Wat wilt ú eigenlijk?



Vergelijkbare documenten
Kennis en ervaringen met e-health van mensen met een chronische longziekte

ehealth binnen de thuiszorg van Noorderbreedte

Brief van de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Hoofdstuk 43. Financiële situatie

ehealthkoffer Gemeente Smallingerland December, 2014 Dichic Dishiki Bukasa Michaline Albertoe 19, december 2014 Groningen

Vrijwilligerswerk, mantelzorg en sociale contacten

ehealth & Sociale media: op naar fysiotherapie2.0 4 oktober 2013, Saskia Timmer

Ruud Janssen, Lectoraat ICT-innovaties in de Zorg, Hogeschool Windesheim

Zelfmanagement en ehealth. Karin Oost Senior Communicatieadviseur Nictiz Trendition 8 december

Zelfmanagement bij mensen met beperkte gezondheidsvaardigheden door verstandelijke beperkingen

Inhoudsopgave. ehealth dimensies Voorbeelden. Digitalisering van de zorg Verschillende vormen. into.care

Grote behoefte aan elektronische verslaglegging en gegevensuitwisseling, gebruik groeit

Eigen Regie Maakt Zorg Beter

KLANTTEVREDENHEIDSONDERZOEK SCHOONMAAKDIENST GEMEENTE HAREN

Het sociaal netwerk en het gebruik van zorg door ouderen (55+) in Limburg

ehealth in mijn praktijk?! Datum 28 januari 2014, S.Timmer

Achtergrondinformatie geldstromen en wetten

No show in de zorg. Voorstel om verspilling in de gezondheidszorg aan te pakken. Pia Dijkstra Tweede Kamerlid D66.

Het gebruik van e-mental health door behandelaren in de GGZ. De barrières en mogelijke oplossingen inzichtelijk

Smartphone Onderzoek OTYS Recruiting Technology

Hoofdstuk 19. Financiële situatie

Gemeente Roosendaal. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 26 juni 2017

Gevolgen van het regeerakkoord voor de zorg Herman Klein Tiessink

Van systemen naar mensen Gezamenlijke agenda VWS 8 februari Vereniging Senioren ING Regio Rotterdam/Zeeland 24 april 2014 Joop Blom

Compensatie eigen risico is nog onbekend

Wat vinden uw cliënten van de zorg thuis?

Zelfzorg & zelfdiagnose. Dianne Prinsen Programmaleider ehealth& zelfmanagement

De probleemstelling voor het onderzoek is als volgt geformuleerd:

Kennis van verpleegkundigen een probleem?

Resultaten interviews met patiënten Vervolgens wordt een korte samenvatting gegeven van de belangrijkste resultaten uit de gelabelde interviews.

RAPPORTAGE ZGAO CLIËNTENRAADPLEGING CQ-INDEX ZORG THUIS 2016

Ervaringen thuiszorgcliënten V&V Huize het Oosten Gemeten met de CQI index

Trends in het gebruik van informele zorg en professionele zorg thuis: gebruik van informele zorg neemt toe

Factsheet Indicatie zorgvraag Amsterdam 2030 Prognoses van functioneren en chronische aandoeningen 1

e-health Wat Waarom Hoe Ilse Swinkels Senior onderzoeker

Het effect van deelname aan ouderenactiviteiten van Timpaan Welzijn op gevoelens van eenzaamheid. Onderzoek in de Gemeente Steenwijkerland

Inzet van WoonZorgTechnologie als antwoord op de nieuwe wetgeving

Zorginnovatie bij CZ

Gesprek voeren met degene in de vestiging die verantwoordelijk is voor ICT zaken.

Jill Chin - Soufyan Abbassi - Abdel Achaaoui - BLOK 4

Niet alles verandert in de zorg

Monitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2016

Samenvatting onderzoek Zorg en Gezondheid

intelligent software for monitoring centres

Subsidiënt: Ministerie van VWS. Zorgverleners werken liever met interne oproepkrachten dan met personeel van buitenaf

Kenmerken van wanbetalers zorgverzekeringswet

Spaanse verpleegkundigen in Nederland.

Hoofdstuk 7. Financiële situatie

De toekomst van de zorg in een vergrijzende samenleving

Rapport. Eigen regie en zelfredzaamheid ; een enquête onder senioren

Huishoudelijke hulp in de beleving van PGGM&CO-leden

Kwetsbaar alleen. De toename van het aantal kwetsbare alleenwonende ouderen tot 2030

Demografische gegevens ouderen

Mantelzorg, waar ligt de grens?

Rapportage Wmo onderzoek Communicatie

Fries burgerpanel Fryslân inzicht

Innovatie in Beweegzorg! Cindy Veenhof Professor in Physical therapy Sciences

We danken u voor u bijdrage in de vorm van het invullen van de vragenlijst. 1. De organisatie waarvoor u de vragenlijst gaat beantwoorden?

ehealth adoptie? Opleiden als succesfactor Saskia Timmer, Directeur Changing Healthcare

A.J.E. de Veer, R. Verkaik & A.L. Francke. Stagiairs soms slecht voorbereid op praktijk. Zorgverleners over de aansluiting

Enquête mantelzorg in de gemeente Haren

Deze factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen worden gebruikt met bronvermelding.

Cliëntervaringsonderzoek Wmo

Praktijkgericht onderzoek - Easysteppers


Hoofdstuk 5. Trendvragen financiële situatie

Figuur 1: Type zorg waarvoor men naar het buitenland ging (N=145)

Bij deze bieden wij u de resultaten aan van het onderzoek naar de eerste effecten van de decentralisaties in de gemeente Barneveld.

Vrijwilligersbeleid. Rapportage flitsenquête ActiZ. ActiZ, organisatie van zorgondernemers. ICSB Marketing en Strategie Drs.

Staatssecretaris verlengt concessie zorgkantoren

Individueel verslag Timo de Reus klas 4A

Factsheet. Meet the Needs. Onderzoek naar de behoefte aan leefstijlaanbod van mensen met een lage SES in Maastricht

Scherp Consultancy inspiratie en innovatie voor zorg en welzijn

Hoofdstuk 10. Trendvragen financiële situatie Hoofdstuk 11. Financiële situatie

Van zorg op afstand naar samen zorgen in de wijk. Toon van de Looy VanMorgen

Mhealth-strategie. Bekijk het van de andere kant!

doordat er op dat moment geen leeftijdsgenootjes aanwezig zijn. Als ze iets mochten veranderen gaven ze aan dat de meeste kinderen iets aan de

Cliënttevredenheidsonderzoek Wmo

!7": ZORG 'EHANDICAPTENZORG

Samenvatting 3-meting effectonderzoek integratiecampagne. Onderzoek onder allochtone Nederlanders

De alles-in-1 Zorgapp

Wijkaanpak. bekendheid, betrokkenheid en communicatie

Monitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2015

Vergoedingen en polisvoorwaarden zorgverzekering

Gemeente Roosendaal. Klanttevredenheidsonderzoek Wmo over Concept. 11 augustus 2014

Hoofdstuk 9. Trendvragen financiële situatie Hoofdstuk 10. Financiële situatie

Resultaten Onnodige Zorg

Tabellenboek 'Bekendheid van verzekerden met de polisvoorwaarden en de inhoud van de zorgverzekering

Hoofdstuk 10. Financiële situatie

Masterpiece Autonomie bij de geriatrische zorgvrager na invoering van het Baxtersysteem

1 NIVEL, 2 Nictiz. of te verbeteren (Krijgsman et al., 2016). Het idee is mensen niet meer weg te denken uit hun leven.

Technologie en de toekomst van de zorg. Luc de Witte Maastricht University Zuyd University of Applied Sciences

Investeren in Sterk naar Werk. Ziek en mondig in de 1 e lijn

Hoofdstuk 14. Mantelzorg

Advies en informatie direct vanaf beginfase belangrijk voor mantelzorgers van mensen met dementie

Een coalitie met een plan Toekomstprofielen Slimmer-zorgen-in-een-minuut

ehealth = Health Investeringen uit het verleden belemmeren de toekomst? Chris Flim VU PICA Kenniscentrum Patiëntenlogistiek

29 november Onderzoek: Veranderingen in de zorg en mantelzorg

Een visie op ouderenzorg de transitie naar nieuwe modellen Transparant, toegankelijk, betaalbaar

Mantelzorg. Figuur 1. Mantelzorg per GGD regio. 2 van 6 Rapport Mantelzorg. Bron: Zorgatlas RIVM

Transcriptie:

Wat wilt ú eigenlijk? Behoefte aan ICT- toepassingen in de ouderenzorg Angela Moenis-1547068 Opleiding: Management in de Zorg Datum: April 2013 Organisatie: Amsterdam Economic Board Stagedocent: David Sterk Stagebegeleider: Gijs van Rijn

Onderzoeksverslag: Verkenning naar de behoefte aan ICT- toepassingen in de ouderenzorg Uitvoering: Angela Moenis, 1547068, HBO Management in de Zorg / email: angela.moenis@student.hu.nl angela.moenis@health-lab.nl Begeleidend docent: David Sterk email: david.sterk@hu.nl Stagebegeleiding: Gijs van Rijn email: g.vanrijn@amsterdameconomicboard.nl Opdrachtgever: Amsterdam Economic Board Cluster ICT Project: Health-Lab Dit onderzoeksverslag is onderdeel van de afstudeerstage vanuit de opleiding Management in de Zorg aan de Hogeschool Utrecht te Amersfoort. April 2013 2

Voorwoord Voor u ligt het onderzoeksverslag dat tot stand is gekomen naar aanleiding van de afstudeerstage bij de Amsterdam Economic Board. Deze afstudeerstage is uitgevoerd vanuit de opleiding Management in de Zorg van de Hogeschool Utrecht. Het onderzoeksverslag is het resultaat van een onderzoek dat is uitgevoerd binnen het Health-Lab project van de Amsterdam Economic Board. Het onderzoek richtte zich op de behoefte van de thuiszorg ontvangende 65+er in Amsterdam, aan ICT middelen ter bevordering van de toegankelijkheid van de zorg. Het onderzoek heeft plaatsgevonden in de periode van 12 november 2012 tot 12 april 2013. Mijn woord van dank gaat uit naar Dhr. G. van Rijn voor de begeleiding vanuit de Amsterdam Economic Board, Dhr. D. Sterk voor de begeleiding vanuit de opleiding Management in de Zorg en Dhr. L. Versteeg voor de ondersteuning tijdens het onderzoek. Hiernaast wil ik graag alle partijen en cliënten bedanken voor hun medewerking. Zonder deze medewerking had dit onderzoeksverslag niet tot stand kunnen komen. Angela Moenis 1547068 Student Management in de Zorg Stagiaire Amsterdam Economic Board 3

Samenvatting Wat wilt ú eigenlijk? Cliënten betrekken bij innovaties in de zorg, dan worden deze ook in gebruik genomen. Zou u gebruik maken van diensten/producten die niet aansluiten op uw wensen en behoeften? Dubbele vergrijzing en bezuinigingen in de zorg zijn nog steeds onderwerp van gesprek. Het is belangrijk dit niet als een bedreiging te zien maar juist als een kans. De extramuralisatie van ZZP s 1 t/m 3 sinds 1 januari jl. zorgt voor een groei van het aantal extramurale cliënten van zorginstellingen. Voorkomen moet worden dat de extramurale cliënt intramurale zorg nodig gaat hebben. Dit begint bij het toegankelijk houden van deze zorg of deze zelfs te vergroten. Waar is behoefte aan als het gaat over de inzet van ehealth rondom de toegankelijkheid van de zorg? Waar kunnen we deze behoefte achterhalen? Juist, bij de cliënt zelf. Aan welke doeleinden en functionele eigenschappen dient ehealth te voldoen om aan te sluiten bij de behoefte van de zelfstandig wonende, thuiszorg ontvangende oudere van 65+ in de Metropoolregio Amsterdam? (Doel: Vergroten toegankelijkheid zorg in kader van preventie) Het onderzoek heeft zich gericht op deze centrale vraag. Cliënten die binnen de doelgroep vallen zijn geïnterviewd en er heeft een deskresearch rondom dit onderwerp plaatsgevonden. ehealth kan wel degelijk een bijdrage leveren aan het vergroten van de toegankelijkheid van de zorg. Mede dankzij het vergroten van de toegankelijkheid van de zorg kan ehealth ook een verlaging van de zorgvraag tot stand laten brengen. Het contact met alle zorggerelateerde organisaties, best ingewikkeld allemaal. Wie doet wat ook alweer? Wie kan ik waarvoor bellen? Dit moet een stuk makkelijker en duidelijker worden voor de cliënt. Fysieke controle afspraken kunnen net zo goed overgenomen worden door beeldcommunicatie. Dit alles op een computer of laptop regelen? Dat is toch wel een beetje ingewikkeld. Het gebruik van een tablet, dat is interessant! 4

Inhoud Voorwoord... 3 Samenvatting... 4 Leeswijzer... 7 1. Inleiding... 8 1.1 Aanleiding... 8 1.2 Probleemverkenning... 9 1.2.1 Doelstelling... 9 1.2.2 Probleemstelling... 9 1.2.3 Vraagstelling...10 1.2.4 Deelvragen...10 1.3 Relevantie...10 1.4 Actualiteit...11 2. Methode...13 2.1 Onderzoeksopzet...13 2.2 Deskresearch...13 2.3 Fieldresearch...13 2.4 Werving respondenten...14 2.5 Respondenten...14 2.6 Interviews...14 2.7 Instrumenten...15 2.8 Kwalitatief onderzoek...15 3. ehealth...16 3.1 Doelmatigheid ehealth...16 3.2 Toepassingsmogelijkheden ehealth...17 3.3 Kansen en voordelen ehealth...18 4. Toegankelijkheid zorg...21 4.1 Kosten...22 4.2 Reisafstand...22 4.5 Wachttijden...22 4.6 De mate waarin het aanbod tegemoet komt aan de behoefte en de vraag van de burgers...22 4.7 Personeelsaanbod in de gezondheidszorg...23 5

4.8 Keuzevrijheid...23 5. Doelgroepanalyse...24 5.1 Demografische gegevens...24 5.2 Opleiding en inkomen...25 5.3 Gezondheid...25 5.4 Wonen en fysieke omgeving...26 5.5 Sociale omgeving...27 5.6 Ontvangen zorg doelgroep...27 5.7 Reeds toegepaste ehealth toepassingen in zorginstelling...28 6. Resultaten praktijkonderzoek...29 6.1 Één op één interviews...29 6.2 Groepsgesprek...31 6.3 Niet direct aan onderzoek te koppelen resultaten...32 Conclusie...34 Aanbevelingen...38 Discussie...41 Bibliografie...43 Afbeeldingen lijst...47 Bijlage...48 Selectie aandachtsgebieden onderzoek...48 Gezondheid ouderen Amsterdam...49 Verantwoording methode...50 Uitdaging ehealth: Financiering...52 Uitdaging ehealth: Kwaliteit...54 Uitdaging ehealth: ICT-standaarden...55 Uitdaging ehealth: Wet- en regelgeving...56 Mhealth...57 Informatieve mail zorggerelateerde organisaties...60 Onderwerpen/vragenlijst cliënten...61 Verslag interviews cliënten...65 Verslag groepsgesprek cliënten...78 6

Leeswijzer Het verslag is logischerwijs begonnen met een voorwoord gevolgd door een samenvatting van het verslag. In deze samenvatting is in het kort de inhoud van het verslag weergegeven waar de aanleiding, vraagstelling, kern, conclusie en aanbevelingen in verwerkt zijn. Hierop volgt de inhoudsopgave waarin overzichtelijk de indeling van het verslag te vinden is. In hoofdstuk 1 is de inleiding te vinden. In dit hoofdstuk vindt u de motivatie en achtergrond van het onderzoek. In het hoofdstuk dat hierop volgt komt de methode aan bod. In dit hoofdstuk is de gebruikte methode voor het onderzoek uitgewerkt. In hoofdstuk 3 t/m 5 is het deskresearch uitgewerkt in de vorm van een literatuurstudie. De informatie is direct te linken is aan het onderzoek. Er wordt stilgestaan bij ehealth, de toegankelijkheid van de zorg, de doelgroep en de ontvangen zorg van deze doelgroep. In het hoofdstuk dat hierop volgt zijn de resultaten op basis van het fieldresearch te vinden. Hierna wordt het deskresearch aan het fieldresearch gekoppeld wat resulteert in een conclusie. Mede op basis van deze conclusie worden er vervolgens aanbevelingen gedaan voor het vervolg van Health-Lab. In het laatste hoofdstuk is de discussie te vinden. In dit hoofdstuk worden verschillende onderdelen van het onderzoek ter discussie gesteld. Hierop volgt de literatuurlijst waarin alle gebruikte bronnen vermeldt staan. Tot slot zijn er verschillende bijlagen te vinden die als ondersteuning dienen voor het verslag. 7

1. Inleiding 1.1 Aanleiding Als gevolg van de dubbele vergrijzing stijgt de zorgvraag. Samen met de zorgvraag stijgen de zorgkosten in Nederland ook (Health-Lab, 2011). In het laatste regeerakkoord is te lezen dat er 5 miljard bezuinigd gaat worden op de sector zorg. In totaal gaat er 16 miljard bezuinigd worden (VVD, 2012). Uit deze feiten wordt duidelijk dat de sector zorg flink te lijden krijgt onder de bezuinigingen. Mensen zullen steeds meer zelf moeten gaan betalen, met name voor de langdurige zorg. Health-Lab heeft als doel de zorg efficiënter te maken. Efficiënt staat voor het bereiken van een doel met zo min mogelijk inspanning, middelen etc. (Van Dale, 2012). In het geval van Health-Lab zijn deze inspanningen en middelen onder andere te omschrijven als geld, het financiële budget. Vanuit de zorgsector groeit de behoefte naar ICT gerelateerde oplossingen, het bewustzijn van de kansen en mogelijkheden is de afgelopen tijd enorm toegenomen (Rijn, 2012). Door middel van innovatie binnen de zorgsector wil Health-Lab inspelen op de zorgkosten. Dit is onder anderen te realiseren door ICT middelen in te zetten die de behoefte van zorg verlaagt of vervangt. Health-Lab ziet kansen voor het inzetten van ICT middelen die de behoefte van zorg verlaagt of vervangt door de focus te leggen op preventie. Preventie wordt in dit geval gezien als het voorkomen van de zorgvraag of deze te verkleinen. Door de behoefte van ICT middelen in de zorg (die ter preventie dienen) te onderzoeken bij verschillende cliënten die binnen de doelgroep vallen, wordt duidelijk waar de vraag ligt en kan hierop ingespeeld worden. Tijdens het onderzoek is gericht op de ouderenzorg en ligt de focus op de toegankelijkheid van de zorg. Deze keus is gemaakt aangezien deze sector groeiend is en Health-Lab veel kansen ziet voor deze sector. Vanaf maart/april wil Health-Lab een 10 tal pilots, zogenaamde challenges, laten starten samen met verschillende zorginstellingen. Deze challenges betreffen een opzet en uitvoering van ICT- toepassingen binnen een zorgorganisatie met een groep cliënten. De uitkomst van het onderzoek geeft een eerste aanzet voor de invulling van deze challenges. 8

1.2 Probleemverkenning 1.2.1 Doelstelling Om ervoor te zorgen dat ehealth optimaal gebruikt/ingezet wordt wil Health-Lab de gebruiker centraal laten staan. De gedachte hierachter is om te ontwikkelen samen met de gebruiker. Health-Lab ziet kansen voor ehealth om de zorg efficiënter te maken en de behoefte aan zorg af te laten nemen door ICT- toepassingen in te zetten die zich richten op preventie. Wat duidelijk dient te worden is de behoefte aan ICT- toepassingen die de kwaliteit van zorg waarborgen of zelfs verhogen waarbij de focus op de toegankelijkheid van de zorg ligt. Het gaat hierbij om de behoefte van de zelfstandig wonende, thuiszorg ontvangende oudere van 65+ in de Metropoolregio Amsterdam. De gedachte hierachter is dat de toepassing van ehealth aansluit op de vraag/behoefte van de gebruiker. Het uiteindelijke doel is het voorkomen dat cliënten intramurale zorg nodig hebben. 1.2.2 Probleemstelling De Nederlandse bevolking is aan het vergrijzen. Dit betekent dat er steeds meer ouderen komen. Door de dubbele vergrijzing worden deze ouderen ook steeds ouder. Door deze ontwikkelingen is een groot deel van de Nederlandse bevolking zorgbehoevend. Hiernaast blijft/wil een groot gedeelte van deze groep zo lang mogelijk thuis wonen waarbij zij eventueel thuiszorg ontvangen. Ook vanuit zorgorganisaties ligt deze behoefte hier. Het gaat hierbij onder andere om de extramurale cliënt van een zorginstelling. Er wordt op dit moment nog niet optimaal gebruik gemaakt van ehealth. Er zijn veel toepassingen op de markt die te ingewikkeld zijn voor de doelgroep waarvoor ze bedoeld zijn. De belanghebbende partijen, kennis en tijd zijn niet aanwezig bij de implementatie van ehealth. Vaak wordt de vraag/behoefte van de cliënt ook niet meegenomen bij de ontwikkeling van deze toepassingen. Het mag duidelijk zijn dat het aanbod op die manier niet aansluit bij de vraag van de doelgroep/gebruiker waardoor het aanbod niet in gebruik genomen zal worden. Wegens de extramuralisering blijft de oudere langer thuis wonen en staat deze dus verder van de zorginstelling af. Ondanks dit feit dient de toegankelijkheid van de zorg wel gelijk te blijven of zelfs vergroot te worden. 9

1.2.3 Vraagstelling De vraag die centraal stond tijdens het onderzoek is gebaseerd op de voorgaande probleemstelling. Deze vraag is als volgt geformuleerd: Aan welke doeleinden en functionele eigenschappen dient ehealth te voldoen om aan te sluiten bij de behoefte van de zelfstandig wonende, thuiszorg ontvangende oudere van 65+ in de Metropoolregio Amsterdam? (Doel: Vergroten toegankelijkheid zorg in het kader van preventie) 1.2.4 Deelvragen Wat wordt er verstaan onder ehealth? Hoe kan ehealth bijdragen aan een afname van de zorgvraag in de care sector? Hoe kan ehealth bijdragen aan het efficiënter maken van de zorg in de care sector? Wie is de zelfstandig wonende, thuiszorg ontvangende 65 plusser in de Metropoolregio Amsterdam? Welke zorg ontvangt de zelfstandig wonende 65 plusser inde Metropoolregio Amsterdam van de thuiszorg? Welke vormen van ehealth worden al toegepast bij de zelfstandig wonende, thuiszorgontvangende oudere van 65+ in de verschillende te interviewen organisaties? 1.3 Relevantie Zoals ook bij de aanleiding wordt beschreven gaat er flink bezuinigd worden op de zorg sector. Er zal dus minder geld beschikbaar zijn voor deze sector. Door deze ontwikkeling komt de kwaliteit van zorg in gevaar. Dezelfde kwaliteit moet gewaarborgd worden ondanks een lager budget. De kosten kunnen onder andere in mindering gebracht worden wanneer de extramurale cliënt geen behoefte krijgt aan intramurale zorg. ehealth is de toepassing van informatie en communicatie technologie in de zorgsector en wordt gezien als een middel om de zorg efficiënter te maken (van der Klauw & Film, 2011). Het kan de gezondheid en gezondheidszorg ondersteunen of zelfs verbeteren (knm; NPCF; Zorgverzekeraars Nederland, 2012). Tijdens het onderzoek wordt er gezocht naar de behoefte aan ehealth binnen de ouderenzorg. Hierbij staat de kwaliteit van zorg centraal en wordt er gericht op ehealth dat een bijdrage kan leveren aan het voorkomen van de overplaatsing van extramuraal naar intramuraal. 10

Naar aanleiding van het onderzoek zal er een advies rapport gerealiseerd worden. Het advies zal bestaan uit verschillende aandachtsgebieden waar Health-Lab rekening mee dient te houden bij onder andere de invulling van de challenges. Deze aandachtsgebieden zullen geformuleerd worden op basis van veelvoorkomende uitspraken/behoeftes van de cliënt tijdens de interviews. Amsterdam Economic Board en Health-Lab zullen uiteindelijk profijt hebben bij het eindresultaat. Bij deze partijen zullen de aandachtsgebieden duidelijk worden waar rekening mee gehouden dient te worden bij de invulling van de challenges. Wanneer het onderzoek als input gebruik wordt voor de challenges hebben ook de zorgorganisaties en cliënten hier profijt van. Zoals hierboven beschreven staat zal de Amsterdam Economic Board profijt hebben van het eindproduct. Hiernaast heeft de stageorganisatie ook profijt van het hele proces van het onderzoek. Er wordt contact gezocht met verschillende instellingen. Tijdens dit contact komt het project Health-Lab verschillende keren voorbij aangezien het onderzoek uitgevoerd wordt binnen dit project. De instellingen zijn allen bekend met het project en op deze manier blijft het project leven. Hiernaast zal het resultaat van het onderzoek gepresenteerd worden tijdens de jaarlijkse Innovatie Markt op 4 april aanstaande waar ongeveer 600 man aanwezig is. Dit zijn allen professionals, ondernemers, wetenschappers, CEO s, studenten en ambtenaren. Zij zullen via de stand van Health-Lab ook op de hoogte gebracht kunnen worden van het onderzoek. 1.4 Actualiteit Het onderwerp dat centraal staat tijdens de afstudeerperiode is ICT in de zorg. Tegenwoordig ontstaan er steeds meer organisaties en projecten die zich richten op dit onderwerp. Zelfs in de politiek komt hier steeds meer aandacht voor. Minister van Volksgezondheid Welzijn en Sport, Edith Schippers, heeft onlangs zelfs een kamerbrief geschreven over ehealth. Hierin vermeldt zij dat ICT steeds nieuwe mogelijkheden biedt voor de zorgsector. Zij schrijft dat het gebruik van ICT in de zorg de vrijheid en zelfredzaamheid van patiënten kan versterken, oplossingen kan bieden voor het driegend personeelstekort, het de patiëntenveiligheid kan verbeteren en het de kostenstijging in de zorg kan beperken (Schippers, 2012). Aangezien het onderwerp zo actueel is en verschillende partijen ehealth als noodzaak zien is er een nationale implementatie agenda voor ehealth opgesteld. Hieruit komt naar voren dat ICT een grote bijdrage kan leveren aan de kwaliteit en doelmatigheid van de 11

gezondheidzorg. Wanneer ehealth goed ingezet wordt kan het bijdragen aan betaalbare, toegankelijke zorg van hoge kwaliteit (knm; NPCF; Zorgverzekeraars Nederland, 2012). Extramuralisering staat direct in contact met de afschaffing van lichte zorgzwaarte pakketten (ZZP s) en ICT in de zorg/ehealth. ICT kan een rol spelen in het extramuralisatieproces. Door de extramuralisatie van de lichte ZZP s houden cliënten langer de regie over hun eigen leven (Zanten-Hyllner, 2012). 12

2. Methode Om antwoord te kunnen geven op de onderzoeksvraag met bijbehorende deelvragen is een bepaalde onderzoekmethode aangehouden wat de betrouwbaarheid en validiteit van het onderzoek vergroot. In dit hoofdstuk is deze toegepaste methode uitgewerkt. 2.1 Onderzoeksopzet Om antwoord te kunnen geven op de onderzoeksvraag en de aansluitende deelvragen is gekozen voor een combinatie van deskresearch en fieldresearch. Er is begonnen met het deskresearch om informatie te verzamelen. Na 3 maanden startte het fieldresearch. De indeling van het onderzoek is in figuur 1 schematisch weergegeven. De invulling van dit desk- en fieldresearch is te vinden in dit hoofdstuk. De motivatie en verantwoording voor deze methode is te vinden in de bijlage Verantwoording methode. Figuur 1 Weergave indeling onderzoek 2.2 Deskresearch Zowel voorafgaand als tijdens het veldonderzoek heeft er een literatuuronderzoek plaatsgevonden. Dit literatuuronderzoek was gericht op ehealth, de zelfstandig wonende, thuiszorgontvangende oudere van 65+ in de Metropoolregio Amsterdam en thuiszorg. Met behulp van de gevonden literatuur is duidelijk geworden wat er al bekend is over het onderwerp van het onderzoek. Het literatuuronderzoek dient ter onderbouwing voor het adviesrapport en beantwoord verschillende deelvragen die in paragraaf 1.2.4 te vinden zijn. 2.3 Fieldresearch Onderzoek (5 maanden) Deskresearch (3/4 maanden) Fieldresearch (1/2 maanden) Naast het literatuuronderzoek dat plaats gevonden heeft is er ook gebruik gemaakt van een veldonderzoek. De basis van dit onderzoek waren interviews, het ging om een verkennend onderzoek. Er is gebruik gemaakt van halfgestructureerde en groepsinterviews. Er is voor deze vormen gekozen omdat er bij deze vormen ruimte is voor eigen inbreng van de respondent. Juist de eigen inbreng is belangrijk aangezien het om een verkennend 13

onderzoek ging en de behoefte centraal stond. Het onderzoek richtte zich op de vergroting van de toegankelijkheid van de zorg door inzet van ICT. Onder ICT werd er tijdens het onderzoek met name computers, laptops en tablets bedoeld. Er zijn bepaalde vastgestelde onderwerpen in de vorm van vragen aan bod gekomen tijdens de interviews, deze onderwerpen en vragen zijn terug te vinden in de bijlage Onderwerpen/vragenlijst cliënten. Het groepsinterview is zeer algemeen gebleven. De respondenten hebben zelf invulling kunnen geven aan de onderwerpen en konden hun mening hierover kwijt (Verhoeven, 2011). De uitwerking van zowel de één op één interviews en het groepsgesprek zijn terug te vinden in de bijlage Verslag interviews cliënten. 2.4 Werving respondenten In samenwerking met Amsta, Clientenbelang Amsterdam en PCOB zijn er geschikte en bereidwillige cliënten gevonden. De hiervoor genoemde partijen zijn zowel via de mail als telefonisch benaderd. In de bijlage Informatieve mail zorggerelateerde organisaties is de mail te vinden die verstuurd is naar de zorggerelateerde organisaties. Later zijn de cliënten via e-mail benaderd en wanneer de gegevens bekend waren ook telefonisch. 2.5 Respondenten De respondenten (N= 7) zijn allen cliënten van Amsta, Cordaan of lid van PCOB. De inclusiecriteria voor het onderzoek waren: Woonachtig in de Metropoolregio Amsterdam 65-plus Thuiszorg ontvangend Zelfstandig thuis wonend Enige affiniteit met ICT De exclusiecriteria waren: Intramurale zorg ontvangend Woonachtig buiten de Metropoolregio Amsterdam Geen affiniteit met ICT 2.6 Interviews Bij de respondenten (N=4) (waarbij één op één interviews afgenomen zijn) zijn interviews afgenomen op basis van vooraf vastgestelde aandachtsgebieden. Deze aandachtsgebieden zijn afgeleid van de in de literatuur gevonden doeleinden van ICT in de zorg. Voor het onderzoek is er op basis van deze doeleinden een selectie gemaakt die te vinden is in de derde kolom in figuur 10 in de bijlage Selectie aandachtsgebieden onderzoek. De 14

interviews waren gericht op de behoeftes die aanwezig zijn bij de cliënt op het gebied van de toegankelijkheid van de zorg in combinatie met het gebruik van ICT (met name computers, laptops en tablets) voor zorg in de thuissituatie. Met de toegankelijkheid van de zorg wordt de kwaliteit van informatievoorziening en het cliënt - arts contact bedoeld. De vragen die gebruikt zijn voor de interviews (N=4) zijn gericht op de aandachtgebieden die te zien zijn in de derde kolom in figuur 1 in de bijlage Selectie aandachtsgebieden onderzoek. Bij de cliënten (N=3) die deelnamen aan de meer open groepsinterviews zijn deze aandachtsgebieden in mindere mate aan bod gekomen. 2.7 Instrumenten De vragen die gesteld zijn tijdens de interviews waren allen afkomstig uit een van de onderstaande meetinstrumenten. Deze meetinstrumenten zijn bedoeld voor het samenstellen van enquêtes, tijdens dit onderzoek zijn deze vragen gebruikt voor interviews. Instrument CQ-index USE Questionnaire (HU) Onderwerp Bereikbaarheid hulpverlening Gebruiksvriendelijkheid Een aantal vragen zijn aangepast of weggelaten aangezien deze (in deze vorm) niet relevant waren voor het onderzoek. Hiernaast is er in de vragenlijst na de behandeling van ieder aandachtsgebied een lijst met eigenschappen opgenomen (Huizingh, 2011). De respondent diende uit deze lijst de eigenschappen te kiezen die als belangrijkst werden beschouwd. 2.8 Kwalitatief onderzoek Er is gekozen voor een kwalitatief onderzoek. De kwaliteit van de informatie is tijdens het onderzoek van belang en niet de kwantiteit. Het gaat hierbij niet om het benaderen van zoveel mogelijk cliënten maar om de kwaliteit/diepte van de informatie. Met behulp van de interviews dient er een zo compleet en breed mogelijk beeld gerealiseerd te worden. Door gebruik te maken van interviews i.p.v. bijvoorbeeld enquêtes is de eigen inbreng en meningen van de respondenten (N=7) beter naar voren gekomen (Verhoeven, 2011). 15

3. ehealth In de literatuur zijn verschillende definities te vinden over ehealth (electronic health). De definitie die aangehouden wordt tijdens het onderzoek is afkomstig van het Nictiz: ehealth is het gebruik van nieuwe informatie- en communicatietechnologieën, en met name Internettechnologie, om gezondheid en gezondheidszorg te ondersteunen of te verbeteren. (Krijgsman & Klein Wolterink, 2012) De definities die andere partijen hanteren komen voor het grootste gedeelte overeen met de definitie die Nictiz hanteert. In de literatuur zijn ook verschillende schrijfwijzen te vinden van ehealth. In het Nederlands wordt er voor de samenstelling van woorden waarvan een woord een afkorting is vaak gebruikgemaakt van een koppelingsstreepje. Een voorbeeld hiervan is bijvoorbeeld e-mail. Logischerwijs zou in Nederland e-health gehanteerd moeten worden. Echter, ehealth begint steeds meer een begrip te worden zoals iphone. Internationaal gezien wordt de term over het algemeen beschreven als ehealth, om die reden is tijdens dit onderzoek deze schrijfwijze aangehouden (Krijgsman & Klein Wolterink, 2012). De komst van nieuwe technologieën die de mobiliteit van ICT vergroten, is ook van invloed op ehealth. Een relatief nieuwe term die tegenwoordig vaak gebruik wordt is Mhealth. Mhealth is een onderdeel van ehealth. Mhealth omvat alle ehealth toepassingen, zorgdiensten en gezondheidsinformatie die geraadpleegd/gebruikt kunnen worden vanaf een mobiel apparaat. Hierbij kan gedacht worden aan smartphones en tablets (Timmer, 2011). In de bijlage Mhealth wordt dit begrip nader toegelicht. 3.1 Doelmatigheid ehealth De doelmatigheid van ehealth kan op verschillende manieren aangeduid worden. Vaak wordt er voor het bepalen van de doelmatigheid van (een) ehealth (interventie) gebruik gemaakt van de begrippen effectiviteit en efficiëntie (Kort, Cordia, & Witte de, 2008). Hiernaast wordt er ook vaak gesproken over empowerment (Timmer, 2011). Uit verschillende studies over ehealth is gebleken dat ehealth interventies beloftevol zijn. De geëvalueerde interventies uit de studies blijken succesvol. Er is nog niet veel kennis over de effectiviteit van ehealth. Terwijl het bewijslast zich nog ontwikkeld, delen onderzoekers de mening dat het verder ontwikkelen van ehealth zeer zinvol is (Timmer, 2011). Zoals in paragraaf 3 van hoofdstuk 5 te lezen is, lijden veel mensen die binnen de doelgroep vallen aan eenzaamheid. Juist ook voor het tegengaan van dit onderwerp wordt ICT als 16

bruikbaar hulpmiddel gezien. Het gebruik van ICT in de zorg (met name in de thuissituatie) kan de gevoelens van eenzaamheid verminderen. Deze vermindering kan tot stand gebracht worden doordat mensen contact kunnen maken via een videonetwerk of bijvoorbeeld online contact kunnen maken met familie en vrienden (Velde van der, Cihangir, & Borghans, 2008). Bij de efficiëntie van ehealth wordt er gekeken naar de opbrengsten van ehealth in vergelijking met de kosten. Voor de ouderenzorg zijn er verschillende voorbeelden die een efficiëntieverhoging laten zien door de inzet van ehealth. Zo wordt er bijvoorbeeld geld en tijd bespaard wanneer face-to-face contact vervangen wordt door bijvoorbeeld beeldcommunicatie. Op die manier wordt het mogelijk gemaakt dat er een consult plaatsvindt zonder reistijd voor zowel de cliënt als specialist. Er zal minder sprake zijn van verloren tijd (Velde van der, Cihangir, & Borghans, 2008). De inzet van digitale middelen zorgt ervoor dat de patiënt zelf aan de slag gaat (Schalken, 2010). Dit draagt bij aan de patiëntempowerment. Er vindt een regie verschuiving plaats van de zorgverlener naar de patiënt, mede door de inzet van ehealth (Timmer, 2011). 3.2 Toepassingsmogelijkheden ehealth Zoals al eerder staat beschreven zijn er tegenwoordig veel ehealth toepassingen op de markt. Om orde te scheppen zijn er verschillende indelingen van ehealth te vinden in de literatuur. Timmer (2011) heeft een indeling gemaakt gebaseerd op de functie en gebruikte techniek: Online informatie Sociale media Zelftesten E-communicatie Videocommunicatie Domotica en Ambient Technology Zorg-op-Afstand Serious Game Online zelfhulpcursus Online behandeling Patiëntenportalen In de praktijk ziet men vaak combinaties van het voorgaande. Zo is er bij een online behandeling of zelfhulpcursus vaak ook sprake van online informatie (Timmer, 2011). 17

Signalering Diagnostiek Indicatiestelling Planning Begeleiding Zorg/behandeling Zelfmanagement Evalueren Nazorg/ monitoring De indeling die gebaseerd is op functie en gebruikte techniek kan op zichzelf weer ingedeeld worden naar de toepassing van de fasen in het zorgproces. Timmer (2011) houdt hierbij de verschillende fasen in een zorgproces aan: Signalering Zorg/behandeling Diagnostiek Zelfmanagement Indicatiestelling Evalueren Planning Nazorg/monitoring Begeleiding Wanneer deze twee voorgaande indelingen met elkaar gecombineerd worden ontstaat er een compleet overzicht van de toepasbaarheid van de functies en gebruikte technieken in de verschillende zorgfasen zoals in figuur 2 te zien is. Indeling fasen in zorgproces Indeling functie en gebruikte techniek Online informatie Sociale media Zelftesten E-communicatie Videocommunicatie Domotica Zorg-op-afstand Serious Games Online zelfhulpcursus Online behandeling Patiëntenportalen Figuur 2 Combinatie indeling ehealth 3.3 Kansen en voordelen ehealth Er liggen veel kansen voor ICT binnen de zorgsector. In de vorige paragraaf zijn al de verschillende toepassingsmogelijkheden beschreven. Hieruit komt naar voren dat ehealth op verschillende manieren en in verschillende zorgfasen ingezet kan worden. 18

Uit verschillende bronnen komt naar voren dat ehealth, bekeken vanuit de zorgsector breed, vooral voor een aantal specifieke doeleinden geschikt is. Deze doeleinden zijn als volgt te beschrijven (Velde van der, Cihangir, & Borghans, 2008): Vergroting toegankelijkheid zorg Geen of uitgestelde opname in Verhoging efficiency (van de zorg) verpleeg- of verzorgingshuis Vermindering behoefte aan een Niet of minder instelling arts gerelateerde risico s Afname kosten gezondheidszorg Mogelijkheid tot verbetering arts- Vergroting efficiency (voor de patiënt relatie patiënt) Moeilijk bereikbare groepen testen Vergroting zelfstandigheid, zich wellicht zelf zelfmanagement en empowering Opsporen en eerder onderkennen patiënt van aandoening door zelftests Verbetering kwaliteit van leven Mensen kunnen voldoen aan hun Anonimiteit en privacy behoefte tot health check Verhoging kwaliteit van zorg Zelftests kunnen mensen Hoogwaardige medische geruststellen verpleegkundige zorg in de thuissituatie Een aantal van deze doeleinden zijn direct te koppelen aan het onderwerp en de doelgroep van het onderzoek. Het gaat hierbij om de volgende doeleinden: Vergroting toegankelijkheid zorg Vermindering behoefte aan een arts Mogelijkheid tot verbetering artspatiënt relatie Vergroting zelfstandigheid, zelfmanagement en empowering patiënt Verbetering kwaliteit van leven Anonimiteit en privacy Verhoging kwaliteit van zorg Hoogwaardige medische verpleegkundige zorg in de thuissituatie Geen of uitgestelde opname in verpleeg- of verzorgingshuis Mensen kunnen voldoen aan hun behoefte tot health check Zelfstests kunnen mensen geruststellen 19

Naast de verschillende kansen die er zijn voor ehealth zijn er ook verschillende uitdagingen te noemen die bestaan voor ehealth. Bij deze uitdagingen kan gedacht worden aan: Financiering Kwaliteit ICT-standaarden Wet- en regelgeving Deze aspecten worden nader toegelicht in de verschillende bijlagen over de Uitdagingen ehealth. 20

4. Toegankelijkheid zorg De toegankelijkheid van de zorg kan vergroot worden door de inzet van ehealth. Zorgverleners kunnen door de inzet van ehealth op het juiste moment op de juiste plaats aanwezig zijn. Deze aanwezigheid zal niet fysiek zijn maar via beeld. Via dit beeld kan de zorgverlener de cliënt van noodzakelijke informatie voorzien (Velde van der, Cihangir, & Borghans, 2008). Zoals in het vorige hoofdstuk te lezen is, zijn er een aantal doeleinden voor ehealth direct te koppelen aan het onderwerp en de doelgroep van dit onderzoek. Uit een gesprek met Leo Versteeg, beleidsmedewerker bij Amsta, kwam naar voren dat de toegankelijkheid van de zorg direct in contact staat met meerdere doeleinden. De toegankelijkheid van de zorg staat volgens hem direct in contact met de volgende andere doeleinden die genoemd worden in de literatuur: Afname behoefte aan een arts Verbetering arts- patiënt relatie Zelfstandigheid, zelfmanagement en empowering patiënt Geen of uitgestelde opname in verpleeg- of verzorgingshuis Mensen kunnen voldoen aan hun behoefte tot health check Zelftests kunnen mensen geruststellen In dit hoofdstuk wordt er verder ingezoomd op de toegankelijkheid van de zorg. Toegankelijke zorg kan omschreven worden als zorg die er voor zorgt dat personen, die zorg nodig hebben, op tijd en zonder grote drempels toegang hebben tot zorgverlening (Smits, M, & Westert, 2002). Er zijn een aantal aspecten die terugkomen in de literatuur, die samen de toegankelijkheid van de zorg bepalen. Het gaat hierbij om de volgende aspecten: kosten, reisafstand, wachttijden, de mate waarin het aanbod tegemoet komt aan de behoefte en de vraag van de burgers, personeelsaanbod in de gezondheidszorg en keuzevrijheid (RIVM, 2012). Het aspect dat tijdens het onderzoek centraal zal staan is de mate waarin het aanbod tegemoet komt aan de behoefte en de vraag van de burger. In het geval van het onderzoek wordt de burger gezien als de zelfstandig wonende 65-plusser die thuiszorg ontvangt. De totale toegankelijkheid van de zorg zal aan de hand van de boven genoemde aspecten verduidelijkt worden. 21

Zoals al eerder beschreven staat wordt in de literatuur de toegankelijkheid van de zorg onderverdeeld in verschillende aspecten. In de volgende paragraven zal elk aspect kort toegelicht worden. 4.1 Kosten De kosten kunnen worden gezien als de betaalbaarheid van de zorg. Een aspect dat gerelateerd is aan de kosten van de zorg is de zorgverzekering. Vanuit de nieuwe zorgverzekeringswet uit 2006 is iedereen verplicht om een zorgverzekering af te sluiten. Om die reden was in 2010 slechts 0,8 % van de Nederlandse bevolking onverzekerd (RIVM, 2012). Hiernaast zijn er nog wel inwoners van Nederland die onder de wanbetalers vallen. Inwoners die wel verzekerd zijn maar de premie van deze verzekering al minstens 6 maanden niet betaald hebben (RIVM, 2012). Binnen deze zorgverzekering vallen niet alle zorgkosten. Er zijn ook zorgkosten die nog zelf betaald dienen te worden. Omdat deze kosten zelf betaald dienen te worden zien mensen soms af van de zorg die ze eigenlijk wel nodig hebben. In 2010 zag 6% van de Nederlandse bevolking af van zorg vanwege de kosten (RIVM, 2012). Deze kosten die buiten de zorgverzekering vallen gelden met name voor chronisch zieken en mensen met een beperking. In 2009 had 89% van deze groep gezondheidskosten die buiten de zorgverzekering vielen (RIVM, 2012). 4.2 Reisafstand De reistijd- en afstand kunnen voor mensen een belemmering zijn voor het gebruik van zorg. De gemiddelde reistijd naar een huisartsenpraktijk was in 2010 1,37 minuten. Naar een ziekenhuis was men gemiddeld 12,3 minuten onderweg. ehealth kan onder andere bij dit aspect een positieve uitwerking hebben. De cliënt hoeft dan in sommige gevallen niet naar een specialist af te reizen maar kan de zorg in de thuissituatie ontvangen door bijvoorbeeld videocommunicatie (Velde van der, Cihangir, & Borghans, 2008). 4.5 Wachttijden 22,3% van de inwoners in Nederland die zorg ontvangen ziet het wachten op zorg als een probleem. Het gaat hierbij om het wachten in wachtkamers, wachtlijsten van ziekenhuizen en het wachten tijdens telefonisch contact (RIVM, 2012). 4.6 De mate waarin het aanbod tegemoet komt aan de behoefte en de vraag van de burgers Er vindt een verschuiving plaats van de aanbod- naar vraagsturing in de zorg. Deze verschuiving sluit goed aan op het centraal stellen van de behoefte van de burgers. Doordat 22

de zorg steeds meer gericht is op de vraag van de burgers staat de behoefte van de burger centraal i.p.v. het aanbod van de zorgorganisatie(s) (Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, 2011). 4.7 Personeelsaanbod in de gezondheidszorg Binnen de (thuis)zorg is personeel aanwezig voor de verzorging van cliënten. Wanneer er niet voldoende personeel aanwezig is kan de cliënt dit als onprettig ervaren. Een tekort aan personeel kan zich namelijk uiten in een tekort aan tijd en aandacht voor cliënten. Over het algemeen vinden thuiszorg cliënten dat er meestal/altijd voldoende personeel beschikbaar is. 22% van de thuiszorgcliënten denkt hier anders over (RIVM, 2012). 4.8 Keuzevrijheid De omslag van aanbodgerichte zorg naar vraaggerichte zorg zorgt voor verschillende veranderingen binnen de sector. Omdat het niet meer gaat over het aanbod dat aanwezig is maar juist gaat over de vraag bij de cliënt krijgt deze cliënt een keus. Op die manier wordt de cliënt steeds meer verantwoordelijk voor de eigen gezondheid. Doordat de cliënt centraal staat kunnen zij aanbieder en verzekeraars van zorg dwingen om zich positief te onderscheiden (Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, 2011). 23

5. Doelgroepanalyse Om een goed beeld te krijgen van de doelgroep is er gebruik gemaakt van een doelgroepanalyse. Verschillende aspecten worden belicht om een compleet beeld te krijgen van de zelfstandig wonende 65 plusser die thuiszorg ontvangt. Waar het mogelijke was en de literatuur het toe liet, is er tijdens deze analyse specifiek gericht op de doelgroep binnen de Metropoolregio Amsterdam. 5.1 Demografische gegevens In 2011 telde Nederland bijna 2,6 miljoen 65 plussers. Dit komt neer op ongeveer 15 procent van de gehele bevolking (CBS, 2013). Op 1 januari 2013 telde Amsterdam bijna 90 duizend ouderen van 65 plus. Dit komt neer op ongeveer 11 procent van de gehele bevolking in Amsterdam. Hieruit komt naar voren dat het percentage 65 plussers in Amsterdam iets lager ligt dan het landelijk gemiddelde. Van deze 11 procent bestaat ongeveer 17 procent uit ouderen tussen de 65 en 69 jaar, 12 procent uit ouderen tussen de 70 en 74 jaar, 9 procent uit ouderen tussen de 75 en 80 jaar en 13 procent ouderen die ouder zijn dan 80 jaar (Gemeente Amsterdam, 2013). Zoals in figuur 3 te zien is wordt er de komende jaren een sterke stijging van het aantal 65 plussers in Amsterdam verwacht. Dit betekent dat in 2030 de bevolking van Amsterdam voor een kwart uit 55 plussers zal bestaan (GGD Amsterdam, 2007 ). Figuur 3 Ontwikkeling aantal ouderen in Amsterdam (2007) Binnen de verschillende stadsdelen van Amsterdam verschillen de percentages van het aantal ouderen. In vergelijking met de stadsdelen West en Oost wonen er in Noord, Centrum en Zuid meer ouderen. 24

De groep ouderen is zeer divers. De ouderen in de verschillende stadsdelen bezitten verschillende kenmerken. Ongeveer de helft van de ouderen tussen de 55 en 75 jaar zijn alleenstaand. In stadsdeel het centrum ligt dit percentage hoger, namelijk op 60 procent. Er zijn zowel autochtone als allochtone ouderen van 55 plus in Amsterdam. Een derde van deze groep is van niet-nederlandse afkomst. Het aantal ouderen van 55 plus met een Surinaamse achtergrond is 7 procent, 1 procent is Antilliaans, 2 procent is Turks, 4 procent is Marokkaans, 14 procent bestaat uit westerse allochtonen en 4 procent uit niet westerse allochtonen. Boven de 75 jaar is het aandeel autochtone ouderen groter. De verdeling van de autochtone ouderen over de stadsdelen is ook opmerkelijk. In Zuid-Oost en Oost wonen vooral Surinamers, Turken wonen voornamelijk in West en Oost, Marokkanen in West, Nieuw-West en Oost en Westerse allochtonen wonen voornamelijk in Zuid en het Centrum (GGD, 2010). 5.2 Opleiding en inkomen Het opleidingsniveau van de oudere in Amsterdam ligt lager wanneer het vergeleken wordt met het opleidingsniveau van de jongere volwassenen. In de stadsdelen West, Noord en Oost wonen meer ouderen met een laag opleidingsniveau en een laag inkomen. Wanneer de Amsterdamse oudere vergeleken wordt met de oudere in het algemeen in Nederland ligt het opleidingsniveau wel hoger (Schuijt-Lucassen & Deeg, 2006). Dit is terug te zien in onderstaand figuur 4. Figuur 4 Opleidingsniveau ouderen Ondanks dat het opleidingsniveau onder de ouderen in Amsterdam hoger ligt dan in de rest van Nederland is het inkomen gelijk. Dit is te wijten aan het feit dat het grootste deel van de ouderen niet meer werkt en een uitkering/pensioen ontvangt (Schuijt-Lucassen & Deeg, 2006). 5.3 Gezondheid Van de Amsterdamse ouderen van 55 tot 74 jaar heeft een kwart een matige tot slechte gezondheid. Van deze groep heeft een derde minimaal een chronische aandoening aan het bewegingsapparaat. Wat opvalt, is dat een groot gedeelte van de Amsterdamse ouderen van 25

55-plus lijdt aan eenzaamheid of zelfs depressieve klachten zoals terug te zien is in figuur 11 in de bijlage Gezondheid ouderen Amsterdam (Dijshoorn H, 2009). Naast deze cijfers blijkt ook dat er een samenhang is tussen een lagere sociaal economische status (ses) en het aantal gezondheidsklachten. Gezondheidsklachten komen namelijk meer voor bij mensen met een lagere ses. Over het algemeen kan gezegd worden dat gezondheidsrisico s en gezondheidsproblemen meer voorkomen naar mate de leeftijd toeneemt en de ses lager ligt (Dijshoorn H, 2009). 5.4 Wonen en fysieke omgeving Aangezien de doelgroep thuiszorg ontvangt woont deze nog thuis. Ook woont de doelgroep in de metropoolregio Amsterdam, dit is een stedelijke omgeving. Om die reden is er weinig groen. Over het algemeen heeft een groene omgeving een positieve uitwerking op de gezondheid. De kans dat iemand zich ongezond voelt is 1,5 keer groter bij mensen die in een niet groene omgeving wonen ten opzichte van mensen die wel in een groene omgeving wonen (RIVM, 2012). Zoals in figuur 5 te zien is, is het internetgebruik de afgelopen jaren fors toegenomen bij de ouderen van 65 75 jaar. Tussen 2005 en 2011 is een stijging van 20% te zien. Figuur 5 Internetgebruik naar leeftijd Over het algemeen gebruikt de oudere doelgroep het internet vooral voor het verzenden en ontvangen van e-mails. Het opzoeken van gezondheidsinformatie staat op nummer 4 (CBS, 2011). Wanneer er gekeken wordt naar het gebruik van mobiele apparatuur met een internetverbinding valt op dat ouderen hier nog niet veel gebruik van maken. Het gebruik van 26

internet via een mobiele telefoon ligt erg laag maar het percentage voor het gebruik van internet via een laptop ligt een stuk hoger. Ongeveer 13% van de ouderen gebruikt namelijk een laptop om toegang te krijgen tot het internet (CBS, 2011). 5.5 Sociale omgeving De sociale omgeving staat direct in contact met het contact dat cliënten/burgers hebben met familie, buren en/of vrienden. Uit cijfers blijkt ouderen pas op latere leeftijd vereenzamen. Ouderen die in stedelijke gebieden wonen hebben minder contact met familie en buren dan plattelandsbewoners. Zoals is figuur 6 te zien is neemt het contact met vrienden licht af naar mate de leeftijd stijgt. dat Figuur 6 Sociale contacten 5.6 Ontvangen zorg doelgroep In 2010 ontvingen 512.755 ouderen van 65 plus in Nederland thuiszorg vanuit een zorginstelling. De meeste ouderen vielen in de leeftijdscategorie van 80 tot en met 85 jaar (CBS, 2011). 80 procent van de totale intramurale en extramurale zorg wordt geleverd aan ouderen van 65 jaar of ouder (Kort, Cordia, & Witte de, 2008). Wat opvalt, is dat de oudere van tegenwoordig de laatste jaren meer uren zorg ontvangt dan de jaren daarvoor. Figuur 7 Hoeveelheid thuiszorg 27

Het aantal cliënten was tussen 2002 en 2006 met gemiddeld 2,8 procent toegenomen. Het aantal uren zorg per cliënt was sterker toegenomen, namelijk met gemiddeld 3,4 procent per jaar. In figuur 7 wordt dit duidelijk weergegeven (CBS, 2008). In de praktijk wordt gezien dat naast deze professionele zorg die de doelgroep ontvangt er nog behoefte is aan meer zorg. Deze zorg wordt geboden door mantelzorgers. Dit zijn mensen die in de directe omgeving wonen van de cliënt. Ongeveer 80 procent van alle uren verzorging in Nederland wordt geleverd door de mantelzorg en niet door de zorgprofessional (Kort, Cordia, & Witte de, 2008). Het aantal uren zorg wat wordt weergeven in figuur 7 zijn dus maar een fractie van de totale zorg die de oudere ontvangt. 5.7 Reeds toegepaste ehealth toepassingen in zorginstelling Binnen de zorginstellingen die meegewerkt hebben aan het onderzoek werden al verschillende ehealth toepassingen gebruikt. De respondenten waren allen cliënt bij Amsta en/of Cordaan. De respondenten die cliënt zijn bij Cordaan zijn allen niet via een contactpersoon van Cordaan benaderd maar via een externe partij. Om deze reden heb ik niet met personeel van Cordaan gesproken. De respondenten die cliënt zijn bij Amsta heb ik wel via een contactpersoon van Amsta benaderd waardoor ik wel met personeel van Amsta heb kunnen spreken. Verdere informatie over reeds toegepaste ehealth/domotica 1 toepassingen in de zorginstelling heb ik verkregen van de internetsites van deze instellingen. Bij Cordaan worden de volgende ehealth toepassingen toegepast: Beeldcommunicatie (project zorg op afstand) Bij Amsta worden de volgende ehealth toepassingen toegepast: Sensoren, Coach, Spel (Living Lab locatie de Keyzer) Wat tijdens de interviews met cliënten opviel was dat zij allen geen weet hadden van de reeds gebruikte ehealth toepassingen binnen de zorginstelling. Geen van allen maakte ook gebruik van soortgelijke toepassingen. 1 Domotica omvat alle apparaten en infrastructuren in en rond woningen, die elektronische informatie gebruiken voor het meten, programmeren en sturen van functies ten behoeve van bewoners en dienstverleners. (Domotica Platform Nederland) 28

6. Resultaten praktijkonderzoek Tijdens het fieldresearch hebben er voornamelijk één op één interviews plaatsgevonden. Hiernaast heeft er ook een groepsgesprek plaatsgevonden. Op basis van deze gesprekken zijn in dit hoofdstuk de resultaten te vinden. Eerst zullen de resultaten beschreven worden uit de één op één interviews. Hierop volgen de resultaten die getrokken kunnen worden uit het groepsgesprek. Als laatst worden de resultaten beschreven die niet direct aan het onderzoek te koppelen zijn. 6.1 Één op één interviews Tijdens het onderzoek zijn er voornamelijk één op één interviews gehouden met cliënten die binnen de doelgroep vallen. De verkregen informatie uit de interviews in terug te vinden in de bijlage Verslag interviews cliënten. In deze paragraaf zijn, op basis van de verkregen informatie uit de interviews, de resultaten beschreven, elk onder een samenvattend kopje. Contact met veel zorgverlenende instanties Vrijwel alle respondenten gaven tijdens de interviews aan contact te hebben met verschillende zorg en welzijn instanties. Het begrip zorg en welzijn wordt hier in de brede zin van het woord bedoeld. Zo hebben zij contact met instanties die zich bezig houden met verzorg- verpleging, huishouding, woningreparatie, gemeentelijke aangelegenheden, vervoer, dagbesteding, buurthuisactiviteiten en vrijwilligersinitiatieven. Voor vragen en/of afzegging van een activiteit dient er contact opgenomen te worden met elke individuele instantie. Er vindt over het algemeen geen communicatie en/of samenwerking plaats tussen deze instanties. Men liet in de interviews weten hier moeite mee te hebben. Men weet soms niet meer met welke instantie contact opgenomen dient te worden voor verschillende onderwerpen. Minimale informatie vanuit zorginstelling Wanneer de respondenten/cliënten vragen hebben over bijvoorbeeld financiën, vervoer en/of hulpmiddelen nemen zij geen contact op met de zorginstelling. Met deze vragen gaan zij naar familieleden en/of vrienden. De respondenten gaven aan dat deze hulp ook niet wordt aangeboden vanuit de zorginstelling. 29

Gebruik computer/laptop ingewikkeld Na elk onderdeel in de vragenlijst werd er gevraagd welke eigenschappen van belang zijn wanneer een computer ingezet zou worden bij het voorgaande onderwerp. Voor meer informatie en/of voorbeelden zie de bijlage onderwerpen/vragenlijst cliënten. De respondenten hadden bij deze vraag de keus uit de volgende eigenschappen: Betrouwbaarheid/privacy Lage kosten/ wordt vergoed Mobiliteit/verplaatsbaarheid van computer Tijdsbesparing Eenvoudig in gebruik/ Kost geen moeite Weinig stappen nodig voor resultaat Controle over eigen activiteiten De keus Eenvoudig in gebruik/kost geen moeite werd in totaal 9 keer gekozen door de respondenten en de keus Weinig stappen nodig voor resultaat werd 4 keer gekozen. Naast het moment om een keus te maken kwam dit onderwerp vaker naar voren. Het blijkt dat mensen het gebruik van een computer/laptop vrij ingewikkeld vinden. Een van de respondenten liet zelfs weten dat hij geplastificeerde lijstjes maakt waar stapsgewijs op staat hoe hij bepaalde taken uit kan voeren op de computer; Zonder die lijstjes kom ik niet ver met de computer hoor. Gebruik computer niet voor zorg Vrijwel alle respondenten gaven aan in het bezit te zijn van een computer/laptop. Het gebruik loopt uiteen van dagelijks tot zelden/niet. De computer/laptop wordt door de respondenten voornamelijk gebruikt om muziek te luisteren, Skype, spelletjes en voor het opzoeken van informatie. De informatie wat opgezocht wordt is niet zorggerelateerd. In de meeste gevallen gaat het over het nieuws, sport, weer, financiën en hobby s. Wanneer er gevraagd werd of er wel eens op de site van de zorginstelling gekeken wordt was het antwoord in alle gevallen Nee. Men staat open voor beeldcommunicatie met specialist Respondenten geven aan dat contact met de specialist in sommige gevallen overgenomen kan worden door beeldcommunicatie. Een respondent gaf aan een aantal keer per maand met zijn partner naar het ziekenhuis te moeten voor een controle afspraak. Deze gesprekken duren gemiddeld 15 minuten waarbij de arts in kwestie alleen mondelinge informatie geeft en 30

geen medische handelingen uitvoert. De respondent gaf aan dat er veel tijd en moeite bespaard kan worden wanneer dit overgenomen wordt door beeldcommunicatie via de computer. Onwetendheid mogelijkheden ICT Bij de respondenten is er veel onwetendheid over de mogelijkheden van ICT. Het onderzoek beperkte zich voornamelijk op het gebruik van een computer/laptop/tablet. Ook over de mogelijkheden van deze toepassingen is bij de doelgroep weinig bekend. Wanneer er vragen werden gesteld als; Zou u het handig vinden om deze zaken in het vervolg via een computer/laptop/tablet te regelen? werd er vaak raar opgekeken en/of werd ik vragend aangekeken. 6.2 Groepsgesprek Aangezien er tijdens het groepsgesprek geen specifieke vragen zijn gesteld over de toegankelijkheid van de zorg is het resultaat algemener. De uitwerking van het groepsgesprek is te vinden in de bijlage Verslag groepsgesprek cliënten. Behoefte aan meer contact Uit het groepsgesprek kwam naar voren dat er behoefte is aan contact met (oude) vrienden en/of kennissen. Deze behoefte is er met name in de avonduren. Men geeft aan vroeger lid te zijn geweest van verenigingen etc. Wegens onder andere mobiliteitsproblemen kan men niet meer aanwezig zijn bij deze vergaderingen/bijeenkomsten. Men geeft aan in de avonduren vaak alleen te zijn en zich te vervelen of in deze uren zelfs te vereenzamen. Computer wordt geassocieerd met vreemd en onbruikbaar Zoals hierboven beschreven staat hebben de respondenten behoefte aan meer contact met vrienden/kennissen. Wanneer wordt aangegeven dat met gebruik van de computer (door bijvoorbeeld Skype) dit contact weer tot stand gebracht kan worden, wordt hier negatief op gereageerd. Men zou wel meer contact willen hebben met deze personen maar niet via de computer. Nee, dat wil ik helemaal niet. Ik weet niet hoe dat allemaal werkt hoor. Als ik dat dan even niet wil, nee hoor. Dat vind ik allemaal maar niks, dan kunnen ze zeker de hele tijd kijken. Dat wil ik niet. 31

6.3 Niet direct aan onderzoek te koppelen resultaten Eenzaamheid Het onderzoek zou zich in eerste instantie richten op eenzaamheid bij ouderen. Na verschillende oriënterende gesprekken is er gekozen voor de toegankelijkheid van de zorg. Om die reden heeft het fieldresearch zich op dit onderwerp gericht en stond dit onderwerp centraal tijdens de interviews. Wat direct opviel tijdens alle afgenomen interviews was dat men om een praatje verlegen zat. Men vertelde enthousiast over hun leven etc. Hiernaast gaf men ook aan dat ze vaak alleen zijn, dat ze niet vaak mensen spreken en het leuk vonden dat ik er was. Door de respondenten werd ook vaak gevraagd of zij niet te veel over zichzelf vertelde. Hierna gaven zij dan vaak als excuus dat er bijna nooit iemand langs komt en dat zij niet vaak iemand spreken. Instantie denkt voor cliënt/ cliënt wordt beperkt Tijdens het onderzoek is contact opgenomen met zorggerelateerde instellingen om in contact te komen met cliënten. Het eerste contact verliep in eerste instantie altijd via de contactpersoon van de zorggerelateerde instelling. Medewerking van deze contactpersonen was niet groot. Over het algemeen werd als argument gegeven dat de cliënten hier niet op zitten te wachten en het niet fijn vinden als iemand in de thuissituatie langskomt. Deze argumenten werden gegeven nog voordat er contact was geweest met cliënten. Deze argumenten kwamen direct bij de contactpersoon vandaan, er werd geen rekening gehouden met wat de cliënten zelf wilden. Gebruik computer wordt gezien als luxe De respondenten gaven aan een computer als luxe te zien. Men is over het algemeen in contact gekomen met de computer via familie/vrienden, vonden dit interessant en kochten er zelf een. Wanneer er werd gevraagd of er behoefte is aan de verplaatsbaarheid van een computer kwam de tablet snel ter spraken. Een aantal reacties op het gebruik van een tablet waren: Zo een dingetje lijkt mij wel leuk en Zo een tablet ding heb ik wel eens gezien bij iemand. Dat zag er wel leuk uit. Tablet wordt als minder eng ervaren dan computer Een computer wordt door een deel van respondenten als ingewikkeld gezien. Daarentegen wordt het gebruik van een tablet als interessant ervaren. Men is nieuwsgierig en staat open voor het gebruik hiermee. 32

Behoefte aan training/cursus bij inzet computer voor zorg Aangezien het gebruik van een computer door de meeste respondenten wel als ingewikkeld gezien wordt is er behoefte aan een training/cursus wanneer de computer ingezet wordt voor de zorg. Als ik een tablet zou gaan gebruiken voor dingen die te maken hebben met zorg zou ik hier wel graag een training voor willen volgen. Ik blijf het toch allemaal maar ingewikkeld vinden met alle knopjes en zo. Dagelijkse structuur Er wordt vanuit de respondenten veel waarde gelegd aan een dagelijkse/wekelijkse structuur. Bij de vraag; Wordt de thuiszorg gemakkelijk aangepast als u de zorg op een ander tijdstip of andere dag wenst of nodig heeft? was over het algemeen het antwoord dat dit niet nodig is. In alle gevallen kwam de huishoudelijke thuiszorg wekelijks langs op dezelfde dag en op hetzelfde tijdstip. Over het algemeen werd aangegeven dat men het fijn vindt dat de thuiszorg iedere week op hetzelfde moment langskomt. Die komt altijd op de donderdag maar dat is wel lekker makkelijk dan kan je daar gewoon elke week rekening mee houden. 33

Conclusie In dit hoofdstuk wordt de conclusie getrokken naar aanleiding van het onderzoek. De conclusie wordt getrokken op basis van de verschillende vragen die voorafgaand aan het onderzoek geformuleerd waren. Eerst worden de deelvragen beantwoord, hierop volgend wordt de hoofdvraag beantwoordt die centraal stond tijdens het onderzoek. Wat wordt er verstaan onder ehealth? ehealth, de afkoring voor electronic health. In de literatuur zijn verschillende schrijfwijzen en definities te vinden voor ehealth. ehealth is volgens Nictiz de meest gangbare schrijfwijze aangezien ehealth tegenwoordig in de Nederlandse taal steeds meer een begrip begint te worden. Hiernaast wordt deze manier van schrijven over het algemeen internationaal ook aangehouden. De definities die partijen hanteren komen voor het grootste gedeelte overeen met de definitie die Nictiz geeft aan ehealth: ehealth is het gebruik van nieuwe informatie- en communicatietechnologieën, en met name Internet-technologie, om gezondheid en gezondheidszorg te ondersteunen of te verbeteren. Hoe kan ehealth bijdragen aan een afname van de zorgvraag in de care sector? Door de inzet van digitale middelen binnen de zorg zullen cliënten/patiënten zelf aan de slag gaan. Informatie hoeft niet meer per se verkregen te worden van een specialist maar deze informatie kan de client zelf opzoeken. Dit draagt bij aan de patiëntempowerment. Er vindt een regie verschuiving plaats van de zorgverlener naar de cliënt/patiënt, mede door de inzet van ehealth. Eenzaamheid is een van de belangrijkste onderwerpen binnen de ouderenzorg waar aandacht aan besteed dient te worden. Een groot gedeelte van de Amsterdamse ouderen lijdt aan eenzaamheid of zelfs depressiviteit wat een zorgvraag met zich meebrengt. ICT kan bij het tegengaan van deze eenzaamheid en/of depressiviteit een grote rol spelen. Het gebruik van ICT in de zorg (met name in de thuissituatie) kan de gevoelens van eenzaamheid verminderen. Deze vermindering kan tot stand gebracht worden doordat mensen contact kunnen maken via een videonetwerk of bijvoorbeeld online contact kunnen maken met familie en vrienden. Dit contact kan fysiek niet plaatsvinden door eventuele mobiliteitsproblemen van de cliënt of de grote afstand tussen de cliënt en familielid/kennis. Dit contact kan vereenzaming tegengaan wat de gehele gesteldheid van cliënten ten goede kan komen. 34

Hoe kan ehealth bijdragen aan het efficiënter maken van de zorg in de care sector? Bij de efficiëntie van ehealth wordt er gekeken naar de opbrengsten van ehealth in vergelijking met de kosten. Mede door beeldcommunicatie kunnen problemen snel en adequaat worden opgelost en kunnen cliënten sneller gerustgesteld worden, soms zonder dat een bezoek nodig is. ehealth biedt de mogelijkheden om een zorgverlener op het juiste moment, op de juiste plaatst de cliënt van de benodigde informatie te voorzien. Dit maakt het mogelijk om de efficiency van de zorg te vergroten. Wie is de zelfstandig wonende, thuiszorg ontvangende 65 plusser in de Metropoolregio Amsterdam? Op 1 januari 2013 telde Amsterdam bijna 90 duizend ouderen van 65 plus. Dit komt neer op ongeveer 11 procent van de gehele bevolking in Amsterdam. Dertig procent van deze ouderen zijn van niet-nederlandse afkomst. Een kwart van Amsterdamse oudere van 55-plus heeft een matige tot slechte gezondheid. Van deze groep heeft een derde minimaal één chronische aandoening aan het bewegingsapparaat. Over het algemeen kan gezegd worden dat gezondheidsrisico s en gezondheidsproblemen meer voorkomen naar mate de leeftijd toeneemt en de ses lager ligt. Een overgroot gedeelte van de Amsterdamse ouderen van 65-plus ervaart in meer of mindere mate een vorm van eenzaamheid. Het blijkt dat ouderen pas op latere leeftijd vereenzamen. Uit het fieldreserch kan opgemaakt worden dat er een verband gelegd kan worden tussen de vereenzaming van ouderen en de mobiliteit dat achteruit gaat naar mate de leeftijd stijgt. Welke zorg ontvangt de zelfstandig wonende 65 plusser inde Metropoolregio Amsterdam van de thuiszorg? De zelfstandig wonende thuiszorg ontvangende 65 plusser in de Metropoolregio Amsterdam ontvangt thuiszorg in de vorm van huishoudelijke, verzorgende en/of verplegende hulp. De zorg die de respondenten over het algemeen ontvingen wat hulp in de huishouding. Over het algemeen komt deze huishoudelijke hulp een maal per week langs en neemt de gehele huishouding voor zijn of haar rekening. Het overgrote deel ontvangt nog wel zorg in de vorm van dagopvang maar dit staat los van de ontvangen thuiszorg. 35

In de praktijk wordt gezien dat naast deze professionele zorg die de doelgroep ontvangt er nog behoefte is aan meer zorg. Deze zorg wordt geboden door mantelzorgers. Dit zijn mensen die in de directe omgeving wonen van de cliënt. Ongeveer 80 procent van alle uren verzorging in Nederland wordt geleverd door de mantelzorg en niet door de zorgprofessional. Dit kwam ook duidelijk naar voren tijdens het fieldresearch. Met vragen over uiteenlopende onderwerpen schakelde de respondent in de meeste gevallen vrienden en familie in. Over het algemeen werd de zorginstelling niet als eerst ingeschakeld. Welke vormen van ehealth worden al toegepast bij de zelfstandig wonende, thuiszorgontvangende oudere van 65+ in de verschillende te interviewen organisaties? Binnen de zorginstellingen die meegewerkt hebben aan het onderzoek werden al verschillende ehealth toepassingen gebruikt. De respondenten waren allen cliënt bij Amsta en/of Cordaan. De informatie over toegepaste ehealth binnen de zorginstelling heb ik verkregen uit gesprekken met het personeel. Verdere informatie over reeds toegepaste ehealth/domotica 2 toepassingen in de zorginstelling heb ik verkregen van de internetsites van deze instellingen. Bij Cordaan worden de volgende ehealth toepassingen toegepast: - Beeldcommunicatie (project zorg op afstand) Bij Amsta worden de volgende ehealth toepassingen toegepast: - Sensoren, Coach, Spel (Living Lab locatie de Keyzer) Wat tijdens de interviews met cliënten opviel was dat zij allen geen weet hadden van de reeds gebruikte ehealth toepassingen binnen de zorginstelling. Geen van allen maakte ook gebruik van soortgelijke toepassingen. Aan welke doeleinden en functionele eigenschappen dient ehealth te voldoen om aan te sluiten bij de behoefte van de zelfstandig wonende, thuiszorg ontvangende oudere van 65+ in de Metropoolregio Amsterdam? (Doel: Vergroten toegankelijkheid zorg in het kader van preventie) Naar aanleiding van het desk- en fieldresearch zijn er verschillende doeleinden en functionele eigenschappen vastgesteld waar ehealth (computer/laptop/tablet) aan dient te voldoen wil het de toegankelijkheid van de zorg voor de doelgroep vergroten. Het overzicht 2 Domotica omvat alle apparaten en infrastructuren in en rond woningen, die elektronische informatie gebruiken voor het meten, programmeren en sturen van functies ten behoeve van bewoners en dienstverleners. (Domotica Platform Nederland) 36

van deze doeleinden en functionele eigenschappen komt overeen met de aanbevelingen die gedaan zijn voor het vervolg van Health-Lab. Het antwoord op de hoofdvraag zoals deze hierboven beschreven staat is hieronder te vinden in de vorm van een opsomming van de doeleinden en functionele eigenschappen. ehealth toepassing dient: gericht te zijn op de extramurale cliënt mobiel te zijn de communicatie tussen de cliënt en de verschillende partijen te vergemakkelijken beeldcommunicatie met de zorgverlener en/of specialist mogelijk te kunnen maken eenvoudig te bedienen zijn Deze doeleinden en functionele eigenschappen zijn verder uitgewerkt in het hoofdstuk Aanbevelingen. 37

Aanbevelingen In dit hoofdstuk zijn de aanbevelingen te vinden die gedaan zijn naar aanleiding van de resultaten van het onderzoek en de hieruit getrokken conclusies. De aanbevelingen zijn allen gericht op het vervolg van Health-Lab. Bij een vervolg van Health-Lab adviseer ik om de focust te leggen op de onderstaande punten: Extramurale cliënt Mobile devices Persoonlijke sociale kaart Persoonlijke digitale agenda Beeldcommunicatie specialisten Eenvoudige bediening Cliënt laten ervaren Extramurale cliënt Wegens de extramuralistatie van lichte zorgzwaarte pakketten (ZZP 1, 2 en 3) is het verstandig om op de extramurale cliënt te richten. De ontwikkeling van deze maatregel gaat er in de toekomst voor zorgen dat de ZZP s boven ZZP 3 ook extramuraal uitgevoerd gaan worden. Deze ontwikkeling zal de doelgroep alleen maar groter maken wat ook een vergroting van de vraag naar extramurale zorg met zich meebrengt. Mobile devices Computers worden als ingewikkeld ervaren. Daarentegen staat men open voor mobile devices, hierbij kan gedacht worden aan tablets. Voor een grotere acceptatie vanuit de cliënt zullen tablets i.p.v. computers of tablets ingezet moeten worden. Persoonlijke sociale kaart De doelgroep heeft contact met een groot aantal verschillende partijen binnen de zorg en welzijn wat als verwarrend word ervaren. Het contact met tussen de cliënt en deze partijen moet vergemakkelijkt worden. Ik adviseer om een digitale persoonlijke sociale kaart te realiseren waar al deze partijen in voor komen. Deze sociale kaart dient aangepast te kunnen worden naar de behoefte/vraag van de cliënt aangezien niet iedere cliënt met dezelfde instanties te maken heeft. Met een simpele handeling moet informatie (over de inhoud/agenda/betekenis van deze partijen) beschikbaar zijn, ook moet het mogelijk zijn om met een simpele handeling contact op te nemen met deze partij. 38

Persoonlijke digitale agenda Wegens het grote aantal partijen waar de cliënt contact mee heeft dient er een persoonlijke digitale agenda gerealiseerd te worden. In deze agenda dienen de afspraken te komen staan die de cliënt heeft met de verschillende partijen. Hierbij kan gedacht worden aan data en tijdstippen waarop de huishoudelijke hulp langs komt, waarop de service taxi klaar staat en waarop de bingo in het buurthuis is waarvoor de cliënt zich voor opgegeven heeft. Beeldcommunicatie Beeldcommunicatie tussen de cliënt en de verschillende partijen moet mogelijk gemaakt worden. Mensen zien wordt als prettiger ervaren dan mensen alleen horen. Vanuit de cliënt gezien kan contact met de zorgverlener/specialist waarbij geen medisch contact plaatsvindt overgenomen worden door beeldcommunicatie. Eenvoudige bediening De bediening van een mobile device moet zo eenvoudig mogelijk blijven. Bij deze eenvoud ligt de focus op het visuele aspect. Er dienen niet veel handelingen nodig te zijn om een actie te ondernemen. Er dient een minimale keusmogelijkheid te zijn, een minimaal aantal knoppen waarop gedrukt kan worden. Tevens dienen deze knoppen zo groot mogelijk zijn. Cliënt laten ervaren Wegens onwetendheid op het gebied van zorg en ICT bij de doelgroep is het van belang om de doelgroep te laten ervaren, om de doelgroep kennis te laten maken met de mogelijkheden van ICT in de zorg. Deze stap dient ondernomen te worden om de doelgroep open te laten staan voor de inzet van ICT in de zorg. Wanneer deze punten gecombineerd worden kunnen deze samen tot een mobile device resulteren. Deze mobile device zal de toegankelijkheid van de zorg vergroten. Wanneer de focus tijdens het vervolg van Health-Lab op het vergroten van de toegankelijkheid van de zorg komt te liggen, dient deze mobile device als startpunt genomen te worden. Op de volgende pagina is te zien hoe bovenstaande punten verwerkt zijn in een mobile device. Onderstaand wordt beeldend weergegeven hoe de genoemde punten verwerkt kunnen worden in een mobile device. Om de toegankelijkheid van de zorg te vergroten hoeft deze 39

lay-out niet vastgehouden te worden, de invulling dient daarentegen wel in grote lijnen overeen te komen. Onderstaand is de beginpagina te zien. Figuur 8 Beginpagina Wanneer bijvoorbeeld op huishoudelijke hulp geklikt wordt zal een soortgelijk beeld als onderstaand kunnen verschijnen. Figuur 9 Scherm: Huishoudelijke hulp 40

Discussie Bij de bespreking van de discussie wil ik mij graag richten op het onderwerp en invulling van het fieldresearch. De betrouwbaarheid van het onderzoek kan ter discussie gesteld worden wegens de minimale hoeveelheid respondenten. Voorafgaand aan het onderzoek werd er gestreefd naar 20 cliënten. Dit streven is niet behaald, er zijn interviews afgenomen met slechts 7 cliënten. Het ging om een verkennend onderzoek maar desalniettemin had een groter aantal respondenten een completer en betrouwbaarder beeld neer kunnen zetten. Wat wel opvallend is, was dat de antwoorden die de cliënten gaven voor een groot deel met elkaar overeen kwamen. Het streven is niet behaald wegens onduidelijkheid over het onderwerp bij de doelgroep en de minimale medewerking van tussenpersonen. Hiernaast is er tijdens het onderzoek niet afgeweken van de manier van werken, de cliënten zijn allen alleen benaderd via de tussenpersoon (zorginstelling). Achteraf gezien is dit niet de juiste manier geweest om deze doelgroep te bereiken. Wanneer er voor een volgend onderzoek gesprekken plaats moeten vinden met dezelfde doelgroep adviseer ik om in contact te komen met ontmoetingscentra en buurthuizen waar bijeenkomsten worden georganiseerd voor de doelgroep. Uit het deskresearch kwam naar voren dat er binnen de ouderenzorg gefocust dient te worden op het onderwerp eenzaamheid. Desondanks heeft het onderzoek zich niet op dit onderwerp gericht maar op de toegankelijkheid van de zorg wegens ontvangen adviezen van externe personen. Uit deze gesprekken kwam naar voren dat de eenzame cliënt moeilijk te vinden is en niet bereidwillig is om mee toe doen aan een soortgelijk onderzoek hiernaast kan eenzaamheid een gevoelig onderwerp zijn voor cliënten. Dit waren allen belangrijke argumenten om de switch te maken naar de toegankelijkheid van de zorg. Achteraf gezien is het onderwerp eenzaamheid toch relevanter om te onderzoeken bij de doelgroep dan het onderwerp toegankelijkheid van de zorg. Zoals onder andere in het hoofdstuk resultaten beschreven staat gaven mensen bewust en onbewust aan dat zij vereenzamen of hier bang voor zijn. Bij verder onderzoek naar de behoefte van ICT in de zorg bij de doelgroep adviseer ik om de focus op eenzaamheid te leggen. Tijdens het onderzoek is er bij de één op één interviews een topiclist/vragenlijst aangehouden tijdens de interviews. Achteraf gezien is dit niet de juiste methode geweest. Zoals al eerder in het rapport aangegeven staat zaten de respondenten om een praatje 41

verlegen en was er veel onwetendheid over het onderwerp bij de cliënt. Om deze redenen namen de interviews veel tijd in beslag aangezien de respondenten rand- en onbruikbare informatie vertelden. Hierdoor wordt het moeilijker om concrete vragen te stellen en wordt het de interviewer lastig gemaakt om de focus op het interview te houden. Op één locatie heeft er een groepsgesprek plaatsgevonden i.p.v. één op één interviews. Deze keus is gemaakt omdat deze locatie geen één op één interviews toestond. Aangezien er geen andere keus was is voor dit groepsgesprek gekozen. Achteraf gezien heeft dit groepsgesprek geen grote toegevoegde waarde voor het onderzoek betekend. Het overgrote gedeelte van het gesprek ging niet over het onderwerp. Voor een eventueel vervolgonderzoek bij deze doelgroep adviseer ik om enquêtes af te laten nemen. Als aanvulling hierop kan na de afname van enquêtes een persoonlijk gesprek/interview plaatsvinden om extra informatie te ontvagen over specifieke onderwerpen. Op deze manier zullen de ontvangen antwoorden concreter en bruikbaarder zijn. 42

Bibliografie CBS. (2011, 8 24). AWBZ/WMO-zorg zonder verblijf; leeftijd en geslacht. Opgeroepen op 1 2, 2013, van CBS: http://statline.cbs.nl/statweb/publication/?dm=slnl&pa=71573ned&d1=0-2&d2=0&d3=10-16&d4=a&d5=0,l&hdr=g1,g2,t&stb=g4,g3&vw=t CBS. (2013, 1 2). Bevolking; Kerncijfers. Opgeroepen op 1 2, 2013, van CBS: http://statline.cbs.nl/statweb/publication/?dm=slnl&pa=37296ned&d1=0-2,8-51&d2=0,60-61&hdr=g1&stb=t&vw=t CBS. (2011, 07 18). Mobiel internetten steeds populairder. Opgeroepen op 01 15, 2013, van CBS: http://www.cbs.nl/nl-nl/menu/themas/vrije-tijdcultuur/publicaties/artikelen/archief/2011/2011-3438-wm.htm CBS. (2008, 1 14). Oudere krijgt steeds meer zorg. Opgeroepen op 1 2, 2013, van CBS: http://www.cbs.nl/nl-nl/menu/themas/gezondheidwelzijn/publicaties/artikelen/archief/2008/2008-2368-wm.htm CBS. (2011, december 28). Ouderen maken inhaalslag op het internet. Opgeroepen op 01 15, 2013, van CBS: http://www.cbs.nl/nl-nl/menu/themas/vrije-tijdcultuur/publicaties/artikelen/archief/2011/2011-3537-wm.htm CVZ. (2011, November 29). Vraag en antwoord; Financiering - Ehealth - Dossier - Zorg voor innoveren. Opgeroepen op februari 12, 2013, van Zorg voor innoveren: http://www.cvz.nl/binaries/live/cvzinternet/hst_content/nl/documenten/lossepublicaties/notitie1111-e-health.pdf Dijshoorn H, D. T. (2009). Zo gezond is Amsterdam!: eindrapport Amsterdamse Gezondheidsmonitor 2008. Amsterdam: GGD Amsterdam. Domotica Platform Nederland. (sd). Domotica - Het begrip domotica. Opgeroepen op maart 19, 2013, van Domotica Platform Nederland : http://www.domotica.nl/domotica_domotica.htm Gemeente Amsterdam. (2013, 1 2). Amsterdan; Kerncijfers; Ouderen. Opgeroepen op 1 2, 2013, van Gemeente Amsterdam; Bureau Onderzoek en Statistiek: http://www.os.amsterdam.nl/tabel/6485/ GGD Amsterdam. (2007 ). Actief ouder worden. Gezondheidspeil Amsterdam. GGD. (2011). Gezondheid en zorg in cijfers 2011. Hardinxveld-Giesendam: Drukkerij Tuijtel B.V. GGD. (2010). Preventief Gezondheidsonderzoek; Inventariserend onderzoek. Amsterdam : GGD. 43

Health-Lab. (2011). Over Health Lab. Opgeroepen op November 20, 2012, van Health Lab: http://www.health-lab.nl/index.php?option=com_content&view=article&id=68&itemid=480 Huizingh, E. (2011). Innovatiemanagement. Amsterdam: Pearson Education. knm; NPCF; Zorgverzekeraars Nederland. (2012). Nationale Implementatie Agenda (NIA) ehealth. knm, NPCF, Zorgverzekeraars Nederland. Kort, H., Cordia, A., & Witte de, L. (2008). Langdurende zorg en technologie. Den Haag: LEMMA. Krijgsman, J. (2012, december 13). Congres & Expo Mobile Healthcare 2012. Ordening in de wereld van mhealth. Houten, Nederland. M. Berg van den, S. C. (2010). Effecten van preventie. Deelrapport van de VTV 2010. Van gezond naar beter. Bilthoven: RIVM. Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. (2011, oktober). De patient centraal? Opgeroepen op januari 17, 2013, van Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport: http://dl.dropbox.com/u/11987325/111026%20publieksrapport%20de%20patient%20centra al.pdf Nictiz. (sd). Nictiz.nl - Standaarden. Opgeroepen op februari 14, 2013, van Nictiz: https://www.nictiz.nl/page/standaarden Nictiz. (2013). Wet- en regelgeving in de zorg - Een overzicht voor ICT en ehealth. Den Haag: Nictiz. Rijksoverheid. (sd). Rijksoverheid. Opgeroepen op februari 12, 2013, van Inzicht in de kwaliteit van zorg - Kwaliteit van zorg - Onderwerp - Rijksoverheid: http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/kwaliteit-van-de-zorg/kiezen-in-de-zorg Rijn, G. v. (2012, November 12). (A. Moenis, Interviewer) RIVM. (2012, juni 15). Afzien van zorg vanwege zorgkosten - Zorgbalans. Opgeroepen op januari 17, 2013, van RIVM: http://www.gezondheidszorgbalans.nl/toegankelijkheid/financiele-toegankelijkheid/afzienvan-zorg-vanwege-kosten/ RIVM. (2012, juni 15). Beschikbaarheid personeel in verpleeg- en verzorgingshuizen en thuiszorg - Zorgbalans. Opgeroepen op januari 22, 2013, van RIVM: http://www.gezondheidszorgbalans.nl/toegankelijkheid/personeelsaanbod/beschikbaarheidpersoneel-in-verpleeg-en-verzorgingshuis-of-thuiszorg/ RIVM. (2012, juni 15). Ervaren wachttijden - Zorgbalans. Opgeroepen op januari 17, 2013, van RIVM: http://www.gezondheidszorgbalans.nl/toegankelijkheid/tijdigheid-niet-acutezorg/ervaren-wachttijden/ RIVM. (2012, juni 15). Extra zorguitgaven van chronisch zieken en gehandicapten - Zorgbalans. Opgeroepen op januari 17, 2013, van RIVM: 44

http://www.gezondheidszorgbalans.nl/toegankelijkheid/financiele-toegankelijkheid/extrazorguitgaven-van-chronisch-zieken-en-gehandicapten/ RIVM. (2012, december 2012). Hoe beinvloed een gezond ingerichte buurt of wijk de gezondheid - Nationaal Kompas. Opgeroepen op januari 2013, 22, van Nationaal Kompas : http://www.nationaalkompas.nl/gezondheidsdeterminanten/omgeving/milieu/inrichting/hoebeinvloedt-een-gezond-ingerichte-leefomgeving-de-gezondheid/ RIVM. (2012, juni 15). Onverzekerden. Opgeroepen op januari 16, 2013, van RIVM: http://www.gezondheidszorgbalans.nl/toegankelijkheid/financieletoegankelijkheid/onverzekerden/ RIVM. (2012, juni 12). Toegankelijkheid - Zorgbalans. Opgeroepen op januari 16, 2013, van RIVM: http://www.gezondheidszorgbalans.nl/toegankelijkheid/ RIVM. (2012, juni 15). Wanbetalers - Zorgbalans. Opgeroepen op januari 17, 2013, van RIVM: http://www.gezondheidszorgbalans.nl/toegankelijkheid/financieletoegankelijkheid/wanbetalers/ Schalken, F. (2010). Handboek online hulpverlening, hoe onpersoonlijk contact heel persoonlijk wordt. Houten: Bohn Stafleu van Loghum. Schalken, F. (2012). Whitepaper Mhealth. Amsterdam: e-hulp. Schippers, m. d. (2012). E-health. Ministerie van Volksgezondheid Welzijn en Sport. Schuijt-Lucassen, N., & Deeg, D. (2006). Ouderen in Amsterdam:Omvang en risicofactoren van depressie, sociaal isolement en regie over eigen leven. Amsterdam: GGD Amsterdam. Smits, J., M, D., & Westert, G. (2002). Sociaal-economische status en toegankelijkheid van zorg in Nederland. 2002: RIVM. Timmer, S. (2011). ehealth in de praktijk. Bohn Stafleu Van Loghum. Van Dale. (2012). Van Dale. Opgeroepen op november 20, 2012, van Van Dale: http://www.vandale.nl/opzoeken?pattern=efficient&lang=nn van der Klauw, D., & Film, C. (2011). De rol van ehealth en gezondheid 2.0 in het veranderend ziekenhuislandschap. Den Haag: Raad van volksgezondheid en zorg. Velde van der, F., Cihangir, S., & Borghans, H. J. (2008). E-health en domotica in de zorg: kans of risico? Utrecht : Prismant. Verhoeven, N. (2011). Wat is onderzoek? Methoden en technieken voor het Hoger Onderwijs Deel Praktijkboek. Boom Lemma. VVD, P. (2012). Bruggen slaan, Regeerakkoord VVD - PvdA. Den Haag: Overheid. Zanten-Hyllner, M. V. (2012). Uitwerking extramuraliseren lichte zorgzwaartepakketten. Den Haag: Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. 45

Zorg voor innoveren. (sd). Zorg voor innoveren. Opgeroepen op Februari 12, 2013, van Vraag en antwoord; Financiering - Ehealth- Dossier - Zorg voor innoveren : http://www.zorgvoorinnoveren.nl/dossier/6/vraag-en-antwoord/13 Zorg voor innoveren. (sd). Zorg voor innoveren. Opgeroepen op februari 12, 2013, van Vraag en antwoord - Kwaliteit - Ehealth - Dossiers - Zorg voor innoveren : http://www.zorgvoorinnoveren.nl/dossier/6/vraag-en-antwoord/17 46

Afbeeldingen lijst Figuur 1 Weergave indeling onderzoek...13 Figuur 2 Combinatie indeling ehealth...18 Figuur 3 Ontwikkeling aantal ouderen in Amsterdam (2007)...24 Figuur 4 Opleidingsniveau ouderen...25 Figuur 5 Internetgebruik naar leeftijd...26 Figuur 6 Sociale contacten...27 Figuur 7 Hoeveelheid thuiszorg...27 Figuur 8 Beginpagina...40 Figuur 9 Scherm: Huishoudelijke hulp...40 Figuur 10 Proces selectie aandachtsgebieden onderzoek...48 Figuur 11 Gezondheid ouderen...49 Figuur 12 Percentage 17-jarige Nederlanders dat toegang heeft tot internet via mobiele telefoon...57 47

Bijlage Selectie aandachtsgebieden onderzoek Naar aanleiding van literatuuronderzoek en verschillende oriënterende gesprekken zijn uiteindelijk een aantal aandachtsgebieden naar voren gekomen waar het fieldresearch zich op heeft richt. De afbakening van deze aandachtsgebieden is in figuur 10 te zien. Figuur 10 Proces selectie aandachtsgebieden onderzoek 48