Spreekbeurt Biologie Hoogbegaafdheid

Vergelijkbare documenten
Spreekbeurt hoogbegaafdheid.

3 Hoogbegaafdheid op school

Theorieboek. leeftijd, dezelfde hobby, of ze houden van hetzelfde. Een vriend heeft iets voor je over,

leerlingbrochure nld Door: Jolanthe Jansen

Wat is PDD-nos? VOORBEELDPAGINA S. Wat heb je dan? PDD-nos is net als Tourette een neurologische stoornis. Een stoornis in je hersenen.

Veilig Thuis. Werkboekje voor kinderen en ouders bij een tijdelijk huisverbod

Lesbrief. Introductie

Veilig Thuis. Werkboekje voor kinderen en ouders bij een tijdelijk huisverbod

pest eruit? De baas spelen

2 Ik en autisme VOORBEELDPAGINA S

Weet wat je kan Samenvatting op kaarten

Werkstuk Verzorging Pesten

Inleiding IN DIT BOEK LEES JE WAAROM STEUN, RESPECT EN VERTROUWEN BIJ VRIENDSCHAP HOREN.

Over ruzie en hoe je dat oplost natuurlijk!

AMIGA4LIFE. Hooggevoelig, wat is dat? T VLAARDINGEN

Het kinderprotocol. Inhoud: 1. Inleiding; het kinderprotocol 2. Goed gedrag kun je leren 3. De schoolregels 4. Pesten/ gepest worden 5.

Waarom dit boek? 7. 1 De ik-fabriek, wat is dat? Lichaamsseintjes Je lichaam is net een fabriek 17

Ben jij een kind van gescheiden ouders? Dit werkboekje is speciaal voor jou!

ik? Houd je spreekbeurt over GGNet

4 communicatie. Ik weet welke informatie anderen nodig hebben om mij te kunnen begrijpen. Ik vertel anderen wat ik denk of voel.

JEUGDIGEN. Hulp na seksueel misbruik. vooruitkomen +

leer-actief werkboek Naam: 1

Wanneer vertel je het de kinderen? Kies een moment uit waarop je zelf en de kinderen niet gestoord kunnen worden.

Wat gebeurt er als iemand zich in de mindere positie voelt? Meer over het instinct voor zelfbehoud

Inleiding WIST JE DAT JE GEVOEL VAAK BEPAALT WAT VOOR HUMEUR JE HEBT?

begaafdheid Survivalgids Tessa Kieboom Danielle Verheye in samenwerking met Luc Descamps

6,6. Werkstuk door een scholier 2141 woorden 6 januari keer beoordeeld. Nederlands

Inhoud. Hallo!...5. Wie is wie? Even voorstellen...7. Wat is mijn PrOP? PrOP opstellen Doelen voor mijn PrOP...19

Uitgeverij Schoolsupport ww.schoolsupport.nl

Thema Gezondheid. Lesbrief 33. In gesprek met de leerkracht.

Meervoudige intelligentie test

Dit is een download bij het artikel Omdat je het kunt uit JOP COACH magazine, nr

Wat kies ik? PO groep 3 / 4 expositie Waanzien MOTI Breda Voorbereidende les HANDOUT voor leerkrachten behorende bij de powerpoint 1

Handleiding voor: * spreekbeurt * nieuwskring * leeskring * website * voorlezen

GOED VRIENDJE? FOUT VRIENDJE?

Handleiding voor: * spreekbeurt * nieuwskring * leeskring * werkstuk

kinesiologie en stressmanagement Bluesroute WD MIDDELBURG T (06)

Ontdek je kracht voor de leerkracht

Let op dat je het goet schrijft!! Of foud!! Goetfoud is een site die over geweld gaat.

Een informatieve bundel en vragenlijst voor kinderen die gepest worden.

3 Pesten is geen lolletje

Beertje Bruin zegt dan: Ik heb van moeder Beer gehoord dat je erg verdrietig

Ben jij een kind van gescheiden ouders? Dit werkboekje is speciaal voor jou!

Eikenhorst (kliniek) Informatie voor patiënten. Eikenhorst

Je hebt je huiswerk niet gemaakt, maar durft dat niet te zeggen. Je krijgt een beurt en zo merkt de meester het toch. Oeps

1. Ontdek jouw talenten!

s Heeren Loo Samen mediawijs Met elkaar in gesprek over het gebruik van (social) media s Heeren Loo Advisium September 2017

Vrienden kun je leren

Ik stel veel 'doe-ik-het-goed' vragen. Ik weet hoe ik mezelf kan verbeteren, maar het lukt mij nog niet.

KIJK IN JE BREIN LESMODULE BASISSCHOOL LEERLING

Inhoud. 1 Wil je wel leren? 2 Kun je wel leren? 3 Gebruik je hersenen! 4 Maak een plan! 5 Gebruik trucjes! 6 Maak fouten en stel vragen!

Zonder toestemming. Nota BOPZ eenvoudige versie

Waar gaan we het over hebben?

Instructie voor leerlingen.. 5. Gebruik van de lesbrieven. 6. Lesbrief: Wat wil je zijn en worden.. 7. Wat wil je zijn en worden.

Wat wil ik op mijn school? Hoe ga ik aan het werk?

Het is druk op het schoolplein. Overal zie je kinderen die aan het knikkeren zijn. Joost heeft een grote zware knikkerzak. Hij roept: 'Ik heb de

Inhoud. Mijn leven. ik doe mee

Ik-Wijzer Naam: Sander Geleynse Datum: 27 januari 2016

Vriendschap. Voortgezet onderwijs

Waarde-volle zorg is ook nog JONG!

Weer naar school. De directeur stapt het toneel op. Goedemorgen allemaal, zegt hij. * In België heet een mentor klastitularis.

Inleiding. OMGANGSKUNDE OEFENINGEN Isa Goossens

Naam: Datum: Ik-Wijzer

Goed met elkaar omgaan en Huisregels

Mentorlessen. Klas:...

Samen mediawijs. Met elkaar in gesprek over het gebruik van (social) media

Kids. &Go. Informatieblad speciaal voor kinderen

IK WIJZER. Ik wil graag weten wie ik ben

Het Mozaïek-kinderprotocol tegen pesten (voor kinderen van groep 3 t/m 8)

Seksualiteit: Grenzen en Wensen

(Hoog)begaafde protocol OBS Prins Claus

[PILOT] Aan de slag met de Hoofdzaken Ster

Luisteren. Bij deze hand-out hoort ook een presentatie document om te gebruiken in de klas. U kunt het hier downloaden.

TRIXY Expertisecentrum

Signaleringslijst voor leerlingen met autisme!

FOUT VRIENDJE? PAS OP! Hulp. Internet. Heb je vragen? Bel dan naar Meldpunt Jeugdprostitutie, tel.:

PORTALIS Onderwijs en Arbeidstoeleiding

Bijlage 1 Thema 1. De helppagina van een tijdschrift

Voorkom. Pesten. DMS-educatief

Verliefd zijn is dat je iemand meer dan aardig vindt, eigenlijk véél meer dan aardig.

Zondag 6 maart 2016, uur Jeugddienst. Voorganger: ds. Bert de Wit

Kanjerkrant maart 2015

Leven in een groep. Hoe gaat dat en wat vinden jongeren?

Meten van mediawijsheid. Bijlage 6. Interview. terug naar meten van mediawijsheid

Hoe ben jij KNAP??? >> Doe nu de test! Ga naar de 'Vragenlijst' Howard Gardner

WonderWoordenWinkel. T-shirt Labelles

Mediawijsheid. Werkblad Auteursrecht bij foto s. Foto s en auteursrecht

Hoogbegaafd en gevoelig

Waar gaan we het over hebben?

Werkwijzer Verslagkring:

HANDIG VERDEDIGEN VAN VOER EN SPEELTJES

1 Samuel 24 Ik krijg je nog wel Of zou jij het anders doen?

Judith Suyling. kindertherapie ouderbegeleiding. Poppenkast

6.2.1 Dealen met afleiding onderweg

Werkboek Het is mijn leven

Dilemmatest vroeger en nu

M i j n o u d e r s g a a n s c h e i d e n

Werkstuk Nederlands Kindertelefoon

Uitleg Werkwijzers Bovenbouw Dit zijn de beschrijvingen van alle presentaties die je moet doen en het werkstuk dat je maakt.

Transcriptie:

Spreekbeurt Biologie Hoogbegaafdheid Spreekbeurt door M. 2703 woorden 25 januari 2015 6,8 11 keer beoordeeld Vak Biologie Hoogbegaafdheid is een bijzondere gave die niet iedereen heeft. Stel dat we 100 kinderen op het schoolplein bij elkaar zetten. Hoeveel van die kinderen zijn dan hoogbegaafd? Maar 2 á 3 kinderen van de 100 zijn hoogbegaafd. Dat geldt ook voor volwassenen. Maar hoe weet je nou wat het verschil tussen hoogbegaafd en hoogintelligent is? Doe je anders als je hoogbegaafd bent? Voel je je anders als je hoogbegaafd ben? Moet je bepaalde dingen weten als je hoogbegaafd bent? Dat gaan jullie horen in deze spreekbeurt. IQ onderzoek Je bent hoogintelligent als je een IQ (dat staat voor Intelligentie Quotiënt) hebt van 130 punten of hoger. De meeste kinderen en volwassenen hebben een IQ tussen de 90 en de 110. Die mensen noemen we normaal begaafd. Er zijn ook kinderen en volwassenen die juist een laag IQ hebben, lager dan 80. Die mensen noemen we zwakbegaafd. Zo n IQ wordt gemeten met een intelligentie onderzoek. Als je IQ onderzocht wordt gebeurd dat meestal met een WISCtest (van zes tot 17 jaar). Bij zo n onderzoek doe je allemaal verschillende dingen. Er worden vragen aan je gesteld en je doet allemaal spelletjes. Bij sommige onderdelen wordt een stopwatch gebruikt om te zien hoe snel je iets kan. De bedoeling van zo n test is om uit te vinden wat jij allemaal weet of niet weet. Of wat je allemaal kan of niet kan. Er wordt vooral gekeken naar de mogelijkheden die je hersenen hebben. Tijdens zo n onderzoek kan je geen fouten maken. Dat komt omdat je geen toets aan het maken bent. Ze kijken gewoon naar wat je allemaal al kan. Het is ook normaal als je iets niet weet, want als je 14 bent weet je meer dan als je 6 bent. En als je 17 bent weet je ook nog niet alles. De meeste kinderen die zo n test hebben gedaan vonden het erg leuk en zouden het eigenlijk nog wel een keertje willen doen. Uitleg met een voorbeeld. Ieder mens heeft wel een verzameling gereedschap. Bijvoorbeeld een hamer, een beitel, schroevendraaiers, een zaag Maar de een heeft misschien een ander soort gereedschap dan de ander. Of meer speciale tangetjes en/of schroevendraaiers. Er zijn ook mensen die heel erg bijzonder gereedschap hebben om bijvoorbeeld horloges mee te kunnen repareren. Bij een IQ test wordt er gekeken naar wat voor soort gereedschap jij hebt. Verbaal en Performaal Bij een IQ test worden er 2 verschillende kanten van je onderzocht. Dat zijn je verbale kant en je performale kant. Om https://www.scholieren.com/verslag/spreekbeurt-biologie-hoogbegaafdheid Pagina 1 van 5

je verbale en performale IQ af te korten hebben wij ze VIQ en PIQ genoemd. Je verbale kant is je talige-kant. Die heeft te maken met: lezen, praten, luisteren, schrijven en noem maar op. Je performale kant is je doe-kant. Die heeft te maken met: puzzelen, doolhoven, tekenen, bouwen en nog veel meer. Bij 2 van de drie kinderen liggen de scores van je verbale IQ en je performale IQ heel dicht bij elkaar. Bijvoorbeeld verbaal 102 en performaal 98. Dat heet een harmonisch profiel. Het kan zijn dat er een wat groter verschil is. Dat komt bij een op de drie kinderen voor. Dan komt het meestal voor dat het verschil tussen verbaal en performaal niet groter is dan 15 punten. Daar zou je weinig last van hebben. Maar soms is er wel echt een groot verschil. bijvoorbeeld dat je verbaal 130 hebt en performaal 90. Dat noem je een disharmonisch profiel. Daar heb je vaak wel last. Als verbaal hoger is dan performaal kun je wel heel erg goed bedenken hoe je iets wilt maken maar lukt het uitvoeren daarvan niet zo goed als je het in je hoofd had. Het resultaat valt dan vaak tegen. Als dat vaak gebeurt wil je dan al snel nooit meer tekenen of knutselen. Als je juist performaal veel beter bent dan verbaal dan kan je heel goed dingen doen maar je kunt dan niet goed bedenken hoe je het wilt hebben. En je kan ook niet zo goed vertellen wat jij ergens van vindt. Dat je verbale kant hoger is dan je performale of andersom kan allebei behoorlijk lastig zijn. Als je zo n groot verschil hebt, word je wel erg goed in het zoeken naar oplossingen. Wanneer mag je hoogbegaafd genoemd worden? Om hoogbegaafd te zijn heb je volgens de Amerikaanse professor Joe Renzulli 3 dingen nodig. Een IQ van 130 of hoger, motivatie en creativiteit. Je weet al wat een IQ is maar wat is dan motivatie of creativiteit? Als je gemotiveerd bent dan doe je vaak meer dan wat van je verwacht wordt. Creativiteit is niet dat je goed kan knutselen maar dat je op een originele manier oplossingen bedenkt. Anders dan hoe de meeste mensen het doen. Bijvoorbeeld op een andere manier je rekensommen oplossen of je eigen spelregels verzinnen bij een spel. Hoogbegaafde mensen zijn vaak van zichzelf erg creatieve denkers. De Nederlandse professor Franz Mönks heeft gezegd dat je vaak meer dan een hoog IQ, motivatie en creativiteit nodig hebt om talenten te kunnen ontwikkelen. Hij zegt: je school je vrienden en je familie zij daarbij heel erg belangrijk. Iemand met een IQ van 130 of hoger kan soms zijn talenten niet gebruiken. Want de motivatie om te leren kan verdwijnen. En creatief denken kan voor de omgeving soms zo lastig of gek zijn, dat je daar maar niks meer van laat merken. Maar een hoge intelligentie gaat niet weg, die heb je, of die heb je niet. Hij kan gewoon niet verdwijnen. Je kan het ook niet afleren. Iemand met een IQ van 130 of hoger die niet meer gemotiveerd is en niet meer het creatieve denken gebruikt, wordt hoogintelligent genoemd in plaats van hoogbegaafd. Maar als je motivatie en je creativiteit weer terug zijn dan mag je weer hoogbegaafd genoemd worden. In het dagelijks taalgebruik wordt er vaak van hoogbegaafd gesproken. Dat kan soms dus ook fout gebruikt zijn. Jij weet nu wel het verschil. Hoe voelt het om hoogbegaafd te zijn? Als je op je school de lesstof krijgt die bij jouw niveau past en je ouders snappen je en je hebt voldoende vrienden in je klas en je omgeving, dan hoef je helemaal geen last te hebben van dat je hoogbegaafd bent. Je blijft dan vanzelf gemotiveerd en dan vindt iedereen het heel erg normaal als jij op je eigen creatieve manier denkt. Dat voelt fijn en ook heel gewoon. Maar stel nu eens dat je heel andere onderwerpen interessant vindt dan de kinderen om jou heen, de kinderen in je klas je vaak niet lijken te snappen, je op school of op straat gepest wordt, je klasgenoten zich niet https://www.scholieren.com/verslag/spreekbeurt-biologie-hoogbegaafdheid Pagina 2 van 5

aan hun afspraken houden, je op school steeds werk moet den dat je al kent en niemand weet dat je je zo vaak boos, verdrietig of alleen voelt. Dan kan het zijn dat het niet zo goed met je gaat. Je kan je zelfs erg ongelukkig gaan voelen. Onderzoekers denken dat het met 50 tot 80% van hoogbegaafde kinderen vanzelf goed gaat. Dus als je 100 hoogbegaafde kinderen hebt, dan zou het met 50 tot 80 van die kinderen goed gaan. Dat betekent ook, dat het met 20 tot 50% niet goed gaat. Zij hebben hulp nodig. Gelukkig weten er steeds meer mensen van hoogbegaafdheid af. Er is zelfs speciale lesstof voor hoogbegaafde kinderen! Daarover hoor je straks meer. Maar waardoor kan je je dan ongelukkig voelen? Alle kinderen (ook hoogbegaafden) denken dat ieder kind ongeveer hetzelfde weet, denkt en vindt als jijzelf. Maar hoogbegaafde kinderen weten vaak al meer dan hun leeftijdsgenoten. En ze denken vaak een beetje anders. Alleen weten ze dat niet van zichzelf. Als je hoogbegaafd bent kan je in je klas, je buurt of bij je club dus een aantal verschillen tussen jou en de anderen kinderen tegenkomen. Een aantal verschillen zijn: je interesses, je kennis, het maken en het nakomen van afspraken, het samen spelen, het omgaan met elkaar en het veel alleen willen zijn. Ik ga hier een paar van bespreken. Andere interesses Stel je zit in de kring en je klasgenoten vertellen de volgende dingen: ze gaan s middags spelen bij een vriendje of vriendinnetje, ze waren gaan logeren bij opa en oma, ze zijn naar de McDonald's geweest, ze hebben nieuwe schoenen gekocht en nog meer van dat soort dingen. Nu wil jij heel erg graag iets vertellen over het museum waar je bent geweest. Daar zag je prachtige dingen over piramiden en de farao s. En je vraagt je af hoe het toen was, in die tijd. Als jij dan gaat vertellen, zul je weinig aandacht krijgen. Misschien praten ze wel dwars door je hele verhaal heen. Dat komt omdat de kinderen in je klas piramides en zo helemaal niet interessant vinden. En de meester luisterd ook maar half naar je verhaal omdat hij bezig is de klas stil te krijgen. Dat voelt erg vervelend! Veel alleen willen zijn Dat je er misschien vaak niet bijhoort komt eigenlijk zo: kinderen die met elkaar hetzelfde over iets denken of vinden, kunnen ook makkelijk iets met elkaar doen. Of goed samen spelen. Een jongensvoorbeeld is: Misschien vinden alle jongens in jouw klas voetbal leuk. Dat doen ze dan met elkaar. Maar jij vindt voetballen helemaal niks, jij zou liever een ridderspel spelen. Een meisjesvoorbeeld is: De meisjes spelen iedere dag paardje op het schoolplein. Dat vindt jij maar niks. Jij zoekt liever naar bijzondere steentjes of schelpen op het schoolplein. Je anders voelen Je voelt dat je niet begrepen wordt, je merkt dat anderen niet naar jouw verhalen luisteren, je vindt dat kinderen hun afspraken met jou steeds verbreken, je ziet dat zij van alles niet kunnen wat jij wel al lang kunt en ook niet weten wat jij allemaal weet. Doordat er nu steeds dingen zijn die niet lukken, die fout gaan, of die anders gaan de jij vindt dat het zou moeten gaan, kun je gemakkelijk denken dat jij maar raar bent of van alles fout doet. Je voelt je steeds maar weer anders. Eigenlijk kun je het niet eens goed uitleggen. Maar het is er wel. Elke dag. Misschien begrijp je nu beter waardoor het komt dat je je zo anders kunt voelen. En eigenlijk is anders ook wel het goede woord. Je doet ook https://www.scholieren.com/verslag/spreekbeurt-biologie-hoogbegaafdheid Pagina 3 van 5

anders. Maar daarom doe je ze nog niet fout of verkeerd! toch denken veel hoogbegaafde kinderen dat zij het wel fout doen. Dat komt doordat je, als je hoogbegaafd bent, je meestal de enige bent die het anders doet. En dan moet het wel fout zijn. Niet dus! Hoogbegaafden doen nu eenmaal van nature veel dingen anders! Het is heel belangrijk dat je weet dat niemand het goed of fout doet. Niemand kan er iets aan doen dat er verschillen zijn. Jij niet en de andere kinderen om je heen ook niet. Iedereen doet de dingen gewoon op zijn eigen manier. Alleen doen de meeste kinderen een aantal dingen nu eenmaal anders dan jij. Dat is wel erg vervelend, maar veranderen kun je het niet. Maar denken dat je het fout doet kan leiden tot... Onderpresteren Als je niet doet wat je wel kan kan, ben je aan het onderpresteren. Veel hoogbegaafde kinderen en volwassenen zijn onderpresteerders. Je kunt een beetje onderpresteren: je zorgt dat je werkjes of je cijfers steeds net voldoende zijn. Een 6 is voldoende, ook al zou je makkelijk een tien kunnen halen. Je kan ook totaal onderpresteren: je doet dan gewoon helemaal niks meer. Onderpresteren komt meestal door: je te veel aanpassen, ge-demotiveerd zijn, als niks interessant voor je is, of denken dat je het toch niet kan of doordat je je ongelukkig voelt. Als jij de enige bent die een hoop dingen anders doet dan de rest van de groep (zoals toen ik de verschillen opgenoemd heb), kan je makkelijk gaan denken dat jij het dus allemaal fout doet. Dan kan het simpelste lijken om je dan maar aan te passen aan de groep. Dan doe je net of je minder weet dan je al weet. En je kijkt heel goed hoe de rest alles doet. En dat doe jij dan ook heel gewoon. Dat is aanpassen. Als je alles al afkeurt wanneer je een heel klein foutje hebt gemaakt, dan wordt je een perfectionist genoemd. Als je alles perfect wilt doen, dan mag er dus nooit en nergens een foutje inzitten. Een perfectionist kan heel boos worden als hij heel erg zijn best heeft gedaan en toch een foutje heeft gemaakt. Het kan zijn dat hij dan maar helemaal niks meer doet. Pesten De groep kan op jou reageren door je te pesten: spullen afpakken, doen alsof je niet meer bestaat, uitlachen en nog meer dingen. Dat is erg vervelend. En als je je aanpast, heb je daar tenminste geen last van. Soms kan je, ondanks je heel erg je best doet om je aan te passen, toch nog gepest worden. Dat komt omdat de kinderen om je heen vaak toch aanvoelen dat jij anders bent dan zij. Alleen begrijpen ze niet wat er anders is dus gaan je maar pesten om toch te laten zien dat zij weten dat je anders bent. Om van het gepest af te komen is de beste manier praten. Als jij namelijk niet vertelt wat er met je aan de hand is of met je is gebeurd op school, dan kunnen anderen jou ook niet helpen omdat ze het gewoon niet weten. Er zijn verschillende manieren om te vertellen dat je boos of verdrietig bent waar het ook door komt. Dat zijn: Je heel erg stoer gedragen. Heel veel domme grappen maken. Besluiten om gewoon maar helemaal niets meer te zeggen. Aan jezelf gaan pulken. Een tweede plas en poepbroek tijd. Haren uit je hoofd trekken. Jezelf bezeren met een mes of iets ander scherps. Weer praten of je gedragen als een klein peutertje. Duwen en botsen met andere kinderen in de klas en op het schoolplein, als een echt botsautootje. In je kamer met spullen gooien. s Nachts weer in bed plassen. Heel hard stampen en andere herrie maken. En nog wel meer manieren. https://www.scholieren.com/verslag/spreekbeurt-biologie-hoogbegaafdheid Pagina 4 van 5

School Als je juf of meester eenmaal weet dat je de lesstof die in de klas behandeld wordt al kent, dan moet er natuurlijk iets gaan gebeuren. Dat kan zijn versnellen of verrijken. Of zelfs allebei. Versnellen is sneller door de verplichte lesstof heengaan. Versnellen is niet overslaan van leerstof die je nog niet kent. Als je weet hoe iets moet, dan weet je gewoon hoe het moet. En als je dan ook weet dat je steeds les krijgt over wat je al weet. En je steeds moet oefenen wat je al weet. Dan is dat natuurlijk niet echt boeiend. Dan kan het beter zijn om te versnellen. Je gaat bijvoorbeeld verderop in je boek werken. Je begint waar de stof nieuw voor je is. En misschien is dat in het boek van het volgende jaar. Je kunt op twee manieren versnellen: lesstof van 2 klassen in een jaar doen of je slaat echt een klas over. Versnellen heet versnellen omdat je verder in je boek werkt dan je klasgenoten. Verrijken is: boeiende dingen leren die niet in de gewone lesboeken staan. Verrijken is niet: meer van hetzelfde doen. Verrijken betekent meestal dat je uit andere boeken mag werken. Dan kan het zijn dat je met rekenen hele andere sommen krijgt. Of een werkstuk mag maken over een onderwerp dat jij interessant vindt. Dat kan allemaal in je eigen klas, wij doen dit in de plusklas. Peers en vrienden Peers betekent gelijken. Dat kunnen zijn: kinderen die allemaal dezelfde soort boeken lezen, kinderen die allemaal van dezelfde sport houden als jij, kinderen die allemaal heel goed nadenken en nog meer. Als je boeken over hoogbegaafdheid leest, kom je het woord PEERS veel tegen. Voor hoogbegaafden is het erg belangrijk dat ze in contact komen met die denk-gelijken. Dan kom je erachter dat je niet de enige bent zoals je bent. Einde https://www.scholieren.com/verslag/spreekbeurt-biologie-hoogbegaafdheid Pagina 5 van 5