past. Dit onderzoek is uitgevoerd in het kader van een afstudeerproject van de auteurs aan de



Vergelijkbare documenten
1. Opdrachtomschrijving. 2. Probleemstelling / Doelstelling. 3. Uitwerkingen van de vragen: Bijlagen: Inhoudsopgave: 1.

PT Mechatronica. Ontwerpopdracht Constructie Principes

Ontwerpopdracht Constructieprincipes Opleiding Fijnmechanische techniek / Mechatronica Hogeschool van Utrecht

Module 5 Uitwerkingen van de opdrachten

2. Vind een configuratie voor een lens-geleiding die aan de specificaties kan voldoen. Geef deze configuratie weer in voldoende schetsen.

De grafiek van een lineair verband is altijd een rechte lijn.

De hoek tussen twee lijnen in Cabri Geometry

Als l groter wordt zal T. Als A groter wordt zal T

XXX INTERNATIONALE NATUURKUNDE OLYMPIADE PADUA, ITALIË PRACTICUM-TOETS

Betonstaal met betere aanhechting Afmetingen, massa, toelaatbare afwijkingen Algemene eisen

woensdag 6 augustus 2008, u Code: 8W020, BMT 1.3 Faculteit Biomedische Technologie Technische Universiteit Eindhoven

De snelheid van de auto neemt eerst toe en wordt na zekere tijd constant. Bereken de snelheid die de auto dan heeft.

Schuifspanningen loodrecht op een cilindrisch gat

De grafiek van een lineair verband is altijd een rechte lijn.

I1ECHANISMEN. Ontwerp van een mechanisme geschikt om er zuivere buigproeven op uit te voeren. R.J.J.M. Sniekers. WPA Rapportnummer 0788.

P.H.J. Schellekens A.G. de Gilde W.P. van Vliet

Tentamen io1030 Product in werking (vragenblad) Maandag 12 april 2010; 18:00 21:00 uur

Het ontwerp van een 2-assige scanspiegel voor de ruimtevaart

Versus Tijdschrift voor Fysiotherapie, 22 e jrg 2004, no. 2 (pp )

Bogen op kegelsneden in Cabri

Ontwerpopdracht Constructieprincipes

Een kogel die van een helling afrolt, ondervindt een constante versnelling. Deze versnelling kan berekend worden met de formule:

Botsingen. N.G. Schultheiss

EXAMEN VOORBEREIDEND WETENSCHAPPELIJK ONDERWIJS IN 1974

BIOFYSICA: Toets I.4. Dynamica: Oplossing

a) Beargumenteer of behoud van impuls en behoud van mechanische energie van toepassing is op de schansspringer.

17 september 2014 ONTWERP EN BEREKENING NEN NEN--EN 1998 EN MEMO 15 mei 2014 NIEUWBOUWREGELING 1 Ing. H.J. Hoorn RC

Eindexamen wiskunde B1-2 havo 2005-I

Een symmetrische gebroken functie

Theory Dutch (Netherlands) Lees eerst de algemene instructies uit de aparte enveloppe voordat je begint met deze opgave.

Uit te voeren in groepen van 2 personen. Indien een groep van 2 personen niet mogelijk is, dient de opdracht alleen uitgevoerd te worden

NATIONALE NATUURKUNDE OLYMPIADE. Eindronde practicumtoets A. 5 juni beschikbare tijd: 2 uur (per toets A of B)

natuurkunde vwo 2019-II

2IV10 Instructie 3: Transformaties en viewing

Examen VMBO-KB. wiskunde CSE KB. tijdvak 1 donderdag 22 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN FACULTEIT WERKTUIGBOUWKUNDE DIVISIE COMPUTATIONAL AND EXPERIMENTAL MECHANICS

Naam: Klas: Practicum veerconstante

Examen HAVO en VHBO. Wiskunde B

Simulink. Deel1. Figuur 1 Model van het zonnepaneel in Simulink.

Examen HAVO. Wiskunde B1,2

Piekresultaten aanpakken op platen in Scia Engineer

Theorie windmodellen 15.1

Spanningscoëfficiënt water. 1 Doel 1. 2 Theorie 1

Kyra van Leeuwen (Nederlands Jeugdkampioen golf van 2002 tot en met 2004)

Eindexamen wiskunde B havo I (oude stijl)

Voorbeeld. Preview NEN Gekalibreerde kortschalmige stalen kettingen voor gebruik in werktuigen met nestenschijven Eisen en beproevingsmethoden

Niet-lineaire mechanica datum: Algemeen 2 Vraag 1 3 Vraag 2 8 Vraag 3 11 Vraag 4 14 Vraag 5 17 Vraag 6 19

Lessen over Cosmografie

Opgave 1 Bekijk de Uitleg, pagina 1. Bekijk wat een vectorvoorstelling van een lijn is.

Zomercursus Wiskunde. Katholieke Universiteit Leuven Groep Wetenschap & Technologie. September 2008

AÏerinzagelegging

Extra opgaven Aanzichten, oppervlakte en inhoud

> Schatting van de verplaatsingssnelheid

Examen HAVO. wiskunde B1,2

Eindexamen wiskunde B1-2 vwo 2006-II

HET COBB-DOUGLAS MODEL ALS MODEL VOOR DE NUTSFUNCTIE IN DE ARBEIDSTHEORIE. 1. Inleiding

Mechanica - Sterkteleer - HWTK PROEFTOETS versie C - OPGAVEN.doc 1/7

TNO-rapport WATERSTOFDIFFUSIE IN EEN CONSTRUCTIEDETAIL VAN STAAL VOORZIEN VAN EEN ZINKLAAG

Testen en metingen op windenergie.

Trillingen en geluid wiskundig

Speciale transformatoren

Opgave 2 Een kracht heeft een grootte, een richting en een aangrijpingspunt.

11.1 De parabool [1]

Solid Mechanics (4MB00) Toets 2 versie 4

INVLOED VAN DE SLAGKRACHT OP DE BREEDTE VAN HET INGANGS- SIGNAAL VAN HET IT-MEETSIGNAAL

Ruimtelijke projectie. Cirkels tekenen. Aanwijzingen bij het gebruik van dit PDF-bestand.

VAK: Mechanica - Sterkteleer HWTK

Kleine Mechanica van de Schaatsslag

Actie Groenlicht Luxerna Power TL600

TENTAMEN NATUURKUNDE

Practicum Torsiebalans

Voor de gewenste gegevens raadplege men het tabellenboekje. Gebruik van tabel I de kolom 'afgeronde waarde'.

no ATerinzagelegging im

QUANTUMFYSICA DE EPR-PARADOX. Naam: Klas: Datum:

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 2 woensdag 22 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Meting zonnepaneel. Voorbeeld berekening diodefactor: ( ) Als voorbeeld wordt deze formule uitgewerkt bij een spanning van 7 V en 0,76 A:

RFEM Nederland Postbus ZG DOORWERTH

Samenvatting Validatie meetmethodieken biogas

Tentamen Mechanica ( )

Auteur(s): H. Faber Titel: Reactie op: Het klappende van de schaats Jaargang: 16 Jaartal: 1998 Nummer: 4 Oorspronkelijke paginanummers:

HET METEN VAN DE VERVORMINGEN VAN EEN DEURBLAD

Examen HAVO. Wiskunde B (oude stijl)

Practicum algemeen. 1 Diagrammen maken 2 Lineair verband en evenredig verband 3 Het schrijven van een verslag

Langere vraag over de theorie

Matthias Van Wonterghem, Pieter Vanhulsel Aluminium en hoge snelheid, een mooie toekomst?

Vuistregels voor energie-efficiënte robotprogrammatie

Klankkast. Figuur 2. Figuur 3

Opgave: Deeltjesversnellers

Correcties en verbeteringen Wiskunde voor het Hoger Onderwijs, deel A.

CT2121 EXPERIMENT 1 ONDERZOEK NAAR DE VALIDITEIT VAN DE BUIGINGSTHEORIE FORMULIER 1: AFTEKENFORMULIER

Module 4 Uitwerkingen van de opdrachten

Examen HAVO. wiskunde B1,2. tijdvak 1 dinsdag 20 mei uur

Eindexamen wiskunde b 1-2 havo II

10 Had Halley gelijk: worden de maanden korter?

gelijkvormigheid handleiding inhoudsopgave 1 de grote lijn 2 applets 3 bespreking per paragraaf 4 tijdsplan 5 materialen voor een klassengesprek

TECHNISCHE UNIVERSITEIT DELFT Faculteit der Civiele Techniek en Geowetenschappen

4900 snelheid = = 50 m/s Grootheden en eenheden. Havo 4 Hoofdstuk 1 Uitwerkingen

Examen HAVO. wiskunde B. tijdvak 2 woensdag 22 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

EXAMEN VOORBEREIDEND WETENSCHAPPELIJK ONDERWIJS IN 1975

Aan de gang. Wiskunde B-dag 2015, vrijdag 13 november, 9:00u-16:00u

Transcriptie:

Monolitische rechtgeleiding met gatscharnieren, waarvan de beweging overeenkomt met die van een ideaal vierstangenmechanisme met gelijke pootlengten, blijken uitermate geschikt voor toepassingen waarin een evenwijdige verplaatsing op micrometer- schaal wordt gevraagd. Maar omdat de nauwkeurighe belang het bewegingsgedrag van dit type rechtgeleiding in het nanom Bij de Gemeenschappelijke Technische Dienst van de Technis de bouw van experimentele opstellingen vaak een dergelijke past. Dit onderzoek is uitgevoerd in het kader van een afstudeerproject van de auteurs aan de opleiding Fijnmechanische Techniek aan de Hogeschool V Q Utrecht. ~ eisen gestaag toenemen, werd het van bied te onderzoeken. Eindhoven wordt bij chtgeleiding toege- Figuur I. Overeenkomsten tussen een monolitische rechtgeleiding op basis van gatscharnieren en een ideaal vierstangenmechanisme met gelijke pootlengten. Links een monolithische rechtgeleiding op bosis van gatscharniere, rechts een ideaal vierstangenmechanisme met gelgke pootlengten Eeri nionolitische rechtgeleiding is eeiivoudig voor te stellen door een tafel die in één richting wankel op zijn poten staat Wanneer de tafel in deze richting wordt aangestoten, maakt het tafelblad een evenwijdige beweging ten opzichte van de 'vaste wereld'. Een inonolitische rechtgeleiding wordt uit één stuk materiaal vervaardigd waardoor beweging alleen dan mogelijk is wanneer de poteri vervornicn Door het aanbrengen van gatscharriieren die plaatselijke de stijfheid van de poten te vcrlagcn, kan deze vervorming gecontroleerd plaatsvinden en daarmee de gewenste beweging worden verkregen. De beweging van de monolitische rechtgeleiding op basis van gatscharnieren wordt verondersteld overeen te komen met de beweging vaii een ideaal vieritangenrnechanisme niet gelijke pootlengten. Kenmerkend voor zo'n ideaal vierstangerimechaniime is dat alle punten van het lichaam een cirkelbaan doorlopcn. De kromming van deze cirkelbaan is afliarikelijk van de lengte tussen de scliarnierpnnteri. Bij het rnonolitisch vierstangenmechanisme zijn de vier scharnierpunten, zoali weergegeven in figiiur i, vcrvangen door vier identieke gatscharriieren. Een gatscharnier wordt toegepast ni pen van één graad van vrijheid of het opheffen van een overbepaaldheid. De geometrie die dit mogelijk maakt ontstaat door het aanbreiigen van twee gaten (gatdianicter D) op geringe afstand van elkaar (damhoogte h) in een plaat (dikte t) of een massief blok materiaal. Door het aanbreiigen van Aaagsncden ontstaat de mogelijkheid dat deel 2 ten opzichte van deel 1 kan roteren, 7ie figuur 2. Dit roteren wordt Verondersteld te gebeuren om een punt dat aangednid wordt als de pool van het gatscharnier. Llchaam -, Figuur 2. Schematische weergave van een gafscharnier

Door het aanbrengen van dergelijke gatscharnieren in de poten van een moiiolitische rechtgeleiding, ontstaat er een spelingvrije, wrijvingsloze en hysterese-arme constructie die in de vrijgegeven richting een gecontroleerde beweging met zeer hoge positioneernauwkeurighcid kan maken De.;lag van deze beweging wordt beperkt door de elastische vervorming die het materiaal aankan en IS diis afhankelijk van de geometrie van het gatscharnier en de rekgrens van het materiaal Ontwerp testmodel Om de naiiwkeurigheid van de beweging te onder- 7oeken is een testmodel ontworpen en vervaardigd. De beweging van bet testmodel wordt tot stand gebracht door een verplaatsing op te leggen in een lijn halverwege de polen van de gatscharnieren, zie LlChQaml 1 I rechtgeleiding is echter dat de7e tijdens de beweging richting vaste wereld zakt. Wanneer heel precieze bewegingen gewenst zijn, dan moeten kleine verllen in ela~tisclie vervorming worden vermeden Deze verschillen ontstaan door verschillen in belasting op de elastische elementen, en ontstaan doordat de aandrijfkracht niet op de juiste plaats en niet in de jiiiste richting is aangebracht. Om de beweging onder alle omstandigheden LO ideaal mogelijk aan te sturen, moet de verplaatsing drecht op de geleiding worden aangebracht. Daarom wordt gebruik gemaakt van een tweede identiek niodel (de voorloper) dat verbonden wordt aan het eerste model (het meetmodel ) door een buigslappe spriet, zie figuur 4. De spriet is buigslap gemaakt om een eventueel verschil in zakking tussen het meetmodel en de voorloper op te vangen. Figuur 3, loodrechte aansturing op halve lengte tussen depolen van de gatscharnieren figuur 3. Daarmee wordt een gelijke belaitiiig op de linker en rechter poot bereikt zodat een zo zuiver mogelijke evenwijdige beweging ontstaat. Er 7ijn talloze wijzen waarop een verplaatsing kan worden aangebracht. Een nadeel van de rnonolitische Figuur 4, I ///////////////// Het systeem, het meetmodel gekoppeld aan de voorloper door een buigslappe spriet. De voorloper functioneert ook als buffer om aandrijfkracliten op te vangen. Het meetmodel dat door de buigslappe spriet gekoppeld is aan de voorloper wordt aangeduid met het begrip het systeem. I Testmodel - lengte 300 [nim] - breedte 115 [mm] - hoogte 325 [~nm] - materiaal 34CrNiMo6 - massa 50 [kgl Figuur 5. Het testmodel met bijbehorende technische gegevens. Gatscharnier narameters - gatdiameter meetmodel - damhoogte meetmodel - gatdiameter voorloper - dainhoogte voorloper - lengte tiissen de polen 16 [mm] 0,s [inm] 16 [nim] 0,3 [mm] 100 [mm]

Aandrijving - motormike - besturing AC 220 - SO Hz SDriet - insnoer diameter 0,6 [ mm ] - lengte tussen insnoeringen 70 [ mrn ] - Bladveer - breedte 95 [ mm] - dikte - aandrukkracht Voorloper en meetmodel worden door draadvoriken itit één stuk materiaal vervaardigd. Dit geheel wordt aangeduid met liet begrip het frame. de ij-richting genoemd Naast deze verplaatsing kuiinen er nog afwijkingen van de7e beweging optreden en wel een translatie in x-richting of een 7akking in z-richting Verder zijn er nog afwijkiiigen in de vorm van rotaties mogelijk, te weten een hoekverdraaiing (6) om de x-as, een hoekverdraaiing (v) om de ij-as en een hoekverdraaiing (8)om de 7-as De bewegingsrichtingeri van het Iicbaam van het meetmodel zijn weergegeven in figuur 6 Vooronderzoek Voordat een onderzoek naar de bewegingen van het meetmodel wordt gestart, is eerst nagedacht over de oorlaken die voor mogelijke afwijkingen van de ideale beweging Lorgen. Bewegirigsafwijkingen zul- Er is een aandrijving gebruikt die al bij de Gemeenschappclij ke Technische Dienst aanwezige was, te welen de motormike. De motormike bestaat uit een motor met reductiekast die een schroefspil mct een spoed van 0,s mm aandrijft. Een van deze motormike is dat de axiale kracht, die nodig is om het systeem aan te drijven, te groot is voor de spil. De meest wenselijke toestand zou het ontbreken van een axiale belasting zijn Een constructie met negatieve veerstijfheid is toegevoegd om dit te realiseren. Door een bladveer gecontroleerd te knikken kan er energie in worden opgeslagen. Hierdoor ontstaat een opstelling, die met een 7eer geringe kracht kan worden verplaatst. Het systeem kan nu met enkele Newtons worden aangedreven, wat acceplabel is voor de motormike. Het uiteindehlke testmodel met bijbehorende technische gegevens is weergegeven in figuur S. Bewegingsrichtingen Het lichaam van liet ineetmodel kan een beweging maken in de richting die door de gatscharnieren in de poten wordt vrijgegeven Deze richting wordt hier Figuur 7. Gatschamler Parameters die ofiykingen in de geometrie van het meetmodel kun- nen veroorzaken. len hoofd7akelijk veroorzaakt worden doordat het model na productie, zie figuur 7, afwijkt van het ideale model. Dit zijn onder andere: - onderling verscliil in damhoogten (h); - onderling verschil in gatdiametcrs (D), - verloop (h) over de damdikte (t); - onderling verschil in damdikten (t); - onderling verschil in de lengte (1,) tussen de polen van poot 1 en poot 2; - afivijkingeii in de vorm en / of onderlinge positie van de polenlijneii Onder polenlijn wordt de denkbeeldige lijn verstaan waarop de polen van een gatscharnier worden verondersteld te liggen. Figuur 8, voorbeeld van een Symmetrisch I asymmetrisch verloop (h) over de damdikte (t) Symmetrisch verloop (h ) over de damdikte (1) Asymmetrisch verloop (h) over de damdikte (t) Tabel I Resultaten van het onderzoek naar de verandering van de rotatiestufbeid van de gatscharnieren van het meetmodel ten gevolge van moge- Iyke afwilkingen van het ideale model die ontstaan tydens de productie heid van een gatscharnier. Het is daarom van belang voor elke parameter te onderzoeken in welke mate de rotatieqtijfheid zal veranderen, wanneer ee a- nieter door onnauwkeurigheid bij de productie een afwijkende waarde heeft gekregen Uit de gegevens in tabel 1 blijkt dat de afwijkingen van de ideale rechte beweging hoofdzakelijk afkonistig Lullen zijn uit. - het onderling verscliil in damhoogte (h) - het verloop in damhoogte (h) over de damdikte van de gatscharriieren. Wanneer de damhoogte van de gatscharnieren onderling verschilt zal het lichaam tijdens liet bewegen in de vrij gegeven richting een hoekverdraaiing om de x-as maken. De bewegingsafwijking die ontstaat door het verloop (h) is afhankelijk van de vorm van dit verloop, zie figuur 8. Is dit verloop symmetriscli ten opzichte van de lip ter hoogte van een halve damdikte, dan Lal liet lichaam tijdens liet bewegen in de vrijgegeven richting een hoekver draaiing om de x-as maken. Is dit verloop echter asymmetrisch ten opzichte van de lijn ter hoogte van een halve damdikte dan zal het lichaam tijdens liet bewegen naast de hoekverdraaiing om de x-as ook nog een hoekverdraaiing om de L-as maken. De verandering van het gingsgedrag door afwijkingen JI de gatdiainet en de damdikte (t) is, mals blijkt uit tabel 1, verwaarloosbaar Wanneer er onderling verschil in de lengte tussen de polen van poot 1 op poot 2 optreedt, zal het lichaam tijdens het bewegen in de vrijgegeven richting, net zoals bij onderling verschil tussen de damhoogten, een hoekverdraaiing om de x-as maken. Doordat gebruik is gemaakt van een draadvoiikmachine wordt er verwacht dat de lengte tussen de polen van de gatscharnieren veel minder gevoelig 7al zijn voor afwijkingen dan de damhoogten van de Figuur 6. Bewegingsrichtingen van het lichaam van her Meetmodel. De parameters (h, D en t) het gatscharnier hebnvloed op de rotaties id. Wanneer de rotafheid van de vier gatscharnieren van het meetmodel onderling verschilt, dan mag worden verondersteld dat het ineetmodel afwijkingen ten opzichte van zijn theoretische bewegingsrichting zal vertonen. Hierbij dient te worden opgemerkt dat niet elke parameter evenveel invloed heeft op de rotatiestijf-

Figuur 9. Vervorming van het lichaam van het meetmodel. De vervorming in Z-richting is 100.000 maal vergroot weergegeven gatscharnieren. Vandaar dat afwijkingen die ontstaan door liet verschil in lengte tussen de polen van poot i en poot 2 buiten beschouwing wordt gelaten. Tot slot dient nog in gedachten gehouden te worden dat er afwijkingen 111 het bewegingsgedrag kunnen optreden wanneer de vorm en / of de onderlinge positie van de polenlijnen afwijkingen vertonen. Theoretisch levert dit een complexe situatie op, reden waarom dem analyse afhankelijk van de resultaten van de metingen, zonodig later zal wordeii uitgevoerd sul et in gen Het onderlinge verschil in de damhoogteii (11) en het verloop (h) over de damdikte (t) bij de gatscharriieren van het meetinodel i5 gemeten. Dit is gedaan door contournietingeii aan de gatdiameters (D) van de gatscharnieren van het meetinodd uit te voeren Uit deze metingen bleek dat bij alle gatscharnieren een ongedefinieerd verloop in de con tour van de gatdianieter aanweng was Daarnaast is er door metingen niet een digitale schuifniaat, tussen de damhoogten van de gatscharnieren onderling, een maximale afwijking van ongevee tcerd. Met deze bevindingen kon worden veronder- _...~........... Displacement steld dat het ineetinodel van dit frame totaal niet voor ondermek in hei nanornetergebied geschikt zou zijn. Vandaar dat in ecn vroeg stadium is besloten om een nieuw frame te fabriceren, onder de meest ideale omstandigheden. Om beide frames te kunnen onderscheiden wordt gebruik. geinaakt van dc begrip peri: liet oude en het nieuwe frame - Het oude frame is een frame waarvan de geoine- trie in één keer aan de maat is gevonkt. Het voiiken van liet dit frame heeft ongeveer één week geduurd. - Bij liet nieuwe frame is de geometrie niet in één keer, maar drie opeenvolgende cycli gevonkt voordat de gewenste maat werd bereikt Dit voor en iiavoiikeii is onder een hoek van 30 ten opzichte van het ij-z assenstelsel gebeurd, zie figuur 6, zodat de eventuele omkeerspelirig op de spillen van de draadvonkniachine niet ter plaatse van de dammen in de gatscharnieren doorlopen zou worden Het nieuwe frame is onder ideale onistaridigheden vervaardigd De kans dat de Gemeenschappelijke Technische Dienst alsnog een frame kan fabriceren met nog kleinere afwijkingen ten opmlite van de gedefinieerde geometrie is daardoor uit te sluiten Omdat de fabricage van het nieuwe frame enkele weken in beslag 7ou nenieri is er toch gestart niet het onderzoek naar de nauwkeurigheid van de beweging van liet oude frame De metingen mochten echter niet zomaar op een willekeurige plaats aan het lichaam worden uitgevoerd, want in het iiaiiometergebied kan clkc vervorming, hoe klein dan ook, invloed hebben op de metingen Om de inaxiinale vervorming tijdens het doorlopen van de slag te kunnen schatten is een simulatie met het eindige elernentcnpakket Algor uitgevoerd Uit deze simulatie (zie figuur 9 ) bleek dat bij maximum slag - het bovenvlak in een s-bocht vervormde bij verplaatsing van het lichaam int de evenwichtsstand (Deze vervorming zal bij een beweging in tegengestelde richting ook tegengesteld zijn Wat hier top ir wordt dan dal en omgekeerd ), - het verschil tussen top en dal bij deze simulatie ongeveer 28 nrri is, - in dit plaatje drie punten zijn aan te wij7en die, tijdens het doorlopen van de slag, ten opzichte van elkaar riauwelijks invloed van de vervorming zullen ondervinden. Uit deze resultaten kon worden opgemaakt dat de beste plaats voor het uitvoeren van de metingen boven de gatscharniercri of in het midden van hei lichaam is Om een indicatie te krijgen van de afwijkingen vari de ideale beweging, zijn meettasters gebruikt. Een dergelijke meetopstelling is relatief sinipel op te bouwen en heeft weinig last van omgevingsinvlocdcri. Hieruit bleek al snel dat de zakking in z-richtirig liet enig meetbare resultaat was Bij alle overige bewcgingen was de meetonnauwkeurigheid vele niaten groter dan de meetwaarde zelf. Voor de overige metingen is daarom gebruik gemaakt een autocolliniator en laserinterfcrrometrie Evaluatie meetresultaten Als eerste kan uit de metingen worden geconcludeerd dat de baan van het lichaam een verwaarloosbare afwijking vertoont ten opzichte van de cirkelbaan van een ideaal vierstaiigeniiiechaiiisiiie met gelijke pootlengten. Over de totale slag is een afwijking in de ordegrootte van 0,25m gemeten op de berekende Lakking van 3 1 m (afwijking kleiner dan 1 YO) c hoekverdraaiing van het lichaam om de x as ligt ongeacht de wijze van druadvonken over de totale slag in de orde grootte van 2 Het lichaam blijft dan over de totale slag binnen ongeveer im evenwijdig ten opzichte van de vaste wereld Wordt er voor en nagevonkt onder een hoek van 30, dan ligt deze hoekverdraaiing over de totale slag III een gebied tussen i en 2. Het lichaam blijft dan over de totale slag evenwijdig in een gebied dat ligt tiissen 0,5in en im ten opzichte van de vaste wereld Voor een hoekverdraaiing kleiner dan 1 of met aridere woorden een evenwijdigheid van het lichaam kleiner dan 0,5m ten opzichte van de vaste wereld is het meetinodel niet geschikt, zie tabel 2 Uit de metingen blijkt dat de vervorming van het lichaam vari het meetmodel nog 7eer grote invloed heeft op de afwijkingen van de ideale baan Beide modellen tonen een s-bocht vervorming aan het bovenvlak bij verplaatsing uit het niidden, hetgeen blijkt uit eindige elementen berekeningen In heide gevallen (ineetmodel van het oude en meetmodel van het nieuwe frame) is er over de totale slag een verschil van ongeveer 1 tussen de ininirnuni en maximum hellingshoek van de vervorming aan liet bovenvlak genieten. De beweging in x richting is moeilijk te nieten in het nanometer gebied Dit omdat scheefstand van liet meetmodel ten opzichte vari de meetapparatuur invloed op de inetiiig heeft. Daarnaast IC gecoiirtateerd dat bij het meetmodel vari het oude frame torsie van het lichaam om de ij-as optreedt. Bij het meetmodel van het nieuwe frame komt dere torsie echter niet meer voor De lioeliverdraaiing om de Y-as wordt verondersteld over de lengte van het lichaam constant te 7ijn in de orde grootte van i. Tenslotte blijkt bij het model van het oude frame cen lioekverdraa de Z-as in de orde grootte van 2.5 op te treden Rij het ineetinodel van het nieuwe frame is dele hoekverdraaiing, ten opzichte van het oude rneetrnodel, met ongeveer een factor 2 is gereduceerd tot een afwijking in de orde grootte van 1,2 De metingen waarop deze conclusies zijn gebaseerd, Lijn voldoende nauwkeurig uitgevoerd, omdat ruis en drift relatief klein waren ten opzichte van de gemeten waarden. Csaclwsies en aanbevelingen Als hoge eisen aan een moiiolitische rechtgeleiding (parallelgeleiding) gesteld worden, dan is het aan te raden dele te simuleren met een eindige elementenan of de afw-ijkingen vervormingen van de binnen de perken blijven. De geleiding volgt een cirkelbaan cri veroorzaakt een zakkirig richting vaste wereld. Uit de meetresultateii blijkt dat afwijking van de voorspelde zakking als te verwaarlozen klein mag worden beschouwd. Ook is het verstandig de moiiolitische rechtgeleiding op een zodanig wijze te construeren dat slechts een geringe aanstuurkracht nodig is en liet lichaam een zo groot mogelijke stijfheid in alle bewegingsrichtiii gen bezit. Op deze wij~e kunnen de afwijkingen in de beweging door vervorniing vari het lichaam worden geminimaliseerd. Tevens dient goed nagedacht te worden over de nauwkeurigheid waarmee de geleiding wordt vcrvaardigd Zeer nauwkeurig en extreem duur produceren geeft nauwelijks verbetering in de nauwkeurigheid van de beweging.

Wanneer desondanks extreem nauwkeiirige productie vereist, dan wordt aanbevolen de geleiding voor- eii na te vonken onder een hoek van ongeveer 30' ten op7iclite vari het hoofdassenstelsel van de gatscharnieren Zo ontstaan slechts zeer geringe maatafwij kingen ten opzichte van de gedefinieerde contour en wordt voorkomen dat de vonkinacbine zijn omkcerspeling doorloopt ter plaatse van de damnien i11 de gatscharnieren. Lit era t u ur PC/ N Rosielle, E A G Keker, TUE dictaat Constructieprincipes I Bedoeld voor het nouwkeurig bewegen en positioneren,, Faculteit Werktuigbouwkunde sectie Pi pcision Engineei ing, Eindhoven 1996 Noot Dit onderzoek is in het kader van een ufitudeeropdracht uitge voerd by de cta@ioep Constructie eri Technologie van de Gemeenschappelqke Technische Dienst uun de Technische Universiteit Eindhoven Dit tcr a@luifirig van de opleiding Fgnmechanische techniek aan de Hogeschool van Utrecht Voor nadere informatie: Gemeenschappelijke Technische Dienst van de Technisch Universiteit Eindhoven, Ir. E.C.A. Dekkers, tel.: (040) 247 3356, e-mail: E.C.A.Dekkers@tue.ril. Hogeschool van Utrecht, studievariant Fijnmecl-iaiiisdie Techniek, Ir. H.W. Croon, tel.: (030) 230 8 108, e-mail: li.croon@it.fnt.hvu.nl Auteurs: Ing. J.K. van Seggelen, tel.: (0495) 491336, e-mail: J.K.v.Seggeleri@student.tue.nl en Ing. K.L. Dumoulin, tel.: (0495) 496232, e-mail: R.L.Dumoulin@student. tue.nl