Beheer en exploitatie van de Nieuwe Hollandse Waterlinie - Inventarisatiefase. Een conceptuele verkenning naar uniformiteit in strategie



Vergelijkbare documenten
Nieuwe Hollandse Waterlinie

Benutten en beschermen van een uniek historisch landschap

Datum : 26 april 2005 Nummer PS 2005ZCW04 Dienst/sector : R&G/RLU Commissie ZCW. Bijlage(n): diversen (zie blz. 7)

Benutten en beschermen van een uniek historisch landschap

VNG. 9 maart 2017 T.E.P.A. Lam

Programma van Eisen - Beheerplannen

CULTUURHISTORISCHE WAARDENKAART TERNEUZEN

CONCEPT. Uitvoeringsprogramma 2007 t/m 2013 Jaarschijf Projectenveloppe Vechtstreek-Zuid

Nationaal Landschap Nieuwe Hollandse Waterlinie

Landschap in de Omgevingsvisie Gelderland (dec 2015)

Leidraad Kunstwerken in regionale waterkeringen

Blijvend geld en aandacht nodig voor Nationale landschappen, Provincies doen meer dan het Rijk

Stelling van Amsterdam en Nieuwe Hollandse Waterlinie samen sterker!

ERFGOED, ERFBETER, ERFBEST. Cultuurhistorische waarden: inventariseren, vastleggen en ontwerpen Februari 2012

Waterlinie in Utrecht Programmamanager Maryann Glorie

Nieuwe Hollandse Waterlinie. Streekcommissie Rivierengebied West. Bas Nijenhuis, 13 jan 2011, KvK, Tiel. Wat was de Nieuwe Hollandse Waterlinie?

s t r u c t u u r v i s i e G o o r Goor 202

GEMEENTE OLDEBROEK PERMANENTE BEWONING VAN RECREATIEWONINGEN STRUCTUURVISIE CONCEPT, DECEMBER 2014 KENMERK

Aanbestedingsleidraad herontwikkeling Brewinc-locatie te Doetinchem. Errata aanbestedingsleidraad d.d. 8 oktober 2007

Managementplan. Nationaal Project Nieuwe Hollandse Waterlinie. Bijeenkomsten 13, 15 oktober en 10 november 2015

VOORBLAD STEUNBETUIGING. De tekst van de steunbetuiging bestaat uit:

Groengebied Amstelland AB Agendapunt 9 eerder door het bestuur behandelde notities over rol en positie GGA BIJLAGE 1 DISCUSSIENOTITIE

Toerisme en Recreatie

Ambitieverklaring. Tussen Kagerplassen en Oude Rijn

Aanvullende informatie Nota van Uitgangspunten bestemmingsplan Buitengebied

Beleidsnotitie Uitgangspunten voor uitgifte reststroken

A&O ERFGOED PROVINCIE UTRECHT. 10 december 2015 Roland Blijdenstijn

PROVINCIAAL BLAD. Uitvoeringsverordening subsidie Nieuwe Hollandse Waterlinie en Stelling van Amsterdam provincie Utrecht

Codenaam: Operatie MiEr

Beperkte absolute rechten(die op zaken en rechten kunnen rusten): - Vruchtgebruik art. 3:201 BW

NIEUWE HOLLANDSE WATERLINIE

Overeenkomst kwaliteitsverbetering landelijk gebied Limburg. Partijen:

Feitenrelaas: beanwoording aanvraag Midden-Delfland aan de criteria

Werkconferentie woensdagmiddag 24 april Erfgoednota Leiden Startdocument voor hoofdthema Stad als beleving

Compensatieverordening gemeente Midden-Drenthe

Relevante artikelen Verordening ruimte Noord-Brabant

Erfgoed en de Omgevingswet 30 mei 2018

CULTUREEL ERFGOED EN DE VERTALING NAAR RUIMTELIJKE PLANNEN

DOELGERICHT UITVOEREN!

Erfgoed en de Omgevingswet 18 april Martin van Bleek

Bantopa Terreinverkenning

Integraal waarderen. Een (blijvende) discussie. Maartje de Boer. Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed

De begroting van de provincie Utrecht voor Een samenvatting

Vastgoedbeleid Algemeen Doelstellingen Samenloop met het publiekrecht Leeswijzer Algemeen 2. 2.

BESTEMMINGSPLAN WESTELIJK BUITENGEBIED, PARTIËLE HERZIENING NIJKERKERSTRAAT 35 - BIJZONDERE PARTICULIERE BEGRAAFPLAATS LANDGOED BIJSTEIN

GESPREKSNOTITIE OVER VERSTERKING VAN HET SALLANDSE LANDSCHAP DOOR AANLEG, HERSTEL EN BEHEER VAN LANDSCHAPSELEMENTEN. in de periode

Statenmededeling aan Provinciale Staten

De Peel-Raamstelling in stelling

Raadsvoorstel. Onderwerp : uitvoeringsprogramma Groen Blauwe Diensten

KOMEN HET VOLGENDE OVEREEN:

Handreiking herbestemming cultureel erfgoed

Verslag Themabijeenkomst Recreatie en Toerisme

CHAT TUSSEN PROVINCIE EN GEMEENTEN

Analyse van het land van Heusden en Altena met de daaruit voorvloeiende scenarios en toekomst verwachtingen.

Congres Grip op de Omgevingswet

Werkconferentie woensdagmiddag 24 april Erfgoednota Leiden Startdocument voor hoofdthema Stad van (internationale) kennis en collecties

Aanwijzingsprogramma Nieuwe Hollandse Waterlinie. Datum voltooid Laatste wijziging Projectleider Frank Buchner

Nieuwe Kijk. Wegen. in het. Landschap. Ontwerponderzoek december 2011

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Stelling van Amsterdam en Nieuwe Hollandse. Waterlinie samen sterker!

RIJKSWEG 4 TE GULPEN NIEUWE WAALRESEWEG 189 VALKENSWAARD

K a n s e n. voor particulier natuurbeheer i n B r a b a n t. Onderzoeksrapport. Mei 2007

Het Groene Hart mooi dichtbij. ANWB-visie op de recreatieve inrichting van het Groene Hart: samenvatting

Erfgoed en de Omgevingswet

Beter groen. naar een kwaliteitsimpuls voor recreatiegebieden in Zuid-Holland. provinciaal adviseur ruimtelijke kwaliteit in zuid-holland

Beleef techniek en landschap. Waterlinie Workshop. Werk als een vestingbouwer, geniet van het landschap!

Handleiding uitvoering ICT-beveiligingsassessment

Verder met de Vesting Muiden. Thema-uur 1 juni 2016

BESTUURSOVEREENKOMST GROND. EZ Provincies

Landschappelijk advies Sanering en nieuwbouw in buitengebied Gebroeders Maas Holding B.V. Hillegom

Structuurvisie Eiland van Schalkwijk + beoordelingskader en -protocol

Subsidieregeling Groen Blauw Stimuleringskader Uitvoeringsprogramma Brabantse Delta e.o.

Samen Ontwikkelen. Stuurgroep Nationaal Landschap Groene Hart i.o. 19 september 2012 / concept

NOTA ZIENSWIJZE BESTEMMINGSPLAN Molenweg 5-5a Hoogeloon.

Aantal bijlagen: 1 Agendapunt: 10. Onderwerp Vervolg kleinschalige recreatieknooppunten op het boerenerf

Bespreekpunten Kennis nemen van de stand van zaken wandelroutenetwerk Regio Amersfoort. Kennis nemen van de concept-uitvraag voor de offerte.

Samen houden we het landschap in de gemeente Dalfsen mooi!

Landschappelijk advies. Ontwikkeling Heereweg 460/460a, Lisse

Wanneer is er sprake van verwaarlozing? Platform Monumententoezicht Marc Berends 11 mei 2015

BIJLAGE 7: DEZE BIJLAGE BEVAT HET ONTWERP VAN DIVERSE 'LASTEN EN BEPERKINGEN' INZAKE DE FLAT KLEIBURG, FASE 3.

Hergebruik Vrijgekomen Agrarische Bedrijfsbebouwing Nieuwe Landgoederen & Landelijk wonen

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN

30 MEI 2017 CULTUREEL ERFGOED EN DE OMGEVINGSWET

Noord Beveland Landgoed De Groote Duynen. 1 e wijziging bestemmingsplan

Investeringsagenda Dansende bomen

15003 RO VERPLAATSEN VLAAMSE SCHUUR LANGEREIT 14

Nieuwe woning van 750 m³ met bijgebouw van 75 m² - sloop van 850 m² bebouwing.

Boekels Ven herontwikkelingsperspectief. Welkom

CONCEPT-OVEREENKOMST VOOR HET VESTIGEN VAN EEN ERFPACHTRECHT MET EEN ERFPACHTAFHANKELIJK RECHT VAN OPSTAL

Vastgoed. Plan van Aanpak. Versie: Definitief Bestandsnaam: Datum opgesteld: Voor akkoord: Plan van aanpak: Vastgoed.

Jaarverslag mei stipe fan:

Programma van Eisen kwaliteitshandboek Natuurbeheer

Binden, bewaren, bezielen en betalen

Nota Fondsen Ruimtelijke Ontwikkelingen

Naam Een nieuw merk voor de zakelijke diensten

Provinciale Staten van Noord-Holland. Voordracht 64

STARTPAKKET RURAAL ERFGOED

Parafering besluit D&H Conform Geparafeerd door: Bos, J.L. Korte, J.D. de

Portefeuillehouder: Bijlagen: Ter inzage: H. Bakker Ambtelijke coördinatie: afdeling GG/OW Steller: Pie Bauer/John Mandemakers. 1.

Transcriptie:

Beheer en exploitatie van de Nieuwe Hollandse Waterlinie - Inventarisatiefase Een conceptuele verkenning naar uniformiteit in strategie Concept, 14 december 2009

Concept Kenmerk R001-4675216BGE-evp-V01 Verantwoording Titel Beheer en exploitatie van de Nieuwe Hollandse Waterlinie - Inventarisatiefase Opdrachtgever Projectbureau Nationaal project Nieuwe Hollandse Waterlinie Projectleider Gerritjan Meppelink en Jessie van der Linden Auteur(s) Bart Gerrits en Frank Druijff Projectnummer 4675216 Aantal pagina's 61 (exclusief bijlagen) Datum 14 december 2009 Handtekening Colofon Tauw bv afdeling Ruimte Handelskade 11 Postbus 133 7400 AC Deventer Telefoon (0570) 69 99 11 Fax (0570) 69 96 66 Dit document is eigendom van de opdrachtgever en mag door hem worden gebruikt voor het doel waarvoor het is vervaardigd met inachtneming van de rechten die voortvloeien uit de wetgeving op het gebied van het intellectuele eigendom. De auteursrechten van dit document blijven berusten bij Tauw. Kwaliteit en verbetering van product en proces hebben bij Tauw hoge prioriteit. Tauw hanteert daartoe een managementsysteem dat is gecertificeerd dan wel geaccrediteerd volgens: - NEN-EN-ISO 9001. Beheer en exploitatie van de Nieuwe Hollandse Waterlinie - Inventarisatiefase - versie 1 - Concept 3\62

Concept Kenmerk R001-4675216BGE-evp-V01 4\62 Beheer en exploitatie van de Nieuwe Hollandse Waterlinie - Inventarisatiefase - versie 1 - Concept

Concept Kenmerk R001-4675216BGE-evp-V01 Inhoud Verantwoording en colofon... 3 1 Inleiding... 7 1.1 Beheer en exploitatie NHW vanuit historisch perspectief... 7 1.2 Aanleiding... 9 1.3 Aanpak en opbouw... 11 1.3.1 Doel... 11 1.3.2 Algemene aanpak... 11 1.3.3 Opbouw rapportage... 12 1.3.4 Korte toelichting op de opbouw... 13 1.4 Definitie en kaders voor de strategie... 15 1.4.1 Definitie voor beheer en exploitatie... 16 1.4.2 Kaders... 18 2 Inventarisatie modellen, archetypen en criteria... 22 2.1 De modellen... 22 2.1.1 Factsheets... 22 2.1.2 Resultaat inventarisatie modellen... 23 2.2 De archetypen... 25 2.3 Waarderingscriteria... 27 3 Inventarisatie keuzevoorwaarden... 29 3.1 Eigendomssituatie... 30 3.1.1 Voorwaarden... 31 3.2 Verwerving... 33 3.3 Rechtsvorm... 37 3.4 Beheervormen... 40 3.5 Financieringsvormen... 42 4 Interviews en de eerste werkbijeenkomst... 43 4.1 Interviews met betrokkenen van NHW projecten... 43 4.2 Eerste bevindingen naar aanleiding van telefonische interviews... 44 4.3 De resultaten uit de eerste werkbijeenkomst... 45 4.4 Bevindingen naar aanleiding van de eerste werkbijeenkomst... 46 5 Analyse en conclusie... 48 Beheer en exploitatie van de Nieuwe Hollandse Waterlinie - Inventarisatiefase - versie 1 - Concept 5\62

Concept Kenmerk R001-4675216BGE-evp-V01 5.1 Analyseresultaten uit de 1 ste stap (confrontatie)... 48 5.1.1 Analyse punten... 48 5.1.2 Analyse lijnen... 51 5.1.3 Analyse vlakken... 52 5.2 Aanvullende trechtering naar aanleiding van de analyse... 55 6 Conclusies en aanbevelingen... 57 In dit hoofdstuk zijn conclusies en aanbevelingen gegeven. Het rapport is echter onderdeel van een totaalopdracht en vormt hierin de eerste van drie stappen. Hierop volgend wordt een aanzet voor een strategiekeuze gegeven en vervolgens wordt inzichtelijk gemaakt op welke manier tot een definitieve strategie kan worden gekomen... 57 6.1.1 De modellen... 57 6.1.2 De archetypen... 58 6.1.3 De criteria... 59 6.2 Interviews en werkbijeenkomst... 59 6.3 Procesmatig... 61 Bijlage(n) 1. Nadere uitwerking aanpak 2. Vragenlijst telefonische interviews 3. Belnotities 4. Modellen van beheer en exploitatie 5. Verslag werksessie 6\62 Beheer en exploitatie van de Nieuwe Hollandse Waterlinie - Inventarisatiefase - versie 1 - Concept

Concept Kenmerk R001-4675216BGE-evp-V01 1 Inleiding De Nieuwe Hollandse Waterlinie (NHW) omvat vijf vestingsteden, 46 forten, en honderden kazematten, sluizen en dijken. Deze verdedigingslinie, aangelegd tussen 1815 en 1940, zorgde ervoor dat de vijand tussen de Biesbosch en Muiden vanuit het oosten niet verder kon doorstomen. Ten tijde van oorlog is de NHW niet vaak gebruikt. Nu ligt er, vaak verscholen in het landschap, een groots cultuurhistorisch monument. Vandaag de dag mag, sterker nog, moet de burger de NHW wél gebruiken. Waar de linie vroeger was gericht op geheimhouding en macht staat vandaag de dag ontmoeting en beleving centraal. Hiertoe dient de NHW ontwikkeld worden, een strategie voor beheer en exploitatie is van belang voor een duurzame ontwikkeling. In dit hoofdstuk wordt de aanleiding voor dit onderzoek en het kader waarbinnen we deze opdracht uitvoeren beschreven. 1.1 Beheer en exploitatie NHW vanuit historisch perspectief. Ooit was de Nieuwe Hollandse Waterlinie strategisch militair laagland. Water werd ingezet als bondgenoot tegen vijandige invallen. Hiervoor werd een ingenieus systeem van inlaten, sluizen en kanalen aangelegd. Een typisch Hollands antwoord op dreiging vanuit het oosten. Op plaatsen waar de inundatie niet voldoende was en bij doorgangen (accessen) werden forten en versterkingen gebouwd. Deze hadden naast manschappenverblijf de specifieke taak om ook de inundatiewerken van de NHW, zoals sluizen en kanalen, te beschermen. Uiteindelijk ontstond er zo een lijn in midden Nederland die we nu de hoofdverdedigingslijn noemen. Aan deze lijn liggen als een parelsnoer 46 forten met ten oosten van deze lijn de inundatievelden en de vele honderden, kleine werken. Beheer en exploitatie van de Nieuwe Hollandse Waterlinie - Inventarisatiefase - versie 1 - Concept 7\62

Concept Kenmerk R001-4675216BGE-evp-V01 Figuur 1.1 Schematische opbouw NHW De hoofdverdedigingslijn, de ruggengraat van de linie, werd in de militaire tijd niet als zodanig beheerd en onderhouden. Het was meer een fictieve lijn die daar waar het landschap het toeliet (zoals langs de Diefdijk) wel voorzien werd van allerlei objecten zoals grondbanketten en kazematten. In het noorden vormde de rivier de Vecht deze grens en rond Utrecht de fictieve lijn tussen de forten. De forten en werken, sluizen en kanalen werden door het ministerie van Oorlog (en later Defensie) gebouwd in verschillende bouwperiodes vanaf 1815 tot 1940. Er werd vrijwel permanent gebouwd, verbouwd en onderhoud gepleegd. Het beheer en de exploitatie lag in één hand. Voor de aanleg van de fortterreinen werden gronden gekocht of onteigend. De aanleg van kazematten en groepsschuilplaatsen vond plaats op particulier terrein middels bijzonder bevel of maatregel. Het ministerie van oorlog zorgde zelf middels inspectie en onderhoud van de benodigde onderhoudstoestand. Na 1945 verviel de directe militaire functie. De forten kregen veelal een andere aan het ministerie van Defensie gekoppelde taak zoals bijvoorbeeld bandenopslagplaats (fort Vechten) of werkruimte voor de EOD (Honswijk en Everdingen). Vanaf de jaren 70 startte het ministerie van Defensie met een afstotingsbeleid. 8\62 Beheer en exploitatie van de Nieuwe Hollandse Waterlinie - Inventarisatiefase - versie 1 - Concept

Concept Kenmerk R001-4675216BGE-evp-V01 Van de objecten op particuliere gronden is eigenlijk geen documentatie maar voor zover bekend verviel het eigendom van de objecten aan de grondeigenaar. Voor de waterwerken waren dat vaak de waterschappen of Rijkswaterstaat. In enkele gevallen werd Domeinen eigenaar. Grofweg wordt gesteld dat er vanaf 1945 geen structureel onderhoud meer aan de forten, sluizen, kanalen en werken is gepleegd. Door het afstotingsbeleid versnipperde het eigendom en het beheer enorm. De schootsvelden en inundatiekommen (nu open velden genoemd) vormen een bijzonder onderdeel van de linie. In vredestijd werd hier normaal gewoond en gewerkt. Vrijwel normaal omdat de schootsvelden (van 300, 600 en 1000 m) rond de forten een uitzondering vormen. Via de zogenaamde Kringenwet mocht alleen binnen bepaalde afspraken gebouwd worden, bijvoorbeeld in hout. Na het vervallen van de Kringenwet in 1963 was er geen beperking in gebruik meer. De polders die normaal in eigendom en gebruik bij boeren waren, werden in tijd van oorlogsdreiging bij Wet onder water gezet. Het agrarisch belang werd onderschikt gemaakt aan het landsbelang. Na WOII verviel ook deze functie. Algemeen wordt gesteld dat er tot aan WOII een gedifferentieerd op functie en eigendom toegesneden beheer van de Linie plaats vond. Het gehele beheer en onderhoud was gericht op de militaire functie met accent op de forten en waterstaatswerken. De open velden kenden altijd een ander hoofdgebruik. Mogelijk geeft dit een aangrijpingspunt voor de toekomstige strategie met één groot verschil. Was het systeem in het verleden gericht om geheimhouding en macht dan is het nu gericht op ontmoeting en samenwerking. 1.2 Aanleiding Sinds een aantal jaren staat de Nieuwe Hollandse Waterlinie weer in de belangstelling. De voormalige militaire linie wordt via een transformatie omgevormd tot een blijvend waardevol landschap met grote cultuurhistorische waarde. Deze transformatie vergt intensieve samenwerking in de ruimtelijke ordening en vraagt een forse investering in herstel en ontwikkeling. Eind 2006 is hiertoe het uitvoeringsprogramma voor het Nationaal Landschap Nieuwe Hollandse Waterlinie vastgesteld. Het uitvoeringsprogramma maakt de visie op de ontwikkeling van het gebied concreet in projecten en uitvoeringsgerichte activiteiten. Centraal hierbij staan de volgende ambities: Een herkenbaar waterlinieprofiel (versterken van de ruimtelijke ontwikkeling en vormgeving) De Waterlinie in de hoofden en harten (ontwikkelen en profileren van de Waterlinie als liefhebberslandschap) Duurzaam gebruik (realiseren van maatschappelijke en economisch duurzame bestemmingen voor de Waterlinie) Beheer en exploitatie van de Nieuwe Hollandse Waterlinie - Inventarisatiefase - versie 1 - Concept 9\62

Concept Kenmerk R001-4675216BGE-evp-V01 Voor 2006 werkte het projectbureau aan het project NHW door middel van zogenaamde 'quick win'-projecten, waarmee concrete resultaten direct zichtbaar worden. Nadeel van deze aanpak is dat de verschillende aansprekende en maatschappelijk relevante projecten zonder samenhang worden uitgevoerd. Het ontbreken van de samenhang tussen de verschillende projecten vormt een eerste aanleiding voor de conceptuele verkenning naar een uniforme strategie. De intensieve investeringsfase naar aanleiding van het Uitvoeringsprogramma, die nu volop is gestart, is echter een tijdelijke fase. Daarna treedt er immers een fase van beheer en onderhoud op. Deze fase is voor de duurzame instandhouding het belangrijkst. Tegelijk wordt deze fase vaak onderschat. Figuur 1.2 Beheer is actueel en noodzakelijk (links bron Gooi en Eemlander, 31 oktober 2009 en rechts bron Gooi en eembode, 28 okotber 2009) Deze onderschatting vormt een tweede aanleiding voor het uitvoeren van een conceptuele verkenning naar een uniforme strategie. De afgelopen jaren is weinig aandacht besteed aan de (publieke) beheersaspecten van deze projecten. Op deze wijze wordt geen recht gedaan aan de overkoepelende visie op de linie zoals beschreven in het Linieperspectief Panorama Krayenhoff (2004) en de ambities zoals verwoord in het Uitvoeringsprogramma (2006). De vraag werpt zich dan ook op of het na deze projectgebonden investeringen wel goed komt met het beheer en de exploitatie van de Waterlinie als geheel. 10\62 Beheer en exploitatie van de Nieuwe Hollandse Waterlinie - Inventarisatiefase - versie 1 - Concept

Concept Kenmerk R001-4675216BGE-evp-V01 Een derde aanleiding voor het opstellen van deze strategie vormt het grote verschil aan archetypen binnen de Nieuwe Hollandse Waterlinie. De linie wordt immers niet gevormd door alleen maar forten en groepsschuilplaatsen (de punten ), er zijn ook veel verbindende lijnelementen, zoals de hoofdverdedigingslijn, fiets- en wandelpaden en waterlopen (de lijnen ) en zijn er grotere samenhangende gebieden, zoals inundatievelden (de vlakken ) aan te wijzen. Voor zowel de punten, vlakken als lijnen dient een samenhangende strategie ontwikkeld te worden. Met name voor de lijnen en vlakken binnen de NHW is nog weinig ervaring opgedaan qua beheer- en exploitatie. Om op de lange termijn de exploitatie en het beheer op operationeel niveau goed te kunnen uitvoeren is een strategie op tactisch niveau noodzakelijk. 1.3 Aanpak en opbouw 1.3.1 Doel Deze conceptuele verkenning heeft als doel het komen tot een strategie voor beheer en exploitatie passend bij de Nieuwe Hollandse Waterlinie. Leidmotiv is behoud door ontwikkeling. De grote opgave is het permanent tegengaan van versnippering en verwaarlozing. Al in 1999 is het project als een nationaal project neergezet waarin de publieke partijen op basis van gelijkwaardigheid samenwerken. Een nationaal project vanwege de complexe opgave en de veelheid aan betrokken partijen. De uitdaging geldt onverminderd voor de beheer- en exploitatiefase. Belangrijk is dat de Linie als een samenhangend geheel wordt geborgd. Hierbij is het verhaal en de beleving evenwaardig of misschien zelfs wel belangrijker dan de fysieke uiting in het veld. De zoektocht naar de juiste strategie dient goede voorbeelden van elders in beeld te brengen en daarna richtingen te formuleren waarbij zowel financieel, organisatorisch als juridische invalshoeken worden afgewogen om tot een goede strategie te komen. 1.3.2 Algemene aanpak De visie van Tauw op vraagstelling om te komen tot een eerste strategie voor beheer en exploitatie van de NHW is vastgelegd in ons projectvoorstel (de nadere uitwerking van de strategie maakt geen onderdeel uit van deze opdracht). Globaal herkennen we hierin drie fasen. Ten eerste de conceptuele verkenning (deze rapportage), ten tweede de strategie en ten derde een implementatievoorstel. Voor een nadere schematische uitwerking wordt verwezen naar bijlage 4. Voor de conceptuele verkenning geldt dat ook deze gelaagd is opgebouwd. Dit is weergegeven in figuur 1.1. Beheer en exploitatie van de Nieuwe Hollandse Waterlinie - Inventarisatiefase - versie 1 - Concept 11\62

Concept Kenmerk R001-4675216BGE-evp-V01 INVENTARISATIE ANALYSE STRATEGIE IMPLEMENTATIE ONDERDEEL VAN DIT RAPPORT ONDERDEEL VOLGEND RAPPORT Figuur 1.3 Opbouw van het onderzoek De onderdelen inventarisatie en analyse behoren tot deze rapportage. Hiermee ronden we de eerste fase van het onderzoek af om vervolgens in een vervolgrapportage een samenhangende strategie te beschrijven om die vervolgens vast te leggen in een implementatieplan. 1.3.3 Opbouw rapportage Zoals in de voorgaande paragraaf is aangegeven houden we vast aan een gelaagde opbouw. In deze rapportage worden naast een definitie en afkadering, een inventarisatie van de verschillende vormen van beheer en exploitatie met bijbehorende archetypen en selectiecriteria beschreven. Aanvullend benoemen we de zogenaamde keuzevoorwaarden. Daarnaast zijn er interviews gehouden met de exploitanten en eigenaren van de NHW. Om vervolgens ter afsluiting over te gaan tot een eerste analyse van de voorgaande inventarisatie. In figuur 1.2 is een en ander schematisch verwoord in een stappenschema. 12\62 Beheer en exploitatie van de Nieuwe Hollandse Waterlinie - Inventarisatiefase - versie 1 - Concept

Concept Kenmerk R001-4675216BGE-evp-V01 INVENTARISATIE Stap 1 Definitie & kader strategie ANALYSE Stap 4 1e confrontatie Stap 2 Inventarisatie modellen, criteria en archetypen Stap 5 Stap 3 Inventarisatie keuze voorwaarden Analyse modellen, archetypen, criteria Figuur 1.4 Stappenschema 1.3.4 Korte toelichting op de opbouw Voordat we ingaan op de inventarisatie is de volgende toelichting op bovenstaand stappenschema van belang. Definitie en kaders voor de strategie. De definitie en kaders voor de strategie worden gegeven in paragraaf 1.4. In die paragraaf wordt ingegaan op de definitie die wij hanteren voor de begrippen beheer en exploitatie. Deze definitie is totstandgekomen door verschillende beleidsstukken te inventariseren. Uit deze beleidsdocumenten is eveneens het kader voor de op te stellen strategie geformuleerd. Het kader voor de strategie wordt daarnaast bepaald door het ambitieniveau dat voor de NHW wordt nagestreefd. Tijdens de analyse (hoofdstuk 5) wordt terug gegrepen naar de kaders voor de strategie. Beheer en exploitatie van de Nieuwe Hollandse Waterlinie - Inventarisatiefase - versie 1 - Concept 13\62

Concept Kenmerk R001-4675216BGE-evp-V01 Modellen Omdat strategieontwikkeling in deze fase nog een zoektocht is, is enerzijds nauwe samenwerking nodig met beleidsmakers en ervaringsdeskundigen, maar is het daarnaast ook van belang een breed inzicht te hebben in de verschillende exploitatie- en beheermodellen. Niet alleen worden de reeds binnen de NHW toegepaste modellen en methoden geïnventariseerd, ook (binnenlandse) modellen die niet directe een relatie hebben met de NHW komen samen met een aantal buitenlandse modellen aan bod. Bewust is gekozen voor het breed insteken van de inventarisatie. Zo ontstaat ook een breed beeld van bestaande modellen, methoden en instrumenten. Voor elk model of elke methodiek is voor zover mogelijk een factsheet ingevuld met daarin de algemene informatie met betrekking tot het exploitatie- of beheermodel. Daarnaast is ook informatie opgenomen op basis waarvan het mogelijk wordt de modellen te confronteren met o.a. de visie op en doelstellingen van de NHW. De factsheets zijn onderverdeeld naar bestaande exploitatie- en beheermodellen in Nederland en buitenland, Uitvoeringsprogramma s (en Bestuursafspraken) en Fondsen en subsidies. Zowel uitvoeringsprogramma s als fondsen of subsidies vormen een mogelijke input om tot een volwaardig exploitatie- en beheermodel te komen. Immers de praktische uitvoerbaarheid maakt samen met de financiële haalbaarheid of een exploitatie- en/of beheermodel functioneert. Archetypen Een analyse van de modellen vindt plaats op basis van de archetypen zoals die worden geformuleerd in paragraaf 2.3. In onze visie op de opgave moet de te ontwikkelen strategie recht doen aan de diversiteit aan projecten binnen het Uitvoeringsprogramma en aan de diversiteit aan karakteristieken in het gebied. Eén uniforme aanpak van exploitatie en beheer is gezien de diversiteit en de verscheidenheid aan karakteristieken mogelijk niet haalbaar. Om de karakteristieken beter in beeld te krijgen worden in dit rapport zogenaamde archetypen benoemd. De archetypen komen voort uit de verschillende karakteristieken die samen het unieke karakter van de NHW bepalen. Op deze wijze wordt geen afbreuk gedaan aan die archetypen en wordt anderzijds voorkomen dat per project maatwerk geleverd moet worden. Immers geforceerd maatwerk per project, zonder daarin de relatie te leggen met de directe omgeving en de NHW als geheel, komt niet ten goede aan de beleefbaarheid van de linie als één geheel. Inventarisatie van keuzevoorwaarden In hoofdstuk 3 worden verschillende keuzevoorwaarden in beeld gebracht. Deze keuzevoorwaarden geven inzicht in onderwerpen waarover in de vervolgstap een beslissing wordt genomen. De strategie voor de NHW wordt mede vormgegeven aan de hand van de keuzes die op basis van de geïnventariseerde keuzevoorwaarden gemaakt moeten worden. 14\62 Beheer en exploitatie van de Nieuwe Hollandse Waterlinie - Inventarisatiefase - versie 1 - Concept

Concept Kenmerk R001-4675216BGE-evp-V01 Interviews Om een bestaand beeld te krijgen van beheer- en exploitatie modellen binnen de NHW is een aantal telefonische interviews gehouden met beheerders en eigenaren binnen de NHW. Van een aantal lopende NHW-projecten zijn deze betrokkenen gevraagd naar hun ervaring. Op deze manier wordt een inzicht gekregen in het huidige beheer en exploitatie binnen de NHW en worden aandachtspunten geformuleerd waar voor wat betreft de strategiebepaling rekening mee wordt gehouden. In hoofdstuk 4 wordt een korte analyse gegeven van de uitkomsten van de interviews. 1 e Confrontatie door middel van waarderingscriteria Na een breed scala aan modellen geïnventariseerd te hebben, worden de mogelijkheden van de modellen afgezet tegen de verschillende archetypen. Belangrijke vraag hierbij is, is een model of methodiek geschikt voor één of meer archetypen en zo ja, voor welke? Maar dit is niet de enige vraag die in deze fase bepaald of de geïnventariseerde modellen mogelijk toepasbaar of bruikbaar zijn voor de strategie zoals we die voor de NHW willen ontwikkelen. Een model dat (mogelijk) bruikbaar is, of meerwaarde heeft, voor de nieuw te bepalen strategie moet voldoen aan de eisen en randvoorwaarden zoals die vanuit de NHW gelden. De kaders van de NHW zijn hierbij richtinggevend, deze worden beschreven in paragraaf 1.4. Resultaat is een overzicht van modellen per archetype waarvan op hoofdlijnen de geschiktheid voor de NHW wordt bepaald. Analyse modellen, archetypen en criteria Na aanleiding van de uitkomsten uit de eerste confrontatie wordt geanalyseerd (mede op basis van de keuzevoorwaarden en interviews) welke geschiktheidcriteria er zijn te benoemen. Aan de hand van deze geschiktheidscriteria moet in de volgende stap (Strategie) een verdere selectie van de modellen plaatsvinden op basis waarvan vervolgens de strategie bepaald gaat worden. Werkbijeenkomst Gedurende dit onderzoek wordt een tweetal werksessies gehouden. De eerste werksessie heeft als doel om de resultaten uit de eerste fase te bespreken met verschillende deskundigen. Werksessie 2 heeft als doel om vooruitlopend op de strategie de wensen voor deze strategie te verkennen met verschillende deskundigen. De resultaten uit werksessie 1 zijn, daar waar het gaat om aanvullingen op de inventarisatie, verwerkt door de hoofdstukken heen. De kernpunten zjin opgenomen in hoofdstuk 4. Tevens is een verslag van de werkbijeenkomst opgenomen in bijlage 5. 1.4 Definitie en kaders voor de strategie In deze paragraaf worden de definitie en het kader waarbinnen de strategie voor exploitatie en beheer moet worden bepaald verder toegelicht. Deze definitie en kader wordt later bij de analyse gebruikt om de modellen te toetsen. Beheer en exploitatie van de Nieuwe Hollandse Waterlinie - Inventarisatiefase - versie 1 - Concept 15\62

Concept Kenmerk R001-4675216BGE-evp-V01 1.4.1 Definitie voor beheer en exploitatie Voordat we ingaan op het kader van de opdracht wordt een definitie gegeven van beheer en exploitatie van de NHW. Hiervoor is eerst gekeken of er binnen het overkoepelende beleid al invulling wordt gegeven aan de begrippen beheer en exploitatie. Hierbij richten wij ons op de Nota Ruimte, het Investeringsbudget Landelijk Gebied en het Uitvoeringsprogramma Nieuwe Hollandse Waterlinie. In de Nota Ruimte wordt het ruimtelijke ordeningsbeleid voor Nederland beschreven. In deze nota, waarin ook de Nationale Landschappen zijn aangewezen (waaronder de NHW), wordt over vele vormen van beheer gesproken (waterbeheer, grondbeheer, het beheersbaar maken van de gevolgen van een ramp, beheer en onderhoud van rijkswegen, beheersovereenkomsten met agrariërs, particulier en agrarische natuurbeheer), maar wordt geen concrete definitie van dit begrip gegeven. Exploitatie wordt in deze nota in verband gebracht met stedelijke ontwikkelingen en het betalen van de groene en blauwe opgaven (bovenplanse verevening via de grondexploitatiewet, zie fatsheet bovenplanse verevening hart van de heuvelrug bijlage 4). Voor exploitatie van recreatiewoningen wordt in de Nota Ruimte de volgende definitie gegeven: Onder bedrijfsmatige exploitatie wordt in dit kader verstaan het via een bedrijf, stichting of andere rechtspersoon voeren van een zodanig beheer/exploitatie, dat in de recreatieverblijven daadwerkelijk recreatief gebruik plaatsvindt. De woningen van dergelijke complexen hoeven niet te voldoen aan de wet- en regelgeving voor reguliere woningbouw. De exploitant en gemeente zijn ervoor verantwoordelijk dat permanente bewoning op het complex wordt tegengegaan. In de Wet Inrichting Landelijk Gebied (WILG) is vastgelegd hoe de rijksgelden voor het landelijk gebied provinciaal worden verdeeld. De provincies kunnen de gelden besteden om bijvoorbeeld de Ecologische Hoofdstructuur te realiseren of wandel- en fietspaden aan te leggen. Vanuit het Investeringsbudget Landelijk Gebied (ILG) zijn met de verschillende provincies bestuursafspraken gemaakt. In de overeenkomst wordt ingegaan op het Programma Beheer (zie ook het factsheet m.b.t. Programma Beheer in bijlage 4 van dit rapport). Daarnaast wordt het beheer buiten en binnen de Nationale Landschappen genoemd. Daarnaast wordt gesproken over beheergelden die via het Rijk naar de provinciale stichtingen landschapsbeheer gaan. In de WILG wordt niet beschreven wat precies onder de begrippen beheer en exploitatie wordt verstaan. In de bestuursovereenkomst tussen de provincie Noord Holland en het Rijk is in de begrippenlijst de volgende definitie van beheer gegeven: Gronden, waarvoor een beheer wordt gevoerd conform het rijksdoel. (Het zijn gronden die zijn overgedragen aan de eindbeheerder en nieuw in beheer komende gronden). 16\62 Beheer en exploitatie van de Nieuwe Hollandse Waterlinie - Inventarisatiefase - versie 1 - Concept

Concept Kenmerk R001-4675216BGE-evp-V01 Het Uitvoeringsprogramma Nieuwe Hollandse Waterlinie doet geen uitspraak over beheer en exploitatie binnen de NHW. In het uitvoeringsprogramma wordt wel gesproken over de investeringsopgaven van de verschillende projectenveloppen; de inrichting van forten en het realiseren van recreatieve routes vallen hier bijvoorbeeld onder. In paragraaf 1.1 is al stilgestaan bij het ontbreken van een samenhangende beheervisie voor de realisatie van deze projecten. In het Uitvoeringsprogramma wordt dit als knelpunt bevestigd, maar wordt verder alleen in algemene zin iets geschreven over de betekenis van beheer: het gaat hier om een nationaal landschap waar allereerst een investeringsbehoefte is om achterstallig onderhoud weg te nemen en de positie te versterken. Daarna ontstaat er een behoefte voor beheer. De ambitie is om via een duurzame economische exploitatie de publieke last hiervoor te minimaliseren. Het beheer richt zich met name op de kernkwaliteiten (red. historische landschapselementen en groen en open karakter) van het nationale landschap De van Dale kent aan de begrippen exploitatie de volgende betekenissen toe: Exploiteren: bezit gebruiken om er voordeel uit te trekken Beheer: als verantwoordelijk zorg dragen voor Dat beide begrippen met elkaar samenhangen blijkt wel uit de definitie zoals de website encyclopedie, die toekent aan het begrip exploiteren: Zaken en werkzaamheden die het mogelijk maken dat alle activiteiten, die voor de instandhouding nodig zijn, uitgevoerd kunnen worden. Voorbeelden: gebouwen, materieel, verlichting, voer- en vaartuigen en overdrachten. Deze definitie dekt de lading, in de context van deze opdracht, onzes inziens beter. De te hanteren definitie is dan ook als volgt samen te vatten: Het zorgdragen voor een duurzaam beheer van de NHW en daar waar mogelijk dit via een rendabele exploitatie te financieren. Beheer en exploitatie van de Nieuwe Hollandse Waterlinie - Inventarisatiefase - versie 1 - Concept 17\62

Concept Kenmerk R001-4675216BGE-evp-V01 1.4.2 Kaders De in paragraaf 1.1. genoemde drie uitvoeringsdoelen voor de NHW zijn alleen in samenhang effectief voor de lange termijn. Het gaat in deze opdracht vooral om doel 3; de beheer- en exploitatievraag waardoor het (fysieke) linieprofiel (doel 1) en de verbinding met mensen in hoofden en harten (doel 2) in stand blijft. Naast de in paragraaf 1.4.1 geformuleerde definitie is een aantal uitgangspunten en randvoorwaarden van belang voor het bepalen van de strategie. Deze uitgangspunten en randvoorwaarden vormen samen met de definitie het kader waarbinnen deze opdracht wordt uitgevoerd. Passend binnen Panorama Krayenhoff (Linieperspectief) De eerste voorwaarde is dat het beheer en de exploitatie past binnen de visie die de overheid op de NHW heeft. In de aanleiding is reeds kort beschreven wat vanuit de overheid de ambities zijn voor de NHW. Deze ambities uit het Uitvoeringsprogramma komen voort uit de visie zoals die in het Linieperspectief Panorama Krayenhoff wordt verwoord. Twee aspecten zijn hierbij in bijzonder van belang namelijk het toepassen van toelatingsplanologie daar waar nodig en het hierbij horende beschermingsregime via Monumentenwet, Flora en Faunawet en de WRO en daaraan gekoppelde ro-instrumenten. Dit vormt een zogenaamde beschermingsbodem in het project. Daarbinnen kan ontwikkeld worden. Dit kan volledig publiek of volledig privaat (gescheiden) initiatief maar ook in de vorm van een publiek-privaat samenwerkingsverband. Met name de koppeling met andere gebiedsopgave is van belang. Behoud door ontwikkeling en door invulling van nieuwe (maatschappelijke) behoeften. Gebiedsontwikkeling is daarbij een belangrijk instrument. Passend binnen het overige beleid Daarnaast dient het toekomstig gebruik en beheer van de linie te passen binnen het beleid. In dat beleid staat de samenhang binnen de NHW centraal. Door de aanwijzing als Nationaal Landschap is de NHW, ondanks de grote verscheidenheid binnen de linie, als één samenhangend gebied begrenst. Daarmee is binnen het ILG ook de financiering meer gebundeld en wordt het geld meer gebiedsgericht ingezet. De NHW wordt als één entiteit beschouwd. Ook de onlangs gestarte aanwijzingsprocedure tot de benoeming van de totale NHW als rijksmonument sluit hierop aan. De aanwijzing van de NHW als rijksmonument past binnen de nieuwe ensemble-gerichte aanpak van de monumentenzorg, zoals vastgelegd door de ministerraad in de Modernisering Monumentenzorg (MoMo). Het geheel van forten, vestingsteden, kanalen, dijken, sluizen en gemalen wordt als een geheel gezien. Naast de mogelijkheid om ook andere objecten dan gebouwen als waardevol aan te merken, worden de procedures als gevolg van het MoMo voor 18\62 Beheer en exploitatie van de Nieuwe Hollandse Waterlinie - Inventarisatiefase - versie 1 - Concept

Concept Kenmerk R001-4675216BGE-evp-V01 zowel eigenaren als overheden ook eenvoudiger en dus sneller. Tegelijkertijd wordt herbestemming makkelijker gemaakt, zodat forten en andere monumenten opnieuw gebruikt kunnen worden voor andere doeleinden dan waarvoor ze zijn gebouwd. Op eigen benen strategie (privaat - private overeenkomsten) Het is van groot belang dat de te ontwikkelen beheer- en exploitatiestrategie recht doet aan zowel het gegeven dat de overheid nog een eenmalige, laatste publieke investering doet op operationeel niveau, maar ook vorm geeft aan de doelstelling een duurzaam waterliniebreed gebruik te waarborgen. Dit past in het beleid om de benutting van de linie waar mogelijk en verantwoord te spreiden of uit handen te geven en de markt een belangrijke rol te laten spelen in het behoud en de ontwikkeling van maatschappelijk goed, zoals het culturele erfgoed. In die zin zal de Nieuwe Hollandse Waterlinie daar waar mogelijk op eigen benen moeten staan om zo haar toekomst veilig te stellen. Vormen van publiek-private samenwerking Om met een laatste publieke investering een duurzaam gebruik van de NHW te garanderen is een constructieve en intensieve publiek-private samenwerking onmisbaar. Private partijen (ondernemers en investeerders) zijn nodig om ook op de lange termijn het gebruik te garanderen, verantwoordelijkheden af te kunnen staan en financiële risico s over te kunnen dragen. Publieke partijen zullen als eigenaar hiervoor de mogelijkheden en randvoorwaarden moeten scheppen. Zonder samenwerking tussen beide is een duurzame benutting van de NHW niet mogelijk. Publiek beheer Niet alle onderdelen uit de NHW zijn geschikt voor (private) exploitatie. Publiek beheer zal voor bepaalde delen altijd nodig zijn. Op voorhand is dit niet gedefinieerd. In de te ontwikkelen strategie dient hier aandacht aan te worden gegeven. Bovenstaande leidt tot de volgende uitgangspunten zoals die voor een beheer- en exploitatiestrategie voor de NHW gelden: Beheer en exploitatie van de Nieuwe Hollandse Waterlinie - Inventarisatiefase - versie 1 - Concept 19\62

Concept Kenmerk R001-4675216BGE-evp-V01 De strategie dient: de doelen van de NHW te borgen; te passen binnen het door de overheden geformuleerde beleid tav de NHW; duidelijk te maken welke delen niet privaat exploitabel zijn en daardoor een specifiek beheer nodig hebben op basis van een onderscheid in beheer en exploitatie mogelijkheden te bieden voor een publiek-publieke, publiek-private of privaat-private samenwerking en onderscheid te maken op welke delen deze samenwerking toepasbaar is Binnen de strategie dient ingegaan te worden op: organisatie- en rechtvorm financiële verdeelsleutels (arrangementen) Bijzondere aandachtspunten zijn: mogelijkheden om te komen tot een variabele contractduur en doorlooptijd mogelijkheden om kaders en beginselen juridisch af te dwingen.. 20\62 Beheer en exploitatie van de Nieuwe Hollandse Waterlinie - Inventarisatiefase - versie 1 - Concept