Evolutie van uw belegging. BNP Paribas L1 Safe Stability W7. Kerncijfers 30 juni 2011 Jaaroverzicht

Vergelijkbare documenten
Evolutie van uw belegging. BNP Paribas L1 Safe Conservative W7. Kerncijfers 30 juni 2011 Jaaroverzicht

Belfius Pension Fund Maandelijkse Reporting Juni 2015

Oktober Macro & Markten. 1. Rente en conjunctuur :

10-jaars rente Duitsland. 10-jaars rente VS. Van Lieshout & Partners Nieuwsbrief 4 e kwartaal 2017

Interpolis Obligaties 3e kwartaal 2012

Evolutie van uw belegging. BNP Paribas Portfolio Fund of Funds Stability. Kerncijfers 30 juni 2011 Trimestrieel

Evolutie van uw belegging. Smart Fund Plan Private AG Life Quam Bonds. Kerncijfers 31 december 2016 Trimestrieel

Stichting Pensioenfonds Ballast Nedam

De gegevens van Hewitt Associates zijn: Hewitt Associates Outsourcing B.V. Beukenlaan 143 Postbus JP Eindhoven

Visie ING Investment Office Oktober 2017

Van Lieshout & Partners Nieuwsbrief 3 e kwartaal Bron: Reuters

QE in de eurozone: bezit van de zaak, einde van het vermaak?

Terugblik. Maandbericht april 2018

Beleggingsthema s What a difference a day makes (1975), Dinah Washington

AG Protect + Risk Control Europe 90 / 2. Lancering : 14 september tot en met 30 oktober 2015* *Behoudens vervroegde afsluiting

DOUBLEDIVIDEND OUTLOOK 2015 KWALITEIT ONAFHANKELIJK BETROKKEN

Interpolis Obligaties 4e kwartaal 2012

ASSET ALLOCATION FLASH 16 januari 2018

de ICBE/het Fonds: de BEVEK naar Luxemburgs recht, genaamd BNP PARIBAS L1. Dit Fonds wordt beheerd door BNP PARIBAS INVESTMENT PARTNERS LUXEMBOURG.

ABN AMRO. verzekeringen. Marktontwikkelingen & vooruitzichten. Portefeuilleverdeling & fondsselectie. Rendement. Profielfonds 3. Tweede kwartaal 2012

Oerend hard. 16 juni 2015

Bouw uw eigen beleggingsportefeuille

Op zoek naar rendement? Zoek niet langer

Verslag Investment Committee. 30 september Verslag Investment Committee

Belfius Fullinvest (Low, Medium, High) Candriam in één fonds

Evolutie van uw belegging. BNP Paribas Quam Fund 25/60. Kerncijfers 30 juni 2011 Trimestrieel

Verslag Investment Committee 31 mei Verslag Investment Committee

Stichting Pensioenfonds Ballast Nedam Deelnemersvergadering

ABN AMRO. verzekeringen. Marktontwikkelingen & vooruitzichten. Portefeuilleverdeling & fondsselectie. Rendement. Profielfonds 1. Derde kwartaal 2012

Bericht 3 e kwartaal September 2014

In de eurozone concentreerde de activiteit zich op de korte looptijden in de kernlanden en op de lange looptijden in de perifere landen

Belfius Fullinvest (Low, Medium, High) Candriam in één fonds

NN First Class Balanced Return Fund

Maandbericht Beleggen Maart 2015

Beleggen met het oog op de toekomst

Belfius Fullinvest (Low, Medium, High)

Beleggen in het Werknemers Pensioen

Belfius Pension Fund Maandelijkse Reporting Mei 2014

BNP PARIBAS OBAM N.V.

Grafiek 1: Evolutie van de voornaamste aandelenindices in de VS, Eurozone, China en de groeilanden in vergelijking met de evolutie van de goudprijs.

Marktwaarde van de pensioenverplichtingen in het derde kwartaal gestegen van miljoen naar miljoen ( miljoen ultimo Q4 2013).

BEHEERSVERSLAG Transparantinvest Portfolio Fund juli 2015

Maandbericht Beleggen April 2015

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Tweede kwartaal april 2015 t/m 30 juni Samenvatting:

Interpolis Obligaties 4e kwartaal 2013

Marktomstandigheden In het tweede kwartaal van 2016 zijn de rentes op de kapitaalmarkt van de eurozone verder gedaald. In het algemeen gold hoe langer

Rapportage derde kwartaal 2015 Volendam, 16 oktober 2015

NN First Class Return Fund

Perspectief Mid Year Update Economie & Beleggingsstrategie Ineke Valke

Beleggen op uw eigen tempo.

ABN AMRO. verzekeringen. Marktontwikkelingen & vooruitzichten. Portefeuilleverdeling & fondsselectie. Rendement. Profielfonds 5. Derde kwartaal 2012

Update Rentevisie. Door Simon Wiersma, Investment Manager van het ING Investment Office

Maandbericht Beleggen December 2015

1. Hoe ziet het conservatieve beleggingsportefeuille van BNP Paribas Fortis er uit?

Wijs & van Oostveen VISIE Robert Schuckink Kool Hoofd Beleggingsstrategie. drs. Martijn Meijer Hoofd Vermogensbeheer

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Vierde kwartaal oktober 2014 t/m 31 december 2014

Overzicht van de fondsen tak 23 in Voorzorg

Evolutie van uw belegging. Smart Fund Plan Private AG Life Bonds World. Kerncijfers 31 december 2016 Trimestrieel

Stichting Pensioenfonds Ballast Nedam Deelnemersvergadering

Evolutie van uw belegging. BNP Paribas Portfolio Fund of Funds Balanced. Kerncijfers 30 juni 2011 Trimestrieel

BNP Paribas OBAM N.V.

Maandbericht Beleggen Maart 2016

BEHEERSVERSLAG Active Multi Allocation Fund september 2015

Terugblik. Maandbericht mei 2018

AEGON Equity Fund. vierde kwartaal 2006

Flash. Belfius Plan (Low, Medium, High): Belfius Plan (Low, Medium, High) één belegging, veel troeven. In een notendop

april MARKTCOMMENTAAR

Lock fondsen. Voor wie tactisch wil beleggen

Het beste scenario voor uw belegging

Van Lieshout & Partners Nieuwsbrief 1 e kwartaal 2019

Update april 2015 Beleggen

Defensive Portfolio Beheervennootschap: CADELAM Fonds gedomicilieerd in België compartiment met onbeperkte looptijd van Van Lanschot Bevek nv

Belfius Pension Fund Maandelijkse Reporting. Mei 2013

Onze visie op de markten en ons aanbod van beleggingsdiensten. Trends Finance Day

Welkom bij het webinar over de beleggingsresultaten van de Life Cycle Fondsen van Aegon PPI in het derde kwartaal van 2015

De Wereldeconomie van Morgen: Op Zoek naar Groei

Stichting Pensioenfonds Ballast Nedam Deelnemersvergadering

Evolutie van uw belegging. Smart Fund Plan Private AG Life Real Estate. Kerncijfers 31 december 2016 Trimestrieel

KWARTAALRAPPORT ASSETALLOCATIE K4 2017

BI CARMIGNAC PATRIMOINE A EUR ACC

Eerder technische dan fundamentele correctie 7 februari 2018

BEHEERSVERSLAG TRANSPARANTINVEST 4/3/2015. Macro & Markten, strategie. 1. Rente en conjunctuur : EUROPA

Fondsen Allianz. (ex-royal Life) Halfjaarlijks financieel beheersverslag 2014

Maandbericht Beleggen September 2015

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM

Beleggingsstrategie. Zeer Dynamisch. ingsstrategie

Growth Portfolio Beheervennootschap: CADELAM Fonds gedomicilieerd in België compartiment met onbeperkte looptijd van Van Lanschot Bevek nv

rofiel Rendement sinds 31/12/2013

BI CARMIGNAC PATRIMOINE

Presentatie beleggingsresultaten eerste kwartaal 2018 van de Life Cycle Fondsen van Aegon PPI. Bas Endlich Jacob Vijverberg 1

2

2

2

NN First Class Return Fund

Go with the flow. 2 April 2015

27 april 2010 Emerging Markets Monthly Report

Zal de groei op de afspraak zijn? VS

Iedereen is van de wereld en de wereld is van iedereen (Thé Lau )

Transcriptie:

Evolutie van uw belegging BNP Paribas L1 Safe Stability W7 Kerncijfers 30 juni 2011 Jaaroverzicht

2

Inhoud Voorwoord 1. Marktoverzicht 4 2. Concept & Doelstelling van het compartiment BNP Paribas L1 Safe Stability W7 6 3. Evolutie van het compartiment 7 4. Nieuwe drempel en strategie na rebalancing * 9 5 Vooruitzichten tweede jaarhelft 2011 10 Beste lezer, Op de valreep tussen het 2e en 3e kwartaal zijn veel economische cijfers ontegenzeggelijk teleurstellend en herleeft de discussie over een mogelijke dubbele dip. Meteen voor alle duidelijkheid, de analysten van BNP IP menen dat het risico op een nieuwe recessie gering is. De huidige groeivertraging zal waarschijnlijk tijdelijk zijn omdat ze in grote mate het gevolg is van uitzonderlijke factoren: de tragische gebeurtenissen in Japan die bv. geleid hebben tot een lagere autoproductie wat op zijn beurt een aanzienlijk effect had op de wereldeconomie en het bijzonder slechte weer in tal van landen wat voor een tijdelijke productieverstoring zorgde. De fundamentals voor investering zijn al met al goed te noemen in de VS en in Duitsland steunen de export, de bedrijfsinvesteringen, de uitgaven van de huishoudens en de huizenbouw de groei. Ook valt te verwachten dat de opkomende markten de eerstkomende tijd een behoorlijke, zij het ietwat tragere groei blijven optekenen. Aan de andere kant blijven er zorgen over de ontwikkelingen in een aantal perifere eurozone landen. Overheidsbezuinigingen kunnen op korte termijn wel de groei remmen, maar daar staat tegenover dat voor nu van de centrale banken geen actie valt te verwachten die tot een recessie zou kunnen leiden. De ECB zal zeer voorzichtig blijven opereren en de Fed heeft volgens ons geen haast om haar beleid te verscherpen. In de meeste groeilanden is de reële rente gunstig en moet van een slechts bescheiden stijging worden uitgegaan. Een overwaardering van de valuta s daar is een risico net als een kredietzeepbel. Maar per saldo zien de analysten van BNP IP een zeer kleine kans op een wereldwijde recessie. Redelijkerwijs zijn er nog voldoende onzekerheden om eerder tactisch te beleggen zoals de kans dat de olieprijs weer stijgt, de vraag of de economische zwakte zich gaat vertalen in teleurstellingen op bedrijfsniveau en de onopgeloste kwestie van het Amerikaanse schuldplafond. Redenen om een zomer met volatiliteit te verwachten. Conform de op 1 januari 2006 van kracht geworden belastingregeling: zijn dividenden van uitkeringsaandelen onderworpen aan 15% roerende voorheffing (vrijstelling mogelijk voor niet-inwoners, mits het vereiste fiscale attest). Is de meerwaarde van kapitalisatieaandelen van fondsen die voor meer dan 40% zijn belegd in vorderingen gedeeltelijk onderworpen aan een roerende voorheffing van 15%. Die voorheffing geldt immers enkel voor de component interesten van de meerwaarde gegenereerd sedert de inschrijvingsdatum (of sedert 1 juli 2005 indien de inschrijving vóór die datum plaatsvond). Vanaf 1 januari 2008 zal de volledige meerwaarde (min de minwaarden) volledig belast worden. Opmerking voor niet-inwoners van een andere Lidstaat van de Europese Unie: deze compartimenten vallen binnen het toepassingsgebied van de Europese Spaarrichtlijn, die per 1 juli 2005 in voege is getreden. In deze kwartaalrapportage leest u wat er gewijzigd is in de portefeuillesamenstelling om op huidige en toekomstige ontwikkelingen in te spelen. U leest ook hoe het compartiment BNP Paribas L1 Safe Stability W7 zich ontwikkeld heeft. Hebt u vragen over uw beleggingen, neem gerust contact met ons op. Met vriendelijke groet, Uw adviseur De waarde van uw beleggingen fluctueert. In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst. De aandelen van dit compartiment van BNP Paribas L1, zijn één en ondeelbaar : het is onmogelijk om ze te ontdubbelen in hun samenstellende elementen en deze afzonderlijk te verhandelen. BNP Paribas L1 Safe Stability W7 is een compartiment van de bevek naar Luxemburgs recht BNP Paribas L1. Financiële dienst: Fortis Bank nv (BNP Paribas Fortis). Het prospectus, het verkorte prospectus en het laatste periodieke verslag zijn gratis ter beschikking bij BNP Paribas Fortis. Classic-kapitalisatieaandelen. Instapkosten: 2,50% (korting van 20% bij inschrijving via pc of Phone Banking). Uitstapkosten: 0%. Taks op beursverrichtingen (TOB): bij instappen: geen. bij uitstappen: 0,5% (max. 750 EUR per verrichting). Beheerskosten: 1,75% per jaar. De bewaring van deze effecten op een BNP Paribas Fortis-Effectenrekening is gratis. Dit rapport wordt u enkel ter informatie bezorgd en alleen de afschriften van de effectenrekening kunnen dienst doen als bewijs van de bij BNP Paribas Fortis in bewaring gegeven waarden in portefeuille. BNP Paribas L1 Safe Stability W7 3

1. Marktoverzicht Na een flinke stijging van de indices tot begin 2011, vooral dankzij de goede bedrijfsresultaten en een versoepelend Amerikaans monetair beleid gingen aandelen vervolgens meer op en neer. In eerste instantie werden ze afgeremd door tijdelijke factoren. Vervolgens schommelden ze vooral naargelang de economische berichtgeving (tegenvallende Amerikaanse conjunctuur en vrees voor een nieuwe recessie) en politiek en financieel nieuws (staatsschuldcrisis in Europa met specifieke problemen in Griekenland). Toch is de jaarbalans uitermate positief: de MSCI AC World Index steeg met 27,4% en de MSCI Emerging index met 24,9%. Monetair beleid Tijdens de laatste 12 maanden bleef de beleidsrente van de Amerikaanse centrale bank binnen de bandbreedte die al sinds december 2008 van kracht is (0% - 0,25%). Een reeks nieuwe onconventionele maatregelen, die vooral bedoeld waren om deflatieverwachtingen de kop in te drukken, zette zijn stempel op het monetaire beleid. De stabiliteit van de inflatieverwachtingen, de twijfel over de economie en een nog altijd hoge werkloosheid rechtvaardigen inderdaad een grote voorzichtigheid over het monetaire beleid om het dubbele mandaat van de Fed, namelijk de inflatie beheersen en een volledige tewerkstelling verzekeren, tot een goed einde te brengen. De Europese Centrale Bank (ECB) heeft haar voornaamste richttarief in mei 2009 vastgesteld op 1%. Pas in april 2011 werd dit tarief verhoogd naar 1,25%. De werking van de interbancaire markt is geleidelijk verbeterd. Hierdoor kon het Euribor-tarief vanaf midden oktober weer stijgen tot boven de 1% (tegenover 0,80% eind juni 2010) zonder echter opnieuw een normaal niveau te bereiken. Dat was het gevolg van spanningen op het einde van de verslagperiode door hernieuwde onrust rond Griekenland. Eind juni 2011 stond de Euribor op 1,55%. Wisselmarkten Vanaf het begin van de periode onder verslag zagen wij een stijgende trend in de wisselkoers EUR/USD die in de loop van juni onder de 1,19 was gedaald, meteen zijn laagste niveau sinds maart 2006. Door deze trend steeg de wisselkoers in oktober tot boven de 1,40. Dat is een stijging van 19% in vergelijking met zijn dieptepunt in juni. Vanaf mei bewoog de wisselkoers binnen een erg brede bandbreedte (1,40 1,50) om het jaar te eindigen op 1,4520 wat neerkwam op een stijging met 18,2% over een periode van twaalf maanden. Evolutie van de wereldwijde markten sinds de lancering van het compartiment (juli 2004) 300 250 200 150 100 50 DJ Euro Stoxx 50 Nikkei 225 Stock Average Dow Jones Industrials MSCI World U$ MSCI EM U$ Source: Thomson Datastream 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 Evolutie van de rente op 10 jaar sinds de lancering van het compartiment (juli 2004) 5.50 5.00 4.50 4.00 3.50 3.00 2.50 2.00 1.50 1.00 0.50 US Bund Japanese Bund 2005 EM Benchmark Source: Thomson Datastream 2004 2006 2007 2008 2009 2010 2011 Evolutie van de euro t.o.v. de dollar sinds de lancering van het compartiment (juli 2004) 1.60 1.55 1.50 Source: Thomson Datastream De wisselkoers USD/JPY daalde snel naar dieptepunten over 15 jaar, tot onder de symbolische drempel van 85 die in de loop van augustus voor het eerst werd overschreden. Door de natuurrampen in Japan kende de wisselmarkt enkele bewogen weken. De wisselkoers is op 17 maart bruusk gedaald tot 76,25 in Azië. Dat was een nieuw diepterecord. De wisselkoers eindigde het jaar op 80,65 wat neerkomt op een daling van 8,9%. De Zwitserse frank heeft in de loop van juni andermaal hoogtepunten tegenover de dollar (USD/CHF onder de 0,8350) en de euro (EUR/CHF onder de 1,19) bereikt. De reële wisselkoers van de Zwitserse frank is over een periode van 12 maanden met 11,4% gestegen. 1.45 1.40 1.35 1.30 1.25 1.20 1.15 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 4

Obligatiemarkten De Amerikaanse langetermijnrente toonde aanvankelijk een aanzienlijke daling. De rente op de tienjarige T-note bedroeg vanaf augustus circa 2,5% (tegenover circa 2,95% eind juni 2010). Door de ontwikkelingen in de Griekse staatsschuldcrisis werden Amerikaanse obligaties erg gegeerde vluchtwaarden. De dalende trend zette door tot oktober, maar aan een trager tempo. Vervolgens verslechterden de obligatiemarkten, eerst door winstnemingen en vervolgens door de verbetering van de fundamentele economische factoren. De stijging was erg uitgesproken tot eind 2010 (bijna 100 bp op de tienjarige obligatierente in minder dan drie maanden tijd). De rente op de T-note bewoog van januari tot april binnen een brede bandbreedte (3,80% - 3,20%) en eindigde op 3,16%, d.w.z. een stijging met 23 bp in twaalf maanden. De Europese richtrente (Duitse Bund op 10 jaar) toonde een uitgesproken dalende trend in de periode onder verslag. Vanaf midden oktober verslechterden de Europese obligatiemarkten, net zoals de Amerikaanse markten. Hierdoor steeg de rente op de tienjarige Duitse Bund in de loop van april tot 3,50%, zijn hoogste niveau sinds de zomer van 2009. Vervolgens is de rente op de tienjarige Bund in het kielzog van de Amerikaanse langetermijnrente gedaald tot onder de 3% eind mei..op het einde van de periode stond het tarief op 3,03%, d.w.z. een stijging met 45 bp in twaalf maanden tijd. Begin 2011 steeg het korte segment van de rentecurve door hardere taal van de ECB over het inflatierisico: de Duitse rente op looptijden van 2 jaar steeg in januari met 50 bp en verwachtingen van een verhoging van de beleidsrente traden opnieuw op het voorplan. De kortetermijnrente eindigde de periode onder verslag op 1,60%, d.w.z. een stijging met 100 bp in vergelijking met eind juni 2010. BNP Paribas L1 Safe Stability W7 5

2. Concept & Doelstelling van het compartiment BNP Paribas L1 Safe Stability W7 Als de financiële markten stijgen, tracht het compartiment het rendement van een klassiek strategiecompartiment te evenaren. Als de financiële markten echter dalen, tracht het compartiment het negatieve rendement te beperken tot een vooraf vastgelegd niveau, in overeenstemming met het gekozen risicoprofiel. Als er een daling van de financiële markten wordt verwacht, tracht het compartiment die beweging op te vangen door de spreiding van een deel van zijn vermogen in geldmarktinstrumenten en obligaties die zijn uitgedrukt in euro (EUR) waarvan de gemiddelde looptijd minder dan 12 maanden en de resterende looptijd nooit meer dan 3 jaar bedraagt en in bijkomende orde in liquiditeiten. Die allocatie zou ertoe kunnen leiden dat het rendement van een klassiek strategiecompartiment in mindere mate wordt geëvenaard als de financiële markten heropleven na een daling. Voor BNP Paribas L1 Safe Stability W7 willen de beheerders het negatieve rendement beperken tot maximum 5% van de waarde die op 1 juli van elk jaar wordt vastgelegd (d.w.z. de netto-inventariswaarde die berekend wordt op de eerste werkdag van de maand juli). De referentiewaarde en de referentiedrempel worden elk jaar opnieuw berekend. Deze doelstelling geldt enkel voor de vergelijking van de laatste netto-inventariswaarde van de maand juni met de referentiewaarde. Er kan geen enkele waarborg worden geboden dat deze doelstelling daadwerkelijk wordt bereikt. Waarde in euro van het compartiment BNP Paribas L1 Safe Stability W7 (classic-kapitalisatieaandeel) Beperking van het maximale verlies tot Referentiedrempel in euro voor de periode op 01/07/2004 in Euro juli 2004 tot juni 2005 100,00 5,00% 95,00 Bron: BNP Paribas Investment Partners 6

Evolutie van de NIW van het compartiment sinds lancering (juli 2004)* (classic-kapitalisatieaandeel) 120 115 110 105 3. Evolutie van het compartiment Evolutie van de risicoloze activa (cash) Op het moment van de herschikking van de portefeuille in juli 2010 was 0,10% van het vermogen in cash belegd. Sindsdien zijn de posities in risicovolle beleggingen naar een gelijklopend niveau teruggekeerd. Het cashgedeelte bedroeg 0,00% op het einde van het 2e kwartaal. Cashpositie BNP Paribas L1 Safe Stability W7 100 95 29-10-04 28-02-06 29-06-07 31-10-08 26-02-10 30-06-11 Kapitalisatie NIW 30/06/11 117,57 Rendement van het compartiment op 30 juni 2011* (actuariële) 1 jaar 3 jaar 5 jaar Sinds lancering 3,36% 2,12% 1,61% 2,34% Jaarlijks rendement over de laatste 10 boekjaren* (1ste januari - 31ste december) 12% 10% 8% 6% 4% 2% 0% -2% -4% -6% -8% -10% 10,48 2005 0,86 0,89 2006 2007 Overzicht van de rendementen juli 2010 tot juni 2011 (in euro) -8,58 2008 7,96 2009 4,78 2010 Aandelen Europese aandelen 16,93% Amerikaanse aandelen 11,27% Japanse aandelen -4,53% Groeimarkten 7,97% Grondstoffen 6,37% Obligaties Staatsobligaties -3,89% Euro bedrijfsobligaties Investment Grade (1) 2,67% High Yield (2) 12,37% Euro inflatie gelinkte obligaties 2,50% Obligaties groeimarkten Lokaal 1,10% Extern -5,89% Wereldlijke converteerbare obligaties 13,88% Bron: BNP Paribas Investment Partners 100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0% Bron: BNPP IP 2/07/04 2/11/04 2/03/05 2/07/05 2/11/05 2/03/06 2/07/06 2/11/06 2/03/07 2/07/07 2/11/07 2/03/08 2/07/08 2/11/08 2/03/09 2/07/09 2/11/09 2/03/10 2/07/10 2/11/10 2/03/11 2/07/11 Evolutie van de risicodragende activa (strategische portefeuille) Tussen juli 2010 en juni 2011 weerspiegelde de spreiding van de risicodragende activa de strategie van het assetallocatieteam. Het team is gedurende de hele periode erg actief geweest: nu eens gaven ze de voorkeur aan aandelen, dan weer aan andere activaklassen. - In de loop van het derde kwartaal van 2010 namen de beheerders een long duration -positie waarop vervolgens winst werd genomen na de forse daling van de obligatierente. De stijgende trend in september heeft de beheerders aangezet om opnieuw een long duration -positie in te nemen. Tijdens de verslagperiode werd de overwogen positie in schuldpapier van de opkomende landen in lokale valuta behouden en werd winst genomen op de dominante positie in dollar. Op het einde van september werd een nieuwe overwogen positie in investment-grade bedrijfsobligaties geopend. Binnen aandelen werden de posities in de Japanse en Amerikaanse markt afgebouwd. Op het einde van de periode hadden we een overwogen positie in de VS en Europa, terwijl de posities in de opkomende markten neutraal bleven. - Eind 2010 waren de posities in Japanse vs. Europese en Amerikaanse aandelen, in Amerikaanse versus Europese aandelen en in Amerikaanse small caps versus large caps neutraal. Er werd een overwogen positie geopend in aandelen uit de opkomende landen. De beheerders zijn overwogen in staatsobligaties. Ze zijn tevens overgestapt naar een overwogen durationpositie. Ze keerden naar een neutrale positie terug voor schuldpapier uit de opkomende landen. Voorts openden zij een longpositie voor valuta s van de perifere landen versus een shortpositie voor valuta s van de kernlanden. De beheerders zijn neutraal voor grondstoffen. Tot slot openden zij een longpositie in Aziatisch vastgoed. - Op het einde van het eerste kwartaal van 2011 was onze regionale allocatie aan aandelen neutraal in de VS, Europa en Japan. * Rendement van het classic-kapitalisatieaandeel zonder rekening te houden met de provisies en kosten verbonden aan de uitgiften en terugkopen van de rechten van deelneming. Het betreft op historische gegevens gebaseerde rendementen die geen garantie kunnen bieden voor rendementen in de toekomst en die geen rekening houden met eventuele fusies van openbare instellingen voor collectieve belegging of compartimenten van beleggingsvennootschappen. (1) Investment -grade obligaties: Obligaties met Ratings (bv. bij Standard & Poor s, een gerenommeerd ratingagentschap) van AAA tot BBB worden gezien als investment grade. (2) Hoogrentende obligaties: Obligaties met Ratings (bv. bij Standard & Poor s, een gerenommeerd ratingagentschap) lager dan BBB worden gezien als "hoogrentend". BNP Paribas L1 Safe Stability W7 7

- De posities in Japanse vs. Europese en Amerikaanse aandelen, in Amerikaanse versus Europese aandelen en in Amerikaanse small caps versus large caps bleven neutraal. De beheerders blijven aandelen uit de opkomende landen verkiezen boven hun soortgenoten uit de ontwikkelde landen en hebben hun overweging vergroot. In maart werd de positie in schuldpapier uit de opkomende landen overwogen en die in investment-grade bedrijfsobligaties gesloten. De beheerders bleven overwogen voor hoogrentende obligaties en breidden deze positie in februari uit. De longpositie voor de Canadese dollar versus short voor de Australische dollar werd afgewikkeld. In januari werd een positie long Britse pond versus short Zwitserse frank geopend. Er werd winst genomen op deze positie en een strategie long euro versus short Zwitserse frank werd toegevoegd. Op het einde van het kwartaal werd overgestapt naar een overwogen positie in grondstoffen. De overwogen positie in Aziatisch vastgoed werd gesloten en een overwogen positie in Europees vastgoed versus Europese aandelen werd geopend De strategie blijft neutraal voor cash. - In de loop van het tweede kwartaal was de longpositie in aandelen overwogen in het licht van de overvloedige liquiditeit. Deze positie werd gesloten in mei toen de economische voorwaarden verslechterden. Wat de regio s betreft, was de positie gedurende het tweede kwartaal neutaal voor de VS, Europa en Japan en bleef de positie overwogen voor aandelen uit de opkomende landen. In mei werd een short duration -positie geopend. De positie blijft neutraal voor schuldpapier uit de opkomende landen uitgedrukt in USD, maar overwogen voor opkomend papier in lokale valuta s. De positie in investment-grade bedrijfsobligaties blijft neutraal, maar die in hoogrentende obligaties is overwogen. Een onderwogen positie in inflatiegelinkte obligaties droeg positief bij aan het rendement op het einde van het tweede kwartaal en werd vervolgens gesloten. 8

4. Nieuwe drempel en strategie na rebalancing * BNP Paribas L1 Safe Stability W7** Waarde van het compartiment Beperking van het maximale verlies tot Referentiedrempel in euro voor de periode van* op 01/07/2004 in Euro juli 2004 tot juni 2005 100,00 5,00% 95,00 op 01/07/2005 in Euro juli 2005 tot juni 2006 108,13 5,00% 102,72 op 03/07/2006 in Euro juli 2006 tot juni 2007 108,53 5,00% 103,10 op 03/07/2007 in Euro juli 2007 tot juni 2008 114,92 5,00% 109,17 op 01/07/2008 in Euro juli 2008 tot juni 2009 110,39 5,00% 104,87 op 02/07/2009 in Euro juli 2009 tot juni 2010 104,91 5,00% 99,66 op 01/07/2010 in Euro juli 2010 tot juni 2011 113,75 5,00% 108,06 Bron: BNPP IP Nieuwe drempel Begin juli 2011 werd een nieuwe drempel berekend voor het compartiment BNP Paribas L1 Safe Stability W7 op basis van de waarde van het compartiment per 1 juli 2011 (berekend op basis van de koersen op 30/06/10) die 117,57 bedroeg. De referentiedrempel voor de eerstvolgende periode bedraagt dus 111,69 (juli 2011 juni 2012). BNP Paribas L1 Safe Stability W7** Waarde van het compartiment Beperking van het maximale verlies tot Referentiedrempel in euro voor de periode van* op 01/07/2011 in Euro juli 2011 tot juni 2012 117,57 5,00% 111,69 Bron: BNPP IP Nieuwe strategie Meerdere punten van zorg hadden de markten tijdens de twee laatste maanden in de greep: de eventuele vervroegde ommekeer in de wereldwijde groeicyclus (vooral in de VS en China), de gevolgen van de trends in het monetaire beleid en de aanhoudende problemen in de perifere landen van de eurozone. Hoewel de Amerikaanse indicatoren niet bemoedigend waren (vooral in de landbouwsector) waardoor de vrees voor een recessie met dubbele dip weer opflakkerde, trekken de beleggingen weer aan en was er een lichte verbetering waarneembaar in de laatste cijfers van de inkoopmanagersindices. De recente groei vertraagde eveneens door een aantal uitzonderlijke factoren zoals de verstoorde leveringen door de aardbeving in Japan, het uitermate slechte weer in de VS en de stijging van de olieprijs begin dit jaar die de aankoop van duurzame consumentengoederen aan banden legde. Omdat dit tijdelijke factoren zijn, kan de groei in de tweede jaarhelft weer opleven. In de opkomende landen is de situatie van China bemoedigend. Er lijkt veeleer sprake van een normalisering van het groeiritme dan van een harde landing. De monetaire voorwaarden blijven gunstig met een negatieve reële rente in veel landen. De voorwaarden zullen inderdaad verstrakken, maar het monetaire beleid zal slechts zeer geleidelijk minder soepel worden. Op de korte termijn wordt een voorzichtig standpunt tegenover risicovolle beleggingsklassen gehandhaafd gelet op de tijdelijke inzinking in de wereldeconomie en de onzekerheid rond de perifere landen van de eurozone. Op het einde van juni blijft de aandelenpositie per saldo neutraal, maar met een overweging voor aandelen uit de opkomende landen. Hoogrentende bedrijfsobligaties en schuldpapier uit de opkomende landen in lokale valuta s zijn eveneens overwogen. BNP Paribas L1 Safe Stability W7 Benchmark Compartiment op 01/07/11 Aandelen 20,00% 20,65% Europese Large Caps 6,00% 5,48% Europese Small Caps 2,00% 2,03% Amerikaanse Large Caps 4,00% 4,02% Amerikaanse Small Caps 1,00% 1,02% Japan 2,00% 1,71% Opkomende landen 5,00% 6,40% Obligaties 65,00% 63,18% Staatsobligaties wereldwijd 21,00% 15,99% Bedrijfsobligaties Euro 16,00% 16,21% Inflatiegelinkte obligaties Euro 14,00% 12,06% Bedrijfsobligaties Amerika 3,00% 3,05% Hoogrentende bedrijfsobligaties Europa 4,00% 7,04% Hoogrentende bedrijfsobligaties Amerika 1,00% 1,08% Externe obligaties opkomende landen 0,80% 0,84% Lokale obligaties opkomende landen 1,20% 2,92% Wereldlijke converteerbare obligaties 4,00% 4,00% Alternatieve investeringen 15,00% 16,17% Vastgoed Europa 1,00% 1,02% Vastgoed Amerika 1,00% 0,01% Vastgoed Azië 0,00% 1,06% Grondstoffen 1,00% 1,87% Absolute Return 12,00% 12,21% Liquiditeiten 0,00% 0,00% Totaal 100,00% 100,00% Bron: BNPP IP Opmerking: Het compartiment is niet gehouden zijn benchmark (modelportefeuille) te volgen. Gebaseerd op hun vooruitzichten voor de verschillende activaklassen en de financiële markten, kunnen de beheerders afwijken van de modelportefeuille en activaklassen over- of onderwegen. * Geen enkele garantie kan worden geboden dat de doelstelling daadwerkelijk zal worden behaald. ** Classic-kapitalisatieaandeel. BNP Paribas L1 Safe Stability W7 9

5 Vooruitzichten tweede jaarhelft 2011 Griekenland heeft zich finaal dan toch achter de door Europa opgedrongen besparingen en privatiseringen geschaard. Daarmee ligt de weg naar verdere Europese hulp open. Een nieuw steunprogramma staat in de steigers. De financiële sector zal hier bij betrokken worden. Steeds meer wint de overtuiging veld dat de definitieve oplossing van het Griekse vraagstuk ook een herstructurering van zijn staatsschuld zal omvatten. Zaak is de impact op de rest van Europa en de financiële sector zo beperkt mogelijk te houden. Daarom zal een drastische herstructurering - voor zover nodig pas doorgevoerd worden wanneer al wie er schade van dreigt te ondervinden, voldoende sterk is om de schok te absorberen. Sowieso zal de weg naar herstel van Griekenland niet over rozen lopen. We dienen dus rekening te houden met sporadisch terugkerende golven van volatiliteit in de markten. Naast de aanslepende schuldencrisis vormen de verzwakkende economische statistieken een tweede bron van onzekerheid. Zij duiden op een groeivertraging. Voor zover die voortspruit uit haperingen in de productieketen, veroorzaakt door de natuurramp in Japan, kan men gewag maken van een tijdelijk verschijnsel. Ook tijdelijk is wellicht de negatieve impact van de fors gestegen olieprijs, die gelinkt is aan de onrust in het Midden-Oosten en de burgeroorlog in Libië. Meer structurele problemen zijn de aanslepende zwakte van de vastgoedmarkten en de nog steeds veel te hoge werkloosheid aan weerszijden van de Atlantische Oceaan. Het verteren van de hoge schuldenberg kost het westen groei. Besparingen en extra lasten zullen nog verschillende jaren op de economie wegen. In de groeilanden hebben ze daar geen problemen mee. Het belangrijkste obstakel blijft daar de inflatie, gevoed door stijgende lonen en fors gezwollen prijzen van voeding, en grondstoffen. De maatregelen om deze inflatie te beteugelen hebben weliswaar een negatieve impact op de groei, maar niet in die mate dat ze deze groei fnuiken. Integendeel. De meeste landen blijven zich razendsnel ontwikkelen. 10 Insight is een artikel met aandacht voor speciaal geselecteerde thema s die interessant kunnen zijn voor beleggers. Er wordt op actuele beleggingsthema s gefocust die inhaken op de huidige en toekomstige wensen van beleggers en die een geschikte oplossing kunnen aanreiken.

Voor de belegger is het nog steeds zoeken naar rendement. De bescheiden groei in het westen houdt ook de intrestvoeten laag, al laat de terugkeer van het fenomeen inflatie toch iets hogere niveaus vermoeden in de nabije toekomst. Niettemin, zeker in de zogenaamd veilige landen bieden staatsobligaties weinig perspectieven. Bedrijfsobligaties zijn nog steeds interessanter, waarbij onze voorkeur voor hoogrentend papier intact blijft. De magere vooruitzichten van de westerse economieën staan in schril contrast tot de goede gezondheid van onze ondernemingen. Zij hebben in de loop van de voorbije crisis hun schulden afgebouwd en diep in hun kosten gesneden. Hierdoor behielden ze hun rendabiliteit. Samen met de stijgende verkoopcijfers, een gevolg van het economisch herstel, resulteert dit in kwartaalcijfers die ons keer op keer in positieve zin verbazen. Naar waarderingen toe staan aandelen nog steeds niet duur. Maar waarderingen alleen volstaan niet om de koersen hoger te tillen. Aandelen zijn risicodragend papier en om mensen te motiveren in aandelen te stappen, moet men een klimaat creëren dat uitnodigt om risico te nemen. De huidige economische context beantwoordt hier niet direct aan, toch niet in het westen, waar de schuldencrisis sporadisch voor periodes van grote onrust zorgt. Tussendoor kunnen we ons evenwel aan mooie opklaringen verwachten. Die maken het de moeite voldoende op de aandelenmarkten aanwezig te blijven. In het westen spelen we daarbij eerder defensieve thema s. Wat de groeilanden betreft is het vooral zaak in te spelen op de grote structurele veranderingen in de wereldeconomie. Het pessimisme van de westerse belegger vloeit deels voort uit de sterkte van de euro die alle beleggingen in andere munten een stuk magerder doet ogen. Vooral ten aanzien van de dollar staat de euro te sterk. Zeker, de rente in euro is hoger dan die in dollar en wellicht zal dit renteverschil, gelet op de uiteenlopende koers van Europese centrale bank en Federal Reserve, de komende maanden nog wat groter worden. Maar de relatieve sterkte van de Amerikaanse economie, de zware afwijking van historische gemiddelden en het feit dat ook verschillende Europese economieën het bepaald moeilijk krijgen met een te dure euro, laten vermoeden dat een opwaardering van de dollar te verwachten is. BNP Paribas L1 Safe Stability W7 11

http://www.bnpparibasfortis.be/privatebanking Fortis Bank nv Warandeberg 3, B-1000 Brussel RPR Brussel - BTW BE 403.199.702 - FSMA 25.879 A Verantwoordelijke uitgever Fr. Peene Fortis Bank (1AB8C) Warandeberg 3, B-1000 Brussel S50251_des14717