bewegingsonderwijs Kennisbasis bewegingsonderwijs op de Pabo



Vergelijkbare documenten
Bewegen en sport. Bron: 1. Bewegen en sport

Beleidsplan bewegingsonderwijs rkbs Maria Datum: Bron: Herziene kerndoelen Basisonderwijs. Bewegingsonderwijs.

Bewegingsonderwijs Nutsschool Zorgvliet. [Company Name]

Lichamelijke opvoeding in het basisonderwijs

Kerndoelen primair onderwijs

Basislessen Bewegingsonderwijs in de speelzaal

Introductie en kennismaking. Kleuters zijn gewoon kleine mensjes Kleuters mogen stuiteren. Orde, structuur en regelmaat

Wij zijn Sport Helden! Zullen wij samen sport aanbieden?

Doorlopende leerlijn Bewegen en sport (PO - vmbo)

TULE inhouden & activiteiten Bewegingsonderwijs. Kerndoel 57 - Hardlopen. Toelichting en verantwoording

Inhoud. Poll. Dynamische schooldag En wat nu als ik meer wil weten: Remo Mombarg, Marieke Westendorp en Arjan Pruim

SPEELKRIEBELS, wat moet je ermee?

De (mogelijke) rol van LO in het stimuleren van fysieke activiteit

Screening Onderzoeksresultaten basisscholen gem. Nederweert -

Drie redenen. + Aanleiding. Fotoserie. Wat zijn de 9 criteria voor een goede les? Beter spelen en bewegen met kleuters

Doorlopende leerlijn Bewegen en sport (PO - havo/vwo)

Bewegingsonderwijs en sport (PO - havo/vwo)

Inhoud. Als sporten niet lukt.. Wat doet sport met kinderen? 'Inspiratiedag Aangepast Sporten

Eigen huis en beweegtuinen in het speellokaal

Vier beweegtuinen met kleuters

Levensfase 4-6 jaar, groep 1 en 2

Screening - Onderzoeksresultaten basisscholen gem Nederweert -

Inhoud. (Bewegings)onderwijs: trends. Actieve en gezonde leefstijl: trends. Jeugdsport: trends

Inhoud. Een kindgerichte sportieve opvoeding vereist vakmanschap

Gymmen in de grote gymzaal

Basislessen in de speelzaal

Bewegingsonderwijs en sport (PO - vmbo)

De aansluiting tussen binnen- en buitenschools leren bewegen en sporten

De resultaten DEEL B DEEL A

Inhoudsopgave. Sportaanbod: Happy2Move

De spel- en bewegingsontwikkeling van kleuters. Hans Stroes Hilversum,

Bewegingsonderwijs. Auteurs: Monique C.H. van der Pols PC Hogeschool Marnix Academie te Utrecht. Hogeschool Leiden, Pabo Thomas More

Hieronder volgt een beknopte uitleg van de begrippen die u in het rapport zult tegenkomen.

kempelscan K1-fase Eerste semester

TULE inhouden & activiteiten Bewegingsonderwijs. Kerndoel 58. Toelichting en verantwoording

Het flexibel inzetten van de taalmethode heeft te maken met de functie van taal.

TULE inhouden & activiteiten Bewegingsonderwijs. Kerndoel 57 - Balanceren. Toelichting en verantwoording

Gaat 'gezond bewegen' het verschil maken?

Leergebied Overstijgend Onderwijs in de VMBO stroom (versie juni 2018)

Technisch gesproken reken ik daarop. Taal, techniek en rekenen-wiskunde bij jonge kinderen.

Krachtig Spelonderwijs

in de speelzaal Bewegingsonderwijs aan minder vaardige kinderen Werkervaring kleuters in speellokaal Ervaring met kleuters?

verantwoording en methodiek Dit document geeft een didactische onderbouwing voor het toepassen van

Bewegingsonderwijs en spel: de eerste stappen in de virtuele werkelijkheid

UITWERKING KOERS BEST ONDERWIJS

Achtergrond. Missie Onze missie op basis van deze situatie luidt:

Algemene informatie Kinderopvang 0-4. November 2014

(meer informatie over de Oudervereniging en Medezeggenschapsraad: zie website en schoolkalender)

Wim van Gelder Elly van Hyfte

WELKOM Twee ICT voorbeelden in het Rekenen-wiskunde onderwijs op de Pabo van Avans hogeschool

Examenprogramma bewegen, sport en maatschappij

Simeacongres 12 december. Handelingsgericht werken (ppt gebaseerd op Pameijer en 1 zorgroute, zie beschrijving workshop Aartje Bouman Fontys OSO

PEIL.BEWEGINGSONDERWIJS TECHNISCH RAPPORT

LVS AFGENOMEN. en wat daarna?

De actieve pauze Combineren van lessen LO en buitenspelen. Liesbeth Jans Fontys Sporthogeschool

Inhoud Methodieken Beschrijvingen

Zelfstandig werken = actief en zelfstandig leren van een leerling. Het kan individueel of in een groep van maximaal 6 leerlingen.

Zonder doelen ken je niet scoren. Nijkerk, 22 november 2012

Scriptie Fontys Sporthogeschool Tilburg Naam: Maud Lelkens Studentennummer: Datum:

TULE - Bewegingsonderwijs Inhouden en activiteiten bij de kerndoelen van 2006

Levensfase 6-10 jaar, groep 3 tot en met 6

Ultimate frisbee. LO2 studiedag. Do 22 november Eric Swinkels

Brochure. Primair onderwijs. Brochure. Primair onderwijs

Leerlingvolgsysteem bewegen en spelen. Hans Stroes & Wim van Gelder

Praktijk NUMMER 8 Jaargang 105 november 2017

Leren & Leven in het Kindcentrum

Leergang Bewegingsonderwijs

aardrijkskunde het leren hanteren van de geografische benadering.

Wim van Gelder. Effecten en werkwijzen Motorische Remedial Teaching. Stelling Stelling 2. Stelling 3

ACTIEF BURGERSCHAP EN SOCIALE INTEGRATIE

Sport op Basisscholen & Ieder kind kent gymtalent; Kwaliteitsimpulsen in het bewegingsonderwijs Remo Mombarg, Wouter de Groot, Ben Moolenaar en

Doen meisjes het slechter bij gym dan jongens?

Identiteit van de Koos Meindertsschool

SWINXS BESCHRIJVING. Wat is het? Voor wie is het? Hoe werkt het?

Activiteiten voor jonge kinderen Activiteiten voor jonge leerlingen zouden moeten voldoen aan de volgende kenmerken:

Leerling. Volg. Systeem

2. Waar staat de school voor?

Functieprofiel. Leraar. op OBS Het Toverkruid LA, 1,0 FTE. Aanstelling voor een jaar welke bij goed functioneren kan leiden tot een vaste aanstelling.

Missie van de Oosteinder: Het verzorgen van primair onderwijs in Aalsmeer Oost vanuit een integratieve aanpak en katholieke geloofsovertuiging.

Het Ontwikkelteam Digitale geletterdheid geeft de volgende omschrijving aan het begrip digitale technologie:

Lesvoorbereidingsformulier Fontys Hogeschool Kind en Educatie, Pabo Eindhoven Bron: Didactisch model van Gelder. Student(e) Klas Stageschool Plaats

Informatieboekje

In het kort. Verbeter de schoolprestaties door fysiek actieve lessen in de klas! Bewegend leren. Congres. Vrijdag 8 februari 2019.

Graag breng ik u op de hoogte van de (on)vermogens van Elise op het gebeid van spel en bewegen.

Werken met een ontwikkelingsperspectief

ITT/HU Beoordelingscriteria praktijk Fase 3 (jaar 3)

Aansluiten bij de behoefte van ieder kind. Makkelijker gezegd dan gedaan?

TULE inhouden & activiteiten Bewegingsonderwijs. Kerndoel 57 - Bewegen op muziek. Toelichting en verantwoording

Kleuters in actie Hand-out: Kleuters in actie 2013

muziek De domeinen zijn: zingen, spelen (op instrumenten), luisteren (naar muziek), componeren en improvise- Kennisbasis muziek op de Pabo

Hoeveel sporten deze kinderen. De kracht van sport sporten voor kinderen met gedragsproblemen. Wekelijks sporten, lidmaatschap en bewegen %

Waarom Wetenschap en Techniek W&T2015

STUDIEDAG FREERUNNING IN HET ONDERWIJS - HANDEL

Samenwerking. Betrokkenheid

FUNCTIEBESCHRIJVING EN -WAARDERING. Herman Broerenstichting Vakleraar bewegingsonderwijs

Genotmiddelen. Genotmiddelen. Bron: 1

Leren differentiëren met de 4c/ID aanpak

BiblioMemo. Handleiding voor de bibliotheek Groep 5

Professionalisering Pedagogisch- en didactisch handelen voor assistenten, leraarondersteuners en overig onderwijsondersteunend personeel

Blok leergang bewegingsonderwijs via PABO PRESENTATIE REGULEREN

Transcriptie:

bewegingsonderwijs Belang van het vak Het bewegingsonderwijs aan de Pabo is exclusief gericht op de bevoegdheid voor groep 1 en 2, voorts op bewegen in brede context: bewegingsactiviteiten die op de basisschool naast de lessen worden gedaan. De bevoegdheid les te geven aan groep 3 t/m 8 is elders geregeld en de voorbereiding daarop blijft dus in deze kennisbasis buiten beschouwing. Wij beschrijven alleen een kerndeel, geen profieldeel. De basisschoolleeftijd is bij uitstek geschikt om de bewegingsbekwaamheid te vergroten en de attitude van de kinderen te bevorderen. Door het vergroten van het bewegingsrepertoire krijgen kinderen meer bagage mee om deel te kunnen nemen aan hun actuele bewegingswereld en aan de toekomstige bewegingscultuur. In deze leeftijd zijn kinderen erg gemotiveerd als het om (leren) bewegen gaat. Competentie en plezier gaan hier samen. Stegeman (2007) wijst op een positieve relatie tussen participatie aan sport en bewegen en een gevoel van eigenwaarde en welbevinden. Kinderen bewegen graag en veel, deze attitude moet behouden blijven. Uit onderzoek in 2004 is gebleken dat kinderen die drie maal in de week intensieve lessen bewegingsonderwijs kregen significant meer activiteit ontplooiden gedurende de schooldag (Kriemler et al. 2004). Over de gunstige effecten op de gezondheid is geen discussie. Vorming van zelfbeeld en zelfvertrouwen vinden veelal spelend en bewegend plaats. Fysiek actieve kinderen denken positiever over zichzelf dan minder actieve kinderen. Succesbeleving, waardering en sociale interactie tijdens bewegen en spelen dragen in belangrijke mate bij aan de identiteitsvorming en aan de sociale cohesie. Ontmoetingen en interacties vinden bij jonge kinderen vooral plaats in spel- en bewegingssituaties. Deze moeten plaats vinden in een veilig pedagogisch klimaat met veel aandacht voor positieve interacties en voor waarden en normen. De leerkracht speelt hier een belangrijke stimulerende rol. De structuur van het vak Een praktische uitwerking van het vakgebied via leerlijnen en bewegingsthema s is beschreven in het Basisdocument Bewegingsonderwijs (Mooij, 2004). Het gaat om een indeling in twaalf leerlijnen, later uitgewerkt in tussendoelen door de SLO. Die twaalf thema s zijn: balanceren, klimmen, zwaaien, over de kop gaan, springen, hardlopen, mikken, jongleren, doelspelen, tikspelen, stoeien, spelen, bewegen op muziek. Ook buiten de lessen bewegen de leerlingen en is het mogelijk de activiteiten te onderscheiden in de genoemde thema s. Ze doen dat op de speelplaats, in de buurt, op het sportcomplex, het zwembad, park, strand, ijsbaan, speelparadijs etc. De leerkracht stimuleert en coördineert bij sport- en speldagen, wandelvierdaagse, schoolkamp, brede schoolactiviteiten etc. Het vak en de leerlingen In recente benaderingen op het gebied van de motorische ontwikkeling worden het individu, de omgeving en de taak beschouwd als elementen die elkaar continu beïnvloeden tijdens het ontwikkelingsproces. De motivatie van het kind, de rol van andere kinderen en volwassenen en de wijze waarop het kind de omgeving waarneemt, zijn belangrijke elementen in het ontstaan van nieuw motorisch gedrag. Ieder kind legt een uniek ontwikkelingstraject af. Het blijkt lastig om op dit gebied bruikbare kennis voor het basisonderwijs te formuleren. We kunnen wel een aantal manieren onderscheiden waarop kinderen bewegingen leren: door ontdekken, door imiteren, door herhalen of door transfer. Hier kunnen ze expliciet of impliciet mee omgaan. We spreken van expliciet leren als we precies aangeven wat er gebeurt tijdens de beweging (houding van lichaamsdelen, plaats van het lichaamsgewicht etc.). Door bewuste controle wordt geprobeerd de beweging uit te voeren. Bij impliciet leren is men zich niet of nauwelijks bewust van wat er qua bewegings- Kennisbasis bewegingsonderwijs op de Pabo

uitvoering gebeurt (leren huppelen, fietsen etc.). Impliciete leermethoden zijn vaak effectiever dan expliciete. Dat kan bijvoorbeeld door te werken met een voorbeeld in plaats van expliciete instructie. Kinderen leren ook veel door zelf te ontdekken en uit te proberen, of door analogieën en beelden (maak je zo rond als een balletje). Kennisbasis bewegingsonderwijs op de Pabo

Het kerndeel 1. Algemeen 1.1 De student kan beargumenteren dat bewegingsonderwijs een belangrijke bijdrage levert aan de algehele ontwikkeling, de gezondheid, de schoolprestaties en de sociale integratie. 3.3 De student kan uitleggen dat voorbeelden erg belangrijk zijn in het bewegingsonderwijs. 3.4 De student kent het verschil tussen expliciete en impliciete instructie en kan enkele vormen van impliciete instructie noemen en toelichten. 1.2 De student kan beargumenteren waarom het van belang is dat kinderen (leren) bewegen op eigen niveau, in eigen tempo en naar eigen interesse. 2. Structuur van het vak 2.1 De student kan een aantal maatregelen opnoemen die de veiligheid binnen het bewegingsonderwijs bevorderen. 2.2 De student kan aangeven wat de effecten en kwetsbaarheden zijn van verschillende groeperingvormen en organisatievormen in de les. 2.3 De student kan de twaalf bewegingsthema s voor het onderwijs aan groep 1 en 2 benoemen en kort toelichten. Referenties Kriemler S., Zahner L., Schindler C., Meyer U., Hartmann T., Hebestreitt H., Brunner-La Rocca H.P., Mechelen W. van, Puder J.J. (2004). Effect of school based physical activity programme (KISS) on fitness and adiposity in primary school children: Britisch Medical Journal, 340:c785 Mooij, C, Berkel M van, Hazelebach C, (red.)(2004). 1 e druk Basisdocument Bewegingsonderwijs, Zeist, Jan Luiting Fonds. Stegeman, H. (2007-2). Effecten van bewegen op school, s-hertogenbosch: Tussendoelen en leerlijnen (TULE) http://tule.slo.nl/bewegingsonderwijs 2.4 De student kan een aantal voorbeelden beschrijven van de toenemende complexiteit binnen die twaalf leerlijnen. 2.5 Bij het bewegen in brede context kan de student beargumenteren op basis van welke criteria bewegingsactiviteiten gekozen worden. Met dank aan de opstellers van de eerste kennisbasis: L. van Det W. van Gelder M. van der Pols M. van Soest 2.6 Voor het bewegen in brede context kan de student bij alle twaalf leerlijnen voorbeelden noemen van bewegingsactiviteiten. 3. Het vak en de leerlingen 3.1 De student kan de consequenties overzien van verschillen tussen kinderen in het bewegingsonderwijs, pedagogische en didactische consequenties. 3.2 De student kan vier manieren noemen en toelichten waarop kinderen bewegingen leren. Kennisbasis bewegingsonderwijs op de Pabo