportagebemiddeling Aantal rapporten % Raad voor de Kinderbescherming 14 2,2 Anders/overig 29 4,6 Kinderrechter 35 5,5 Gezinsvoogdij/Jeugdzorg 554 87,7 Totaal 632 7.1.2 Populatie Geslacht Hieronder volgt een verdeling van het aantal rapporten en aantal betrokken personen per geslacht en leeftijdscategorie. (Voettekst noot..) 23

Tabel 3: Aantallen rapportage per geslacht (Civiel 2014) Geslacht Aantal rapporten % Man 320 50,6 Vrouw 305 48,3 Onbekend 7 1,1 Totaal 632 Leeftijd De rapporten waren als volgt verdeeld over de verschillende leeftijdscategoriën. Tabel 4: Aantallen rapportage per leeftijdscategorie (Civiel 2014) Leeftijdscategorie Aantal rapporten % 0-10 97 15,3 11-20 386 61,1 21-30 32 5,1 31-40 58 9,2 41-50 47 7,4 51-60 9 1,4 61- ouder 3 0,5 Totaal 632 Advies ondertoezichtstelling (OTS) en uithuisplaatsing (UHP) Hieronder worden de aantallen adviezen getoond aangaande OTS & UHP, overig of geen advies. Daarbij wordt het aandeel (percentage) weergegeven binnen de advisering. Tabel 5: Aantallen rapportage per advies OTS & UHP (Civiel 2014) Advies OTS & UHP Aantal rapporten % OTS & UHP 85 95,5 Overig advies 1 1,1 Geen OTS & UHP 3 3,4 Totaal 89 24

IV. IFZ Als derde kerntaak maakt het NIFP de Indicatiestelling op voor forensisch klinische zorg. 8. IFZ Volwassenen 8.1 IFZ Volwassenen 8.1.1 Productie Hieronder volgt een overzicht van indicatiestellingen (datum inbehandeling plaatsingsverzoek is geregistreerd in 2013) per aantallen soort indicatiestelling dan wel de juridische titel waar binnen forensische zorg wordt geïndiceerd. Daarnaast staat het aandeel weergegeven op het totaal aan indicatiestellingen en het percentage dat binnen de normtijd (van 14 kalenderdagen) is afgehandeld. Tabel 1: Aantal indicatiestelling per soort (juridische titel) en percentage binnen de normtijd (IFZ 2014) Soort indicatiestelling (juridische titel) Aantal indicatiestellingen % op totaal % binnen normtijd Art. 14a Sr: Voorw. veroordeling 1.630 46,8 83 Art. 80 Sv: Schorsing voorl. hechtenis met voorw. 319 9,2 87 Art. 38m Sr jo art. 44b t/m 44q Pm: Plaatsing voor stels. 240 6,9 80 daders Art. 15 Pbw: Gevangenis naar psychiatrisch ziekenhuis 297 8,5 84 Art 38a Sr: TBS met voorwaarden 213 6,1 82 Art. 43 Pbw: Gevangenis voor hlpvrl. 270 7,7 84 Art. 38g Sr: Voorwaardelijke beëindiging van verpleging 160 4,6 74 van overheidswege Art. 37jo 39Sr: Strafrechtelijke machtiging 175 5,0 79 Art 15a Sr: voorw. Invrijheidsstelling met bijz. voorw. 74 2,2 80 Art. 51 Bvt: TBS met proefverlof 39 1,1 72 Art. 38p Sr: Plaatsing voor stels daders met voorw. 47 1,3 74 Art. 167/244 Sv: Sepot met voorw. 5 0,1 100 Art. 15 Pbw: Interne overplaatsing 4 0,1 75 Art. 196/317 Sv: plaatsing vanwege PJ-rapportage 4 0,1 75 (observatie) Art. 37a jo 37b Sr: TBS met dwangverpleging 1 100 Art. 5 Pm. Penitentiair programma met zorg 1 100 strafbeschikking met aanwijzing Overig 7 0,2 57 Totaal 3.486 82 In de navolgende tabel wordt het aantal indicatiestellingen weergegeven per type beveiligingsniveau. Tabel 2: Aantal indicatiestellingen per type beveiligingsniveau (IFZ 2014) Type beveiligingsniveau Aantal indicatiestellingen % op totaal 4 (zeer hoog) 8 0,2 3 (hoog) 986 28,3 2H (gemiddeld- hoog) 1.360 39,0 2L (gemiddeld- laag) 301 8,6 1 (laag) 831 23,8 Totaal 3.486 In tabel 3 wordt het aantal indicatiestellingen weergegeven per type verblijfintensiteit 25

Tabel 3: Aantal indicatiestelling per type verblijfintensiteit (IFZ 2014) Type verblijfintensiteit Aantal indicatiestellingen % op totaal Range DE 2.128 61,0 Range FG 1.143 32,8 Range ABC 199 57,1 A (laag) 8 0,2 B (gemiddeld) 8 0,2 Totaal 3.486 26